30 JAREN ASPIRIN
BU1TENLANDSCH OVERZICHT
loos doodt het haar
GRZESINSKY RICHT ZICH TEGEN VERREGAANDE
POLITIEKE VERWILDERING.
HAARLEM'S DAGBLAD
DONDERDAG 17 OCTOBER 1929
DERDE BLAD
HET VERBOD VAN STAHLHELM.
Hevige emoties in den Pruisischen
Landdag.
Twee tafels met moordwerktuigen
binnengedragen.
Grzesinsky (links) en Hugenberg.
T BELANGRIJKSTE NIEUWS.
Minister Grzesinski hield in den Pruisi-
schen landdag een rede. waarin liij uiteen
zette welke feiten de ontbinding van de
Stahlhelm-organisatie en de verwante rechts
radicale vereenigingen hebben gerechtvaar
digd. De Stahlhelm ondermijnt de regeering
op allerlei wijze, saboteert den vredeswil van
het Duitsche volk en ontwikkelt een met den
dag ernstiger wordende staats-gevaarlijke
activiteit. „Ik zou het als een verzuim van
mijn plicht hebben beschouwd", zeide de mi
nister, „als ik het verbod niet had uitge
vaardigd. Met alle beslistheid wijs ik de be
weringen, dat de maatregel eigenlijk gericht
was tegen het Volksrei'erendum, af." (Ge
lach bij den rechterzijde). „Het referendum
wordt van officieele zijde niet tegenge
werkt, en kon natuurlijk zonder eenige be
lemmering grondwettig worden doorgevoerd.
Onwaar is het dat aan de politie een wenk
is gegeven, om ook het materiaal voor het
referendum in beslag te nemen". Op dit
oogenblik brachten boden twee groote ta
fels in de zaal, waarop allerlei wapenen,
ploertendooders, revolvers en dolkmessen,
waren tentoongesteld, die op vergaderingen
van Nationaal-socialisten in beslag zijn ge
nomen. Er ontstond nu een groot tumult,
vice-president dr. v. Kries, kon met zijn bel
niet meer boven het lawaai uitkomen en de
zitting moest worden onderbroken.
Nadat de zitting was heropend zei minis
ter Grzesinski, ten zeerste ontsteld te zijn
door het gelachS waarmee het binnenbren
gen van deze wapens was begroet. „Met deze
wapenen" zeide hij „zijn ook de politie
beambten doodgestoken (Hoort, Hoort!" bij
de regeeringspartijen). Een deel van deze
wapens is afgenomen van communisten (la
waai bij de communisten). Dit feit toont aan,
hoe ongelooflijk de politieke strijd is ver
ruwd. Tenslotte zeide de minister, dat hij de
Stahlhelm niet aan een bijzonder regime
wilde onderwerpen. Zonder genade zal op
dezelfde wijze, elke politiekee bond worden
aangepakt, die een gevaar oplevert voor den
binnenlandschen- en buitenlandschen vrede
(levendige bijval bij de regeeringspartijen;
onrust rechts).
De zitting van den Pruisischen landdag is
dus hoogst emotioneel verloopen. Men kan de
houding van Grzesinski niet anders dan
toejuichen. Aan de verwildering der politieke
zeden dient paal en perk gesteld te worden
evenzeer als aan het belachelijke bedrijf van
den onverantwoordelijken troep die Hugen
berg aanhangt.
Grzesinski roerde tenslotte ook nog de
zaak Sklarek aan en zeide dat men er van
afgezien had om burgemeester Böss van zijn
Amerikaansche reis terug te roepen, omdat
hij 't aanzien van Duitschsland in 't buiten
land ernstig geschokt zou hebben.
Dat aanzien is trouwens ondanks de
tegenreclame onder leiding van dr. Eckener
reeds aanzienlijk geschaad, door het optre
den van Stahlhelm. Duitsch-nationalen en
groep Hugenberg. En wat het schandaal
Sklarek aangaat burgemeester Böss zal van
zijn reisje, (dat Berlijn een 75 a 80.000 Mark
moet kosten) niet veel plezier hebben! De
herinnering aan den voor 400 Mark gelever-
den bontmantel (de waarde was eenige dui
zenden Marken hooger) zal het genoegen op
de reis wel bederven!
L. A.
Burgemeester Schneider wil
niet aftreden.
BERLIJN. 16 O ctober (V.D.) De bij het
schandaal-Sklarek het meest betrokken en
uit de S. P. D. gesloten districtsburgemeester
Schneider, legde heden de verklaring af, dat
hij zijn ambt niet eerder zou neerleggen
dan wanneer hij door den eersten burge
meester, de hoogste president en de discipli
naire autoriteiten gehoord was. De vergade
ring van het centrum, waar hij deze ver
klaring aflegde, werd na vrij vurige debatten
gesloten, voordat burgemeester Schneider
gelegenheid had gehad een verklaring af te
leggen over de talrijke tegen hem uitge
brachte beschuldigingen.
De burgerlijke partijen stelden daarop de
volgende motie voor:
„Aangezien burgemeestef- Schneider zich
niet uitspreekt tegen de openlijk in de dis
trictsvergadering uitgebrachte beschuldi
gingen, spreekt de districtsvergadering haar
wantrouwen uit en verlangt zij van de
autoriteiten dat ernergieke en onmiddellijke
onderzoekingen worden ingesteld."
Het voorste1/werd met de stemmen van
de K. P. D. aangenomen.
Stalin ernstig ziek?
BERLIJN, 16 October (V.D.) Naar uit
Riga gemeld wordt, zou de secretaris-generaal
van de Russische communistische partij,
Stalin, Rusland's dictator, een zenuwschok
hebben gehad, tengevolge tvaarvan hij zwaar
ziek in een sanatorium te Gorkis, op 30 mijl
afstand van Moskou gelegen, moest worden
opgenomen. Drie vooraanstaande psychiaters
hebben hem twee maanden volledige rust
voorgeschreven en hem verboden zich met
staatsaangelegenheden te bemoeien.
Ernstige wending in 't
Chineesch-Russisch conflict.
Een telegram uit Moekden meldt, dat het
Chineesche militaire hoofdkwartier te Kirin
zeer verontrust is door het optrekken der
Sovjettroepen naar de Soengarie, waar zij,
naar gemeld wordt, Hwatsjan in de nabij
heid van Fietsjin hebben ingenomen en
thans Ilan bedreigen, een belangrijke stad op
de route naar Charbin.
Na ontvangst van de alarmeerende berich
ten heeft Tsjang Hsu-liang een dringende
conferentie van de militairen bijeengeroe
pen, om maatregelen te beramen voor de
verdrijving der invallende troepen.
Uit Charbin wordt eveneens gemeld, dat de
toestand langs de Soengari zich op alarmee
rende wijze heeft ontwikkeld en dat tus-
schen Lingkiang en Foetsjin hevig wordt
gevochten; laatstgenoemde stad wordt reeds
door de Sovjettroepen bedreigd. Door Sovjet
vliegtuigen is Heibo gebombardeerd, dat te
genover Blagowestsjensk ligt.
Uit nadere berichten blijkt, dat van de 38
gearresteerden bij den inval in het Sovjet
consulaat te Charbin in Mei jJ. vijf Sovjet-
Russen veroordeeld zijn tot negen jaar ge
vangenisstraf, 21 tot zeven jaar en elf tot
straffen van vier a vijf jaar. De acht-en-der-
tigste, een Chinees, werd vrijgesproken. Uit
dit bericht valt dus op te maken, dat geen
der verdachten ter dood is veroordeeld, al
dus te Tel.
38 Russen in Charbin ter dood
veroordeeld.
Uit Charbin wordt gemeld, dat door de
rechtbank aldaar 38 Russische communisten
en één Chineesche communist ter dood zijn
veroordeeld, die bij den inval in het Sovjet
consulaat te Charbin in Mei j.l. werden ge
arresteerd. De andere toentertijd gearres
teerden zijn tot verschillende gevangenis
straffen veroordeeld.
Een Chineesche brigade, samengesteld uit
2400 man, is uit Charbin gezonden, om den
gespannen toestand in de buurt van Ling
kiang, een Chineesche stad, gelegen aan de
samenvloeiing van Amoer en Soengari. Deze
stad was Zondag j.l. door de Russische troe
pen bezet na een gevecht, waarbij drie Chi
neesche kanonneerbooten tot zinken waren
gebracht.
De Chineezen rukken thans op om Ling
kiang te heroveren, daar de Russen van deze
plaats uit de Chineesche scheepvaart op de
twee rivieren kunnen beletten.
Oplossing ter maritieme
conferentie.
De commissie van negen heeft weer te
Genève vergaderd, om thans een definitieve
oplossing voor het conflict tusschen de
werkgevers en de maritieme conferentie te
vinden. De arbeidersgedelegeerden schijnen
nog steeds op het standpunt te staan, dat
zij geen enkele verzoeningsresolutie willen
aannemen. De regeeringen en de werkge-
versgroep daarentegen zijn het. eens gewor
den over den tekst eener resolutie, die hier
op neerkomt, dat de conferentie den raad
van beheer zal uitnoodigen met het oog op
de moeilijkheden, welke op de speciale mari
tieme conferenties ontstaan zijn, o.a. in zake
de benoeming van niet-regeerings-gedele-
geei'den, een studie te maken van alle maat
regelen die in de toekomst een herhaling
van dergelijke moeilijkheden zullen vermij
den.
De crisis is dus thans opgelost, aldus de
Tel, daar de regeeringsgedelegeerden ieder
twee stemmen kunnen uitbrengen tegen de
arbeiders één stem, waardoor de resolutie als
aangenomen kan worden beschouwd. De re
solutie is aan de voorstellencommissie ge
zonden, die zal besluiten morgen om tien uur
een openbare vergadering te houden voor
aanneming der resolutie. Aan die vergade-
INCEZONDEN MEDEDEEL1NGEN
a 60 Cts. per regel.
Wrijf me! de vingertoppen wal Purol in Uw
hoofdhuid en wasch daarna Uw hoofd me!
warm water en gewore reep of nog beter me!
I Puroizeep. Herhaal dit zco nu en dan. Uw hoofdhuid
wordt daardoor roosvrij. hel haar schoon en zacht en
vaU-me! uil.
ring zullen de werkgevers nog niet deelne
men, doch onmiddellijk na de aanneming
der resolutie zullen de werkgevers aan de
werkzaamheden der commissie deelnemen.
Hindenburg en 9t Volks-
begehren"
De rijkspresident von Hindenburg heeft
den rijkskanselier den volgenden brief ge
schreven:
„Met toenemende verwondering heb ik
moeten vaststellen, dat in den strijd om he:
„Volksbegehren" zoowel door de rijkscommis
sie voor het Volksbegehren als door de par
tijen, die het bestrijden, mijn persoon en
mijn persoonlijke meening over het ze.
Young-plan in het geding worden gebracht.
Eenerzijds wordt beweerd, dat ik een voor
stander van het Volksbegehren ben. terwijl
er anderzijds de nadruk op wordt gelegd, dat
ik mij heb verbonden 't Young-plan te aan
vaarden".
„In tegenstelling hiermede stel ik vast, dat
ik niemand machtiging heb gegeven of op
andere wijze aanleiding heb gegeven, mijn
persoonlijke meening bekend te maken. Ik
heb juist steeds gezegd, dat ik mij voorbe
houd mijn definitief standpunt ten aanzien
van het Young-plan vast te stellen op het
tijdstip, waarop dit zeer belangrijke pro
bleem rijp is voor definitieve afhandeling en
ik een besluit moet nemen over de overeen
komstig de Grondwet tot stand gekomen
wet. Hieraan blijf ik mij houden. Ik verzoek
u, mijnheer de rijkskanselier, hiervan ken
nis te nemen en den betrokken partijen op
de wijze, die u het meest geschikt acht, ken
nis van dezen brief te geven".
De rijksregeering verwacht, dat de bij den
strijd betrokken groepen, speciaal de rijks
commissie voor het Volksbegehren, gevolg
zullen geven aan den wensch van den pre
sident en zijn persoon buiten den strijd zul
len laten.
BERLIJN, 16 October. De centrale com
missie van de Duitsche communistische par
tij heeft, nu begonnen wordt met het teeke
nen voor het „Volksbegehren", een verkla
ring gepubliceerd, waarin als voorschrift
wordt gegeven: „Geen handteekening en
geen stem voor die brutale volksbedriegerij".
ROOKEN OP DE R 101.
(Van onzen Londenschen Correspondent).
Bezoekers aan Cardingfton, de vorige week,
zagen het nieuwste Britsche luchtschip, de
R 101, hangend op de lucht in zijn loods.
Het schip bleek gereed tot in de kleinste bij
zonderheden en het lag er los van wanden
en vloer stil in de voor zulk een gevaarte
wel zeer beperkte luchtruimte. Men kon er
wat indrukken opdoen van hetgeen een
luchtreis in dit schip (of waarschijnlijker in
een soortgelijk maar grooter schip) zal wor
den, wanneer het de wolken kiest in de
richting van het Oosten en Australië, of het
Westen en Canada. De reiziger zal zich aan
eigenaardige regelen moeten onderwerpen
Gewoon straatschoeisel mag op de vloeren van
de R 101 niet worden gedragen. Helden mo
gen de eerste reizigers van dit nog zoo on
bekende en onbeproefde vervoermiddel zijn,
maar dan zullen zij tevens pantoffelhelden
zijn in de meer letterlijke beteekenis van het
woord. Sloffen met rubberzolen en zonder
hielen vormen de voetdracht voor alle men-
schen, die zich op de fragiele banen van dit
reismiddel zullen begeven. De corridors, de
vloeren van salons en hutten zijn van dun
triplexhout en de lage lambriseeringen zijn
niets anders dan geverfd doek. Gewone lee-
ren schoenen zouden hier groote verwoesting
aanrichten.
Een andere regel, strenger en voor ernsti
ger doel, is dat alle rookgerei, cigaretten.
pijpen, tabakken, lucifers en aanstekers aan
den steward moeten worden afgegeven bij
het aan boord gaan. Dat deze brandbare
en voor branden bestemde waar aan boord
mag komen is op zichzelf al een bijzonder
heid; en wij meenen dat de R 101 het eerste
schip is waarop dit kan plaats hebben. Het
schip heeft zelfs een rookkamer, hetgeen
mogelijk is geworden wijl er wegens de toe
passing van olie-motoren geen benzinedam
pen zijn. Die rookkamer is zorgvuldig brand
vrij gemaakt en als zoodanig door vuurvaste
wanden geheel geïsoleerd van de rest van
het schip. Maar reizigers, die willen rooken,
moeten aan den steward vragen om het be-
noodigde materiaal, dat in de rookkamer is
opgeborgen. En daar, ep nergens elders, mag
de reiziger van zijn geurig orandend kruid
genieten.
PERSONALIA.
De navolgende gediplomeerden van de
Middelbare Technische School te Haarlem
zijn geplaatst in de nagenoemde betrekkin
gen:
De heeren J. G. Gouda, afdeeling Weg
en Waterbouwkunde en C. J. J. van Wijk,
afdeeling Werktuigbouwkunde, bij de Ned-
Koloniale Petroleum Maatschappij te
's Gravenhage, met bestemming naar Ned.-
Oost-Ir.dië; J. B. Bakker, afdeeling Electro-
techniek, als electrotechnisch opzichter bij
de Philips fabrieken te Eindhoven; P. C. de
Rooy, afdeeling Electrotechniek, als as
sistent-opzichter bij de Nederl. Spoorwegen
te Leidschendam; A. Worisek. afdeeling
Electrotechniek. als electrotechnicus bij de
N.V. Hazemeyer te Hengelo (O.)
VERGADERING KENNEMER FOTOKRING.
Woensdagavond vergaderde in de Sociëteit
Vereeniging de Kennemer Fotokring. Een
schitterende collectie foto's van den heer
H. F. Tillema uit Bloemendaal sierde den
wand. Het waren opnemingen uit Borneo, en
deze foto's gaven uitstekend weer, de moei
lijkheden waarmee een fotograaf te kampen
heeft in Borneo's oerwouden. Op de volgende
vergadering zullen worden vertoond de door
den heer Tillema opgenomen films, die dan
voor de eerste maal in ons land zullen
draaien.
De heer L- Blok hield een causerie over
het bollenbedrijf aan ae hand van een serie
kleurenplaten van verschillend fabrikaat.
Tot slot werden geprojecteerd een collectie
diapositieven van ae Haarlemsche fotoclub
„Camera Obscura".
EEN TENTOONSTELLING VAN NEDERLANDSCHE KUNST
TE WEENEN.
Van onzen Weenschen correspondent)
Reusachtige belangstelling voor de opening door den
president van de Oostenrijksche republiek. Een
hartelijke rede van Miklas. Nederland heeft al het
werk alleen gedaan en alle financiëele middelen bij
elkaar gebracht.
Weenen, October.
Reeds sedert weken en weken werd er te
Weenen over gesproken en geschreven en
eindelijk is het- dan zoover gekomen: de ten
toonstelling van Nederlandsche kunst in het
„Künstlerhaus", alhier, is op feestelijke wijze
door den president van de Oostenrijksche re
publiek, Wilhelm Miklas, geopend. Er bestond
een buitengewone belangstelling voor deze
plechtigheid; er waren een paar honderd
personen komen opdagen, een groot gedeelte
hunner moest- op de breede trap blijven
wachten totdat de redevoeringen in de groo
te zaal ten einde waren, omdat er in deze
zaa! geen piaats meer voor hen was. Be
halve het Oostenrijksche staatshoofd en een
paar heeren van zijn gevolg was ook de
bondskanselier. Schober, verschenen. Verder
de Nederlandsche gezant te Weenen. jhr. F.
Michiels van Verduynen, en de Oostenrijk
sche gezant in Den Haag. dr. A. Duffek, die
zich op het oogenblik in Oostenrijk ophoudt,
omdat zijn echtgenoote hier een ongeluk is
overkomen. Ook de beide an lere heeren van
ons gezantschap te Weenen, de attaché, jhr
J. W. M. onouel: Hurgronje en de kanselier,
de heer A. van der Stal. waren aanwezig.
Onze consul-genc.aal was verhinderd, omdat
hij op het oogenblik niet te Weenen vertoeft.
Onder de aanwezigen merkte men o.a. no;:
op den Roemeenschen gezant, den heer Miti-
lineu, en tal van andere hoogwaardigheids-
bekleeders.
Ongeveer anderhalf jaar geleden werd er
in ons land een tentoonstelling van Oosten
rijksche kunst en kunstnijverheid gehouden,
welke de steden Rotterdam. Den Haag. Am
sterdam en Leiden heeft bezocht. Deze ten
toonstelling heeft een zeer groot succes ge
had, er werden zelfs vrij veel werken van
Oostenrijksche meesters in ons land ver
kocht. O.a. heeft het gemeentelijke museum
in Den Haag een schilderij van Egon Schiele
gekocht. Men heeft van begin af aan gewe
ten, dat er weinig kans op zou zijn, dat men
goede zaken zou kunnen doen met een ten
toonstelling van Nederlandsche kunst te
Weenen. want het publiek in Oostenrijk is
lang niet zoo koopkrachtig als dat bij ons te
lande, doch men heeft meer een tegenbezoek
uit beleefdheid willen maken en de Oosten
rijkers thans in de gelegenheid willen stellen
in hun eigen land eens kennis te maken met
de voortbrengselen van de Nederlandsche
kunst. De tentoonstelling moet er toe bijdra
gen de beide landen en volkeren op geeste
lijk gebied dichter bij elkaar te brengen, iets,
waarnaar de in 1923 in Den Haag opgerichte
vereeniging „Nederland-Oostenrijk" steeds
heeft gestreefd. Deze vereeniging, die gedu
rende al de jaren van haar bestaan zeer ac
tief is geweest, heeft de moeilijke taak op
zich genomen de tentoonstelling in elkaar
te zetten. Men rekende daarbij in den be
ginne ook wel eenigszins op de hulp en de
tegemoetkoming van de zijde van Oosten
rijk. Te Weenen toch bestaat een zusterver-
eeniging „Holland-Oesterreich" geheeten,
maar van deze heeft het groote publiek in
Oostenrijk nog bijna nooit wat gehoord. Het
bestuur van deze vereeniging slooft zich niet
al te zeer uit. Het mocht wel eens een voor
beeld nemen aan den kranigen voorzitter
van „Nederland-Oostenrijk" in Den Haag.
den gepensionneerden luitenant-generaal J.
F. B. Kalff, die steeds weer iets nieuws heeft
en die voortdurend lezingen en gezellige
avonden weet te organiseeren. Ons land
komt enkel en alleen de lof toe het mogelijk
te hebben gemaakt, dat de tentoonstelling
kon plaats vinden, want Oostenrijk heeft er
geen rooden cent toe bijgedragen. Wel kwam
men in het begin met allerlei mooie beloften
voor den dag, maar per slot van rekening
heeft men noch van officieele zijde, noch van
den kant van particulieren ook maar iets
bijgedragen. Hetgeen erg jammer is, want
dit heeft bij tal van landgenooten een zeer
slechten indruk gemaakt. De Nederlandsche
regeering heeft een ruime subsidie verleend
en teneinde de andere benoodigde gelden bij
elkaar te brengen, heeft generaal Kalff zich
persoonlijk tot verschillende rijke kunstlief
hebbers gewend, van wie hij wist, dat zij
Oostenrijk genegen waren. Er zijn nog altijd
een heeleboel idealisten in ons land, die
diep in hun beurs grijpen voor dingen als
een tentoonstelling, die slechts hoofdzakelijk
een cultureele beteekenis heeft. Zoodoende
werd in ons land al het geld bij elkaar ge
bracht, dat voor het organiseeren van de
expositie noodig was. Nederland mag daar
trotsch op zijn!
Men heeft niet minder dan tweehonderd
kunstwerken naar Weenen gezonden. De
meeste ervan bezitten een zeer hooge waarde,
er zijn doeken bij. die een internationale
bekendheid en beroemdheid genieten. Het
Rijksmuseum te Amsterdam, het museum
Boymans te Rotterdam, de gemeentemusea
in Den Haag en Amsterdam en verschillende
particuliere verzamelaars hebben op de
meest bereidwillige wijze tal van doeken ter
beschikking gesteld. Onze bekende Neder
landsche kunstenaar Willy Sluiter, die alge
meen secretaris is van de officieele commissie
voor tentoonstellingen in het buitenland,
heeft al de werken op zorgvuldige wijze uit
gezocht en bij elkaar gebracht en hij is per
soonlijk met generaal Kalff naar Weenen
gekomen om voor de indeeling van de zalen
en voor het ophangen van de doeken te zor
gen. Deze beide heeren hebben het Oosten
rijksche staatshoofd en de andere feest gas
ten ontvangen en hebben hen door de zalen
rondgeleid.
Allereerst heeft de voorzitter van het
Weensche „Küns'.'.r.'haus". professor A-
Gol:een korte rede gehouden, waarna ge
neraal Kalff het woord nam. Na hem sprak
de voorzitter van de Weensche vereeniging,
baron dr. M. V. Beek en dan begon president
Miklas zijn lange rede. Generaal Kalff had
zich in zij'.', toespraak verontschuldigd, dat
hij hier te Weenen als een vreemdeling aan
het woord was gekomen, doch Miklas zeide.
dat generaal Kalff geen vreemdeling voor de
Oostenrijkers was. evenmin als het Neder
landsche volk een vreemd volk voor het Oos
tenrijksche was en het ook nooit zal zijn!
Oostenrijk toch zal nooit de hulp en de on
dersteuning vergeten van de Nederlanders,
die in de jaren, die zoo uiterst moeilijk voor
Oost.: - waren, duizenden Oostenrijksche
kind:**'- <»n Weensche kinderen hierop
legde r»- - .vsident den nadruk naar Hol
land l.- .r. laten komen om hen daar te
voeden :-n van klecren te voorzien. Oosten
rijk. aldus president Miklas. zal daarvoor
steeds dankbaar zijn! Verschillende malen
gaf het publiek blijken van instemming.
Ook de Nederlandsche kunst, aldus ging
Miklas voort, is niet nieuw voor de Oosten
rijkers. Men heeft hier steeds dc heerlijke
werken van de groote en beroemde Neder
landsche meesters weten te waardeeren. Gij
behoeft slechts een kijkje te nemen in de
groote musea te Weenen cn in tal van ver
zamelingen van particulieren, en overal zult
ee oude Nederlandsche kunstwerken tegenko
men. En niet alleen te Weenen. doch ook in
alle andere doelen van Oostenrijk is dit zoo
het geval. Miklas zelf had de vorige week
nog in diepe bewondering voor oude Neder
landsche schilderijen in het „Landcsmuseum"
van Innsbruck, de hoofdstad van Tirol, ge
staan. Het was een groote vreugde voor hem
geweest, gevolg te geven aan de ultnoodieing
deze tentoonstelling te openen en daarom
eindigde hij met de woorden „lelt erklare
die Ausstellung für geöffnet!"
De tentoonstelling geeft een overzicht van
de Nederlandsche kunst gedurende de jaren
1850 tot 1929. Bijna tachtig jaren dus zijn
hier vertegenwoordigd. De werken zijn over
zeven zalen verdeeld, hoofdzakelijk treft
men schilderijen aan, dorh ook etsen, teekc-
ningen, aquarellen, houtsneden, litbogra-
phieen en een paar voortbrengselen van
beeldhouwkunst. In de groote zaal, waar
men het eerst binnenkomt, wanneer men dc
breede trap is opgeklommen, zijn de groote
meesters van de Haagsche school bijeen ge
bracht. Indrukwekkende, prachtige olieverf
schilderijen: een beroemd strandgezicht met
terugkeerende visschersschepen van Jacob
Maris uit het. Rijksmuseum, een paar fijne
doeken van zijn broeder Mathys en o.a. de
bekende witte koe van zijn broeder Willem.
Een paar uiteenloopende werken van den
veelzijdigen Breitner, een „Maannacht bij
Overschie" van Jongkind uit het museum
Boymans, een andere mooie Jongkind („Win
ter") uit de collectie H. van Beek te Rotter
dam, welke ook verschillende andere werken
in bruikleen heeft gegeven, het „Zieke kind"
van Albert Neuhuijs uit het muséum Boy
mans, een prachtige „Thoraschrijver" vol
stemming van Isaac Israels, het bekende
portret van prof. Allebé door dr. Jan Veth
cn tal van andere meesterwerken.
In de zes kleinere zalen, die een hoefijzer
met de groote zaal vormen, zijn ten dcele de
moderneren ondergebracht, doch wc vinden
hier ook nog Jacob Maris, Mesdag cn Mauve,
Weissenbruch en Breitner, verder Voerman
en Jan Veth, een groot aantal sprookjes
achtige werken van M. A. J. Bauer, verder
Dysselhof en Gabriel, een Bosboom en een
Witsen, en dan ettelijke werken van Jan
Sluyters prachtig en Indrukwekkend is
zijn in grijze en blauwe tonen gehouden
„Piëta" een Piet van der Hem, werken
van Toorop en van Schelfhout, van Eekhout
en van Fokko Mees. een paar teergekleurde
lithographiecn van Theo van Hoytema.
schilderijen van Hoyinck van Papendrecht,
Isaac Israels en Van Mastenbroek en tal van
anderen, te veel om alle op te noemen.
Wanneer de beroemde professor dr, K. F.
Wenckebach, die kortelings zijn hoogleraar
schap aan de Weensche universiteit heeft
neergelegd, maar die toch hier te Weenen is
blijven wonen, de expositie bezoekt, zal hij
er opeens tegenover zijn eigen beeltenis ko
men te staan, namelijk tegenover een uitste
kend gelijkepden kop. welke zijn zoon O.
Wenckebach heeft vervaardigd. Van de ove
rige beeldhouwwerken wil ik nog slechts een
„Zaaier" noemen van A. Th. Voss.
Kort en goed, het is een tentoonstelling,
die er mag wezen. Hulde aan generaal Kalff
cn aan Willy Sluiter, die zoo bescheiden was
maar één schilderij van zichzelf naar Wee
nen te laten komen, en hulde aan het heele
Nederlandsche volk. dat hier op waardige
wijze vertegenwoordigd is.
De Weeners roemen vooral de techniek
van onze Holiandsche kunstenaars, welke zij
niet alleen bij de ouderen, doch ook bij dc
modernen aantreffen. In de straten van
Weenen hangt op het oogenblik een kloek
reclamebiljet van de expositie, getcekend
door Willy Sluiter.
W. M. BE KAAR.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct.. per regel-
Een geweldig werktuig
was noodig, om een zoo belangrijk produd op
het gebied van ziektebestrijding als ASPIRIN,
in een voor dit doel onberispelijken vorm te
fabriceeren.
Een staf scheikundigen, een arsenaal vol
toestellen, waren noodig voor de jarenlange
proeven, welke een hygiënisch zuivere fabri
catie van Aspirin waarborgden.
Aspirin
eenig op de wereld.