30 JAREN ASPIRIN BU1TENLANDSCH OVERZICHT loos doodt het haar GRZESINSKY RICHT ZICH TEGEN VERREGAANDE POLITIEKE VERWILDERING. HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 17 OCTOBER 1929 DERDE BLAD HET VERBOD VAN STAHLHELM. Hevige emoties in den Pruisischen Landdag. Twee tafels met moordwerktuigen binnengedragen. Grzesinsky (links) en Hugenberg. T BELANGRIJKSTE NIEUWS. Minister Grzesinski hield in den Pruisi- schen landdag een rede. waarin liij uiteen zette welke feiten de ontbinding van de Stahlhelm-organisatie en de verwante rechts radicale vereenigingen hebben gerechtvaar digd. De Stahlhelm ondermijnt de regeering op allerlei wijze, saboteert den vredeswil van het Duitsche volk en ontwikkelt een met den dag ernstiger wordende staats-gevaarlijke activiteit. „Ik zou het als een verzuim van mijn plicht hebben beschouwd", zeide de mi nister, „als ik het verbod niet had uitge vaardigd. Met alle beslistheid wijs ik de be weringen, dat de maatregel eigenlijk gericht was tegen het Volksrei'erendum, af." (Ge lach bij den rechterzijde). „Het referendum wordt van officieele zijde niet tegenge werkt, en kon natuurlijk zonder eenige be lemmering grondwettig worden doorgevoerd. Onwaar is het dat aan de politie een wenk is gegeven, om ook het materiaal voor het referendum in beslag te nemen". Op dit oogenblik brachten boden twee groote ta fels in de zaal, waarop allerlei wapenen, ploertendooders, revolvers en dolkmessen, waren tentoongesteld, die op vergaderingen van Nationaal-socialisten in beslag zijn ge nomen. Er ontstond nu een groot tumult, vice-president dr. v. Kries, kon met zijn bel niet meer boven het lawaai uitkomen en de zitting moest worden onderbroken. Nadat de zitting was heropend zei minis ter Grzesinski, ten zeerste ontsteld te zijn door het gelachS waarmee het binnenbren gen van deze wapens was begroet. „Met deze wapenen" zeide hij „zijn ook de politie beambten doodgestoken (Hoort, Hoort!" bij de regeeringspartijen). Een deel van deze wapens is afgenomen van communisten (la waai bij de communisten). Dit feit toont aan, hoe ongelooflijk de politieke strijd is ver ruwd. Tenslotte zeide de minister, dat hij de Stahlhelm niet aan een bijzonder regime wilde onderwerpen. Zonder genade zal op dezelfde wijze, elke politiekee bond worden aangepakt, die een gevaar oplevert voor den binnenlandschen- en buitenlandschen vrede (levendige bijval bij de regeeringspartijen; onrust rechts). De zitting van den Pruisischen landdag is dus hoogst emotioneel verloopen. Men kan de houding van Grzesinski niet anders dan toejuichen. Aan de verwildering der politieke zeden dient paal en perk gesteld te worden evenzeer als aan het belachelijke bedrijf van den onverantwoordelijken troep die Hugen berg aanhangt. Grzesinski roerde tenslotte ook nog de zaak Sklarek aan en zeide dat men er van afgezien had om burgemeester Böss van zijn Amerikaansche reis terug te roepen, omdat hij 't aanzien van Duitschsland in 't buiten land ernstig geschokt zou hebben. Dat aanzien is trouwens ondanks de tegenreclame onder leiding van dr. Eckener reeds aanzienlijk geschaad, door het optre den van Stahlhelm. Duitsch-nationalen en groep Hugenberg. En wat het schandaal Sklarek aangaat burgemeester Böss zal van zijn reisje, (dat Berlijn een 75 a 80.000 Mark moet kosten) niet veel plezier hebben! De herinnering aan den voor 400 Mark gelever- den bontmantel (de waarde was eenige dui zenden Marken hooger) zal het genoegen op de reis wel bederven! L. A. Burgemeester Schneider wil niet aftreden. BERLIJN. 16 O ctober (V.D.) De bij het schandaal-Sklarek het meest betrokken en uit de S. P. D. gesloten districtsburgemeester Schneider, legde heden de verklaring af, dat hij zijn ambt niet eerder zou neerleggen dan wanneer hij door den eersten burge meester, de hoogste president en de discipli naire autoriteiten gehoord was. De vergade ring van het centrum, waar hij deze ver klaring aflegde, werd na vrij vurige debatten gesloten, voordat burgemeester Schneider gelegenheid had gehad een verklaring af te leggen over de talrijke tegen hem uitge brachte beschuldigingen. De burgerlijke partijen stelden daarop de volgende motie voor: „Aangezien burgemeestef- Schneider zich niet uitspreekt tegen de openlijk in de dis trictsvergadering uitgebrachte beschuldi gingen, spreekt de districtsvergadering haar wantrouwen uit en verlangt zij van de autoriteiten dat ernergieke en onmiddellijke onderzoekingen worden ingesteld." Het voorste1/werd met de stemmen van de K. P. D. aangenomen. Stalin ernstig ziek? BERLIJN, 16 October (V.D.) Naar uit Riga gemeld wordt, zou de secretaris-generaal van de Russische communistische partij, Stalin, Rusland's dictator, een zenuwschok hebben gehad, tengevolge tvaarvan hij zwaar ziek in een sanatorium te Gorkis, op 30 mijl afstand van Moskou gelegen, moest worden opgenomen. Drie vooraanstaande psychiaters hebben hem twee maanden volledige rust voorgeschreven en hem verboden zich met staatsaangelegenheden te bemoeien. Ernstige wending in 't Chineesch-Russisch conflict. Een telegram uit Moekden meldt, dat het Chineesche militaire hoofdkwartier te Kirin zeer verontrust is door het optrekken der Sovjettroepen naar de Soengarie, waar zij, naar gemeld wordt, Hwatsjan in de nabij heid van Fietsjin hebben ingenomen en thans Ilan bedreigen, een belangrijke stad op de route naar Charbin. Na ontvangst van de alarmeerende berich ten heeft Tsjang Hsu-liang een dringende conferentie van de militairen bijeengeroe pen, om maatregelen te beramen voor de verdrijving der invallende troepen. Uit Charbin wordt eveneens gemeld, dat de toestand langs de Soengari zich op alarmee rende wijze heeft ontwikkeld en dat tus- schen Lingkiang en Foetsjin hevig wordt gevochten; laatstgenoemde stad wordt reeds door de Sovjettroepen bedreigd. Door Sovjet vliegtuigen is Heibo gebombardeerd, dat te genover Blagowestsjensk ligt. Uit nadere berichten blijkt, dat van de 38 gearresteerden bij den inval in het Sovjet consulaat te Charbin in Mei jJ. vijf Sovjet- Russen veroordeeld zijn tot negen jaar ge vangenisstraf, 21 tot zeven jaar en elf tot straffen van vier a vijf jaar. De acht-en-der- tigste, een Chinees, werd vrijgesproken. Uit dit bericht valt dus op te maken, dat geen der verdachten ter dood is veroordeeld, al dus te Tel. 38 Russen in Charbin ter dood veroordeeld. Uit Charbin wordt gemeld, dat door de rechtbank aldaar 38 Russische communisten en één Chineesche communist ter dood zijn veroordeeld, die bij den inval in het Sovjet consulaat te Charbin in Mei j.l. werden ge arresteerd. De andere toentertijd gearres teerden zijn tot verschillende gevangenis straffen veroordeeld. Een Chineesche brigade, samengesteld uit 2400 man, is uit Charbin gezonden, om den gespannen toestand in de buurt van Ling kiang, een Chineesche stad, gelegen aan de samenvloeiing van Amoer en Soengari. Deze stad was Zondag j.l. door de Russische troe pen bezet na een gevecht, waarbij drie Chi neesche kanonneerbooten tot zinken waren gebracht. De Chineezen rukken thans op om Ling kiang te heroveren, daar de Russen van deze plaats uit de Chineesche scheepvaart op de twee rivieren kunnen beletten. Oplossing ter maritieme conferentie. De commissie van negen heeft weer te Genève vergaderd, om thans een definitieve oplossing voor het conflict tusschen de werkgevers en de maritieme conferentie te vinden. De arbeidersgedelegeerden schijnen nog steeds op het standpunt te staan, dat zij geen enkele verzoeningsresolutie willen aannemen. De regeeringen en de werkge- versgroep daarentegen zijn het. eens gewor den over den tekst eener resolutie, die hier op neerkomt, dat de conferentie den raad van beheer zal uitnoodigen met het oog op de moeilijkheden, welke op de speciale mari tieme conferenties ontstaan zijn, o.a. in zake de benoeming van niet-regeerings-gedele- geei'den, een studie te maken van alle maat regelen die in de toekomst een herhaling van dergelijke moeilijkheden zullen vermij den. De crisis is dus thans opgelost, aldus de Tel, daar de regeeringsgedelegeerden ieder twee stemmen kunnen uitbrengen tegen de arbeiders één stem, waardoor de resolutie als aangenomen kan worden beschouwd. De re solutie is aan de voorstellencommissie ge zonden, die zal besluiten morgen om tien uur een openbare vergadering te houden voor aanneming der resolutie. Aan die vergade- INCEZONDEN MEDEDEEL1NGEN a 60 Cts. per regel. Wrijf me! de vingertoppen wal Purol in Uw hoofdhuid en wasch daarna Uw hoofd me! warm water en gewore reep of nog beter me! I Puroizeep. Herhaal dit zco nu en dan. Uw hoofdhuid wordt daardoor roosvrij. hel haar schoon en zacht en vaU-me! uil. ring zullen de werkgevers nog niet deelne men, doch onmiddellijk na de aanneming der resolutie zullen de werkgevers aan de werkzaamheden der commissie deelnemen. Hindenburg en 9t Volks- begehren" De rijkspresident von Hindenburg heeft den rijkskanselier den volgenden brief ge schreven: „Met toenemende verwondering heb ik moeten vaststellen, dat in den strijd om he: „Volksbegehren" zoowel door de rijkscommis sie voor het Volksbegehren als door de par tijen, die het bestrijden, mijn persoon en mijn persoonlijke meening over het ze. Young-plan in het geding worden gebracht. Eenerzijds wordt beweerd, dat ik een voor stander van het Volksbegehren ben. terwijl er anderzijds de nadruk op wordt gelegd, dat ik mij heb verbonden 't Young-plan te aan vaarden". „In tegenstelling hiermede stel ik vast, dat ik niemand machtiging heb gegeven of op andere wijze aanleiding heb gegeven, mijn persoonlijke meening bekend te maken. Ik heb juist steeds gezegd, dat ik mij voorbe houd mijn definitief standpunt ten aanzien van het Young-plan vast te stellen op het tijdstip, waarop dit zeer belangrijke pro bleem rijp is voor definitieve afhandeling en ik een besluit moet nemen over de overeen komstig de Grondwet tot stand gekomen wet. Hieraan blijf ik mij houden. Ik verzoek u, mijnheer de rijkskanselier, hiervan ken nis te nemen en den betrokken partijen op de wijze, die u het meest geschikt acht, ken nis van dezen brief te geven". De rijksregeering verwacht, dat de bij den strijd betrokken groepen, speciaal de rijks commissie voor het Volksbegehren, gevolg zullen geven aan den wensch van den pre sident en zijn persoon buiten den strijd zul len laten. BERLIJN, 16 October. De centrale com missie van de Duitsche communistische par tij heeft, nu begonnen wordt met het teeke nen voor het „Volksbegehren", een verkla ring gepubliceerd, waarin als voorschrift wordt gegeven: „Geen handteekening en geen stem voor die brutale volksbedriegerij". ROOKEN OP DE R 101. (Van onzen Londenschen Correspondent). Bezoekers aan Cardingfton, de vorige week, zagen het nieuwste Britsche luchtschip, de R 101, hangend op de lucht in zijn loods. Het schip bleek gereed tot in de kleinste bij zonderheden en het lag er los van wanden en vloer stil in de voor zulk een gevaarte wel zeer beperkte luchtruimte. Men kon er wat indrukken opdoen van hetgeen een luchtreis in dit schip (of waarschijnlijker in een soortgelijk maar grooter schip) zal wor den, wanneer het de wolken kiest in de richting van het Oosten en Australië, of het Westen en Canada. De reiziger zal zich aan eigenaardige regelen moeten onderwerpen Gewoon straatschoeisel mag op de vloeren van de R 101 niet worden gedragen. Helden mo gen de eerste reizigers van dit nog zoo on bekende en onbeproefde vervoermiddel zijn, maar dan zullen zij tevens pantoffelhelden zijn in de meer letterlijke beteekenis van het woord. Sloffen met rubberzolen en zonder hielen vormen de voetdracht voor alle men- schen, die zich op de fragiele banen van dit reismiddel zullen begeven. De corridors, de vloeren van salons en hutten zijn van dun triplexhout en de lage lambriseeringen zijn niets anders dan geverfd doek. Gewone lee- ren schoenen zouden hier groote verwoesting aanrichten. Een andere regel, strenger en voor ernsti ger doel, is dat alle rookgerei, cigaretten. pijpen, tabakken, lucifers en aanstekers aan den steward moeten worden afgegeven bij het aan boord gaan. Dat deze brandbare en voor branden bestemde waar aan boord mag komen is op zichzelf al een bijzonder heid; en wij meenen dat de R 101 het eerste schip is waarop dit kan plaats hebben. Het schip heeft zelfs een rookkamer, hetgeen mogelijk is geworden wijl er wegens de toe passing van olie-motoren geen benzinedam pen zijn. Die rookkamer is zorgvuldig brand vrij gemaakt en als zoodanig door vuurvaste wanden geheel geïsoleerd van de rest van het schip. Maar reizigers, die willen rooken, moeten aan den steward vragen om het be- noodigde materiaal, dat in de rookkamer is opgeborgen. En daar, ep nergens elders, mag de reiziger van zijn geurig orandend kruid genieten. PERSONALIA. De navolgende gediplomeerden van de Middelbare Technische School te Haarlem zijn geplaatst in de nagenoemde betrekkin gen: De heeren J. G. Gouda, afdeeling Weg en Waterbouwkunde en C. J. J. van Wijk, afdeeling Werktuigbouwkunde, bij de Ned- Koloniale Petroleum Maatschappij te 's Gravenhage, met bestemming naar Ned.- Oost-Ir.dië; J. B. Bakker, afdeeling Electro- techniek, als electrotechnisch opzichter bij de Philips fabrieken te Eindhoven; P. C. de Rooy, afdeeling Electrotechniek, als as sistent-opzichter bij de Nederl. Spoorwegen te Leidschendam; A. Worisek. afdeeling Electrotechniek. als electrotechnicus bij de N.V. Hazemeyer te Hengelo (O.) VERGADERING KENNEMER FOTOKRING. Woensdagavond vergaderde in de Sociëteit Vereeniging de Kennemer Fotokring. Een schitterende collectie foto's van den heer H. F. Tillema uit Bloemendaal sierde den wand. Het waren opnemingen uit Borneo, en deze foto's gaven uitstekend weer, de moei lijkheden waarmee een fotograaf te kampen heeft in Borneo's oerwouden. Op de volgende vergadering zullen worden vertoond de door den heer Tillema opgenomen films, die dan voor de eerste maal in ons land zullen draaien. De heer L- Blok hield een causerie over het bollenbedrijf aan ae hand van een serie kleurenplaten van verschillend fabrikaat. Tot slot werden geprojecteerd een collectie diapositieven van ae Haarlemsche fotoclub „Camera Obscura". EEN TENTOONSTELLING VAN NEDERLANDSCHE KUNST TE WEENEN. Van onzen Weenschen correspondent) Reusachtige belangstelling voor de opening door den president van de Oostenrijksche republiek. Een hartelijke rede van Miklas. Nederland heeft al het werk alleen gedaan en alle financiëele middelen bij elkaar gebracht. Weenen, October. Reeds sedert weken en weken werd er te Weenen over gesproken en geschreven en eindelijk is het- dan zoover gekomen: de ten toonstelling van Nederlandsche kunst in het „Künstlerhaus", alhier, is op feestelijke wijze door den president van de Oostenrijksche re publiek, Wilhelm Miklas, geopend. Er bestond een buitengewone belangstelling voor deze plechtigheid; er waren een paar honderd personen komen opdagen, een groot gedeelte hunner moest- op de breede trap blijven wachten totdat de redevoeringen in de groo te zaal ten einde waren, omdat er in deze zaa! geen piaats meer voor hen was. Be halve het Oostenrijksche staatshoofd en een paar heeren van zijn gevolg was ook de bondskanselier. Schober, verschenen. Verder de Nederlandsche gezant te Weenen. jhr. F. Michiels van Verduynen, en de Oostenrijk sche gezant in Den Haag. dr. A. Duffek, die zich op het oogenblik in Oostenrijk ophoudt, omdat zijn echtgenoote hier een ongeluk is overkomen. Ook de beide an lere heeren van ons gezantschap te Weenen, de attaché, jhr J. W. M. onouel: Hurgronje en de kanselier, de heer A. van der Stal. waren aanwezig. Onze consul-genc.aal was verhinderd, omdat hij op het oogenblik niet te Weenen vertoeft. Onder de aanwezigen merkte men o.a. no;: op den Roemeenschen gezant, den heer Miti- lineu, en tal van andere hoogwaardigheids- bekleeders. Ongeveer anderhalf jaar geleden werd er in ons land een tentoonstelling van Oosten rijksche kunst en kunstnijverheid gehouden, welke de steden Rotterdam. Den Haag. Am sterdam en Leiden heeft bezocht. Deze ten toonstelling heeft een zeer groot succes ge had, er werden zelfs vrij veel werken van Oostenrijksche meesters in ons land ver kocht. O.a. heeft het gemeentelijke museum in Den Haag een schilderij van Egon Schiele gekocht. Men heeft van begin af aan gewe ten, dat er weinig kans op zou zijn, dat men goede zaken zou kunnen doen met een ten toonstelling van Nederlandsche kunst te Weenen. want het publiek in Oostenrijk is lang niet zoo koopkrachtig als dat bij ons te lande, doch men heeft meer een tegenbezoek uit beleefdheid willen maken en de Oosten rijkers thans in de gelegenheid willen stellen in hun eigen land eens kennis te maken met de voortbrengselen van de Nederlandsche kunst. De tentoonstelling moet er toe bijdra gen de beide landen en volkeren op geeste lijk gebied dichter bij elkaar te brengen, iets, waarnaar de in 1923 in Den Haag opgerichte vereeniging „Nederland-Oostenrijk" steeds heeft gestreefd. Deze vereeniging, die gedu rende al de jaren van haar bestaan zeer ac tief is geweest, heeft de moeilijke taak op zich genomen de tentoonstelling in elkaar te zetten. Men rekende daarbij in den be ginne ook wel eenigszins op de hulp en de tegemoetkoming van de zijde van Oosten rijk. Te Weenen toch bestaat een zusterver- eeniging „Holland-Oesterreich" geheeten, maar van deze heeft het groote publiek in Oostenrijk nog bijna nooit wat gehoord. Het bestuur van deze vereeniging slooft zich niet al te zeer uit. Het mocht wel eens een voor beeld nemen aan den kranigen voorzitter van „Nederland-Oostenrijk" in Den Haag. den gepensionneerden luitenant-generaal J. F. B. Kalff, die steeds weer iets nieuws heeft en die voortdurend lezingen en gezellige avonden weet te organiseeren. Ons land komt enkel en alleen de lof toe het mogelijk te hebben gemaakt, dat de tentoonstelling kon plaats vinden, want Oostenrijk heeft er geen rooden cent toe bijgedragen. Wel kwam men in het begin met allerlei mooie beloften voor den dag, maar per slot van rekening heeft men noch van officieele zijde, noch van den kant van particulieren ook maar iets bijgedragen. Hetgeen erg jammer is, want dit heeft bij tal van landgenooten een zeer slechten indruk gemaakt. De Nederlandsche regeering heeft een ruime subsidie verleend en teneinde de andere benoodigde gelden bij elkaar te brengen, heeft generaal Kalff zich persoonlijk tot verschillende rijke kunstlief hebbers gewend, van wie hij wist, dat zij Oostenrijk genegen waren. Er zijn nog altijd een heeleboel idealisten in ons land, die diep in hun beurs grijpen voor dingen als een tentoonstelling, die slechts hoofdzakelijk een cultureele beteekenis heeft. Zoodoende werd in ons land al het geld bij elkaar ge bracht, dat voor het organiseeren van de expositie noodig was. Nederland mag daar trotsch op zijn! Men heeft niet minder dan tweehonderd kunstwerken naar Weenen gezonden. De meeste ervan bezitten een zeer hooge waarde, er zijn doeken bij. die een internationale bekendheid en beroemdheid genieten. Het Rijksmuseum te Amsterdam, het museum Boymans te Rotterdam, de gemeentemusea in Den Haag en Amsterdam en verschillende particuliere verzamelaars hebben op de meest bereidwillige wijze tal van doeken ter beschikking gesteld. Onze bekende Neder landsche kunstenaar Willy Sluiter, die alge meen secretaris is van de officieele commissie voor tentoonstellingen in het buitenland, heeft al de werken op zorgvuldige wijze uit gezocht en bij elkaar gebracht en hij is per soonlijk met generaal Kalff naar Weenen gekomen om voor de indeeling van de zalen en voor het ophangen van de doeken te zor gen. Deze beide heeren hebben het Oosten rijksche staatshoofd en de andere feest gas ten ontvangen en hebben hen door de zalen rondgeleid. Allereerst heeft de voorzitter van het Weensche „Küns'.'.r.'haus". professor A- Gol:een korte rede gehouden, waarna ge neraal Kalff het woord nam. Na hem sprak de voorzitter van de Weensche vereeniging, baron dr. M. V. Beek en dan begon president Miklas zijn lange rede. Generaal Kalff had zich in zij'.', toespraak verontschuldigd, dat hij hier te Weenen als een vreemdeling aan het woord was gekomen, doch Miklas zeide. dat generaal Kalff geen vreemdeling voor de Oostenrijkers was. evenmin als het Neder landsche volk een vreemd volk voor het Oos tenrijksche was en het ook nooit zal zijn! Oostenrijk toch zal nooit de hulp en de on dersteuning vergeten van de Nederlanders, die in de jaren, die zoo uiterst moeilijk voor Oost.: - waren, duizenden Oostenrijksche kind:**'- <»n Weensche kinderen hierop legde r»- - .vsident den nadruk naar Hol land l.- .r. laten komen om hen daar te voeden :-n van klecren te voorzien. Oosten rijk. aldus president Miklas. zal daarvoor steeds dankbaar zijn! Verschillende malen gaf het publiek blijken van instemming. Ook de Nederlandsche kunst, aldus ging Miklas voort, is niet nieuw voor de Oosten rijkers. Men heeft hier steeds dc heerlijke werken van de groote en beroemde Neder landsche meesters weten te waardeeren. Gij behoeft slechts een kijkje te nemen in de groote musea te Weenen cn in tal van ver zamelingen van particulieren, en overal zult ee oude Nederlandsche kunstwerken tegenko men. En niet alleen te Weenen. doch ook in alle andere doelen van Oostenrijk is dit zoo het geval. Miklas zelf had de vorige week nog in diepe bewondering voor oude Neder landsche schilderijen in het „Landcsmuseum" van Innsbruck, de hoofdstad van Tirol, ge staan. Het was een groote vreugde voor hem geweest, gevolg te geven aan de ultnoodieing deze tentoonstelling te openen en daarom eindigde hij met de woorden „lelt erklare die Ausstellung für geöffnet!" De tentoonstelling geeft een overzicht van de Nederlandsche kunst gedurende de jaren 1850 tot 1929. Bijna tachtig jaren dus zijn hier vertegenwoordigd. De werken zijn over zeven zalen verdeeld, hoofdzakelijk treft men schilderijen aan, dorh ook etsen, teekc- ningen, aquarellen, houtsneden, litbogra- phieen en een paar voortbrengselen van beeldhouwkunst. In de groote zaal, waar men het eerst binnenkomt, wanneer men dc breede trap is opgeklommen, zijn de groote meesters van de Haagsche school bijeen ge bracht. Indrukwekkende, prachtige olieverf schilderijen: een beroemd strandgezicht met terugkeerende visschersschepen van Jacob Maris uit het. Rijksmuseum, een paar fijne doeken van zijn broeder Mathys en o.a. de bekende witte koe van zijn broeder Willem. Een paar uiteenloopende werken van den veelzijdigen Breitner, een „Maannacht bij Overschie" van Jongkind uit het museum Boymans, een andere mooie Jongkind („Win ter") uit de collectie H. van Beek te Rotter dam, welke ook verschillende andere werken in bruikleen heeft gegeven, het „Zieke kind" van Albert Neuhuijs uit het muséum Boy mans, een prachtige „Thoraschrijver" vol stemming van Isaac Israels, het bekende portret van prof. Allebé door dr. Jan Veth cn tal van andere meesterwerken. In de zes kleinere zalen, die een hoefijzer met de groote zaal vormen, zijn ten dcele de moderneren ondergebracht, doch wc vinden hier ook nog Jacob Maris, Mesdag cn Mauve, Weissenbruch en Breitner, verder Voerman en Jan Veth, een groot aantal sprookjes achtige werken van M. A. J. Bauer, verder Dysselhof en Gabriel, een Bosboom en een Witsen, en dan ettelijke werken van Jan Sluyters prachtig en Indrukwekkend is zijn in grijze en blauwe tonen gehouden „Piëta" een Piet van der Hem, werken van Toorop en van Schelfhout, van Eekhout en van Fokko Mees. een paar teergekleurde lithographiecn van Theo van Hoytema. schilderijen van Hoyinck van Papendrecht, Isaac Israels en Van Mastenbroek en tal van anderen, te veel om alle op te noemen. Wanneer de beroemde professor dr, K. F. Wenckebach, die kortelings zijn hoogleraar schap aan de Weensche universiteit heeft neergelegd, maar die toch hier te Weenen is blijven wonen, de expositie bezoekt, zal hij er opeens tegenover zijn eigen beeltenis ko men te staan, namelijk tegenover een uitste kend gelijkepden kop. welke zijn zoon O. Wenckebach heeft vervaardigd. Van de ove rige beeldhouwwerken wil ik nog slechts een „Zaaier" noemen van A. Th. Voss. Kort en goed, het is een tentoonstelling, die er mag wezen. Hulde aan generaal Kalff cn aan Willy Sluiter, die zoo bescheiden was maar één schilderij van zichzelf naar Wee nen te laten komen, en hulde aan het heele Nederlandsche volk. dat hier op waardige wijze vertegenwoordigd is. De Weeners roemen vooral de techniek van onze Holiandsche kunstenaars, welke zij niet alleen bij de ouderen, doch ook bij dc modernen aantreffen. In de straten van Weenen hangt op het oogenblik een kloek reclamebiljet van de expositie, getcekend door Willy Sluiter. W. M. BE KAAR. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct.. per regel- Een geweldig werktuig was noodig, om een zoo belangrijk produd op het gebied van ziektebestrijding als ASPIRIN, in een voor dit doel onberispelijken vorm te fabriceeren. Een staf scheikundigen, een arsenaal vol toestellen, waren noodig voor de jarenlange proeven, welke een hygiënisch zuivere fabri catie van Aspirin waarborgden. Aspirin eenig op de wereld.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 9