H. D.-VERTELLINGEN De Mantel der Duisternis Baby's Verkoudheid STADSNIEUWS FEUILLETON HAARLEM'S DAGBLAD VRIJDAG 25 OCTOBER 1929 (Nadruk Terboden; auteursrecht voorbehouden.) De Verleren Zoon. Uit het Engelsch van JAMES FRANCIS DWYER Toen zendeling Zinklefoot ongeveer vijf jaar geleden een godsdienstige bijeenkomst leidde in Decatur, Tennessee, had een oude vrouw hem verzocht bij elke samenkomst, v/aar hij het woord zou voeren den naam ai' te roepen van haar zoon die haar eenige jaren geleden verlaten had en nooit was te ruggekeerd. Zinklefoot beloofde het. Zonder het te weten, had de vrouw hem een prach tig onderwerp verschaft om in zijn redevoe ringen in te lasschen, waar hij een dankbaar gebruik van maakte. Gedurende de eerste weken, nadat hij de zen plicht op zich genomen had. deelde hij de geschiedenis in zoo weinig mogelijk woorden mede, en riep den naam van den gezochte op zakelijken toon. Toen veranderde hij. Hij begreep eensklaps dat hij een kostbaar kleinood bezat, en dat er van dit verhaal veel meer te maken zou zijn, dan wat hij met een paar simpele woor den vertelde. Hij vlocht er eenige aandoen- lijKe taferceelcn tusschen en beschreef alles met veel pathos. Levendig schilderde hij den toehoorders de wachtende moeder en riep voor hun fantasie het beeld op van den zoon, naar wien zij hunkerde. Het was prachtig! Het verhaal van het on geluk en het plechtige afroepen van den naam maakte diepen indruk op de manne lijke toehoorders en deed de vrouwen in snikken uitbarsten. Zijn redevoeringen wer den steeds welsprekender. Men snakte naar adem, hoopte, bad en droeg Zinklefoot op de handen, den man, die zich geheel belange loos zooveel moeite gaf voor die grijze moeder uit Decatur En na vijf jaar onafgebroken zijn orato risch talent op deze wijze uitgebuit en ge- perfectlonneerd te hebben, gebeurde plotse ling het onvermijdelijke en de prediker zag zich eensklaps beroofd van het pathetisch slot van zijn toespraken en van het succes, dat hij zoo lang reeds, avond aan avond, had geoogst. Geen wonder, dat het verrijzen van het zwarte hoofd tusschen de blanken hem had doen huiveren. Hij gevoelde een feilen haat jegens den vreemdeling bij hem opkomen. ALs bij instinct begreep hij, dat thans de ver loren gewaande Hutton in levenden lijve voor hem stond en tevens wist hij, dat hij de geschiedenis van de oude moeder nooit meer zou kunnen vertellen. De zwarte man dook op in Weehawpville. Zinklefoot had zijn gehoor weer opgezweept door zijn gloedvolle woorden, het oogenblik was gekomen voor „het geval-Henry Hutton" Hij ging vlak vooraan op het podium staan en wachtte tot het laatste geluid weggestor ven was. „Vrienden," zei hij, „toen ik eenige jaren geleden sprak in Decatur, Tenessee, vroeg een oude, grijze vrouw mij, bij elke bijeenkomst waar ik het woord voerde, den naam van haar verloren zoon af te roepen. De arme vrouw wacht en wacht, met die echte, groote liefde, zooals alleen een moeder die voelt voor haar kind, zij spaarde jaren lang, ten einde al het geld met kwistige hanid te kun nen geven aan haar verloren zoon, eens zal hij toch wel op een mijner samenkomsten verschijnen, om hare boodschap, uit mijn mond te vernemen, ik beloofde haar dit en altijd ben ik mijn belofte nagekomen. Avond aan avond, jaar in, jaar uit, heb ik overal waar Ik sprak zijn naam uitgeroepen, luis terend. wachtend, altijd weer hopend 'n stem te zullen hooren, die mijn roep zou beant woorden, opdat ik vreugde zou kunnen bren gen in het hart van de arme beproefde vrouw in het verre Tennesessee". Onderdrukt snikken klonk op uiit de me nigte en Zinklefoot ging met groote welspre kendheid verder, tranen vielen op het gras, toen hij zijn hoorders een treffende beschrij- 1NGEZONDEN MEDEDEELINGEN m 60 Ct». per regel. Teere maagjes kunnen niet veel inwendige medicijnen verdragen. Be-hnncU ld arom babv'a verkoudheid „uitwendig" me'. Vicks VnpoRub. Als U borst en keel met dc/e verdampende zalf inwrijft, zal de kleine dreumes spoedig beteren. VapoRub ving gaf van de groote moederliefde der oude vrouw. Henry Hutton!" De roep klonk machtig over de hoofd der aanwezigen, die den adem inhielden. .Henry Hutton! Henry Hij voleindigde zijn zin niet, het was, of hij een vuistslag in het gezicht had gekre gen, hij wankelde. Een neger was opgestaan. „I k ben Henry Hutton uit Decatur", zei de man. Weehawpville zal het tooneel nooit verge ten. dat thans volgde. De ontdekking van den verioren gewaanden zoon was diep ontroe rend en daar de bewoners van het stadje zelden in de gelegenheid waren uiting te ge ven aan hun gemoed, grepen zij deze gelegen heid maar al te graag aan. De mannen drongen op om dicht bij Hut ton te komen, de vrouwen weenden harts tochtelijk. De man werd op de schouders naar het podium gedragen en het verzoek van den prediker om stilte ging verloren in het gesnik en gejuich. Alleen Zinklefoot was kalm, zijn pogingen om de anderen tot kalm te te manen faalden ten eenenmale. Hij had een ware vloedgolf van sentimentaliteit ont ketend, die opstuwde rondom Hutton, hij zelf was op het laatste plan gekomen, als vergat men zijn bestaan. Hij stond geheel alleen. Toen drong het plotseling tot hem door, dat hij den terugkeer van dezen Hutton nooit gewenseht had, alleen de mogelijkhe i d van zijn terugkomst had voor hem waaide gehad. De goede genius, die altijd en overal het juiste psychologische moment weet te vin den. trad nu op in de gedaante van. een vriend van den verloren zoon. Boven het tumult uit verhief de vriend zijn stem en deelde mede dat Hutton zoo spoedig mogelijk, liefst dadelijk, terug wilde gaan naar zijn oude moeder in Decatur, als hij het geld voor de reis maar had. Deze mededeeling werd met groot gejuich ontvangen en spoedig was de klove over brugd, die de moeder nog scheidde van haar verloren zoon. Weehawpville was in een grootmoedige stemming. De inwoners waren getroffen in het diepst van hun gemoed en onder tranen en gejuich offerden zij hun pen ningen. Toen de gemoederen eindelijk wat tot rust waren gekomen, werd het stil. Met bevende stem stamelde Hutton zijn dank aan allen, die de groote som van f 200 bij een hadden helpen brengen. Toen weenden de Weehawpvillers weder om en nadat de vreemdeling in een hotel zijn intrek had genomen, ging men huis waarts, velen nog zachtjes nasnikkend bij do gedachte aan de ontmoeting tusschen moeder en zoon.... Bij het krieken van den morgen wekte Zinklefoot den volgenden dag de gasten van het hotel door hard op de straatdeur te bon zen. Toen de eigenaar hem, een beetje* boos om al dat lawaai, zóó vroeg, binnenliet, riep hij op luiden toon om Hutton. „Die is al met den trein van 3 uur vertrok ken", was het antwoord. „Hij was zóó ver langend zijn oude moeder weer te zien!" Zinklefoot greep zich aan den deurknop vast- „Lees lees dit", stamelde hij. De hotelier nam het vel papier en las hardop: „Zinklefoot. Weehawpville. Henry Hutton al 2 jaar hier. Moeder stierf 9 maanden geleden. Door u bedoeld persoon klaarblijkelijk een bedrieger. Commissaris van Politie Decatur". De hotelhouder staarde naar den wanho- pigen prediker. „Als ik u was", zei hij ernstig, „zou ik dit niet aan de menschen bekend maken. Zij zouden u lynchen, omdat zij u als den man zouden beschouwen, die hen er zoo leelijk had laten inloopen". Maar Zinklefoot hoorde dezen raad niet meer. Hij had het bewustzijn verloren. VEREENIGING VAN HUIS- VROUWEN. LEZING VAN DR. H. G. HAMAKER. De af deeling Haarlem van de Nederland- sche Vereeniging van Huisvrouwen hield Donderdagmiddag in hot gebouw „Zang en Vriendschap" een vergadering, die gepresi deerd wercl door mevrouw Ch. Cohen Ter- vaertKoch. De presidente sprak een kort inleidend woord en achtte zich gelukkig te kunnen medodeelen, dat Dr. H. G. Hamaker uit Utrecht als spreker zou optreden over het onderwerp: „Tucht en vrijheid in de op voeding". Na een woord van welkom gaf zij het woord aan dr. Hamaker. Deze begon zijn rede er aan te herinneren, dat het systeem van opvoeding van vroeger zeer ver schilt met dat van tegenwoordig. Men is van het eene uiterste in het andere vervallen. Het klein houden van en dwang opleggen aan kinderen van vroeger acht spreker uit den booze. Hij geeft, niettegenstaande de vele bezwaren die er aan verbonden zijn, de voorkeur aan een vaste leiding, waaraan een kind een houvast heeft, waaraan het voelt in het leven een steun te hebben, boven een al te groote vrijheid. Een kind komt niet als een onbeschreven blad ter wereld, maar met een uitgesproken eigen aanleg, waarmede met de opvoeding rekening moet worden ge houden. „Wij aanvaarden", zei spreker, „vrijheid bij de opvoeding als grondbeginsel, waar van alleen afgeweken wordt, wanneer het belang vaai het kind en zijn ontwikkeling leiding met vaste hand of zelfs strengheid noodzakelijk maakt. Ons kan hierbij helpen het onderscheiden van het hooger ik, om vattend. de altruïstische en sociale neigin gen en de scheppende krachten van geest en gemoed. Ook kan ons helpen, het onder scheiden van het lager ik: de egoïstische neigingen en begeerten. Het hooger ik moet harmonisch worden en dat zal niet zoo licht spontaan geschieden zonder een dwingende leiding. De aanpassing aan de werkelijkheid en de eischen van het leven maken goede gewoonten en standaard-reacties noodig, zooals regelmaat, orde, nauwkeurige plichts betrachting, reinheid, wellevendheid enz. Dit alios kan door den dwingenden wil van den opvoeder worden verkregen .zonder dat het hooger ik, de eigenlijke persoonlijkheid er eenige schade door lijdt, als tenminste de opvoeder tot wijze matiging of liever be perking tot het noodzakelijke, in staat ls. Met ernst waarschuw ik tegen de al te veel verspreide opvatting, dat vtrijheid in de opvoeding zou moeten beteekenen: de kin deren aan hun lot overlaten, zich zoo min mogelijk met hen bemoeien. De rechte vrij heid beteekent: belangstelling voor het kind, zijn verlangens, zijn teleurstellingen en leed; een belangstelling zóó groot, dat men leert begrijpen wat er in het kind omgaat. Men moet waardeering hebben voor de meeningen bedoelingen en het oordeel van het kind, hoe onvolkomen ook, om te maken dat het kind zich in ons bijzijn volkomen op zijn gemak voelt en zich vrijmoedig uit. Men moet bij de opvoeding zelfbehoersching leeren en niet voorbarig ingrijpen. Een kind moet bijvoorbeeld de vrijheid hebben, zelfs als het tegen ons advies ingaat, fouten te begaan om daarvan te loeren, als men tenminste fouten met ernstige of onherroepelijke ge volgen weet te voorkomen. De eigen er varing van het kind corrigeert de fouten veel betOr en blijvender, dan al onze voor- gepreekte wijsheid. Het schuldgevoel en het geweten moeten op de juiste wijze geprikkeld worden, vooral door vertrouwen. Dat moet zoo min mogelijk gebeuren door afgedwongen bekentenissen en beloften van beterschap of door preeken of straffen, want daardoor kan veel bedorven worden, al zijn ze misschien soms noodig. Er moet veel aan spontanen groeid worden toevertrouwd". De rede van dr. Hamaker werd met groote aandacht gevolgd en mot applaus beloond. Van de gelegenheid tot het stellen van vragen werd door eenige dames gebruik gemaakt. Zij werden door Dr. Hamaker be antwoord. DE MAHA-CYCLUS. Wij vernemen, dat de Nederlandsche ge zant in Berlijn, mr. J. P. Graaf van Limburg Stirum aan de directie van de filmfabriek Polygoon heeft medegedeeld, dat het hem een groot genoegen is het eere-protectoraat voor Duitschland over de Maha-cyclus, de drie Indische films van de Ned. Indische Fiim-Mpij. en Polygoon, te mogen aanvaar den. Voorts vernemen wij, dat de heeren Ochse hedenmorgen op het departement van Kolo niën moesten komen in verband met den Maha-cyclus. IFCEZONDEN MEDEDEELINGEN 5 60 CM. prf rt;st. NED. REISVEREENIGING. OVER BRETAGNE. De Vlaamsche schrijver Lode van Gent Oscar Tydgat uit Antwerpen sprak Donderdagavond in de stampvolle bovenzaal van De Kroon voor de leden der afdeeling Haarlem van de Nederlandsche Rolsvereeni- ging over „Bretagne". Niet over de badplaatsen sprak hij maar over het eigenlijke land Bretagne, met zijn woeste en sombere schoonheid, over de orgie van kleuren der rotsen en over de bevolking, met haar somberen en mystieken aard, dien aard die evenmin als haar afkomst, Fransch is, al wordt Bretagne door de Fransche staatsgrenzen ingesloten. Spr. ontsloot voor ons de ziel van de zee en de ziel van het land, na eerst een zeer beknopt overzicht gegeven te hebben van de geschiedenis der bevolking en haar groot verleden, waarvan sommige oude gebouwen nog getuigen. Wij maakten, door middel van een lange serie lichtbeelden, waarvan vele naar schil derijen vervaardigd waren, onder meer ken nis met de schilderachtige kleederdracht der Bretons, met de „pardons", de godsdienstige ommegangen waarvan er in de negentig per jaar gehouden worden en die gebeurtenissen zijn in het leven dezer eenvoudige visschers- bevolking, die onder de'n invloed der woeste natuur en der vele legenden die van ouder op kind overgaan, veel neiging tot bijge- loovigheid vertoont. Het was een genot deze lichtbeelden te zien en ook een genot, de geestdriftige toe lichting van den Vlaamschen spreker, die Bretagne door en door kent en er jaren ge woond heeft, te hooren. De avond was aangekondigd als „een aparte avond" en werd dit ook doordat mej. Tine Gimpel, uit Amsterdam, haar mede werking had toegezegd en, begeleid door mej C. Teves, een vijftal Bretonsche liederen zong, waarvan de aantrekkelijkheid nog werd verhoogd door het Bretonsche costuum van de zangeres. Het wetd wat laat, maar men bleef tot het einde, het beste bewijs, dat het gebodene in den smaak was gevallen. Hiervan getuigde ook de voorzitter, de heer Sabel, toen hij met een hartelijk woord de dames Gimpel en Teves en den heer Tydgat dankte voor wat zij de aanwezigen hadden doen genieten. Aan 't begin van den avond had de hoer Sabel medegedeeld dat de hoofden van ge meentelijke takken van dienst en van de gemeentebedrijven uitgenoodigd waren om de lezing bij te wonen. Spr. knoopte» hieraan vast een woord van dank voor de bereid willigheid, door die hoofden steeds aan de leden der Reisvereeniging, bij excursie* en dergelijke betoond. DE GEMEENTE EN JEUGDIGE WERKLIEDEN. OVER DE TOEKOMST. Indertijd hebben wij iets medegedeeld over het rapport dat door een sub-commissie van de Commissie van Overleg in werkliedenza ken was uitgebracht omtrent de rechtspo sitie der jeugdige werklieden in dienst der gemeente. Er zijn 38 van zulke jongelui bij onze over heid in dienst, als volgt verdeeld: Openbare Werken 7, Hout en Plantsoenen 4, Gasfa briek 6, Waterleiding 4, Electric iteitsbedr ij f 1. Reiniging 16. De leeftijden varieeren van 15 tot 22 jaar. Algemeen werden de loonen te hoog geacht. Daarom kwam de sub-com missie met een voorstel tot verlaging, oploo pend van f 5.12 voor 14 jaar tot f 32 voor 22 jaar. Invoering van deze verlaagde loon regeling zou voor die 38 jongelui een bespa ring geven van ruim f 5000 per jaar. Toen heeft de heer E. J. van Det in het tijdschrift van den Ned. Werkloosheidsraad over dit rapport een artikel geschreven, waarin hij critiek leverde op het sobere re sultaat waartoe die commissie gekomen was, namelijk alleen loonsverlaging. De heer W. F. Jansen, ambtenaar van het bureau voor Beroepskeuze van de gemeente Haarlem, heeft in hetzelfde tijdschrift een artikel geschreven om het werk der Haar- lemsche commissie in bescherming te ne men. Hij betoogt dat vergelijkingen tusschea Amsterdam en Haarlem niet opgaan, omdat Amsterdam 554 jeugdige werklieden in dienst heeft en dus gemakkelijker speciale oplei dingen voor die jongelui kan openstellen dan Haarelm waar slechts 33 jeugdige werklie den in gemeentedienst zijn. De heer Jansen betoogt, dat hij het met den heer Van Det eens is. dat men de jeug dige werklieden moet trachten in gemeente dienst te houden. Trouwens de sub-com missie was dat ook. Zij zegt in haar rapport daarvan: ,,'dat) wanneer de jeugdige ar beider als volslagen vakman of geoefend an- beider in dienst der gemeente is opgeleid, hem ook de grootst mogelijke kans moet worden geopend om in haar dienst te blij ven.". Schijnbaar is dat in strijd met de opmerking in het rapport dat door de te genwoordige loonen de jeugdige werklieden, vaak langer in gemeentedienst blijven dan in hun eigen belang gewenseht is. Schijnbaar, want dit laatste slaat op de jongens di® bij een dienst (bijv. de Reiniging) niet lang kunnen blijven, eenvoudig omdat deze dienst een zeker aantal jeugdigen maar tofc een bepaalden leeftijd kan houden; hoe eer der dus die jeugdige den gemeentedienst verlaat, hoe meer kans hij heeft in het par ticuliere bedrijf nog te slagen; en tegenover hen, die op la teren leeftijd nog in dienst ko men, die meestal niets meer geleerd hebben, sinds de lagere school (wat toch de gemeente niet als schuld kan worden aangerekend stelt de commissie zich voor, hen te doen onderrichten in chauffeeren, en aldus hun overgang, naar het particuliere bedrijf des noods, gemakkelijk te maken. De heer Van Det beveelde aan, dat alsnog regelen worden gesteld voor geschiktheids- bepaling en aanstellingsleeftijd. De practijk in Haarlem is reeds dat deze weg wordt ge volgd. Natuurlijk is de beslissing, wie der candidaten wordt aangenomen tenslotte aan de directie van het betreffende bedrijf of tak van dienst, doch de daarvoor sollicitee- rende candidaten worden door de arbeidsbeurs nauwkeurig uitgezocht en de meest geschik- ten doorgezonden. We bezitten hier in Haar lem nog niet zoo lang de afdeeling be roepskeuze, maar reeds in enkele voorko mende gevallen werd door deze afdeeling medegewerkt om naar de geschiktheid van een functie bij de gemeente een onderzoek in te stellen. ingezonden mededeelingen a 60 Ct». per reyel. Ook U kunt slank worden KRUSCHEN SALTS zal al het overtollig vet verwijderen; uw lichaamsgewicht zal ver minderen, zonder uw lichaam te verzwakken. Integendeel! KRUSCHEN SALTS is samengesteld uit zes zouten. Het spoort lever en nieren aan tot een krachtiger werking, zoodat alle schade lijke en giftige stoffen verdreven worden. Nieuw frisch bloed zal uw lichaam doorstroo men. KRUSCHEN SALTS verzekert een krachtiger stofwisseling, zoodat elk aanzetten van vet voorkomen wordt. KRUSCHEN SALTS geeft U een blakende gezondheid en stralende energie en levensvreugde, die daarvan het gevolg zijn. KRUSCHEN SALTS is verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten a 0.90 per flacon. De groote flesch a 1.60 bevat 3 maal den inhoud van de kleine flacon. Imps N.V. Rowntree Handels Mij., Keizers gracht 124, Amsterdam C. 47 GRATIS PROEFAANBOD. Wanneer U nog nooit Kruschen geprobeerd hebt probeert het dan nu op onze kosten. Wij hebben onder de Apothekers en Drogis ten 100.000 speciale „Groote Proefpakken" gedistribueerd, welke het gemakkelijk voor U maken om te ondervinden of de door ons ge stelde eischen U voldoen. Vraagt Uw apothe ker of drogist naar het nieuwe „Groote Proef- pak". Dit bestaat uit onze gewone flacon a 1.60 met een aparte proef-flacon toerei kend voor ongeveer een week. Open eerst de proefflacon. Onderwerp haar aan een proef. En wanneer U er dan niet volkomen van overtuigd zijt, dat Kruschen al die eigen schappen bezit, welke wij tot eisch gesteld hebben, is de gewone flacon nog ongeschon den; breng deze terug. De apotheker of dro gist zal U onmiddellijk en zonder omwegen Uw 1.60 teruggeven. U hebt Kruschen ge probeerd op onze kosten. Wat is royaler? Uit het Engelsch van SIR WILLIAM MAGNAY. 28) ..Dat is juist het erge in dc hecle geschie denis." zei Violet klagcjijk, want inplaats, dat ze door George's schitterende partij te vreden gesteld zal zijn, zal ze er natuurlijk belust op zijn, om ook voor mij zoo'n triomf te bevechten. Ze praat er nu al over om de jongen Damesborough te logeeren te vragen. Sinds hij verleden jaar den titel heeft ge ërfd. Is hij erg bij haar in de gratie. Ze zal alles in het werk stelien, ons aan elkaar te koppelen, hoewel „Hoewel Violet?" „Hoewel er een kleine kans bestaat, dat ik me in de armen van iemand anders zal wer pen. als die tenminste bereid is, me in zijn armen te houden." „Dat zal ik mijn heele leven doen, liefste", antwoordde Hubert opgewekt en hij kuste haar innig. Op denzelfden tijd wandelde een ander paar, waarvan de toekomst heel wat minder onzeker was dan die van Hubert en Violet, langs een pad, dat langs de grens van de gronden van het landgoed liep. „Tk hoorde gisteren goed nieuws van Wal lace" vertelde George. Rosamund wierp een blik vol warmte op het aantrekkelijke gezicht van haar aan staanden man. „Ja?" vroeg ze aanmoedigend. „Ilij deelde me in vertrouwen mee, dat cr waarschijnlijk een reorganisatie van het kabinet op til is. PatUngford gaat naar het Hoogerhuis over en er komen nog een paar andere mutaties. Wallace zei in verband daarmee, dat ik er wel op kon rekenen, dat ik niet over het hoofd zou worden gezien." >e „O. dat is heerlijk nieuws," riep Rosamund met schitterende oogen. „Natuurlijk, kunnen ze jou bij deze gele genheid niet overslaan." „Neen. want ik heb hun allerlei diensten bewezen", gaf George toe. hoewel op een toon, waaruit bleek, dat hij zich daarop in het minst niet liet voorstaan.. „Hoewel; er zijn mannen genoeg, die zeker niet minder bekwaam zijn dan ik en niet minder op den voorgrond treden. Maar ik denk toch wel, dat ik eerder aan de beurt zal komen." „Natuurlijk zul je dat. Dat. moet!" zei het meisje op haar gewonen, energieken toon. „Ik most slagen, nu ik jou naast me heb." Rosamund beantwoordde hartelijk den tee- deren druk van zijn hand. „De rede die je een paar dagen geleden in Fulborough hebt gehouden, moet je zonder twijfel veel goed hebben gedaan." „Er was iets dat me aanvuurde om mijn best te doen." „Het was in ieder geval schitterend. Je sprak honderdmaal beter dan de minister." „Als je eens wist, wat het voor mij betee kent, als jij me prijst, liefste," zei George met aandoening in zijn stem. Zij zetten hun wandeling langs het be schaduwde pad voort en spraken opgewekt over hun toekomstplannen. Opeens zei Geor ge: „Zou er ooit een oogenblik komen. Rosa mund. dat je er spijt van zult hebben, dat je mij geaccepteerd hebt?" Zij waren nu aan het einde van het pad gekomen en kwamen bij een hek. dat toe gang tot den straatweg gaf. Bij Georges laatste woorden bleef het meisje met een ruk stilstaan en keek hem verwonderd aan. „Waarom zou ik dat?" vroeg zij. „Je kunt immers nooit weten?" antwoord de hij op luchtigen toon, waarachter toch groote ernst verborgen was. „Hoe kan een mensch zeggen wat de toekomst brengen zal? Je hoort tegenwoordig van zulke verbazing wekkende lotswisselingen, dat je aan de be stendigheid van alles begint te twijfelen. Po litici verschijnen als meteoren voor een kort oogenblik aan den hemel om dan weer snel en voorgoed uit te dooven. Onbekende mannen van wien niemand ooit te voren gehoord had toonen op politiek gebied opeens onver wachte krachten te bezitten, en komen op de eerste plaatsen, terwijl carrières, waarvan iedereen de grootste verwachtingen had, vaak op een mislukking uitloopen. Dat zou ook bij mij het geval kunnen zijn." Rosamund glimlachte een beetje ongeloo- vig. „Dat lijkt me heelemaal niet waarschijn lijk. Waarom zeg je zooiets?" „Omdat het altijd binnen de grenzen van het mogelijke ligt." „Het lijkt me beter," antwoordde Rosamund bij wie het gezond verstand sterker was dan de neiging om over de toekomst te filosofee ren, „om tegen jezelf te zeggen, dat zooiets niet mogelijk is; dat je niet kunt misluk ken." Maar George scheen besloten, om een rechtstreeksch antwoord van haar te krij gen. „Maar als het eens gebeurde," hield hij vol. Ze lachte zacht; „ik wil op het oogen blik niet over zooiets onaangenaams pra ten". weerde ze af. „Wil je er liever mee wachten, tot het mis schien te laat is?" vroeg hij met een vreemd soortige hardnekigheid. „Gcorge," protesteerde zij. ..Zulke dwaze idcecn moet je niet in je hoofd halen, lloe zou jij ooit kunnen mislukken?" „In de politiek „Als dat zou gebeuren," viel ze hem haas tig in de rede, „zullen wij de politiek links laten liggen." „En," begon hij weer, terwijl zijn gezicht opklaarde, „zul je dan ondanks de misluk king toch altijd van mij blijven houden?" „Maar waarom dan toch niet?" klonk het een beetje ongeduldig. „O. om allerlei redenen, soms kan ik het voorgevoel niet van mij afzetten, dat mijn carrière op een mislukkig zal uitloopen en dat ik daarom het recht mis, om jou, die zulke hooge aanspraken kunt laten gelden, te vragep, je leven met mij te deelen." „Denk je niet, dat ik daar zelf het beste over kan oordeelen?" vroeg ze rustig. „Liefste!" zei hij ontroerd, terwijl hij haar hand aan zijn lippen bracht. „Dus dan is er werkelijk geen sprake van, dat cr ooit iets tusschen ons zou komen?" „Is daar dan reden voor?" „Neen, als je me wilt nemen, zooals ik ben, met al mijn goede en slechte eigen schappen. Zul je me nooit alleen laten?" Opeens scheen haar koele reserve van haar af te vallen. Zij sloeg haar armen om zijn hals en kuste hem hartstochtelijk. „Lie ver zou ik sterven," zuchtte zij en George was aangenaam verrast over deze onver wachte uitbarsting van innerlijk vuur dat hij niet in haar verondersteld had. Het duurde maar een oogenblik. Rosa mund wendde haar hoofd weer af en met een uitroep van schrik maakte zij zich uit zijn armen los. Hij zag dat ze onrustig naai den straatweg keek en haar blikken volgend, zag hij bij dc bocht de gestalte van een vrouw die van hen stond afgekeerd en die juist op het oogenblik wegliep. „Wat was dat? Wie is het?" vroeg George opgewonden. Rosamund lachte zenuwachtig. „We had den inderdaad ons verstand moeten gebrui ken en niet zoo in het openbaar met onze liefde moeten te koop loopen," zei ze. „Die vrouw stond van den weg af naar ons te kijken." „Was het iemand uit het dorp?" „Neen, ik geloof zeker, dat het die vrouw was, die we gisteren bij de begrafenis hebben gezien en die. zooals je zei, de boezemvrien din van gravin Mornay is geweest." HOOFDSTUK XX EEN TWEEDE MYSTERIE Toen George den volgenden ochtend in ge zelschap van zijn broer door het dorp iiep, ontdekte hij iets, waarvan hij eenvoudig ver bluft was. Hij zag namelijk de geheimzinnige madame Zarnow in druk gtsprc-k met den Hongaarschen detective Steinmarck. alias Johnson. Zij wandelden samen een smallen weg op en neer, die langs den tuin van het logement „De Witte Leeuw" liep. Het was overigens heelemaal niet onnatuurlijk, dat zij zich in eikaars gezelschap bevonden, want zij waren landgenooten en hadden eenzelfde doel voor oogen, namelijk de ontdekking van den moordenaar van Gravin Mornay. Maar om de een of andere reden scheen de ont dekking George van zijn stuk te brengen. Het gebeurde van den vorigen middag was hem trouwens ook al buitengewoon onaangenaam geweest. Afgezien van het feit. dat het alles behalve prettig was, dat iemand de innig heid tusschen hem en Rosamund had ge zien. stond hem de gedachte, dat deze vrouw aan het spionneeren was. in hooge mate tegen. Tijdens het laatste deel van zijn wandeling met Rosamund was hij zóó ont stemd geweest, dat het meisje er een beetje den spot mee was gaan drijven. (Wordt vervolgd,).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 6