BUITENLANDSCH OVERZICHT DALADIER OP DEN GOEDEN WEG. OOK DE SOCIALISTEN ZEGGEN MEDEWERKING TOE. BURGERLIJKE STAND HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 28 OCTOBER 1929 DERDE BLAD Een kabinet met Briand als minister van Buitenlandsche Zaken? T BELANGRIJKSTE NIEUWS Daladier Een nieuwe phase in het politieke leven van Frankrijk: Doumergue droeg Daladier op, een kabinet te vormen en het heeft er allen schijn van, dat Daladier zal slagen. Zijn werk zal op veel hechter basis komen te staan dan aanvankelijk vermoed werd. In de eer ste plaats omdat de socialistische Kamer fractie zich met 36 tegen 12 stemmen heeft uitgesproken voor deelneming aan de regee ring en in de tweede plaats omdat Briand, die afgetreden minister-president zich bereid heeft verklaard om in ee neventueel te vor men kabinet-Daladier de portefeuille van buitenlandsche zaken te aanvaarden. De kansen van Daladier zijn hierdoor na tuurlijk gestegen; zijn kabinet is er door in aanzien gerezen, terwijl de vrees dat door een eventueel socialistisch minister van Bui tenlandsche Zaken belangrijke wijzigingen zouden worden gebracht in de buitenland sche politiek, is weggenomen. Hoewel van verschillende kanten betoogd wordt-, dat de nieuwe regeering de Kamer onmiddellijk na haar optreden behoort te ontbinden, daar de centrumgroepen, die in dertijd gekozen werden met de taak, Poincaré te steunen, haar reden van bestaan hebben verloren, acht men het niet waarschijnlijk, dat Daladier tot dezen stap zal overgaan. Inmiddels moet de Nationale Raad der So cialistische partij de uitspraak van de Socia listische Kamerfractie nog bevestigen; het is de vraag of dan de naam Paul Boncour nog in het geding zal worden gebracht. Deze werd immers reeds als toekomstig mi nister van Buitenlandsche Zaken gedood verfd. Intusschen is hetgeen nu aan het gebeuren is, heelemaal niet naar den zin van de recht- sche bladen die eindelijk hun gereserveerde houding hebben laten varen en hevig fulmi- neeren. Zelfs de nersoon van den president, (Doumergue) wordt niet met vrede gelaten. Men schrijft dat met terzijdestelling van de gewone onschendbaarheid van den president hem thans eindelijk gezegd moet.worden, dat hij met vuur speelt. „Het is de taak van den staatspresident, in tijden van crises de regee ring een leider naar den wil des volks te ge ven, en dezen elementairen regel heeft Dou mergue niet gehandhaafd. Het gevolg hier van zal zijn, dat het Rijnland onvoorwaar delijk wordt ontruimd, dat het Saargebied onvoorwaardelijk wordt afgestaan en dat de verdediging van de Oostelijke grenzen wordt overgelaten aan de Tweede Internationale". Deze woede is alleszins verklaarbaar. Doch het is nutteloos om te willen loochenen dat de huidige ontwikkelingsgang noodzakelijk en onafwendbaar is. Als men nu terugblikt, dan beseft men dadelijk, dat de oplossing die Daladier gevon den heeft, de eenige juiste is. Na Strese- mann's dood, is de situatie oneindig veel moeilijker geworden. Stresemann was in de oogen van Frankrijk immers in zekeren zin een verpersoonlijking van Goodwill en ver- trouwen.Met hem kon- en mocht men onder, handelen. Op 't oogenblik bezit Duitschland geen representatieve figuur die de plaats van Dr. Stresemann kan innemen. Briand is de eenige, die de delicate taak de vol tooiing van de in Den Haag gevoerde politiek op zich kan nemen. In zooverre zal het politieke aspect van Frankrijk dus geen veranderingen opleveren. Wel is het hoogst- interessant, dat er thans wellicht een regeering aan het bewind zal komen, die gebaseerd zal zijn op een verbond tusschen socialisten en radicaal-socialisten. De socialisten (van wie verwacht werd dat zij Daladier niet zouden steunen) zijn ge zwicht voor Daladier's aanbod, dat vervat Hoe de Daily Express" zich den gang van in een brief aan de socialistische leiders neerkomt op de belofte om hen te steunen bij het ten uitvoer brengen van een reeks sociale hervormingen. Het is echter ook zeer wel mogelijk dat het bovenbedoelde verbond zal leiden tot een so lide politiek, die zich aan zal sluiten bij de algemeene internationale nei ging tot ontwapening. In ieder ge val is het hoogst merkwaardig dat de Fransche gang van zaken in zekere opzich ten parallel gaat aan de Engelsche. Ook in dit opzicht zijn de pogingen van Daladier onze onverdeelde belangstelling waard. Typisch-Fransch is Daladier's opkomst. Hij stamt uit den kleinen middenstand. Zijn va der was bakker in Avignon. Studiebeurzen stelden den ijverigen jongen in staat het tot iets te brengen. Hij werd professor in de pro vincie en in de politiek een leerling van Her- riot. Zijn begaafdheid leidde hem spoedig naar het voorzitterschap van de Radicaal- Socialistische partij. Hij bracht als sterkste man het kabinet ten val, als sterkste man richt hij het in gewijzigden vorm weer op. Karakteristiek is in dat opzicht de onderstaande teekening van de „Daily Express". L. A. Daladier aan het werk. Daladier. de voorzitter der Radicale Partij heeft de opdracht tot vorming van een ka binet aanvaard. Daladier begaf zich om drie uur naar het Elysée en verliet het om 3 uur 50 weer. Tot de persvertegenwoordigers zeide hij: „Ik heb den president der republiek mede gedeeld, dat ik bereid ben te probeeren een kabinet te vormen. Ik zal mij thans naar de voorzitters van de Kamer en den Senaat be geven. Bovendien zal ik verder met mijn pilitieke vrienden overleg plegen. Overeen komstig de door den radicalen partijdag aangenomen besluiten, zal ik een brief rich ten aan de socialistische Kamerfractie, waar in ik haar zal aanbieden tot de regeering toe te treden. Ik zal mijn besprekingen zon der overhaasting en in de grootste kalmte voorzetten. Ik zal Zondagochtend om elf uur wederom naar het Elysée gaan om den pre sident der republiek over den stand der on derhandelingen in te lichten". De socialistische partij heeft een zitting gehouden en besloten opnieuw bijeen te komen om het te verwachten aanbod van Daladier te onderzoeken en te beantwoor den. De brief van Daladier aan den voorzitter der socialistische groep bereikte Léon Blum Zaterdag tegen half vijf. Volgens de eerste aanwijzingen bevat de brief verscheidene punten van een gemeen schappelijk program van actie. Deze punten zouden de volgende zijn: lo. belastingher vorming en belastingverlaging; 2o. vredes politiek; 3o. maatregelen tot oplossing der landbouwcrisis; 4o. de sociale hervormingen, welke door de demonstraties worden voor gestaan. Het bestuur der socialistische groep zou, na kennisneming van den brief, te kennen hebben gegeven dat de punten van het huidi ge program niet duidelijk genoeg zijn, en voorgesteld hebben aanvullende inlichtingen aan Daladier te vragen. Het fiasco van 't „Volks- begehren". Ofschoon, wat de bijzonderheden betreft, zich nog niet laat overzien, hoe het resul taat van het „Volksbegehren" er op het oogenblik uitziet, mag men toch, naar wij vernemen, vaststellen, dat tot nog toe slechts een fractie der noodige stemmen is bijeen gekomen. De provincies Oost-Pruisen, Pom- meren en Brandenburg hebben het sterkst aan het „Volksbegehren" deelgenomen; daar is het aantal de noodige tien pet. overschre den. Daar echter deze provincies in totaal slechts ongeveer tien pet. der bevolking van Duitschland omvatten, is het resultaat daar voor het totaal van weinig beteekenis, om dat de deelneming in de overige gebieden van het rijk. vooral in het Rijnland en het West-Duitsche industriegebied, maar ook in Silezië, buitengewoon gering is en gemid deld nauwelijks meer dan één tot twee pet. bereikt. Voor Pommeren wordt gemeld, dat zaken in Frankrijk voorstelt. van de 1.200.000 kiesgerechtigden totnogtoe 350.000 geteekend hebben. Daarentegen heb ben in het kïesdisctrict Keulen van 990.000 kiesgerechtigden slechts wat meer dan 8000 geteekend. Ook in Sleeswijk-Holstein is "net resultaat zeer gering, daar hier van 994 000 kiesgerechtigden, slechts iets meer dan 48.000 hebben geteekend. Gemiddeld genomen mag men derhalve den tegenwoordigen stand van het „Volksbegehren" op vier pet. schatten. Men kan nauwelijks aannemen, dat de nog ontbrekende zes pet. in de laatste drie dagen nog bij elkaar gebracht zal worden. 6 jaar en één dag voor Cuerra. Naar Belga uit Parijs meldt, bevat het Journal een telegram uit Valencia, volgens hetwelk de krijgsraad, voor welken Sanchez Guerra gisteren niet twee-en-twintig andere beklaagden is verschenen, door generaal Berenguez wordt voorgezeten. Tot de be klaagden behooren de zoon van Guerra en de reeder Miche, die het schip beschikbaar stelde, waarmee Sanchez Guerra te Valencia is aangekomen. De procureur des konings heeft een straf van zes jaar en een dag gevangenisstraf te gen Guerra geëischt en andere straffen voor vier andere beklaagden. Sanchez Guerra betoogde nadrukkelijk, dat alleen hij en niemand anders voor de revolutionnaire beweging verantwoordelijk moet worden gesteld. Zijn komst te Valen cia was maar niet een in lichtzinnigheid gepleegde daad. Vandaag zou de behandeling der zaak wor den voortgezet. DE MOORDZAAK LANS. 20 JAAR TEGEN VAN O. GEëlSCHT. (Derde dag.) Zaterdagmorgen, de derde dag van de behandeling van de moordzaak Lans, bestond er zeer groote belangstelling. Ingekomen is o.a. een verbaal, waarin ze kere W. H. Kaptein zegt, op den avond van den moord twee mannen te hebben gezien die liepen op de Admiraliteitskade. Dezer dagen meende hij uit een foto van Van O. in de kranten een dezer twee mannen te her kennen. De president acht dit zoo belangrijk, dat hij beveelt Kaptein te gaan halen om hem alsnog te hooren. Het woord is dan aan mr. J. A. de Visser voor het houden van het requisitoir. Van O. verdiende het behaarlijke salaris van f 4800 per jaar en toch heeft hij zich aan tal van verduisteringen, aan valschheid in geschrifte schuldig gemaakt. In vier jaar tijd is 11700 gulden verduisterd. Zijn vrouw gaf hij f 250 per maand, waar -bleef het overige geld? De officier gaat dan na, wat de politie, die snel ter plaatse was, op den avond van den moord heeft gevonden. De inbraak acht de Officier gefingeerd. De sleutels van den heer Lans welke deze altijd in zijn tasch droeg werden teruggevonden op het lijk. Verder gaande met zijn betoog, wijst de Offi cier er op dat het bijna onmogelijk zou zijn geweest voor inbrekers om binnen te komen, daar het nog vrij druk was in het gangetje waar het kantoor gelegen is. Vreemden kun nen den moor niet gepleegd hebben, daar voor' zou hun den tijd ontbroken hebben. Een belangrijke aanwijzing acht de offi cier, dat verd, niet vol kan houden niet door het achterhek te zijn vertrokken. De officier bespreekt vervolgens de verdwijning van het tafelmesje, dat Van O. placht te ge bruiken tijdens het koffiedrinken, dat eerst na de begrafenis van den heer Lans weer te voorschijn kwam. Uit proeven is komen vast te staan dat het mes vlijmscherp was. Vast staat ook, dat verd. Zaterdag in de wasscherij is geweest, wat hij er deed weet niemand. Volgens den officier heeft verd. daar de sporen van zijn misdaad doen verdwijnen. Mr. Kokosky: „Welke sporen?" De officier: „Dat weet niemand, maar er zijn er genoeg overgebleven, om den dader zijn gerechte straf niet te doen ontgaan." Dant komt dq, officier aan het deskundig onderzoek der kleeren van Van O. en aan de verrassende ontdekking van dr. Hesselink, die menschenbloed vond, wat de andere des kundigen moesten toegeven. Het onderzoek door dr. Gerhard naar de sporen op de schoenen heeft niets opgeleverd, maar deze deskundige heeft dan ook schromelijk ge faald. Dr. Hesselink heeft ook op de schoenen bloedsporen gevonden. Het motief. De officier komt tot het volgende punt van zijn requisitoir: n.l. het motief. In de sta tuten van de vennootschap was vastgesteld dat Van O. na één jaar in de directie zou worden opgenomen. Dat was echter r.iet ge beurd, omdat de heer Lans zag dat Van O. niet geschikt was voor het bedrijf. Natuurlijk heeft dit Van O. gegriefd daarna zijn de ver duisteringen gekomen, waaraan Van O. zich had schuldig gemaakt. De accountant was 's middags om half vijf, op den dag van den moord, met zijn onderzoek van de boeken op het punt gekomen, dat de malversaties uit moesten komen en twee uur later was de heer Lans vermoord. Wat was het motief van Van O. om den heer Lans uit den weg te ruimen? Geen ander dan om de door hem gepleegde malversaties niet uit te laten ko men. Komende tot de reconstructie der feiten zegt spr., dat hij zich de zaak aldus voorstelt: De reconstructie. De heer Lans is 's avonds de trap af ge gaan komende uit het privé-kantoor gevolgd door Van Odie hem beneden in het portaal met een vijl verschillende slagen heeft toege bracht. Veel bloed heeft hij daarbij niet ver loren. Lans is naar boven geloopen en daar er geen bloed op ae trap is gevonden heeft hij het waarschijnlijk nog kunnen brengen tot het fonteintje waar hij zich het bloed van het hoofd wilde wasschen. Daar heeft de moordenaar hem achterhaald en op het hoofd geslagen. Daarbij viel de hoed af cn ook de heer Lans viel neer. De dader, er niet zeker van zijnde dat de slagen op het hoofd voldoende waren, heeft het boterhammesje genomen eh Lans den hals afgesneden. De groote slagader is daar bij niet geraakt en daaraan is het te verkla ren dat de moordenaar er nagenoeg zonder bloedspatten op de kleeren is afgekomen. Bovendien is op het costuum van ver dachte bloed gevonden, zoodat men meent aan te nemen dat hij de moordenaar is. Gedurende de reconstructie bleef de ver dachte doodstil zitten. Langzaam rees een vale kleur naar zijn gezicht. De officier, thans aan het eind van zijn requisitoir gekomen, is van meening dat Lans een schrikkelijken dood is gestorven. Groot is, aldus spieker, de verantwoordelijk heid by den elsch van de straf, ik ben daar van volkomen doordrongen. Ik acht het wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich aan het hem tenlaste ge legde heeft schuldig gemaakt. Waar ik geen enkele verzachtende omstandigheid zie, heb ik de eer Uw rechtbank voor te stellen ver dachte Van O. twintig jaar gevangenisstraf op le leggen. Bij het hooren van den eisch barstte Van O. in snikken uit- De behandeling wordtr ge schorst tot kwart over twee," dan is de ver dediging aan het woord. Het Pleidooi. Zaterdagmiddag heeft Mr. Kokosky een uitvoerig pleidooi gehouden, waarin hij ver schillende veronderstellingen van den Offi cier van Justitie heeft aangevochten. Hij was van meening, dat het vonnis aileen kon wor den geveld, wanneer er niet alleen mogelijk heden en waarschijnlijkheden waren, maar wanneer definitief kwam vast te staan, dat verd. Van O- zich inderdaad aan het hem ten laste gelegde heeft schuldig gemaakt. PI. was van meening, dat er beter tien schuldigen kunnen woraen vrijgesproken, dan een schul dige worden veroordeeld voor twintig jaar gevangenisstraf. Na een zeer uitvoerig plei dooi, waarin verschillende getuigenverklarin gen aan critiek werden onderworpen, kwam hij tot de conclusie, dat de rechtbank niet anders had dan aanwijzingen, waarop vera. Van O. nooit veroordeeld zou kunnen worden. Hij was er dan ook van overtuigd, dat de RoUerdainsche rechtbank, die een buiten gewoon goeden naam heeft, niet op losse gronden zou oordeelen en verd. in deze zaak zou vrijspreken. Na een korte repliek en au- pliek bepaalde de rechtbank cle uitspraak van deze zaak op Zaterdag 9 November as. om tien uur des morgens. DE CULEMBORGSCHE MOORD- ZAAK. Een nieuwe vondst. JENSATIONEELE WENDING. Het Weekblad van het Recht schrijft: ,3ij de behandeling van de zaak van een verdachte, beschuldigd van meineed in de bovengenoemde zaak, nu dezer dagen voor het Gerechtshof, waarheen de zaak van den getuige door den Hoogen Raad was verwe zen, zeide de verdediger te weten, wie de schuldigen aan den bedoelden moord waren. In zeer scherpe bewoordingen liet hij zich uit over hetgeen in verband met de meerge melde moordzaak zou geschied zijn en zeide, dat al hetgeen hem bekend was ook ter hoog ste plaatse bekend is. Wat daarmee bedoeld is weten wij niet-, onze onderstelling zou zijn, dat hier de minister van Justitie bedoeld is. Of die onderstelling juist is dan wel of de spreker het oog had op eene andere hooge justitie-autoriteit, zeker is wel, dat de zaak hiermee niet uit mag zijn. Wie dan ook be doeld moge zijn, hij moet spreken, zeggen zoo beslist mogelijk, dat wat hem bekend is eene conclusie als de voorgedragene niet recht vaardigt, of naar aanleiding van de hem be kende feiten een zoo volledig mogelijk on derzoek uitlokken Eindelijk moet het licht worden ontstoken, niet langer mag in halve woorden worden gesproken. Als er werkelijk van wetenschap omtrent de schuldigen kan worden gesproken, dan moeten die schuldi gen, wie zij ook zijn mogen, straf ondergaan. Dit eischt de gerechtigheid. Wij weten al lang. dat wy met al ons ge schrijf weinig bereiken, onze verklaring, dat wat er in den laatsten tijd in onze straf rechtspleging voorvalt, op ons een diep be- droevenden indruk heef achtergelaten en ons in hooge mate verontrust, zal dus wel gerin gen invloed oefenen. Doch wij schrijven ditmaal niet ter be scherming van verdachten, doch ter bestraf fing van mogelijk schuldigen. Dit maakt een belangrijk verschil; misschien wordt, er nu eens wel naar ons geluisterd. De zaak is zeker belangrijk genoeg". Mr. Roobol heeft een nieuwe vondst ge daan in deze zaak, volgens het Volk een ano nieme brief die zich in liet dossier van de Culemborgsche moordzaak bevond, doch die nog niet in het gedir.g was geweest. Mr. Roobol zou geiykenLs ontdekt hebben in het. handschrift van den onbekenden schrijver van dezen brief, met- dat van de brieven welke door de gebroeders C. geschre ven zijn, welke laatste brieven bij de behan deling van de Culemborgsche zaak zulk een rol gespeeld hebben. Uit het poststempel op de enveloppe van den thans door mr. Roobol bedoelden brief blijkt, dat deze brief ten postkantore van Cu- lemborg is afgestempeld op 24-XII-1923 9 uur namiddag. Die brief is dus geschreven op denzelfden dag, dat het misdrijf is ontdekt- Dat was nl. 's middags omstreeks twee uur en reeds 'n paar uur later voelde de, zich niet be kende makende, schrijver zich genoopt den commissaris van politie in zijn woonplaats een brief te schrijven, waarin hy. met ver strekking van gedetailleerde gegevens en het noemen van een bepaalden naam. een rich ting aanwees in welke de politie haar on derzoek moest instellen. Mr. Roobol voegde hieraan toe. dat hy met die vondst naar den politie-scheikunatge dr. Hesselink te Amsterdam is gegaan en dat deze bevestigend heeft geantwoord op de vraag, of deze deskundige in die vondst hot beginpunt kon zien voor een nieuw onder zoek. En met onmiskenbare bitterheid deelde mr. Roobol het Hof toen ook mede, dat hij daarna met die vondst is gegaan naar den officier van justitie te Tiel, mr. I. G. J. Tou- tenhoofd, wien hij het verzoek voorlegde dr. Hesselink opdracht te geven dit nieuwe onderzoek te beginnen. Maar deze hoofd ambtenaar van justitie gaf. na overleg met den substituut-officier mr. W. F. van Ever- dingen, duidelijk te kennen, voor dat nieuwe onderzoek niet veel te gevoelen. En thans, ongeveer een jaar na dato van dit bezoek aan het parket te Tiel, wacht dr. Hesselink zoo deelde mr. Roobol het Hof mede nog steeds op de opdracht van de justitie te Tiel, om het nieuwe onderzoek te kunnen beginnen. „De Courant" verneemt thans, dat dr. Hes selink nu de Justitie te Tiel de zaak niet blijkt aan te vatten, vanwege den minister van Justitie opdracht heeft ontvangen, ter zake eer. nader onderzoek in ie stellen. Ook verneemt het blad. dat Klaas S., die aanvankelijk evenals Vr. tot vijftien jaar ge vangenisstraf veroordeeld was, bij den Offi cier van Justitie te Tiel een klacht heeft In gediend tegen de C.'s. ZUn beweegreden hier bij zal waarschijnlijk geweest zijn, dat hij volledige rehabilitatie wcnscht. MUZIEK. FKOPAGANDA-ITTVOERÏXG „ZANG VEREDELT". Onder medewerking van het mandoline- gezelschap Apollo" en het eerst kortgeleden opgerichte soc. kinderkoor „Klim-op", gaf de lib. soc. zangvereeniging „Zang Veredelt" een uitvoering, die als propaganda-avond was opgezet en waar dus ook het gesproken woord plaats vroeg buiten het programma om, evenwel niet in dier voege, dat het een z.g. „taaie" avond werd. De voorzitter van .Apollo" (dat 13 Nov. e.k. zUn 12 1 2-jarlg bestaan hoopt te vieren met een uitvoering in den Schouwburg Jansweg) besprak zake lijke dingen, terwijl Joop v. d. Eynde het wezen der jeugdbeweging, te weinig nog be grepen, in vloeiende bewoordingen belichtte. Al spoedig was toen 't woord aan het zangkoor, dat alreeds een aantal mooi go- slaagde uitvoeringen gaf onder zyn eersten dirigent Adolphe Kareisen, maar die door buitenlar.dsch verblijf niet langer in de ge legenheid was de concerten van dit frlssche zangkoor te leiden. In Meyer Smeer, lie zooals men weet. nog meer in Haarlem werk zaam is. nJ. aan „Kunst Adelt", vonden de menschen van „Zang Veredelt" een opvolger. Deze mutatio heeft echter eerst sinds kort plaats gehad en zoo beleefden we dan een uitvoering, waarin wij het persoonlijk werk, dat ons bij zangwedstryden een goeden klik gaf op de capaciteiten van dezen koorleider als zoodanig, thans nog niet. zoo heel en al kondo.i terugvinden. Het pleit voor dezen ambitieuzen musicus, dat hij zich dezen avond ietwat onwennig gevoelde; het con tact was er nog niet; de zangers moeten de opvatting van den voorgaanden directteur „afwennen" zij moeten gewennen aan den nieuwen leidt'.-. Dat zijn werkelijk twee on derscheiden dingen. Veel lichter is het, cn nieuw koor in denzelfden korten tijd te leiden tot een uitvoering. De juistheid dezer bewering toonde Meijer Smeer dan ook. door de wijze waarop het pas opgerichte kinder koor zijn liederen uitvoerde. Hier was do persoonlijke invloed van den leider onmid dellijk merkbaar. Zangtechnlsch moet hot koortje natuurlijk nog een heelen groei doormaken, maar dezelfde frischheid in op vatting, die hem onlangs te Zandvoort op den wedstrUd twee recht verdiende eerste prijzen bezorgde met een koor uit de Zaan streek en een uit Amsterdam, kenmerkt-* ook deze kinderkoor-uitvoering en wy ver zekeren nadrukkelijk dat zijn arbeid aan kin derkoren prettige momenten geeft voor wie er de resultaten van ondergaan. Dat zijn niet alleen de hoorders, dat zijn ook de kin deren, die heel en al het lied beleven. Daar ook technisch al heel mooie dingen werden gedaan (de meisjes doen alles al ht'sl ge makkelijk, maar ook de jongens, ze kunnen althans allemaal zingen en binnen een jaartje zullen ze 't wel goed doen ook!) was dit eerste concort eigenlijk alreeds een pret tige verrassing. Gebisseerd werd er ook al, en als nu elke andere dan de moedertaal voorloopig van het programma wordt gehouden, dan zal „Klim Op" wel heel gauw van een klein nietig stekje een plantcnkleed worden dat het podium van onze concertzalen zóó gaat sieren, dat alle verdere opschik overbodig wordt. Kinderzang ais er maar een lel dor is die weet, hoe het niet moet. dan is "t al een feest om te luisteren. Maar Meijer .eer w-eet ook hoe het wel moet. En daarom voor spel ik aan „Klim Op" een gezonden groei. Tusschen dit fleurig kinderfeest was ook 't spel van „Apollo", al trad het ditmaal op zonder directeur, een afwLsseling die in harmonie bleef met hot geheel. „Apollo" speelt met mooie nuances, het maakt vrijwel bij uitstek goede muziek en zelfs een marsch demonstreert hoe hier de zuivere toonpro- ductie zorgvuldig wordt aangekweekt cn behouden: de continu gezongen toon. die naast Santa Lucia een waardige plaats geeft aan „Apollo" onder de muziekgezelschappen in deze stad. Nog zegde mej. Barbas heel mooi verzen van Margot Vos en Adama van SchcGtema en droeg alzoo belangrijk by tot het op peil houden van het programma. Aanvankelijk zou Meyer Smeer volksliederen zingen, doch hij had niet de volle beschikking over z'Jn stem en zoo vond hij in mej. Barbas een plaatsvervangster, die de aanwezigen ruim schadeloos stelde- G. J. KALT. HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE. Ondetrouwd: J. van Westenbrugge en A. Tienstra. Overleden: J. A. Kaub, 85 jaren; J. M. Kroon 2 jaren. BEVERWIJK. Ondertrouwd: L. Tromp cn M. P. P. Steen voorden. Getrouwd: G. Vogel en F. Teeling. Bevallen: M. J. Olthof—Kramer z., A. Maalman—Poel z„ J. BakkumRozemeyer d., E. J. KelderKelderman d., L. Duivcman van Ommen z„ C. Galeslootde Bakker z. Overleden: A. G. Ballangce 75 j., ongeh., A. Beenisterboer 82 j., wed. v. M. Zwart; J. Lap, 20 j„ ongeh, wonende te IJmulden). N. Numan 59 j. ongeh. HILLEGOM. Ondertrouwd: K. Kool en M. A. van Zuy- len; T. Cardol en G. Boontjes; Th. Paase en C. G. pypers. Getrouwd: P. Warmerdam en A. H. C. v. d. Paal; H. A. van Kestercn en C. Wassenaar. Bevallen: M. Th. Lommersc—Uitendaal d, E. van de Loo—v. d. Berg z., J. M. Reeuwy- Hartveld d. Overleden: M. v. d. Jagt m. 73 J. VELSEN. Ondertrouwd: W. Duiker en M. C. Sny- ders Blok; J. J. Adrichem en M. J. A. F. Scheffer, J. L. Bourgonje en C. M. Uytendaal, D. P. Kossen en S. Hartog. J. Alders en W. M. Carton; P. Broers en J. Katers, A. v. d. Wal en C. G. Voorhout. Geboorten: H. M. Dam—Hermans z., E. M. Tol—Mobron d., I. Brunlsma—Verdikt d., A. M. Hendriks—Evers z„ A. Rademakers—Vis ser z., A. van Versvcld—Faas z., W. M. do Haanvan Egmond z., H. M. v. d. Wiele Hoogendcorn z.. J. Zorgdrager—Post z., Overleden: Frans Bruinsma 2 J., z. van G. Bruinsma, Greta Maria Tuinzaad 22 j., on gehuwd. Getrouwd: C. van Schagen cn J. G. Zwa nenburg. W. Groothuls en J. Stcenman G Moleman en G. v. Leeuwen, S. Vis en W. J. KoritzkL

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1929 | | pagina 9