BUITENLANDSCH OVERZICHT
DALADIER OP DEN GOEDEN WEG.
OOK DE SOCIALISTEN ZEGGEN MEDEWERKING TOE.
BURGERLIJKE STAND
HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 28 OCTOBER 1929
DERDE BLAD
Een kabinet met Briand als minister
van Buitenlandsche Zaken?
T BELANGRIJKSTE NIEUWS
Daladier
Een nieuwe phase in het politieke leven van
Frankrijk: Doumergue droeg Daladier op,
een kabinet te vormen en het heeft er allen
schijn van, dat Daladier zal slagen. Zijn
werk zal op veel hechter basis komen te staan
dan aanvankelijk vermoed werd. In de eer
ste plaats omdat de socialistische Kamer
fractie zich met 36 tegen 12 stemmen heeft
uitgesproken voor deelneming aan de regee
ring en in de tweede plaats omdat Briand, die
afgetreden minister-president zich bereid
heeft verklaard om in ee neventueel te vor
men kabinet-Daladier de portefeuille van
buitenlandsche zaken te aanvaarden.
De kansen van Daladier zijn hierdoor na
tuurlijk gestegen; zijn kabinet is er door in
aanzien gerezen, terwijl de vrees dat door
een eventueel socialistisch minister van Bui
tenlandsche Zaken belangrijke wijzigingen
zouden worden gebracht in de buitenland
sche politiek, is weggenomen.
Hoewel van verschillende kanten betoogd
wordt-, dat de nieuwe regeering de Kamer
onmiddellijk na haar optreden behoort te
ontbinden, daar de centrumgroepen, die in
dertijd gekozen werden met de taak, Poincaré
te steunen, haar reden van bestaan hebben
verloren, acht men het niet waarschijnlijk,
dat Daladier tot dezen stap zal overgaan.
Inmiddels moet de Nationale Raad der So
cialistische partij de uitspraak van de Socia
listische Kamerfractie nog bevestigen; het is
de vraag of dan de naam Paul Boncour nog
in het geding zal worden gebracht.
Deze werd immers reeds als toekomstig mi
nister van Buitenlandsche Zaken gedood
verfd.
Intusschen is hetgeen nu aan het gebeuren
is, heelemaal niet naar den zin van de recht-
sche bladen die eindelijk hun gereserveerde
houding hebben laten varen en hevig fulmi-
neeren. Zelfs de nersoon van den president,
(Doumergue) wordt niet met vrede gelaten.
Men schrijft dat met terzijdestelling van de
gewone onschendbaarheid van den president
hem thans eindelijk gezegd moet.worden, dat
hij met vuur speelt. „Het is de taak van den
staatspresident, in tijden van crises de regee
ring een leider naar den wil des volks te ge
ven, en dezen elementairen regel heeft Dou
mergue niet gehandhaafd. Het gevolg hier
van zal zijn, dat het Rijnland onvoorwaar
delijk wordt ontruimd, dat het Saargebied
onvoorwaardelijk wordt afgestaan en dat de
verdediging van de Oostelijke grenzen wordt
overgelaten aan de Tweede Internationale".
Deze woede is alleszins verklaarbaar. Doch
het is nutteloos om te willen loochenen dat
de huidige ontwikkelingsgang noodzakelijk
en onafwendbaar is.
Als men nu terugblikt, dan beseft men
dadelijk, dat de oplossing die Daladier gevon
den heeft, de eenige juiste is. Na Strese-
mann's dood, is de situatie oneindig veel
moeilijker geworden. Stresemann was in de
oogen van Frankrijk immers in zekeren zin
een verpersoonlijking van Goodwill en ver-
trouwen.Met hem kon- en mocht men onder,
handelen. Op 't oogenblik bezit Duitschland
geen representatieve figuur die de plaats
van Dr. Stresemann kan innemen. Briand is
de eenige, die de delicate taak de vol
tooiing van de in Den Haag gevoerde politiek
op zich kan nemen.
In zooverre zal het politieke aspect van
Frankrijk dus geen veranderingen opleveren.
Wel is het hoogst- interessant, dat er thans
wellicht een regeering aan het bewind zal
komen, die gebaseerd zal zijn op een verbond
tusschen socialisten en radicaal-socialisten.
De socialisten (van wie verwacht werd dat
zij Daladier niet zouden steunen) zijn ge
zwicht voor Daladier's aanbod, dat vervat
Hoe de Daily Express" zich den gang van
in een brief aan de socialistische leiders
neerkomt op de belofte om hen te steunen
bij het ten uitvoer brengen van een reeks
sociale hervormingen.
Het is echter ook zeer wel mogelijk dat het
bovenbedoelde verbond zal leiden tot een so
lide politiek, die zich aan zal sluiten
bij de algemeene internationale nei
ging tot ontwapening. In ieder ge
val is het hoogst merkwaardig dat de
Fransche gang van zaken in zekere opzich
ten parallel gaat aan de Engelsche. Ook in
dit opzicht zijn de pogingen van Daladier
onze onverdeelde belangstelling waard.
Typisch-Fransch is Daladier's opkomst. Hij
stamt uit den kleinen middenstand. Zijn va
der was bakker in Avignon. Studiebeurzen
stelden den ijverigen jongen in staat het tot
iets te brengen. Hij werd professor in de pro
vincie en in de politiek een leerling van Her-
riot. Zijn begaafdheid leidde hem spoedig
naar het voorzitterschap van de Radicaal-
Socialistische partij.
Hij bracht als sterkste man het kabinet ten
val, als sterkste man richt hij het in
gewijzigden vorm weer op. Karakteristiek is
in dat opzicht de onderstaande teekening
van de „Daily Express".
L. A.
Daladier aan het werk.
Daladier. de voorzitter der Radicale Partij
heeft de opdracht tot vorming van een ka
binet aanvaard.
Daladier begaf zich om drie uur naar
het Elysée en verliet het om 3 uur 50 weer.
Tot de persvertegenwoordigers zeide hij:
„Ik heb den president der republiek mede
gedeeld, dat ik bereid ben te probeeren een
kabinet te vormen. Ik zal mij thans naar de
voorzitters van de Kamer en den Senaat be
geven. Bovendien zal ik verder met mijn
pilitieke vrienden overleg plegen. Overeen
komstig de door den radicalen partijdag
aangenomen besluiten, zal ik een brief rich
ten aan de socialistische Kamerfractie, waar
in ik haar zal aanbieden tot de regeering
toe te treden. Ik zal mijn besprekingen zon
der overhaasting en in de grootste kalmte
voorzetten. Ik zal Zondagochtend om elf uur
wederom naar het Elysée gaan om den pre
sident der republiek over den stand der on
derhandelingen in te lichten".
De socialistische partij heeft een zitting
gehouden en besloten opnieuw bijeen te
komen om het te verwachten aanbod van
Daladier te onderzoeken en te beantwoor
den.
De brief van Daladier aan den voorzitter
der socialistische groep bereikte Léon Blum
Zaterdag tegen half vijf.
Volgens de eerste aanwijzingen bevat de
brief verscheidene punten van een gemeen
schappelijk program van actie. Deze punten
zouden de volgende zijn: lo. belastingher
vorming en belastingverlaging; 2o. vredes
politiek; 3o. maatregelen tot oplossing der
landbouwcrisis; 4o. de sociale hervormingen,
welke door de demonstraties worden voor
gestaan.
Het bestuur der socialistische groep zou,
na kennisneming van den brief, te kennen
hebben gegeven dat de punten van het huidi
ge program niet duidelijk genoeg zijn, en
voorgesteld hebben aanvullende inlichtingen
aan Daladier te vragen.
Het fiasco van 't „Volks-
begehren".
Ofschoon, wat de bijzonderheden betreft,
zich nog niet laat overzien, hoe het resul
taat van het „Volksbegehren" er op het
oogenblik uitziet, mag men toch, naar wij
vernemen, vaststellen, dat tot nog toe slechts
een fractie der noodige stemmen is bijeen
gekomen. De provincies Oost-Pruisen, Pom-
meren en Brandenburg hebben het sterkst
aan het „Volksbegehren" deelgenomen; daar
is het aantal de noodige tien pet. overschre
den. Daar echter deze provincies in totaal
slechts ongeveer tien pet. der bevolking van
Duitschland omvatten, is het resultaat daar
voor het totaal van weinig beteekenis, om
dat de deelneming in de overige gebieden
van het rijk. vooral in het Rijnland en het
West-Duitsche industriegebied, maar ook in
Silezië, buitengewoon gering is en gemid
deld nauwelijks meer dan één tot twee pet.
bereikt. Voor Pommeren wordt gemeld, dat
zaken in Frankrijk voorstelt.
van de 1.200.000 kiesgerechtigden totnogtoe
350.000 geteekend hebben. Daarentegen heb
ben in het kïesdisctrict Keulen van 990.000
kiesgerechtigden slechts wat meer dan 8000
geteekend. Ook in Sleeswijk-Holstein is "net
resultaat zeer gering, daar hier van 994 000
kiesgerechtigden, slechts iets meer dan 48.000
hebben geteekend. Gemiddeld genomen mag
men derhalve den tegenwoordigen stand van
het „Volksbegehren" op vier pet. schatten.
Men kan nauwelijks aannemen, dat de nog
ontbrekende zes pet. in de laatste drie dagen
nog bij elkaar gebracht zal worden.
6 jaar en één dag voor Cuerra.
Naar Belga uit Parijs meldt, bevat het
Journal een telegram uit Valencia, volgens
hetwelk de krijgsraad, voor welken Sanchez
Guerra gisteren niet twee-en-twintig andere
beklaagden is verschenen, door generaal
Berenguez wordt voorgezeten. Tot de be
klaagden behooren de zoon van Guerra en
de reeder Miche, die het schip beschikbaar
stelde, waarmee Sanchez Guerra te Valencia
is aangekomen.
De procureur des konings heeft een straf
van zes jaar en een dag gevangenisstraf te
gen Guerra geëischt en andere straffen voor
vier andere beklaagden.
Sanchez Guerra betoogde nadrukkelijk,
dat alleen hij en niemand anders voor de
revolutionnaire beweging verantwoordelijk
moet worden gesteld. Zijn komst te Valen
cia was maar niet een in lichtzinnigheid
gepleegde daad.
Vandaag zou de behandeling der zaak wor
den voortgezet.
DE MOORDZAAK LANS.
20 JAAR TEGEN VAN O. GEëlSCHT.
(Derde dag.)
Zaterdagmorgen, de derde dag van de
behandeling van de moordzaak Lans, bestond
er zeer groote belangstelling.
Ingekomen is o.a. een verbaal, waarin ze
kere W. H. Kaptein zegt, op den avond van
den moord twee mannen te hebben gezien
die liepen op de Admiraliteitskade. Dezer
dagen meende hij uit een foto van Van O. in
de kranten een dezer twee mannen te her
kennen. De president acht dit zoo belangrijk,
dat hij beveelt Kaptein te gaan halen om
hem alsnog te hooren.
Het woord is dan aan mr. J. A. de Visser
voor het houden van het requisitoir.
Van O. verdiende het behaarlijke salaris
van f 4800 per jaar en toch heeft hij zich
aan tal van verduisteringen, aan valschheid
in geschrifte schuldig gemaakt. In vier jaar
tijd is 11700 gulden verduisterd. Zijn vrouw
gaf hij f 250 per maand, waar -bleef het
overige geld?
De officier gaat dan na, wat de politie, die
snel ter plaatse was, op den avond van
den moord heeft gevonden. De inbraak acht
de Officier gefingeerd. De sleutels van den
heer Lans welke deze altijd in zijn tasch
droeg werden teruggevonden op het lijk.
Verder gaande met zijn betoog, wijst de Offi
cier er op dat het bijna onmogelijk zou zijn
geweest voor inbrekers om binnen te komen,
daar het nog vrij druk was in het gangetje
waar het kantoor gelegen is. Vreemden kun
nen den moor niet gepleegd hebben, daar
voor' zou hun den tijd ontbroken hebben.
Een belangrijke aanwijzing acht de offi
cier, dat verd, niet vol kan houden niet
door het achterhek te zijn vertrokken. De
officier bespreekt vervolgens de verdwijning
van het tafelmesje, dat Van O. placht te ge
bruiken tijdens het koffiedrinken, dat eerst
na de begrafenis van den heer Lans weer te
voorschijn kwam. Uit proeven is komen vast
te staan dat het mes vlijmscherp was. Vast
staat ook, dat verd. Zaterdag in de wasscherij
is geweest, wat hij er deed weet niemand.
Volgens den officier heeft verd. daar de
sporen van zijn misdaad doen verdwijnen.
Mr. Kokosky: „Welke sporen?"
De officier: „Dat weet niemand, maar er
zijn er genoeg overgebleven, om den dader
zijn gerechte straf niet te doen ontgaan."
Dant komt dq, officier aan het deskundig
onderzoek der kleeren van Van O. en aan de
verrassende ontdekking van dr. Hesselink,
die menschenbloed vond, wat de andere des
kundigen moesten toegeven. Het onderzoek
door dr. Gerhard naar de sporen op de
schoenen heeft niets opgeleverd, maar deze
deskundige heeft dan ook schromelijk ge
faald. Dr. Hesselink heeft ook op de schoenen
bloedsporen gevonden.
Het motief.
De officier komt tot het volgende punt van
zijn requisitoir: n.l. het motief. In de sta
tuten van de vennootschap was vastgesteld
dat Van O. na één jaar in de directie zou
worden opgenomen. Dat was echter r.iet ge
beurd, omdat de heer Lans zag dat Van O.
niet geschikt was voor het bedrijf. Natuurlijk
heeft dit Van O. gegriefd daarna zijn de ver
duisteringen gekomen, waaraan Van O. zich
had schuldig gemaakt. De accountant was
's middags om half vijf, op den dag van den
moord, met zijn onderzoek van de boeken op
het punt gekomen, dat de malversaties uit
moesten komen en twee uur later was de
heer Lans vermoord. Wat was het motief van
Van O. om den heer Lans uit den weg te
ruimen? Geen ander dan om de door hem
gepleegde malversaties niet uit te laten ko
men.
Komende tot de reconstructie der feiten
zegt spr., dat hij zich de zaak aldus voorstelt:
De reconstructie.
De heer Lans is 's avonds de trap af ge
gaan komende uit het privé-kantoor gevolgd
door Van Odie hem beneden in het portaal
met een vijl verschillende slagen heeft toege
bracht. Veel bloed heeft hij daarbij niet ver
loren. Lans is naar boven geloopen en daar
er geen bloed op ae trap is gevonden heeft
hij het waarschijnlijk nog kunnen brengen
tot het fonteintje waar hij zich het bloed
van het hoofd wilde wasschen. Daar heeft
de moordenaar hem achterhaald en op het
hoofd geslagen. Daarbij viel de hoed af cn
ook de heer Lans viel neer.
De dader, er niet zeker van zijnde dat de
slagen op het hoofd voldoende waren, heeft
het boterhammesje genomen eh Lans den
hals afgesneden. De groote slagader is daar
bij niet geraakt en daaraan is het te verkla
ren dat de moordenaar er nagenoeg zonder
bloedspatten op de kleeren is afgekomen.
Bovendien is op het costuum van ver
dachte bloed gevonden, zoodat men meent
aan te nemen dat hij de moordenaar is.
Gedurende de reconstructie bleef de ver
dachte doodstil zitten. Langzaam rees een
vale kleur naar zijn gezicht.
De officier, thans aan het eind van zijn
requisitoir gekomen, is van meening dat
Lans een schrikkelijken dood is gestorven.
Groot is, aldus spieker, de verantwoordelijk
heid by den elsch van de straf, ik ben daar
van volkomen doordrongen.
Ik acht het wettig en overtuigend bewezen
dat verdachte zich aan het hem tenlaste ge
legde heeft schuldig gemaakt. Waar ik geen
enkele verzachtende omstandigheid zie, heb
ik de eer Uw rechtbank voor te stellen ver
dachte Van O. twintig jaar gevangenisstraf
op le leggen.
Bij het hooren van den eisch barstte Van
O. in snikken uit- De behandeling wordtr ge
schorst tot kwart over twee," dan is de ver
dediging aan het woord.
Het Pleidooi.
Zaterdagmiddag heeft Mr. Kokosky een
uitvoerig pleidooi gehouden, waarin hij ver
schillende veronderstellingen van den Offi
cier van Justitie heeft aangevochten. Hij was
van meening, dat het vonnis aileen kon wor
den geveld, wanneer er niet alleen mogelijk
heden en waarschijnlijkheden waren, maar
wanneer definitief kwam vast te staan, dat
verd. Van O- zich inderdaad aan het hem ten
laste gelegde heeft schuldig gemaakt. PI. was
van meening, dat er beter tien schuldigen
kunnen woraen vrijgesproken, dan een schul
dige worden veroordeeld voor twintig jaar
gevangenisstraf. Na een zeer uitvoerig plei
dooi, waarin verschillende getuigenverklarin
gen aan critiek werden onderworpen, kwam
hij tot de conclusie, dat de rechtbank niet
anders had dan aanwijzingen, waarop vera.
Van O. nooit veroordeeld zou kunnen worden.
Hij was er dan ook van overtuigd, dat de
RoUerdainsche rechtbank, die een buiten
gewoon goeden naam heeft, niet op losse
gronden zou oordeelen en verd. in deze zaak
zou vrijspreken. Na een korte repliek en au-
pliek bepaalde de rechtbank cle uitspraak
van deze zaak op Zaterdag 9 November as.
om tien uur des morgens.
DE CULEMBORGSCHE MOORD-
ZAAK.
Een nieuwe vondst.
JENSATIONEELE WENDING.
Het Weekblad van het Recht schrijft:
,3ij de behandeling van de zaak van een
verdachte, beschuldigd van meineed in de
bovengenoemde zaak, nu dezer dagen voor
het Gerechtshof, waarheen de zaak van den
getuige door den Hoogen Raad was verwe
zen, zeide de verdediger te weten, wie de
schuldigen aan den bedoelden moord waren.
In zeer scherpe bewoordingen liet hij zich
uit over hetgeen in verband met de meerge
melde moordzaak zou geschied zijn en zeide,
dat al hetgeen hem bekend was ook ter hoog
ste plaatse bekend is. Wat daarmee bedoeld
is weten wij niet-, onze onderstelling zou zijn,
dat hier de minister van Justitie bedoeld is.
Of die onderstelling juist is dan wel of de
spreker het oog had op eene andere hooge
justitie-autoriteit, zeker is wel, dat de zaak
hiermee niet uit mag zijn. Wie dan ook be
doeld moge zijn, hij moet spreken, zeggen zoo
beslist mogelijk, dat wat hem bekend is eene
conclusie als de voorgedragene niet recht
vaardigt, of naar aanleiding van de hem be
kende feiten een zoo volledig mogelijk on
derzoek uitlokken Eindelijk moet het licht
worden ontstoken, niet langer mag in halve
woorden worden gesproken. Als er werkelijk
van wetenschap omtrent de schuldigen kan
worden gesproken, dan moeten die schuldi
gen, wie zij ook zijn mogen, straf ondergaan.
Dit eischt de gerechtigheid.
Wij weten al lang. dat wy met al ons ge
schrijf weinig bereiken, onze verklaring, dat
wat er in den laatsten tijd in onze straf
rechtspleging voorvalt, op ons een diep be-
droevenden indruk heef achtergelaten en ons
in hooge mate verontrust, zal dus wel gerin
gen invloed oefenen.
Doch wij schrijven ditmaal niet ter be
scherming van verdachten, doch ter bestraf
fing van mogelijk schuldigen. Dit maakt een
belangrijk verschil; misschien wordt, er nu
eens wel naar ons geluisterd. De zaak is zeker
belangrijk genoeg".
Mr. Roobol heeft een nieuwe vondst ge
daan in deze zaak, volgens het Volk een ano
nieme brief die zich in liet dossier van de
Culemborgsche moordzaak bevond, doch die
nog niet in het gedir.g was geweest.
Mr. Roobol zou geiykenLs ontdekt hebben
in het. handschrift van den onbekenden
schrijver van dezen brief, met- dat van de
brieven welke door de gebroeders C. geschre
ven zijn, welke laatste brieven bij de behan
deling van de Culemborgsche zaak zulk een
rol gespeeld hebben.
Uit het poststempel op de enveloppe van
den thans door mr. Roobol bedoelden brief
blijkt, dat deze brief ten postkantore van Cu-
lemborg is afgestempeld op 24-XII-1923 9 uur
namiddag. Die brief is dus geschreven op
denzelfden dag, dat het misdrijf is ontdekt-
Dat was nl. 's middags omstreeks twee uur en
reeds 'n paar uur later voelde de, zich niet be
kende makende, schrijver zich genoopt den
commissaris van politie in zijn woonplaats
een brief te schrijven, waarin hy. met ver
strekking van gedetailleerde gegevens en het
noemen van een bepaalden naam. een rich
ting aanwees in welke de politie haar on
derzoek moest instellen.
Mr. Roobol voegde hieraan toe. dat hy met
die vondst naar den politie-scheikunatge dr.
Hesselink te Amsterdam is gegaan en dat
deze bevestigend heeft geantwoord op de
vraag, of deze deskundige in die vondst hot
beginpunt kon zien voor een nieuw onder
zoek.
En met onmiskenbare bitterheid deelde
mr. Roobol het Hof toen ook mede, dat hij
daarna met die vondst is gegaan naar den
officier van justitie te Tiel, mr. I. G. J. Tou-
tenhoofd, wien hij het verzoek voorlegde
dr. Hesselink opdracht te geven dit nieuwe
onderzoek te beginnen. Maar deze hoofd
ambtenaar van justitie gaf. na overleg met
den substituut-officier mr. W. F. van Ever-
dingen, duidelijk te kennen, voor dat nieuwe
onderzoek niet veel te gevoelen.
En thans, ongeveer een jaar na dato van
dit bezoek aan het parket te Tiel, wacht dr.
Hesselink zoo deelde mr. Roobol het Hof
mede nog steeds op de opdracht van de
justitie te Tiel, om het nieuwe onderzoek te
kunnen beginnen.
„De Courant" verneemt thans, dat dr. Hes
selink nu de Justitie te Tiel de zaak niet
blijkt aan te vatten, vanwege den minister
van Justitie opdracht heeft ontvangen, ter
zake eer. nader onderzoek in ie stellen.
Ook verneemt het blad. dat Klaas S., die
aanvankelijk evenals Vr. tot vijftien jaar ge
vangenisstraf veroordeeld was, bij den Offi
cier van Justitie te Tiel een klacht heeft In
gediend tegen de C.'s. ZUn beweegreden hier
bij zal waarschijnlijk geweest zijn, dat hij
volledige rehabilitatie wcnscht.
MUZIEK.
FKOPAGANDA-ITTVOERÏXG
„ZANG VEREDELT".
Onder medewerking van het mandoline-
gezelschap Apollo" en het eerst kortgeleden
opgerichte soc. kinderkoor „Klim-op", gaf
de lib. soc. zangvereeniging „Zang Veredelt"
een uitvoering, die als propaganda-avond was
opgezet en waar dus ook het gesproken
woord plaats vroeg buiten het programma
om, evenwel niet in dier voege, dat het een
z.g. „taaie" avond werd. De voorzitter van
.Apollo" (dat 13 Nov. e.k. zUn 12 1 2-jarlg
bestaan hoopt te vieren met een uitvoering
in den Schouwburg Jansweg) besprak zake
lijke dingen, terwijl Joop v. d. Eynde het
wezen der jeugdbeweging, te weinig nog be
grepen, in vloeiende bewoordingen belichtte.
Al spoedig was toen 't woord aan het
zangkoor, dat alreeds een aantal mooi go-
slaagde uitvoeringen gaf onder zyn eersten
dirigent Adolphe Kareisen, maar die door
buitenlar.dsch verblijf niet langer in de ge
legenheid was de concerten van dit frlssche
zangkoor te leiden. In Meyer Smeer, lie
zooals men weet. nog meer in Haarlem werk
zaam is. nJ. aan „Kunst Adelt", vonden de
menschen van „Zang Veredelt" een opvolger.
Deze mutatio heeft echter eerst sinds kort
plaats gehad en zoo beleefden we dan een
uitvoering, waarin wij het persoonlijk werk,
dat ons bij zangwedstryden een goeden klik
gaf op de capaciteiten van dezen koorleider
als zoodanig, thans nog niet. zoo heel en al
kondo.i terugvinden. Het pleit voor dezen
ambitieuzen musicus, dat hij zich dezen
avond ietwat onwennig gevoelde; het con
tact was er nog niet; de zangers moeten de
opvatting van den voorgaanden directteur
„afwennen" zij moeten gewennen aan den
nieuwen leidt'.-. Dat zijn werkelijk twee on
derscheiden dingen. Veel lichter is het, cn
nieuw koor in denzelfden korten tijd te
leiden tot een uitvoering. De juistheid dezer
bewering toonde Meijer Smeer dan ook. door
de wijze waarop het pas opgerichte kinder
koor zijn liederen uitvoerde. Hier was do
persoonlijke invloed van den leider onmid
dellijk merkbaar. Zangtechnlsch moet hot
koortje natuurlijk nog een heelen groei
doormaken, maar dezelfde frischheid in op
vatting, die hem onlangs te Zandvoort op
den wedstrUd twee recht verdiende eerste
prijzen bezorgde met een koor uit de Zaan
streek en een uit Amsterdam, kenmerkt-*
ook deze kinderkoor-uitvoering en wy ver
zekeren nadrukkelijk dat zijn arbeid aan kin
derkoren prettige momenten geeft voor wie
er de resultaten van ondergaan. Dat zijn
niet alleen de hoorders, dat zijn ook de kin
deren, die heel en al het lied beleven. Daar
ook technisch al heel mooie dingen werden
gedaan (de meisjes doen alles al ht'sl ge
makkelijk, maar ook de jongens, ze kunnen
althans allemaal zingen en binnen een
jaartje zullen ze 't wel goed doen ook!) was
dit eerste concort eigenlijk alreeds een pret
tige verrassing.
Gebisseerd werd er ook al, en als nu elke
andere dan de moedertaal voorloopig van
het programma wordt gehouden, dan zal
„Klim Op" wel heel gauw van een klein
nietig stekje een plantcnkleed worden dat
het podium van onze concertzalen zóó gaat
sieren, dat alle verdere opschik overbodig
wordt. Kinderzang ais er maar een lel dor
is die weet, hoe het niet moet. dan is "t al
een feest om te luisteren. Maar Meijer .eer
w-eet ook hoe het wel moet. En daarom voor
spel ik aan „Klim Op" een gezonden groei.
Tusschen dit fleurig kinderfeest was ook
't spel van „Apollo", al trad het ditmaal
op zonder directeur, een afwLsseling die in
harmonie bleef met hot geheel. „Apollo"
speelt met mooie nuances, het maakt vrijwel
bij uitstek goede muziek en zelfs een marsch
demonstreert hoe hier de zuivere toonpro-
ductie zorgvuldig wordt aangekweekt cn
behouden: de continu gezongen toon. die
naast Santa Lucia een waardige plaats geeft
aan „Apollo" onder de muziekgezelschappen
in deze stad.
Nog zegde mej. Barbas heel mooi verzen
van Margot Vos en Adama van SchcGtema
en droeg alzoo belangrijk by tot het op peil
houden van het programma. Aanvankelijk
zou Meyer Smeer volksliederen zingen, doch
hij had niet de volle beschikking over z'Jn
stem en zoo vond hij in mej. Barbas een
plaatsvervangster, die de aanwezigen ruim
schadeloos stelde-
G. J. KALT.
HAARLEMMERLIEDE EN
SPAARNWOUDE.
Ondetrouwd: J. van Westenbrugge en A.
Tienstra.
Overleden: J. A. Kaub, 85 jaren; J. M.
Kroon 2 jaren.
BEVERWIJK.
Ondertrouwd: L. Tromp cn M. P. P. Steen
voorden.
Getrouwd: G. Vogel en F. Teeling.
Bevallen: M. J. Olthof—Kramer z., A.
Maalman—Poel z„ J. BakkumRozemeyer
d., E. J. KelderKelderman d., L. Duivcman
van Ommen z„ C. Galeslootde Bakker z.
Overleden: A. G. Ballangce 75 j., ongeh.,
A. Beenisterboer 82 j., wed. v. M. Zwart; J.
Lap, 20 j„ ongeh, wonende te IJmulden). N.
Numan 59 j. ongeh.
HILLEGOM.
Ondertrouwd: K. Kool en M. A. van Zuy-
len; T. Cardol en G. Boontjes; Th. Paase en
C. G. pypers.
Getrouwd: P. Warmerdam en A. H. C. v. d.
Paal; H. A. van Kestercn en C. Wassenaar.
Bevallen: M. Th. Lommersc—Uitendaal d,
E. van de Loo—v. d. Berg z., J. M. Reeuwy-
Hartveld d.
Overleden: M. v. d. Jagt m. 73 J.
VELSEN.
Ondertrouwd: W. Duiker en M. C. Sny-
ders Blok; J. J. Adrichem en M. J. A. F.
Scheffer, J. L. Bourgonje en C. M. Uytendaal,
D. P. Kossen en S. Hartog. J. Alders en W.
M. Carton; P. Broers en J. Katers, A. v. d.
Wal en C. G. Voorhout.
Geboorten: H. M. Dam—Hermans z., E. M.
Tol—Mobron d., I. Brunlsma—Verdikt d., A.
M. Hendriks—Evers z„ A. Rademakers—Vis
ser z., A. van Versvcld—Faas z., W. M. do
Haanvan Egmond z., H. M. v. d. Wiele
Hoogendcorn z.. J. Zorgdrager—Post z.,
Overleden: Frans Bruinsma 2 J., z. van G.
Bruinsma, Greta Maria Tuinzaad 22 j., on
gehuwd.
Getrouwd: C. van Schagen cn J. G. Zwa
nenburg. W. Groothuls en J. Stcenman G
Moleman en G. v. Leeuwen, S. Vis en W. J.
KoritzkL