HAARLEM'S DAGBLAD
J. Lottgering
MAANDAG 4 NOVEMBER 1929
VIERDE BLAD
LETTEREN EN KUNST
HET TOONEEL.
CABARET-AVOND
ADRIANI-ENSEMBLE.
Hot bestuur van de afdeeling Haarlem van
de Herstellingsoord-Vereeniging was van te
voren reeds verzekerd van het succes van
den liefdadigheidsavond, die het ter viering
van zijn eerste lustrum in de Bloemhof-zaal
had georganiseerd, toen het Adriani-ensemble
Uit Den Haag zich bereid had verklaard zijn
medewerking te verleenen. Want dit clubje
van dilettanten-cabaretiers heeft te Haarlem
waar het o.a. tweemaal voor den kring
van „Jacob van Lennep" optrad een goe
den naam. Het is een beschaafd en zeer ge
routineerd ensemble, dat in zijn programma's
maat weet te houden en nooit iets brengt, dat
ook maar eenigszins „equivoque" is! Deze da
mes en heeren bij wie zich thans ook onze
stadgenoote, mevrouw Co van den Berg heeft
gevoegd zingen nu eens afzonderlijk en
dan weer gemeenschappelijk, liedjes, waarvan
de heer Herman Stenz meestal den tekst en
de muziek heeft gemaakt. Er waren onder
die liedjes eenigc zeer goed geslaagde ik
noem bijvoorbeeld dat van de muziektheorie,
voorgedragen door den heer Stenz zelf, en
heel aardig en ook een der levendigste in
de voordracht was de serenade aan Evelien
tje van de drie heeren met in het midden
de voor al die liefde ongevoelige hoe is
het mogelijk zou men zeggen? Evelientje
in de gedaante van mevrouw Co van den
Bfwij kregen het ensemble knus-knus zittend
In clubfauteuils om een tafeltje in een ka
mer, later als straatzangers en aan het slot
als Volendammer visschers in roode boeze
roenen en met pikbroeken, maar altijd weer
aan waren het liedjes liedjes, en nog eens
liedjes. Dit geeft hoe aardig ze dan ook
worden uitgevoerd aan het programma op
den duur iets eentonigs en men zou voor het
Adriani-ensemble wenschen, dat er eens
iemand in hun midden kwam met wat meer
verbeeldingskracht, een regisseur, in staat om
eenige nummers in elkaar te zetten, die van
wat meer fantasie blijk geven. Wanneer men
zoo iets niet uit zich zelf kan bedenken, wel
nu, laat men zich dan de Timbertown-Follies
uit de oorlogsjaren herinneren! En hebben
de vele programma's van „De Blauwe Vogel"
nooit eens op nieuwe ideeën gebracht? Een
weinig imitatie zou heusch geen kwaad kun
nen, vooral niet bij een publiek, dat niet ge
woon is de voorstellingen van „De Blauwe
Vogel" te bezoeken. Het is zoo jammer, dat
onze dilettanten en de dilettanten wer
kelijk niet alleen altijd maar weer meenen,
dat met uitsluitend liedjes-zingen een caba
ret-programma al in elkaar zit.
Maar nog eens, in dit genre heeft net
Adriani-ensemble een flinke hoogte bereikt..
Herman Stenz en Jan van Gelder zingen so
ber. beschaafd en in goeden toon hun lied
jes en mevrouw Co van den Berg die ik in
lang niet in dit genre had gehoord en die
zeer vooruit bleek te zijn gegaan maakt
een uitstekend figuur in dit milieu. Zij ont
wikkelt zich tot een aardige soubrette. Vooral
haar kindergebedjes, met geestige voordracht
en een heldere welluidende stem zeer zuiver
gezongen hadden een verdiend succes. Den
heer Adriani kennen wij als een vlot confe
rencier en gelukkig nooit opdrlngerigen-
moppenverteller, mcj. Tilly Leening als een
muzikale begeleidster. Jammer, dat de heer
Pitlo niet meer met dit ensemble kan mede
werken. De heer Louis Moran een karak
ter-humorist. die ons in zijn optreden, zijn
„neuzen" en zijn costuums deed denken aan
de karakter-komieken van de „café-chan-
tants" van 40 jaar geleden was niet in staat
hem te vervangen. Maar het lachsucces bij
het publiek was er niet minder om.
De dames en heeren van het Adriani-
ensemble hebben de afdeeling Haarlem van
het Herstellingsoord van het Spoorwegperso
neel weer aan zich verplicht door hun be
langeloos optreden. Hoe zeer dit werd ge
waardeerd kwam duidelijk uit in de toespra
ken van den voorzitter der Haarlemsche af
deeling den heer J. de Wit en den vice-
voorzitter van den Bond, den heer Van Es.
Het succes van het ensemble bij het nu
en dan wel eens wat rumoerige publiek
was groot en wel het uitbundigst na het be
kende „O Pepita" door het mannenkwartet
in Volendammerdracht gezongen.
Deze liefdadigheidsavond waaraan ook
medewerkte de jazz-band „The Rascals" zal
wel een flink batig saldo hebben opgeleverd
en hierom is het in de eerste plaats te doen
geweest.
J. B. SCHUIL.
MUZIEK.
ZANGKOREN DER VEREEN.
„ONDERLING GENOEGEN".
Hdt was jammer, dat niet de heele avond
gereserveerd bleef voor den leider dezer mooi
geschoolde kinderkoren. Want ofschoon wij
Harry Woodward zijn succes graag gunnen,
bracht hij de attentie der toshoorders toch
in een richting waarin zij de opmerkelijk
mooie dingen die de heer j. Post deed met
zijn beide koren of met de combinatie er
van, niet wel meer naar de volle waarde
wisten te schatten. Jammer genoeg kwam dit
het me'est uit, wanneer Post als hoofdwerk
Hullebroeck's cantate deed uitvoeren, wijl
dit plaats had na de pauze. Daar het zaal-
toezicht beslist ontoereikend was, konden zij
die achter zaten, evengoed naar huis gaan.
Kritisch luisteren was vrijwel onmogelijk:
alleen bij de mooiste momenten kon men het
dubbel 'betreuren, dat den handjevol jonge
mensdien, die om zang. om kinderzang niet
geven, veler genot bedierven en den directeur
bijna verhinderden, zijn moeilijk werk, dat
den heeldn mensch vraagt, ongestoord voort-
te zetten. Die mooiste momenten dan waren
zóó opvallend goed, dat men een koorleider
die onder zulke omstandigheden kan werken,
te hartelijker kan bewonderen. In deze woud
cantate viel letterlijk alles te prijzen: het
mooi-zuivere en goed geschoolde zingen, de
goede, duidelijke uitspraak, het prettige pit
tige rythme. De Vlaamsche zanger-compo
nist vervalt niet in het eeuwige gezeur tonika-
dominant, waardoor de meesten onzer school
liedjes dat pietluttige krijgen, dat ook de kin
deren bar-gauw verveelt en op hen even
slaapwekkend werkt als op den hoorder. Die
dingen, een paar keer uitgevoerd, gaan dan
in een sleur, waarin t-enleste ook de direc
tum geraakt, zoodat hem de lust ontbreekt
de heel spoedig insluipende fouten tegen het
woordverband te corrigeeren. We kunnen
van die tot usantie geworden misgrepen
ti'gen den tekst een heele rij uit het hoofd
citeeren, en zelfs in „Ruim baan" van
Catharina vaai Rennes, dat ook nu heel frisch
werd uitgevoerd, waren ze reeds aan te
wijzen. Bij Hullebroeck is daar geen kans
voor; want ofschoon Cath. van Rennes zóó
goed schrijft voor de zangstem, dat het zelfs
de» aandacht trekt van niet-Hollanders, bij
Hullebroojk is het als bij intuïtie uit den
weg gaan van alle mogelijke ontsieringen
die het volgus de vrijheid neemt, naar eigen
smaak (lees: wansmaak) aan te brengen.
Het is een frisch werk, dat verdient, veel
te worden gezongen. Maar het eischt veel
van den leider. Voor zulk een opmerkelijk
mooie uitvoering daarom onze hulde aan den
heer J. Post.
Dat ook van de daar juist genoemde com
poniste de uitvoering van „De schoonste
feestdag" frisch bleef en als nieuw, mag
men danken aan de heel opmerkelijke gaven
van den dirigent, den kindertoon ongerept
te houden. Hij toonde dat nog onlangs met
de kleine Zandvoortertjes, en ik gaf de mee
ning weer van het publiek, toen ï'k een
zoo prettig gebeuren in de concertzaal c'ens
extra belichtte. A propos, wie zong zoo mooi
die solopartij in „De schoonste feestdag"? Dat
heb ik, door extra genoodigde solisten wel
minder, nooit beter hooren doen. Ja, het was
een mooie avond. Maar, al zingen de kinderen
heel mooi, „wij zijn zoo graag daarboven",
dan moeten zij in de pauze niet dadelijk
dien wensch verwezenlijken door de concert
zaal om te scheppen in t»jn duin waar je
zooveel kunt hollen als je verkiest.
Een mooi lied anders, dat „Duinlied". En
't klonk prachtig. Je zou haast gaan mee
hollen en rollen. In de duinen natuurlijk!
G. J. KALT.
HET EERSTE ORGELCONCERT
IN HET WINTERSEIZOEN.
SOLISTE ANNIE WOUD.
Nu Dinsdag het eerste van de nieuwe reeks
van gemeentelijke orgelconcerten in de ge
meentelijke concertzaal gegeven wordt, wil
len wij nog eens de aandacht vestigen op
den goeden roep, die steeds van deze concer
ten is uitgegaan. Wij herinneren er aan, hoe
onze stadsorganist, de heer George Robert,
de programma's steeds met zorg heeft ge
kozen; zijn spel aan te bevelen bij het
Haarlemsche publiek mag wel overbodig
heeten. Bovendien heel't hij zich steeds we
ten te verzekeren van de medewerking van
de beste solisten. Zoo is het ook op dit
eerste concert van Dinsdag weer Soliste is
mejuffrouw Annie Woud, zangeres van in
ternationale reputatie thans.
Het lijdt geen twijfel, of de Haarlemmers
zullen in grooten getale opkomen om haar
weer te hooren.
Daarenboven worden de concerten thans
in zooveel aangenamer omgeving gegeven, nu
de concertzaal gerestaureerd is. En daarbij is
de entree zeer laag.
Het programma luidt als volgt:
1. Variaties:
Mein junges Leben hat ein End,
J. P. Sweelinck.
(orgel.)
2. a. Aria uit „Saul", b. aria uit „Esther",
G.-F. Handel.
(zang.)
3. Passacaglia en Dubbelfuga c kl. t.
J. S. Bach.
(orgel.)
4. Magnificat, Marcel Dupré.
(Versets et Final.)
(orgel.)
5. a. Les feuiUes sont mortes, Doret.
b. Agnus Dei, Bizet.
(zang.)
6. Choral a kl. t., César Franck.
(orgel.)
Annie Woud is leerlinge van mevrouw A.
SchuilHol te Haarlem en studeerde het
laatste jaar te Weenen onder leiding van
Frau Prof. Irene SchlemmerAmbrosz,
leerares o.a. van Maria Ivogün en Sigrid
Onegin.
Nog geen twee jaar na het begin harer
zangstudies debuteerde Annie Woud op een
concert voor abonnés van Haarlem's Dag
blad. Haar bijzonder mooie altstem en
groote muzikaliteit trokken dadelijk sterk
de aandacht zoodat zij na twee keer met de
H. O. V. onder Nico Gerharz (Haarlem en
Delft) te zijn opgetreden, nog hetzelfde
jaar werd uit-genoodigd als soliste op een
extra Bachconcert. In verband met haar
studie trad zij het daarop volgende jaar niet
dan bij hooge uitzondering op doch in het
seizoen 1927-1928 heef zij aan verschillende
concerten haar medewerking verleend. Zoo
was zij o.a. de alt-soliste bij de uitvoeringen
van Toonkunst te Haarlem, Leiden, Zaan
dam en Dordrecht, te Enkhuizen, Velp en
Leiden, en zong onder Hubert Cuypers in
het Concertgebouw te Amsterdam op een
concert te Utrecht met het U. S. O. onder
Cornells, en bij Der Fliegende Hollander, van
Wagner, door gemengd koor. Te Haarlem
was zij voorts meermalen soliste bij Zang en
Vriendschap en de mannenzangvereeniging
Caecilia, en twee maal zóng zij bij Apollo te
Amsterdam, bij welke vereeniging zij even
eens met het Concertgebouworkest onder
ANNIE WOUD.
Roeske, de solopartij in Brahm's Alt Rhap-
sodie zong, op het feestconcert ter gelegen
heid van het 75-jarig bestaan dezer be
kende zangvereeniging. Ook in Juli zong zij
in het Kurhaus te Scheveningen de alt-
Rhapsodie met de Haghesangers en het
Residentieorkest onder directie van Louis
Boer.
In Mei van dit jaar is zij voor het eerst te
Weenen opgetreden bij de Wiener Manner-
gesang Verein onder leiding van Prof. Gross
man, waar zij de Bratschen-Lieder van
Brahms heeft gezongen, terwijl Annie Woud
14 Dec. a.s. te Weenen de altpartij zal ver
vullen in Sursum-Corda, een noviteit van
Arthur Piechler, uitgevoerd door de Wiener
Konzerthaus Gesellschaft en in Januari on
der Prof. Robert Heger de altpartij in Han
del's Esther te Weenen zingt.
HAARLEM'S GEMENGD KOOR.
EEN INTERESSANT CONCERT.
Nina Maro.
Zooals in het kort re.eds is medegedeeld,
zal op Vrijdag 8 November a s. door Haarlem's
Gemengd Koor, onder leiding van den heer
Jan Booda, in het Gemeentelijk Concertge
bouw een zeer interessant concert gegeven
worden, n.l. de eerste uitvoering te Haarlem
van 2 wereldlijke Bachcantaten.
Velen zullen bij deze betiteling vreemd op
zien, daar wij Bach voornamelijk kennen
door zijn kerkelijke Cantaten en Passionen.
Echter ook in deze en in de instrumentale
werken hebben wij zijn zin voor humor dik
wijls kunnen aantreffen. Die zin voor humor
leeft zich volledig uit in zijn wereldlijke can
taten en wel voornamelijk in die twee welke
„H.G-K." zal uitvoeren, n.l. „Wir haben einen
neuen Obermeister" en „Schweigt stille,
plaudert nicht".
De uitvoering ?al worden gegeven met Or
kestbegeleiding.
Er is nog een andere bijzonderheid aan dit
concert. Tot heden werden de cembalopar
tijen steeds door een piano geïmiteerd, doch
op dit concert zal een werkelijke Clave-Cem-
balo aanwezig zijn (eigendom van den Heer
Booda).
De Cembalopartij zal vervuld worden door
mej. Bets Nederkoorn en den heer Jan Booda.
Als solisten werken mede: Fraulein Nina
Maro, uit Kalisz (Polen) en de heer Jan
Dekker. De eerstgenoemde heeft hare mede
werking bij deze cantaten verleend in Parijs
en Lyon.
Wat Jan Dekker in dit genre werk pres-
teert behoeft niet nader te worden uiteen
gezet. Met verwijzing naar zijne medewerking
bij concerten van „H.G.K." van „De Schip
breuk" en „Jupiter Amans" kan worden vol
staan.
Bovendien zal door het koor nog worden
uitgevoerd: „Jesu meine Freude", 5-stem-
mig Motet van Bach. Dit werk is reeds eenige
malen in de Groote Kerk uitgevoerd en gun
stig beoordeeld.
DE NIEUWE AVONTUREN VAN BILLY BOE.
VOOR DE KINDEREN.
De kleine zanger aarzelde.
„Misschien willen de vogels niet antwoorden
als ik roep, nu jullie hier bent," zeide hij. „Vroe#
ger had ik maar even te fluiten of te roepen en
ze kwamen."
Doch Billy, Jerrv en Redneb bleven bij den
zanger er op aandringen dat hij de vogels zou
roepen en ten slotte stemde hij toe. Hij legde
zijn luit neet- bracht zijn handen aan den mond
en onmiddellijk liet hij den kreet van een kraai
hooren, een kreet, die opsteeg tot boven de
boomen en heel ver hoorbaar was.
Toen volgde een stilte. Billy en zijn vrienden
hielden den adem in en wachtten in spanning.
Opnieuw bracht de kleine man zijn handen aan
den mond en opnieuw flcot hij en toen
Plotseling werd het klapwieken van vogels ge.
hoord.
Billy zag dat de lucht boven de laan verdon»
kerd werd door de vleugels van myriaden van
vogels.
„Kom hier, kom hier," zeide de zanger met
een zachte, kahneerende stem. „Kom gerust
hier. Deze drie jongens hij wees daarbij op
Billy, Redneb en Jerry zijn mijn vrienden en
zullen jullie geen kwaad doen. Komt naar be»
ncden en een beetje met ons praten." Waarop de
kraaien ophielden in de lucht te vliegen en als
een wolk naar beneden kwamen en op den
grond gingen zitten.
Hebben jullie wel meer dergelijke vogels gezien?
George Robert.
HET TOONEEL.
HET SCHOUWTOONEEL.
ELIAS WEET HET BETER.
EEN GROOT SUCCES VOOR JAN MUSCH.
Jan Musch is weer in Holland terug en te
gelijk heeft Het Schouwtooneel zijn eerste
„Schlager" na twee jaar binnen. Want het
is wel zeker, dat allen, die in ons land nog
iets voor tooneel voelen, Musch zullen willen
zien als Elias, het Joodje, dat alles altijd
beter weet! Jan Musch is in die rol_ van een
zoo verrukkelijken humor, zoo sappig en vol
leven, zoo sprankelend van geest en daarbij
aldoor zoo zuiver menschelijk, dat hij het
publiek na zijn lange afwezigheid onmiddel
lijk weer stormerhand veroverd heeft! Wij
zien Musch in dit blijspel op zijn best en dat
zegt wat bij dezen veelzijdigen, genialen
acteur!
Elias is een braaf, goedig joodje, dat alles
altijd beter weet! Als anderen kaarten, v/eet
hij geregeld, welke kaart je moet spelen, hij
weet precies op welk paard je wedden moet
en welke effecten naar boven of naar bene
den gaan! Elias is een „gokker" in z'n hart
en altijd schatrijkop papier! Hij heeft
millioenen winst «gemaaktin zijn notitie
boekje! Als hij geld had, wist hij het beter
nog te gebruiken dan de beroemde bankier
Livingstone! Maar Elias heeft zoo weinig
contanten, dat als een Ford twee dollar
kostte hij d'er nog geen halve kon koopen!
Totdat Elias zijn kans krijgt! Hij redt den
schatrijken Livingstone het leven door een
oplichter, die den bankier naar het leven
staat, juist op tijd een prullemand over zijn
hoofd te gooien!
Hij trilt wel als een riet, als hij het helden
stuk bedreven heeft en de revolver, die hij
van den grond opraapt, gaat wel van zelf af
in zijn bevende handen, maarhij heeft
Livingstone toch het leven gered en door dat
feit alleen zweven de millioenen voor hem
door de lucht! De rijke bankier zit met het
chèque-boek in de hand en Elias mag zeg
gen welk bedrag hij moet invullen! Maar dit
keer weet Elias het niét beter: Wat moet hij
vragen: 500 dollar, 5000 dollar.... och neb-
biseh, wat 'n strijd!
„Zeg maar, hoe veel het leven u waard is!"
Als hij die som krijgt, dan zal 't wel voldoen
de wezen.
Livingstone komt met 'n voorstel: hij geeft
hem 10.000 aandeelen American Steels om
mee te speculeeren! De winst zal voor hen
samen zijn, het verlies is voor den bankier
alleen! 'n Pracht van 'n voorstel voor Elias,
die tot nu toe altijd nog maar alleen gegokt
heeft in zijn notitieboekje! Dadelijk zit hij te
rekenen! Elk puntje omhoog beteekent voor
hem 5000 dollar winst! Hij duizelt bij de ge
dachte alleen! „Doe je chèque-boekje maar
weg, meneer, ik neem het aan!" roept hij!
„Nou zijn we Livingstone en Co. ik de Co.!"
en zijn gezicht glundert van trots!
Men moet deze scène door Jan Musch en
Ko van Dijk samen zien spelen! Het is ver
rukkelijk tooneel en men lacht voor maan
den genoeg! Het kostte soms moeite den
dialoog te volgen door het daverend gelach
van de stampvolle zaal. Men genoot van dit
van prachtige details overvloeiende spel van
Musch en het in zijn soort even fijne
tegenspel van Ko van Dijk! Reeds dadeiijk
de entree van Elias bij den schatrijken ban
kier is kostelijk! De bewondering voor den
millionnalr straalt van het glimmende ge
zicht af! En dat hij daar nou binnen mag
komen, hij, de eenvoudige Elias!
En dan het loven en bieden om den prijs,
de verrukking als de gebraden duiven hem
om den mond vliegen! Zie Musch daar zitten
in zijn fauteuil, scheukend van louter ple
zier, zie hem kijken naar Livingstone met
zijn pientere oogjes, volg dat aan verrassen
de wisselingen rijke oer-komische spel en
het hart zal u opspringen van vreugde! En
wat zoo verwonderlijk en verblijdend is:
aldoor blijft deze Elias 'n mensch, 'n mensch
zelfs, waarvan wij gaan houden! Wij leven
geheel met hem mee, wij wrijven ons de han
den van louter vreugde, als hij „Co" wordt
van den rijken Livingstone! Geen gebaar van
dit joodje is te veel. geen moment overdrijft
hij, het is alles sprudelnd van echt leven en
daarom juist is het zoo heerlijk, dat spel te
volgen! En Van Dijk is als de rijke bankier
in zijn heimelijk pleizier om dit gokkertje
zoo goed op dreef, dat het een tooneel van
voortreffelijk samenspel wordt tusschen deze
twee ras-acteurs!
Voor Elias komt na de pauze de strijd van
verkoopen of niet verkoopen! Natuurlijk weet
hij ook dan het beter! Als hij een winst van
bijna 100.000 dollar zoo goed als in handen
heeft, verkoopt hij niet. omdat hij weet
zeker weet) dat de aandeelen nog meer de
hoogte in zullen gaan! Maar de aandeelen
gaan niet verder naar boven en in het laat
ste bedrijf is hij 'n verloren man! En ook dan
geeft Musch daar met 'n enkel trekje dezen
van zijn toren van illusies op den grond
neergeploft mensch zoo prachtig weer, dat
na al dat uitbundig-vroolijk gedoe plotseling
de zaal heel stil wordt!
De Amerikaansche schrijvers zouden geen
gevoel hebben gehad als ze dit brave Joodje
„in de dalles" hadden gelaten. Daarom heb
ben zij er tijdig voor gezorgd, dat de halt
suffe broer per ongeluk door de tele
foon op een vraag van den effectenma
kelaar den order heeft gegeven tot ver
koopen en Elias zit tot zijn starre verbazing
op eens met een winst van bijna 40.000 dol
lar! In de wolken is Elias, maar hij kan toch.
niet nalaten, om zijn suffe broer toe
te voegen: „Waarom heb je niet verkocht,
toen ze twee punten hooger stonden!" Elias
weet het immers altijd beter!
Dit dood-onschuldige na het eerste bedrijf
ook vermakelijk blijspel zal zijn groot succes
in Nederland te danken hebben enkel en al
leen aan Musch! Zaterdag en Zondag was
onze Stadsschouwburg al flink vol en het
publiek, dat in één voortdurenden daveren
den lach dit verrukkelijke spel heeft gevolgd,
bracht beide avonden na elk bedrijf Musch
een ovatie. Na de bloemenhulde Zaterdag
aan het slot kwam er aan de bravo's schier
geen eind! Het is een glorie-volle rentree
van onzen grooten acteur! Hij zal Elias zeker
wel 'n paar honderd maal nog spelen.
De spelerslijst bevat heel veel namen, maar
zij allen hebben enkel voor de entourage te
zorgen. De eenige vrouwenrol Josie, Elias'
dochter wordt vlot en los gespeeld door
Mary Smithuysen, een jonge actrice, die
wij Haarlemmers, alleen nog maar als dan
seres kenden.
Wij wenschen Het Schouwtooneel van
harte geluk met den terugkeer van Musch
en met den „Schlager" dien hij als surprise
uit Indië voor zijn gezelschap heeft meege
bracht.
J. B. SCHUB./.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
Verven Sioomen
Stoppage Hoeden vormen
Groote Houtstraat 5a
3!9
DE NOBELPRIJZEN.
De volgende Nederlanders verwierven tot
nu toe den Nobelprijs:
1901. Ir. H. van 't Hoff, chemie.
1902. H. A. Lorentz en P. Zeeman, beiden
physica.
1910. J. D. van der Waals, physica.
1911. T. M. C. Asser met den Oostenrijker
A. H. Fried, beiden, vrede.
1913. O. Kamerlingh Onnes: physica.
1924. W. Einthoven, geneeskunde.
1929. C. Eykman met den Engelschman F.
G. Hopkins, beiden, geneeskunde.
DE SNELSTE TREIN OP HET
ZUIDELIJK HALFROND.
De „Eendaagsche" van Batavia
naar Soerabaya.
Op 1 November denzelfden dag dat de
luchtlijn BatariaSoerabaya v.v. werd ge
opend (een afstand van 800 K.M.. die wordt
afgelegd in 4 1/2 uur), hebben de Staats
spoorwegen op Java de nieuwe dagelijksche
céndagsverbinding BatariaSoerabaja en
omgekeerd geopend. Deze trein is een express
trein, samengesteld uit een beperkt aantal
rijtuigen. Zij legt den afstand in dertien uur
af en bijna vdortdurend met maximum-snel
heid. Deze trein is de snelste express op deze
spoorbreedte van het Zuidelijk halfrond en
samengesteld uit bijzonder comfortabele rij
tuigen.
De eerste trein ondernam Vrijdag de reis,
versierd met nationale vlaggen. Geheel Ned.-
Indië is zeer verheugd met de belangrijke
verbetering van den verkeerstoestand op Java
seint Aneta.
De afstand Batavia—Soerabaja komt in
vogelvlucht overeen met dien van Amster
damMilaan. En een express die, 's mor
gens uit Nederland's hoofdstad vertrekkende
vroeg in den avond reeds zou aankomen in
de hoofdstad van Lombardije, zou hier te lan
de algemeene bewondering trekken. Zoodat
de prestatie der S.S. op Java zeker buitenge
woon is! teekent het Hbld. bij het Aneta-be-
richt aan.