Een nieuwe school in Haarlem-Noord
Sj&eczilctcis -
HAARLEM'S DAGBLAD
DINSDAG 19 NOVEMBER 1929 J
BINNENLAND
DE VERONTREINIGING VAN
HET NOORDZEEKANAAL.
HET DENKBEELD DER KAMER
VAN KOOPHANDEL ONUITVOERBAAR
Men schrijft ons uit Velsen:
Zooals men weet, is in de laatst gehouden
vergadering van de Kamer van Koophandel
te Haarlem de kwestie van de verontreini
ging van het Noordzeekanaal besproken.
Weliswaar heeft men in die vergadering deze
zaak van een anderen kant bekeken dan men
dat in Velsen pleegt te doen, doch niettegen
staande dat, kan ook de actie van genoemd
lichaam, al is zij min of meer het gevolg van
de financieele schade van een palinghande
laar, haar nut hebben. Er kan niet te veel
op deze zaak de aandacht gevestigd worden.
„Frappez, frappez toujours!"
De Kamer voornoemd heeft zich gewend
t-ot den Hoofdingenieur van den Rijkswater
staat te Amsterdam en in haar schrijven
aan dien ambtenaar zegt zij. dat zij een ver
kieslijker oplossing (dan de buisleiding)
meent gevonden te hebben in het na de
drooglegging der Zuiderzee spuien van water
van het IJselmeer door het Noordzeekanaal.
We hebben eens te bevoegder plaatse ge
ïnformeerd naar de mogelijkheid van een
dusdanige oplossing. Men deelde ons mede,
dat het spuien van water uit het toekomstige
IJselmeer door het Noordzeekanaal niet zal
kunnen geschieden; in de eerste plaats, om
dat dit meer door een sluis van de Zuidelijk
gelegen bekkens zal worden afgesloten, in
de tweede plaats, omdat het water van het
IJselmeer, dat zoet water zal worden, in den
zomertijd, wanneer men het dus voor het
bekende doel noodig zou hebben, gebruikt
zal moeten worden voor de polderslooten der
omliggende provinciën.
Een ander geval is het met het IJmeer en
het Eemmcer. op welke toekomstige meren
de provincie Utrecht en een deel der provin
cie Gelderland zullen afwateren. Deze meren
zullen hun overtollig water langs het Noord
zeekanaal afvoeren. Dit is dan ook de oor
zaak. dat in de toekomst door het Noordzee
kanaal meer gespuid zal worden dan thans
het geval is. Het in uitvoering zijnde spui-
kanaal houdt ongetwijfeld hiermede ver
band. Maar dit alles is toekomstmuziek. Een
oplossing voor het heden geeft ons alleen de
persleiding, die het afvalwater der papier
fabriek naar een der buitenhavens nabij het
pantserfort zal afvoeren.
Hierop is in Velsen aller hoop gevestigd.
Deze persleiding zou zeker al gereed ge
weest zijn, indien er niets tusschenbeide was
gekomen. Ten behoeve van de industrie, o.a.
ook van de Centrale van het P. E. N., wordt
nl. ten Westen van de Velser-spoorbrug een
binnenhaven gegraven, welke de ontworpen
buisleiding zal moeten kruisen. De vorm dien
deze haven zou krijgen stond, althans vol
gens een ambtelijk bericht van Mei jl., nog
niet vast. Maar inmiddels is al weer een half
jaar verstreken. Aan de haven wordt druk
gewerkt, zoodat mag worden aangenomen,
dat men nu wel weet, welken vorm deze ha
ven zal krijgen. Maar toch heeft de directie
der Papierfabriek, die liever vandaag dan
morgen wil beginnen, nog steeds geen ver
gunning voor den aanleg der persleiding be
komen.
Aller oogen zijn nu gevestigd op den toe-
komstigen Directeur-Generaal van Water
staat Ir. Ringers. Deze heeft eenige jaren
aan de oevers van het onwelriekende kanaal
gewoond. Het is te hopen, dat als hij zijn
plaats heeft ingenomen, Ir. Ringers zich de
plaag, waarvan ook hij zijn deel heeft ge
had, zal herinneren en met de hem eigen
voortvarendheid „de koe bij de horens zal
vatten".
De Kamer van Koophandel heeft een on
derzoek ingesteld naar de oorzaken van de
vervuiling van het Noordzeekanaal, uit welk
onderzoek is gebleken, dat o.a. de Papierfa
briek der firma Van Gelder Zonen te Velsen
en de gemeente Velsen (rioolwater) veront-
reinigers van het kanaal zijn.
Het is inderdaad waar. dat de gemeente
Velsen met name de afdeeling LJmuiden,
door de snelle toeneming der bevolking,
steeds meer rioolwater op het kanaal loost.
Maar de verontreiniging, door de rioleering
der gemeente Velsen veroorzaakt, is niet te
vergelijken met die. welke het gevolg is van
het sulphietloog-houdend afvalwater der pa
pierfabriek. dat in enorme hoeveelheden in
het kanaal terecht komt.
De Kamer van Koophandel zegt echter,
dat de gemeente plannen heeft, om tot zui
vering van het rioolwater over te gaan.
In Velsen is hiervan niets bekend. In het
door Mabeg voor de gemeente ontworpen
rioleerlngsplan is men uitgegaan van de
gedachte, dat het rioolwater nergens anders
afgevoerd kan worden dan naar het Noord
zeekanaal. En daar men wel begrijpt, dat
Waterstaat niet bereid zal zijn, al deze on
reinheden in het kanaal op te vangen, is re
kening gehouden met de noodzakelijkheid,
het rioolwater te zuiveren door middel van
een biologische zuiveringsinstallatie. Van een
plan. om tot zuivering van het rioolwater
over te gaan, kan echter nog niet gesproken
worden, daar een dergelijke zuiveringsinstal
latie niet gebouwd kan worden, zoolang de
werken ten behoeve van de verbetering van
het Noordzeekanaal hun beslag niet hebben
gekregen.
Onze lezers weten thans, hoe de zaken
staan. Het zal een ieder wel duidelijk zijn,
dat noch de drooglegging der Zuiderzee, noch
het zuiveren van het rioolwater der gemeen
te Velsen ons vooralsnog één stap nader bij
het gewenschte einddoel brengt.
Een directe oplossing is alleen te verkrij
gen door de persleiding. Er is thans, naar wij
mogen veronderstellen, niet meer, dat het
gereedmaken dezer leiding in den weg ligt.
In het hiervoren genoemd ambtelijk bericht
is gezegd, dat er zooveel mogelijk naar zal
worden gestreefd, de persleiding vóór het
volgend zomerseizoen in bedrijf te doen ko
men.
Men dlene er dan spoedig een aanvang
mode te maken.
KLNDERVERLAMMING IN GRONINGEN.
In de gemeente Middelstum (Gr.) zijn in
een doktersgezin twee gevallen van kinder
verlamming geconstateerd. De patiënten zijn
naar het academisch ziekenhuis te Groningen
vervoerd, aldus het Hbld.
MOORD TE KERKRADE.
Twist om 16 gulden.
UIT ANGST NAAR HET MES
GEGREPEN.
De 26-jarige vrachtrijder J. te Kerkrade,
is Zondagmorgen in zijn woning na een kor
te woordenwisseling met den Duitscher F. M.
door laatstgenoemde met een mes doodge
stoken. De aanleiding tot de misdaad schijnt
te liggen in een geldkwestie.
De in Worm (Duitschland), nabij de Lim-
burgsche grens wonende voerman M. ver
richtte sinds gerulmen tijd diensten voor
den vrachtrijder J. Naar het schijnt heeft
laatstgenoemde niet geheel aan zijn geldelij
ke verplichtingen ten opzichte van den
vrachtrijder voldaan, weshalve M. zich Za
terdagavond naar diens woning begaf. Daar
de vrachtrijder niet thuis was keerde de
Duitscher Zondag terug met de bedoeling het
hem toekomende bedrag op te eischen.
Het vermoeden bestaat, aldus de Tel., dat
in den stal na de woordenwisseling een wor
steling is ontstaan, waarbij J. den voerman
gedreigd heeft met een knalpistooltje. Het is
niet onmogelijk, dat M. toen uit angst naar
zijn mes gegrepen heeft en daarna den doo-
delijken steek heeft toegebracht. Men heeft
echter het mes nog niet teruggevonden.
Naar de dader aan de politie heeft mede
gedeeld, is het geheele drama afgespeeld om
een bedrag van slechts zestien gulden.
Op een gegeven oogenblik vluchtte de
voerman uit den stal, achtervolgd door J. die
zich met een mestvork gewapend had. M.
vloog bij een buurman binnen, doch zijn
achtervolger, schijnt op dat oogenblik reeds
een messteek ontvangen te hebben, want
plotseling zakte hij nabij het huis, waarin
M. gevlucht was, ineen. De commissaris van
politie te Kerkrade, de heer L. Offer mans en
een rechercheur stelden een nauwkeurig on
derzoek in, naar aanleiding waarvan zij
zich in verbinding stelde met de Duitsche
justitie. Deze samenwerking had tengevolge,
dat de verdachte nog denzelfden dag in
Worm kon worden gearresteerd. Aan een
langdurig verhoor onderworpen legde hij een
volledige bekentenis af. Maandag is de man
in Aken in verzekerde bewaring gesteld.
ALASTRIM.
Twee nieuwe gevallen.
In de gemeente Pernis is wederom een
geval van alastrim vastgesteld, nu bij een
5-jarig jongetje. Dit is het derde geval in die
gemeente; de beide vorige patiënten zijn in
middels genezen.
Te Wageningen doet zich een geval van
alastrim voor bij een driejarig ongevacci
neerd kind, aldus de NR.C.
A. COI.Lé SR. OVERLEDEN.
Te Culemborg is Zaterdagavond, naar het
Hbld. meldt, na gerulmen tijd lijdende geweest-
te zijn, overleden, de hoer A. Collé Sr., die
in de Laatste jaren meermalen genoemd werd
in de Culemborgsche moordzaak.
EEN AFSCHEID UIT DE LUCHT.
Een escadrille militaire vliegtuigen cirkelde
Maandagochtend omstreeks elf uur boven
Amsterdam, speciaal bove'n het Carlton-
hotel.
Dit bezoek uit Soesterberg had ten doel, den
heer A. G. H. Fokker, die in genoemd hotel
logeerde en die eenigen t-iJd in ons land heeft
vertoefd, een afscheidsgroet te brengen. De
heer Fokker keert heden via Havre naar New
York terug, meldt het Hbld.
DE ZAAK GÏESSEN-NIEUWKERK.
De revisicbchandcling voor het Am-
stcrdamsche Hof.
Adres der verdedigers aan de Tweede
Kamer.
AMSTERDAM, 18 Nov. (V.D.) Mr. H. H.
Roobol en Mr. D. den Hollander hebben aan
de Tweede Kamer een adres gericht naar
aanleiding van de behandeling der revisie
procedure van Teunlssen en Klunder voor
het Amsterdamsche Gerechtshof. Teneinde
te voorkomen, dat van de een of andere
zijde de aard dezer behandeling in een ver
keerd licht wordt gesteld, wijzen adressanten
op de groote publieke belangstelling die deze
zaak heeft getrokken.
Tal van onbevooroordeelde personen, die
ondergeteekenden hebben gesproken en die
de behandeling der zaak van het begin tot
het einde hadden bijgewoond zeggen
adressanten verder zijn eenstemmig in
hun oordeel, dat dit proces door de zeer prij
zenswaardige leiding van het Hof in een vol
komen evenwichtige sfeer is berecht.
Met de ondergeteekenden zijn vele volko
men tot oordeelen bevoegde personen de
stellige meening toegedaan, dat het Am
sterdamsche Gerechtshof door de wijze van
behandeling dezer zaak, de eer van de justi
tie en het vertrouwen in de Nederlandsche
rechtspraak, welke door vorige behandelin
gen inderdaad dreigden geheel of voor een
goed deel te loor te gaan, zijn hersteld.
Het doet ondergeteekenden veel leed, dat
dit niet algemeen is ingezien en erkend.
Hunnerzijds willen zij althans een poging
doen om die erkenning meer algemeen te
maken dan tot heden helaas nog het geval
blijkt te zijn.
DE MOORD IN DEN POLDER
BLIJDORP.
EEN BELANGRIJKE GETUIGE ZOEK.
In verband met den moord in den polder
Blijdorp h" Rotterdam op 9 October op Ma-
rietje van O. gepleegd, wordt door de Rot-
terd-amsche politie op het oogenblik ijverig
gezocht naar den rondreizenden koopman,
die zich kortgeleden bij de politie te Middel
burg meldde en daar verschillende belang
rijke verklaringen aflegde. Na dien is hij uit
Zeeland met onbekende bestemmüig ver
trokken en tot nog toe onvindbaar geble
ven, meldt de Tel. Het proces-verbaal, dat
van zijn verklaringen werd opgemaakt, is
aan den rechter-commissaris mr. Franke en
aan den inspecteur van het bureau Groote
Paauwensteeg te Rotterdam toegezonden.
Uit dit proces-verbaal blijkt, dat de door den
koopman verstrekte inlichtingen inderdaad
van zeer groote beteekenis te noemen zijn.
Hij verklaarde nl., dat hij Willem Visser, den
vcrmoedelijken dader, op den dag van den
moord in Rotterdam ontmoet heeft en na
den moord in Limburg heeft gesproken. Dit
klopt dus geheel met hetgeen ook andere ge
tuigen hebben medegedeeld. Bovendien, in
dien waar mocht blijken te zijn, wat Visser
in Limburg aan dezen koopman heeft ge
zegd, dan staat vrijwel vast, dat de nu in
voorarrest zittende verdachte tegen wien
trouwens meer sterke aanwijzingen blijken
te bestaan, den moord op zijn geweten heeft.
LETTEREN EN KUNST
MUZIEK.
KUNST AAN HET VOLK.
Jan Smeterlin.
Het bestuur van Kuns'i- aan het Volk is
wel bijzonder actief: binnen een tijdsruimte
van vier dagen verschafte het den leden en
verderen belangstellenden de kennismaking
met een der grootste zangers en met een der
meest beteekenende klavierspelers van dezen
tijd: Carles Panzéra en Jan Smeterlin. Dat
die activiteit gewaardeerd wordt bleek uit de
groote opkomst, ook gisteravond voor Sme
terlin.
Een virtuoos hors ligne, deze 37-jarige
Pool, een virtuoos van klank, en rhythme.
Verricht op een zetel die in hoogte het mid
den houdt tusschen een stoel ,(en een stoof,
in de schijnbaar onmogelijke situatie van het
klavier boven zijn macht te hebben, de ge
weldigste technische kunststukjes met ver
bluffend gemak en nagenoeg absolute zeker
heid. Zijn rhythme trilt, veert, met onein
dige elasticiteit, bespringt u in plotselinge
spasmen. Zijn techniek en pedaalgebruik zijn
in hoofdzaak on non legato en staccato inge
steld. In deze speelwijze doet hij prachtige
dingen, maar h{j past ze ook toe daar waar
de componist uitdrukkelijk het tegendeel
voorschreef. Zijn spel is grootendeels mo
dern, on-romantisch. Zijn Chopinwals, die
hij vóór de pauze toegaf (de Valse brillante
op. 34 no. 1) wiegt niet: zij springt voor uw
oogen met meer schittering dan gratie even
als dat bij Rachmaninoff het geval was.Maar
het groote constructievermogen van dezen
heeft Smeterlin niet. Zijn vertolking der
Es dur variaties en Fuga op. 35 van Beetho
ven (op het thema uit Prometheus dat B.
later ook voor de finale der Eroïca symphonic
op. 55 bestemde) kan men voor een goed deel
aanvaarden; hier en daar kan ik zijn inzicht
niet deelen, b.v. waarom hij de m.i. storm
achtige c-min. variatie (no. 6) door een
uiterst langzaam en voorzichtig tempo, een
tempo dat de kale gebroken octaven in 't
geheel niet verdragen, lam slaat. Ook be
vreemdt het dat hij de eene variatie, volgens
voorschrift, wèl herhaalt, de andere weer
niet. Weldadig was het bewustzijn, dat hij al
thans niet naar opzettelijk effect streefde,
maar zich, behoudens enkele momenten,
als de plots veel te snelle sextaccoorden in
het Adagio, streng aan den tekst hield. Een
uitvoeriger programma-omschrijving van
dit variatiewerk, dat met eenige veranderin
gen op de bas van het thema begint, daarna
pas het eigenlijke thema exponeert en na de
fuga nog een uitvoerige coda bezit, lijkt me
niet onwenscheüjk.
Debussy ligt dezen klankvirtuoos nog beter
dan Beethoven Zijn Soiree dans Grenade,
een prachtstukje van klankverfijning en
-variabiliteit. De hem opgedragen Mazurka
van Szymanowsky bleef mij onverstaan
baar evenals diens 3 Etudes, werkjes," waar
naar menigeen die nu nog onder Czerny en
Chopin zucht als naar een reddende engel-
boodschap zal uitzien: geen leermeester, al
is zijn oor en oog nog zoo streng, zal in staat
zijn de in Szymancwsky's Etudes gespeelde
fouten te ontdekken!
Albeniz' Triana speelde Smeterlin, ondanks
het geweldig coloristisch-virtuoze, mij te
hoekig; ik heb dat b.v. van Josepha Ro-
sanska mooier gehoord. En als ik zijn voor
dracht van Chopin's derde Sonate (op. 58)
vergelijk met die van Schafer en mevrouw
Kwast-Hodapp, wint die van Smeterlin het
ook niet in allen deele. Het gevoel voor ro
mantische dweperij, dat Schafer soms tot
excessen voert, ontbreekt Smeterlin; hij geeft
het zangthema uit het eerste hoofddeel glad
weg, in tempo; mevr. Kwast hield het juiste
midden. Het Scherzo speelde de Pool geheel
staccato evenals het finale thema en in het,
Adagio kon hij een indruk van langdradig
heid niet wegtooveren. Uit een klaviertech-
nisch oogpunt was veel in de finale zeer im
poneerend.
De toegiften deden vooral den brillanten
virtuoos uitkomen.
Vooreerst de Etude op. 25 no. 3 van Cho
pin, met de uiterste doorzichtigheid ge
speeld. Vervolgens een allerleelijkste, ont
stellende transscriptie van Schubert's lied
„die Forelle". En tot slot het geliefkoosde pa
radestuk van de laatste jaren: de Arabesken
over Strauss' „An der schónen blauen Do-
nau" van Schulz-Evler, het stuk dat ook Paul
Weingarten hier eens voordroeg Smeterlin
speelde niet het geheele werk, doch maakte
eenige coupures, gaf evenwel meer dan ge
noeg om zijn schitterende techniek,
rhythmiek en dynamiek nog eens triomfen
te doen vieren.
KAREL DE JONG.
HAARLEIMSCHE KUNSTKRING.
Er was in de zaal van hotel „Den Hout" een
groep leden van den Haarlemschen Kunst
kring, die met blijkbare belangstelling luis
terde naar de uiteenzetting die Dr. phil. L.
H. Grondijs gaf van wat het Russische lied
heeft t-e beduiden in de geschiedenis van
Rusland. En hoewel hij zich. wegens de
enorme uitgebreidheid der stof. moest bepa
len tot de Groot-Russische zangen, hij mocht
$ch nog beduidend beperken, wilde hij de
tijdgrens, die aan concerten etc. gesteld is,
niet belagrijk overschrijden. Toch werd het
nog tegen elven, als spreker de stof. die hij
voor zich had afgebakend, had behandeld-
EEN BONDSHUIS-JEUGD- HERBERG.
De Nederlandsche Bond
van Abstinent Studeeren
den besloot in 1927 tot het
bouwen van een eigen
Bondshuis. Een jaar van
intensieve voorbereiding
volgde. Inmiddels werd er
door de leden allen jon
geren van 14 tot 23 jaar
hard gespaard om de be-
noodigde gelden bijeen te
krijgen. Voorjaar 1929 was
de voorbereiding zoover ge
vorderd, dat een definitief
werkplan kon worden opge
steld.
Besloten werd, dat het
Bondshuis door de leden in
hun vacanties zelf zou wor
den gebouwd in de buurt
van Vierhouten op de Ve-
luwe. Begin Juli werd met
den bouw een aanvang ge
maakt, met als resultaat,
dat einde Augustus een be
langrijk deel van het Bonds
huis afgebouwd was. De
hierbij geplaatste foto's ge
ven een aardig beeld van
de werkzaamheden. Eind
Augustus was men aan
het eind van de vacan-
tie envan het
geld gekomen. Er wordt nu weer ijverig door
de leden gespaard om zoo spoedig mogelijk
den bouw te kunnen voortzetten.
Er is echter méér noodig en daarom or
ganiseert de afdeeling Haarlem op Zaterdag
23 en Zondag 24 November a s. een Bonds-
huis-bazar in gebouw „Caecilia" in de Jans
straat.
Wanneer dan het Bondshuis geopend wordt
dient het tovens als Jeugdherberg, waar alle
trekkende jongeren welkom zijn en op hun
tochten een veilig en vertrouwd onderdak
vinden. Op die manier neemt dit Bondshuis
dan een waardige plaats in onder het
roeiend aantal Nederlandsche Jeugdherber
gen, die welhaast een aaneengesloten net
gaan vormen. Sinds de eerste pogingen in
1928 heeft het Jeugdherbergwerk zich stark
uitgebreid, het blijkt dus wel in een behoefte
te voorzien.
Steeds meer jongeren trekken dan ook
naar bui'.en, de vrije natuur in, voor den nacht
een warm, verzorgd tehuis vindend, met
zijn eigen frissche jeugdbewegingssfeer, waar
alcohol en nicotine „taboe" zijn.
Vol nieuwe indrukken, geestelijk en licha
melijk opgefrischt en versterkt, wordt dan
het werk of de studie weer met nieuwen moed
hervat.
Ten Zuiden van het Parkherstellingsoord aan den Rijksstraatweg in Haarlem-Noord zal
een zeven-k\assige school met een gymnastieklokaal gebouwd worden voor gewoon lager
onderwijs. De gemeente heeft hiervoor aan de Gereformeerde Schoolvereeniging een
crediet verleend van 152.000. Hierboven geven wij een reproductie van een perspec
tief-teekening van het ontwerp van den architect den heer J. J. Verhagen Jzn.
Wij zullen geen pogingen doen, hem in deze
behandeling op den voet te volgen, maar
veeleer een enkel punt aanstippen waardoor
veel wat ons in deze cultuur duister was, tot
klaarheid is gebracht. Zoo is van den groot
sten invloed geweest op de Russische folklore
niet slechts het opkomend Christendom,
maar ook en vooral de tegenstrevingen die
zich openbaarden met het Heidendom dat
ging verdwijnen. In West-Europa hebben wij
in het lied niets wat ons aan die tijden van
contrasten herinnert: Ruslands folklore is
er vol van, en men heeft slechts acht te slaan
op oude gebruiken, op gezangen, op legenden,
om te weten hoe de oude heidenen hebben
gedacht. Daar leven nog in de boeren oude
convicties, die uit juist dien tijd bewaard ge
bleven zijn; men leze Puschkine. En wie de
Eugène Oneguine kent (Tschaikowsky be
werkte dezen tekst, zooals men zich herin
nert, tot een opera) komt alweer op een do
mein waar ook de Westersche beschaving een
woord meespreekt. De verminging van beide
culturen bracht tenslotte een charme over
litteratuur en lied, die steeds weer opnieuw
bekoort. Het rythme is niet het starre me
trum, zonder hetwelk zich de conservato-
riurnieerling geen muziek kan denken, maar
het volgt geheel de scandeering van de oude
poëzie, en zoo was aan Mevrouw Grondijs
De Gontcharenko Petrenko de taak toebe
deeld, de liederen niet alleen vocaal aantrek
kelijk te maken, maar deze in de eerste plaats
te doen leven, zooals ze ontstonden: recht
streeks uit de ziel van den onbekenden dich
ter. Op zijn tochten door Rusland heeft
trouwens Dr. Grondijs meermalen ervaren,
hoe dit spontaan dichten den Rus in het
blo8d zit, en wie b.v. bij de uitvoeringen der
Don-Kozakken, als zij zingen van den Ko-
zakkenheld Stenka Rasin, of van Moeder
tNGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN a h(t Cts per regel
Wolga, alleen grapjes weet te vertellen of
aan allerlei trivialiteiten denkt, staat van de
oerkunst van Rusland al heel ver af. Den-
zulke raad ik aan, Dostojewski te lezen, of
aandachtiger te herlezen- Hij kon dezen
avond ervaren, hoe in Rusland de helden
sagen ontstonden; der helden, wakend of ook
de Tartaren of de Perzen komen.
Doch hoe in deze sagen heerscht, in tegen
stelling met de Westersche chansons de
geste, een trek naar vredelievendheid. En
welke beteekenis de oude barden hebben. En
de z-g. „broederschap der arme zangers",
(onze fraticelli). waar door den terugkeer
tot het oude eerste Christelijk enthousiasme
zoo menigmaal de figuur van St. Franciscus
heerleeft. En dan de figuur van Lazarus, die
ook in menig lied zoo'n opmerkelijke plaats
inneemt- O! die armen van Rusland. Hoe
hadden zij 't moeten stellen zonder de voor
sprak van St. Johannes Chrysostomos. Als
de Christus is ten hemel gevaren, blijven de
armen troosteloos, ontroostbaar achter.
Christus belooft ze alles, tot zelfs een gou
den berg, doch de heilige, van wiens lippen
inderdaad de woorden vloeiden in gouden
stroomen, wist voor zijn armen iets beters
te verkrijgen. Dit lied van het arme Rusland
zingt Mevrouw Grondijs—Gontcharenko Pe
trenko inderdaad met een ontroerende naï
veteit, en wijl haar het Russisch kleed zoo
bij uitstek goed kleedt, waren de hooraers
inderdaad onder de sterke bekoring van cit
innerlijk doorleefde lied, dat toch werd ver
staan ook door wie de taal van Rusland niet
kenden.
Vermelden wij nog het „Oude" CzarenMed
(met het mooie refrein „Slawa"), dat ook in
meerdere opera's der Russen overging, b.v.
in Boris Godunow. De pianist Pirakorr mij
Uzrsch uit dsn B<snhstouen
Ook j'n Luxe. - blikjeèt