SCHAAKRUBRIEK
Cif
m
ff!
'P!
lx*
jg
11
38
1!
HiH
'15
fm
i:;®1S
_fBA
Si
ONZE LADDERWEDSTRIJD OCT.-NOV. 1929
POSTDUIVEN.
DAMRUBRIEK.
DE
SPORTWERELD.
Oplossingen, vragen en*, te renden aan den
Schaakredacteur van Haarlem'» Dagblad, Groolc
Houtstraat 93. Haarlem.
PROBLEEM No. 485
I KLING (pirn. 1849).
Wm
i
mm
Mat in drie zetten.
Stand der stukken:
Wit: Kf6, De2, Lfl. Pa3, Pe6, f2.
Zw .rt: Kd5, Da2, Td7, La6, Lc5; Pc6, Pf7, b4, c3,
d2, e4.
No. 3 van den Ladder-wedstrijd (2e
ladder).
PARTIJ No. 577
Zeventiende matchpartij om het Wereld
kampioenschap .gespeeld te Berlijn 21 Oc
tober 1929,
Wit: Zwart:
Dr. A. Aljechln E. D. Bogoljubow
(Parijs). (Triberg).
INDISCH
(Grunfeld-verdediglng).
d2 d4 1 Pg8 f6
c2— c4 2 g7—gó
f2—f3 3
Een goede zet, die ten doel heeft door
e2e4 het centrum te bezetten. Die zet
wordt in gelijksoortige stellingen dikwijls en
met succes gespeeld.
3 d7 - d5
Deze cenlrumopmarsch is alleen dan speelbaar,
als het witte Paard reeds op c3 staat; er geschiedt
dan gewoonlijk 4. cd5:, Pd5:; 5. e4. Pc3: enz.
zonder verder tempoverlies.
Bij de tekstvoortzetting moet het Paard
verder wegtrekken en staat dan ten slotte
op bG gedeplacecrd. Derhalve ware hier het
ontwikkelingssysteem door 3.d7-
d6 te wagen, om daarna met e7e5 in be
kende banen te komen.
c4Xd5 4 Pf6Xd5
e2-e4 5 Pd5-b6
Lel—e3 6 Lf8-g7
Pbl—c3 7 Pb8 - c6
Daarna wordt het Paard verder opge
drongen. Het is echter hier reeds moeilijk,
een vernuftige methode voor de ontwikke
ling van zijn Dame-vleugel te vinden.
d4-d5 8 Pc6—e3
Le3-d4! 9 f7—f6
f3—f4 10 Pe5-f7
a2 a4 11
Een leerzame vleugelopmarsch aan de
Damezijde! Iets dergelijks treffen wij aan
in de match Steinitz-Zukertort (1886) ook
daar had de aanval succes.
11 e7—e6
d5Xe6 12 Lc8Xe6
a4 -a5 13 Pb6-d7
a5-a6 14 b7—b6
Lfl - b5 15 Dd8-e7
Pgl e2 16 c7-c5
Ld4—f2; 17 0-0-0
lljke omstandigheden goed verdedigd. Hier
echter rocheert hij, in plaats van met de
korte rochade een vast gebouw te. betrek
ken, in een loofhut. Derhalve verkeert hij in
het vervolg voortdurend ln gevaar.
Ddl-a4 18 f6—f5
Daarmede wordt Zwart het perspectief
ontnomen. Beter was 13. Pd6.
e4-e5 19 gó g5
Lb5—c4 20 Pd7Xe5
Zwart speelt vrijgevig; het offer is ook
niet zonder kansen. Toch is na 20.
Pb8 een direct gevaar niet te zien.
Lc4Xeöf 21 De7Xe6
f4Xe5 22 Pf7Xe5
0-0 23 Deó c4
b2b4lf 24
c£$ I
fél
1
i
p
m
m
i
y/mi
4
1 kt
13
¥0/
pip
n
s k
I§1
D
III
m
BQ
Wit weigert terecht Dameruil. De ver
zwakte stelling van Wit verlangt een aan-
valsspel. Het pionoffer maakt indruk. De
wereldkampioen volbrengt weder een van
zijn adelaarsvluchten.
24 Dc4Xb4
Da4 c2 25 Pc5 d3
Tfl—bl 26 Db4- c4
Tal—a4 27 Dc4-e6
Pc3-b5 28 Kc8—bS
en Zwart geeft op, want tegen 29. Pe2d4 is
niets te beginnen.
(Aanteekeningen van Rubinstein in Ka-
gan's Neueste Schachnachrichten, Dec. '29).
OPLOSSING PROBLEEM No 482
(No. 11 van den Ladder-wedstrijd).
Stand der stukken:
Wit: Ka2, Da6, Lf7, Pc2.
Zwart: Kc5, e6.
I. Lf7—gó, enz.
Goed opgelost door: H. Hassebroek,
te A m s t e r d a m; H. de Ruyter, te
Bloemendaal; M. D. L. Ai*tz, Jac. J. Bert,
C. van Dort, H. W. van Dort, F. W. Hooger-
beets, J. Hoogeveen, J. ten Hove, C. P. Koene,
J. G. Leibbrandt, J. M. C. Leibbrandt, K.
Pluim-Mentz, B A. Snelleman en C. Vols, al
len t-e Haarlem; P. Mars en K. Siegerist.
beiden te Santpoor t; N. E. Rost, te
S p a a r n d a m; H. C. Kemp, te V ij f h u i-
zen; W. Koning, te Zandvoort (al
len 3 punten).
OPLOSSING SCHERTSPROBLEEM No. 39
(No. 12 van den Ladder-wedstrijd).
Stand der stukken:
Wit: Ke3, Da5. Pc5. b5.
Zwart. Ke5, De8 Te6.
Wit heeft zoo juist Pe4Xc5 gespeeld (na
den zet van Zwart: c7c5); in de plaats
daarvan geschiedt; b5Xc6 en passant t-
Goed opgelost door: H. Hassebroek,te
Ams t er dam; M. D. L. Artz, Jac. J. Bert,
J. Hoogeveen, J. ten Hove, C. P. Koene, J. G.
Leibbrandt en J. M. C. Leibbrandt, allen te
Haarlem; P. Mars, te Santpoort; N.
E. Rost, teSpaarndam; (allen 1 punt)
CORRESPONDENTIE
H a a r 1 e m. C. en H. W. v. D. Door u
werd den door Wit gespeelden zet niet terug
genomen (zie het onderschrift bij het
schertsprobleem) integendeel U liet Wit eerst
nog een zet spelen (b5—b6) en daarna dezen
terugnemen.
F. W. H. Door u werd het onderschrift niet
begrepen; een nieuw wit stuk ten tooneele
brengen en een zwart stuk verplaatsen was
niet de opgave van den auteur.
K. P.—M. en B. A. S. Hoewel niet de au
teursoplossing, zou uw oplossing als neven
oplossing in aanmerking hebben kunnen ko
men, ware het niet dat u vergat, op het door
u 180 gr. gedraaide bord, het zwarte stuk te
rug te plaatsen, dat Zwart op g4 genomen
had. Daardoor is er zelfs geen schaak na
Pd5!
C. V. U liet Wit twee zetten terugnemen,
n.l. De8c8 en c7c8 D.
Santpoort. K. S. De metamorphose van
pion tot Dame is zeer humoristisch, maar die
hooge waardigheid bleek niet uit den stand
der stukken.
Vijfhuizen. H. C. K. Na 1. Pc5—e4, 2.
b5b6f is Zwart niet mat wegens De8b5.
Tot nu toe heeft Zwart zich onder moei-
Deelnemers:
P. Mars te Santpoort
Jac. J. Bert, te Haarlem
J. ten Hove te Haarlem
J. G. Leibbrandt te Haarlem
J. M. C. Leibbrandt, te Haarlem,
N. E. Rost, te Spaarndam
H. de Ruijter te Bloemendaal
C. van Dort te Haarlem
H. W. van Dort te Haarlem
K. Pluim-Mentz te Haarlem
K. Siegerist te Santpoort
M. D. L. Artz te Haarlem
B. A. Snelleman te Haarlem
W. Koning te Zandvoort
H. C. Kemp, te Vijfhuizen
J. Hoogeveen te Haarlem
A. H. Nessen te Haarlem
C. P. Koene te Haarlem
F. W. Hoogerbeets te Haarlem
C. Dekker te Amsterdam
H. Hassebroek te Amsterdam
C. Vols te Haarlem
D. Baas te Haarlem
G. Strijker te Santpoort
G. J. Offerhaus te Beverwijk
P. W. Smits te Haarlem
Th. Cammenga te Haarlem
E. Droppert te Haarlem
A. Reijiiholt te Haarlem
P. Rozenstraten te Umuiden
G. H. Meijer te Haarlem
D. van Zadel te IJmuiden
F. van Dort Jr. te Heemstede
H. Meilink te Haarlem
De loting had tot resultaat, dat de Oct.-
Novemberprijs (schaakwerk of schaakspel,
enz., naar keuze, ter waarde van ongeveer
f 5.ten deel viel aan den heer P. Mar s,
te Santpoort.
12 3
2 2 3
2
2
2
2
4 5
2 4
3
3
3
3
3
3
3
3
2 3
2 3
2 3
2 3
2 3
2
2 3
2 O
2 3
0 0
2 2 0
2 2 3
2 2 0
0
6 7
2 3
2 3
2 3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
I 10 11 12 totaal
2
4
2
2
2 -
0 0
0
3
0
3
3
0 0
0
3 1 31
3 1 31
3 1 31
3 1 31
3 1 31
3 30
3 0 30
3 0 30
3 0 30
3 0 30
3 1 29
3 0 28
3 28
3 0 28
3 1 26
23
3 1 22
3 0 21
218
2 3 1 16
2 3 0 14
210
- 2 -
0 2-
- 0 0 0
- 0
- 0
4
02
0
0
0
0
0
0 0 00
00
Zooals men weet, blijven alle punten voor
de tweede ranglijst staan, zoodat alleen die
van den prijswinner worden geannuleerd, die
onmiddellijk de ladder opnieuw bestijgt.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
STOFZUIGERHUIS MAERTENS
BARTELJORISSTRAAT 16
TELEFOON 10756
VAMPYR STOFZUIGERS f98.—
Tentoonstelling te Hillegom.
Van Vrijdag tot Zondag hield de Hillegom-
sche Postduïvenhouaersvereeniging „Vooruit"
haar 4e nationale tentoonstelling. Daar vele
bekende liefhebbers uit Nederland ingezon
den hadden, was er een mooie collectie van
400 duiven aanwezig. De dieren, die hier be
kroond werden, zijn wel van bijzondere waar
de. De heer G. H. Stouten uit Haarlem be
haalde 12 eereprijzen, 1 beker voor het
hoogst aantal behaalden punten met 5 voor
uit aangewezen benevens met blauwe post
duiven, 3 eerste, 2 tweede prijzen, met
Blauwkrassen 1 eerste, 2 tweede en 3 derde
prijzen, met Roodkras 4 eerste, 3 tweede en
1 derden prijs, met Bonten 2 eerste, 4 twee
de en 2 derde prijzen, met Vaal 1 eersten
prijs.
De heer J. J. Petrle 1 eere-prijs met blauw
krassen, 1 eersten en 1 derden prijs met
bonten 1 tweeden prijs.
Damredacteur; J. W. van Dartelen, Raad
huisstraat 1, Heemstede.
Alle correspondentie, deze rubriek betref
fende, gelieve men te zenden naar boven
genoemd adres.
PARTIJ-FRAGMENT Nr. 1506.
Onderstaande stelling is uit de partij, ge
speeld tusschen de heeren J. W. van Darte
len te Heemstede (Haarl. Damclub) met
Wit en G. van Ettekoven te Purmerend
Damclub Arts de Heer) met Zwart, in den
wedstrijd Haarlemsche Damclub—Aris de
Heer op 17 November 1929 voor de hoofd
klasse-competitie van den Ned. Dambond.
G. van Ettekoven.
WIT
Stand in cijfers:
Zwart 10 schijven op: 3 6 8 13 15 16 18 20
21 en 24.
Wit 10 schijven op: 27 32 35—39 42 43 en 45
J. W. van Dartelen.
Wit speelde 27—22! (Zwart 18 27) en
37—31!, waarop Zwart antwoordde met' 13-19
(Wit 31 22) en 19—23.
Oogenschijnlijk een sterke voortzetting,
want Wit 3227 en 38 27 gaat niet wegens
den damzet 23—28 24—30 en 20 47 of 49
terwijl op 39—34 of 39—33 Zwart 23—28 of
2329 en 2430 enz. een schijf wint.
Echter had Wit mét deze mogelijkheden
rekening gehouden, want hij. vervolgde een
voudig met: 22—17! (Zwart 21 12) 35—30
(Zwart 24 35) 45—40 (Zwart 35 33) 38 7,
waarna Zwart ln het eindspel nog juist re
mise kon forceeren.
PARTIJ-FRAGMENT Nr. 1507.
Onderstaande stand is uit een „vluggertje",
1 gespeeld in de Haarl. Damclub tusschen de
hoofdklasse-spelers J. B. Sluiter Jr. met Wit
en J. P. van Eijk met Zwart.
ZWART
WIT
Stand in cijfers:
Zwart 13 schijven op: 2 6 8 10 11 13 14 13
17 19 20 23 en 24.
Wit 13 schijven op: 22 25 28 30—33 35—38
43 48.
Mag Zwart 1721 spelen?
Neen! Er zou dan gevolgd zijn:
Wit 33—29 (Zwart 24 42) Wit 22—17
(Zwart 11:33). Wit 32—27 (Zwart 21:41)
Wit 36 9 (Zwart 14 3) Wit 25 5 en wint.
Voor onze probleem-liefhebbers geven wij
hieronder nog een eenvoudig vraagstuk ter
oplossing.
Dit probleem is vervaardigd voor „begin
ners", zoodat meer geoefende oplossers
moeten trachten het vraagstuk direct van
het bord af op te lossen zonder de stukken
aan te raken,
PROBLEEM Nr. 1508.
Auteur: W. van Daalen, Haarlem.
Eerste publicatie.
Voor beginners.
ZWART
Int«;rnatio-nale weJstrydfen onder ongunstige omstandigheden- Een terrein van
xaagsel en houtkrullen- België tegen Engeland in hagel en storm- Wedstrijden in
modderpoelen. Waarom een Fransche scheidsrechter Zondag een wedstrijd staakte.
Het aandeel van beroeps:pelers in hun „verkoopsom". De positie van een beroepsspeler
tegenover zyn club. De wereldkampioenschappen. Voetbal moet sport blijven en
geen levenskwestie worden- Slechte verliezers en ruwe spelers zijn oorzaak en gevolg.
De wedstrijd NederlandBelgië is zeker
onder buitengewoon ongunstige weersomstan
digheden gespeeld doch men moet niet den
ken, dat de terreintoestand en. het weer voor
een internationalen wedstrijd een soort we
reldrecord waren. Juist doordat gewone com
petitiewedstrijden betrekkelijk gemakkelijk
uitgesteld kunnen worden, wat met inter
land wedstrijden veel lastiger is, worden
laatstgenoemde wedstrijden nog al eens on
der abnormale omstandigheden gespeeld.
Zoo is b.v. de twee weken geleden ge
speelde wedstrijd ItaliëPortugal slechts
kunnen doorgaan nadat men het terrein, dat
door drie dagen regen een moeras was gewor
den, met een dikke laag zaagsel en houtkrul
len eenigszins drooggelegd had. De toestand
van den grond moet echter verschrikkelijk
geweest zijn, de zware nederlaag der Portu-
geezen, die nooit anders dan op harde, kurk
droge velden spelen, moet dan ook geheel op
rekening van den toestand van het terrein
worden geschreven. Ik heb een wedstrijd
tusschen België en Engeland meegemaakt,
waarbij het af en toe zoo hevig hagelde, dat
men midden in het veld staande, de beide
doelen niet kon onderscheiden. Het begon
reeds vóór den wedstrijd.
Toen de Belgische Koning uit zijn auto
stapte en zich dwars over het terrein naar de
tribune begaf brak een hevige hagelbui los.
De muziek speelde de Brabamjonne terwijl
Z.M. met den hoogen hoed in de hand over
het terrein wandelde. Toen hij in de tribune
gekomen zijn hoofddeksel weer wilde opzet
ten, moest hij eerst de hagelsteenen uit den
hoed schudden!
In het tweede gedeelte van den wedstrijd
was het terrein zóó'n modderpoel, dat de
spelers op sommige plaatsen tot over de
schoenen ln de modder zakten. Hawkes. de
bekende halfback, die ook tegen Nederland
wel meegespeeld heeft, was na afloop zoo uit
geput. dat hij in de kleedkamer in elkaar
zakte.
De jaarlijksche wedstrijd van dc Zwaluwen
tegen de Roode Duivels op Mardi-gras te
Brussel, heeft nog al eens onder weers- en
terjeinomstandlgheden Ic lijden gehad. Spe-
ciaal herinner ik mij een der allereerste
wedstrijden, gespeeld op het terrein van de
Racing, het Vivier d'Oie, waarbij Nederland
nog niet door de Zwaluwen, doch door de
Sprinkhanen was vertegenwoordigd. Het ter
rein was toen een ontzettende modderpoel,
die men echter door een rol wat gelijk ge
pleisterd had.
Toen de wedstrijd evenwel eenige minu
ten aan den gang was. leek het geheele veld
omgeploegd. De bal bleef herhaaldelijk in
de modder steken. Dit was stellig het
slechtste veld. dat ik ooit bij een internatio
nalen wedstrijd heb gezien. Van meer recen-
ten datum is cie wedstrijd van de Zwaluwen
te Brussel in den strengen winter in het be
gin van dit jaar. Er werd toen gespeeld in
een temperatuur, waarin ik mijn vulpenhou
der niet kon gebruiken, daar de inkt be
vroor. Bovendien was het terrein, ondanks
een rijkelijke bewerking met zand, keihard.
Internationale wedstrijden op hard bevroren
of op ondergesneeuwde velden zijn er her
haaldelijk gespeeld, historisch is ook een in
ternationale wedstrijd in Italië waarbij, tij
dens den wedstrijd een hevig onweer boven
het veld losbarstte,, het werd zoo'n nood
weer, dat men zelfs eenlgen tijd heeft moe
ten staken. De wedstrijd werd echter toch
ten einde gespeeld. Dan denk ik nog aan
een omstreeks 1908 te Weenen gesoeeklen
wedstrijd OostenrijkEngeland, waarbij kort
voor het begin een wolkbreuk het terrein let
terlijk onder water zette. Men pompte het
water van het terrein af doch toen begonnen
moest worden stond ongeveer een kwart ge
deelte van het terrein nog blank.
Wat onze Nederlandsche internationale
wedstrijden betreft, kan ik mij echter niet
herinneren, dat onder ongunstiger we^-s-
omstandigheden gespeeld werd dan op den
jongsten Zondag, wel werd er op veel slech
ter terreinen gespeeld. Het terrein van Zon
dag bleef tot het laatste oogenblik goed be
speelbaar en was zeker geen beletsel voor
goed voetbal.
Dat weers- en terreinsoms'handigheden niet
noodzakelijk een beletsel behoeven tc zijn
voor goed voetbal, werd overigens in den
wedstrijd tegen de Belgen bewezen. Op dien
dag was het weer over een groot gedeelte
van Europa even slecht, waardoor tal van
wedstrijden werden uitgesteld. Bij een wed
strijd voor de eere-afdeeling te Parijs staakte
de scheidsrechter, nadat hij een uur in den
hevigen regen had laten spelen, den wed
strijd. Van beide kanten werd tegen dat ste
ken geprotesteerd, men was nu eenmaal toch
nat en wenschte de zaak nu maar af te wer
ken. Het antwoord van den scheidsrechter op
deze protesten was merkwaardig. „Mijne
heeren", zoo sprak hij, „mijn vrouw zit op de
tribune, ze heeft mij in de pauze reeds ge
laten spelen, ik vrees voor huiselijke moei-
zegd, dat het dwaasheid was in zulk weer te
lijkheden indien ik haar advies niet opvolg".
Naar aanleiding van hetgeen ik eenigen
tijd geleden heb geschreven over den „ver
koop" van beroeps voetballers, heeft een der
lezers mij gevraagd of de aldus overgedragen
speler een aandeel van de „koopsom" ont
vangt.
Inderdaad krijgt de spelèr gewoonlijk daar
van wat, doch slechts een zeer bescheiden
gedeelte, het grootste gedeelte komt in de
clubkas. Er bestaat, een bepaling, dat een
speler na vier jaar voor eenzelfde vereeniging
gespeeld te. hebben, recht heeft op een .bene
fietwedstrijd. De groote clubs geven na vier
jaar aan den speler een vast bedrag, dat in
het contract met den speler is aangegeven.
Minder dan 400 is dat gewoonlijk niet.. In
dien nu een speler in het verloop van die vier
jaar naar een andere club over gaat, zou hij
daarvan financieele schade hebben, immers
dan zou hij voor de nieuwe club weer vier
jaar moeten spelen, wilde hij een benefiet
krijgen. Daar een speler tijdens den duur van
zijn contract, dat gewoonlijk voor een jaar
wordt aangegaan, niet zonder toesrerammg
aan een andere club kan worden overgedaan,
zou hij natuurlijk de gevraagde toestemming
weigeren, indien hij daardoor zijn benefiet-
misliep. Daarom betaalt men ln zoo'n geval
den speler, voor eik jaar, dat hij reeds in
dienst van de club was. een vierde v.an het
hem gegarandeerde bedrag als benefiet, uit.
Bovendien mag den speler nog een klein
percentage van het bedrag als tegemoetkoming
in de kosten van verhuizing, worden gege
ven.
Eigenaardig is het overigens, dat de spelers
zelf niet. gemakkelijk van club kunnen verwis
selen. Zoodra hun jaarcontract is afgeloopen
moet dat automatisch verlengd worden indien
de betrokken club dat tenminste wenscht. Al
leen de club heeft het recht te zeggen, dat ze
het contract niet wenscht te vernieuwen.
Het eenige, dat een club te doen heeft om
een speler vast te houden, is hem het maxi
mum salaris te geven. Doch ook al geeft men
den speler niet het maximum salaris dan is
het vaak nog niet gemakkelijk om van club
te veranderen. De oude club stelt n.l. den
prijs vast, waarvoor hij door een andere ver
eeniging kan worden overgenomen. Sommige
clubs stellen dien prijs zóó hoog, dat men wel
weet, dat geen enkele club dien prijs zal be
telen. waarvan het gevolg is, dat de speler
werkloos wordt. Hij kan zich dan tot het
bestuur van de League wenden met verzoek
den voor hem bepaalden prijs te vermin
deren. Het bestuur onderzoekt dan de zaak
en stelt den prijs naar billijkheid vast.
In sommige gevallen, waar het b.v. een ouden
speler betreft, wordt zelfs wel een vrije over
dracht toegestaan.
Uit Montevideo komen in den laatsten tijd
vrij regelmatig berichten omtrent dc wereld
kampioenschappen. De heer Bueros, die
Uruguay in Europa heeft vertegenwoordigd, is
thans, tc Montevideo, waar hij met het be
stuur van den Urugueesehen Voetbal Bond
besprekingen heeft, gevoerd inzake de bezwa
ren, die van Eüropeesche zijde tegen de wed
strijden werden gemaakt. Het gevolg daarvan
is geweest/ dat -men besloten heeft in alle
opzichten aan de Eüropeesche bezwaren tege
moet te komen. Men zal aan eiken bond, die
een ploeg naar de wereldkampioenschappen
zendt, vrije reis-- en verblijfkosten voor 20
personen geven en tevens aan de deelnemers
voor extra onkosten een toelage van een hal
ven dollar per dag geven. Bovendien zullen,
waar het beroepsspelers betreft, desgewenscht
de salarissen der spelers worden betaald.
Medegedeeld wordt voorts, dat de Urugeesche
Voetbal Bond deze extra kosten uit eigen
middelen zal betalen, zoodat deze kosten waar
schijnlijk niet bij het vaststellen van een
eventueel batig saldo in rekening gebracht
zullen worden. Naar men weet krijgt van het
saldo de F.I.F.A. in de eers'.e plaats een
flink aandeel en zal de rest. in verhouding van
het aantal gespeelde wedstrijden, onder de
deelnemende landen worden verdeeld. Stellig
zijn de voorwaarden voor het- deelnemen aan
de?e rerste wedstrijden om het wereldkam
pioenschap al buitengewoon gunstig, men
kan er wel van overtuigd zijn. dat men voor
latere wedstrijden om dat- kampioenschap ge
heel andere regelingen zal treffen.
WIT
Stand ln cijfers:
Zwart 7 schijven op; 8 9 10 12 14 19 20
en een dam op 35.
Wit 8 schijven op: 22 27 28 31 33 38 44
en 50.
Wit speelt en wint.
Oplossingen van dit vraagstuk worden
gaarne ingewacht tot uiterlijk Maandag 23
December a.s. bij den redacteur dezer ru-
briek.
OPLOSSINGEN.
De auteursoplossmg van probleem Nr,
1502 is:
Nr. 1502. W, van Daalen.
Wit: 22—17 28—23 50—45 40—34 45 1 en
wint.
Zwart: Steeds gedwongen.
Dit vraagstuk werd correct opgelost door:'
W. van Daalen, J. van Steenwijk, J. v. d.
Vlugt, F. A. Berkemeier, W. J. A. Matla, P.
Mollema, R. Hartgerink, II. G. Teunisse, J.
Wielenga. A. de Jong, Jac. Fr. van Garderen,
H. Greeuw, J. van Looij. J. v. d. Giessen, J.
P. van Eijk, J. C. van Waard, J. Poppen, J.
L. Versteeg, G. A. Ottolini Jr. en W. v. d.
Eijnde, allen te Haarlem; F. H. Kluen en
M. Lieffering, beiden te Heemstede: J. B.
Sluiter Jr. te Aerdenhout; B. Dukel en H.
de Boer, beiden te IJmuiden; W. J. v. d.
Voort te Nieuw-Vennep; G. L. Gortmans te
Amsterdam; P. Kleute Jr. te 's-Gravenliage.
Intusschen verkeert men omtrent het'
deelnemen der Eüropeesche landen nog
steeds in het onzekere Alleen Joego Slavia
heeft zich bereid verklaard de reis te onder
nemen. Bovendien wordt het steeds waar
schijnlijker. dat de Belgen zullen gaan. Op
het oogenblik hebben reeds 10 soelers van in
ternationale kracht toezegging gedaan
zich beschikbaar te stellen en wel: de Bie.
Hoydonck, Lavigne, Nauwens, Somers, van
Poucke, Michiels, Moeschal, P. Braine en
Diddens. Vermoedelijk zulleij ook Bastin en
Voorhoof wel beschikbaar zijn. zoodat men
daarmede reeds een goede ploeg kan samen
stellen.
Verder hebben vijftien landen uit Zuid-,
Midden- en Noord-Amerika toegezegd aan
de wedstrijden te zullen deelnemen, en
daar de beide finalisten van de laatste Olym
pische kampioenschappen daarbij zijn, kan
men dus thans reeds verklaren, dat zoowel
de kwaliteit als de kwantiteit van de deelne
mende ploegen voldoende zal zijn.
Reeds eerder heb ik er op gewezen, dat
verruwing van het spel een internationaal
verschijnsel is, ook over toenemende onspor-
tiviteit der spelers wordt ernstig geklaagd.
Naar mijn meening zit' de hoofdzaak van dit
kwaad bij de clubleiders, die de spelers in ae
verkeerde richting sturen. Men zweept als
het ware de spelers op om tot eiken prijs te
winnen. Sport moet sport blijven, sommige
clubleiders overdrijven de zaak zoo, dat de
spelers ten slotte voetbal als een levens
kwestie beschouwen. Nog niet lang geleden
las ik van een Italiaanseh speler, die zich
zelf in vertwijfeling letterlijk de haren uit
het hoofd trok omdat hij een doelpunt tegen
zijn eigen partij had gemaakt. Nu bereikt
mij echter een nog veel ernstiger bericht.
Ik lees nl. dat Hugo Wiese, de doslverdedi-
ger van een elftal te Lodz, zich heeft dood
geschoten omdat het beslissende doelpunt
aan een fout van hem te wijten was. Na af
loop van den wedstrijd hebben zijn mede
spelers en bestuursleden hem daarover hef
tige verwijten gedaan, die hij zich zoo heeft
aangetrokken, dat hij zelfmoord pleegde.
Menschen, die een wedstrijd niet kunnen
verliezen, behooren in de voetbalwereld niet
thuis. Ze zijn een nog veel grooter, kwaad,
dan een ruw speler. Een slecht verliezer en
een ruw speler zijn in de meeste gevallen oor
zaak en gevolg. Bande men alle slechte ver
liezers uit ons spc-I, waarschijnlijk zou dan
ook dc ruwe speler verdwenen zijn.
C. J. GROOTHOFF.
Bilthoycn, 14 December 1929.