FEM1NA MODE VOOR DE JEUGD. ONS DIERBAAR IK. MENU. S. HOE MEN DE KLEUTERS BEZIGHOUDT HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 9 JAN. 1930 Een modern costuum. Was het niet dat dit aardige model van zwart fluweel met een witte georgette blouse gemaakt was, zoo had men kunnen denken met een zwierige zomerrobe te doen te heb ben. Want zoo'n bolero-achtlg jasje doet erg zomersch aan. Maar welk bezwaar zou er eigenlijk zijn om *s winters een bolero te dra gen, vooral als er warme fluweelen mouwen aanzitten? We behoeven van dit model verder weinig te zeggen: de bolero vormt een apart klee- dingstuk, waarop men naar verkiezing een sjaal van zwart-wltte of gekleurde Schotsche zijde kan dragen. De ceintuur is van lakleer met een zilveren gesp >n de linker zijde. Na tuurlijk kan men alleen een zwarten of zwart witten hoed bij dit costuum dragen. Boerenkool kunnen we ook apart als groen te eten Daarvoor is op 2 pond boerenkool 1 kopje melk, 4 lepels boter. 2 lepels bloem, wat zout en nootmuskaat noodig. De kool bladen worden afgestroopt en een paar keer gewasschen. Vervolgens gaar koken met. water en zout, wat ongeveer drie kwartier duurt. Goed uit laten lekken. Dan fijn hak ken (als spinazie of iets dergelijks) of malen, met 2 lepels bloem. Dan doet men er de boter, melk en nootmuskaat bij en stooft het nog een poosje na. Stokvischschotel Warme maizenapudding. Voor den schotel is noodig: 1 pond geweekte stokvisch, 11/2 pond aardappelpurée. 2 ons rijst. 1/2 pond uien. 3 d.L. botersaus. 3 d.L. mosterdsaus. boter en paneermeel. Wasch de stokvisch, zet ze met koud water op en kook ze gedurende 1 uur in water met zout. Verwijder de graten, hak de visch fijn, kook op de gewone manier rijst in water en maak de beide sausen. Ga hiervoor bij beiden uit van boter en bloem, maak er een saus van door bouillon of water met zout, en roer er voor de botersaus kleine klontjes boter doorheen, voor de mosterdsaus zooveel mos terd tot de smaak goed is. De uien worden dan nog gesnipperd en in boter lichtbruin gebakken. Leg daarna de verschillende in grediënten: stokvisch, rijst, uien en aard appelen laag om laag, iederen keer met wat purée bedekt in een vuurvasten schotel, maar zorg dat onder- en bovenlaag uit aard appelpurée bestaan. Bestrooi de schotel met paneermeel en kleine klontjes boter en laat er in den oven een bruin korstje op komen. Neem voor de pudding: 1/2 L. melk, 1 ons maizena, 1/2 ons boter, 2 eieren, vanille of citroenschil, 75 gr. suiker. abrikozenjam. Laat de melk met het smaakje trekken, kook er op de bekende wijze de maizenapap van met toevoeging van de boter. Roer dan de eidooiers met de suiker, voeg ze er van het vuur af bij, en het stijf geslagen eiwit eveneens. Maak een warme puddingvorm klaar met boter en paneermeel, leg er laag om laag de maizena en de jam in, zorg echter vooral dat de jam de zijkanten van den vorm niet raakt- Eerste en laatste laag moeten maizena zijn. Kook de pudding daar na gedurende anderhalf uur in een waterbad. Neem hiervoor op 3 ons tarwebloem 2 ons boter, 1 ons poedersuiker of basterdsuiker, benevens naar verkiezing wat geraspte ci troenschil of wat vanille. Verder een stuk of tien gesnipperde amandelen. De bloem, boter, suiker en het smaakje (geraspte citroenschil of vanillemerg) mengt men tot een soepelen samenhangenden bal door elkaar. Een aantal zandtaartjesvormpjes smeert men met boter (of vet, zie boven) in, bestrooit ze met zeer dunne amandelsnippers en vult ze dan met deeg tot even onder den rand. Op een bak blik zetten en in een vrij warmen oven licht bruin en gaar bakken (20 tot 30 min.) Een meer ingewikkeld middel, voor erge schroeivlekken is het volgende. Maak een papje van een kopje azijn, 15 gram zeep, 1/2 ons pijpaarde en het sap van een citroen. Kook dat goed en spreid het mengsel over de geschroeide plekken en laat het opdrogen. Dan het linnen wasschen, waarna de vlek verdwenen zpl zijn. EEN ZELFGEMAAKT ..SNIP-SNAP" SPEL. Hoe heesrlijk is dc zomer, waarin de kleuters naar hartleust kunnen bulten spelen. Maar hoe gezel lig is daarente gen de winter, het jaargetijde, dat de kleintjes grootnedeles bin nen houdt: het jaargetijde, waarbij in den huiselijken kring de bezigheden gezocht moeten worden. Op de winteravonden komen de gezelschapsspelletjes voor den dag; de oude spelletjes worden weer opgezocht en nieuwe worden aangeleerd. De Zaterdag avond is toch meestal de echte spelletjes avond. De kinderen mogen langer opblijven en bij het gezellig snorren der kachel, terwijl vader, moeder en de kinderen om de tafei zijn geschaard, worden mot vartellen of spel letjes spelen deze gezellige uurtjes doorge bracht. Het bekende snip-snap spelletje zal waar schijnlijk wel tot één van uw spelletjes be- hooren. Dit laatste spelletje is nu niet be paald voor de heele kleintjes, maar meer voor de kinderen die den kleuterleeftija voorbij zijn een geliefkoosd gezelschaps spelletje. Hoe voorzichtig wordt. het. kaartje omgedraaid en dan goed rondkijken of dit omgekeerde plaatje zich al reeds op tafel be vindt-. Het is een spannend spelletje en gaat ook dikwijls bij enthousiaste speclstertjes met een groote vroolijkheld gepaard. Hebt U met de kinderen wel eens een snip snap-spel zelf vervaardigd? Zelfs de kleuter kan hieraan mee helpen. Wij zullen het zoo eenvoudig mogelijk makcrv cn naar eigen smaak kunt. U het geheel wijzigen Dit snip- snap spelletje wordt verkregen uit dun wit karton. 52 Stukjes van 7 c.M. in het vierkant worden geknipt of gesneden. Deze vierkantjes worden met verschillende figuurtjes beplakt, d.w.z- 13 figuurtjes worden bedacht, terwijl van elk figuurtje 4 kaartjes zijn. Door ronc- jes, vierkandtjes, halve rondjes en halve vier kantjes worden de f!ggurtjes verkregen. Op de afbeelding zijn 13 zeer eenvoudige figuur tjes weergegeven en ook zeer gemakkelijk voor de kleuters om te beplakken. De volgende week zullen wij een doosje vervaardigen, waarin het zelfgemaakte snip snap spelletje een plaatsje kan vinden. Het modelletje is in de Tijdingzaal van ons blad te vinden. V. R- No. 420. Deze japon voor meisjes van 12 tot 14 jaar, kan gemaakt worden van lichtgrijze kasha met groene tusschenzetsels, ceintuur en strook, langs de halsopening. Strikjes dienen ter garneering op de mouwen en het voor pand en godets geven eenige wijdte aan het rokje. No. 421. Tweed-jersey, een nieuw weefsel met het voorkomen van tweed en de rekbaarheid van jersey, met blauw dessin op grijzen grond, neme men als stof voor het lijfje van dit aardige modelletje, waarbij voor den rok ge heel effen tweed in een bijkomende grijze tint het best zal zijn. Voor de ceintuur en het kraagje neme men eveneens de effen tweed, hoewel de eerste ook van leer mag zijn grijs of blauw en 't kraagje van wit linnen. Het jurkje is bedoeld voor meisjes van 9 tot 12 jaar. Over mode en aardbeien Zoo op het oog schijnen ze niet veel met elkaar te maken te hebben, mode en aard beien. Maar de kwestie is, dat het systeem van de mode precies gelijk staat met het eten van aardbeien inbegin Januari of met Kerstmis, het is alle twee ten beetje erg voorbarig. Want wil U wel gelooven, dat met Kerstmis al de nieuwe modellen uitkomen voor de jurken en costumes die we met Paschen zullen dragen? Wat natuurlijk lang niet altijd wil zeggen, dat er later niets meer in veranderd zal worden. Maar het zijn zoo bij wijze van spreken de proefkonijntjes, een soort profetie van de voorjaarsmode. Onze indruk van het oogenblik Is. dat er dan feitelijk niet veel veranderen zal in het voor- Jaar. De taille schijnt voorlooplg althans op de natuurlijke plaats te blijven, terwijl de lengte van den rok nu definitief bepaald schijnt te zijn op halverwege het boen. Men heeft blijkbaar den gulden middenweg wil len bewandelen. Verder kenmerkt de nieuwe mode zich door een zeer jeugdig, jong ka rakter. wat dan natuurlijk in overeenstem ming moet zijn met het Jonge voorjaar Dus veel smalle kraagjes, liggend natuurlijk, op veelal hooggesloten japonnen. Een beetje dwaas doet. daarbij in sommige gevallen de van achteren laag in klokken afhangende rok aan. Het plaatje geeft ten slotte eenige model len weer. Onderaan eerst een japon van crêpe-satin, waarmee men zulke aardige effecten kan bereiken, door afwisselend den doffen of den gladden kant te gebruiken. Al dus heeft men dan ook die rechte en dwarse banen op het bovenstuk verkregen. De rok is met stolpplooien. Verder, bovenaan, een Japon met roode kasha, met gedrapeerde chfilekraag van witte crêpe de chine, die door een gesp is gehaald van voren: cn rechts een japon van groene crêpe de chine, met plooien op zij. Meer dan als kennisgeving is een en ander niet bedoeld. Want Ik kan heusch niet gelooven, dat er in onze barre lage landen zulke groote optimisten wonen, die nu reeds hun voorjaarsgarderobe gaan aanschaffen. No. 422. Dit modelletje lijkt min of meer geïnspi reerd door een jongenspakje; in het rokje herkent men de lijn van de broek door de breede stolpplooi in het midden van het voorpand, en de beide strooken over de borst nemen de plaats der bretelles in waarbij zelfs de knoopen voor de bevestiging niet ontbreken. Natuurlijk zijn deze strooken op of tusschen de stof van het lijfje gezet en loopen ze over het achterpand door. Mos groen geribd fluweel kieze men voor het rokje met de bretelles en wit flanel voor de blouse. Wie dit niet practisch vindt, omdat het zoo gauw vuil is, kan er een licht grijze of ook beige tint voor in de plaats nemen. Meisjes van 5 tot 9 jaar kunnen dit modelle tje dragen. No. 423. Dit op een na kleinste ijdeltuitje draagt een jurkje van beige kasha met tusschen zetsels van kasha in een helder roode kleur. Het onderste gedeelte is door godets verwijd en zooals de teekening laat zien kan het voorpand geheel open geknoopt worden, zoodat men het jurkje als een mantel kan aantrekken. De knoopen zijn van rood gala- lith. No. 424. Tenslotte nog voor zoo'n heel kleine hum mel een jurkje van rose flanel met tusschen - voegsels in een iets donkerder rose. Het rokje heeft door schuin bijknippen de noodige ruimte gekregen en is met fijne plooitjes aan het lijfje gezet. Een gestrikt hel dér rood lin tje onder het kraagje, zal het geheel tot een fleurig iets maken. Vrouwelijke belangrijkheid en uiterlijk schoon. Valt het u ook niet dikwijls op den laatsten tijd, dat wij moderne vrouwen onszelf ver bazend belangwekkend vinden? De opvoeding der kinderen: zij berust grootendeels bij de moeders; de zorg van het huishouden komt op de vrouw neer: bovendien moet de vrouw intellectueel op de hoogte blijven, dat is zij aan haar man en kinderen verplichtr zij mag niet. teveel thuis ziin. dan wordt zij te oud bakken; ook mag zij niet teveel uitgaan, dan ontbreekt de band in het. gezin, enzoovoorts. In één woord: vrouw en moeder zijn is geen pretje tegenwoordig, er wordt zoo ontzagge lijk veel gevergd! Over het euorm-groote aandeel, dat de man in al deze plichten en eischen heeft, spreken zulke doordraagsters echter niet, zij zijn zoo overtuigd van eigen belangrijkheid, dat het werk dat de man ver richt soms nauwelijks genoemd wordt. En bovendien zijn zij geneigd om te denken, dat een man het meeste van zijn werk doet om dat hij het een leuk verzetje vindt- en niet omdat het zijn plicht is. Als hij voor zijn werk buiten de stad moet zijn, en op een mooien wintermorgen er opgewekt op uit gaat, meent zij dat voor hem een pretdag in het verschiet is, terwijl dit misschien heelemaal niet. het geval is. Maar over haar eigen vergadering praat zij met den grootsten ernst, terwijl zij in haar hart toch wel weet, dat deze voor haar een aardig afwisselinget.je is op den dagelijkschen gang van zaken. Natuurlijk is er voor een man ook weieens een pretje verbonden aan iets dat tot zijn werk hoort, maar er zijn dan toch gelukkig voor iederéén ook wel degelijk aangename en onaangename plichten! Door onze gewel dige belangrijkheid zijn wij soms gaan mee- nen, dat de onaangename plichten voor ons niet bestaan, en dat de mannen er zijn om die voor ons op te knappen. Wij hebben het bovendien al druk genoeg met onze eigen plichten in huis: een man heeft het toch maar gemakkelijk, hij behoeft niet voor eten te zorgen hij bekommert zich niet om het verstellen der kleeren, hij leest 's avonds zijn krantje en laat de arme vrouw maar ploeteren in de keuken en tobben over haar verstelmand. Zoo zijn sommige moeders ertoe gekomen, om haar opgroeiende jongens din gen te leeren, die naar mijn meening buiten het bestek van een jongensopvoeding liggen, zooals knoopen aanzetten, bedden afhalen, tafel dekken, vaten drogen, en dergelijke. Zou de oorsprong hiervan niet liggen in gemak zucht? Waarom leeren de meisjes dan geen electrische bellen repareeren. of hout hakken, of eenvoudig timmerwerk? Een scherpe af scheiding tusschen jongens- en meisjes- werk valt er natuurlijk slecht te trekken, maar er zijn toch van die dingen, welke over en weer niet bij elkander passen. Schoenen poetsen, kolen sjouwen, eenvoudige repara tieklusjes, dat is werk voor den opgroeienden jongen, die daarmee zijn ouders helpen kan en betaalde hulp van buiten kan uitsparen. En laat het meisje dan tafeldekken, bedden afhalen, vaten afdrogen en dergelijke, dat ligt toch veel meer in haar lijn- Sommige moeders gaan er prat op, dat haar jongen zoo goed kan breien, of iets der gelijks. Dat is toch geen jongenswerk: een jongen hoort niet thuis te zitten met een handwerkje, hij is veel beter buiten met zijn kameraadjes. Al die meisjeshulp van jongens is op een oogenblik soms aardig genoeg, maar het kan een gevaarlijke grondslag zijn voor flauwe jongetjes en kinderachtige mannen met den aard van een keukenmeid. Maar moeder, die zoo erg belangrijk is, en die het zoo vreeselijk druk heeft, omdat zij meent, overal bij te moeten zijn met. haar belangrijkheid, vindt het gemakkelijk en daarom praat zij zichzelf voor. dat het ook zoo uitstekend is voor de opvoeding. Natuur lijk is het goed om kinderen hulpvaardig te maken, maar jongens kunnen zich in speci fiek jongenswerk net even verdienstelijk ma ken als meisjes ïn ander werk, dat goed bij haar past. De belangrijkheid van ons vrouwen komt echter niet alleen tot uiting in den dagelijk schen omgang met, man, kinderen en buiten staaders. maar ook in de verzorging van het uiterlijk. Ieder zal het er wel over eens zijn. dat een goed verzorgd uiterlijk geen luxe meer genoemd kan worden: het verhoogt het zelfrespect, en het behoort vooral bij vrou wen tot. de aangename dingen des levens om met gepaste bescheidenheid haar uiterlijk in goede conditie te houden. Nu is er echter een meneer uit Hollywood verschenen, een bekend schoonheidsspecia list-, die beweert, dat de moderne vrouw niet genoeg overtuigd is van het belangrijke van haar uiterlijk schoon. En dat ligt dan niet aan haar kleeren, die zijn goed genoeg, ook niet aan haar schoenen en kousen, die zijn onberispelijk, evemin aan haar hoeden, die zijn even smaakvol, noch aan haar handen, die zijn uitstekend verzorgd en geschoeid, maar aan haar gezicht. En nu komt me die goeie man met raadgevingen aan o heel eenvoudig ziet u waar men intusschen duizelig van wordt. Wasschen met warm water en zeep, nawasschen met koud water, insmeren met crème, poederen, rouge gebrui ken en hij doet nog of dit alles uitstekend voor de huid is! Dat is toch al te dwaas: schoonheidsmiddelt-jes zijn lapmiddeltjes, en wie ze wil gebruiken, moet dat voor zichzelf weten, maar daarmee blijven zij surrogaat van een blanke, gezonde huid, die nu een maal niet iedereen bezit. Intusschen maakt die meneer met al zijn zoogenaamden eenvoud de zaak steeds inge wikkelder: Elizabeth Arden beweert, dat wasschen met water uit den booze is, een huid moet „betokkeld" worden; een tweede vindt warm water met zeep een middel dat eigenlijk verboden moest worden, zoo slecht Ls het voor de huid, en nu komt deze nieuwe specialist en houdt vol dat juist warm water met zeep zoo best is. Zou de reclamezin daaraan soms niet vreemd zijn? En dan de tijd die wij eraan moeten beste den! Alles is natuurlijk met „een paar minu ten" gebeurd. Maar gaan we dat allemaal optellen, dan komen wij tot de conclusie dat er iederen dag minstens een uur mee heen gaat, voordat wij met ons lieftallig aange zicht klaar zijn. Om dan nog niet eens te spreken van alle raadgevingen van andere schoonheidsspecialisten met betrekking tot kamergymnastiek, tot rusten, tot massage, en wat dies meer zij. Den geheelen dag met onszelf bezig zijn, bederft ons karakter in den grond, of wij een bakvisch zijn van 16 jaar, of een volwassen vrouw van 36 jaar. Daarom is het zoo goed om te werken voor een ander of het nu is in een of andere betrekking, of voor eigen man en kinderen, en laten wij dan zorgen er netjes uit te zien, zonder de eene helft van den dag te gebruiken voor ons uiterlijk schoon en de andere voor ons allerbelang wekkendst geestelijk leven! We zouden er na verloop van tijd onuitstaanbare egoïsten door worden. E. E. J.—P. Avondmantels volgen de lijn der dag- modellen; ze hebben vloeiende schouders en 3en onregelmatigen zoom. Breede manchetten van bont reiken vaak tot over den elleboog. De kortere modellen zijn op het oogenblik favoriet .Blouses zijn dit seizoen weer zeer po pulair. Bij wollen costuums worden ze in satijn en crêpe de chine gemaakt., terwij] voor meer gekieede modellen metaalweefsels het meest gezien worden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 10