OM ONS HEEN
HANDELSBLAD
Rheuiratiek
Wat de KLOKZEEP te
doen maakte.
HAARLEM'S DAGBLAD
DINSDAG 14 JANUARI 1930
TWEEDE BLAD
DE ARMEN VAN GEEST..
Over het onderwijs aan zwakzinnigen en de Nazorg
L
Aan het Donkere Spaarne staat een oud ge
bouw. Vroeger, toen het kleedingdepót van
het garnizoen er ondergebracht was, had het
uiterlijk nog eenige bekoring door de warme
kleur van de rooüe baksteen, afgewisseld
door brokjes zandsteen. Dat oude cachet is
behouden nadat er het Brokkenhuis onder
dak werd verleend. In 1925 werd het huis, dat
eigen dom der gemeente is, verbouwd om
voortaan te dienen als werkinrichting voor
de Nazorg voor de zwakzinnigen en blinden.
De gevel werd, om verder verval te voorko
men, met cement bestreken, zoodat alles nu
een grauw en somber aanzien heeft.
Er ligt ongewild! symboliek in dit
uiterlijke. In dit huis wordt het afgebrok
kelde der samenleving met het cement der
naastenliefde bijeengehoudenZonder die
liefde wordt op dit gebied niets bereikt! Het
geldt als een zware eisch voor het leven om
den naaste even lief te hebben als zichzelf.
Maar voor allen, die zich geven aan den ar
beid voor het onderwijs aan zwakzinnigen en
de nazorg geldt nog zwaarder eisch. Name
lijk. die naasten nog liever te hebben dan
zichzelf.
Voorzorg, nazorg, altijd zorg,...
De officieele naam van den dienst is „Na
zorg". Maar het is niet alleen n a-zorg, ook
voor-zorg, feitelijk altijd-zorg! Atlas
torst de last van den heelen aardbol, de heer
E. P- Schuyt, het hoofd van de nazorg, draagt
alle zorgen voor de honderden jongens en
meisjes, in den loop der jaren gedeeltelijk
mannen en vrouwen geworden, die het on
derwijs aan zwakzinnigen gevolgd hebben.
Hij is: éénmans-arbeidsbeurs, de vaderlijke
vriend en leidsman voor zijn pupillen (niet
zelden ook van hun ouders en familieleden!)
trooster en vermaner, armverzorger, onder
wijzer, ja nog veel meer! Voor al die zeer uit-
eenloopende functies heeft hij de vereischte
dualiteiten en juist om Hat hij zoo wonderlijk
alzijdig is, kunnen wij Haarlem gelukwen-
schen met zoo'n superieure kracht op deze
gewichtige plaats. Want m die alzijdigheid
zit zijn kracht! Ja, gewichtig is zijn taak als
leider van de nazorg zeker! Dat kan ik met
overtuiging zeggen, nadat ik gedurende eeni
ge dagen het werk van de nazorg en het on
derwijs aan zwakzinnigen heb mogen gade
slaan.
Ongeveer 2000 zwakzinnigen.
Het officieele onderzoek van. gemeentewege
heeft aangetoond, dat het aantal zwakzinni
gen ongeveer 18 op de 1 v^oopt, op
een bevolking van bijna 120.000 wil dat dus
zeggen ongeveer 2000. Een eigenaardig' ver
schijnsel is, dat er onder de zwakzinnigen
tweemaal zooveel jongens als meisjes zijn.
Dit is niet alleen te Haarlem zoo. maar in
ons geheele land. Het is dus van z°°r veel
beteekenis om maa4-""™"ln>i te nemen, dat
die, voor zoover dit althans ir^erelijk is, in
eigen onderhoud kunnen voorzien en dus
aiiet ten laste komen van de o""-heid of de
particuliere weldadigheid. Voor 25 jaar werd
geen bijzondere zorg aan de zwakzinnigen
besteed. De kinderen, die nog een beetje ver
stand toonden te bezitten, werden naar de
gewone lagere school gestuurd. Daar bleven
zij natuurlijk bij andere kinder* - ~hter.
Het was een droeve lijdenshistorie. Kinderen
van 11, 12 of 13 jaar, die nog i*1 de eerste,
tweede of derde klasse zaten.... Dan kwa
men zij van school, onvoldoende voorbereid
voor den strijd om het bestaan. De besten
van de zwakzinnigen brachten het nooit ver
der dan loopknecht, maar de m"n«ten wer
den, als vader en moeder, die voor hen ge
zorgd hadden, waren komen te vallen, vaste
klanten van de armbesturen, of werden in
gestichten opgenomen.
Nu is daarin een gelukkige verandering
gekomen. Door het speciale onderwijs aan
zwakzinnigen wordt nu bereikt, dat later in
het maatschappelijk leven meer dan de helft
in staat is om in eigen onderhoud te voor
zien. Dan is er nog meer dan een kwart, dat
daarin met eenige hulp slaagt. Het percen
tage, dat het niet, verder brengt dan de werk
inrichting aan het Donkere Spaarne, beperkt
zich gelukkig slechts tot 1/7. Maar ook daar
wordt nog nuttige arbeid verricht. Er is dus
al een gunstig resultaat bereikt!
Weg met het pot'?odje.
De nuchtere Hollander is altijd bereid om
te vragen: „En wat kost ons dat?" Het zou
geen moeite kosten, om in een met cijfers
gedocumenteerd betoog aan te toonen, dat
de werkinrichting een financieele strop is.
De gemeente zorgt immers voor het gebouw,
betaalt het personeel, kortom heeft alle be
drijfskosten voor haar rekening genomen.
De jongens en meisjes, mannen en vrouwen,
die hier werken, mogen de verdiensten heb
ben, die op de artikelen worden. Dat
is evenwel niet meer dan 2000 a 3000 gulden
per jaar, zocdat het voor de gemeente voor-
deeliger zou zijn als zij de werkinrichting
sloot, en uit de openbare kas aan de men-
schen, die er nu werken die 2000 a 3000 uit
keerde. Maar het is hier geen zaak. waar
men met een potloodje mag gaan rekenen.
Er zijn immers zooveel factoren, die niet in
geld zijn om te zetten. Ik wil dit illustreeren
met het vertellen van de levensgeschiedenis
van eenige pupillen.
Zijn groote vriend!
Twee jaar geleden was hij een ruwe ben
gel. de schrik var. zijn omgeving. Als een on
getemd paard trapte hij in het wilde om zich
heen; het vermaakte hem, ais hij daarbij
iemand pijn deedZijn ouders begrepen
hem niet.Er is aan ook meer dan gewone
kennis voor noodig om door te dringen in het
zieleleven van zoo'n achterlijken jongen. 15
jaar telde hij. maar in de gewone dingen van
het dagelijksch leven toonde hij minder ver
stand te hebben dan een kind van 3 of 4 jaar.
Daarentegen kon hij razen en schelden als
een volwassen booswicht! Van schoolgaan
was niet veel gekomen. Er werd al gauw aan
genomen. dat hij toch niets kon leeren. En
omdat hij volgens den onderwijzer een erg
onhandelbare joegen was, werd hij herhaal
delijk weggestuurd. Zoo zwierf hij van de
eene school naar de andere, totdat zijn
ouders het maar opgaven. Toen bracht hij
pijn dagen in ledigheid door; alleen ondeu
gende dingen en scheldpartijen brachten wat
afwisseling
Zijn ouders hielden wel van hem, maar zij
wisten dit niet zoo te leiden, dat de jongen
het gevoelde.
Met den dag werd hij onhandelbaarder.
Het kon zoo niet langer!
Eindelijk trok de heer Schuyt zich het lot
van den jongen aan. Hij weet met de achten
lljke stumpers om te gaan, hun vertrouwen te
winnen.
„Waarom", zoo vroeg de heer Schuyt hem,
„doe Je toch zulke leelijke dingen?"
Toen kwam het er hortend en stootend uit:
„Er is ook niemand, die van mij houdt
De jongen had blijkbaar de overtuiging,
dat iedereen een hekel aan hem had: zijn
vader, zijn moeder, alle familieleden, de jon
gens op straat, de buren, alle menschen. Hij
voelde zich als een schurftig dier, dat ieder
een uit den weg gaat. Zoo was hij geheel ver
wilderd. Het beetje hersens dat hij had, ge
bruikte hij om plagerijen uit te denken, om
dingen te doen, die andere menschen leed
berokkenden
Ga zoo'n jongen nu eens overtuigen, dat
hij ongelijk heeft, dat zijn ouders wel van
hem houden, maar dat hij door zijn ondeu
gendheden elk van zich vervreemdt. Onbe
gonnen werk! Het is een idéé fixe gewor
den, dat alle menschen hem haten en dat
hij daar alleen haat tegenover kan zetten....
„Maar", zoo zei de heer Schuyt, ..zou je blij
zijn, als ik van je wil gaan houden, als ik
in het vervolg je vriend wil zijn?"
Dat schot was raak geweest. Eerst keek hij
ongeloovig. Die menner zijn vriend, die van
hem houden?Maar m'nheer had het
zelf aaneeboden, m'nheer. waarvan alle jon
gens hielden, die nog nooit gejokt had, waar
van je op aan kon
Toen kwamen de waterlanders. Wel schuch
ter. maar toch vol beslistheid klonk zijn
Ja".
Met een handdruk werd de vriendschap
bezegeld.
„Maar", zoo liet de groote vriend er toen
op volgen, „nu moet je me ook beloven, om
mij geen verdriet meer te doen. Ik zal alles
doen om jou genoegen te doen, doch nu moet
je er om denken, dat je mij verdriet doet. als
1e leeliike dingen zegt tegen je vader, je moe
der. of zelfs tegen andere menschenIk
wil geen vriend hebben, die mij verdriet
doet, dus als je ondeugend blijft, wil ik je
vriend niet langer zijn".
De jongen gevoelde, dat de nieuwe vriend
schap hem offers zou kosten, dat het een
strijd tegen zichzelf zou worden, maar hij
kon rekenen op den steun van zijn grooten
vriend
Naturlijk heeft het den knaap veel inspan
ning gekost om zijn ongemotiveerde drift
buien te bedwingen, soms scheen het wel of
zijn oude natuur zou zegevieren over de ge
lofte van beterschap, maar na het struike
len werd het toch weer opstaan. Opstaan en
verdergaan aan de hand van zijn vriend, die
alle jongens hem benijden
De knaap kwam aan de werkinrichting
De werkmeester heeft den eersten tijd wel
heel veel geduld met hem. moeten hebben,
want telkens kwam de wilde-naardennatuur
weer boven. Toch is het gelukt. De liefde
heeft gezetrevierdDe jongen heeft leeren in
zien. dat hij het vroeger aan het verkeerd3
eind had, zijn vader en moeder hielden wel
van hem. het was slechts verbeelding te den
ken, dat alle menschen hem haatten en wil
den plagen
Het is nu een gewillige, goede jongen ge
worden, die met opgewektheid zijn eenvoudig
werk doet. Eenvoudig werk, zoo zeg ik, maar
het aandeel dat hij heeft aan het vlechten
van rietmatten kost hem volle inspanning.
Hij moet telkens twaalf rietetengels aftellen
en die aan een medehelper geven. Telkens
twaalf, geen tien. geen elf. maar precies
twaalfHet heeft hem een jaar inspan
ning van zijn beperkt denkvermogen gekost
om tot twaalf te kunnen tellen. Nu kent hij
het en zou zich niet graag vergissen. Want
als hij zijn werk zoo goed doet als mogelijk
is. dan is zijn groote vriend verheugd
Want de heer Schuyt is zijn vriend geble
ven. Als hij hem de werkinrichting ziet. oin-
nenkomen, verheldert zijn gelaat. En als hij
dan naar hem toekomt en vraagt, hoe het
gaat. dan is zijn geluk volkomen!
's Avonds gaat hij naar de avondschool.
Daar leert hij zooveel hij kan. Jammerlijk is
dat niet heel veel. Als hij in zijn jonge jaren
beter het onderwijs op de buitengewone
schooi gevolgd had, zou het. misschien wel
wat beter zijn gegaan. Nu kost het leeren
hem dubbele moeite.
Voor zijn ouders is hij een lief. aanhanke
lijk kind geworden. Zij zijn dankbaar, voor
het wonder, aan hun zoon bewezen, zij zeg
gen: „het is alsof wij een ander kind gekre
gen hebben".
Omdat de jongen nu zoo goed oopast. heeft
hij van het zelf door hem verdiende geld
een gulden in de week een horloge mogen
koooen. Triomfantelijk liet hij het mij zien.
Oo de avondschool leert hij nu oo de klok
kiiken. Het kost hem veel inspanning, maar
m'nheer heeft gezegd: „Volhouden, dan zal
het wel gaan!"
Naar het werk zoolang hij kan!...
Nu het verhaal van het leven van een 19-
jarigen jongen, een stumper zooals er ge
lukkig slechte weinigen gevonden worden.
Zijn verstand is zoo gering, dat het drie
maanden heeft geduurd om hem in de werk
inrichting aan het verstand te brengen, dat,
indien hij een mat vlecht, hij, als hij met
de cocosstreng aan het einde van dc pinnen
van het vlechtraam gekomen is, met de
streng om de laatste pin moet heen zwaaien.
Hij ging als hij aan het einde was met de
streng weer denzelfden weg terug, zoodat
hij nooit vorderde. Met velerlei hulpmidde
len is hem eindelijk het. besef van het keer
punt, het omzwaaien, bijgebracht
Nu hij eenmaal den slag te pakken heeft,
werkt hij zoo vlug hij kan. Zijn capaciteit is
evenwel gering, want zijn geheele lichaam
is aan het verstijven. Met mceite strompelt
hij 's morgens naar de werkinrichting en des
middags naar huis. Zijn ouders, die heel goed
voor hem zijn, hebben er wel over gedacht
om hem thuis te houden omdat hij zich zoo
moeilijk bewegen kan. Maar daarvan wil de
jongen niete weten. Hij heeft verdriet als hij
door 2ijn lichaamslijden niet in staat Is om
naar het „werk" te gaan. Als er over gespro
ken wordt om hem in het vervolg thuis te
houden begint hij te hullen
Toen hij op een dag niet gekomen was ben
ik naar zijn huls gegaan om meteen een ge
legenheid te hebben eens qtet zijn moeder te
praten. De jongen strompelde gauw naar mij
toe om te zeggen, dat hij „Maandag weer be
ginnen zou".
Vind je het da nzoo prettig op de werk
inrichting? vroeg ik.
Jajaze zijn er allemaal zoo goed
voor me zoo was zijn antwoord.
De moeder vertelde mij. dat zij zoo blij was.
dat hij het er zoo naar zijn zin heeft. Thuis
zit hij maar met een touwtje te spelen, zoo
dat het vermoeiend is daar naar te kijken.
Als hij niet naar de werkinrichting zou gaan.
dan zou hij heelemaal versuffen. „Ik hoop
zoo bes'oot de moeder dat hij het nog een
poosje kan volhouden, maar hij wordt zóó
stijf, dat het steeds moeilijker wordt hem
over straat te sturen
Ds heer Schuyt. zei mij later: dit Is zoo'n
lieve, zoo'n goeie-jongen
Ik dacht: is er soms een autobezitter die
den jongen 's morgens om 8 12 uur uit Haar
lem-Noord wil halen en naar het Donkere
Spaarne brengen, om hem dan 's middags
om 4 uur weer te halen en naar huis te rij
den?
Wie wil den somberen levensavond van dit
jonge leven nog door een zonnestraal verhel
deren. Ik heb het adres.
Nu is er ook thuis rust!
Het eischt voor een ouder veel tact om met
een zwakzinnig kind om te gaan. De moeder
van den jongen dien ik nu op het oog heb.
was aan die zware zorgen bijna ten onder
gegaan. De 20-jarige knaap met het verstand
van een jochie van 2 jaar. zwierf den ge-
heelen dag om haar heen met zijn: hè moe.
Honderdduizend maal op een da? werd het
moederhart doorprïemd. De dokter vond het
eindeüik noodig. dat de overmannen vrouw
naar buiten zou gaan om rust te nemen.
Maarwie zou voor haar jongen zorgen?
Toen kwam de heer Schuyt met een an
dere oplossing. Moeder bleef in huis, maar
de joneen ging naar de werkinrichting. Daar
heeft hii arbeid en rust gevonden. En moe
der heeft thuis ook rust gekregen!
Hoe gaat het nu met moeder? vroeg ik
den knaap.
Zijn oogen lichtten vriendelijk op: Best
meheer!Niet ziek meer!
Welke Nurks durft nu nog een potloodje te
nemen om te gaan rekenen?
In een volgend artikel nog meer over de
werkinrichting en het onderwijs aan de
zwakzinnigen.
C. J. VAN T.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a hfl Cts. per regel.
Geeft uwe advertentie» op
ter plaatsing in het
HET algemeene GROOTE
dagblad der beschaafde
kringen. ALLE soorten
advertenties worden zonder
prysverhooging aangenomen
22 by het
Bijkantoor Handelsblad
Wensing's (Alp. Advert.-Bureau)
TEMPELIERSSTR. 32
Teleloon 10209
No. 3836
FREDERIK VAN EEDEN 70 JAAR.
ONTSPANNINGSVEREENIGING „ONS
GENOEGEN".
Heden, Dinsdag houdt bovenvermelde ver-
eeniging haar jaarvergadering in gebouw
Olympia. De agenda bevat behalve de jaar
verslagen ook de verkiezing bestuursleden,
wegens periodieke aftreding.
Het bestuur heeft een tooneel- en caba
retavond, uitsluitend voor leden en dona
teurs toegankelijk, georganiseerd op Zater
dag 18 Januari in het gebouw van den Haar-
Iemschen Kegelbond. De tooneelclub van deze
vereeniging zal haar medewerking verlee-
nen door een 2-tal één-acters op te voeren.
Het kinderkoor zal eenige nummers ten ge-
hoore brengen. „The Happy Band", het be
kende accordéon-kwartet onder leiding van
E. Paap, zal dansmuziek uitvoeren.
Het programma voor de komende winter
maanden bevat voorts: Een bal-masqué op
Zaterdag 15 Februari.
Voorts zal, wegens het succes van het vo
rige jaar, wederom een groote revue, geti
teld: „Doe je ook mee?" opgevoerd worden
op Zaterdag 26 April. De samensteller en
leider der revue is de secretaris der vereeni
ging, de heer Mart. v. Delden, terwijl de
aansleeraar W. Fortgens de dansen zal in-
stuaeeren.
Tenslotte zal in begin Mei een slotbal met
verschillende attracties gegeven worden.
DE VERLICHTING OP DEN SCHOTERWEG.
Vanwege het Gem. Elec. Bedrijf is men
begonnen met het plaatsen van zware ijze
ren voetstukken voor hooge booglantaarns
langs den geasphalceerden Schoterweg. De
lage lantaarnpalen worden door ae veel groo-
tere vervangen, waardoor de verlichting, die
thans wel te wensclien overlaat, zeer veel
verbeterd zal worden.
JUBILc.
16 Januari herdenkt de heer A. Tollenaer
te Santpoort, den dag, dat hij voor 25 jaar
in dienst kwam als voorman bij de Haar-
lemsche Machinefabriek v. h. Gebr. Figce te
Haarlem.
LIEDERTAFEL „HAARLEM'S ZANG GENOT".
Het concert te geven door bovengenoemde
Liedertafel is bepaald op Donderdag 23 Jan.
in de Gem. Concertzaal. Hierbij zullen hunne
medewerking verleenen: Mejuffrouw Maria
de Petit, sopraan en de heeren L. Mazzoleni.
Ie bariton en Egidie Maierma, le tenor der
Italiaansche Opera. Dc begeleiding is in
handen van den heer L. D, Keereweer.
Over een paar maanden, namelijk op
3 April, zal Frederik van Eedcn zeventig
jaar geworden zijn.
Ziedaar een dag om te herdenken voor
Haarlem, want hij is hier geboren. Zijn va
der was F. W. van Eoden, liefhebber van bloe
men en planten als weinigen en verzamelaar
van mooie en zeldzame dingen. HU is de
stichter geweest van de collecties die nader
hand onder den naam van Museum van
KunstnU verheid en Koloniaal Museum onder
de hoede van de Maatschappij van Nijver
heid jaren lang zijn uitgestald in het Pavil
joen van Hope aan den Dreef. Zijn zoon, de
jonge Fredeik, hielp hem in zijn jeugd bij het
rangschikken en van etiquetten voorzien.
Na zijn leertijd in Haarlem, studeerde Frede
rik van Eeden te Amsterdam, niet in de let
teren, zooals menigeen denkt die hem later
roem zag behalen in de Nederlandsche litte
ratuur, maar in de medicUnen, hij promo
veerde tenslotte op een verhandeling over
de voeding van lijders aan tuberculose, maar
ging toch t enslotte deze richting niet uit. Hij
had namelijk kennis gemaakt met een nieu
we wijze van behandeling van zieken, door
hypnose en suggestie die in Engeland door
den chirurg James Braid en in Frankrijk
door den arts Liébeault te Nancy en Charcot
in het hospitaal La Salpctrière werd toege
past. Aanvankelijk alleen in zijn toenmalige
woonplaats Bussiun. naderhand samen met
Dr. A. W. van Renterghem te Amsterdam
beoefende hij deze nieuwe geneesmethode
waarover hU destijds een brochure schreef,
die zeer de aandacht trok en waarover hij
ook voordrachten hield. Ik herinner mij zeer
goed, dat hij met dit onderwerp destijds op
trad in Haarlem.
Intusschen had hij zich toen al gewend tot
de letterkunde. Met Kloos, Albert Verweij,
Van der Goes, Willem Paap en anderen nam
hij een tijdlang deel aan de redactie van de
Nieuwe Gids. Menig fraai vers uit dien tijd
kan men in de oude jaargangen vinden; dui
delijk staat mij voor. dat van der Goes eens
een avond verzen van Van Eeden heeft voor
gedragen in de zaal van Hotel Funckler, die
toen wel meer voor voordrachten en kamer
muziek werd gebruikt. Bij die gelegenheid
liet van dej- Goes, die zelf een vermaard
stylist was, Van Eedens vers .Finis" hooren,
de fantasie over een man die sterven gaat
en daarbij de gedachten en indrukken die
hem bestormen op dichterlijke manier weer
geeft
Jong als hij was bepaalde hij zich niet tot
tragische poëzie. Het, kwam hem en zijn
vrienden op zekeren dag in het hoofd, te
trachten de onbevoegdheid van de Neder
landsche critiek van die dagen aan te too
nen: onder den schuilnaam Guido geeft het
vroolljk gezelschap een quasi ernstig be
rijmd verhaal uit onder den naam: Julia
een Liefde uit het Zuiden, in het genre ran
Mr. M. G. L. van Loghem, die destijds onder
den zoeten naam Fiore della Neve een groote
reputatie als dichter genoot. Algemeen was
de bewondering van de critici. Dezelfde be
oordeelaars, die hun ernstig werk als redac
teuren van „de Nieuwe Gids" hadden afge
broken. prezen de parodie Julia en werden
natuurlijk door de oolijke schrijvers aardig
in 't zonnetje gezet. „Een Liefde in het Zui
den" is een vau de best geslaagde letterkun
dige fopperijen geweest.
Het was omstreeks dien tijd, dat Van Eeden
onder het pseudoniem Cornells Paradijs een
bundeltje uitgal' onder den naam „Gras
sprietjes" dat wel grappig, maar mis
schien niet heelemaal billijk was. Later
althans, toen de dartelheid van de jeugd
voor meer bezadigde overweging had plaats ge
maakt, heeft Van Eedcn zelf erkend dat bij
voorbeeld zijn spotten met J. J. L. ten Kate,
destijds als dichter bijzonder gewaardeerd; niet
heelemaal rechtvaardig was geweest-
Maar ernstiger werk dan dit zou hem een
grooten naam bezorgen in onze Nederlandsche
Letterkunde. „De Kleine Johannes", een wijs-
geerig, symbolisch sprookje, trok bijzonder de
aandacht, zijn tooneelwerk de Broeders. Don
Torribio. de Student Thuis, IJsbrand, de Duï-
vel te Kruimelburg, getuigden met tal van
gedichten van zijn veei.rydigen geest. Een van
zijn jongste tooncelstukken was „de Heks van
Haarlem", da: uitgevoerd werd door he:
gezelschap van Willem Rooyaards, ter gelegen
heid van de inwijding van den Nieuwen
Schouwburg op het Wiisonsplein.
Het is mijn bedoeling natuurlijk niet, hier
een beschrijving van dit merkwaardige leven
:n chronologische volgorde te geven. Op den
duur kon de medische praktijk den altijd
zoekenden, dichterlijken geest van Van Eeden
niet voldoen. Bewogen met het lot van zoo
velen, die in deze maatschappij niet slagen,
stichtte hij een coöperatie, een soort van land-
kolonie, onder den naam Walden in het Gooi.
waarin de deelnemers, veelal menschen van
eenige ontwikkeling, eenvoudige ambachten
beoetenden en daarmee voorzagen in hu:i
onderhoud. Natuurlijk vonden deze pogingen
om terug tc keeren tot een eenvoudig, laat
ons zeggen natuurlijk bestaan, ver van alles
wat deed denken aan Jacht naar geld en
zucht om anderen te overtreffen, minder
waardeering dan spot. Van Eeden trok zich
daar weinig van aan, maar zijn volharding
en goede bedoelingen waren niet In-staat om
het succes te verwerven, waarop hij voor Wal
den gehoopt had. Na vele opofferingen aan
tijd en geld moest hij het plan opgeven.
Walden werd opgeheven. Hij zelf heeft later
in een beschouwing van zijn bedoelingen de
mislukking niet alleen eerlijk erkend, maar
daarvan ook de reden opgegeven: dat zoo
weinig menschen onder hen die hij er mee
had willen dienen, de grenzen van hunne
bekwaamheden kenden.
Toch ontmoedigde deze teleurstelling hem
niet. In lateren tijd werkte hij met evenveel
ijver als vroeger voor Walden, voor een
Amerikaansch kolonisatieplan, dat de be
doeling had om aan bekwame vaklui, tuin
ders en bloemisten, die zelf over een begin
kapitaaltje van duizend dollars <f 2500.
beschikten, een onafhankelijk bestaan te
verschaffen te Wilmington in Zuid Carolina.
Toen ik destijds dr. Van Eeden ten huize
van zijn moeder Mevrouw de Wed. van
Eedenvan Warmelo in het Frederïkspark
te Haarlem over dit plan interviewde,
schetste hij mij het plan alsdus: „Wij wil
len beginnen met een kem van vijf en twin
tig gezinnen, bekwame tuinders, die elk zelf
duizend dollars bezitten. Daarnaast stellen
Wilmingtonsche bankiers 25000 dollars be
schikbaar als erediet.. Voor hun 1000 dol
lars krijgen de kolonisten elk een stuk grond
van vijf acres en daarover hebben ze de
vrije beschikking. Ze krijgen het mei in vol
len eigendom, maar ontvangen aandeelen in
de coöperatie, waarop dividend kan worden
verkregen. Het moet vooral goc-d begrepen
worden; stumpers, schipbreukelingen in t
leven kunnen er geen plaats vinden. We heb
ben er menschen noodig, die ook in hun
eigen land zouden kunnen slagen, maar het
daar tienmaal beter kunnen hebben, wegens
het klimaat en dc omstandigheden Ik heb
u ai gezegd, dat het er lang zomer is: bo
vendien vinden tuinders in de noordelijke
steden een groot afzetgebed. Daar worden
hooge prijzen gemaakt voor bloemen en
tuinbouwproducten, die nu zelfs nog voor een
gedeelte uit Europa moeten komen. In New
York kost een bosje viooltjes op dit oogen-
blik twee dollars, dat is vijf gulden. En de
eerste afzet zal moeten worden gevonden in
Wilmington zelf, een groeiende stad van nu
ongeveer veertigduizend inwoners."
„Maar welke bijzondere voordcelen stelt
u zich van deze coöperatie voor?" vroeg ik.
„In ae eerste plaats gemeenschappelijke
inkoop van alles wat benoodigd is en ge
meenschappelijke verkoop van dc gekweek
te producten. Daarvoor moet. een centrale
administratie worden ingericht, die zuinig
werkt, maar toch een kantoor moe', hebben
ui Wilmington zelf en in New York. Een an
der voordeel van onzecoöperatie zal wezen,
dat niet de een zijn land kan verhuren of
verkoopen aan een ander en zelf op zijn
gemak ergens anders gaan wonen En een
derde pur.t van belang is. dat Iedere deel
nemer zyn kennis zal willen geven ten nutte
van het algemeen. Als nu een tuinder een
methode heeft, die goede resultaten oplevert,
dan vertelt hij die natuurlijk niet. aan een
ander. Maar dat zal hij wel doen. als hij
met anderen in één maatschappij alt. zoo
dat dc vermeerdering van ieders kennis
neerkomt op vermeerdering van dividend.
Maar we willen er geen gesloten gezel
schap van maken. Een vierde van de winst
za voor uitbreiding worden bestemd en het
geld, dat van buitenaf wordt gegeven zoo
spoedig mogelijk worden terugbetaald. Lukt
dat. dan zal het misschien op den duur mo
gelijk wezen, er arme menschen heen te
laten komen, die geen verstand van 't vak
hebben. Maar vooreerst kunnen we die niet
gebruiken, want het kost geld, hen op te
voeden."
Tot zoover dit interview.
Is het. Amerikaansche plan geslaagd? Ik
vrees van niet. Althans, naderhand heb ik
aiv niet vernomen. Maar het teekent. den
man die er zich voor gaf. als Idealist, altijd
bereid om anderen van dienst te zijn in de
richting, die hem toescheen geluk te kun
nen brengen aan zoovelen. die het te ver
geefs zochten in het oude Europa. Veel zorg
en moeite, veel tegenspoed is zijn deel in
het leven geweest. Maar niettemin heeft
hij gezocht naar verheffing boven het zuiver
stoffelijke leven en zelfzucht en strijd met
anderen.
Dat te waardeeren, hem op zijn zeventig
sten verjaardag een bewijs te geven van
dankbaarheid voor wat hii schiep op letter
kundig gebied, voor wat hij najoeg op maat
schappelijk terrein, zij het ook, dat hij daarin
niet slaagde, is de bedoeling van zijn vrien
den.
Daartoe eenigszins mee te werken voor
dezen zoon van de Spaarnestad is de bedoe
ling van deze vluchtige aanteekeningen ge
weest..
J. C. P.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
60 Ct» per regel.
O De pijn U te verzachten,
J het lijden te verminderen!
I Wacht niet tot de kwaal ver
ergert, masiecr direct met
AKKtK
KLOOSTERBALSEM j
ren»cht verratten^
nel.
gOUé
soo goed.
Twee buurvrouwen hadden al jaren lang
in de beste verstandhouding met elkaar ge
leefd. Ze maakten elkaar geregeld deolge-
n oo ten van eikaars lief en leed, ze hielden
weinig voor elkander verborgen, ze hadden
zoo gezegd geen geheimen voor elkander. Ze
pleegden overleg met elkaar over diepzinnige
zaken als de najaarsinmaak en de voorjaars
schoonmaak. Ze vertelden elkaar waar koop
jes te' halen waren, waar ze rommel verkoch
ten, waar uitverkoop en reclamedag was en
ze wezen elkaar #<ms blad aan. waar de
beste adressen waren. Deze Volkenbond in
het klein zou misschien wie wee:, hoe lang
nog geduurd hebben, als er niet plotseling
iets was gebeurd, dat een ontijdig einde
maakte aan deze hartelijke vriendschap. Op
zekeren dag merkte de eene bij haar buur
een ding op. dat ze er nog nooit gezien had.
het was een eenvoudig maar aardig asch-
bakje, kort daarna een paar eierdopjes, dan
weer een nieuw vaasje, buurman kwam voor
den dag met een splinternieuwe tabaksdoos,
en een sigarettenpijpje, de kinderen met een
potloodslijper, kicurdoozen, eer. centimeter,
kortom ze zag bij haar buurvrouw aanhou
dend allerlei aardige nieuwe dingen, ze in
formeerde nieuwsgierig gelijk onder boezem
vriendinnen betaamt, maar ze kreeg niete dan
ontwijker.de en geheimzinnige antwoorden,
of ze kreeg als verklaring: och, mijn man
heeft tegenwoordig een goede bui, lilj brengt
lederen keer wat mee! Tot buurvrouw eens
op een dag zag. dat de juffrouw van hier
naast een pak KLOKZEEP uitpakte, waaruit
juist, zoo'n aardig snufje, een van de vele ca
deautjes, waarmee zij den laatstcn tijd haar
huishoudentje opgesierd had, te voorschijn
kwam. Dat beteekendc het einde van de
vriendschap. Neen, dat was dan toch het top
punt, gewoonweg gemeen, om nooit niks tc
zeggen, om zoo geheimzinnig te doen en niet
even verteld te hebben, dat je met de KLOK
ZEEP zulke leuke cadeautjes kreeg. Een lie
vige ruzie was het gevolg, waarbij de KLOK
ZEEP-juffrouw haar voormalige buurvrouw-
vriendin toebeet: Mensch maak je niet dik,
dan had je de krant maar moeten lezen, daar
stond het bijkan.1 elke week in, dat je in elk
pak KLOKZEEP een cadeautje vond. 't Is je
eigen stomme schuld, je hebt het jezelf te
wijten. Met beschaamde kaken droop de an
der al. En haar eerste gang was naar een
winkel, waar KLOKZEEP verkocht wordt.
KLOKZEEP kost slechte 42 ct. per pak. Bij
eiken kruidenier of drogist verkrilvba—
317