TENTOONSTELLING OM ONS HEEN AMSTERDAM LETTEREN EN KUNST MUZIEK. 24 JANUARI-2 FEBRUARI AUTOMOBIELEN AGENDA HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 23 JANUARI 1930 TWEEDE BLAD No. 3837 WAT KUNNEN WIJ DOEN VOOR HET NEDERLANDSCH FABRIKAAT? Het nieuwe jaar is niet met de beste ver wachtingen begonnen. De crisis in Amerika, die waarschijnlijk hiervan een gevolg was, dat vele ondernemingen aan de Amerikaan- sche Beurs hooger stonden geprijsd dan hunne werkelijke waarde was, die crisis heeft natuurlijk een terugslag gehad op de ver mogens in Europa. Kenners van de toestan den verzekeren wel, dat Europa en dus ook Nederland den schok beter doorstaan heeft dan men aanvankelijk wel zou hebben ge dacht, maar men kan er toch wel op reke nen, dat menigeen hier en daar een veer heeft moeten laten en genoodzaakt zal zijn tot bezuiniging op dingen, die hij niet drin gend noodig heeft. Daarbij komt nog, dat er altijd een categorie van personen, die feite lijk boven hun stand leven, klaar staan tot vermindering van hun gewonen staat, of schoon zij geen schade hebben geleden bij de beurscrisis; zij ook profiteeren dan als het ware van de gebeurtenissen en beroepen zich op het feit, dat ook anderen moeten be zuinigen om aldus zelf tot bezuiniging te komen. Als het niet wat gek klonk zou men kunnen zeggen, dat zij zijn de parasieten van den tegenspoed. Nu heeft zonder eenigen twijfel de stand van het gemeenschappelijk vermogen in vloed op een land. De koopman verkoopt minder, de industrieele middenstand krijgt minder opdrachten, de fabrikant is niet ge neigd tot verhooging van loon of salaris en daar wij maatschappelijk gesproken finan cieel op elkaar leunen en steunen, is een ver mindering van welvaart een zaak, die wij allen gevoelen, ook al schijnt voor sommige vakken en bedrijven het verband met den tegenspoed ver te zoeken. Maar er is één ding. dat ons troosten kan; zooals bij een gevaarlijk zieke kan een crisis spoedig wor den opgevolgd door een phase van grootere gezondheid, zoodat wij nog geen reden heb ben aan te nemen, dat wat in November en December van 1929 gebeurde, zijn invloed op het geheele jaar 1930 zal doen gelden. Hier is het gezegde: „de pap wordt nooit zoo heet gegeten als ze gekookt is" terecht van toe passing. Dit neemt natuurlijk niet weg. dat wil verstandig doen met den voorzichtigen weg te bewandelen en voordat wij ons in kost bare ondernemingen begeven of groote uit gaven doen, eerst- eens afwachten hoe de stand van zaken zich ontwikkelt, bovendien ook eens nagaan wat wij persoonlijk er toe kunnen bijdragen om die ontwikkeling gun stiger te maken. Ik geloof wel, dat er in dit opzicht iets te doen is, dat wij toch niet dik wijls voor oogen houden. Het is niet gemak kelijk ons er voortdurend rekenschap van te geven niet zoo zeer wat ons persoonlijk be lang meebrengt, maar wat het belang eischt van stad en staat. Het algemeen belang met andere woorden is een zoo ruim begrip, dat de meesten van ons. genoeg te doen heb bende met de vraag hoe zij voor zichzelf en hun gezin aan alle verplichtingen voldoen, voor het algemeen belang geen tijd over- J houden. Dit is volkomen verklaarbaar en toch is het goed om nu en dan aan dat al gemeen belang te worden herinnerd. Als men zich afvraagt-: „wat kan ik persoonlijk daar toe bijdragen?" dan geeft men zichzelf daar op in den regel geen antwoord en toch be staat dat antwoord wel. Nederland kan niet meer van landbouw, veeteelt en vischvangst bestaan; zijn bevolking is zoodanig toegeno men en blijft nog steeds zoo toenemen (een millioen zielen in 12 jaar), dat wij gedwon gen zijn geweest de industrie te hulp te roe pen om aan zooveel mogelijke personen een bestaan te verschaffen. Evenwel is de moeilijkheid, om de pro ducten van deze industrie in het buitenland te verkoopen, door de beschermende rechten, die men daar heft, steeds grooter geworden en daar het niet in ons belang is dat voorbeeld te volgen en onzerzijds protectie te gaan toe passen tegen alles wat uit het buitenland hier wordt ingevoerd, blijft ons één taak over, maar die wij dan ook niet moeten verzuimen, namelijk onze eigen binnenlandsche nijver heid te steunen. Ik weet, dat het moeilijk is; men moet ervan doordrongen zijn, men moet er om zoo te zeggen dagelijks aan denken bij het koopen van dit en van dat en hoewel er onder ons duizenden zijn, die de noodzake lijkheid hiervan in theorie toegeven en ook wel propageeren, op het juiste oogenbhk, namelijk wanneer ze iets gaan koopen, ont schiet hun het schoone beginsel en beden ken ze pas naderhand, dat zij vergeten heb ben vooral het Nederlandsch Fabrikaat te vragen. Zooals boven gezegd, dat is hun niet kwalijk 'te nemen, maar ik zou hun een ezelsbrug willen geven zooals men dat noemt om er aan te blijven denken. Wie heeft er niet in zijn familie of onder zijn goede ken nissen iemand, die zoekt naar een betrekking, maar deze ofschoon hij er wel bekwaam toe is, toch niet krijgen kan? Wie weet er niet, dat tal van gestudeerden, advocaten, doktoren en anderen tevergeefs zoeken naar een positie voor levensonderhoud- Wie ziet niet met bezorgdheid de statistieken der werkeloosheid aan op velerlei gebied en wie denkt niet af en toe met weemoed aan de noodzakelijkheid van landverhuizing, die juist de flinksten uit ons midden wegneemt. Wel nu, al deze kwalen kan ieder voor ons helpen bestrijden door bevordering van de Neder- landsche nijverheid. Helpen wij met ons allen die tot bloei brengen, wij, onder wie de open bare besturen niet te vergeten, dan komt er weer behoefte aan jongelui, dan schept een toenemende welvaart open plaatsen voor onze gestudeerden, dan komt er weer vraag naar arbeiders, opzichters en bedrijfsleiders. Kort om, dan zetten wij ieder voor zich de schouders onder de bevordering van het ge meenschappelijk welzijn. Vergelijken wij het werk. dat gedaan moet worden met een zwaren balk. die één man niet verplaatsen kan, dan is het toch zeker, dat tien of twintig of vu f tig menschen den balk zullen kunnen brengen waar hij hoort. Zoo is het ook met de bevordering van het gemeen schappelijk belang en als wij er maar be wust van waren, dat wij door hieraan te denken den toestand voor onszelf en dien voor anderen beter maken, dan zouden wij dit eenvoudige geneesmiddel vaker toepas sen. Altijd: onder de gewone voorwaarde, dat het Nederlandsch Fabrikaat evengoed is als en niet duurder dan het buitenlandsche. Tenslotte, wij klagen over de belastingen, die van ons worden gevorderd. Niet ten on rechte, want ze zijn zwaar en moeilijk te dragen, maar als wij door mee te werken tot den verkoop van het Nederlandsch fabrikaat het aantal menschen, dat de openbare lasten kan dragen, vergrooten, dan verlichten wij onze eigen lasten meteen. Ik geloof, dat deze laatste overweging de minste van de aan gebrachte argumenten niet zal blijken te zijn. want aan het betalen van belasting hebben wij Nederlanders niet ten onrechte een ge- meenschappelijken hekel. J. C. P. LEDENCONCERT DER H.O.V. De muzikale verrassingen zijn deze week niet van de lucht. Maandagavond debuteer den de Utica-Jubilee-zangers voor Kunst aan 't Volk, en him zingen was volgens collega Kalt en ook volgens anderen zoo leelijk, dat het voor de leden der vereeniging, die ge woonlijk slechts zeer uitstekende krachten doet optreden, een zij het dan ook onaange name verrassing geweest moet zijn. Dinsdag avond speelde een jonge onbekende violiste op het Gemeentelijk orgelconcert en verraste ons door een voordracht, zoo mooi, gaaf en rijp als we maar zelden hooren. En Woens dagavond togen we naar het ledenconcert der H.O.V., meenende in de persoon van Mevr. Victoria Binnendijk een of andere debutante te zullen leeren kennen en we hoorden een zangeres die zich met de beste harer kunst zusters meten kan. Dat was weer een ver rassing, maar evenals die van den avond te voren een van de aangenaamste soort. Welk een gave, bezonken kunst heeft deze alt- zangeres ons geboden: een prachtig getim- breerde sonore stem, die voor elke dynami sche schakeering vaardig is en zelfs in het uiterste fortissimo haar volle welluidend heid behoudt: een aan het volmaakte gren zende techniek, volkomen zuiverheid van in tonatie, goed stijlbegrip, een volkomen door voelen van de voorgedragen werken en ten slotte een uitbeelding die alle goedkoope uiterlijke effecten versmaadt en bLnnen de grenzen blijft, die voornaam kunstgevoel en volmaakte beheersching getrokken hebben. Moest ik een vergelijking maken, dan zou ik zeggen dat. haar zingen mij eenigszins aan dat van Ch. Panzéra herinnerde en evenals dit den indruk wekte: ..lè. tout n'est qu'ordre et beauté". Het is onbegrijpelijk dat deze zangkunstenares uit het Noorden des lands tot nu toe zoo weinig bekendheid in de cen tra van ons muziekleven heeft verworven; en ik aarzel niet de aandacht van dirigenten en concert-besturen op Mevr. Binnendijk te vestigen. Zij zou heusch op een Bachcon- cert geen onwaardige gast zijn. Een deel van het artistieke succes der zangnummers komt ongetwijfeld toe aan ons orkest en zijn leider, die zoowel bij Gluck als Sj Caplet en Berlioz zeer klankschoon en volkzaam gesecondeerd hebben. Het w-as een nobele muzikale samenwerking d e tot de mooiste en beste behoort welke mij van H.O. V-concerten in herinnering gebleven zijn. Het orkest speelde de eerste Symphonle van Beethoven met prijzenswaardige correctheid en zelfs met virtuositeit, hoewel eenigszins vlak. Het Andante voerde ons in marsch- tempo langs liefelijke landschappen, die we gaarne wat rustiger en intensiever op ons hadden laten inwerken. Toch was het tempo dat Van Beinum nam, niet sneller dan het in het partituur aangegevene. De indruk re sulteert vaak meer uit kleine tempo- en rhythme-nuances daü uit het hoofdtempo. Opmerkelijk is dat de dirigent, die in de eerste drie hoofddeelen vrij nauwkeurig de metronomische gegevens volgde in de finale 2025% daar beneden bleef en daardoor het werk niet tot zulk een brillant einde voerde als we verwacht zouden hebben. Desondanks was de vertolking der finale te roemen om haar doorzichtige helderheid. De „Danse macabre" van Saint Saëns en de balletmuziek van Borodin werden zeer ver dienstelijk gespeeld; het belangrijke aandeel van het orkest in de vocale werken van Ca- plet en Berlioz memoreerde ik boven reeds. Het werk van Caplet beleefde zijn eerste uit voering in ons land; het is ongetwijfeld de muziek ten volle waard. De opkomst der leden was matig, en ln geen geval te vergelijken met den toeloop, toen Pembaur speelde. En, al werd de zan geres levendig toegejuicht en een paar maal teruggeroepen, bleek haar gedistingeerde kunst bij het- gros der hoorders nog niet zulk een geestdrift te kunnen wekken als de for midabele bombast van den klaviergewelde naar. Maar wat is er aan te doen, wanneer iemand meer van groote valsche briljanten houdt dan van kleine echte? Waarmee ik, in- tusschen geen twijfel aan Pembaurs oprecht heid wil uitspreken. K. DE JONG. „DIE JAHRESZEITEN". DOOPSGEZIND ZANGKOOR. Het Doopsgezind Zangkoor, directeur de heer Jac. Zwaan, geeft Dinsdag 28 Januari een feestconcert in de Gemeentelijke Con certzaal, waar „Die Jahreszeiten" van Jos. Haydn wordt uitgevoerd met medewerking van de Haarlemsche Orkestvereeniging en de volgende solisten: Hélène Cals, sopraan, Jac. van Kempen, tenor. Nico Huisman, bas, Mart. J. Lürsen, cembalo. „Die Jahreszeiten" is de muzikale schilde ring van den indruk, dien de verschillende jaargetijden maken op Simon, een pachter, Hanne, diens dochter en Lucas, een jonge boer. Haydn heeft „Die Jahreszeiten" geschre ven na zijn verblijf in Engeland van 1794— 1795, toen hij benoemd was tot hofkapel- meester bij vorst Nikolaas van Es ter hazy, in denzelfden tijd, dat hij „Die Schöpfung" wrocht. Beide oratoria waren oorspronke lijk op Engelschen tekst. De eerste uitvoe ring van „Die Jahreszeiten" was op den 29sten en 30sten April 1798, in het paleis van den vorst Schwarzenberg. Behalve deze twee genoemde oratoria componeerde Haydn er nog-een minder bekend geworden derde, „11 riiorno di Tobia." ALLIANCE FRANCAISE. HET FRANSCHE LIED IN DE 12e EN 13e EEUW. De heer Edmond Faral, Professeur de Lit- térature La tine du Moyen-Age au Collége de France et a l'Ecole des Hautes Etudes te Parijs hield Woensdagavond voor de leden der afdeeling Haarlem van de Alliance Fran?aise in de bovenzalen van De Kroon, die flink bezet waren, een lezing over het Fransche lied in de 12e en 13e eeuw. Hij was zoo gelukkig geweest, zich daarbij de medewerking te kunnen verzekeren van de operazangeres mademoiselle Lumière. Spr. behandelde achtereenvolgens het dans lied, het herderslied, de romance en het lief deslied. Men danste gaarne In de open lucht den klassieken dans van die dagen. Hierbij wer: een „keten" gevormd. De herderszangen droegen het karakter van een vertrouwelijke mededeeling betreffende een avontuur. De liefdesliederen bezongen de liefde over 't algemeen op een verheven toon. vol ernst. Dit is vooral het geval in de chansons van den chatelaire de Concy, wiens gedichten ln dit opzicht een groot contrast vormen met die van zijn tijdgenoot Conon de Béthune, die vaak op 't kantje van onbeschaafdheid of grofheid was. Men denke aan het chanson, door mademoiselle Lumière gezongen, waarin de dichter de vergane schoonheid van een vrouw vergelijkt bij de ruïnes van de eens zoo roemruchte stad Troje. Maar overigens kan gezegd worden dat deze liefdesliederen slechts de deugd en de trouw bezongen en niets aardsch hadden, maar een ideaal, een droom, tot onderwerp hadden. Er zijn bezwaren geopperd tegen de een tonigheid van deze liederen, ook omdat cr zoo weinig variatie is in de melodie, maar de conférencier deelde deze bezwaren niet. Maar wij menschen van dezen gehaasten tijd zijn zoo geheel anders dan onze voorouders uit die lang vervlogen eeuwen; wij hebben geen tijd om ons te vervelen op de lange winteravonden en om studie te maken van fijne nuanceeringen in chansons. Toch hoopte de spreker belangstelling te hebben gewekt niet alleen voor een kunst, maar ook voor een geestesgesteldheid uit lang voorbije eeuwen. De medewerking van mademoiselle Lumière die verschillende oud- Fransche liederen zong, werd door de aanwezigen ten zeerste op prijs gesteld. De voorzitter, de heer Sauveur, dankte con férencier en zangeres met een geestig woord HOLLANOSCHF, FILM- UNIVERSITEIT. Een interessant programma. De Hollandsche Film-Universiteit, kortweg Holfu genaamd, die nu al voor het tweede jaar voorstellingen in Haarlem g^eft, zal nu naast de gewone abonnementen ook kaar ten voor scholieren, jongelui beneden de achttien, uitgeven tegen sterk gereduceerde prijzen. Om meer bekendheid aan haar werk te geven had de Holfu hoofden een leerkrach ten van tal van onderwijsinstellingen uit-genoo digd om de voorstelling van gisteravond bij te wonen. Zoo was de groote zaal van den Haarlem- schen Kegelbond dan ook flink bezet en het publiek volgde met aandacht de verschillen de films. Merkwaardig was we! de rolprent over de ademhaling, iets totaal anders, maar zeker even interessant, zagen we van Athene, de oude en de nieuwe stad, van het vervaar digen van ijzer en staal, waarbij technisch knappe gedeelten waren. Ook van de Let- landsche houtnijverheid kreeg men interes sante bijzonderheden te zien. En het pro gramma werd aangevuld met beelden uit Marken en Volendam, met een journaal en een geestige teekenfilm. Zooals altijd onder houdend en door de variatie in de onderwer pen steeds de aandacht trekkend. STADSSCHOUWBURG. Russisch es Kiinstlcr Theater „Arlekin". Vrijdag 24 Januari treedt in den Stads schouwburg het Russische Künstler Theater op. Het gezelschap bestaat uit 15 personen en beschikt over eigen decors en costuums. Uitgevoerd worden 16 tooneelen met zang cn dans. Het orkest is samengesteld uit Haar lemsche musici en staat onder leiding van den Russisschen kapelmeester Andrejeff. Uit de persbeschouwingen volgen hier enkele uittreksels: De Telegraaf; Ze hebben hun decors eigen lijk niet noodig om den indruk van verfijning te wekken die dit- ensemble in zich zelf bezit Zij brengen Russische dansen en Russische tafereelen die in opzet en beschaving aan het beste van „Der Blaue Vogel" herinne ren. Nieuwe Rotterdamsche Courant: Het ge zelschap telt goede zangers en zangeressen en buitengewoon behendige en lenige dansers, die allen b.v. in de „Bojaren scène" en in het „Zigeunerkamp" gelegenheid geven hun kwa liteiten te bewonderen. De costuums zijn kleurig en fleurig. HET ZEVENDE RETOUR- VLIEGTUIG. VRIJDAG OP SCHIPHOL. Volgens bij de K. L. M. ingekomen bericht Is het zevende retourvliegtuig uit Indië, de PH-AEO Woensdagmorgen om 7.45 uur uit Aleppo vertrokken en om 13.15 te Konstan- tinopel aangekomen. Indien zich geen bij zondere omstandigheden voordoen, wordt het vliegtuig Vrijdagmiddag op Schiphol ver wacht. De PH-AEO, die op 15 Januari uit In dië is vertrokken, zal de vlucht IndiëNeder land dan ln negen dagen hebben volbracht, INGEZONDEN MEDEDEELINGEN 60 Cu. per regel. 1 MOTORRIJWIELEN GEOPEND VAN O I IOVM.-5NM1 ÖNW.-10N.M DA V 2 UUR N.M. Toegangsprijs f 1.20 HET VOED1NGSCIJFER VAN WITTEBROOD i» nog altijd 17 lager dan van ARR'5 IVSOUTBROOD NEDERLAND EN BELGR BESPREKINGEN IN DEN HAAG GEVOERD. De Brusselsche correspondent van de N R. Ct. meldt: Naar ik uit de beste bron verneem, hebben, tijdens -de conferentie te 's-Gravenhagc, tusschen de Nederlandsche en Belgische mi nisters van buitenlandsche zaken, wisselin gen van gedachten plaats gehad betreffende den stand der tusschen de beide landen han gend gebleven vraagstukken. Op enkele de tailpunten na blijkt men het terrein der al gemeenheden niet te hebben verlaten. Een dezer detailpunten gold de kwestie der door dn Gentschen handel verlangde nieuwe zee sluis te Terneuzen en de daarmede verband houdende gelijkstelling dezer Nederlandsche haven met de Belgische havens, voor wat de Belgische spoorwegtarieven betreft. Van bei de zijden werd deze kwestie met welwillend heid onder het oog genomen maar van eenig tastbaar resultaat is in Brussel te bevoegder plaatse, niets bekend. Ook in de Woensdag gehouden vergade ring van de Belgische Kamercommissie voor Buitenlandsche Zaken kwamen de Neder- landsch-Belglsche betrekkingen, bU de voor lezing van het verslag van den rapporteur, oud-minister-president prof. Poullet, over de begrooting voor 1930, even te berde. In dit verslag werd o.m. met voldoening nota ge nomen van de verklaring, door minister Hij- mans onlangs gedaan, betreffende een gelei delijke verbetering der betrekkingen met Ne derland. Op de sociaal-democratische leden na die zich, om oppositioneele redenen, van stemmen onthielden, werd het verslag door de commissie goedgekeurd. HET STOOMSCHIP „FREYA" ALS VERLOREN BESCHOUWD. 17 MAN OMGEKOMEN. Tot heden is nog steeds geen bericht in gekomen omtrent het vermiste Duitschc stoomschip „Freya" uit Stettin, zoodat vrij wel met zekerheid kan worden aangenomen, dat dit stoomschip, dat een bemanning had van 17 koppen, tijdens den jongsten zwaren storm nabij Texel is vergaan. Bij de reederij „Retzlaff" te Rotterdam kwam het bericht binnen, dat nabij Den Hel der een reddingboei van het s.s. „Freya" was aangespoeld meldt het Hbld. HET NIET DOORGAAN VAN EEN LEZING VAN DR. BORMS. Schadevergoeding Volgens de N. R. Ct. had Mr. v. d. Oever het voornemen, namens de R. K. Reisver- eeniglng, den directeur van De Twee Steden in kort geding te dagvaarden, wegens het verbreken van het contract met die vereeni ging, waardoor de lezing van Dr. Borms niet kon doorgaan. Hij heeft daarvan thans evenwel afgezien en is bezig in minnelijk overleg een schade- vergoedingsregeling te verkrijgen. Verklaring van dc directie van „De Twee Steden." Naar aanleiding van de berichten over den uitgestelden lezing van dr. Borms. welke aanvankelijk in hotel „De Twee Steden" en vervolgens in „Amicitia" gehouden zou wor den, wordt van de zijde van de directie van „De Twee Steden" medegedeeld dat er geen sprake ls geweest, als zou de avond niet zijn doorgegaan „op verzoek van den burgemees ter". De directie van het restaurant verkeerde volgens het Hbld. in de meening, dat be doeld werd een lezing over een of ander on derwerp, op het terrein eener ReLsveieeni- ging liggend, doch verwachtte niet dat dr, Borms zou optreden, waardoor de bijeen komst eenigszins een politiek karakter kreeg. De directie verwachtte een grooten toeloop en achtte daarvoor haar zaal minder geschikt. De directie van het restaurant heeft Za terdag door een advocaat bij exploit aan de Reisvereeniging doen weten, dat zij de zaal niet beschikbaar stelde op de volgende gron den; le onvolledige Inlichting (niet opgeven, dat het een Borms-avond zou zijn)2e. door den grooten toeloop zou de zaal overvol wor den, waardoor last met de politie en brand weer zou ontstaan; 3e zouden wellicht de overige bezoekers in het restaurant van de groote drukte hinder ondervinden. Nadat dit besluit genomen was. kwam het verzoek van den burgemeester in om dc zaal niet beschikbaar te stellen. De directie heeft toen geantwoord, dat harerzijds deze zaak reeds beslist was, geheel los van de argumen ten van den burgemeester, Mr. Patijn beeft zich vervolgens in ver binding gesteld met Amicitia. Daar de directie van De Twee Steden zich door de voorstelling van zaken door de R.K. Reisvereeniging gegeven, in haar goeden naam ten zeerste geschaad acht. zal zij deze vereeniging rechtens aanspreken en vergoe ding eischen voor de geleden moreele schade. ALLE BEGIN IS MOEILIJK. MOTORRIJDER VERWONDT TWEE PERSONEN EN RICHT SCHADE AAN. De 21-jarige etaleur N. T. heeft gisteren avond met zijn nieuwe motorfiets een proef rit in Rotterdam ondernomen. In de Bloem- straat. is hij, doordat hU het stuur niet houden kon, het trottoir opgereden waar hij een fiets in stukken reed. Daarna schoot de motorfiets den rijweg weer op, waar de 73- larige weduwe K. uit de Lange Torenstraat liep. Zij kwam er echter met. eenige lichte verwondingen af en kon door den G. G. D. naar huis worden gebracht. De politie gaf den etaleur last om zijn motor aan de hand naar de garage te brengen. Om gemakkelijker ue loopen zette hij den motor aan, vergat hierbij echter den gaskraan af te sluiten, met het gevolg, dat de motorfiets in volle vaart vooruitschoot, nauwelijks in evenwicht ge houden dor den hollenden etaleur. Enkele meters verder liep de 22-jarige kleermaker G. S uit de Blocmstraat met zijn moeder. De man werd tegen den grond geslingerd, waar hij bewusteloos bleef liggen. Met een hersenschudding, een hoofdwond en een ge compliceerde beenbreuk moest hij naar hot ziekenhuis aan den Coolsingel worden ver voerd. De motorfiets, die door den etaleur was losgelaten, is weer een eind verder tegen een stapel dakpannen aangeloopen. die daar voor een huis stond. Zoowel de pannen als de motorfiets werden grootendeels vernield. Het publiek had zich intusschen zoo ge- ergerd, dat de onfortuinlijke motorrijder een huis binnen moest vluchten, om niet een pak slaag op te loopen. Onder bescherming van de politie werd hij iiaar bulten' gebracht en naar de post op het Kruisplein geleid, waar proces-verbaal werd opgemaakt. Wat er nog restte van de motorfiets, ls ln beslag genomen. NIET VAN EEN RIJDENDE TRAM SPRINGEN! BEWUSTELOOS GEVONDEN. AMSTERDAM. 22 Jan. (V.D.) Gister avond werd in de Pontanusstraat een onge veer 40-jarige man bewusteloos tegen het hek gevonden. HU werd vervoerd naar het Onze Lieve Vrouwegasthuis. Toen hij weer bij kennis kwam, heeft hij verklaard dat hij van een rijdende tram was gesprongen. Op dat oogenbhk kwam hem een kleine hond ln den weg; hij is toen gevallen on word bewus teloos. Hedenmorgen heeft hij het zieken huis verlaten. Heden; DONDERDAG 23 JANUARI. Schouwburg Jansweg:. „Kindertragedie", 8.15 uur. Remonstrantenhuis. Wilhelmlnastraat 22. Openbare debatavond Jongeren Vredes Ac tie. Mr. A. M. Joekes contra J. de Kadt. 8 u. Kenncmer Lyceum. Adrlaan Stoopplem. Volksuniversiteit. Werkcursus Fransche taal. G. v. d. Laan. 7 30 uur. Gebouw Ned. Protestantenbond. Evangeli sche Maatschappij. Dr. Haentjens: „Geeste lijke aanbidding"; Ds. Foeken: „Philips II een heilige?", 8.15 uur. Palace. „Opstandige Jeugd". Tooneel: Fa mous Imperio Co. 8.15 u. Luxor Theater. „De eerste kus". Tooneel: 4 Volendammers, Piet Groenendaal. 8.15 uur. Rembrandt Theater. „The Divine Lady"; Tooneel: 3 Brasello's. 7 en 9.15 uur. VRIJDAG 24 JANUARI. Stadsschouwburg. Russisches Kilnstler- Theater „Arlekin", „Een avond aan de Wol- ~a". 8 uur. Schouwburg Jansweg: Willy Derby-avond. uur. De Centrale, Spaarne 94; Ledenvergade ring V.A.R.A. Bioscoopvoorstellingen. Waag. Spaarne. Tentoonstelling van wer ken der leden Teekencollege Kunst zij ons Doel". Dagelijks 104 uur. 1-yler's Museum. Spaarne 16 Geopend op werkdagen van 11—3 uur, behalve 's Maan dags, toegang vrU,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 5