NA VALENTINO'S DOOD» Het Spookhuis „Falcon's Lair". - Vreemde ge schiedenissen uit filmland. - Een nacht in Valen tino's huis. - Rudy's geest zwerft er nog rond. Rudolph Valentino. He'/ is wel een der teekenen des tegenwoor- I dig^n tijds, dat filmsterren tot de populairste lif/ïen behooren. Men stopt hun conterfeitsels i/i doosjes met sigaretten, men kan hun portretten over de halve wereld koopen, men vermeldt in filmbladen wanneer de sterren jarig zijn, men vraagt hun oordeel over dingen waar ze niets van af weten en I hun liefdeshistories worden vele malen uit voerig te boek gesteld. Doch als een filmster „verbleekt", als hij of zij bijrolletjes gaat spelen, dan verslapt de belangstelling en in negen van de tien ge vallen hoort men nooit meer van hen en I komt soms het bericht van hun overlijden met een klein kopje en vier regels lang in de kranten te staan. Maar er zijn uitzonderingen. Charlie Chap lin bij voorbeeld laat weinig van zich zien en is toch populair gebleven, Douglas Fairbanks springt en klautert eens per jaar over het ■witte doek en is eveneens nog populair. En Rudy? Rudolph Valentino? Zijn portret J hangt niet meer in verscheidene exempla ren op jonge-meisjes-kamers, men herinnert zich hem niet meer precies en toch laten de schrijvers van berichten, en artikelen voor Amerikaansche filmbladen hem nu, enkele jaren na zijn dood nog niet met rust. De titels van die artikelen over Valentino staan vetgedrukt op den omslag, „laatste" portret ten van den acteur komen nog bij dozijnen I voor naast die van Jonge, pas-opgekomen 1 sterren. En nog lederen dag is het aantal dergenen die Valentino's graf in Hollywood bezoeken, groot. Over Valentino's landhuis „Falcon's Lair", dat hoog boven Beverly Hills tegen de ber gen ligt gaan allerlei vreemde verhalen. Va lentino kocht het huis, verbouwde het, liet 1 er een voordeur in aanbrengen die hij in Europa had gekocht, richtte het weelderig in, in de hoop dat Natacha Rambova, dc vrouw van wie hij gescheiden was, de eenige vrouw die in zijn leven iets beteekende. er tot hem terug zou keeren. De slaapvertrek- ken zijn gedeeltelijk uitgehouwen in de rots, de andere vertrekken liggen daarboven en I zijn nog geheel zooals Rudy ze achterliet. Bov^n de garage woont de oude hutsbewaar- der met zijn vrouw, vier doode palmen staan voeg- het huis, de groote Deensche doggen, I de, lievelingsdieren van Valentino hebben er j hran hok. Het is een raadsel waarom dit mooie land- huis nooit een nieuwen bewoner kreeg. Bij Óen verkoop van Valentino's bezittingen I deed een New-Yorker er een bod van ruim HAARLEMMER HALLETJES EEN ZATERDAGAVONDritAATJE. Dit is een sprookje en daar in ieder goed sprookje een toovenaar voorkomt, begin ik met te zeggen, dat dit een Chineesche too venaar was. Hij heette Chin-Po en was de zoon van Fu-Po, die weer een zoon was van Kwan-Po. Het heele geslacht was van ouder tot ouder toovenaar geweest en zoo heb ik dan naar Nsderlandsch gebruik u van de familierelatie in kennis gesteld, precies op de manier zooals wij plegen te informeeren naar de familie Janssen. Wie was de vader van Janssen? Wat voerde hij uit en wie was de grootvader van Janssen? Voordat wij dat al lemaal weten, zijn wij niet gelukkig en nu weet u het dus van mijn toovenaar. Op oen goeden dag wou Chin-Po een zee reis maken. Waarom weet ik niet. maar dat gaa> ons ook niet aan. In elk geval is dit zcyfcer, dat hii terecht kwam on het verkeerde schip, namelijk op een Nederlandsche mail boot. ofschoon hij niet. naar Nederland wou. U zult denken, dat dit wel vreemd is voor een toovenaar. maar ook groote menschen hebben hun zwakheden en die van Chin-Po was altijd een zekere verstrooidheid geweest, zoodat hij b.v op zekeren dag eens een poli- tie-agent de hand wilde drukken en hem bij ongeluk uit verstrooidheid een draai om de ooren gaf. daar hij hem wat onbeleefd had toegesproken. De agent riep zijn kameraad en samen zouden zij hem zeker in de Chineesche nor hebben gebracht, wanneer niet Chin-Po hun plotseling door de vingers was geglipt. Eén van zijn tooverkunsten bestond name lijk daarin, dat hij zich onzichtbaar kon ma ken. en zoodra dus de tweede agent kwam I aanwandelen, verdween hij voor de oogen van den eersten en hou nu maar eens iets va<=t. dat je niet zien kunt. De twee agenten kek^n e'kaar verwonderd aan. berustten toen in het geval zooals een Chlneesch aeent dat <loet en eingen uit op zaken waar zo meer hou vast aan hadden. In zoo'n bui van verstrooid heid kwam hij dan on de Nederlandsche boot terecht en teen hij daar toch eenmaal was. besloot hij om er t-e b'ljven. Dat hU niet ge- noec geld" bil zich had voor zoo'n lar-ce reis was natuurlijk in het geheel geen bezwaar; hij maakte zich eenvoudig onzichtbaar en I wanneer de bedienden voorbijkwamen met eet- en drinkwaren, nam hij er behendig (want we weten, dat alle Chineezcn behen dig zijn) het zijne van af en ging dat ergens in een hoekje zitten opeten of drinken. Ik I heb over die reis van een Nederlander, die zich dus niet onzichtbaar kon maken, de vreemdste dingen gehoord. De bedienden, die natuurlijk wel merkten, dat er telkens wat I verdween, klaagden daarover bij den adrai? I nistrateur en dachten aan een handigen aicf 400.000 gulden op, daarna maakte hij het echter spoedig ongedaan. Verschillende as- pirant-koopers zijn al naar .Falcon's Lair" gekomen, ze bekeken het huis maar gingen weg en begonnen nooit onderhandelingen over den aankoop. Wat de reden daarvan is weet niemand. Zooais gezegd, doen allerlei vreemde ge ruchten over dit huis de ronde. In Holly wood gaat het verhaal, dat de stalknecht, enkele dagen na Valentino's overlijden, plot seling begon te gillen er. hard wegliep. Uren en uren heeft hij gerend als een bezetene. al zijn bezittingen liet hij achter op .Falcon's Lair"; later vertelde hij, dat hij dien avond Rudy had zien rijden op Vuurvlieg, zijn zwarte paard. Een anderen keer logeerde een nicht van den huisbewaarder bij hem. Ze zat 's avonds een brief te schrijven, ter wijl de huisbewaarder en zijn ■stouw met de Deensche doggen aan 't wandelen waren. Het was stil buiten. Dan hoorde ze, hoe de deur open ging, de trap kraakte, een andere deur knarste. Ze riep haar oom en tante: .Hallo, zijn jullie nu alweer terug?" Geen antwoord. Weer riep ze. Snel hoorde ze iemand de trap af loopen. de buitendeur sloeg met een smak dicht. Dan was 't weer stil. En toen de huis bewaarder en zijn vrouw thuis kwamen, ver zekerden die in den tusschentijd beslist niet in huis geweest te zijn. En het was onmoge lijk, dat een vreemde een bezoek aan .Fal con's Lair" had gebracht, daar de honden den geheelen dag in de tuinen waren ge weest en de huisbewaarder met de honden was gewandeld langs den eenigen weg die tusschen dc rotsen naar het huis voerde. Een journalist heeft toen het besluit ge nomen, om een nacht in de slaapkamer van den gestorven filmacteur door te brengen. De vrouw van den huisbewaarder bracht hem er heen. Ze opende de deur van. de slaapkamer en bleef verschrikt op den drempel staan- Een pad van dor gras en verlepte bloemen leidde van de deur de kamer in. Bevend ver telde de vrouw dat ze den vorigen dag de kamer nog had gedaan, dat niemand er ge weest was.... Weer een raadsel. De jour nalist ging weer naar buiten. Toen was het hem als stond er iemand naast hem te Kij ken naar het landschap waarover de zon onderging. Maar er was niemand. De honden gromden. Er was geluid als werd een deur gesloten, plotseling begonnen de honden te kwispelstaarten als zagen ze een bekende. Precies twee jaar na het overlijden van Valentino, op den dag af, is de journalist in Rudy's slaapkamer gaan slapen. Uitvoerig heeft hij daarover verteld. Zoo zag hij bij het schijnsel van zijn kaars dat de hout blokken ln den haard een schaduw wierpen die den vorm had van een paard, een paard uit „De vier ruiters", Valentino's eerste groote film. Natuurlijk sliep de journalist slecht. Mid den in den nacht werd hij wakker, buiten suisde de kille bergwind om het huis, het raam van de slaapkamer stond open, 't was er warm, het tochtte er niet. De journalist, ging een wandeling maken door het huis. En weer was het hem of hij niet alleen was. Op eens, in de biblotheek zag hij licht. En in de lichtplek tegen den wand zag hij een scha duw, die zich bewoog, die grooter werd en dan weer afnam, en duidelijk zag de kran tenman meer dan eens scherp het profiel van Rudolph Valentino afgeteekend tegen den muur. Den volgenden morgen werd een onderzoek Ingesteld, electrisch licht kon er in de bi bliotheek niet gebrand hebben, lucifers, kaarsvet, niets werd gevonden en toen be merkte de journalist pas, dat er geen stoel, geen bankje in de kamer stond, terwijl de gestalte die de schaduw op den muur wierp ergens op gezeten móest hebben. Er was een raadsel te meer om de figuur van Valen tino, de filmster die midden in zijn werk en de administrateur, nadat hij de oorzaak niet had kunnen opsporen, klaagde bij den kapitein en de kapitein, die een nuchter man was, zooeen van tweemaal twee is vier, zei: „wij zuilen den dief wel vinden", en stelde een onderzoek in. dat natuurlijk op niets uit liep. Want Chin-Po. stevig onzichtbaar, keek uit zijn hoekje toe en lachte toen ze naar een verstekeling zochten in de uiterste hoeken van het schip tot in de groote stoompijpen toe. Ze vonden dus niets en de gapperijtjes gingen maar door, den eenen dag wanneer Chin-Po's onzichtbare maag een beetje in de war geraakt was, nam hij weinig weg, om naderhand als alles weer in orde kwam zijn schade geducht in te halen. Dan verdwenen rechts en links de lekkerste biefstukken. Wie ner Schnitzel, varkenslappen (van het vette varken, dat je den vorigen dag nog had hoo- ren schreeuwen), kreeft, oesters, brood In al lerlei vorm, versch. geroosterd en oudbakken en daar maakte hij kleine voorraadschuur- tjes van op verschillende plaatsen van het schip, die men daar dan vond. omdat hij geen kans zag om eet- en drinkwaren ook onzicht baar te maken. Juist dit laatste gaf aan ce verdwijningen een bijzonder spookachtigen indruk. Het moet je overkomen, wanneer je als bediende zoo 's morgens tegen 11 uur den morgendrank bij ce passagiers gaat rond brengen en even blijft staan kijken naar een gezelschapspelletje, dat aan den gang is, het moet je overkomen, zeg ik, dat je verder wil lende gaan opeens bespeurt, dat tien glazen witte port van je blad zijn verdwenen zonder dat je weet wie ze wegnam en dat Je er dan twee meter verder negen vol een rij ziet staan bovenop een laag kastje en het tiende glas in de lucht ziet zweven en uit zichzelf een beweging van uitdrinken ziet maken, waarna het leeg wegzweeft en twee meter verder naast de negen volle op het kastje gaat staan. Natuurlijk was het Chin-Po, die dat deed. Voor hem was het een klein kunstje, maar de kellner begreep er niets van, liet witbestorven van schrik de negen volle glazen in den steek en kwam terug om bij den administra teur stotterend van angst te verklaren, dat het spookte aan boord. Als het niet zoo'n ver trouwd man was geweest, zou de administra teur gedacht hebben, dat hij zelf de andere glazen had leeggedronken, maar ze stonden er nog, netjes op een rijtje en vol en de man volgde zijn rondgang, angstig over zijn schou der kijkende. Ik behoef u niet te zeggen, dat Chin-Po, daar hij zich eenmaal onzichtbaar maken kon, nog wel heel wat meer ontstelte nis teweeg had kunnen brengen dan hij deed, maar hij was bescheiden van natuur en her innerde zich altijd wat zijn grootvader Kwan-Po op Zondag, als hy de familie kwam bezoeken en zijn vader Fu-Po op door cie weeksche dagen tegen hem gezegd had: „jongen, denk er altijd om, de tooverkuiist ls overleed, voor hij nog het toppunt van 7jjn roem bereikt had. Wij zullen het hierbij laten, al worden er over ..Falcon's Lair" nog veel meer „spook geschiedenissen" verteld. Trouwens niet ai- leen daar zag men de schim van den veel- aanbeden filmacteur: de oude studio van de Metro-Goldwyn, waar Rudy 't eerst werkte is ook behekst en op foto's ervan bleek bij het ontwikkelen weer die schaduw van Va lentino te zien te zijn- Natacha Rambova heeft een boek samengesteld van „berichten van de overzijde" van Rudolph Valentino, waarin oa. verteld wordt, dat Rudy's geest nog steeds op .Falcon's Lair" woont. Maar daarover zullen we het niet hebben, dat heeft met den filmacteur niets te maken. C G. B. EEN DAG VAN CARUSO. De weduwe van Enrico Caruso en haar zuster pubüceeren een herinneringsboek aan den be roemden zanger, dat rijk ls aan belangwek kende bijzonderheden en bovenal een authen tiek beeld geeft van het leven van Caruso Het zal stellig de vereerders van dezen grooten zanger interesseeren. te hooren, hoe een dag in het leven van Caruso zich afspeelde, name lijk een van de vele dagen, waarop de kun stenaar des avonds moest optreden. „Om negen uur des ochtens deed men de deur van zijn slaapkamer open en hij ont waakte bij den klank van muziek. Salvatore Fucito, zijn pianobegeleider, speelde in de werkkamer de muziek van de opera, waarin Caruso des avonds moest zingen. Caruso dronk een kop koffie, nam een bad en maakte een inhalatie, waarbij hij voortdurend de muziek hoorde en zijn zangmelodieën meef'.oot of neuriede. Het aanklc-eden gebeurde volkomen werktuigelijk. Twee knechts hielpen hem daar bij. zy mochten niet met hem spreken en zij moesten het geringste geluid en iedere on- noodige beweging vermijden. Zij overhandig den hem zwijgend de kleedingstukken. ae schoenen, het boord, de das, den zakdoek, terwijl Caruso alleen op de muziek lette en van tijd tot tijd zacht meezong, nu en dan een blik werpend in de partituur die naast hem op een lessenaar stond. Wee den bediende, die zich vergiste in de opeenvolging van de kleedingsiukken en den zanger daardoor af leidde uit zijn concentratie. Wanneer Caruso des avonds moest zingen, brachten wij den dag op rustige wijze door. Men sprak in het geheel niet over zaken, niemand werd ontvangen, er werd ook niet gestudeerd, met uitzondering van het zachte zingen des morgens. In het huls was intus- schen een onafgebroken komen en gaan. De secretaris, Zirato, moest overal tegelijk zijn, om de bezoekers te ontvangen en afscheid van hen te nemen. Om de storingen te ver mijden, lieten wij ons dikwijls de stad uit rijden, verlieten den wagen en gingen een of twee Kilometer alleen, ver van de blikken der nieuwsgierigen, wandelen. Voor de lunch kwa men wij thuis. Die bestond op zulke dagen al leen uit bouillon en koude kip. Des middags rustte Caruso uit of speelde patience. Om zes uur kwam de begeleider Fucito terug en speelde tien minuten of een kwartier lang oefeningen, die Caruso met volle stem zong: het was het eenige oogenbllk, waarop hij in die dagen werkte. Terwijl hij zong, liep hij in de kamer op -en neer en hield eerst op, wanneer de bediende de dour opende en hem een kop koffie bracht. Die koffie moest een bepaalde graad van sterkte en warmte hebben, anders wierp Caruso den inhoud eenvoudig de kamer uit. Om zeven uur begaf Caruso zich naar de opera, vergezeld door zijn secretaris Zirato en een bediende. Ik was steeds bij hem ln de garderobe; hij ontving voor de voorstelling geen enkelen anderen be zoeker. Terwijl hij zich kleedde en schminkte, rookte hij onafgebroken sigaretten, want hij geloofde niet, dat het rooken hem schaadde. Hij rookte tot het oogenbllk, waarop hij het tooneel moest betreden. Kort voor dit oogenbllk maakte hij een inhalatie met warm zoutwater. Hij ademde den damp in met lange teugen en blies hem pas weer uit, wanneer hU bijna stikte. Ik volgde dit proces steeds met groote bezorgd heid. Dan volgde een ander deel van den ritus, die met bijna religieuze nauwgezetheid heel mooi, maar je moot die niet overdrij ven". Chin-Po liet het dus bij die grapjes met biefstukken en glazen witte port. Alleen overdreef hij het misschien ten opzichte van radijs, waar hij dol op was. Om de twee dagen kregen de passagiers bij het ontbijt radijs uit de ijskast, maar op zulke dagen kwam er geen enkel radijsje aan hen toe, want Chln- Po had ze al lang allemaal weggegrist voor dat ze op de ontbijttafel waren verschenen. Hieruit blijkt maar weer opnieuw, dat zelfs toovenaars hun zwakheden hebben, want ik voor mij kan nooit begrijpen, wat de men schen toch zien in rauwe radijzen en ook niet wat ze er ln proeven. Je hebt niet veel te doen op een schip en zoo was er meer dan gelegenheid te over om de wonderlijkste theorieën op te zetten als gevolg van het optreden van Chin-Po. Zoo was er een hooggeleerde natuurkenner aan boord, die in die dagen een ernstig boek heeft geschreven over de mogelijkheid, dat radijs door den invloed van het zout ln het zee water zou worden opgelost en wel zoo snel, dat de radijs binnen vijf minuten kon ver dwijnen. HU heeft dit boek ook uitgegeven en een andere professor heeft dat boek be streden, en naar ik hoor, is onze natuurkun dige bezig aan een ni^uw betoog, dat bin nenkort zal verschijnen. Wanneer hij zich de moeite wil geven deze onprofessorale Haarlemmer Halletjes te lezen, dan kan hij zich de moeite van dat tweede boek besparen. Het was Chin-Po, die de radijzen gapte en ze meteen maar opat. Intusschen is dat radijsdebat mijn zaak niet en kom ik dus terug op de lotgevallen van Chin-Po op het Nederlandsche schip. Natuur lijk had hij onderweg wel ergens aan wal kunnen gaan, maar daar hij Nederland nooit gezien had. besloot hij om tot het eindpunt Amsterdam op het schip te blijven en een kijkje in ons land te gaan nemen. De reis liep zonder ongelukken af. Het spreekt vanzelf, dat tegenover al deze wonderlijke verschijn selen, verdwijnende kalfslapjes en zwevende glazen port en in de zeelucht oplossende ra dijzen de passagiers een beetje zenuwachtig werden, maar dat had ook zijn goede zijde. Nerveuze dames, die zich tot dusverre var. allerlei Ingebeeld hadden, kregen iets heel anders om over te denken. Juffrouw Pleterse b.v., die zich verbeeldde, dat mevrouw Wii- lemse haar doodelijk haatte, omdat zij een mooieren hoed op had dan mevrouw Wil- lemse, sloot plotseling innige vriendschap met mevrouw Wlllemse 'oen zij samen gezien hadden, dat oen wekkerklokje op het dek zonder zichtbare oorzaak door de lucht vloog en twee meier verder op het dok neerkwam Dat geschiedde op een dag, toen Chin-Po in een humoristische bui verkeerde. Een oude werd uitgevoerd. Aan den eenen kant van Caruso stond zijn klecdknecht, aan den an deren zijn bediende. De e-ene overhandigde hem een klein glas whisky. Onmiddellijk daarna gaf de ander hem een glas sodawater, waarbij Caruso het vierde deel van een appel at: hij meende, dat dit de keel reinigde. Elk van zUn tooneelcostuums bevatte op plaatsen, die hij gemakkelijk met de handen kon be reiken, zakken. In elk dezer zakken bevond zich een klein plat fleschje zout water. HIJ was er zoodanig in geoefend, zich van deze fleschjes om het tooneel t« bedienen, dat het publiek het nooit heeft bemerkt. Voor het optreden was Caruso altijd zenuw achtig. Het zingen kwam hem nooit een na tuurlijke zaak voor. Hij züde mij op zekeren dag: „Ik weet, dat ik maar een bepaald aan tal jaren zal kunnen zingen. Daarom zeg ik altijd tot mijzelf: Vanavond zal ik mijn stem sparen, om langer te kunnen zingen. Maar wanneer ik op het tooneel kom. wanneer ik de muziek hoor en begin te zingen, dan kan !k mij niet meer beheerschen. Ik geef mij dan geheel". RADIO-DICTATUUR. (Van onzen Londenschen Correspondent). Het hoofd van den Britschen radio-dienst (naar men weet een monopolie), Sir John Reith, heeft dezer dagen verklaard dat de basis van het beleid van de B BC. en haar programkeuze ligt in de opvatting, dat men het publiek niet moet geven wat het ver langt maar wat het behoort te verlangen. Dc opmerking heeft hevig ingeslagenvooral natuurlijk bU dat deel der pers, een aanzien lijk deel. dat moeite noch geld spaart om het publiek juist te geven wat het verlangt. Die pers blijft ook in de B.B.C. nog een rivaal zoo niet een bedreiging zien van de pers in het algemeen en haar taak de openbare ir.ee- nlng voor te lichten en (of) te vormen. De verklaring werd als zeer dictatoriaal en als onbescheiden en zelfs arrogant veroordeeld. Want, redeneerde men, moet een man of een groep mannen (onder den invloed van het autocratisch karakter en het brein van dezen Sir John) vaststellen wat goed is voor het publiek? En kan die groep dat doen? Heeft zij de wijsheid in pacht? Met dit eene woord, verklaart men verder bijtend, heeft Sir John Reith verklaard waar om de programma's van de B B C. zoo hope loos onpopulair zijn. Dit laatste ls ook te overmoedig en te betweterig vastgesteld. In de beste verstande- lUke en culturcele kringen van het land is men ongetwijfeld van meening dat de B.B.C. haar taak voortreffelijk, en in niet weinige gevallen voorbeeldig, verricht. Dictatorschap pen en monopolies behoeven niet onvoor waardelijk slecht en nadeelig te zijn. Zeer veel hamgt af van den dictator, van het ka- ralwer van het monopolie. En zelfs de Man chester Gutydlan, een orgaan dat uiterst ge beten is op alles dat lijkt op persoonlijk re gime en het beredderen van de gevoelens en den gedachtegang en den smaak van de vrije burgers, heeft in dit geval van de B.B.C. vrede met den toestand, ongetwijfeld omdat de verkwikkende breedheid van opvatting, die in het samenstellen van de programma's eiken dag merkbaar is, en omdat de recht vaardigheid tegenover allerlei opvattingen en standpunten, die er in aan den dag treedt, slechts lof en niets anders verdienen. Een debat over de programma's van de BB.C., dat juist dezer dagen in de fameuze debating club van de universiteiten van Oxford en Cambridge is gehouden, krijgt hierdoor actueel belang. De vraag was of de B.B.C. ontspanning verschafte. En een spre ker, die wilde verdedigen dat „de B.B.C. haar bestaan in dit opzicht niet rechtvaardigde", zeide o.a. dat hij geen ontspanning kende, die zoo plechtig en zwaar werd ingeleid als dc nieuwsberichten van de B.B-C. Men kreeg verder allerlei onmogelijke wetenschap opge- discht, over de ijsbergen van Groenland en de samenstelling van het atoom- Het gan- sche landbouwbestaan van Engeland werd opgegraven en men moest verder luisteren naar een opgave van de prijzen van vette varkensDe zelfde spreker zeide Ironisch over de opvoedkundige lezingen dat het b v. heerlijk was onderwezen te worden in 21 ma nieren voor het bereiden van worst met ge stampte aardappelen. Een andere spreker verklaarde dat menschen, die Fransch kan heer, die in de meening verkeerde, dat hij lederen dag koorts had en altijd maar kinine pillen wou slikken ofschoon de scheepsdokter hem verzekerde, dat er niets van aan was. vergat die heele dwangvoorstelling om me: andere oude heeren beschouwingen op te zet ten over de vreemde verschijnselen aan boord en er aan den kapitein een verwijt van te maken, dat hij die niet onderdrukte. Het ergste waren de heeren eraan toe, die des middags geregeld zaten te bridgen en telkens met onvoltallige spellen speelden, zoodat er wederkeerig verdenkingen oprezen van vaisch spel, omdat zij natuurlijk niet konden weten dat Chin-Po, die een hekel had aan die ge kleurde prentjes, zooals hij ze noemde, lede ren dag als hij niet lui onzichtbaar op het dek lag, kaarten wegnam en die op de on mogelijkste plaatsen verstopte. Het merk waardigste oogenbllk van de heele reis was, toen de cornet A piston van het scheeps- orkestje in de eerste klasse plotseling ziek was geworden en dus niet mee kon spelen. De administrateur had dat met excuses vóór het diner in de eerste klasse aangekondigd en men zou zich dan maar zonder cornet be helpen, toen plotseling het instrument schijnbaar zichzelf begoD te bespelen tot ver bazing en ontzetting der toeschouwers. Wij begrijpen wel, dat het Chin-Po was, die van zijn vader een goede opvoeding had gekregen en op de plaatselijke muziekschool niet zonder talent de cornet a piston had leeren bespelen. Toch zou het dien middag door dat grapje nog tragisch zijn afgeloopen, want de violist, de cellist, de pianist en de klarinet tist en zelfs de man van de triangel, die cok de kleine trom en de castagnetten voor zijn rekening had, weigerden verder te spelen, wanneer er niet onmiddellijk voor gezorgd werd. dat die zwevende, spookachtige cornet onmiddellijk zweeg. Men gaf er een klap tegen, maar dat hielp niet en eerst toen Chin-Po uit eigen beweging het instru ment netjes op de piano had neergelegd, kon ie muziek verder doorgaan. Intusschen lag ie echte corncitlst met een overlaien maa? (want die krijg je gauw op een mailboot als Je niet oppast) rustig in zijn bed te slapen Het zal u duidelijk zijn dat de kapitein in die dagen de groo ste moelljkheden had, want per slot van rekening werd door ieder een van hem verlangd, dat hij aan al die spookachtigheden een eind zou maken, waar toe de man toch niet In staat was omdat iets. dat onzichtbaar is, noch over boord gezet, noch tot betere gedachten gebracht kan wor den. HU zou dar. ook van deze reis stellig grijze haren hebben gekregen, wanneer hij niet al zijn haar twee jaar tevoren in een hevlgen aanval van verlate mazelen verloren had. Maar niettemin waren zijn zorgen buitengewoon en de angst en de verwonde- Scheidsrechter„Dit mist is een ramp". Suspect toeschouwer: .Ja, die vervloekte scheidsrechter zal ons nou nog ontsnappen ook!" (Passing Show). nen, vroeger plachten te zeggen e'est simple com me bonjour. Tegenwoordig zegt men van onbenullige zaken dat ze even simpel zijn als B.B.C. Gelijksoortige kritiek hoort men vaak over het werk van de Londensche radio-autori teiten. Maar ze gaat werkelijk langs de zaak heen. Een spreker, die de BB.C. bU dat debat in bescherming nam. was uiterst be scheiden door te verklaren dat de B B C. het niet iedereen naar den zin kon maken, maar dat zij sommige menschen althans soms be vredigt. DE A. P. A. AP.A. beteekent All People Association. Het is een nieuw verbond ontstaan langs stij gende lijnen van geleidelijkheid. Het be vordert persoonlijke aanraking voor de men schen van de gansche wereld. De AP.A. gaat voor zijn ontwikkelingsgang terug naar den bekenden Journalist, wijlen W. T. Stead, die dertig jaar geleden ln een artikel op merkte dat Londen een ongastvrije stad was. Men maakte uit dat deze onbevredigende en onmenschelijke eigenschap van Londen niet mocht worden toegeschreven aan ge brek aan gastvrijheidszin bij de Londenaars, maar aan afwezigheid van goede organisa tie. Men dacht toen vooral aan den onaan- genamen indruk dien het feit moest maken op rasgenooten. die uit alle deeleu van het Rijk zoo nu en dan naar Londen kwamen. En uit deze gedachte werd de „Overseas Club" geboren, die later een Overseas League werd. Het doel van deze Instelling was elkaar te leeren kennen en verkeerde opvattingen over eikaars leven uit den weg te ruimen. Wat later kwam de „Engelsch sprekende vereeni- ging" tot stand, die het volk van de Ver- eenlgde Staten in den kring betrok. Gods dienstig of politiek geloof hebben geen in vloed ln de samenstelling en in de activiteit van deze Instellingen. Eu nu gaat men een stap verder met de organisatie van de A P.A. die een groote internationale organisatie wil worden, met onafhankelijke afdeelln- gen in alle landen, wier doel zal zijn dat da volken van de wereld, ongeacht kleur, klas.se, geloof, elkaar terdege zullen leeren kennen. De maatstaf die de A.P.A. zich aanlegt ls, dat de vreemdeling zich li. het land van zijn tUdelijk of permanent verblijf thuis zal voelen. Onder de oprichters zijn mannen met klinkende namen, oa. Lord Crewe, Lord Astor, Vernon Bartlett en Norman An geil. ANTWOORDEN OP WIE IS.....? 1- Bredero. 2. Bernard ter Haar. 3. Couperus. 4. MultatulL 5. Herman de Man. 6. VondeL 7. Jacob van Lennep 8. Bellamy natuurlijk. 9. Mevr Goekoopde Jong vin Beek en Donk. 10. P M. van Moerkerken. 11. Johan de Meester. 12. Gorter. ring aan boord waren zoodanig, dat er zeker ernstige dingen zouden zijn voorge vallen. wanneer Chin-Po, die, zooals ik zei. met al zijn grapjes toch een beschaafd en dus een gema igd man was. zyn tooverkunsten met tot kleinigheden bepaald had. Wel was dus iedereen blij toen het schip in IJmuiden binnenviel en men aan wal kon gaan. maar ernstige gebeurtenissen waren niet voorge vallen en ik vraag u of Chin-Po per >lot van rekening aan a'.le opvarenden niet een dienst had bewezen door hen te voorzien van een onderwerp van gesprek, waarmee zij familie en vrienden in Nederland konden verbazen. Nu verwacht Ik wel dat men mU vragen zal, hoe ik dit allemaal weet en of ik aan den toovenaar gesproken heb. Ik moet er kennen, dat dit het geval niet is, want ik ken geen Chlneesch: alleen een beetje Fransch, Dultsch en Engelsch en het laatste spreek lk op een aparte manier, namelijk zóó. dat een echte Engelschman het niet verstaat. Maar iedereen, die dit leest, moet niet vergeten, dat ik dit verhaal zelf heb geschreven, zoodat ik er van maken kan wit ik wil. De stoombootmaatschappij mag mij dus we! dankbaar zijn, dat ik niets ernstigs op de reis heb laten gebeuren en wanneer zij uit erkentelijkheid daarvoor mij een gratis reis naar Inc'.ë en terug wil aanbieden, dan kan zU mijn adres bij de directie van dit blad vernemen. Chin-Po bleef op de boot tot Amsterdam. Toen pakte hU zijn koffertje on ging tusschen de andere passagiers de loopplank af. waarbij hij de gril had. z:ch weer zichtbaar te maken, zoodat de kapitein onder de vertrekkende passagiers een Chinees ziende, dien hU tijdens de reis niet had opgemerkt, in Chlneesch costuum en met den nationalen staart, da le lijk riep om polltic, daar hij natuurlijk aan een verstekeling dacht. Een inspecteur mat drie agenten kwamen dadelijk toesnellen en waren op het punt Chin-Po te vatten, toen deze zich eenvoudig weer onzichtbaar maake en rustig verder langs den steiger ging. Er ontstond daarna tusschen de politie eener- zljds en den gezagvoerder en eenige passa giers anderzijds, die hem ook hadden gezien, een dlscuss.e over de vraag of de Chinees er ooit geweest was of niet. Belangstellenden weten nu hoe de vork in den steel zit. Ik zal naderhand mededeelen wat Chin-Po in Nederland uitvoerde en hoe hU tenslotte weer uit ons lar.d verdween, want lk wil niomand angstig maken en geef u de verzeke- rng. dat hij er niet meer ls. Vcorloopig even wel voor vandaag genoeg van mijn sprookje over Chin-Po. FIDEHO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 17