H. D. VERTELLINGEN.
FLITSEN
STADSNIEUWS
LANGS DE STRAAT.
FEUILLETON
MET VERLOF NAAR HUIS
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 8 FEBRUARI 1930
(Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden).
naar het Fransch
ran
GEORGES COURTELINE.
De kleine patiënt.
De dokter, met den hoed ln de hand: Is hier
een zieke in huis?
Mevrouw: Ja dokter; wilt u asjeblieft binnen
komen? Ik heb u laten roepen voor mijn
kleinen jongen. Ik begrijp er absoluut niets
van. maar sinds van morgen doet hij niets dan
vallen.
Dokter: Wat zegt u, valt hij?
Mevrouw: Ja dokter, onophoudelijk.
Dokter: Op den grond?
Mevrouw: Ja dokter.
Dokter: Dat is al héél vreemd. Hoe oud is
trw zoontje?
Mevrouw: Vier en een half jaar.
Dokter: Men zou zoo zeggen, dat een jongen
van dien leeftijd toch best kan loopen! Maar
hoe is het dan toch gekomen?
Mevrouw: Zooals ik u al zeg: ik begrijp
er niets van. Gisteravond was hij nog best
en liep als een haas zoo vlug door de kamer.
Vanmorgen roep ik hem. zooals ik dat eiken
dag doe. ik trek hem zijn kousen en zijn
broek aan en zet hem op den grond. En
bom! daar ligt hij!
Dokter: Misschien is hij uitgegleden.
Mevrouw: Neen dokter, luister maar verder.
Vlug help ik hem opstaan en daar valt
h(J weer om. Verwonderd zet ik hem opnieuw
overeind en voor de derde maal ligt hij op
den grond En zoo is het een keer of acht
achter elkaar gegaan. Kortom, dokter, ik
begrijp er absoluut niets van en daarom
heb ik u laten roepen.
Dokter: Dat ziet er al heel merkwaardig nit.
Kan ik den kleinen patiënt even zien?
Mevrouw: Ik zal hem halen.
Zij gaat de kamer uit en komt even later
terug met den jongen in haar armen.
De kleine patiënt heeft een kleur als melk
en bloed.
Hij heeft een donkerblauw cheviot broekje
aan en een blousje, waar de jam nog aange
kleefd zit.
Dokter: Hij ziet er uitstekend uit, de kleine
baas. Wilt u hem nu eens neerzetten?
De moeder doet dit. Het kind valt onmid
dellijk om.
Dokter: Nog eens als 't. u blieft.
Hetzelfde spelletje herhaalt zich, en nog
eens, en nog eens
Dokter, terwijl hij het kind met een pelnzen-
den blik aanstaart: Het is ongehoord!
Tot den kleinen Jongen, die tegen zijn moe
der aangeleund staat: Zeg eens vriendje, heb
Je ook ergens pijn?
Het kind: Neen dokter.
Dokter: Heb je geen hoofdpijn?
Het kind: Neen diokter.
Dokter: Heb je vannacht goad geslapen?
Het kind: Ja dokter.
Dokter: En heb Je vanmorgen Je boterham
men opgegeten?
Het kindJa dokter.
Dokter- Zou je nog wel een bordje soep
willen hebben?
Het kind: O ja dokter, wat graag.
Dokter: Zoo. Mevrouw, het spijt me, dat
ik het u zeggen moet, maar dit is een
geval van verlamming.
Mevrouw: Verlamming? O, mijn hemel!
Zij heft de armen ten hemel. Het kind
valt.
Dokter: Helaas mevrouw, ik moet het u wel
zeggen. Hij is geheel en al verlamd aan de
onderste ledematen. U zult ook bemerken, dat
die lichaamsdeelen heelemaal gevoelloos zijn
geworden.
Al sprekende heeft hij zich naar het kind
gebukt en hy is juLst van plan aam te toonen
dat zijn laatste bewering waar is, als hij
eensklaps uitroept:
Neen maar.... dat is.... die is goed..
Dan lachend:
Maar mevrouw, dat ls me ook wat!
Verlamd! Ha. ha!
Mevrouw: Dokter, ik verzoek u
Dokter: Ik wil warempel wel gelooven, dat
hij niet op zijn beenen staan kanU hebt
zijn beide beenen in één broekspijp gesto
ken!
BEELDHOUWWERK VOOR
GROOTE HOUrBRUG.
DE
H. A. v. d. Eynde ontwierp een
monumentale entrée.
TER GEDACHTENIS VAN FRANS HALS
EN LIEVEN DE KEY.
Naar wij vernemen zal binnenkort aan den
beeldhouwer H. A. van den Eynde te Heem
stede opdracht gegeven worden tot het ver
vaardigen van beeldhouwwerk voor de nieuwe
Groote Hout brug. Het zal geplaatst worden
aan de staclszijde als een monumentale in
gang van de Groote Houtstraat. Er zullen
twee kolommen komen ter weerszijden, waar
de kommiezenhuisjes gestaan hebben. In het
beeldhouwwerk zal de nagedachtenis van
twee groote Haarlemmers geëerd worden.
Aan den eenen kant wordt de steen versierd
met den kop van Frans Hals aan de andere
zijde komt die van Lieven de Key.
De entree van de stad van deze zijde zal
er ongetwijfeld des te fraaier door worden.
Het ontwerp berust thans bij Openbare
Werken.
ST. RAPHAEL
Afdeeling Werfeplaatspersoneel.
Gisteravond had, onder leiding van den
voorzitter den heer De Rooy, een druk be
zochte vergadering plaats ln gebouw St. Bavo
Elke organisatie heeft twee premie commis
sarissen, elk voor een bepaalde groep van
personeel. Elke premiecommLs?arls vormt mst
den ingenieur van de betrokken afdeellng
oen premieconimissie. De commissie heeft
tot taak. wenschen en bezwaren betreffende
het premlewerk te behandelen. Het aantal
premie commissarissen is nu gebracht van
twee op vier. Voor St. Raphael hadden reeds
zitting de hoeren De Rooy, ketelmaker en
Jansen, wagenmaker. Na gahouden stem
ming werden daarop nog gekozen de heeren
Velt man, schilder, en Metzelaar, machine
bankwerker.
Voor de vakgroep vergadering, fee houden
a.s. Zondag te Nijmegen, werd nog een korte
bespreking gehouden. De voorzitter deelde
mede. dat de deelnemers aan deze vergade
ring' Zondagmorgen om 8.34 uit Haarlem
vertrekken.
DIEFSTAL VAN PORTEMONNAIES.
Zooals wij reeds meldden werd Zaterdag
middag de 17-jarlge J. de V. gearresteerd
wegens het plegen van diefstal van porte-
monnales ten nadeele van eenlge voetbal
lers. Inmiddels ls gebleken, dat de jongen
nog meer op zijn geweten heeft. Ook te
IJmulden heeft hij zoch aan een dergelijk
misdrijf schuldig gemaakt, terwijl hij tevens
er van wordt verdacht te Santpoort eenlge
portemonnales te hebben gestolen.
BANK VAN LEENING.
EEN STERKE ACHTERUITGANG.
In de Gemeentelijke Bank van Leening
werden in 1919 22737 panden In beleening
genomen, waarop f 164 228 werd voorgescho
ten Er werden 21819 panden gelost voor
f 150 708.
In 19 8 werd op 25216 panden f 174.314
voorgeschoten en in 1927 op 25888 panden
f 181.859.
Er valt dus een belangrijke achtenütgang
van zaken te constateeren. Sinds 1927 ver
minderde het aantal panden met 3151. en
het voorgeschoten kapitaal met f 17.631.
Deze vermindering is evenwel al jaren
ian<i te constateeren. In 1904 (toen de be
volking van Haarlem 68 500 bedroeg, terwijl
wij nu bijna 120 000 inwoners tellen) werden
er ln een jaar 97.089 panden beleend, waar
op f 284 591 werd gegeven. In 25 jaar is het
aantal panden dus (hoewel de bevolking
haast verdubbelde) tot bijna een vijfde ge
daald.
Of anders uitgedrukt: In 1904 werd 1 pand
per jaar Ineebracht on eiken 2 3 inwoner,
nu. 25 jaar later, 1 pand op elke 5V* inwo
ners.
Vondeling.
Ik vond hem in het donker aan den walle-
kar.t van den voet van een jongen iep. De
schemerlichtglans van een verre lantaarn
viel over zijn bruine huid en over het witte
voetstuk waar hij op rustte. Het was zijn
bestemming niet om aan den voet van een
jongen iep te liggen, want toen hij nog in de
schrijfkamer mocht zijn moet hij een goeden
Indruk gemaakt hebben als presse-papier.
Toen was hij echt van brons, een welgevorm
de hond, een forsche Herder. Maar nu was
zyn eene oor geschonden en het andere W3s
heelemaal weg en door de wonden stak
wreed zijn lichaam van gips. En er klonk
een metaalklank ln zijn marmeren voetstuk,
toen ik hem neerzette.
De witte wonden in zijn bruinen kop keken
zielig naar mij. Het was heel ongelukkig,
maar ik kon hem niet meer helpen.
Er kwam een kleine Jongen langs den
waterkant.
Eensklaps een en al verbazing was die en
in zijn oogen kwam een groote verrukking om
het wonder van zoo iets moois, zoomaar aan
den kant van den weg.
„Die mag jij hebben", zei ik.
Blij verrast keek hij naar mij en naar m'n
vondeling. Maar zijn vreugde werd plotseling
getemperd door zijn eerlijkheidsgevoel. Hij
wilde mij het beschikkingsrecht over zóóveel
moois blijkbaar niet onmiddellijk toekennen.
„Ik zal hem naar de politie brengen," over
legde hij, zichtbaar teleurgesteld om zijn
eerlij kheidspllcht.
Misschien is het opvoedkundig heel slecht
van mij geweest, dat ik hem zijn vreugde
hergeven heb ten koste van zijn ongeschon
den eerlijkheid. Maar ik heb er nog geen spijt
van.
„Houd hem maar", raadde ik hem.
Toen klemde hij hem met onstuimige liefde
in zijn armen. Hij scheen evenwel van een
scrupuleuze natuur te zijn, want hij ging
aan het huls aan den overkant aanbellen.
„Juffrouw is die hond van U?"
„Ga nou deur. zulke kapotte prullen heb
ben wij hier niet", zei de juffrouw hard.
Nu was zijn geweten gezuiverd en op de
gracht zag ik hem hollen naar zijn vader, die
van 't werk kwam. Het „brons" hield hij
triomfantelijk hoog geheven. Zijn hond!
Wij zijn beiden heel gelukkig met onzen
vondeling.
KL P.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
4 60 Ct». per regel.
C/GARET
2, 2 Vi EN 3 ct
DE CARICATUUR IN DE
NATUURWETENSCHAP.
PRENTEN UIT DE VERZAMELING
VAN PROF. DR. ERNST COHEN.
Een interessante lezing heeft prof. dr. Ernst
Cohen uit Utrecht Vrijdagavond voor het
departement Haarlem van de Nederlandsche
Maatschappij voor Nijverheid en Handel ge
houden in de Kroonzalen van Brinkmann.
Prof. Cohen sprak over de Caricatuur in
de Natuurwetenschap, een onderwerp, dat hij
als niet al te uitgebreid schetste, omdat op
de natuurwetenschappen weinig prenten ge
maakt zijn, veel minder dan bijvoorbeeld op
de medische wetenschap, die immers steeds
ln veel grootere mate de belangstelling van
het publiek genoot.
Het was daarom een uitgebreid onderzoek,
dat spreker heeft moeten instellen om tot een
verzameling van op zijn vak betreffende
prenten te - komen, doch bij zijn zoeken in
boekenstalletjes en archieven kwam dan ook
veel belangwekkends aan het licht, dat weer
tot verder zoeken animeerde.
Prof. Cohen hield zijn lezing aan de hand
van een serie lichtbeelden.
Het was een reeks vermakelijke teekeningen
van professoren, meest Engelsche, zooals Mol
en Faraday, Rumford en Priestly en Sir Oliver
Lodge van de hand van teekenaars als Gilray
en Cruikshank en John Kay welke de spreker
alle toelichtte met geschiedkundige bijzonder
heden en door hen te plaatsen in de omgeving
en de omstandigheden, waarin zij den teeke
naar stof tot crltische beschouwing gaven.
Grappig zijn de spotprenten op de knalgas
experimenten.
Ook Hollandsche caricaturen waren er bij.
o.a. betreffende prof. Van 't Hoff uit den tijd
van diens strijd met Kolbe om de structuur-
formules, een geestige plaat van „De Pegasus
van Van 't Hoff" en een teekening van
Braakensiek met- betrekking tot Van 't Hoff's
vertrek naar Berlijn. Aardige prenten van
VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1547
JANTJE IN DE AUTO
maar na twee zinnen
wenscht Jantje door de
achterruit te kijken
waarvan hij weer afstand
doet ter wille van tante's
hoed
om tenslotte te verklaren,
dat hij bb moeder wil zit
ten. waarmee tante hart
grondig instemt.
(Nadruk verboden).
Lorentz en Kamerlingh Onnes toonde spre
ker en een van Kekulé van Stradonitz en van
Röntgen, benevens rake Eogelsche teeke
ningen uit den tijd omstreeks 1800 toen de
caricatuur in Engeland meer bloeide dan ooit
in dit aan teekenaars zoo rijke land en
teekeningen van lateren tijd. En dit alles
was slechts een greep uit de merkwaardige
verzameling van den professor.
De voorzitter de heer G. J. Droste Sr„ dank
te prof. Cohen voor het gebodene.
(Onderstaande berichten zijn reeds ln een
deel van de vorige oplaag opgenomen.)
ACTIE TRAMPERSONEEL.
De vergadering van het trampersoneel en
zijn vrouwen uitgeschreven door de Neder
landsche Vereenlging van Spoor- en Tram
wegpersoneel ter bespreking van de actie
voor betere loonen en het nieuwe RD.V. is
thans nader vastgesteld op Donderdag 13
Februari. Deze vergadering zou eerst deze
week hebben plaats gevonden maar is uitge
steld.
JAARVERSLAG DER NEDERLANDSCHE
VEREENIGING VAN HUISVROUWEN.
In het Maandbericht van de afdeeling
Haarlem der Nederlandsche Vereeniging van
Huisvrouwen is opgenomen het jaarverslag
der afdeeling, uitgebracht door de secreta
resse, mevrouw M. A. de Bruin—Van Scher-
penberg. In het jaar, schrijft zij. waarin wij
ons 12 1 2-jarig bestaan hebben gevierd, en
waarin wij het 2000ste lid hebben ingeschre
ven is ons ledental gegroeid tot 2202. Het
vermeerderde met 286. Er werden 13 lezingen,
voordrachten en demonstraties gehouden.
Het bureau „Hulp per uur" heeft in 1929
weer tal van leden uit den nood geholpen.
Einde 1928 waren 200 leden lid van het
Bureau, dit aantal ls in 1929 gegroeid tot
380. Er zijn 80 helpsters geboekt.
34 Leden hebben gebruik gemaakt van de
gelegenheid om rechtskundig advies in te
winnen bij mevrouw mr. Van EekThiel.
De rekening van ontvangsten en uitgaven
sluit met een totaal bedrag van 7107,85
er is een voordeelig saldo van 589,62.
De balans sluit met een bedrag van
3120,25.
BUREAU VOOR ARBEIDSRECHT.
Uit het jaarverslag van het Bureau voor
Arbeidsrecht, een instelling van den Haarl.
Bestuurdersbond, blijkt dat een zeer groot
aantal personen zich tot het bureau adviseur
de heer F. C. Gies) hebben gewend om bij
stand. Het bureau heeft reeds geruimen tijd
op zich genomen om ook aan ingezetenen van
Zandvoort en Beverwijk rechtskundige hulp
te geven.
In 1929 werden niet minder dan 1160 zaken
bij het bureau aanhangig gemaakt tegen
1006 ln 1928.
Daaronder waren 492 zaken betreffende de
wet op het Arbeidscontract, 40 van alimenta
tie (onderhoudsplicht), 13 strafzaken, 112
belastingzaken, 42 erfrecht, 90 huur en verhuur
53 huwelijksrecht, 13 invorderingen. 48 Onge
vallenwet, 22 Invaliditeitswet, 18 schadever
goedingen, 12 Faillissementen, 38 Koop en
Verkoop, en 104 Civiele zaken.
Door bemiddeling van het bureau werd aan
betrokkenen aan loonderving enz. een bedrag
uitbetaald van f 5750.55.
PERSONEEL VAN GENDT EN LOOS EN
A. T. O.
Donderdagavond werd in De Centrale eeql
druk bezochte vergadering gehouden van het
personeel van Van Gendt en Loos en A. T. O.
welke vergadering was uitgeschreven door den
Centralen Bond van Transportarbeiders.
De heer A. Mars gaf een overzicht van den
loop der laatst gevoerde acties in het bij
zonder de pensioenactie met het resultaat dat
de pensioenregeling thans is ingevoerd. Aan
den gestelden eisch om Haarlem in de eerste
loonklasse te plaatsen ls nog niet voldaan,
evenwel heeft de directie een grootere loons-
verhooging aan Haarlem gegeven dan aan het
personeel in andere plaatsen. Verder heeft de
directie het verzoek tot het beschikbaarstel
len van vrij-biljetten definitief afgewezen.
Na deze uiteenzetting hebben verschillende
aanwezigen het woord gevoerd waarbij tot
uiting kwam dat men den rechtvaardigen
eisch om Haarlem in de eerste loonklasse te
plaatsen ten volle wenschte te handhaven
en voorts ook het verzoek om vrijblljetten
te herhalen terwijl men prijs zou stellen op
het benoemen van een scheidsgerecht naar
aanleiding van de vele dreigingen met ont
slag.
Nadat de afgevaardigden voor de Zondag a.s.
te houden nationale vergadering te Utrecht
waren benoemd, welke afgevaardigden met da
meening der afdeeling rekening zullen houden,
werd de vergadering gesloten.
PHILIPS' LICENTIES.
De minister van Arbeid, Handel en Nij
verheid, heeft Donderdag achtereenvolgens
de gevolmachtigden van de N. V. Philips en
van den Nederlandschen Bond van Radio
handelaren en den Bond van Radio-onder
nemers ter bespreking bij zich genoodigd
in zake de bekende licentiekwestie.
Nadat beide partijen haar standpunt had
den toegelicht is onder leiding van den mi
nister een gemeenschappelijke bespreking
gevolgd. Daarna hebben op verzoek van den
minister partijen de bespreking in den na
middag voortgezet.
Deze bespreking zal. naar de N.R.Ct. ver
neemt, begin der volgende week worden ver
volgd.
Vrij bewerkt naar
PAUL OSKAR HÖCKER.
Vertaling van Christine Kamp.
11)
Ruff zette zijn plan uiteen. Hij had in Of-
fenburg ln het Schwarzwald een fabriek van
klokken met speelwerk en orchestrions ge
kocht en was van plan die te vergrootcn.
Daarvoor echter had hij een hulp noodig, hij
zocht een vertrouwd, eerlijk en vlijtig man.
die om zoo te zeggen zijn rechterhand zou
worden.
„Ik heb al eenlge brieven van rijke fabri
kanten gek cgen, die AU hun zoon als leerling
willen sturen. Maar het komt mU er niet op
aan. of er kapitaal wordt ingebracht. Wat
ik verlang, dat Ls ook niet een technische op
leiding. Mijn hulp moet een man van de
praktyk zUn- Als u er lust toe hebt. zou
u mU welkom zyn. Ik zou u zelfs een winst
aandeel willen verzekeren. En als de zaak
goed gaat, kunt u over een paar jaar mUn
compagnon zUn".
Dit schitterende aanbod maakte Frits
Kehrbachcr bUna duizelig. Hier zag hU een
taak, die kracht en energie elschte. die hem
zou redden van het eentonige werk achter
het bureau.
..Als u zooveel vertrouwen In my stelt, mijn
heer Ruff". antwoordde hy. „zal ik alles doen
wat in myn vermogen ls om dat te recht
vaardigen".
Ruff keek hem onderzoekend in de oogen.
JCn kunt u ook gewild» van hier weggaan, u
sohelden van uw verloofde, om haar dan pas
te halen, als wU ginds geslaagd zyn?"
„Het zou mij zeer zwaar vallenmaar
zooals het nu tusschen ons is Hij over
legde nog, zichtbaar In tweestrijd. Eindelijk
nam hy het aanbod aan.
„Goed, Kchrbacher. Ik vertrek morgen
naar Offenburg en vandaar zal ik u schrU-
ven. Dan zullen wU kalm overleggen, hoe wy
het contract zullen opmaken en of u het aan
kunt nemen. Want u zou een groote verant-
woordeiykheld daarmede op u nemen. Niet
tegenover mU, maar ook tegenover uzelf, uw
verloofde, uw gehcele toekomst
Drie dagen later kwam een brief van Ruff,
waarby het contract was gevoegd. Nam Kehr
bachcr dit aan en wilde hy zich belasten met
de technische leiding der fabriek, dan ver
wachtte rijn chef hem reeds binnen veertien
dagen.
Dadelijk snelde hy naar Louise om haar den
brief te laten lezen, tot nu toe had hy er gesn
woord over gezegd.
Maar toen gebeurde het onverwachte.
Louise nam hoegenaamd geen deel aan zijn
enthousiasme, Integendeel, zU was verschrikt
en onsteld.
„Verheug Je je niet, Louise? Zie je niet in,
welk geluk zich aan ons voordoet?"
Het jonge meisje hield de handen ineen
geklemdeen angstige uitdrukking kwam
op haar gezicht.
„Frlts". zei ?Jj aarzelend, „wees niet boos.
maar daarin zie ik ons geluken voora'.
Jou geluk niet. Want daardoor kryg je zulk
een verantwoording op je. dat je die nauwe-
ïyks kunt dragenFrlts. ik smeek Je, on-
derteoken dat contract niet! Ruff meent het
goed met je. daaraan twyfel Ik nietmaar
ik twijfel eraan, of Je
„Waaraan twyfel je?" vroeg hU opgewon
den, toen rij zweeg.
zy haalde diep adem. „Ik twyfel eraan, of
je opgewassen bent tegen die taak. Och, kyk
mij toch niet dadehjk zoo boos aan. Zeker,
je bent yverlg, Je bent bekwaam en eerzuch
tigdat geef ik allemaal toe en het ver
heugt my ook, dat Ruff zoo goed over je
denktmaar of Je het uithoudingsvermogen
hefot
Uithoudingsvermogen? Zoo, dus alweer het
oude verwyt!"
Smeekend strekte zy de handen uit. „Frits,
ik wil Je niet. kwetsen! Heb je op de heele
wereld iemand, die het zoo goed met je meent
als ik? Maar is het daarom juist niet mijn
plicht zonder omwegen tot je te spreken?"
„Je denkt, dat ik onbestendig ben, dat is
hetomdat de werkzaamheden hier my
niet geheel bevredigd hebben?"
„Hoe zal ik het je uitleggen? Het doet my
zoo'n verdriet, dat je my niet begrijpt".
„Kom, Louise, laten wy nu eens heel kalm
en verstandig daarover spreken. Ik geef je
oe: tot een leven, zooals wy het tot nu toe
van plan waren, zou Ik op den duur niet be
stand rijn. Noem het ongeduld, onrust, voort
varendheid, wat my tot nu toe gehinderd
heeft om volkomen bevrediging te vinden.
Voor dit stille levensgeluk ben :k niet de
juiste persoonlijkheid. In een winkel staan,
wachten op klanten, verkoopen, rekenen,
boekhoudenneen, dan zou ik dood on
gelukkig zyn geworden. De verhoudingen hier
zouden voor my te beperkt, te nietig zyn. Maar
nu wordt my Juist aangeboden, wat ik noodig
heb. Grootsche planneneen gewientig
doeleen groote, ernstige plichteen
verantwoordelijkheidkortom alles, wat
een levenstaak kan uitmaken! Ja, en nu ruk
je my uit nrijn biydschap met kleingeestige
bedenkingen. Ik begryp je niets Louise".
zy deed haar best haar tranen terug te
houden. „Neen. inderdaad, Frlts, Je begrijpt
my niet", zei zy zachtjes.
Daarop zwegen belden een poos. Toen hy
daarna weer het gesprek wilde beginnen,
klonk zyn stem bedrukt en verbitterd. „Als
je my een andere reden had genoemd, bij
voorbeeld, dat het uitstel van ons huwelijk
je gekrenkt hadhad je zelfs aan myn
verlangen getwyfeldhet zou zoo hard niet
voor mij geweest rijn. Daarin had ik toch al
tijd je liefde kunnen onderscheiden. Maar
zoonu heb ik moeten erkennen, dat ik
niets meer voor je ben".
„Frits!" By na gilde zU zyn naam uit, zoo
hadden rijn woorden baar getroffen". Ik heb
myn eerzucht voor je opgeofferd. Ik heb af
stand gedaan van een hoop, die mijn liefste
droom was. Omdat ons geluk my hooger en
heiliger leek dan alle andere wenschen. Ik wil
je het offer, dat ik gebracht heb, niet voor
de voeten werpen. Maar het moet je een be-
wys geven, dat ik in stilte zoo menigen har
den stryd met mezelf heb moeten door
worstelen. waarvan Je niets vermoed hebt".
Haar ernstige, droevige en verwijtende
woorden ontroerden hem toch weer. Eenige
oogenbllkken bleef hy onbewegelijk staan...
dan stormde hy naar haar toe, sloeg zyn armen
om haar heen en druk.e haar aan zijn borst,
terwyi hU haar op voorhoofd en oogen tcuste
en fluisterde: „Stil, stil, Louise, spreek geen
woord meerik weet het toch, hoeveel ik je
verschuldigd ben. Je bent waarlijk een edel
meisje, en ik bemin Je zoo vurig, zoo in
nig
Schreiend hing rij aan rijn hals". Geloof
het toch, myn schat, dat lk alleen je bestwil
op het oog heb. Ik wil Je een gelukkig, zonnig
leven bereiden. Ons geluk moet zoo groot zyn.
dat je daarby alle zorgen vergeet! Ach, be
gryp my toch goed. Frits: het soort van arbairi
de aard van het beroep, dat is toch maar
uiterlijk.de hoofdzaak blijft de mensch,
het karakter, dat groot en moedig kan rijn,
hoe klein en begrensd de omslandigheden en
de dagelijksche plichten ock zyn!"
Nog nooit in zyn leven had hy ware liefde
ondervonden, in dit uur openbaarde zij voor
hem haar vreemde, geheimzinnige macht.
Hy verwonderde zich over het nieuwe, het
on-begrypelijke, dat plotseling alles in hem
veranderde, dat hem groot en geweldig deed
lyken, wat hem tot nu toe als van minder
belang had geleken, dat hem nu deed glim
lachen over het fanatisme, waarmede hij al
door weer naar nieuwe doeleinden had ge
streefd-
Het was een stemming vol innerlijke be
koring. De schemering was aangebroken en
teeder omhelsden zy elkander ln den oalf-
duisteren winkel. Buiten ging het leven voort
met rijn drukte en zaken. De donkere scha
duwen van den nacht omgaven reeds de
smalle straat. Van den toren der O. L. Vrou-.ve-
kerk klonk het Angeles. In hun harten was
het zonnig feest.
Toen de werklieden uit de werkplaats kwa
men, moesten zy scheiden, maar hij beloofde
te voren aan Louise, dat hy het contract
terug zou sturen.
Aan Ruff schreef hy daarbij dat hy daarom
'net aanbod afwees, omdat hy tegen de zcdc-
lyke verantwoording, die op hem zou rusten,
rich niet opgewassen gevoelde, omdat by
zichzelf te goed kende als onstandvastig,
wankelmoedig, dan dat hy zich voor zulk een
groot aantal Jaren aan zoo'n ware plicht zou
laten vastketenen.
De zoete woorden van Louise badden hem
daarvoor een nieuw, nooit vermoed geluk
voorgetooverd alleen de liefde had de
volle overwinning behaald over zyn eer
zuchtige plannen.
(Wordt vervolgd.)