TWEEDE KAMER
BINNENLAND.
EERSTE KAMER
BEURSCRISIS EN AFBETALINGSSTELSEL.
BJtLiemt
HAAR' EM'S DAGBLAD
WOENSDAG 5 MAART 1930
4 Maart.
De Indische begrooting afgedaan. Behoud van
natuurschoon. Landbouwvoorlichting. De vloot in
Indië.
Eindelijk is dan de behandeling van de
Indische begrooting ten einde gevoerd. Alle
hoofdstukken zijn aangenomen, behalve dat
van de Marine, waarover morgen bij den aan
vang der vergadering moet worden gestemd.
De laatste hoofdstukken Handel, Land
bouw en Nijverheid, Burg. Openb. Werken,
Gouvernementsbedrijven. Oorlog en Marine
werden spoedig doorgenomen. Veel van
uitermate groot gewicht is niet besproken.
Wij kunnen kort zijn.
De heeren Lovlnk, Cramer, van Kempen en
Feber al verschilden zij min of meer in
ce mate van waardeering, over wat het land-
bouwdepartement in Indië reeds heeft ge
daan voor de bevolking (hebben allen ge
pleit voor een verbetering van de positie van
den kleinen landbouwer in Indië, vooral veel
door de werkzaamheid van den voorlichtings
dienst op te voeren en uit te breiden, waar
van vooral de heer Lovink ook inperking ver-
wahctte, van de aanlokkelijikheid van de
communistische agitatie.
De heer Cramer achtte het aantal land-
bouwleeraren te gering, de huidige ressorten
zijn te groot. Deze oud-irrigatie-ingenleur
pleitte vorotsc voor een beter irrigatie-wezen,
voor uitbreiding van de landbouwbedrijfs-
echolen en voor bevordering van de inland-
sohe suikercultuur. Ten slotte vroeg hij ver
dere inrichting van staats-landbouiwbedrjj-
ven.
De minister zag den landbouwvoorlichtings
dienst al evenzeer als een zeer noodzakelijk
gegeven voor Indië, alleen: hij wil, als steeds,
uiterst voorzichtig te werk gaan, door niet
te krachtig en te plotseling in te grijpen in
de landbouwgewoonten der bevolking. Land-
bouwgewoonten, die de heer van Kempen juist
als groote motor voor betere voorlichting
had doen werken.
De minister voelde voor uitbreiding van de
staats-landbouwbedrijven niets.
Waar de heer Kortenhorst de hulp der
regeering inriep, om meer afze:gebied te
vinden voor de producten der NeaerlancLsche
nijverheid in Indië, daar zal de minister op
de belangen dier nijverheid nog eens de aan
dacht vestigen van de Indische regeering.
Met vuur en klem van argumenten hebben
mevr. van Itaillevan Embden en de heeren
Beumer en Van Kempen gepleit voor een
uitvoerverbod van d.eren, die met uitroeiing
bedreigd worden (om. de orang-oetan op
Sumatra, de olifanten op Java). De minister
zal zulk een verbod overwegen.
Bij de afdeeling B.O.W. bleken de heer
Cramer en de minister het volkomen eens te
zijn over de meening, dat de oplossing van
het wegenvraagstuk gezocht moet worden in
de stichting van een wegenfonds, bij de af
deeling ..Gouvernementsbedrijven" stonden
de s.d.-afgevaardigde en de minister tegen
over elkaar, als van ouds, over de vraag of
de olieterreinen alleen door den Staat of
in gemengd bedrijf moeten worden geëxploi
teerd.
Bij „Marine" gaf de heer Joekes acte de
presence als ontwapenaar en vroeg de heer
Schaepman of het niet ongewenseht is, dat
de minister van defentle geen zeggenschap
meer heeft over schepen, zoodra deze naar
Indië zijn uitgezonden. Wat dit laatste be
treft wees de heer de Graaff erop, dat het
bij de uitzending betreft het ter beschikking
stellen van een schip.
Morgen komt de Kamer gelukkig eens met
wat anders, dan Indische beschouwingen.
De regeering aan het woord bij de
algemeene beschouwingen. Het
ontslag-Fruytier en de herplaatsing
bij de Arbeidsinspectie. Bestrijding
van zedeloosheid.
Vandaag heeft minister Ruys de Beeren-
brouck in de algemeene beschouwingen den
Senaat van antwoord gediend.
De minister begon met op te merken, dat
het bedrijfsleven alleen dan krachtig bloeien
kan, wanneer rechten en plichten van werk
nemers en werkgevers goed omschreven zijn.
Overleg brengt bedrijfsvrede. Het overleg
gaat in den laatsten tyd in de goede richting.
Die goede richting wil ook de minister van
Arbeid inslaan met zijn nieuwe plannen
bedoeld werden natuurlijk de verbindend
yerklaring en het bedrijfsradenstelsel.
Wat het kiesstelsel aangaat, deelde de mi
nister mede, dat hem een breed advies van
het Centraal Stembureau heeft bereikt over
mogelijkheden van wijziging dat advies
zal de minister bestudeeren met grooten
prnst.
Het Nederlandsch-Belgisch vraagstuk is en
blijft een zaak van het geheele kabinet
zei de premier. Slappe handhaving van het
Nederlandsch recht behoeft niet te worden
gevreesd. De minister hoopte op een spoedige
oplossing, voor beide landen bevredigend.
Wat het einddoel van onze voogdij over
Indië aangaat, zeide minister, dat een staat
kunde, onder de leuze „los van Nederland",
niet en ook niet kan gevolgd worden door
het kabinet, wanneer het op vasten bodem
wil staan. Samengaan in rijkseenheid is voor
Nederland en Indië beide een begeerlijk
goed.
De verhouding tusschen den minister van
Koloniën en den Gouverneur-Generaal is
een verhouding van teeren aard, veel hangt
af van den tact van beiden. De GG. is amb
tenaar, verantwoordelijk aan de Kroon, maar
die verantwoordelijkheid heeft ook veel
om de steeds in importantie toenemende
vraagstukken in Indië van een staats
mansverantwoordelijkheid. Met dit antwoord
van Jhr. Ruys bleek de oud-G.G. Fock heel
tevreden.
De premier kwam natuurlijk ook op het
ontslag van den heer Fruytier. Hij wees er
op, dat het regel is, dat een dankbetuiging
volgt bij een ambt als dat van gouverneur
van Curasao het heeft iets sacramenteels.
Bij elk ministersontslag b.v. volgt ook een
dankbetuiging, zelfs bij een ambtsvervulling
van enkele weken. Bovendien er zijn vijf
graden van dankbetuiging (beweging), de
heer Fruytier kreeg de laagste.
De vorige regeering heeft aan den heer
Fruytier een belofte gedaan, dat hij bij den
dienst der arbeidsinspectie herplaatst zou
worden. Bij de inlossing dier belofte is de
huidige regeering nóg loyaler opgetreden,
dan de vorige regeering zou hebben moeten
doen. (Beweging). De minister wilde opmer
ken, dat zonder dergelijke beloften cr zijn
precedenten! het uitermate moeilijk is,
een voordracht, voor een precaire post als
die te Curacao op te maken-
De minister beloofde, zooveel het maar
mogelijk is de Nederlandsche taal zuiver te
houden.
Hij is 't voorts, wat de zienswijze betreft
van onderscheidene afgevaardigden over het
W'egvallen van den godsdienst uit Rusland,
volledig met deze Senatoren eens. Van toe
zeggingen op het gebied der bestrijding van
openbare onzedelijkheid onthield zich de
minister, die liever naar zijn daden wilde be
oordeeld zijn. Beter onderwijs en meer stof
felijke welstand beperken de neiging tot mis
daad. maar de verkeerde zondige neigingen
van eik menscherhart kunnen zij niet weg
nemen ging Jhr. Ruys voort Er is strijd
tegen verbastering der zeden noodig. omdat
hier gemeenschapsgevaren liggen. De over
heid kan het zedelijkheidsbesef niet bren
gen, maar wel kan zij reguleerend optreden
wanneer natuurlijke veiligheidsremmen wei
geren.
De minister was blijde met den toegezeg
den steun alhoewel hij niet wilde zeggen,
dat zedelijkheidsbesef het- monopolie is der
rechterzijde. Hij wees er op, dat in breede
kringen de nieuw-opgezette bestrijding der
pornografie instemming heeft gevonden.
Moge heel de bestrijding van de openbare
onzedelijkheid door de overheid als een na
tionale zaak worden gevoeld,
Bij de bestrijding van de signatuur van
het huidig kabinet: extra-parlementair heeft
Prof. Kranenburg zich beroepen op het ge
woonterecht. Maar vroeg de minister
president is de extra-parlementaire mo
gelijkheid niet ook deel geworden van het
gewoonterecht? Men kan niet meende hij
voorts onderscheiden tusschen „parlemen
taire" en „koninklijke" kabinetten, zooals
Prof. Kranenburg deed: elk kabinet moet
iets van beiden hebben. Het vorig kabinet
kan men zeker niet „koninklijk" noemen,
maar kan men het parlementair noemen?
Extra-parlementair was ook hier de juiste
signatuur, gelijk bij het huidig kabinet.
De regeering handhaafde haar opvatting
van het ministerie als een extra-parlemen
tair kabinet de premier moest immers
trachten een kabinet te vormen, dat een ze
kere zielsverwantschap met de meerderheid
der Kamer bezat. Waar accoord mogelijk
bleek, daar bleef het wezen van een parle
mentaire regeering achterwege. De regeering
staat op den grondslag der rechtsche be
ginselen, dat brengt het fond der homogeni
teit in het kabinet mee. Het kabinet staat
echter los van de parijen, al zal de scheids
lijn niet steeds met zekerheid zijn te trek
ken.
De regeering aldus de bewindsman
ontkent niet het bestaan van een rechtsche
meerderheid, al geeft deze op het oogenblik
nog geen working majority. Daarmede wil
de minister ook rekening houden Lij burge
meestersbenoemingen.
Jhr. Ruys de Beerenbrouck begreep de
vraag niet van den heer Lohman, de vraag
of een ander staatsman niet beter zou ge
slaagd zijn. bij de bekende staatsrechtelijke
opvatting over een vast accoord der C.H.
fractie. Evenmin begreep hij niet, hoe de
heer Rink heeft kunnen betoogen, dat de
uitslag der verkiezingen van 1929 het aan
blijven van het kabinet-de Geer had noodig
gemaakt™ Wijl dit kabinet van den aanvang
af gezegd had. alleen te willen aanblijven ge
durende de loopende wetgevende periode,
om dan af te treden.
Rechtsch van samenstelling, van pro
gram en van beginselen hoopt het Kabinet
instemming te krijgen bij de rechtsche groe
pen. Het wil zich allereerst richten op een
goedkeurend votum der rechtsche groepen,
maar niet minder hoopt hij, zoo mogelijk
voor 100 procent, op de instemming, ook der
andere groepen.
Daarna was de minister van Financiën
aan het woord.
Deze wil nog wel eens overwegen of :nen
bij een regelmatig doen van schenking niet
beter den genieter kan belasten dan den ver
strekker. Van het schenkingsrecht wordt veel
meer vrijstelling verleend zeide de mi
nister dan de Kamer wel meent. Er wordt
vrijwel st-eeds vrijstelling verleend, wanneer
men ln de schenking niet behoeft te vermoe
den een geanticipeerd legaat.
De minister betwijfelde nog steeds, wat
voordeeliger is: de door de regeering gevolg
de weg of de weg door dr. Wibaut gewezen,
die veel meer leenen wil om daardoor cultu-
reele en sociale uitgaven te bekostigen. Bij
de laatste methode loopen de uitgaven voor
rente en aflossing toch regelmatig op.
De minister deelde mede, te willen voort
gaan met zijn werkzaamheid naar steexis
meerdere efficiency. Waar de heer van Lan-
schos zich gouden bergen beloofde van een
verlaging van den reniesrandaard. daar heeft
minister da Geer hem die illusie ontnomen
voor de rijksdiensten.
Over de verkrijging der overschotten sprak
de bewindsman niet meer. Over de besteding
daarvan wilde hij nog zeggen, dat teveel uit
het oog wordt verloren, dat door de belasting
verlaging de beiast in grluoht is teruggeloo-
pen, zoodat er thans weer een saldo van
vestiging is. Het accres der middelen moet
worden toegeschreven aan niet al.een verbe
tering van economische toestanden, maar ook
aan de snellere invordering en den terug
keer van belastingvluchtigen.
Minister de Geer ziet de financieele toe
komst voor ons land niet zóó rooskleurig, dat
de vlee9chaccijns kan worden afgeschaft.
Hij wees op de daling van goederenprijzen,
van de prijzen der landbouwproducten, en
op de depressie bij de Indische cultures.
Tegenover de idee van Mr. Slingenberg
om uit de overschotten een reservefonds te
vormen, merkte de minister op. dat iemand,
die f 2900.— heeft overgespaard, evenzeer
reserveert door daarvoor effecten te koopen.
als wanneer hij een deel van een op zijn huis
verleende hypotheek aflost. Door zulk een
aflossing heeft men ook een reëel reserve
fonds. Wanneer de heer Slingenberg uit zulk
een reservefonds tekorten op de Zuiderzee-
droogiogging wilde dekken, dan constateerde
de bewindsman, dat dit in feite reeds het ge
val was, want, dank zij de overschotten, zijn
de buitengewone uitgaven der Zuiderzeewer
ken gefinancierd zonder daarvoor noemens
waard te leenen.
Minister de Geer gelooft niet, dat er nieu
we stappen mogelijk zijn tot tegemoetkoming
in belastingdruk aan groote gezinnen.
Dat een nieuwe herziening van de salaris
schaal meer bevrediging zou brengen, dan
degene die thans werkt geloofde minister de
Geer. Hij wilde wedden, Won de heer Ossen-
dorp 't, dan beloofde de bewindsman hom
een gratis levenslang abonnement op alle
blaadjes, die onaangename dingen van den
minister van Financiën zeggen. Door her
haalde klachten ondermijnt men zoo zei
hij de arbeidsvreugde van het Rijksperso
neel.
INTIMUS.
IN G EZ O N D EN M E D E D E E LLN G EN
a 60 Cts. per regeL
DE ARRESTATIE VAN DEN
HAAGSCHEN BANKIER.
HIJ DEED VEEL ,.IN 'T BELANG DER
AANDEELHOUDERS".
Naar aanleiding van de arrestatie van den
Haagschen bankier schrijft de Tel. nog:
„De heer P. J. F. Kloppenburg is, vooral in
de financieele wereld, niet direct een „onbe
kende". Op velerlei terrein heeft hij zien be
wogen, waarbij hij altijd gaarne de allure
aannam voor de belangen van den verdruk
ten aandeelhouder op te komen. De provincie
was daarvoor een geschikt operatieterrein, en
spciale bekendheid heeft hij In dit opzicht
verworven door zijn optreden als secretaris
penningmeester van den Provincialen Bond
van Effectenbezitters, gevestigd in de Molen
straat 45 te 's-Gravennage, waar ook de Pro
vinciale Bankvereeniging haar zetel had.
„De heer Kloppenburg nam een werkzaam
aandeel ln de reorganisatie van tal van
maatschappijen, weiker positie door den con
junctuuromslag pa den oorlog illiquide was
geworden. Het zou te ver voeren hier al deze
maatschappijen op te sommen. Een van de
bekendste is wel de O. H. I. M. Minder bekend
is hoe door hem pogingen zijn gedaan om de
Amsterdam en Rotterdam T<*panoeli Cul
tuur Maatschappijen tot een fusie te bren
gen, waarin hij echter niet is geslaagd.
„Steeds hadden dergelijke transacties en
stappen plaats onder het mom van het be
lang der aandeelhouders, hetgeen in letterlij
ken zin ook veelal juist was. In vele gevallen
bleek echter, dat de heer Kloppenburg zeil
de grootste aandeelhouder was.
„In de tegenwoordige moeilijke omstandig
heden, waarin de rubbercultuur verkeert, ver
dient het vermelding, hoe door hem twee
jaar geleden een plan ls ontworpen om te ko
men tot een oplossing van het rubbervraag-
stuk. Men is daarop begrijpelijkerwijze niet
ingegaan eu van de met veel ophef aange
kondigde reis naar Amerika, waarbij hij de
groot-consumenten voor het plan zou win
nen, is voor zoover wij weten, nooit iets ge
komen. Wel is het plan nog in handen gexo-
men van den Engelschen minister van Ko
loniën, doch ook in Engeland is men niet
verder op het plan van dezen „prominent
banker" ingegaan.
„Het faillissement van de Provinciale
Bankvereeniging, en de feiten, welke naar
aanleiding daarvan aan het licht kwamen,
zijn de directe aanleiding geworden tot de
arrestatie van den heer Kloppenburg".
Het Hbld. schrijft o.a.:
„Zeer berucht is zijn optreden in de Veen-
dammerzaak, waar hij, naar hij zeide ter be-
scnerming van houders van pandbrieven „een
vinger in de brei" hield, maar waarbij 'zijn
houding op verschillende punten niet van
dubbelzinnigheid was vrij te pleiten".
OPLICHTING TE ROTTERDAM.
Goecfgeloovig ambtenaar ongeveer
f 6000.afhandig gemaakt.
Twee Rotterdamsche oplichters hebben ge
durende eenigen tijd van een hooggeplaatst
ambtenaar in Rotterdam telkens bedragen
los weten te krijgen. Een van hen, zekere A.
begon met te vertellen kunstschilder te zijn
en kreeg toen 150.voor een etsplaat. Hij
noemde klinkende namen oa. bracht hij
naar de N. R. C. meldt een zekeren heer Koek
de Lorraine of Koek de la Reine, een millio-
nair te Heemstede, in 't vuur. Zoo heeft de
schilder met behulp van een vriend van den
ambtenaar ongeveer vijf a zesduizend gul
den weten los te krijgen.
Eindelijk is de zaak de politie ter oore ge
komen. De schilder en zijn vriend werden in
hechtenis genomen. De gedupeerde ambte
naar had eerst weinig zin, een aanklacht in
te dienen en bekend te laten worden, dat hij
zich zoo bij den neus had laten nemen, maar
de politie heeft hem ervan overtuigd, dat het
niet aanging de oplichters ongestraft te
laten.
EEN WONDERLIJK AVONTUUR
VAN SPEENHOFF IN INDIë.
„WILDEN" DOOR ZIJN ZANG
BEDWONGEN.
Speenhoff in Deli al een populaire figuur,
heeft 't zelf verteld aan de Dell Crt., die er
een heele kolom over schrijft; de NR.C. ver
telt het in korter bestek na:
De familie Speenhoff heeft op een van
haar tochten 't binnenland in op een afge
legen plek, diep in Zuid-Asahan, op de Zuid
kust van Sumatra, een wonderbaarlijk avon
tuur beleefd.
Op een donkeren avond tufte de auto door
een eenzaam gedeelte van Zuid-Asahan. D;-
familie Speenhoff zat gedoken achter in der.
auto, eenigszins vermoeid van het reizen en
optreden en van al het nieuwe en wonder
baarlijke. In de verte ontwaarde men aan
den weg het mysterieuze licht van een paar
kedehs, als .dwaallampen in het vreemde
Van de ruim vierhonderd maatschappijen,
die in de Vereenigde Staten van Noord-
Amerika afbetalingstransacties financieren,
is de Commercial Investment Trust Corpo
ration de belangrijkste. Kort geleden is haar
jaarverslag verschenen, waaruit blijkt, dat in
het afgeloopen jaar haar arbeidsveld zich
weder sterk heeft uitgebreid. Van meer be
lang is dat gedeelte van het verslag, waarin
de Directie haar oordeel te kennen geeft over
wat men zou kunnen noemen: Beurscrisis en
afbetallngsstelsel. In de meer dan twintig
jaren sedert de oprichting van deze finan
cieringsmaatschappij hebben zich een reeks
van sterke economische ontwrichtingen
voorgedaan. Deze zijn in bijna ieder opzicht
aan de C. I. T. C. voorbijgegaan, in ieder
geval hebben zij de grondslagen van dit ge
bouw niet in het minst aangetast. Ook na
de laatste beurscrisis is dat niet anders ge
weest. Niet alleen zijn de inkomsten bevredi
gend gebleven, doch deze vertoonen een stij
gende tendenz en van iets dat wijst op een
ommekeer ln dit opzicht is geen sprake. Na
een nauwkeurige analyse van de bankvorde-
ringen moest zelfs vastgesteld worden, dat
het vertrouwen ln de clientèle eerder toe-
dan afneemt. Op zich zelf zijn deze verkla
ringen. van zoo uiterst bevoegde zijde, van
groot belang en dat gedeelte van het ver
slag culmineert ln de zinsnede: De ineenstor
ting van de effectenbeurs, evenmin als de
achteruitgang van de conjunctuur iiebben
tot dusverre eenigen invloed van beteekenis
gehad op de financieele positie van de
bank. Waaraan is dit o.m. toe te schrijven?
Bovenbedoeld verslag vertelt ons daarom
trent het een en ander. Vóór alles aldus
deze publicatie moet men niet uit het oog
verliezen, dat een groot gedeelte van de
clientèle dezer bank buiten de steden woont,
ten plattelande.
Het is deze groep, welke van de beurscri
sis zeer weinig te lijden heeft gehad. Als
bewijs daarvan moge dienen, dat de te be
talen termijnen, door personen uit die land
streken op volkomen normale wijze binnen
komen. Daaruit moge men de verwachting
putten, dat ook In de toekomst de afwik
keling dier zaken zonder moeilijkheden zal
plaats hebben. Daarbij zal een verbetering
van de algemeene conjunctuur ongetwijfeld
invloed hebben en de vlotte gang van za
ken minder beïnvloed worden door een al of
niet spoedig Intredend herstel met betrek
king tot die vermogens, welke onder de
beurscrisis te lijden hebben gehad. De C I.T.C.
heeft de gelegenheid gehad zich van al deze
en andere factoren volkomen op de hoogte
te stellen. Zij is er blijkbaar wonderwel ln ge
slaagd na te gaan of het reeds van te voren
verdisconteerde Inkomen ook ln de toekomst
voldoende zekerheid biedt en heeft daar
over gunstige gegevens te harer beschikking
gekregen. Een lichaam als deze bank ls daar
toe inderdaad in de gelegenheid.
Het eigen kapitaal dezer onderneming
bedraagt 104.56 mlllioen Dollar. De werkings
sfeer is zeer uitgebreid, ook geografisch,
zoodat zij met recht van een verdeeling van
haar conjunctuur-risico mag spreken, ln
de Vereenigde Staten en Canada tezamen
heeft zij een net van 135 eigen bureaux en
daarnaast dochter-ondernemingen ln Parijs
(Soclété pour le Deveioppement de la Ven te
a Crédit), in Berlijn i Commercial Invest
ment Trust A. G.). in Zuid-Amerlka en Aus
tralië. Het centrale kantoor in New-York,
hetwelk zich alleen bezig houdt met con-
tróle-werk en het maken van statistieken,
beschikt over TOO personen voor het nagaan
van e.v. „komende stormen". Reeds maan
den voordat hier of daar een crisis optreedt,
wordt het hoofdkantoor reeds door eigen
agenten van de komende gebeurtenissen in
kennis gesteld en zet er zich onmiddellijk toe
de mogelijke gevolgen na te gaan en voor
bereidende maatregelen te treffen.
De voordeelen eener dergelijke outillage
blijven niet uit. Indien door lokale beroerin
gen moeilijkheden ontstaan is de CJ.T.C. in
de gelegenheid aan hare crediteuren in een
bepaald gebied een moratorium toe te staan,
zooais ln de praktijk dier twee en twintig
jaren ook inderdaad is voorgekomen. Al
moge dit alles velen echt „Amerlkaansch"
toeschijnen, uit de balans dezer financieele
Instelling ziet men wel. hoe geweldig haar
invloed moet zijn. De loopende verbintenis
sen gaan over een bedrag van 48.78 do.iar,
waarvan 28.95 millloen dollar in 4 tot 6
maandsche wissels. Het debiteurenbedrag be
droeg 40.66 millioen dollar. Ongeveer 36,71
procent van alle" toegestane credleten houden
verband met den aankoop van automobie
len i detail), 23.97 procent slaat op den aan
koop van automobielen en gros), 20 pro
cent houdt verband met aankoop van tex-
tlelgoeöeren. Slechts 5.09 procent, der cre-
dieten hebben betrekking op het buitenland.
Ook de General Motors Acceptance Corpo
ration, een tweede financieringsinstituut voor
afbetalingscontracten heeft als haar oordeel
te kennen gegeven, dat de beurscrisis geen in
vloed op haar bedrijf heeft gehad en dat
de voorkomende schommelingen niet anders
zijn dan die, welke zich ieder Jaar voor
doen. De mogelijkheid dat vermogensverllcs
naderhand zijn Invloed nog zal laten geiden
op een Juiste afwikkeling der afbetallngs-
contracten wordt niet waarschijnlijk ge
acht.
Het is ongetwijfeld van belang zich reken
schap te geven van deze uitingen, die velen
hoe men overigens over het afbetalings
systeem moge denken een zekere gerust
stelling zal geven. Een crisis op dat terrein
zou toch zeker niet nalaten nadeelige gevol
gen te hebben voor industrie en handel, wel
ke zich met het afbetalingsstelsel niet bezig
houden.
MOLLERU8.
onbekende gebied. En toen men naderde
stopte de Inlandsche chauffeur, door Speen
hoff Piet gedoopt, met een ruk. Hier was
benzine te krijgen. Op 't oogenblik dat de
chauffeur stopte, scheen hij iets te overrijden,
een kip of een geit, hoe het zij, er werd een
dier aangereden. Blijkbaar zeer tot ongenoe
gen van de Iniandsche bevolking op deze
afgelegen plek, die waar kwamen ze allen
zoo gauw vandaan?zich om den aulo
schaarde, voor den wagen drong.... en
weinig vriendelijke gezichten zette.
Wat willen die menschen? vroeg Speen
hoff, weinig gerust aan zijn chauffeur.
Piet schudde ernstig het hoofd.
Niet goedtoewanniet mooi
Oome Koos keek om zich heen en vond
ook dat het niet mooi was. De Inlanders
zagen er dreigend uit, verhinderden den
auto, door er voor te gaan staan, weg te
rijden en uitten vreemde klanken
Gaarne had Oome Koos hen toe willen
spreken, maar zijn kennis van de Malelsche
taal liet hem dit nog niet toe. En toen kreeg
onze dlchter-zanger een genialen Inval. Piet.
legde Oome Koos zijn chauffeur uit, trek je
nergens iets van aan. Ga achter het stuur
zitten, wanneer ik mfjn hand op je schouder
leg en „djalan" (rijden) zeg. gaan we er van
door. Toen greep Speenhoff zijn guitaar,
noodigde vrouw en dochter uit hem te be
geleiden in zijn zang, en begon, naar hij
vertelde „op beelderige en zachtzinnige wijze"
een schoon lied ten beste te geven. Daar
zong hij, met de zijnen temidden der „wilden"
onder den tropischen sterrenhemel midden
in de rimboe, vanO, Marietje, Rietje
Rietje, wat heb jij Je Pietje Pietje aange
daan
Het is niet waarschijnlijk dat de Inheem-
sche bevolking de diepe symboliek, in deze
regels onder de gegeven omstandigheden
verborgen, heeft gevat, noch dat zij de
grootsohheld van het oogenblik eenigerma e
besefte. Maar zij begonnen te staren naar
dezen vreemden baardigen toewan met zijn
wonderlijk instrument en zijn zingende
stem, de monden gingen open en zij waren
absoluut verslagen door de toovermiddelen
van den zingenden medicijnmeester. Lang
zaam weken ze achteruit. Op dat momen:
legde Speenhoff zijn hand op den schouder
van zijn chauffeur en zei: „Djalan". En de
auto stoof weg in den nacht-
En ik heb hem werkelijk zitten knijpen,
terwijl ik zong, bekende Speenhoff.
CENTRALISATIE DER
TELEFOON-ADMINISTRATIE.
DE VERREKENING DER GESPREKKEN
IN FEBRUARI.
Naar de Tel. verneemt, zal in verband met
de centralisatie van de administratie der
Rijkstelefoon .over de gevoerde locale ge
sprekken gedurende de maand Febriari.
voorloopig niet bij de aangeslotenen beschikt
worden. De gegevens voor het vaststellen
der diverse bedragen worden 1 Maart naar
het hoofdbestuur der posterijen in Den
Haag gezonden, waar de gecentraliseerde
administratie zal worden uitgevoerd. Ver
moedelijk zal eerst einde Maart bij de abon-
né's over de in Februari gevoerde locaie ge
sprekken gedisponeerd kunnen worden.
Wat de interlocal gesprekken betreft,
welke door de aangeslotenen in de maand
Februari gevoerd zijn, hierover za! ditmaal
nog op de tot dusver gebruikelijke wijze
door het plaatselijke kantoor beschikt wor
den. De gegevens voor de in Maart te voe
ren interlocale gesprekken worden echter
evenals thans reeds ten opzichte van de lo
cale gesprekken geschiedt, naar Den Haag
gezonden, waarna vandaar uit t.z.t. bij de
abnnés over de verschuldigde bedragen zal
worden gedisponeerd.
Binnenkort zal den aangeslotenen bij de
Rijkstelefoon een rondschrijven worden toe
gezonden. waarin hun de verschillende bij
zonderheden, welke in verband met de cen
tralisatie der Rijkstelefoon-administratie
voor hen van belang geacht kunnen worden,
zullen worden medegedeeld.
EEN TWEEDE KAMPHUIS VAN DE AJ.C.
Het hoofdbestuur van de Arbeiders-Jeugd-
Centrale heeft besloten tot de stichting van
een tweede kamphuis, speciaal voor de leden
in de Noordelijke provincies. Dit kamphuls,
genaamd Het Hunnehuis, zal gebouwd wor
den op den Havelterberg bij Havelte (Dr.),
en nog dezen zomer gereed komen, meldt
de N. R. Ct.
DE EERSTE AARDBEIEN.
Op de Honselersdij ksche groenten veiling
werden Maandagmiddag de eerste aardbeien
aangebracht. Deze vroege vruchten brachten
16 ct. per stuk op, meldt de Tel.
INGEZONDEN MEDEDEEI.INGEN
a 60 Cts. per regel.
Waar de groolsfe en
mooiste sorteering
in
Linoleums,
Loopers,
Karpetten en
en
Tapijten
bij
I GROOTE HOUT/TR. 07
Vader: „Rol je zelf in dit kleed, jongen.
Ik moet jc een bestraffing van moeder ge
ven, cu hel kleed kloppen".
.(London Opinion),