TWEEDE KAMER FLITSEN BINNENLAND. EERSTE KAMER DE MOEILIJKE REIS HAARLEM'S DAGBLAD DONDERDAG 6 MAART 1930 5 Maart. Loodstarieven. De regeling van rechts- en belangengeschillen tusschen naties. Twee feiten om te beginnen. Allereerst werd het hoofdstuk Marine dei- Indische bcgrooting aangenomen met 5732 stemmen. Tegen bleken de commun. de S. D. en de V. D. fracties. In de tweede plaats kreeg communist de Visser op een nader te bepalen dag! gelegenheid te interpelleeren over het werk loosheidsvraagstuk. Zonder veel moeite heeft de Kamer een wetsontwerp aangenomen tot verbetering van de havenplannen voor Vllsslngen. Aangeno men zonder hoofdelijke stemming. Toch werden bij dit ontwerp opmerkingen gemaakt die eigenlijk geheel buiten het ontwerp stonden, door de heeren v. d. Bilt, Brautlgam, Krijger, en Bongaerts. Zij wilden gevieren de Nederlandsche en Belgische loodstarievea ge lijk maken. Den minister was 't onmoge lijk aan dezen wensch tegemoet te komen de loodsdlenst behoort nu eenmaal bij den minister van defensie. Minister Reijmer be loofde echter deze materie ter sprake te brengen bij zijne ambtgenooten van De fensie en Buitenlandsche Zaken. Tegen het wetsontwerp „Goedkeuring van de toetreding tot de hoofdstukken I. II en IV van de door de negende Volkenbondsverga dering op 26 September 1928 vastgestelde al- gomecne akte nopens vreedzame regeling van internationale geschillen, werd, zooals 't er lag, geenerlel bezwaar ingebracht het werd met algemeene stemmen aanvaard zelfs. Al leen de heer Wijnkoop wilde geacht wezen te hebben tegengestemd. De heeren Joekes <en Vliegen hadden bc- zwaaar tegen het feit, dat o o k de goedkeu ring gevraagd was van hoofdstuk III der op 26 September 1928 vastgestelde akte. De heeren Joekes en Vliegen hebben uiteraard hun critlek op dit ontbreken toegespitst, op het ontbreken van hoofdstuk III. hetwelk do toetredende mogendheden tot arbitrage verbindt voor belangengeschillen. Dit werd hen door de heeren Knottenbelt, Heemskerk, Sohokking en Beelaerts van Blokland min of meer kwalijk genomen. En wel omdat zij niet genoeg waardeering hadden uitgespro ken, voor wat volgens de evengenoemde hee ren leder moest waardeeren, nl. dat Neder land zou toetreden tot het belangrijkste dei- hoofdstukken, hetwelk een regeling trof voor het oplossen van alle rechts geschillen door het permanente Hof van in ternationale Justitie. De heer Joekes noemde het gebrek aan moed van de regeering, dat zijn niet ook aanvaarden durfde een bindende regeling ïloor arbitrage voor de belangengeschillen. En de heer Vliegen wilde toetreding tot Hoofdstuk III omdat, naar zijn meening, het nooit precies zou uit te maken zijn of een geschil, een rechtsgeschil, dan wel een be- langengeschil moest geacht worden, hij wees op een veel voorkomende vraag, de vraag of de meest-begunstiigingsclausule ln een han- delstractaat wel zuiver wordt toegepast. Ook hij achtte toetreding tot hoofdstuk Hl nood zakelijk tot het brengen van vrede door overleg. Hiertegen opponeerden de heeren Knot tenbelt. Heemskerk. Schokking en de minister Zij noemden het wijs beleid, eerst eens de werking in de practijk af te wachten van hoofdstuk Hl- Zij noemden het juister, wan neer de rechtsontwikkeling langzaam maar zeker voortschreed in de practijk, dan wan neer men door mooie tractaten. die niet op de ■werkelijkheid steunden, sohijn-resultaten oogsten wiL Schijnresultaten, omdat naar het inzicht van de evengenoemde vier heeren er in het tractaat geen vaststaande regelen worden gesteld voor de samenstelling van de scheids gerechten en geen regelen voor de gedragin gen bij de uitspraak. Door dit onbreken was alles te veel aan wisselvalligheden overge laten, wisselvalligheden 'die nooit grondslag voor rechtsgroei h.i. kunnen zijn: men wilde toch uit de arbitrage het recht doen groeien. De heer Knottenbelt was bevreesd, dat kwaadwilligen door eenvoudig een geschil op te werpen, voordeelen zouden kunnen berei ken door arbitrage, die ze met het recht in de hand niet zouden hebben verkregen. De heer Schokking vreesde, dat er'geen arbi ters zouden te vinden zijn, nu er geen rege len getroffen zijn, hoe een geschil moet om schreven worden. Al deze heeren spraken van een stap ln het duister. Iniusschen, drie hoofdstukken zijn aan vaard. Nog enkele kleine dhtwerpen 'een grens regeling in Borneo en een consulair verdrag) benevens een aantal conclusies, waarover geen woord viel, werden aangenomen en af gedaan. Morgen begint de Kamer aan de Win- kelwet De Rijksbegrooting. Een salaris voor Eerste Kamerleden? Belas- tingvragen. Behoud van Natuur schoon. - Brandgevaar. De nieuwe voorzitter der Kamer dringt de Kamer tot werken en voortmaken. Geen kleinigheden behandelen, althans niet al te veel schijnt het door hem uitgegeven con signe te zijn. De Senaat heeft vandhag afgedaan de be grooting voor de Hooge Colleges van Staat en die voor het departement van Financiën. Met de begrooting voor Binnenl. Zaken is de Senaat zóó ver, dat morgenochtend de mi nister aan het woord komt. De hooge colleges van Staat dus allereerst. Men moet werkelijk eerbied hebben voor den heer Hermans, die vrij is van valsche schaamte en die zich zelve opnoemt als een Kamerlid, die versterking van inkomsten hard noodig heeft. De heer Hermans pleitte voor een vaste vergoeding aan de Senatoren. Komt deze er niet, dan verhindert men, voor het lidmaat schap der Eerste Kamer aangewezenen, die het niet breed hebben, dat lidmaatschap te aanvaarden. Hij noemde 't niet overeenkom stig de beteekenis van de Eerste Kamer, wan neer de leden moeten zoeken naar het goed koopste hotel. In Frankrijk zoo luidde zijn laatste argument ontvangen de Senatoren de helft van de vergoeding, welke de Kamer leden incasseeren. De heer van Lanschot legde namens de rechtsche fracties de verklaring af, dat zij over deze kwestie niet meer zullen spreken, nu een vergoeding voor de Eerste Kamer, met de Grondwet in de hand, niet toelaat baar is. De heer Oudegeest had soortgelijke, soms zelf woordelijke argumenten als de heer Hermans. Maar, hoe krachtig ook de betoogen, met hoeveel vuur ook uitgesproken minister de Geer deed alle wenschen botsen op den muur van de Grondwet. Wil men het anders zei de bewindsman heel laconiek, dan moet men streven naar Grondwetsherzie ning Bij financiën pleitte mevr. Pothuis-Smit voor de oud-gepensionneerden. Zij wilde een verhooging met een bepaald percentage over de geheele linie. De minister antwoordde daar op, dat zulk een verhooging ook hen zou ba ten. die een verhooging niet noodig hebben, terwijl ze niet genoeg zou zijn voor vele an deren, die nu, als gevolg van den komenden algemeenen maatregel van Bestuur naar de mate hunner behoeften geholpen kunnen worden. De heer De Veer heeft gevraagd of, wat thans een plicht is voor de Raden van Be roep ln belastingzaken, nl. 23 pet. van den aanslag als boete op te leggen aan degenen, die in het ongelijk worden gesteld, te veran deren in een facultatieve bevoegdheid, het komt toch wel eens voor, dat iemand te goe der trouw in beroep komt, die toch in het on gelijk moet worden gesteld. De heer de Jong pleitte voor degenen, die een verschoonbaar verzuim pleegden, bij het niet opgeven van inkomsten, die niet over een geheel jaar zijn genoten b.v. doordat een erfenis werd ver kregen. De minister van Financiën zal beide vragen overwegen. De heer De Veer en de heer Polak hebben hunne aandacht bepaald bij het brandge vaar, dat verschillende rijksgebouwen loopen. Minister De Geer antwoordde, dat wanneer in de gebouwen.brandbluschmiddelen in vol doende mate aanwezig zijn, om opkomende brand te dooven, er voldoende Is gedaan. Be scherming tegen brand van belendende per- ceelen is een taak van de gemeenten. Natuurlijk waren beide heeren met dit ant woord niet tevreden, de heeren, die heel het probleem van het brandgevaar en de organi satie van de tegenweer bezien wilden heb ben, het probleem, zooals dat door Lelden en Middelburg zich aan de orde heeft gesteld. Zij kwamen dus met nieuwe vragen over concentratie en rijksdiensten op het tapijt. toen de begrootlng van Binn. Zaken werd besproken. Maar hierop heeft minister Ruys de Beerenbrouck nog geen antwoord kunnen geven hij is morgen eerst aan het woord. Hij zal ook moeten zeggen of hij de „raads- kelders" gevaarlijk vindt zooals de heer Polak doet. Over de toepassing der natuurschoonwet waren de heeren Polak en de Geer het eens; deze moest met de grootst mogelijke soepel heid worden toegepast. Voorts werd door den s.-d. Heemschutter gepleit voor een nationale stichting tot be houd van natuurmonumenten minister de Geer zag die stichting aanwezig ln de Ver- eeniging tot behoud van natuurmonumenten Bij Binn. Zaken informeerde de heer De Veer naar de kosten der werkverschaffing, daarbij de meen'.ng verkondigende, dat de loonen te hoog zijn, veel hooger dan b.v. een Zeeuwsch landarbeider verdient. De heer Polak opperde bezwaren tegen de op het oogenblik gevolgde methode bij burge meestersbenoemingen hij wil de burger vaders doen benoemen door den gemeente raad. Voorts wi! de heer Polak een absoluut verbod tot gebruik van den hond als trekdier. Eenstemmig bleek de s.d. afgevaardigde te zijn met zijn bankgenoot Smeenge in den hartgrondigen wensch in Drenthe een groot brok hei als natuurmonument te reserveeren, waarvoor thans van particuliere zijde pogin gen worden in het werk gesteld. De heer Westerdijk klaagde over de sterke, ontstellende daling der productie-prijzen. Be scherming zag hij als een niet deugdelijk middel veel beter: goed landbouwonder wijs, een goede voorlichtingsdienst en een krachtig directeur-generaal van den land bouw „een Lovink". INTIMUS. DE MOORD TE BENNEKOM. H. NAAR ARNHEM OVERGEBRACHT. Uit Ede meldt men aan de N. R. Ct.: Woensdagmorgen half tien is de verdach te H. per auto naar Arnhem overgebracht. Gisteren werden de bosschen nog eens met politiehonden afgezocht; mogelijk zou nog iets gevonden kunnen worden wat op den moord betrekking heeft. H. is nog steeds blijven ontkennen. Hij toont zich zeer verwonderd, dat zooveel men- schen hem kennen, terwijl hij hen niet kent. Hij doet zeer vroom en bidt en dankt bij zijn maaltijden. Dinsdagavond is H. door een inspecteur uit Dusseldorp in verhoor genomen. De moorden te Dusseldorp zouden namelijk veel overeen komst hebben met den moord te Bennekom; ook daar werden de slachtoffers door dolk steken gedood. INBRAAK TE ROTTERDAM. VOOR DUIZENDEN GULDENS GESTOLEN. Dinsdagnacht ontdekte een waker van den nachtveiligheidsdienst, dat de achterdeur van de firma R., handel in optische instrumenten aan de Hoogstraat të, Rotterdam, welke deur uitkomt aan den Steiger, open stond. Hij waarschuwde de politie, die dadelijk een on derzoek instelde, waaruit al spoedig bleek, dat er was ingebroken. Kasten en Iaden waren overhoop gehaald en een cylinderbu- reau was opengebroken. Naar alle waar schijnlijkheid hebben de dieven zich Dins dagavond In het pand verstopt, om, toen dit verlaten was, hun slag te slaan. Zij hebben het slot van de achterdeur geforceerd, waar na zij het pand hebben veriaten. Uit het cy- linderbureau is een bedrag van circa f 12C0 aan bankpapier gestolen. Uit de kasten en laden zijn tal van optische instrumenten, lenzen, fotocamera's, enz. gestolen. Eerst na inventarisatie zal nauwkeurig kunnen wor den vastgesteld, wat er alzoo is gestolen, maar het is zoo goed als zeker dat het ge- stolene een waarde van eenige duizenden gul dens heeft, meldt de N. R. Ct. HET WERK VAN DE COMMISSIE INZAKE HET DANSVRAAGSTUK. Men meldt aan de N. R. Ct. dat de onlangs door de regeering ingestelde commissie in zake het dansvraagstuk een aanvang heeft gemaakt met haar arbeid. De commis sie stelt zich op de hoogte van de in het binnenland met betrekking tot het dansen bestaande toestanden en tevens gaat zij na of en zoo ja, welke maatregelen in deze reeds plaatselijk werden getroffen. Ook hetgeen in het buitenland, in het bijzonder in de West-Europeesche staten on dit onderwerp werd vastgesteld en geregeld, heeft haar aandacht. Van particuliere zijde bereikten de com missie reeds zeer belangrijke gegevens. VAN HAARLEM'S DAGBLAD No. 1558 WIEGELIED Baby ligt lekker onder de dekens en is klaar om te gaan slapen het is eenig om hier te lig gen en naar de gebruikelij ke geluiden in huls te luisteren moeder maakt lawaai met schalen en borden in de keuken en vader knutselt iets in de gang nou is vader met de radio bezig, het klinkt zacht en als hü zoo begint, kun je eenvoudig niet wakker blij ven nou is het stil, moeder heeft vader zeker gewaarschuwd dat die muziek baby uit den slaap houdt maar gelukkig kan hij hun stemmen nog hooren. dat zal hem wel in slaap helpen maar nu hoort hij die ook al niet meer hy kan onmogelijk slapen in die onnatuurlijke stilte en het is hoog tijd om hun dat aan het verstand te brengen. (Nadruk verboden.) VREES VOOR COMMUNISTEN. UITGEBREIDE VOORZORGSMAAT REGELEN IN AMERIKA. NEW-YORK, 5 Maart (N.T.A.) In ver band met de voor Donderdag vastgestelde demonstraties door communisten heeft de politie uitgebreide voorzorgsmaatregelen ge nomen. Alle kerken, openbare gebouwen en huizen van bekende nüliionairs worden op een bijzondere wijze bewaakt. De autoriteiten gelooven niet, dat de demonstraties zóó groot zullen worden, als door de communis ten wordt voorgesteld. Toch heerscht er on der de bevolking een groote nervositeit. DUITSCH SCHIP AAN DEN GROND. LONDEN, 5 Maart (Reuter). Het Duit- sche stoomschip „Erik Larsen" is wegens den dichten mist nabij Hastings aan den grond geloopen. Er bestaat geen gevaar voor de bemanning. Men hoopt het schip vlot te krijgen. IN EEN KUIP MET VETZUREN GEVALLEN. Dinsdag nacht heeft in de olicfabriek de Engel, van de firma Crok Laan te Wormer- veer, een ongeluk met doodelijken afloop plaats gehad. De 23-jarige ongehuwde fa brieksarbeider L., uit Schermerhorn, was be last met het opkoken van een kuip vetzuren. In deze kuip waren ongeveer 10,000 L. vet zuren, welke door middel van een stoomlei- ding werden verhit. L. was belast met het openen en sluiten van de stoomkraan. Toen de voorman bemerkte, dat de kuip overkook te, werd L. vermist, en men vermoedde, dat hij door de gladheid in de kuip was gevallen Nadat de inhoud was weggevloeid, vond men den arbeider in de kuip. Vermoedelijk is L. bij het sluiten van de kraan in de kokende massa gevallen, doordat hij van een loop plank uitgleed. Het lijk is per politiebran- card naar het gemeentelijk ziekenhuis ver voerd, aldus de N.R.C. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regeL STOFZUIGERHUIS MAERTENS BARTELJORLSSTRAAT 15 TELEFOON 10756 HOBBY VLOERWRIJVERS F 125.- DE PAUS OVER HET PROBLEEM DER OPVOEDING. VATICAANSCHE STAD, 5 Maart (B.T.A.) De Paus heeft een delegatie ontvangen van de geestelijkheid van verschillende pa rochies en Vasten-predikers, aan wie hij raadgevingen heeft gegeven omtrent de taak der prediking of het apostolaat, waaraan hij twee aanbevelingen toevoegde, speciaal be trekking hebbende op het ernstige probleem der opvoeding. De eerste aanbeveling/betreft het groote kwaad van het steeds toenemende afdwalen, dat naar wij moeten erkennen, voor een groot deel over de zee is gekomen. Deze afdwaling bestaat in het ontkennen van alle recht en plicht der ouders tot toezicht op de jonge mannen en de jonge meisjes, die vrij zijn te doen wat hun behaagt. Vader en moeder worden zóó zeer beschouwd geen recht tot controle over het gedrag hunner kinderen te hebben, dat dezen hen zelfs een hinder lijke last noemen. De gevolgen van dit kwaad is verlies van eerbied der kinderen voor hun ouders. ROME, 5 Maart. (B.T.A.) De tweede raadgeving van den Paus betreft het gevaar dat slechte lectuur voor de jeugd oplevert. Er bestaat een groote stroom van gevaarlijke lectuur, gevaarlijk niet alleen voor God, maar ook voor de menschelijke natuur. De Paus wees er op dat hij bij het lezen van den catalogus der fascistische uitgaven voor de jeugd boeken had gevonden, die zeer schadelijk waren, hetgeen hem groote droef heid had bezorgd, daar de fascistische uit gaven in den regel zeer goed waren. Het is dus voor de predikers voldoende de geloovigen te waarschuwen om de goede boeken te onderscheiden van de slechte. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 CU. per regeL GEEN MODESNUFJE, maar vanouds bekend gezondheidsbrood is: ARR'3 lOUTBROOD FF.UILLETON Roman van IUÏLBERT FOOTNER. 17) Natalie had sinds lang haar schuilplaats verlaten en volgde met verlangende ooeen Garth en Charley. Garth was overal tegelijk. Hij vond zoo nu en dan een oogenblik tijd om haar een bemoedigend woord toe te roe pen en zij hunkerde er naar te kunnen mee helpen. Nauwelijks had de boot haar weg gevon den. of de storm ging liggen, even plotseling als hij gekomen was. en de maan gluurde weer door de wolken. Denkend aan Nick en Hooliam. die op het strand lagen, overlegde Garth met Charley wat hij beter had kun nen doen. Het kostte hun slechts drie secon den om tot een besluit te komen. Het is ongeveer tusschen acht en tien mijl naar den kop van het meer, zei Charley. Laat de heeren dan maar wandelen, zei Garth. De Indianen-jongens stelden geen enkele vraag en na het zeil geheschen te hebben, vielen zij ln slaap. Garth en Natalie ontmoetten elkaar pas toen het dag geworden was en beiden uitten een kreet, toen zij elkaar zagen. Natalie keek hem aan met een blik waarin sympathie en oen gevoel van berouw schuilden, en Garth zag met bewondering naar haar stralende frischheld. Toen zU zaten te ontbijten op de kust, kwam een deplorabele, beschaamde figuur uit ccn boschje geslopen. Het was Hooliam. Hij droeg in zijn hand een klein flesehje en een bankbiljet cn keek voldaan naar de klei ne boot toen hij zag, dat zij veilig uit den striid was gekomen. Hij trad op Garth toe. Nick Grylls in het bosch. zei hij. Hij ziek en misschien dood gaan. Hij geven vijf dollar voor drinken whisky. Garth vulde de flesch uit de zijne. Hou je geld! zei hij kort. HOOFDSTUK XII. De weg van negentig mijl. De Settlement ligt drie mijl boven Grier's Point, de noordelijkste punt, van het meer. Garth vermeed de hulzen voor het oogenblik en sloeg het kamp op op eenigen afstand van den weg. Het beste zal zijn, dat jij hier wacht, terwijl ik er op uit ga, zei hij tot Natalie. Maar zij keek, als altijd wanneer deze kwes tie werd aangeroerd, zeer bedroefd. Ik vrees, dat we hem anders weer zullen missen aan den Kruisweg. En ik heb gehoord, dat ginds maar een paar hutten staan en dat er geen blanke vrouwen zijn. Het zou daar moeilijk voor je zijn. Natalie's zwijgen bemoedigde hem nu juist niet om verder te gaan. Maar hier. zoo ging hU toch voort, kun Je blijven bij de vrouw van den inspecteur der bergpolitie, terwijl ik Mabyn ga opzoe ken om hem bij je te brengen. Ik veronder stel niet. dat Je Jezelf aan hem zult toever trouwen. Hij zou zeker niet met je meegaan, zei ze ontwijkend. Ik be!oof je, dat. ik hem zal meebrengen, zei Garth beslist. Als hij leeft tenminste. Neen, zei ze, er is een andere reden. Welke reden? Ikik wil niet ongerust over je zijn, zei ze zacht. Maar ik beloof je, dat ik hem veilig bij je zal brengen. Zij maakte een afwerende beweging met haar hand. Ik wil Je niet laten gaan. zei ze. terwijl zij het hoofd afwendde. Waarom ben je boos? vroeg zij. We zijn duizendmaal veiliger dan gisteren, want je hebt onze vijanden versla gen. Waarom mag ik niet bij je blijven. Ik kan niemand meer vertrouwen dan Jou! Hoe kon Garth zulk een beroep weerstaan? Bovendien had hij geen andere taak meer te vervullen. Hij gaf zijn tegenstand op en Natalie ging mee. Hun weg ging nu over een lengte van ne gentig mijl naar de Spirit River Crossing. Er waren geen zijwegen, zoodat de reizigers ge makkelijk hun route konden vinden. Den volgenden dag bij zonsopgang vertrokken zij op de paarden, die Charley den vorigen avond gehaald had. Garth drong er weder bij den jongen op aan, dat hij terug zou keeren om naar zijn werk te gaan en onder heete tra nen nam de goede jongen afscheid. Gart-h en Natalie trokken alleen verder met hun gezadelde en gepakte ponnies. Het was een prachtige dag en. jong als ze waren, vergaten zij hun wederwaardigheden en praatten ver genoegd en opgewekt. Hun lastpaarden luisterden naar de namen van Caspar cn Emmy. Plotseling hoorden zij opzij van den weg, achter de boomen het geluid van een stein. Zij keken verbaasd op. Het was de zwakke, vriendelijke stem van een ouden man. Ik zou zeggen half twaalf, hoorden zij en zit glimlachten tegen elkaar. Er was niefs in die stem, dat gevaarlijk voor hen kon zijn. En zij luisterden verder naar de vriendelijke samenspraak die zich ontspon. Maar toen de lastdieren achter de andere paarden waren aangekomen, stokte het gesprek. Daar komt iemand, zei de stem. Garth en Natalie bevonden zich nu op een open plek in het bosch. Een uitgespannen wagen stond midden in en twee paarden graasden in de nabijheid. Een oude man zat op den grond. Ze keken onwillekeurig rond naar de andere personen, die zij vermoed hadden, maar zagen niets dan den ouden man. Toen hij hen zag klaarde zijn gezicht op met de naïviteit van een kind. Kalm aan maar, zei hij. Mijn paarden zijn rustig en zullen de uwe niets doen. Hij verzoende zich onmiddellijk met 'len toestand en sprak alsof hij het gesprek weer opnam. Hij keek oplettend naar Natalie met haar glanzende oogen en toen Garth het vuur wat opgestookt had en ging zitten, vroeg hij Waarheen? Spirit River Crossing, zei Garth. Voor zaken? Garth weerde af. U doet ook niet als zakenmannen. Poli tie misschien? Persoonlijke aangelegenheden, zei Garth. De oude man keek verbaasd. Hij zweeg even en begreep er niet veel van. U bent een zwerver uit deze streek, zie ik, zei Garth. Juist sir. Tom Lillywithe kent lederen koopman in dit land. Ben vijf-en-dertig jaar hier en altijd in actie. Dus u kent iedereen hier? Natuurlijk, zei Tom. Zijn er veel menschen op Spirit River Crossing? Acht of negen man, zei Tom en hij noemde meteen alle namen op. Anders niemand? vroeg Garth. O! ja, daar is er nog een, die"eens of twee maal od de Crossing komt. Die vergeet ik nog. Iedereen vergeet hem. 't Is Bert Mabyn. Garth en Natalie spitsten hun ooren en hun hart klopte sneller. Ik heb wel aanleiding om Bert Mabyn te kennen, ging Tom voort. Maar dat is lang geleden. Ik draag hem nu geen kwaad hart meer toe. Wilt u iets van hem weten? Garth keek Natalie aan. Ja zei ze. Nou. het is drie Jaar geleden, begon Tom Lillywithe. De regoering zond vier verken- ningstroepen naar hier en ik had meer te doen dan ik af kon met miin reizen van de Settlement naar het kamp. Maar de regee ring betaalde goed cn dus. Ik had een nieuw span noodig en kocht er een op cre- aiet. Maar ik had ook een naar man noodig, Hefst blanken, want de Ind'anen vermoorden ie paarden In het gareel! On een goeien dag komt een vreemdeling naar me vragen. Wat een vent! Hl.1 droeg zwarte kleeren. en dat op een werkdag. Hij hield zijn jas met ean veiligheidspeld in den nek bii e'kaar. Hij droeg ook een Zondagschen hoed. Een schoon heid was het niet. NataMe rilde. Garth, die haar leed meevoelde, durfde haar niet aan te zien. Misschien hoor Je liever een ander ver haal? vroeg hij. Zij herstelde zich en zei: Neen, ga door! (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 6