BRIEVENBUS Postzegelrelbrielk Aan Allen! GESTRAFT. Brieven aan de Redactie van de Kinder-Afdeeling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERQ ZEEMAN. Marnixstraat 20. SCHOTENAARTJE. 't Doet me plezier, dat de heeie familie zoo ge noten heeft van 't schimmenspel. De schimmen waren dan ook prachtig gemaakt. Waar zaten jullie? WOLLY R. 'k Zal Je verhaaltje een plaatsje geven in ons blad. Hoe oud ben je? Heet Je moeder Maartje? Wat aardig, dat grootvader bij Jul lie thuis is. Vertel me ook eens wat van jezelf. Leuk. dat Je zoo dicht in mijn buurt woont. HERFSTKINDJE. 't Doet me genoegen, dat het boek naar je zin 3s. Houd je veel van lezen? Krijg je van school wel eens een blbliofncek- book mee? In welke klas zit Je? RIETVOORNTJE. Ik hoop, dat je de verlangde plaatjes zult krijgen. Met 't onderwerp bedoelde ik een een der opstellen, die ik als Maart- wodstrijd heb opgegeven. Ben je er al mee begonnen? BALLENBREISTERTJE. Nog wel gefeliciteerd met den verjaardag van Gljs. Was hij blij met Je leidsel en kan hij aardig tellen op 't tei l-aam. Wat leuk, dat je vriendinne tje ook op dien dag Jarig was. Wat heb je haar ook mooie cadeauties gegeven. Leuk. dat Je het sprookjs- boek hebt gekregen, waar liet sprook je van 't Leelijke Jonge Eendje in staat. Je hebt Zondag maar literlijk met moeder gefietst. NEVADA en UITLOOPER. Jul1 ie waren er deze week maar vroeg bij De volgende week is het weer ver'o- ten van de raad selp rij zen. Ik hoop dat er een van Jullie namen ook bij Staat. PAASCHHAASJE. Ja hoor, ln sommige streken van ons land heb Je met Paschen nog een Paasc.hwei. Heeft Kerstroosje nu Je boek? Het duurt nog een heel poosje, voor je broertje jarig is. Wat leuk, dat Je straks een Palm-Paschenstok krygt. GOUDSBLOEM. 'k Wensch Je morgen een prettlgen dag in Am sterdam Dat is nog eens fijn zoo met de heele klas uit. Wensch Rekel en Wipneusje ook veel genoegen. Ik zal een zonnig dagje voor Jullie be stellen. VOG ELK OOPSTERTJEJe raadsels zijn goed. TEEKENAARSTERTJE. 'k Neem het je niets kwalijk, dat Je drie we ken stil gezwegen hebt. Hoe Ls het nu met dc verkoudheid? Moet Je nog binnenblijven? 't Was toch wel fijn. dat Je de achterstallige schoolzakon eens in orde kon brengen. Schiet Jan flink op met 't pianospelen? DAMIAATJE. Je raadsels zijn goed. GOUDELSJE. Je raadsel is goed. SANTPOORTERTJE. De maand Maart heeft nu niet veel meer in to brengen. Hij gaf toch wel fijne vlic- gerdagen. Ik heb heel wat pijlen de lucht in zien gaan. Vogelnamen mo gen ook bij den kettingwedstrijd ge bruikt worden. JUFFERTJE SCHRIJFGRAAO Ja, ik heb Je gemist. Je mag anders best een briefje schrijven zonder de raadsels, 'k Zag jullie wel dapper oversteken. Ik had zooveel moed niet. Hoe gaat het met de Meetkunde? Ben Je er al wat achter? Altijd maar goed opletten ln de klas. Je hebt al prachtige cijfers gekregen. Ga maar aoo voort.. DE JONGE DOKTER. JU hebt maar een lieve oma, die jouw briefje sohrUft. ais je fijn uit koffie-drln- ken gaat. Heb Je het gezellig gehad bU je vriendje? Wat heb Je een fUn auto-tochtje gemaakt. Hoe oud zijn de zusjes? Je houdt zeker veel van ze. HET VELUWSCHE MEISJE. Je raadsels zUn goed. HET ZAANDAMMERTJE. De tuintjes beginnen zeker al gauw. "k zal leens goed kUken, of ik jou er ook bU zie. KORENBLOEM. Is de bal goed uitgevallen? Voor wie Ls ze? Of mon Je haar nog dit jaar bewaren? De nichtjes zullen het wel prettig ge vonden hebben, toen Je Zondag bU ze speelde. VIOOLBLOEMPJE. Hangt de konlnklUke familie nu bij je bod? Heb je er een keurig lystje om ge maakt? Hoe gaat 't er nu mee? Ben je alle dagen bulten? Zou Jc l April naar school mogen? GOUDEN REGEN. Ga je Iedere week naar 't Kinderkoor? Hebben jullie weer gauw een uitvoering? Wordt dan de Lente gezongen? Welke stem zing JU? M. C. N. Gelukkig, dat Ismene vooruitgaat. Mag hU nu uit bed? Wordt de eetlust nu wat beter? 't Is maar prettig, dat hU zoo veel van le zen houdt dat vrijwaart voor de ver veling. Ik hoop, dat hU mU de vol gende week weer zelf kan schrUven. DE KLEINE ZEEMAN- 't Was mooi postpapier. Ja hoor, je mag best eens een paar keertjes overslaan met de raadsels. Dan kan het na tuurlijk wel gebeuren, dat je niet mee mag loten, omdat je het ver- eischte aantal raadsels niet hebt. Je mag ook raadsels inzenden. ALBA. Ik denk niet. dat het ver haal van Alleen op de Wereld echt gebeurd ls. misschien wel een deel ervan. Ik kan best begrijpen, dat Je er eventjes om moest huilen. PIERRE LA PEU. Dat ls aardig, dat do moeder van Aafke en Beb dc verhaaltjes voorleest. Komen de vo gels al van het spek snoepen? Nu zie je zeker dagelijks de kastanje knoppen zwellen. Wat een eer voor Je. dat JU bU de beste dansers be hoorde. PALLE. Heb je zooveel huis werk? Ik zal de volgende keer in mUn brief aan allen Je vraag over gist beantwoorden, dan kan ik wat uitvoeriger zUn hebben anderen er ook wat aan. SNEEUWWITJE. 't Gaat met Je raadsels uitstekend. Doe Je ook mee aan het wedstrUdwerk? ELFENBLOEMPJE. NatUUrlUk mag de kleine Zeeman raadsels in zenden. Wat zal dat meisje bUJ zijn, dat haar arm weer ln orde is. Als Tinus en StyntJe mij een briefje schrijven, krygen ze in de Brieven bus ook een antwoord. MOEDERS KLEINSTE JU bent ook al een knappertje in het oplos sen van de raadsels. Er moeten ln de ketting alleen planten en dierna men voorkomen. Daarvoor is het een Lente-wedstrUd. DRAAITOL. Je raadsel is goed. VICM-ADMIRAAL Zeker mag JU ook raadsels insturen. KERSTROOSJE. Waarom doe Je aan den Maart-wedstrijd niet mee? Ik dacht, dat het juist iets voor Jou was. Blijft oom nog een poosje bU Jullie? Heeft PaaschhaasJc al in Je Poesie-Album geschreven? VERPLEEGSTERTJE 'k Ben blij voor Je, dat Je geen pUn meer hebt. Wanneer mag Je weer naar school? Moet Je alle dagen naar de Maria-Stlchting? Je hebt wel geduld moeten oefenen. Laten we nu maar hopen, dat de Lente volkomen gene zing zal brengen. DUIZENDSCHOONTJE. Ik dacht wel, dat JU met dezen wedstrUd mee zou doen. 't Moeten uitsluitend woor den zUn. die betrekking hebben op 't Dieren- of plantenrijk. Welke boe ken heb je nu uit O. B.? Wat heb Je een prachtig cUfer voor die Aard- rykskunde-proef gehad. Groei len die sneeuwklokjes in 't wild? Ze blU- ven zoo lang goed, als Je maar zorgt voor frlsch water. Dr. MYSTERO. ZUn er al Jonge duifjes? Je bent heel wat van plan. Maar Je zult zeker een flink duiven hok krUgen. Is de molon nu af? Dul- venkuikentjes zUn eerst erg kaal. hè. Als vader en moeder duif zoo mooi zUn, zullen de kinderen spoedig op hen gaan ïyken. KONIJNTJE. Wat ben Je al gauw Jarig, Dat zal een heeriyk dagje worden. Ga Je op school ook tractceren. ROZENKNOPJE. - Prettig, dat de grootouders zoo gezond zyn En wat gezellig, dat ze zoo Lang bU jullie '.ogecren. Heeft pop den nieuwen broek al aan? Wat zal ze met Pa schen netjes zyn. ZWARTKIJKERTJE. Je be.<rin is al heel goed. 't Is gezellig, dat jul lie met zyn drietjes meedoen. Wer ken jullie tezamen aan de raadsels? En zijn jullie ook al aan 't wedstrUd werk begonnen? DE KLEINE VIOLIST. Violisten 7.yn ook vaak verstrooid Dat ligt zoo in den aard van 't beestje. Hoe gaat het mot de werkzaamheden van de gebroeders? ZUn er weer rapporten op komst? NACHTEGAALTJE. Ik dacht w%. dat moedor ln haar schik zou 7-Un met Je handwerk. Is 't al ln ge bruik genomen? En hoe staat het met de nieuwe jurk? Leuk, dat je met Doornroosje bloempjes gaat vertcoo- pen. Welke wUk hebben jullie? ZEVENSTER. Je gaat zeker al- tUd graag naar de Zang-repetitie- Is je kussen mooi uitgevallen? Wat doe Je nu op den laatsten club avond? 's Zomers moet je zooveel mogelijk van lucht en zon genieten. ZEEUWSCH BOERINNETJE. Die geiyke pakjes geven zoo'n aar dig effect op een uitvoering. Kreeg JU ook een beurt, toen de schoolop ziener er was? Vond je 't eng? VIOLETTA. Je raadsel is goed. AMICO. Heb je al heeriyk ge fietst? ZANGVOGELTJE. Neen, ik was niet zoo vroeg tante als JU- Ik vind 't heelemaal niet gek. wanneer een meisje postzegels verzamelt. Dat is voor Jou maar een weekje van ple zier. Misschien kom ik Zondag wel eens een kykje nemen op de Ten toonstelling. LEZERESJE 'k Hoop, dat het Zondag weer zulk mooi wandelweer is. Wanneer ls de cabaret-avond? Wat fijn voor je. dat je ook mee mag. Zie Je de seringen al kleuren? POPPENKIND. 'k Ben blU, dat, het je zoo goed bevalt aan onze Ru briek. Je kunt nu keurig schrijven en ik heb er geen enkele fout in ge vonden. Leuk. dat jullie nu met zUn drietjes meedoen. DROOMKONINKJE. Dat Zijn mooie boeken, die je te leen hebt. Heb je ze al uit? Heb je Woensdag prettig met zus l^ngs de bolwerken gewandeld? Heb je de eendjes nog gevoerd? Ik wist niet, dat je daar zoo gemakkelijk bij kon komen. MOEDERS GROOTSTE HULP. Waar heb Je het zoo druk mee? Help Je soms mee aan de schoonmaak? Ja 't is nu een mooie tijd. Leuk hè. dat het vogeltje door de microfoon zong. BLONDINE. Je raadsel is goed. Nu nooit meer je naam vergeten, hoor. Hij is veel te mooi om te ver geten. Wat heb je dat ingezonden raadsel aardig bedacht. Heb je het zonder hulp gemaakt? KORSTJESKNAGER. Gefelici teerd met je voetbal-succes. Dat was eventjes een reuze-meerderheid voor Jullie. Heb je Woensdag weer ge speeld? Doe je straks ook mee aan de tuintjes? WILLEM TELL. Je bent welkom en moogt dezen schuilnaam houden. A B. C. Alle menschen. die zoo oud zUn als Edison zullen ook nog zoo helder van geest zUn- Toch komt 't meer voor, dat menschen op hoogen ouderdom de wereld him grootste scheppingen gaven. Denk b.v. maar aan Vondel, wiens schoon ste gedichten geschreven zUn. toen hU de zestig al gepasseerd was. JAN TEN H. Toevallig las ik Juist wat over de stoombootcn. De perste stoomboot werd ln Groot- Brlttannlë gebouwd in 1786. BU °ns ln 1829. Dus Engeland was ons Jaren voor. Op scheepvaartgebied is Enge land (en dai ls natuuriyk vanzelf sprekend door zUn ligging) het eer ste land van Europa. Of wU dan vol gen, durf ik niet te beweren. MARIETJE O- 't Deed me ple zier te hooren, dat Je Je wat beter ln de omstandigheden kunt schikken. Geloof nu maar niet, dat Greta als oudste van zoovelen het gemakke- iUker heeft Ze moet mee helpen zor gen en al doet ze dat met een lachend gezicht, daarom zal ze ook wel eens haar moeiiyke oogcnbllk- ken hebben. Jc strUd zelf strUden. dat is de kunst. Ik geef gaarne too, dat het een moellUke kunst is. BlUf voLhoudcn. kind. En geloof me, er zUn heel wat Jonge meisjes, die 't nog mocliykcr hebben dan JU. W. BLOMBERG—ZEEMAN Marnixstraat 20 Haarlem, 28 Maart 1930. Het leelijke jonge eendje. Sprookje van KANS ANDERSEN naverteld door W. B.—Z. 3) 't Vloog ln een tuin, waar alles groeide. Waar een sering zoo heeriyk bloeide. Waar alles was ln zomertooi. Ons eendje vond de wereld mooi. Maar hoor, daar klonk uit 't kreupelhout. Weer wiekgeklepper, forsch en stout. Drie zwanen vlogen naar den kant, Vlak bU den groenen oeverrand. ,.'k Vlieg naar hen toe, wat zijn ze «jn, 'k Wil toch zoo gaarne bij hen zUn.* Ons eendje zamelde al zUn moed En bracht de zwanen toen zUn groet. Maar toen het boven 't water vloog Al met een sierlijk, grooten boog, Toen keek 't verrast al in den plas. Of dat zoo waar zyn beeltenis was? HU was geen eend, hij was een zwaan* Kwam uit een zwanenei vandaan, Het drietal groette hem zoo Mij, Ze zwommen vrooiyk zU aan zij. Geleden was nu al 't leed. Hoewel een zwaan 't ook nooit vergeet, Daar kwamen biyde kindren aan, ZU strooiden brood voor iedren zwaan* ZU riepen: „Kijk. een jonge zwaan. Waar kwant die zoo opeens vandaan?* Ons nieuwe zwaantje was zoo blij En dacht: „Nu houdt een elk van mij* De bloemen in haar zomertooi, Die vonden ook de zwaan zoo mooi. Ze geurden, glansden in de zon. Zooveel een bloem maar glanzen kon. En in 't kleine zwanenhart Was nu geen plaats meer voor de smart, HU Ls zoo dankbaar voor al 't goed. Dat hij nu overal ontmoet, EINDE. A /j/ /J/9 v— fi:, tjK.it ■J j/tt/ /f ft/»/ Jf/d <fO is/»J ÖO ïf/d z ft/ Z Ook de Oostenrijksche zegels voor tijdschriften van de serie 1916 (on getand) werden in 1919 van den op druk „Poczta Polska" voorzien, n_l. 2 heller (bruin), 4 heller (groen), 6 heller (blauw), 10 heller (oranje) en 30 heller (wynrood) Grootte van de vakjes 2.8 bij 2.8 c.M. Enkele zegels van de Oostenrijk sche serie voor de veldpost van 1917 met de beeltenis van keizer Karl, waarboven ,.K. u. k. Feldpost" werd overdrukt met een nieuwe waarde en „Polska Poczta" Bovendien werd de beeltenis van Karl bUna geheel weg gewerkt, doordat over 't hoofd in een dubbele cirkel een aiclaar werd ge drukt. De waaiden zijn: 3 halerzy op 3 heller (grUs), 3 hal. op 15 h. (rose) 10 hal. op 30 h. (grUsgroen), 25 haL op 40 h. (olUfgoel), 45 hal. op 60 h. (karmijn), 45 hal. op 80 h. (grijs blauw), 50 h. (groen), 50 hal. op 60 h. (karmUn) en 90 h. (lila) Grootte van de vakjes 3 bij 3 c M. De OostenrUksche weldadigheids serie van t Karlfonds voor de Veld post werd van denzelfden opdruk voor zien, zoodat we krygen: 10 h. (gro'-n) 20 h. (lila) en 45 h. (blauw). Grootte van dc vakjes 3 8 bij 2 8 c.M. Zie voor de indeeiing 't schetsje. Rustenburgerlaan 23. S. AMERSFOORT Een Franschman meende indertyd dat deze stad haar naam te danken had aan den tabak ..parque le tabac y est amer ct fort". BIJVOEGSEL ZATERDAG 29 MAART 1930 No. 't Doet me altyd plezier, wanneer ik uit jullie briefjes lees, dat je des Zondags een mooie wandeling hebt gemaakt in onze prachtige omstre ken. Buiten is altijd wat te zien en daarom altyd wat te genieten. De buiige, gure Lentemaand is haast voorbU- 't Is wel eigenaardig, dat Maart altyd maar weer komt met zijn nukkige buien. Net een ver wend kind, dat 't eene uurtje* lief en 't andere uurtje stout is. Daarom lijkt 't wel of alles in de Natuur een beetje stil heeft gestaan. De crocus- sen en de narcissen durfden haar mooie paarse en gele huLsje niet te openen. Een sneeuw- of hagelbui zou alles vernielen. De knoppen, aan struiken en boomen zUn echter zoo gaan zwellen, dat ze op opensprin gen staan. Als de Aprilmaand in 't land ls, dan zal het eerst echt Lente worden. In onze plantsoenen bloeit al veel, maar je begrijpt wel, dat is gefor ceerd in onze stadskweekerUIk heb eens een groot plantenliefhebber hooren zeggen, toen hU in 't Kenau park nam: ..Dat is de limonade- lente van de stad." Wij, Haarlemmers zdjn met dat al heel trotsch op onze mooi aange legde parken en we weten wel, dat 't buiten meer echt is Als we straks de mooie gele dotterbloemen langs den slootkant piukken, of de zilveren wilgenkatjes, dan zUn dit wel heu- sche lentekinderen. In onze tuintjes zUn de tulpen misschien al opengegaan. De rlbos- struiken staan in rood-rosen tooi. De hazelaars zijn reeds uitgebloeid. Maar de eerste anemoontjes durven hun kopjes op te heffen. Al loopen de zangiysters om hen heen te scliar- relen op zoek naar wormen, ze zul len geen bloempje kwaad doen. De vinken, de roeken en spechten Jube len al naar ze gebekt zyn, hun len teliedjes uit. De boschduiven koeren, dat je er zelf bhj van wordt en de kieviten buitelen, dat je graag mee zou willen doen. Let ook eens op de vruchtboomen. Het spruit en bot alom. Natuuriyk ls er alle kans. dat April ook weer wat buiige dagen zal geven, maar de zon krijgt meer kracht. Eiken Zondag kun je meer bloemen zien bloeien, zie je meer groen. Onze trekvogels keei-en nu weer en gaan hun nesten bouwen. Als je eens vroeg op bent en aan den buitenkant van de stad woont, ga dan eens naar bulten en luister of je de leeuwerik zyn morgenlied hoort zingen. Om half 4 begint hU soms al. Misschien gaan er sommigen van jullie de Paaschvacantie doorbren gen in 't Gooi, of op de Veiuwe S a dan eens stil in een dennenbosch. De dennen zUn dan versierd met bloeiende kaarsjes, die moeder Na tuur hun gaf. De Haariemmert'es, die thuis bi U ven moeten maar eens naar 't Naaldenveid gaan wandelen, daar kunnen ze 't zelf ie waarnemen. Misschien bloeit dan ook de brem en is de berk in blad. De kastanjes heb ben al spoedig hun pekwindse's niet meer noodig en een malsch regentje zal iets prachtigs voor den dag too- veren. W. B.—Z. Ach, Heere, Heere, riep het vrouw tje vol medeiyden, terwijl 7.y de han den in elkaar sloeg, het manneke heeft geen vader en moeder meer. Ach, ach, wat een jammer! Toe, staat gU daar niet zoo te jammeren Slentje, vermaande haar man, GU ztet toch zoo goed als ik dat de Jongen ziek ls. Breng hem in bed, lk ga dadciyk den dokter roepen Hein greep sdjn hoedje van een stoel en holde reeds naar de deur. En daar stond zoo waar het boertje nog met de boodschappen van zijn vrouw Hier man, pak aan, zei het boer tje kwaad, denk Je dat lk den gchee- ien dag hier kan blijven Hein zei niets. HU nam de bood schappen aan en wierp ze door de open deur naar binnen. Daarna hol de hy de straat op en liep op een drafje naar den dokteT In dien tijd stond het vrouwtje zich te verbazen over haar patientje. Telkens riep zij ..Heerc, Heere!" en telkens ook sloeg zU de handen ln elkaar. Wat zag me dat kleine man neke er uit Zou hy dan nooit eens gewasschen zijn? En zUn schoenen Wat waren ze kapot. En ach, ach, ach. zijn ribbetjes staken haast door zijn vel. Had hU dan nooit geen eten ge had Het lieve SientJe, dat eerst zoo kor daat geweest was, werd op het laatst byna ze.f ziek van medeiyden ZU huilde groote tranen toen zij Karcl- tje op bed legde. Hoe was het mo gelijk dat het Jongetje ln'zoo'n toe stand was gekomen En wat had hU oen lief gezicht als Je de haren van zijn voorhoofd streek. Peinzend ging Slentje naast het bed zitten. Ach. het was opeens ook zoo vreemd voor haar. Een jongen in haar huisje, dat anders altijd zoo stil was en waar zy ook altijd zoo alleen was. Slentje had geen kinder tjes. Nooit gehad, hoezeer zij en haar man het ook verlangde. En nu had 7.y opeens dat zieke manneke in huls gekregen cn hU had gezegd dat hU geen vader en moeder meer had Als Hein nu eens goed vindt dat lk hem by my houd, fluisterde het vrouwtje zacht'k Zal 't hem vra gen Opeens hoorde 7,y dc stemmen van haar man en den dokter in haar huisje. Verschrikt sprong 7.y op. Ach, ach, wat had zij zitten suffen. Ze had nog niet eens het Jongetje gewas schen. Wat zou de dokter daar nu wel van zeggen? Maar er was geen tUd meer want reeds stond de dokter voor het bedje, Dag Slentje, mensoh hoe maakt ge het toch? lachte dc dokter, 'k Zie U nooit! Gelukkig maar, bromde Hein en weer lachte de dokter, Hu wat een vies ventje, zucht'o de dokter opeens toen hU zUn blik ken naar het bed wendde. HIJ bukte zich voorover en onder zocht KareltJe overal. Hij klopte hem op den rug. betastte zijn bo st, tilde zijn oogleden op en riep tel kens ,,'t Is toch sterk, 't is toch wel heel sterk ook!" En SientJe en Hein keken toe. EindelUk richtte de dokter zich weer op en nu sprak hy Slentje ern stig toe. (Wordt vervolgd.) Eigenlijk Is deze knaap, Niets meer dan een domme aap! Want hU doet de mannen na. Speciaal zUn eigen pal Die heeft hy zien rooken, vaak. En hy dacht: dat is een taak, Met een aangename zU! Zeker ook wel Iets voor mU! In een pakhuis, vies en vuil, Houdt hy zich nu even schuil. Doet ierloops een trek of wat. Ach, hoe fUn bekomt hem datl Maar zUn pret is kort van duur, Reeds staat zyn gezicht wat zuur..., Weldra tolt hy duiz-lig rond: Ziek en misHJk alseen hond! Hoe het arme jongetje rijk werd. Toen het lieve Zeeuwsche vrouwtje met Karei op haar armen haar huisje binnentrad, zat haar man met het hoofd in de handen aan de tafel. HU zat al een paar minuten op zyn eten te wachten en begreep niet waar zUn vrouw bleef. Maar bij haar komst sprong hy verrast overeind Maar Slentje, riep hU uit, wat breng je nu mee? Ach beste Hein, dat arme man neke lag ziek op de straat. Ik heb heb meegenomen want niemand deed iets voor hem Waar woont het jong dan? vroeg de man. Dat weet ik werkelijk niet. Vraag het hem eens! Hein, haar •man, was een echte flinke Zeeuw Vroeger was hU vls- scher geweest maar op aandringen van zUn vrouw was hij later kuiper goworden. Nu verdiende hy het brood dus met het maken van vaten en tonnen voor de harlngvisschers! Met zyn groote knuisten pakte hij het zieke KareltJe aan en zette het Jongskc op een stoel. Maar ach, hij zag dadelijk wel, dat KareltJe niet ln staat was om te spreken. ZUn oogen stonden zoo glaz.lg en hy nkie zoo van koorts, dat het niet anders kon of hU moest heel ziek zyn! Heb Je geen ouders, jongen? vroeg Hein toch nog zachtjes. En werkelijk KareltJe gaf ant woord. Hy schudde met het hoofd vau nccu

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 21