H. D. VERTELLINGEN. EEN NIEUW RAPPORT VAN SEGERS. DE VERHOUDING VAN BELGIë TOT NEDERLAND. LETTEREN EN KUNST HET TOONEEL. HAARLEM'S DAGBLAD VRIJDAG 4 APRIL 1930 VIJFDE BLAD HET ANTWERPSCHE STANDPUNT. (Nadruk verboden; autcunrccht voorbehouden). (Van onzen correspondent). Brussel, Maart 1930- Heden te verschenen en rondgedeeld aan de leden van het hoogerhuis het rapport van de senaatscommissie voor buitenlandsche zaken belast met het onderzoek der be groeting voor het dienstjaar 1930. Dit rap port, met spanning verwacht, is voor de commissie opgesteld door dr. Paul Segers, minister van staat, oud ^minister van spoor* wegen, een der leiders van de RX. Staats* partij. Het is een lijvig boekdeel, dat voor ongeveer de helft gewijd is aan de hangende qua es ties tusschen België en Nederland. Men moet een geschrift als dit precies nemen voor wat het is. Een poging tot objec tieve beschouwing der politieke en econo mische realiteiten mag men daarin niet ver= wachten. Het is natuurlijk een verdediging van het zuiver en eenzijdig Belgisch stand* punt. Maar het is voor ons noodig om dat te kennen, ten einde het te kunnen bestrijd den. Nog zelden voor dezen, werd het vraagstuk zoo breed en volledig behandeld en nog nooit kreeg men zoo gemakkelijk alle gegevens te zamen gegroepeerd. Het is ech.er te betreuren, dat dr. Sagers één hoogst belangrijke eigenschap ten eenen- male mist: sereniteit. Men kan héél goed een eenzijdig nationaal standpunt uiteenzetten en verdedigen, zonder daarbij afstand te doen van den aeademischen toon, welke in Internationale debatten, tot nog toe, gebrui kelijk is. Verleden jaar reeds heeft minister Hymans, toch zeker geen vriend van Neder* landaanmerking moeten ma ken op den toon van Segers' verslag voor 1929. Maar dat heeft blijkbaar niets geholpen, want ook ditmaal heeft dit staatsstuk een verbitterde pole mische klank, welke daarin misplaatst is. Het heeft geen belang om hier ter plaatse nog eens de geheele geschiedenis van de Belgisch»Nederlandsche onderhandelingen op •te halen, gelijk dr. Paul Segers dat doet. Van veel meer belang is het om in het kort zijn conclusies te vermelden. Allereerst stelt deze rapporteur vast, dat er absoluut geen vooruitgang te bespeuren is in de onder* handelingen. Hij zegt het ronduit: Neder* land heeft één methode, die zeer eenvoudig is, en die de regeering van H. M. met taai* heid doorvoert: de methode van het rekken. De notawisseling gaat uiterst traag, de on derhandelingen worden met opzet, gevoerd volgens het allerlangzaamste tempo en van Nederlandsche zijde wordt geen enkele con cessie, nauwelijks één toezegging gedaan. Tegenover een scherpe en nauwkeurige for* muleering van België's eischen en verwach tingen, heeft Nederland, volgens dezen schrij* ver, slechts geantwoord met vage en onaan* nemeiijke aanduidingen. In elk geval zijn wij nu op het doode punt. Men kan in Brussel niet inzien dat een nieuwe uitwisseling van nota's eenig nut, hoe gering ook, kan heb* ben. En dr. Segers vraagt zich af: wat moet nü gebeuren? Er zijn drie problemen op te lossen en die moeten opgelost worden, om* dat dat een evitaie noodzakelijkheid voor België is. Die drie problemen zijn: primo, de vrijheid en de bevaarbaarheid van de Schelde; sec undo, de verbindingen van Ant werpen met den Rijn; en tertio, het Maas regiem. En de vraag blijft, kan men ze op* lossen? In verband met de Schelde-vragen be spreekt Segers uitvoerig, met een luxe van details, welke ik op dit oogenblik niet heb te verifieeren, omdat ik niets naders doe dan zijn standpunt resumeeren, dat de Schelde met opzet slecht onderhouden wordt, dat de allergrootste zeeschepen er.niet door kunnen varen en dat dat in strijd is met de overeenkomsten van 1839. Daarin wordt n.l. gesproken van „entrebien et amélioration" van den stroom. De Belgen in'erpreteeren die text (Par- 2, art. IX) zóó dat het de verplichting voor Nederiaüd mee* brengt om te zorgen, dat de schepen volgens allermodernste afmeting van de Zeeuwsche wateren gebriuk kunnen maken om naar Antwerpen te komen; een meening welke door de Nederlandsche specialiteiten, o.a. prof. Van Eysinga bestreden wordt. Behalve dat Nederland de toegang van de zee tot Antwerpen onvoldoende onderhoudt en verbetert, naar Belgisch inzicht, onthoudt het ook systematisch aan Antwerpen een directe verbinding met den Rijn. Wanneer men alle bladzijden van dit boek, vol met- cijfers en statistieken, zou willen samen vallen in een populaire formule, dan zou men kunnen zeggen: Nederland is bezig om langzaam maar zeker Antwerpen te ver* smoren, door alle toegangen tot de Antwerp sen e havens zoo moeilijk mogelijk te ma ken. Ik heb reeds gezegd, dat men hier geen bes: rij ding van Segers'? aanklacht mag ver* wach.en. Zelfs wanneer wij aannemen, dat hij op alle punten het meest positieve on* gelijk zou hebben, dan nog moet men reke ning houden met 'net onmiskenbare feit. dar hij in zijn studie de vrijwel algemeene opinie van België en inzonderheid van Ant werpen weergeeft. Antwerpenaars, zelfs overtuigde Vlamin gen. welke Nederland overigens een goed hart toedragen, zijn de meeningen, in het rappe .1 Segers neergelegd, toegedaan. Hoe kan het anders, zeggen zij: „Het* is niet te ontkennen, dat Antwerpen een groote en gevaarlijke concurrent van Rotterdam is. Welnu, hebt gij ooit iemand gezien, die vrij» wil'.ig in de kaart- van zijn concurrenten speelde? Dat is een fenomeen, in de handels, wereld onbekend. Het is dus heel natuurlijk dat Rotterdam met alle middelen probeert om Antwerpen in zijn on.wJtkeling zoo veel mogelijk tegen te houden. Maar het is even natuurlijk dat Antwerpen daartegen zoo fel mogelijk reageert. Het Belgisch*Nederlandse.he conflict is, gelijk au fond alle internationale conflicten zijn, een strijd om een economische macht. Dit wordt hier openlijk erkend, en men begrijpt niet waarom de Nederlanders voortgaan met er doekjes om te winden! Hun houding is, gezien het belang van Rot terdam in den economischen samenhang des lands, volkomen begrijpelijk; maar dan is ook de Antwerpsche reactie volkomen be* grijpelijk. En men komt in deze aangelegen* heid niets verder met pharizische omschrij* vingen. Het geheele Belgisch-Nederlandsche misverstand komt voort uit de antithese AntwerpenRotterdam, RotterdamAnt werpen. Alles wat er verder bij gesleept is aan sentimenteele en secundaire overwegin* gen is ten slotte van geen beteekenis. Maar juist waar een economische belangentegen. stelling van dien omvang de grondslag van t conflict vormt, ziet hier niemand in hoe het mogelijk zou kunnen zijn er een bevredigen* de oplossing voor te vinden. Iedere oplossing komt ten koste van één van de twee par tijen aan bod. Zoo bezien is de politiek van Den Haag. van Nederlandsch standpunt uit, zéér verstandig. Een werkelijke oplossing is niet mogelijk, dat weet men aan beide zijden; welnu, dan heeft Nederland alleen maar te winnen bij een bestendiging van de bestaande situatie welke onmiskenbaar in Nederlands voordeel is. En vandaar de tac tiek van het rekken. Het staat vast, dat de Nederlandsche regeering hiermede de vader* landsche belangen in de gegeven omstandig* heden het beste gediend heeft, wanneer men n.l. die vereenzelvigt met de Rotterdamsche belangen". Wat blijft ons nu over te doen. tegenover dit verschijnsel, vraagt dr. Paul Segers zich af? Wij moeten de zaak op een geheel ander terrein brengen. Ziehier het meest essen- t-ieele gedeelte van het nieuwe rapport*Segers. Met directe onderhandelingen tusschen de twee landen is niets meer te bereiken. Ieder verder uitstel kan nog slechts in het belang van Nederland zijn. Wij, Belgen, kunnen ons dus nog alléén maar doeltreffend verdedi* gen indien wij er in slagen om het complex van vraagstukken, hangende tusschen Ne* derland en ons. te intemaMonaliseerenWij moeten nu een ernstig beroep doen op de mogendheden, die ons in 1919 reeds hun steun hebben toegezegd. Thans is het oogenblik gekomen om de beloften, toen aan België gedaan, in te los sen. De oud-bon'igenoten moeten nu voor ons afdwingen, wat wij zelf niet hebben kunnen verkrijgen: „Gardons done les yeux fixés vers Paris". Het is te voorzien, dat op dezen passus van het verslag, die waarschijnlijk de eenige is die iets werkelijk, nieuws bevat, de volle aandacht, in België en ten onzent, zal val len. Maar het staat te bezien of de duide* lijke bedreiging van den heer Segers veel indruk zal maken! Laten wij vooral niet vergeten, dat de internationale verhoudingen in 1930 gansche* lijk niet dezelfde zijn als in 1919. De machts positie van Frankrijk is aanzienlijk ver* zwakt; Duitschland, dat toen uitgeschakeld kon worden, is op dit oogenblik een factor van kapitaal belang in iedere combinatie Het accent van Engeland's belangen heeft zich, mede in verband met Duitschland's wederopleving, sterk verplaatst. En ten» slotte hebben de sentimenteele overwegin gen. welke in 1919 nog in een debat ge ïntroduceerd konden worden, op hel oogen blik geen waarde meer. Wanneer men de Europeesche verhoudingen eens rustig be* ziet, dan is het niet zeer duidelijk, wat Brussel met een dergelijke actie zou kunnen bereiken. Men kan de zaak zeer in het alge* maen aldus formuleeren: Indien er werke lijk een internationale quaestie van gemaakt wordt, dan heeft België uitsluitend de kans om die eischen ingewilligd te zien. welke samenvallen met de gemeenschappelijke be* langen van de drie bij het geval direct be* trokken mogendheden: Duitschland. Enge land en Frankrijk. Er is geen sprake van dat eenige macht er aan zou kunnen of willen denken om ter wille van Belgic alléén een conflict udt te lokken- Dus uitsluitend, wan neer België er in slaagt om aan te toon en dat het Belgische belang op enkele punten volkomen Identiek is met het gemeen* schappelijk belang der drie machten, dan is er langs dezen weg iets voor dat land te bereiken. Men lette wel op het woord ge» meenschappelijk. Want de groote heeren zullen er niet over denken om één hunner te bevoordeelen of te bevoorrechten, wan* neer zij zelf niet meedeelen. Alles welbeschouwd geloof ik niet dat Segers' woorden, welke ongetwijfeld met in stemming ontvangen zullen worden, zoowel in den Senaat als in de Kamer, een verdere portee hebben. Het is een genoegdoening van het nationaal besef, maar practische tastbare gevolgen zullen wij er voorloopig niet van zien. Het is een dreigement in het yle. Men mag deze objectieve uiteenzetting niet beëindigen zonder één opmerking. Het staat bulten kijf vast. dat de Nederlandsch Belgische vraagstukken vastgeklonken zit» ten aan de tegenstelling AntwerpenRot* terdam. Maar, vragen tal van vrienden der goede internationale verstandhoudingen zich af. is het absoluut noodzakelijk dat het Rot- terdamsch belang zóó volkomen met het na ionaai-belang vereenzelvigd wordt? Zou het werkelijk onvermijdelijk zijn, dat twee nabuurvolken. d!e zoovee! gemeen hebben tot in lengte van dagen in onmin ieven om der wille van een havenconcurrentle? Laten wij met deze vraag eindigen en laten wij de hoop blijven koesteren, dat er op den duur toch ook nog hoogere factoren zijn om de verhouding der volkeren te regelen, dan de meest directe zakelijke belangen. J. GRESHOFF-. Ter bespoediging en voor het gemak van belanghebbenden verzoeken wij voor de verschillende afdeelingen van ons dagblad de volgende nummers op te bellen: Voor berichten en andere mededee- lingen of vragen voor de Redactie: 10600 Voor de Hoofdredactie: 15054; Voor advertenties, abonnementen en bezorging: 10724: Voor aangelegenheden van de direc tie: 13082. NIEUW NEDERLANDSCH TOONEEL. VEEL LEVEN OM NIETS. Het is toch eigenlijk bedroevend. Verleden week, toen jeugdige dilettanten in een on- noozel blijspelletje schuchter hun eerste pas sen op de planken waagden, liep onze Stads schouwburg twee avonden achtereen stamp vol: gisteren, toen er een kleurrijke, leven dige voorstelling werd gegeven van een der mooiste blijspelen, die ooit geschreven zijn, was de zaal nog niet voor de helft bezet. Wist men dan niet, dat Veel Leven om Niets een werk is blij van geest, een en al kleur, ver beelding en muziek? Heeft de naam van Shakespeare dan niet meer zijn tooverklank als in de dagen, toen Willem Royaards naar Haarlem kwam en er met zijn opvoering van „De Vroolijke Vrouw tjes van Windsor'', „Driekoningenavond" en „Midzomemachtsdroom" volle zalen trok? Wat is er dan in Haarlem veranderd? Kun nen wij, omdat de Meester er niet meer is, de volgelingen dan niet eeren? Want in de voorstelling van Veel Leven om Niets is toch geheel zijn geest. De discipline moge min der streng zijn, het moge alles wat minder geserreerd lijken, er is toch altijd nog de zelfde liefde, het is nog steeds het bloeien de, ware tooneelspel, zocals ook Royaards het bracht, het is een voorstelling vol kleur en leven en vol muziek! Wanneer Louis Saal- born en Magda Janssens als Benedict en Beatrice ons verrukken met hun geestig spel, levendig, licht en vol poëzie, dan herinnert dat aan de beste voorstellingen van Royaards. Als Tourniaire ons vermaakt met zijn fijn-komische creatie en van een prach tige Shakespeare-vertolking doet genieten, dan voelen wij, dat de geest van Royaards bij deze leerlingen nog voortleeft. Is dit werk van Shakespeare niet nog altijd „vol juichen de vreugde, vol speelschen geest, vol bruisen den overmoed, vol levensblijheid", is deze dichter nog niet altijd grooter dan alle te genwoordige Engelsche en Amerikaansche schrijvers te zamen? Is Shakespeare niet van bliivende. eeuwige waarde? En ondanks dit alles was onze Stads schouwburg gisteren bedroevend slecht öe- zet! Maar zij, die er waren, hebben aan het slot de spelers en in het bijzonder Saal- born, den wakkeren leider, die ondanks allen ondervonden tegenspoed dit groote werk roemrijk volbracht heeft, met enthousiasme toegejuicht, dankbaar voor dezen blij-stem- menden, mooien tooneelavond! Ik kan slechts herhalen, wat ik na den avbnd der première over Veel Leven om Niets schreef. Hoe diep heeft Shakespeare m Benedict en Beatrice de menschenharten ge peild, hoe meesterlijk en toch aldoor even licht heeft hij zijn spel met hen gespeeld: Welk een eerbied moet Shakespeare de vrou wen hebben toegedragen al schie^ hij dan ook een Lady Macbeth dat hij ons vrou wenfiguren als Ophelia, Julia, Miranda, Portia, Volumnia en deze Beatrice heeft na gelaten? Reeds in de zoete klank der namen hoort men zijn bewondering en liefde voor de vrouw! Maar Beatrice behoort toch wel tot de mooiste vrouwenfiguren, die hij schiep. Welk een speelsch vernuft, welk een spran kelende geest, welk een jeugdige, onstuimige overmoed, welk een teederheid, welk een adel van geest, en ook welk 'n vrouwelijk medege voel. wanneer Hero - haar nicht en vriendin - grievend beleedigd wordt! En hoe fier en mannelijk staat, eerst tegenover en later naast haar, de figuur van Benedict! Twee gelijk gestemde geesten, die eni-tl in de schepping van een genie als Shakespeare konden ontstaan. „Veel Leven om Niets" is het llefdespoeem van Benedict en Beatrice! Het is de grootste verdienste van de voorstelling van Het Nieuw Nederlandsch Tooneel, dat deze twee jonge gelieven ln het volle, gouden licht komen te staan! Saalborn en Magda Janssens geven hen met een heerlijk brio in hun Jeugdigen, vurigen overmoed eerst, in hun ridderlijk heid en poëzie later. Wie zou Magda Jans sens ln zulk een werk van grooten stijl verbeteren? Ik wil hier één enkel too neel aanhaJen, dat, waarin zij de verschillen de stadia van het huwelijk vergelijkt met de drie dansen! Was dat niet van een verruk- kelijken geest, van een volmaakt spel? Magda Janssens en Saalborn, zij zijn de twee personen, die dit blijspel van Shake speare dragen! Maar .hoeveel verdienstelijks is daar niet naast? Tourniaire's Brummel zou een Pallenberg waardig zijn! En welk een mooie, lyrische Claudio geelt John Gobau ons te zien? O, zeker, er zijn ook zwakke plekken ln de voorstelling. Wij geloofden niet altijd in het blauwe bloed van deze vorsten en edelen van Arragon en Messina, zij misten dikwijls den prinselijken zwier en gratie niet de Don Juan van Jacques Reule, welke bastaard ondanks zijn slechtheid uiterlijk het meest edelman was zij hadden dikwijls ook te weinig Zuidelijken gloed, Hero was een wat al te bleeke geliefde. Ursula een wel erg houterige kamer joffer. Benedict.maar neen, laat ik niet gaan vitten, waar zoo veel moois gegeven werd. Want de 'blijde, lichte, speelsche geest van Shakespeare was toch in deze opvoering en hoe spoedig zou met een te zwaar aanzetten van het „veel leven- vergeten hebben kunnen worden, dat dit alles „om niets" ging! Saalborn heeft de op voering in den zuiveren, lichten, verbeel dingsrijken blyspeltoon gehouden en daar voor zijn wij hem dankbaar! En hij werd daarin gesteund door de lichte muziek van Purcell! Hoeveel bete? door ELMA Met een zucht blies ze de kaars uit. die een zwak iichtichljmel door het slaapvertrek wierp. Even stond ze stil als om te wennen aan de duisternis, deed een paar schreden waar ze de deur wist. E?n koude huivering doorvoer haar. met trillende hand draaide ze de knop, die met knerpend geluid zwichtte. In de wacht.tille gang was enkel flauw schijnsel langs den drempel; daarheen ging ze al tartend en voelend tot hare handen den deu.post raakten. Binnen was het behaaglijk warm. een vei lig gevoel kwam over haar ln de besloten heid van 't bekende vertrek, waarvan ze Ce deur behoedzaam gesloten laad elk geluld maakte haar zoo vreemd gejaagd. Doodsche stilte in huis. Nog noo!t had ze de waarde van dat gezegde gevoeld als nu, zoo stil als de „dood". J3. wel heel stil was die gekomen, zonder klacht noch woord was zijn offer gevolgd naar dat onb kende. Bij het knappend b'.o' kenvuur st n haar leunstoel, het plekje waar ze avond aan avond gezeten had. blij als vader eindelijk was gaan slapen. Met een zucht liet ze zich neervallen, sloot de oogen. de handen tegen elkaar gedrukt in haa- schoot. Een beeld van rust, maar innerlijk stormde het weer evenals andere avonden, dat ze zich zelve ge zocht had in die stille kamer. Was dit nu het oogenblik waar ze jaren naar verlangd had, dat ze zich geJacht had als een bevrijding van kwellenden druk? Haar vader, de kwelling van haar l ven. was niet meer. Geen strijd meer tusschen pl.cht en gevoel en tóch Toen haar moeder nog leefde was ze thuis gebleven, hadden ze e'.kaar ve= eund, had ze de lieve vrouw niet alleen willen laten in de hel, die hun thuis was. Want tot een hel had de vader haar jeugd, hun huis ge maakt. Wat was er van haar zang gekomen! Vo! illusies was ze eens na de les thuisgekomen, de leeraar had haar moed ingesproken, a's ze maar veel en ernstig werkte, zou ze het ver kunnen brengen met de gave d:e moeder natuur haar schonk. Toen waren er lucht- kasteelen verrezen, idealen leken zoo dicht bij. o, als ze dan de muziek ook maar had, dan kon ze het thuis nog wel een p'-o je uithouden. Dan zou ze wel gauw les kunnen geven en dan misschien eens een concert! Wat had het leven toen als een blijde dag geleken! Vol opeetoeenheld vertelde ze van de go de uitspraak over haar zang, baar IJver om te studeeren, tot opeens weer die zwa te n vel kwam, waarin alles plotseHng gebuid lork. „Denk nou maar niet. dat de mcns"hcn ooit naar jou zullen komen luisteren. Als je er uitzag als Sophie, maar nou.... En dan. studeeren, dank je wel voor dat gegil den heelen dag in mijn huis. Voor liedjeszanger breng ik mijn kinderen niet groot." Een vreeselljke woede laaide ln haar op, gedoofd toen ze haar moeder zag, die stil letjes de hand naar haar uitstrekte. Wat vader nog meer gezegd had. ze wist het niet, alle toekomstbeelden waren ruw verstoora. Geheel terneergeslagen was zc naar haar kamertje gegaan, had daar stil zitten staren, hoe droef en dof waren dezelfde gedachten- plaatjes nu. Tranen waren gekomen, bittere tranen, gebroken was de weerrtand na zoo'n kwetsend verbod, alle moed leek gezonken. De tijd helpt over elke teleurstelling been. Ze trachtte wat te studeeren, maar eiken paste deze eenvoudige, maar geniale muziek bij dit blijspel dan de zware, zwoele muziek van Korngold! Schakespeare dat hebben wij gisteren weer duidelijk gevoeld kunnen wij nooit genoeg op het tooneel zien. J. B. SCHUIL. HET JUBILEUM* VAN DR. FRED. VAN EEDEN. STAPELS BRIEVEN EN TELEGRAMMEN. Onder de stapels brieven en telegrammen die dr. Fred, van Eeden bU zijn jubileum ontvangen heeft, waren er onder meer van den dichter dr. P. C. Boutens, van Felix Tim mermans, prof. De Louter. Pleter van der Meer de Walcheren. Richard de Kneudt, mevr. Esther de Boer—Van Rijk, den heer L. Simons, namens het Willem Kloosfonds, van de vereeniglng Gemeenschappelijk Grondbe zit. van pref. Mannoury, Dom de Punict, den abt van het Benedict!) nerklooster te Ooster hout. van ds. Kromsigt te Amsterdam, ge neraal Snijders, dr. Jac. P. Thijsse, de d'.ch- teres Gisa Ritschl, het bestuur van den Bond van Nederlandsche Tooneeischrijvers en van vele andere vereerders. De receptie. De receptie 's middags op Walden. wa« zeer druk bezocht, wij zagen o m. Henri Borel, Nico van Suc'ntelen. Herman Heven- broek, Louis de Vries, Annie Salomons. Gerard Brom. mevr. van Zeggelen, Martlen Beversluis. Mr. Jolles president van her Amsterdamsche Gerechtshof, den Senaat van het Amsterdamsche Studenten Corps, de plaatselijke R.K Geestelijkheid. Namens het „Internationale Comité" sorak Mr. GUtay, die het „Vriendenboek" aanbood, waarin de grootste letterkundigen van de^en tijd zooals Romaln Rolland. Tagore en bijna alle Nederlandsche auteurs bijdragen heb ben geschreven. Mr. Gil lay deed tevens mede- deeling, dat voor het Fonds dat beoogt de zorg van den levensavond te verlichten, zeer vee! steun is ontvangen. Fred, van Eeden dankte met eenige gevoelvolle woorden. Later op den middag heeft de burgemeester van Bussum, de heer H. de Bordes in een toesoraak mededeeling gedaan van de be. schikking der regeering om den dichter een subsidie te verleenen. Dr. van Eeden antwoordde, dat het spre ken hem zeer moeilijk viel. doch dat hij zeer zeker den zin der woorden van den Bur gemeester, die hem a!s Bussum'* burger, als vaderlander en als were:^.letterkundige had geëerd, heeft gewaardeerd. Namens het gemeentebestuur sprak als derde en laatste spreker op deze receptie de gemeentesecretaris, de heer Mr. Westra, die hartelijke woorden sprak en deze vergezeld liet. gaan van bloemen. Meer dan 100 telegrammen van de be- Offer. VAN REDE. keer moest ze hatelijkheden hooren en ook, dan kon ze toch Immers niet echt zingen. Hoe kun Je uit de volheid van Je lied nog probeeren, dat Je zang niemand za! storen! De lessen waren haar eenige vreugde, dan vergat ze haar leed en zong met. reine stem. Toen kwam op een keer. heel onverwacht., naar aanleiding van een huishoudelijk ver zuim. de boodschap, dat „die dure lessen nou maar eens op moesten houden geld verknoeien en plicht verzuimen." Verzet tegen het vonnis baatte niet, ze berustte eerst. Maar het verlangen naar muziek was te sterk, met vertalen trachtte ze wat te ver dienen, maar het nam zoovee! tijd ln beslag en betaalde zoo weinig. Een dierbaar sieraad had ze in andere handen zien overgaan om een lessenschuld te voldoen, toen was ze niet meer bij machte een bron van voldoende In komsten te vinden en gaf het op. Toen week ook alle energie, dacht ze met angst aan de oogenbükken op een podium ten aantchouwc van velen, aan de kritieken over haar stem. aan de twijfel aan eigen kunnen en ln die stemming kon ze den af gesneden weg wel eens met minder opstan dige gevoelens bezien. Zoo gingen dagen, maanden. Jaren voor bij. trouw wijdde ze haar zorgen aan de al zwakker wordende moeder. Tot on een mor gen dat liefste op aarde haar werd ontnomen en ze al'een met vader overbleef. Was nu niet het oogenblik gekomen zich los te maken van dit huis, of lag haar plicht nog hier bij den vader, dien ze haten kon om /Un egoïsme, zijn gevoelloosheid? Strijdend tusschen plicht en gevoel vergle den de dacen in 't sriile huis. waar de liefde was weggenomen. Haar kampen verzwakte en in oogenbükken van overgevoeligheid zag ze het leven als een kruis haar door het Leven gegeven. Ze had het te aanvaarden. De kracht om zich los te maken van de ban den. die niet ln waarheid bonden, miste ze. Ze zorgde als voorheen en de maanden schreden voort. Ze was dikwijls angstig voor eigen gedach ten, schrok als ze zich bewust werd hoe ze van kind af steeds den dood van den vader gezien had als een begeerd rustpunt op haa» weg. Hoe had ze als klein meisje alle vreug de in het spel verloren als ze vader den sleutel in de deur hoorde steken. Dan was ze stilletjes weggesloopen. Waren moeder en de zusjes eens een enkel keertje alleen, wat kon ze dan gezellig aan tafel babbelen, wat een rust kwam over het nervcuse kind. Dat. wèg denken van vader was haar een wensch. een blijvende gedachte geworden, die alleen door den dood opgelost kon. En nu was dan de vader van haar wegge nomen, brak eindelijk haar eiccn leven aan, te oud om nog te beginnen; alleen. Als ze eens een enkelen keer het heerlijke gevoel wilde hebben je ziel in Je stem te kunnen leggen, was dat een droeve teleur stelling; geen krachtig zuiver geluld meer, slechts een vallende onware toon. Met een snik ontwaakte ze uit haar ge mijmer. welde droefheid om al wat was. Haat had ze gezaaid en geoogst, maar toch was er deze laatste dagen van zjjn hulnbe- hoevendhcld een sprankje genegenheid ln haar geweest, was hij dankbaar voor haar zorgen. Op den rand van het leven had hij een blik beantwoord. ..Ik kon niet anders", waren do. eenige woorden, die een bede om vergeving inhielden. kendste letterkundigen waren binnengekomen terwijl ook van tooneelspelerszjjde zeer vele telegrafische gelukwenschen waren binnen» gekomen. Naar het Hbld. verneemt zijn nog tele grammen binnengekomen van August Ver- meylen. Anton Thiery, Frans van Cauwelaert, cir. Deckers, min. van Oorlog, min. Ruys, Henrictte Mooy. prof. Hugo de Vries, de Ver. van Letterkundigen, verscheidene schoolklas sen van H.B.S.'en. Cor van der Lugt MeLsert, den Senaat van de Amsterdamsche Univer siteit. Romain en Madelaine Roland, Herman Salomonson, Herman Poort, Edzard Koning, Adriaan van der Horst. Een merkwaardig adres. Onder de telegrammen aan dr. Frederik van Eeden was er, naar de N.RC. meldt,, een geadresseerd „Aan Frederik de Groote, Neerlands Roem". De telegraaf had den weg naar Bussum weten te vinden. TOONEELJTBILEITM CEES LASEUR. Op Zaterdag 12 April a s. zal Cees Laseur zijn 12 1;2-Jarig tooneeljubileum vieren. Hij treedt dan o?) Sn de première van ..Siertried" van Jean Giraudoux, bij het Vereenigd Too neel. Hem zal een huldeblijk worden aangebo den, verneemt dc Tel. V. ARA.-CONCP ES EN MATTHAUS-PASSTON VALLEN SAMEN. MOEiLIJKHEDEN BIJ DE UITZENDING. Op 13 April zal het demonstratief congres van de V.A.R.A. in zijn geheel worden uit gezonden per radio. De tijd van 12—5 uur is daarvoor aan de A.V.R.O. opgevraagd, inge volge de regeling betreffende „hoogtijda gen". Het Hbld. verneemt echter dat van de zij de van de A.V.R.O. hiertegen ernstige bezwa ren zijn te berde gebracht, want deze zou uit het Concertgebouw de Matthaus Passion uitzenden. Tot een bepaalde beslissing is men thans nog niet gekomen. HAARLEMSCIIE KUNSTKRING. Woensdag 9 April zal de heer A. van der Boom voor de leden van den Haarlemschen Kunstkring in de aula van Teyler's Stich ting een lezing houden over het onderwerp: ..Belangrijke momenten uit de ontwikkeling der glasschilderkunst". De voordracht valt samen met een tentoonstelling van glasschil derkunst bij do firma Boskamp te Over- veen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 15