SPORT EN SPEL Tram» en Spoorweg-Competitie BURGERLIJKE STAND VAN KUNST EN KUNSTENAARS. SCHILDERIJEN-ZWENDEL. DOOR DE INTERNATIONALE VOETBALWERELD. HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 13 MEI 1930 VOETBAL. BELGIc—NEDERLAND. Het Belgisch elftal, dat a.s. Zondag te Antwerpen tegen Nederland den relurnwed- Strijd speelt, ls als volgt samengesteld; Doel: Bad jou. Achter: Nouwens en Hooydonckx. Midden: Pierre Braine, Van Halme en Declcrcq. Vóór: Versyp, Voorhoof, Vanderbouw- hede, Adams en Bastin. Reserves; Dcbie, Dedeken, Hellemans en MocschaL A. G. T.—N. Z H. (2—3) Aanvankelijk is de N. Z. H. in de meerder heid: de strijd is nog geen vijf minuten oud of N. Z. H. krijgt een strafschop toegewezen, die echter ver naast wordt geschoten. Uit een der vele aanvallen der N. Z. H. doelpunt de linksbinnen (01). Daarna is het de beurt van de A. G. T. om aanvallend op te treden doch door gebrek aan een goeden schutter blijven doelpunten voorloopig uit. Even voor rust gelukt het echter den A. G. T.-rechts- binnen om gelijk te maken. (11). Na de thee is de A. G. T. sterker, doch we der ontbreekt het beslissende schot. Het suc ces komt aan de andere zijde als de linksbin nen uit een der fraaie N. Z. II.-aanvallen den stand op 12 brengt, terwijl de zelfde speler er korten tijd hierna 13 van maakt. Het laatste kwartier is een ware belegering van het N. Z. II.-doel, doch verder dan nog één fraai doelpunt weet de A. G. T. het niet te brengen, zoodat het einde komt met een 32 overwinning der gasten. A. G. T- 2—N. Z. H. (1—4) A. G. T. loopt direct hard van stapel, doch de vele goed gerichte schoten worden door den doelverdedlger der N. Z. H. onschadelijk gemaakt. Hierna komt er meer samenhang in de N. Z. II.-voorhoede; de rechtsbinnen plaatst een voorzet van rechts onhoudbaar langs den A. G. T.-keeper (01). Dezelfde speler vergroot den voorsprong Ba fraai solospcl (0—2). Na rust ls het een strijd met wisselende kansen. Toch is het weder de N. Z. H., die het eerst het vijandelijk net weet te vin den '03). Een kwartier voor het einde schiet de N. Z. H.-midvoor no. 4 in het A. G. T.-net, waarna de A. G. T. mid-voor het welverdiende tegen- punt scoort. KORFBAL IIET NEDERLANDSCII 12-TAL TEGEN BELGIë. Het Nederlandschc twaalftal, dat Zondag 25 Mei aanstaande tc Iioutrust te Den Haag tegen België speelt (korfbal) is als volgt samengesteld: Aanval: G. de Mey (Deetos), aanvoerder; A. Hendrlksen (Olympla); mej. G. voor den Berg-(Deetos)mej. A. Vaandrager (Het Zuiden). Midden; B. Borstman, L. Looy, mej. M. Kramer, mèj. D. Richel (allen Het Zui den). Verdediging: A. Arcnds (Swift), H. Leur (Olympla), F. Hendrlksen (Olympia), mej. Reys uit DOS. Reserves: C. J. Bakker uit D. D. V.; L. We- demeyer (Deetos), mej. Ch. Cohen (Hercu les), mej. L. Smits (Deetos). DAMMEN. HET NEDERLANDSCH DAMKAMPIOENSCHAP. J. H. VOS WINT DEN TITEL. De wedstrijd om het nationaal damkam pioenschap is geëindigd met een overwin ning van den G. S.'er J. H. Vos. Met een record-score van 17 punten uit 10 partijen legde hij Zondag j.l. definitief beslag op den Nederlandschen kampioens titel. Keller's weder-optreden in dezen wed strijd was een verrassing! Na een langduri ge ziekte schreef hij juist hersteld toch voor den wedstrijd in en behaalde den 2den prijs. Damme. de titelhouder, moest zich te vreden stellen met den 3den prijs. Zijn vele remise-partijen zijn hiervan de oorzaak, want evenals Vos( bleef ook Damme in dit tournooi ongeslagen. De veteraan D. H. Möllenkamp bezet de vierde plaats, een resultaat waarop de Rot terdammer met voldoening kan terugzien- De ouü-Haarlemsche speler P. J. van Dar telen eindigde als Nr. 5, een plaats welke in een dergelijk sterk-bezet tournooi als zeer behoorlijk kan worden beschouwd. Na een goed begin kwam later de traditioneele in zinking. D Haarlmesche kampioen J. B. Sluiter Jr. debuteerde in dezen wedstrijd op zeer ver- dienstleijke wijze; immers hij deelt met den Amsteröamschen kampioen W, Rustenburg de zesde en zevende plaats. De overige deelnemers eindigden tenslot te allen waar zij zoo ongeveer behooren. al hadden wij van den Haagschen kampioen Jacobs wel wat meer verwacht. De eindstand van dit tournooi luidt: gesp.gew.rem .verl.pt. J. H. Vos. Amsterdam. 10 7 3 0 17 R. C. Keiler, Amstredam, 10 6 3 1 15 A. K. W. Dammer, Amsterd., 10 2 3 0 12 D. H. Möllenkamp. Rotterdam 10 3 5 2 11 P. J. v. Dartelen, Amstredam, 10 2 6 2 10 W. Rustenburg, Amsterdam, 10 1 7 2 9 J. B. Sluiter Jr.. Aerdenhout, 10 I 7 2 9 B. Ris, Wormerveer, 10 1 6 3 8 Ph. de Schaap, Amsterdam, 10 1 6 3 8 P. Beers, Amsterdam, 10 1 5 4 7 A. Jacobs, 's-Gravenhage, 10 0 4 6 4 BILJARTEN. HET WERELDKAMPIOENSCHAP OVER DRIE BANDEN. ROBIJNS WINT DEN TITEL. (Van onzen medewerker) Voor de eerste maal is het tournooi om bo- vengenoemden titel in ons land verspeeld; de organisatie daarvan was door de „Union Internationaal des Fédératipns des Amateurs de Billard" (U. I. F. A. B.) aan den Nederl. Biljartbond, die het op zijn beurt aan de biljartvereeniging K R. A. S. ter inrichting gaf. Deze heeft zich van de eervolle, doch zware taak op zeer loffelijke wijze gekweten. Een volle week heeft het met elkaar ge duurd: voorwedstrijden, Finale en Barrage. Geen wonder, dat zoowel het bestuur als de spelers der barrage-partijen ten slotte op waren. In geen enkel tournooi heeft het publiek zoo enthousiast meegeleefd, als in dit. Voor al in de barrage was deze geestdrift ten top punt gestegen. Stormenderhand heeft het dricbanaenspel in Nederland burgerrecht verkregen. In den komenden tijd kunnen wij dan ook meer beoefening et van verwachten. Het Ls voor de Nederlandsche biljartsport een groote eer, dat onze deelnemers, Robijns en Sengers, zoowel in de voorwedstrijden, als in de finale en ten slotte In de barrage zoo'n schitterend figuur hebben geslagen. Beiden kwamen in hun groep van de voor- wedstrijden No. 1 aan en werden dus in de finale geplaatst, waarin onze landgenoot Sengers wederom als no. 1 eindigde. Vol gens de regelen, hier te lande in gebruik, zou hij wereldkampioen geworden zijn; doch het internationaal reglement schrijft barrage voor. als er enkele spelers met een gelijk aantal gewonnen partijen aan den kop gaan. Dit was nu met niet minder dan 4 hunner het geval. Dus moesten deze 4, Sengers, Za- man, Robijns en Soussa (titelhouder) in bar rage nog eens een volledig rooster spelen, d. i.: 6 partijen, waarin nu. bij gelijk aantal gewonnen partijen, het gemiddelde zou be slissen. Won iemand de meeste partijen, dan was hij natuurlijk kampioen. De einduitslag was. dat Robijns, Soussa en Sengers er ieder twee wonnen en Zaman ze alle drie verloor. Robijns had het hoogste gemvldelde in deze barrage en werd: wereldkampioen over drie banden! Wat de spelers in deze barrage betreft lag er over allen, wat het spel aangaat, een waas van vermoeienis Er zat niet meer die spirit in uit de finale. Geen wonder' Een volle week zijn zij aan den gang geweest. Allen bleven beneden hun gemiddelde in de finale. Geen enkele dezer zes laatste partijen blonk uit door hoog moyenne. Sengers (Rotterdam). Zaman (Belg) en Unshelm (Duitscher) waren de favorieten van het publiek; zij mochten vele enthou siaste bijvalsbetuigingen onder hun spel in ontvangst nemen. Toen Sengers in de bar ragepartij tegen Soussa won. kreeg hij een grootsche ovatie. Dat Robijns na het eindi gen zijner allerlaatste partij als wereldkam pioen niet minder uitbundig werd toege juicht, spreekt vanzelf. Zoo bezitten wij dan voor de eerste maal in onze biljartsport den houder van den wereld titel. Overtuigend heeft Robijns de laatste drie jaren den nationalen titel gewonnen. De kroon heeft hij op dit alles gezet door thans ook het wereldkampioenschap te winnen. De eindstand luidt: 1. Robijns 2 gewonnen partijen 147 pt., 252 brt.. 0.583 gem.; 2. Soussa 2 gewonnen partijen 143 pt.. 265 brt., 0.558 gem.; 3. Sengers 2 gewonnen partijen 140 pt., 281 brt., 0.498 gem.: 4. Zaman 0 gewonnen partijen 123 pt., 262 brt., 0.469 gem. LOMMEROORD (Heemstede)—ONS GENOE GEN (Vogelenzang). Tusschen bovengenoemde clubs is een massakamp georganiseerd waaraan door twee viertallen zal deelgenomen worden. Hiervoor zijn eenige prijzen beschikbaar ge steld. Woensdagavond wordt begonnen met de le viertallen in Café-Restaurant „Lom meroord". LAWNTENNIS. TRY—SWIFT H (0—7). Heeren-enkelspel: G. J. de LugtA. Cat- tenburch 26, 57. Heeren-enkelspel: B, D. Gimbel—A, de Roos 0—6, 0—6. Dames-enkelspel: Mevr. S. M. de Lugt Mej. T. Wamsteker 0—6, 3—6. Gemengd Dubbelspel: Mevr. S. M. de Lugt en G. J. de Lugt; Mej. A. Lobsteinv. Cat- tenburch 3—6, 0—6. Heeren Dubbelspel; J. A. C. Stokmans en G. J. de Lugt, A. dc RoosH. A. Arnoldi, 2—6, 2—6. Dames Dubbelspel: Mevr. S. M. de Lugt en Mevr. T. Niehorster, Mej. T. Wamsteker Mej. A. Lobstein 06, 26. Gemengd Dubbelspel: Mevr. T. Nfehorster- B. D. Gimbel; Mej. T. WamstekerH. A. Ar noldi 0—6, 1—6. GAME AND SET—K. A. T. (3—4) Heerenenkel: H, Sikkes—F. Peters 2—6, 6—8. Heerenenkel: E. RijpmaJ. Back 16,16 Damesenkel: Mej. T. Roosmej. N. Binks- ma 63, 46, 61. Gemengd dubbel: Mej. T. Roos en E. Sikkes —Mevr. S. de Vries en F. Peters 16, 26. Gemengd dubbel: Mej. J. Bakker en E. Rijp ma—Mej. C. Bruynse en J. Back 06, 46. Hecrendubbel: H. en E. Sikkes—F. Peters en J. Back 64. 64. Damesdubbel: Mej. T. Roos en mej. J. v. Walen—Mej. N. Binksma en mej. C. Bruynse 2—6, 7—5, 6—3. SHARP II—T. C. H. II (4—3) H. S.: Groeneveld v. v. F. Bakker 64, 16 5—7. H. S P. Heuke sl. W. Tuyn 6—4, 6—1. D. S.: Mej. de Vries sl. mej. v. d. Stadt 75, 5—7 6—2. H. D.Heuke en Provoost v. v. J. v. d. Stadt en F. Kotte 4—6, 2—6. D. D.: Mej. de Vries en mej. Gruys sl. mej. Vester en mej. v. d. Stadt 75, 62. M. D.: Mej. de Vries en P. Heuke v. v. mej. Vester en F.-Kotte 57. 06. M. D.: Mej. Gruys en Provoost sl. mej. Over de Linden en F. Bakker 63, 75. BLOEMEND AAL. Bevallen: A. A. J. van RoodeHandgraaf d. C. J. de BeerSikkens z. A. Th. Schutte- Veth z. J. M. W. G. van den HeuvelHegge d. S. BoterbloemTreur z. Ondertrouwd: M. J. F. Hulsebosch en J. Lomans. Getrouwd: J. de Graaf en F. M. Valster, J. Koelemij en A Metselaar. Overleden; R. von Hemert, 59 j., Jhr. A. W. G. van Riemsdijk, 51 j. A. H. van Nierop, 77 jaar. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. No. 204. Na de Van Gogh-affaire het Millet-schan- daal. Het gaat er voor den gewonen burger vreemd uitzien in de wereld waar men schil derijen van hand tot hand en van land naar land laat gaan. Wij behoeven ons niet ver wonderd te houden zoo deze burger zijn con clusie lanceert dat het in dat wereldje voos en vies is. Bevorderlijk voor de begeerte schilderijen te bezitten zullen deze zaakjes wel niet zijn. Laten wij hopen dat de ver- standigen niet het kind met het waschwater wegwerpen. Want er zijn gelukkig nog wel een paar lichtende aanteekeningen te maken, ook bij dezen zwendel, voor hen die zich door hem thans geneigd voelen het geheele geval „Kunst" den rug toe te draaien. In de eerste plaats moet zulk een burger, als represen tant van het „publiek", nimmer vergeten dat het publiek als medeschuldige behoort te staan naast de knoeiers en scharrelaars in de kunstwereld. Het ls voor buitenstaanders moeilijk te gelooven hoe grif het publiek, dat zich daadzakelijk met kunstvoorwerpen bezig houdt, op fantasie, leugen en geknoei ingaat. Hoe eigenwijs en ongeloofelij k stupide een deel van dat publiek zijn kan. Wel hoort men datzelfde deel de groote keel opzetten, als ze er, vaak na waarschuwing, ingetippeld zijn, zoo de vrees voor het ridicule het al thans den mond. niet snoert. Natuurlijk wil ik den heer Millet, die een paar honderd schilderijen aan zijn grootvader toeschrijft en ze als werk van zijn grootvader aan den man brengt, niet verdedigen: hij is eenvou dig een oplichter. Noch zijn medeplichtige, den schilder Cazot, die blijkbaar een tech- nisch-liandige duvel is, in bescherming nemen. Maar zij zijn geen alleenstaande verschijningen en slchts beoefenaars eener bloeiende industrie, die niet bestaan kon zoo het publiek maar. niet al-maar-door om werk met groote namen vroeg, een, schilderij kocht uit liefde en vooral uit begrip voor schoonheid en niet als meubel met specula tieve mogelijkheden. Wij weten echter dat het voor negentig procent der koopers juist dat zijn moet,"én dat die negentig procent meer het naambordje dan het kunstwerk koopen. Welnu, het naambordje wordt hun geleverd; dat het geen authentieke signatuur is, zouden ze vaak, bij eenige schranderheid, op hun vingers kunnen narekenen. Dat zulke affaires opgaan en zullen blijven opgaan komt door het gemis aan schranderheid bij het publiek, dat onverbeterlijk is. Zoomin als men zich in de Van Gogh-affaire heeft afgevraagd: wie is toch die meneer Wacker, die daar plots met dertig Van Gogh's te voorschijn komt, wie is die meneer, en wat zijn zijn antecedenten?" zoomin vraagt men als regel bij heel wat transacties naar de bewijzen van kunde en vooral betrouw baarheid van degenen, met wie men handelt. Men is zeldzaam lichtgeloovig en hecht waar de aan eigenschappen en qualiteiten die met kunde en betrouwbaarheid niets te maken hebben. Nu is dit geval in zooverre bijzonder, omdat de kleinzoon van een groot man diens naam voor zijn knoeierijen gebruiken kan en daardoor aan zijn betrouwbaarheid minder spoedig getwijfeld wordt. Maar per slot van rekening hebben meer nobele menschen ignobele kleinkinderen gehad. De Goncourt vertelt ergens in zijn dagboek, dat hij een kleindochter van den grooten schilder Francois Boucher in een bordeel ontmoette. Millet's kleinzoon teekent slechts per procu ratie, zonder notarieele machtiging, en tou cheert meer voor zijn signatuur dat groot vader ooit voor zijn echte ontvangen heeft. Hij corrigeert op zijn wijze het Fransche droit de suite, waarbij aan de nabestaanden van kunstenaars bij iederen overgang van eigen dom een percentage in de meerwaarde wordt toegekend! Maar nu weer in ernst: laten wij eens op letten, (als de justitie tenminste doorzet) wie nu onder de handelaren en bemiddelaars als handlangers van Cazot en Millet zijn op getreden. Een werd er genoemd, een kunst handelaar Karl, die een aantal doeken in de Seine zou geworpen hebben. Hebt u ooit van een kunsthandelaar Karl gehoord? Ik niet. En ik durf nu wel al te wedden dat ge van kundige en als betrouwbaar bekende hande laren als Durand Ruel, Tempelaere of Hector Brame ook in deze zaak de namen niet zult tegenkomen. Ik zou mij sterk moeten vergis sen, zoo een dezer en met hen nog wel een goed aantal andere handelaren, die zich een naam gemaakt, en dus een naam te ver liezen hebben, in deze affaire gecompromit teerd zou zijn. Maar het bedoelde soort handel helaas dan zwendel geworden in kunstwerken werd steeds, doch wordt thans in beangsti gende mate bedreven door allerlei gentlemen die er niet rond voor uit komen dat ze han delaren zijn. De gentleman-dealer is geen uitvinding van gisteren, maar zijn zaken- mogelijkheden zijn gemoderniseerd en ver veelvoudigd. Hij is een nog grooter kanker aan een gezonde belangstelling voor kunst dan Millet's kleinzoon en diens mede- industrieelen, want hij is vaak de afnemer van hun product, of de bemiddelaar bij den verkoop, waarbij hij wel groote provisies wil opstrijken, maar zelf buiten schot blijft en geen verantwoordelijkheid aanvaardt. Men heeft met deze parasieten van den reëelen kunsthandel rekening te houden; er zijn groote firma's die gedwongen zijn van hun diensten gebruik te maken, omdat zij een soms belangrijke clientèle achter zich heb ben, die zij eerst hebben wijsgemaakt dat de kunsthandel duur en onbetrouwbaar is. Zij zien er dan verder geen been in met dien zelfden kunsthandel onder één hoedje tei spelen. Hoe gefortuneerder de gentleman- daeler is, des te ingewikkelder worden zijnl gangen, des te grooter natuurlijk zijn macht. Ik zou niet durven beweren dat wij in Hol land van de funeste bezigheden van deze! menschensoort geheel vrij zijn gebleven In tegendeel, er zijn dingen die er op wijzen da# ook daar, waar men ze allerminst zou ver wachten ongenoemde en oncontroleerbare machten invloed uitoefenen op aankoopen voor en exposities in openbare musea. Daar zijn genoeg troebele verhoudingen, ook in het Hollandsche kunstwereldje die ik voor mij gevaarlijker acht dan de meesterfabriek van Millet Cazot Cie. Laten wij ons over die falsificaties maar niets zoo dik maken: wie daar ingezeept werd, wilde vermoedelijk wel zoo. En l'hisoire se répète: Was het al weer Daumier niet, die zestig jaar geleden een kunsthandelaar uitteekende. als deze aan een armzalig artist bij een potkachel bestelt: „n me faut pour demain: deux Corot, iw Courbet, un Diarz et un petit Delacroix". Houd er den moed maar in, en uw oogetf open. J. H. DE BOIS. 95'30. De wedstrgd der Hongaren tegen Tsjecho-Slowakije. Stevig en snel spel der Hongaren. Slechts 3 spelers uit het elftal, dat tegen Zwitserland gelijk heeft ge speeld, speelden in Praag. Een merkwaardige opvatting omtrent het toestaan van invallers. Do Tsjechen vervangen onder den wedstrijd een speler, die niet op dreef is. De nieuwe richting in Duitschland bij het samenstellen van het vertegen woordigend elftal. Het goede werk van Otto Nerz. Men kiest niet mecr namen doch in vorm zv'nde spelers. De 50 overwinning op dc Zwitsers. Klachten oven- ruw spel van sommige Zwitsers. De resultaten van het Engelsche voetbalseizoen. Tn verband met den wedstrijd van het Ne- derlandsch elftal tegen Hongarije op den eersten Pinksterdag te Boedapest,, is de op l Mei gespeelde wedstrijd van het Hongaarsche elftai tegen Tsjccho Slowakije te Praag voor ons wel van belang. Naar men weet hebben dc Hongaren daarvóór togen Zwitserland ge- Rik gespeeld, doch, zooals ik wel verwacht had. blijk: thans, dat de Hongaren dien wed strijd tegen de Zwitsers niet al te ernstig hebben opgenomen. Ze brachten tenminste lang niet. hun sterkste combinatie in het veld. Blijkbaar waren ze van meenjng, dat ze toch van Zwitserland wel zouden kunnen winnen. Bovendien gold de wedstrijd niet voor den Europeeschen beker, zoodat men er niet zoo heel veel waarde aan hechtte. Op den eersten Mei hebben ze tegen de Tsjechen echter een heel wat sterker elftal in het veld gebracht, waarin slechts drie spe lers waren opgenomen van de ploeg, die te gen Zwitserland gelijk gespeeld heeft. Alleen de doelverdediger Acht, de achterspeler Fog! Ill en de blnnenspeler Tatacs II waren ge handhaafd. Wel eigenaardig is het dat men juist twee spelers heeft behouden, die bekend zijn door hun overdreven forsch. ik zou bijna zeggen ruw spel. Over het spel van Tatacs II schreef een der Zwitscrschc bladen, dat deze lange rechtsbinnen buitengewoon stevig cn herhaaldelijk zeer unfair speelde Over Fogl III schreven de Zwitsers, dat zijn spel ver ontrustend stevig was. Dc strijd van dc Hongaren tegen de ysjcchcn is dan ook van een geheel andere soort geweest dan de wedstrijd in Zwitser land. De kamp te Praag is er geen geweest tusschen twee goed ingespeelde ploegen, die elk op zich zelf een sluitend geheel vormden, doch "een zware strijd van man tegen man, er werd veel steviger gespeeld dan men eigenlijk te Praag gewoon is. Toch heeft deze wedstrijd vaak uitstekend voetbal laten zien. In de eerste helft waren de Hongaren iets in de meerderheid, In het tweede gedeel te hadden de Tsjechen door uitstekend posi tiespel de zaak in handen. Doch in deze pe riode bleek duidelijk de groote kracht van den Hongaarschen doelverdediger Acht. die zich onbevreesd midden tusschen de Tsjechi sche aanvallers wierp en den bal vaak van hun voeten weg nam. Ondanks het overwicht der Tsjechen in het tweede gedeelte van den strijd zouden de Hongaren er in geslaagd zijn. dank zij hoofdzakelijk het spel van Acht en Fogl H om den in de eerste helft verkre gen voorsprong te behouden, indien de Noor- sche scheidsrechter Andersen niet een straf schop tegen de Hongaren had gegeven, waar van zelfs de Tsjechen verklaren, dat het een te zware straf was. Het spel der Hongaren was vooral opmer kelijk door de snelheid, waarmede ze op den bal toeschoten. Geen oogenblik kon een der Tsjechen een op hem toekomenden bal rustig afwachten, bliksemsnel stortte een Hongaar zich dan op het leder. Hadden de Hongaren den bal. dan behielden ze hem slechts een ondeelbaar oogenblik. Het leder werd onmid dellijk verder doorgegeven, waardoor de taak der Tsjechische achterspelers uiterst lastig werd. Bovendien kopten de Hongaren uitste kend. Het eenige Hongaarsche doelpunt kwam dan ook door een kopbal, die, via den paal en een der achterspelers, in het doel terecht kwam. Stevigheid, snelheid van handelen en goed koppen waren wel de eigenschappen, waarop het Hongaarsche spel was gebaseerd. Men kan dan ook gerust aannemen, dat Zwitser land tegen dit Hongaarsche elftal geen kans gehad zou hebben. Een kwartier voor het einde kwam de ge lijkmaker voor de Tsjechen uit een straf schop. In het laatste kwartier hebben de Tsjechen zich hoofdzakelijk op verdedigen toegelegd. De halfs trokken zich in de ver dediging terug, ook de binnenspelers verleen den af en toe assistentie, waarvan het gevolg was, dat de Hongaren weliswaar in den aan val kwamen, doch geen kans kregen om het winnende doelpunt te maken. Omtrent de invallerskwestie hebben de heeren in Midden-Europa toch vaak eigen aardige opvattingen. Zoo werd vijf minuten voor de pauze de Tsjechische speler Tyrpekl door den „Verbandskapitan", d.i. de man, die het elftal samenstelt en die voorts alles doet wat bij ons tot de taak van de Technische Commissie behoort, uit het veld geroepen. In zijn plaats speelde verder een ander mee. De man was niet gewond doch volgens den Verbandskapitan was zijn spel onvoldoende. Men beweert, dat de spelregels zich hierte gen niet verzetten, wat. indien men ze let terlijk opvat, ook juist is. Immers het regle ment zegt, dat men een gewond speler niet mag vervangen, over spelers die blijkbaar uit vorm zijn, wordt niet gesproken. Hield men zich geheel aan de letter, dan zou men b.v. voor een speler, die onder den wedstrijd ziek werd of hevige kiespijn kreeg, een in valler mogen nemen. Onnoodig te zeggen, dat dit blijkbaar ^en speciaal Midden-Euro- peesche opvatting Ls, die echter ontoelaat baar is. Op dezelfde gronden zou een voor waarts den bal wel in een schepnetje kunnen opvangen en 'non op die manier in het doel werpen. Ook dat is in het reglement niet ver boden, doch desondanks zal niemand het in zijn hoofd krijgen iets dergelijks te doen. Het vervangen van een speler op grond van het feit dat hij niet goed speelt, is al even dwaas. De wedstrijd te Praag werd door 30.000 toe schouwers bijgewoond, meer kan men niet bergen. Plannen tot uitbreiding van een der Praagsche terreinen zijn echter in voorbe reiding. Dat men bij het samenstellen van een vertegenwoordigend elftal een nuttig ge bruik kan maken van de aanwijzingen van een vakman, is reeds meermalen op afdoen de wijze bewezen. Nog van veel grooter be lang is het dat een vakman, die zich geheel aan die taak kan wijden, zich belast met de opleiding van de spelers, die voor de natio nale ploeg in aanmerking komen. Hij kan den spelers de moderne opvattingen van het spel leeren, waardoor de gekozen spelers ten slotte beter een geheel zullen vormen dan indien men zonder voorafgaande voorberei ding een elftal samenstelt uit de beste spe lers, waarover men voor de verschillende plaatsen de beschikking heeft. Bij de Duit- schers doet op dit punt Otto Nerz uitstekend werk. Deze Duitsche oefenmeester heeft op kosten van den Duitschen V. B. verschillen de studiereizen naar Engeland gemaakt, waar hij de groote wedstrijden heeft gevolgd en de oefeningen der spelers heeft meege maakt. Van de op die reizen bijeen gebrach te kennis maakt hij thans gebruik om den Duitschen spelers het moderne voetbal te leeren. Zooals ik reeds eerder heb meege deeld houdt hij in verschillende plaatsen cursussen, waaraan door de beste spelers in die plaatsen wordt deelgenomen. H!' advi seert voorts over de samenstelling van het elftal waarvan hei gevolg is. dat men nu niet langer een elftal samenstelt uit namen van groote spelers, zonder dat men zich er rekenschap van geeft of ze op dat oogenblik wel in vorm zijn, of zonder dat men zich af vraagt of deze spelers wel een goed geheel zullen vormen. Men krijgt nu een elftal van in vorm zijnde spelers ,die technisch en tak- tisch goed onderlegd zijn en waarvan men weet, dat ze bij elkaar zullen passen. Vroegei koos men groote namen als Kalb, Harder, Jager e.a. Het is daarbij zelfs wel voorge komen, dat men een speler koos, die eenige weken tevoreneen been gebroken had en nog in het ziekenhuis lag! Men is in Duitschland van oordeel dat het goed spel van het elftal in den laatsten tijd, meer in het bijzonder de 50 overwinning op de Zwitsers, voor een groot deel aan de systematische samenstelling van het elftal te danken is. In Neurenberg en Fürth denkt men daarover wel anders, daar nu vrijwel alls groote mannen uit die plaatsen worden gepasseerd, doch de feiten geven het bewijs dat de richting van Otto Nerz wel de juiste is. al heeft het eenigen tijd geduurd, voordat hij succes had. Na het goede spel van Zwitserland in de laatste wedstrijden had men in Duitschland wel op een overwinning gehoopt, doch zoo heel zeker was men daarvan niet. De 50 overwinning is dan ook in Duitschland met groote vreugde begroet, Het Duitsche elftal heeft- zeer goed gespeeld. Hier staat tegenover, dat Zwitserland een dag had, waarop vrijwel niets wilde geluk ken. De voorhoede, die anders zoo uitste kend speelt, kon nu niets goeds doen. Men wist zich wel kansen te scheppen, doch er geen gebruik van te maken. beteekenis was het. overigens, dat de Zwitsersche doel verdediger Pache na een half uur wegens een verwonding moest uitvallen. Het stond toen 1—0. een kwartier later was het 4—0 voor Duitschland! Twintig minuten voor het eind werd de Duitsche achtersDeler Stubb verwond, waar door hij moest uitvallen. Ook voor hem kwam een invaller. Het eenige onaangename van dezen wed strijd was het ruwe spel van de Zwitsers, waarvan ons elftal reeds eerder ondervin dingen heeft opgedaan. Duitschland liet zich in dit opzicht ook niet onbetuigd, de ma nier waarop b.v. Huber den Zwitse-schen doelverdediger In het net liep, was zeker unfair. De EngeLsche scheidsrechter Rous heeft den wedstrijd goed geleid. Het was hoofdzakelijk achter zijn rug, dat de grootste ruwheden werden begaan. C.GROOTHOFF Bilthoven, 10 Mei 1930

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 14