BUITENLAND
DE GANG VAN ZAKEN IN ITALIË.
DE PAN-EUROPA GEDACHTE.
AGENDA
LANGS DE STRAAT.
HAARLEM'S DAGBLAD
WOENSDAG 4 JUNI 1930
TWEEDE BLAD
De bewapeningswedloop ter zee.
Vlootvoorstellen afgekomen.
Wat Mussolini bereikt heeft.
Scialoja heeft den moed!
HET BELANGRIJKSTE NIEUWS.
Grandi hield een groote redevoering voor
den Italiaanschen Senaat, waarin hij op
nieuw het standpunt van Italië, zooals dit
verdedigd was op de Londensche conferen
tie, uiteenzette. Hij bracht een gedocumen
teerd bewijs voor de stelling, dat dit stand
punt in de lijn lag van de door Italië reeds
op de conferentie te Washington aangeno
men houding.
In het verder verloop van zijn redevoering
zeide Grandi, dat de Fransch-Italiaansche
tegenstellingen hun oorzaak vonden, behal
ve in vlootproblemen, ook in kwesties over
den status van Italiaansche onderdanen
in Tunis en in koloniale aanspraken, vooral
betreffende de Zuidelijke grenzen van de
Noord-Afrikaansche kolonies. Ter versnel
ling van d% oplossing dezer moeilijkheden
stelde Grandi een directe gedachtenwisse-
ling voor tusschen Londen en Parijs, buiten
de gewone diplomatieke wegen om. Frank
rijk echter verkiest de gewone diploma
tieke procedure en wensoht het Fransch-
Italiaansch vlootprobleem uit te stellen tot
na de oplossing van de bovengenoemde twee
andere punten. Overgaande tot het nieuwe
Italiaansche vlootprogram deelde Grandi
den Senaat mede, dat teneinde alles te ver
mijden, dat een overeenkomst zou kunnen
verhinderen of vertragen de Italiaansche
regeering bereid is, om zoolang de onder
handelingen, met het oog waarop de vloot-
conferentie verdaagd werd, nog in gang wa
ren, het vlootprogram voor 1930 op te schor
ten, mits de Fransohe regeerfng hetzelfde
zou doen voor haar vlootprogram voor 1930.
Tenslotte ging Grandi over tot de pogingen
van den Volkenbond voor de beveiliging van
den vrede. Italië is van meening, dat de
Volkenbond het verschijnsel oorlog meer
behoort te beschouwen van het standpunt
van voorkomen, dan van een standpunt van
repressie-maatregelen. Derhalve verkiest Ita
lië boven de formule „veiligheid, arbitrage,
ontwapening" een andere formule nl. „ont
wapening, arbitrage en dan eerst veiligheid",
hetgeen meer in den geest van den Volken
bond lag.
Voorts werden in den Senaat de vloot
voorstellen aangekondigd, die hierop neer
komen, dat pariteit wordt bereikt met
Frankrijk. Hoe overigens de stemming in
Italië op het oogenblik is, bliikt uit het feit,
dat eenige Senaatsleden zelfs met klem aan
drongen op het overschrijden door Italië van
de pariteit.
Men weet overigens dat het op de-' spits
drijven van gevaarlijke gevoelens tusschen
Frankrijk en Italië, zoowel door Mussolini als
door zijn ministers ten doel heeft, aan te
toonen dat de vrede van Versailles een ver=
aninkte vrede is die herzien moet worden.
Het politieke doel wordt er daardoor niet ver
trouwenwekkender op! En de bewapenings
wedloop die op het oogenblik weer ontketend
wordt mag wel bitter stemmen.
Intusschen is er ook een andere klank
opgestegen in den Senaat. En het mag wel
verbazing wekken dat dit is geschied!
Scialoja heeft namelijk den moed gehad
Mussolini's houding te critiseerem. Het
Hbld. vertelt er het volgende van:
Bij de behandeling van de begrooting van
buitenlandsche zaken in den Senaatlieeft oud
minister Scialoja oud-gedelegeerde van Italië
bij den Volkenbond, een rede gehouden welke
nogal opschudding heeft, gewekt omdat zij
een bedekte critiek op Mussolini's beleid in
hield.
Hij zeide dat het onjuist Is om te beweren
zooals in bepaalde Italiaansche kringen ge
schiedt, dat de Volkenbond voor Italië van
weinig nut is. Er is geen sprake van dat
Frankrijk en Italië te Genève een overheer-
schende positie zouden innemen. Zoolang hij
gedelegeerde was. is er nimmer een demarche
gedaan zonder zijn voorkennis.
Een opmerkelijke passage na.v. Mussolini's
oorlogszuchtige redevoeringen der laatste
dagen was Scialoja's opmerking dat de
vrede het hoogste streven der menschheid
is. dat de oorzaken der oorlogen diep liggen
en dat men er thans te luchthartig over
spreekt.
In verband met de ter Vlootconferentie
herhaalde geuite meening dat de duikbooten
tot niets dienen daar zij gemakkelijk van de
lucht uit kunnen worden beschoten, zeide
Scialoja: Wat ook het. oordeel der technici
moge zijn. men dient te bedenken dat niets
zwaarder mag wegen dan het leven der mam
nen in een duikboot. Om dergelijke offers te
kunnen dragen, dieneh zij overtuigd te zijn
van het nut hunner wapenen. Wanneer men
hun zegt. dat de duikboot tot niets dient,
demoraliseert men degenen, die haar bedie
nen.
Scialoja heeft hier een opinie weergegeven
die wel in strijd is met de zorgvuldig" ge
kweekte stemming van haat en onverdraag
zaamheid, die door Italië's leiders op het
oogenblik wordt geïnspireerd.
L. A.
De wijzigingen in het
Engelsche kabinet.
LONDEN, 3 Juni (V.D.) In het Lager
huis kondigde Macdonald heden aan, dat de
regeering voorstelde het departement van
Dominions en Koloniën te splitsen waarbij
dan J. H. Thomas, de tegenwoordige minis
ter voor de werkloosheid, belast zou worden
met de leiding van het ministerie voor de
Dominions. Thomas heeft zich bereid ver
klaard de nieuwe post te aanvaarden
De toestand in Britsch-Indië
LONDEN, 3 Juni (V. D.) Heden heeft de
Minister voor Indië Wedgwood Benn voor de
Imperiale persconferentie een redevoering
gehouden over Indië. Hierin zeide hij o.a.,
dat de campagne voor burgerlijke ongehoor
zaamheid, welke een niet-gewelddadige zou
zijn, noodzakelijker wijze moest leiden tot
botsingen, hetgeen reeds geschied was. De
groote meerderheid der bevolking van Indië
had natuurlijk niet actief deelgenomen aan
de campagne. Natuurlijk is het de plicht van
iedere regeering, die belast is met de zorg
voor een land met zoovele verschillende be
langen. klassen en geloovigen, als Indië, de
openbare orde te handhaven. Welke vorm
van regeering ook het resultaat zal zijn van
de conferentie en de parlementsdebatten, het
zou een misdaad zijn een erfenis na te laten,
niet alleen van een chaos en wanorde, doch
wat nog veel erger was van verachting vo©r
de wet. Ook zou het oogensluiten voor wer
kelijkheden zijn, niét te erkennen, dat er te
genwoordig in Indië over alle klassen en
rassen een zeer diep ernstig en brandend
verlangen naar gelijkheid van status
heerscht.
Het is zekerlijk een buitengewoon moeilijk
probleem, dat dit gemeenebest thans onder
het oog moet zien. Onder de verwarring van
vraagstukken komen twee of drie punten
duidelijk naar voren. Het eerste is, dat ge
weld onmogelijk een remedie kan zijn. Wan
neer de wet nagekomen wordt is dat in het
belang der Indiërs zelfgeweld wordt geens
zins toegepast ter bescherming van een Brit-
sche overheersching. De oplossing der moei
lijkheden moet in het belang van het Brit-
sche rijk vurig verlangd worden. Het is geen
trek van de Britsche politiek de regeering
van Indië voort te zetten op het principe:
„Verdeel en Heersch". De eerste plicht van
een goed burger is alles te doen wat in zijn
macht is om tegenstrijdige belangen met
elkaar in overeenstemming te brengen en te
vermijden, voedsel te geven aan het vuur van
onderlinge naijver. Het is de vurige wensch
geweest van deze regeering tusschen de
rassen een geest van sympathie en begrijpen
te bevorderen, wanneer de huidige troebelen
het bewustzijn van beide partijen versnellen
dan kan misschien nog iets goeds er uit ont
staan. Het Britsche volk is niet ongevoelig
voor groote idealen. De Indische volkeren
hebben een oude geschiedénis en onzelfzuch
tige en edele instincten.
De toestand in Engeland
ontwikkelt zich.
Zooals reeds eenigen tijd geleden gemeld
werd, zou Ben Turner, de minister van het
Mijnwezen, aftreden, daar hij zijn tijd ten
volle wenscht te wijden aan zijn vakvereeni-
gingswerk. Hij heeft zijn ontslag bij Ramsay
MacDonald inderdaad ingediend. Bovendien
nemen de geruchten, welke na het aftreden
van Mosley de ronde deden over verdere wij
zigingen in het kabinet, een vasten vorm
aan. Het lijdt weinig twijfel dat Thomas zal
terugkeeren naar het ministerie voor de do
minions, dat hij in het eerste Labour-kabi-
net van 1924 ook bekleedde Lord Passfield.
die op het oogenblik zoowel Dominions als
Koloniën heeft, zou dan alleen minister van
Koloniën blijven, aldus de Tel. Op deze wijze
zal aan Thomas de voornaamste taak ten
deel vallen bij de komende rijksconferentie.
Hij zal echter nauw verbonden blijven met
het werkloosheidsvraagstuk, dat nu behan
deld zal worden door een kabinetscommissie
waarvan de premier voorzitter zal zijn en
Thomas een der leden.
Thomas' opvolger als Lord Privy Seal zal.
naar men aanneemt, Hartsborn zijn, die, nu
het werk der Simon-commissie ten einde is,
in staat is een post in het kabinet in te ne
men.
Algemeen gelooft men, dat Buxton zal af
treden als minister van Landbouw, nu hij
tot peer is verheven en dus naar het Hoo-
gerhuis gaat. Het landbouwvraagstuk is zoo
zeer op den voorgrond gekomen door het
voorstel van Lloyd George om hierbij samen
te werken en door de campagne, die de con
servatieven zullen beginnen, dat het onmo
gelijk wordt geacht, dat de verantwoorde
lijke minister niet in het Lagerhuis zou kun
nen spreken. Waarschijnlijk zal dr. Addison
Buxton opvolgen.
Het Chineesche oorlogs-
tooneel.
Uit Saigon wordt gemeld, dat zich gisteren
weer ernstige incidenten hebben voorgedaan.
Een groep van 700 betoogers wilden in ge
sloten gelederen naar het ten Noord-Westen
van Saigon gelegen Vinh Long opmarchee-
ren. Een afdeeling van 1500 soldaten werd
gezonden om de betooging te beletten. Aan
het hoofd van den stoet liepen vrouwen en
kinderen die, naar gemeld wordt, roode vlag
gen met de sovjet-ster zouden hebben ge
dragen. Toen aan het bevel, om den stoet te
ontbinden, geen gevolg werd gegeven, dre
ven de militairen de betoogers uiteen, waar
bij velen in een aan den weg grenzend moe
ras terecht kwamen. Naar men kon consta-
teeren werden echter allen gered. Er werden
120 personen gearresteerd, waarvan nader
hand weer 40 werden losgelaten. Men hield
50 personen in hechtenis.
LONDEN. 3 Juni (N.T.A.) Blijkens een be
richt uit Peking, zouden bij Kweilo de Noor
delijken 500 man van de tegenpartij hebben
gevangen genomen. Bovendien maakten zij
29.000 geweren buit, 18 machinegeweren en
i2 gevechtsvliegtuigen,
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel.
Stotzuigerhuis MAERTENS
Barteljorisstr. 16 Tel. No. 10756
Alle merken Stofzuigers
TSJANGSA, 3 Juni. (Reuter). Ten Zuiden
en Westen van Tsjangsa zijn gevechten be
gonnen tusschen de troepen uit Honan en
communisten, die zich zelf de „ironsides"
noemen en die in opmarsch zijn uit Wwangsi
naar Hankou om daar den „christen-gene
raal" Ten-Ju-siang te gaan bijstaan, die
zich met Jen Ji-sjan heeft vereenigd tegen
Tsjiang Kai-sjek en de nationalistische re
geering te Nanking.
Men verwacht dat de „ironsides" een be
langrijken invloed zullen hebben op den toe
stand, die op het oogenblik wat was vastge-
loopen, daar de nationalistische regeering
niet bij machte is spoed te zetten achter de
krijgsoperaties in Noord-Honan.
De
regeeringscrisis in
Stockholm.
De koning heeft den liberalen oud-premier
B G. Ekman met de vorming van het nieu
we kabinet belast. De koning heeft op de
noodzakelijkheid gewezen, dat de nieuwe re
geering over een zoo groot mogelijke meer
derheid in het parlement beschikt.
Staking in de Engelsche
wol-industrie.
De stemming onder de Engelsche vakver-
eenigingen in de wolindustrie over opheffing
of voortzetting van de werkstaking is ten
gunste van voortzetting der staking uitge
vallen. Zes leidende vakvereenigingen heb
ben aan de stemming deelgenomen en circa
67.3 pet. van haar leden hebben zich tot
dusver uitgesproken voor voortzetting der
staking. Andere vakvereenigingen die niet
aan de stemming hebben deelgenomen, heb
ban zich intusschen met het resultaat der
beslissing accoord verklaard, aldus de N.R.C.
Of de staking succes zal hebben, moet
echter nog steeds worden betwijfeld.
EEN STOOMSCHIP GEZONKEN.
DE BEMANNING OMGEKOMEN?
BOGOTA, 3 Juni (Reuter). Het stoom
schip „Goenaga" is gisteren op de Magda-
Ienarivier nabij Teneriffe in brand geraakt
na een ontploffing. Kort daarop ïs het schip
gezonken en men vreest dat een groot aan
tal passagiers om het leven zijn gekomen.
HEVIGE BOSCHBRANDEN IN
ONTARIO.
VIJF KOLONISTEN VERBRAND?
PORT ARTHUR (Ontario) 3 Juni. (Reu
ter). Men vreest dat 5 kolonisten in de vlam
men zijn omgekomen, tengevolge van de he
vige boschbranden, welke in verschillende
deelen van Ontario heerschen en vooral
groote verwoestingen aanrichten langs den
noordelijken oevér van het Bovenmeer en
reeds de buitenwijken van Port Arthur be
dreigen.
Ruim 600 mannen zijn bezig te trachten
het vuur te blusschen.
BOTSING MET COMMUNISTI
SCHE BETOOGERS.
PARIJS, 3 Juni (B. T. A.) De „Matin"
meldt. d.d. gisteren uit Saigon:
Een colonne van 700 betoogers heeft zich
op weg begeven naar Vinh Long, een plaats
op 130 K.M. ten zuidwesten van Saigon. De
bestuurder van Vinh Long trok met 15 mili
ciens den stoet tegemoet. Daar aan het
hoofd van den optocht vrouwen en kinderen
liepen, die communistische insignes droegen,
verzocht de bestuurder aan de betoogers
uiteen te gaan Het gros van de colonne
bleef echter opdringen, waarop de miliciens
de betoogers met hun geweerkolven uiteen
dreven, waarop de bende zich in de omlig
gende velden verspreidde. Niemand werd
gewond. Er werden 120 personen gearresteerd
doch slechts 50 arrestaties bleven gehand
haafd. Thans is de rust teruggekeerd. Onder
de gearresteerde personen bevinden zich be
kende agitators, die reeds eenige malen ver
oordeeld zijn.
WOENSDAG 4 JUNI
Remonstrantenhuis. Vereeniging van Sph
ritisten: „Wetenschap en Religie". Propagan-
da-lezing.
Restaurant Brinkmann. N.V. Kon. fabriek
van rijtuigen en spoorwagens J. J. Beynes.
Aandeelhoudersvergadering. 12 uur v.m.
Palace: „Het Meisje van de Straat", en
„In China bij de Chineezen". Tooneel. Brucks
and Brocks. 2.30 en 8-15 uur.
Luxor-Theater. „De Prinses van het Luna
park" en „De dood voor oogen". Tooneel: Duo
Sereno. 2.30 en 8 15 uur.
Rembrandt Theater: .Die fidele Herren
part ie (Potverteren). Tooneel: 4 Keaths-
2.30, 7 en 9 15 uur.
Standaard Theater: „De struikroover" en
„Huwelijksreis". Tooneel: Duo Divance.
2.30 en 815 uur.
H i 11 e g o m. Gemeenteraadsvergadering.
DONDERDAG 5 JUNI
Gem. Concertzaal. H. O V. Concert. Solist:
J. van Emdcn, piano. 8.15 uur.
Groote Kerk. 3—4 uur Orgelbespeling.
8 uur: Kerkconcert Polyhymnia en Kin
derkoor.
Stadhuis. Gezondheids Commissie. Open
bare vergadering. 4.30 uur.
Lange Heerenvest 122. N V. Techn. en
Luxe Metaalindustrie „Cuprea"; vergadering
11 uur v.m.
Teyler's Museum. Spaarne 16. Geopend op
werkdagen van 113 uur, behalve 's Maan
dags. toegang vrij.
Bioscoopvoorstellingen.
H ccmstede. Gemeenteraadsvergade
ring. uur,
Briand's Memorandum.
Toen Briand In September van het vorige
jaar eenige uren na afloop van het dejeuner,
waaraan hij zijn pleidooi voor een nauwere
Europeesche samenwerking gehouden had,
de pers te woord stond, deelde hij den jour
nalisten mede. dat men hem aan dat noen
maal de opdracht had verleend een docu
ment op te stellen, dat do 26 andere Euro
peesche Regeeringen «leden van den Vol
kenbond) in studie moesten nemen, en waar
in zij dan de grondingen voor een nieuw
overleg dat in September van dit jaar te
Genève zou plaats vinden, zouden aantref
fen. Op het oogenblik. waarop Briand het
over deze werktaak had. zag ik zijn collega
Loucheur de wenkbrauwen fronsen en een
lichte, blijkbaar wanhoop uitdrukkende,
handbeweging maken. En inderdaad, het
bleek mij weldra, dat deze warme vriend van
de Pan-Europeeschc gedachte zich zorgen
maakte en in een ietwat wanhopigen ge
moedstoestand verkeerde. De verklaring hier
van was gelegen in het feit. dat hij. naar hij
eenigen in zijn nabijheid staanden journa
listen toefluisterde, al zag aankomen, wat
die opdracht aan Briand feitelijk met zich
mee zou brengen: dat hij, Loucheur, het stuk
in kwestie moest opstellen, want, zoo voegde
hij hieraan ter verklaring van die somber
geuite voorspelling toe, als het aankomt op
het in elkaar zetten van een vragenlijst of
van een Memorandum, dan zie ik mij daar
al mee opgescheept, aangezien Briand er nu
eenmaal het land aan heeft dergelijk werk
te doen. Daar komt hij nooit toe.
Wanneer men nu het Memorandum, dat
den 17en Mei aan de Regeeringen van de
Europeesche Volkenbonds-staten overhan
digd is. goed bekijkt, valt het op. dat er juist
meer de mentaliteit en de gedachtengang van
Briand dan van Loucheur uit spreekt Laatst
genoemde toch is bovenal de man. die het
hem zoekt in de economische samenwerking,
de behoefte daaraan en de invloed, die daar
van op de verdere staatkundige ontwikke
ling automatisch zou uitgaan. Do Fransche
Minister van Buitenlandsche Zaken daar
entegen ziet de dingen veel meer van uit een
politieken gezichtshoek. Welnu, het staat
met zooveel woorden in het alleszins merk
waardige stuk te lezen, dat men moet begin
nen met zich bij bet streven om tot een
organische structuur van Europa te komen,
op het staatkundige te richten. Dat alleen
kan de grondslag verschaffen voor een ge
zond Europeesch economisch beleid.
In groote trekken geeft Briand aan, hoe
men goed zal doen met te komen tot een
werkelijk dusdanige organisatie, dat met
eerbiediging zoowel van den Volkenbond
eenerzijds als van de souvereiniteit van el-
ken staat op zichzelf anderzijds er iets
van een Europeesche federatie geschapen zal
worden. Met andere woorden, hij neemt het.
op voor het denkbeeld, dat wel aangeduid
pleegt te worden met de benaming: Pan-
Europa.
Pan-Europa? Zoo hoor Ik reeds menigen
spotgeest vragen, is daar nog behoefte aan,
waar het in ons oude werelddeel toch wel
beschouwd veel weg heeft van een Europce-
schen pan? Daargelaten, dat zulk een ziens
wijze, zelfs wanneer men geenszins blind is
voor verschillende moeilijkheden en tegen
stellingen, die vandaag aan den dag nog te
bekennen vallen en somwijlen een vrij be
denkelijk karakter aannemen, niet getuigt
van een werkelijk rustigen blik op de ver
houdingen, zou ik bovendien meenen, dat
men met zulke goedkoop? grapjes een zoo
ernstige zaak als door niemand minder dan
Briand voorgestaan en hij telt in vele
landen, o.a in Duitschland. geestverwanten
van bcteekenis niet kan afmaken.
Het heeft onmiddellijk nadat het Memo
randum over een Europeesche federatie het
licht zag niet aan stemmen ontbroken van
menschen. die met een bepaald merkwaar
dige zekerheid do kunst van het voorspelic»
meenden te verstaan en die dan wisten te
vertellen, dat zoo iets nooit tot stand te bren
gen zal zijn. Gelijke profetieën zijn er meer
verkondigd. Ik denk aan hen. die. nog geen
veertig jaar geleden de meening van het
toenmalig Duitsche Rijksdaglid Dr. Max
Hirsch deelden, dat een Duitsche Regeering
nooit een voorstel tot oprichting van een
permanent internationaal gerechtshof zelfs
maar ln overweging zou kunnen nemen. Er
was namelijk op een in 1894 in Den Haag
gehouden bijeenkomst van de Interparlemon
talre Unie voor zulk een Instelling geijverd.
De bekende pacifist Passy voegde toen Dr.
Hirsch toe. dat nog nooit een groote verbete
ring. in het algemeen, dat nimmer iets
nieuws tot stand gekomen was. waarvan
aanvankelijk niet werd gezegd, dat het nooit
zou kunnen gebeuren. Vandaag aan den dag
behoort Duitschland tot die landen, welke
zelfs de verplichte rechtspraak van het Per
manente Hof van Internationale Justitie
hebben aanvaard!
Toen om een ander voorbeeld te nemen
in 1864 een Amerikaansch burger Presi
dent Lincoln het middel van arbitrage door
een onpartijdige rechtbank aanprees in een
in die dagen hoogst ernstig geschil tusschen
Amerika en Engeland, zeide Lincoln: „een
heel lief denkbeeld, maar niet uitvoerbaar,
nu wij nog zoover van het duizendjarig rijk
af zijn". Zeven jaar later kwam de recht
bank er!
Trouwens, hoe Is er niet door heel wat
betweters tegenover de kampioenen van de
Volkenbondsgedachte beweerd, dat zoo iets
onmogelijk was. De nuchtere hedendaag-
sche werkelijkheid is daar om te bewijzen,
dat ook in dit- geval de menschen van het:
„dat-kan-nooit" de plank faliekant missloe
gen.
En dus? Wil men beweren, dat de door
Briand ontwikkelde denkbeelden hier en
daar nadere preciseering eischen, dat het
geen hij voorstaat niet van heden op mor
gen te verwezenlijken zal zijn. best. Maar
men bega vooral niet de domheid te beweren,
dat er nooit of te nimmer van een Europee
sche Federatie sprake zou kunnen wezen. In
tegendeel, het Is aller plicht zeer ernstig het
betreffende Memorandum in studie te ne
men. Dat moeten de Regeeringen doen, maar
dat ligt zeer zeker ook op den weg van al die
genen. die op hun Regeeringen en dus op
dier gedelegeerden naar Genève eenigen in
vloed kunnen uitoefenen. Zoo wensch ik dus
de Kamercommissie voor Buitenlandsche Za
ken van ganscher harte een nuttigen studie
tijd toe. opdat Minister Beclaerts. voor hij de
reis naar de Volkenbondsstad onderneemt,
waar hij Immers ook ter Europeesche confe
rentie aanwezig zal zijn, zal weten, hoe ge
noemde commissie, welke de verschillende
partijen in ons Lagerhuis representeert, over
Briand's plan en over de manier, waarop
men thans verder te werk zal moeten gaan,
denkt.
Dr. E. v. RAALTE.
Beren.
Mogelijk weet u niet, dat we hier in Hol
land nog beren hebben, echte groote, logge,
bruine beren op zachte sjokvoeten, met een
spitse snuit en scherpe klauwen. Om u de
waarheid te zeggen had ik ook steeds ge
dacht, dat ze uitgestorven waren en als )k
me niet vergis, vertellen alle dierkundoboe-
ken die grove onwaarheid ook. Ik begrijp
niet, hoe iemand, die toch studie van zijn
onderwerp gemaakt moet hebben, zich zoo
kan vergissen. Want ik. die toch maar een
leek ben. kwam er gisteravond, op eens, zoo
maar, één tegen, en het lijkt me toe, dat
iemand, die werkelijk een degelijk onder
zoek instelt in de bosschen van Holland, ze
bij dozijnen moet aantreffen.
Ik liep dan gisteravond tegen dat het don
ker werd. met een klein meisje van zes door
een donkere, breede laan met hooge boomen
en geheimzinnig ritselend struikgewas aan
den kant en natuurlijk zag Emmie hem het
eerst. Daar zijn kinderen kinderen voor. Ze
zien altijd de dingen, die een groot mensch
gedachteloos voorbij gaat. Het zou best mo
gelijk zijn geweest dat ik. dom groot mensch
mij ongewapend en zonder de minste arg
waan in die donkere, duistere laan gewaagd
had, waar achter een boom een reusachtige
bruine beer ons af stond te wachten.
Ik was den koning te rijk, dat ik Emmie
bij mij had. Want zij zag opeens een grooten
harigen poot achter den boom uitsteken, en
ze greep mij bij mijn arm, en sleepte mij.
gillend van angstig plezier mee. Een eind
verder, achter een grooton beuk, stelden wij
ons op, en gluurden alle twee voorzichtig
ieder aan een kant om den stam heen om te
zien, wat het afschuwelijke dier in den zin
had. We zagen niets- Dat duurde een paar
minuten, en toen opeens Emmie klapte net
bijtijds haar hand voor haar mond. anders
zou ze hardop gegild hebben i zagen we
hem! Hij sloop heel voorzichtig zoo voor
zichtig, dat we zelfs het kraken van de dor
re bladen niet hoorden, dwars over de laan
heen, naar een boom, die een beetje dichter
bij de onze stond dan de vorige. Hij had ons
gezien! Hoe moesten we er in 's hemelsnaam
het leven afbrengen' En Emmie, die om half
acht in bed moest liggen! Radeloos keken
we elkaar aan. Wat moesten we doen? Em
mie greep mijn arm en begon op heftig
fluisterenden toon een plan te ontwerpen
om den beer om den tuin te leiden en toen
ik het na veel geheimzinnig gedoe volko
men begrepen had. begonnen we aan de uit
voering ervan. Onze eenige kans was nog
om het beest onverwachts voorbij te hollen,
en om dat te kunnen doen moesten we eerst
zorgen, dat we heel dicht bij hem waren, en
het dan opeens langs hem heen! hoe
griezelig het ook was! op een hollen zet
ten Ik wil u wel zeggen, dat we daar ln het
steeds dieper wordende donker, waarin we
onzen vijand ternauwernood meer konden
onderscheiden, een vreeselijk half uurtje
hebben doorgebracht! Onze harten klopten
ln onzen keel van angst, Emmie kneep mijn
hand zoo hard, dat ik het wel had willen uit
gillen van de pijn. mijn hoed was In een
boomtak blijven hangen en Emmie's mutsje
wapperde van haar hoofd tot vlak voor de
voeten van het monster, toen we eindelijk,
met den moed der wanhoop, onze kans
waagden. Op een tecken van Emmie vlogen
'4* met een geweldigen aanloop, hijgend en
met bonzende harten, langs den boom. waar
achter dc beer ons stond te beloeren, en toen
we vlak bij hem waren, konden we zijn oogeit
zien glinsteren en het geluid hooren van zijn
ruwen tong, waarmee hij voortdurend lek
kerbekkend langs zijn snoet streek! Maar het
lukte! We hoorden wel, heel ver achter ons,
een woedend gegrom, maar we keken niet op
of om, voor we veilig en wel heelemaal aan
het andere einde van de laan waren Toen
dorsten we het erop wagen. Een heel eind
verder stond de beer nijdig to brommen, en
ik zag hoe hij met zijn opgeheven bruinen
poot een dreigend gebaar naar ons maakte.
Maar wc voelden ons zoo veilig, dat we het
ondier schaterend uitlachten, en dat Emmie
uitdagend haar kleine, spitse, roode tong te
gen hem uitstak en hem uitsliepte
Zooeven kwam Emmie bij me en ze heeft
ernstig onderzocht of ik van den doorslanen
angst en schrik geen grijze haren had ge
kregen. En lk ben niet zoo goed of zoo kwaad
of ik moet met haar mee om naar het hol
van den beer te gaan zoeken. Emmie zegt,
dat het zonder cenig gevaar is, want dat
beren overdag altijd slapen.
Dat Is het allerprettigste van de beren,
waarmee kleine meisjes met een groote ver
beelding de bosschen bevolken: zo loeren
achter boomen en grommen Je lekkcbaar-
dend aan, als Je net zoo'n verschrlkkelijken
zin in een griezelig avontuur had, en als het
Je beter uitkomt om ze overdag te laten sla
pen. omdat die groote menschen ook altijd
zoo vreeselijk bang zijn, dan laat je ze sla
pen. Waarvoor heb Je anders Je fantasie ge
kregen?
W. T.
Als Haarlem's Dagblad
niet in Haarlem en Omstreken de
algcmecne Huisvriend was, zou dit
dagblad niet
meer dan 18.500 abennés
hebben. Hieruit volgt, dat wie nog
niet op Haarlem's Dagblad geabon
neerd was, zichzelf te kort doet.