BRIEVENBUS Postzegelrubriek Aan Allen! Brieven aan de Redactie van de Ktnder-Afdeeling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG ZEEMAN, Marnixstraat 20. BLOEMENFEE. Gezellig hè zoo met zijn allen naar Zand voort te gaan. Kwamen ju-llle bruin verbrand thuis? Wat een fijn feest hebben jul lie gevierd. Moest je de voordracht alleen opzeggen? Die mevrouw gaf mij jouw naam op. Daarom zette ik het in de Ruil-Rubrlek. Je raadsel is goed. ROZENKNOPJE. Je hebt deze week zeker weer heerlijk gezwom men Nu moet de bus langzamerhand wegblijven. Ik geloof vast. dat je van den zomer nog wel Je diploma kunt halen. Ben je al weer eens naar Zancivoort geweest? Wat zal het heerlijk ruiken in Jullie tuin met al die geopende rozenknopjes. DE KLEINE VOETBALLER. 't Is nu meer weer voor Je zwempakje dan voor je voetbal, hè. Je geniet nu ze ker ook heerlijk van je fiets. Heeft Je vriend ook een flets? GRAAF EGBERT. De strikvra gen zijn dikwijls nog moeilijker dan de andere raadsels. Probeer die nu ook eens. Ik geloof zeker, dat hst wel gaan zal. Jc mop zal ik spoedig een plaatsje geven. D AMI AATJE. Hartelijk dank voor die prachtige kaart uit Ede. Hebben jullie schik gehad? En trof Jc mooi weer? PAPAVERTJE. Jou dank ik ook hartelijk voor dat mooie Berken laantje Hebben jullie daar gewan deld? Wat komen die gevlekte stam men mooi uit op die kiek. BALLENBREISTERTJE. Jam- mor. dat er twee kuikentjes zijn doodgegaan. Maar Jullie hebben ge lukkig toch nog een half dozijntje over. Groeien ze flink? Hoe gaat 't met de konijntjes? Moeder weet wel, waar ze haar ballen breistertje plezier mee kan doen. De jongens - en meisjesnamen mogen best door elkaar staan. DE KLEINE VIOLIST. Deze wedstrijd zal wel van een leien dakje gaan 't Doet me plezier dat de ge broeders samen genieten van den raadselprijs. Ik ben ook blij, dat die Frits heeft zitten schudden van 't lachen. Dat Ls gezond voor een mensch. MEVR. C- C. B. Wat heeft U nu een gesukkel met N. Ik hoop, dat er leeds een verandering ten goede is gekomen, 't Is voor haar zeker een iieele bezoeking met dit mooie weer ln bed te moeten liggen. Ik hoop, dat U mij spoedig betere berichten kunt zenden. PRIMULA. 't Is nu je weertje voor de plantjes. Vooral ook denken om water. Begonia's groeien en bloeien van zon maar vooral ook van water. Fuchsia's vragen nog meer water. Eigenaardig dat je primula nog bloeit. Dat zijn anders meer lenteplanten. KERSTROOSJE. Gefeliciteerd met je beterschap. Nu niet meer ziek worden, hoor! 't Is nu veel te mooi weer om op bed te liggen. Ga Je ook weer geregeld naar School? Schiet je flink op met den Juni- wedstrljd? MOEDERS KLEINSTE. Ik dacht wel, dat je in je nopjes zou zijn met je prijs lieb je hem ook aan moeder voorgelezen? Ben Je weer heelemaal gezond? Ik hoop 't voor je. Hoe heb Je het Woensdag gehad? Ben je fijn met de krans naar Groenendaal ge weest? KORSTJESKNAGER. Fiets jij liever dan dat Je ln duin speelt? 't Lijkt me met de warmte toch heerlijker om een zand-zonnebad te nemen. Je zou van den zomer zeker ook graag een maand in Castricum willen zijn. Dat wil ik best geloo- ven. Wat heb jij toch aardige ooms en tantes, die zoo heerlijk met je uitgaan. Heb je nog gezwommen in Zandvoort? Of mocht 't niet van thuis? DANSERESJE. Zoo kom Jij ook weer eens naar me toedansen. Dat doet me genoegen. Wanneer ben je verhuisd en bevalt het goed in de nieuwe woning? Je hebt je wedstrijd- werk gauw afgemaakt, Dat is eigen lijk heel verstandig. Van uitstel komt zoo gemakkelijk afstel. Ik heb 't nog niet nagekeken. VIOOLBLOEMPJE. 'k Hoop. dat er een aardig dierenvriendje of vriendinnetje voor de poesjes komt opdagen. Wat heb JU heerlijk geno ten op den 2den Pinksterdag, 't Is maar fijn, dat je zoo lekker kunt uitrusten in de hangmat. Wel leuk zoo'n verborgen prieeltje. Dat lijkt zoo'n beetje op een geheimen tuin. Hoe gaat 't met moeder en zus? W. v. d. L. Ja, jongen uitgaan kost geld en dat geld moet verdiend worden. Ik vind, dat jij heusöh ook wel een prettige vacantie tegemoet gaat. Ik weet nog niet waar ik heen zal gaan. In leder geval binnenslands De boeken, die je opnoemt, bewon der ik ook niet onverdeeld. De aar digheden zijn vaak wel eens onge zocht. Voor Onze Bibliotheek zijn ze wel wat kostbaar, of Wim L. moest ze van iemand cadeau krijgen. KRIELKIP. Dat was zeker een gezellige logeerpartij, bij tante. Heeft tante ook je briefje in Onze Jeugd gelezen? Zwem je dikwijls? Zwem je ook van school? ELFENBLOEMPJE. Leuk, dat ik ook weer eens wat van jou hoorde. Maar 't is zeker heel druk in de sprookjeswereld. Heb je de boeken van Stijntje en Tinus ook gelezen? Je hebt gelijk, dat je maar dadelijk aan den nieuwen wedstrijd bent be gonnen. Wanneer verwachten jul lie de kleine kuikentjes? Wat heb je met oom en tante een fijn auto tochtje gemaakt, prettig, dat 't met Eikeltje nu goed blijft gaan. Het el- ferubloempje moet maar goed op haar passen. ZWARTKIJKERTJE. Knap zoo, dat jij den wedstrijd goed en gauw af hebt- Wat aardig, dat tante nu je nieuwe boek leest, 't Doet me erg veel plezier, dat jij nooit gedacht had, zoo'n mooien prijs te krijgen. POPPENVERPLEEGSTERTJE. Prettig, dat jij ook in je schik bent met je prijs. Wat een heerlijk voor uitzicht, dat je in de groote vacantie naar Overijsel gaat. Höb Je daar fa milie wonen? En waar gaan zus en broer naar toe? BLAUWOOGJE. Heb je veel van die boekjes verkocht? Dus jij bent ook een driehoeks-meisje. Verkoch ten jullie ook ln de kraampjes? Is er flink geld binnengekomen voor 't. goede doel? ZONNEBLOEM. Hoe gaat 't met de zwemles? Durf Je 't al los? En ga je ook wel eens zwemmen buiten de schooluren? 't Water was je van deze week toch zeker niet te koud? Heeft broertje ook al tandjes? Heer lijk. dat hij zoo flink groeit. Ik kan best begrijpen, dat je dolveel van hem houdt. DE KLEINE BOUWER. NU kan je fijn bouwen ln 't zand. Kasteelen met torens en bruggen over de ri vier. Leuk, dat je Floralia-plantJe in bloei staat. Begiet het u maar alle dagen als de zon weg is. Is je hage dis, nu in zomertenue? Hij heeft groot gelijk. D AMI A AT JE. Dat is dus een goed geslaagd schoolreisje geweest. Ik denk, dat Jullie 't er met elkaar nog dikwijls over hebben zullen. Sliep je in tenten of m een huis? Ben je nu heelemaal uitgerust? BLOEMENFEE. 't Is Woensdag avond een mooie avond geweest voor de Padvindertjes? Vind je 't geen lastig werkje zoo'n nachtpon te ma ken met lai>e mouwen? Moest je hem ook zelf knippen? Naar welk kamp gaan jullie van den zomer? Ja, kampeeren is iets heerlijks. BOERINNETJE. 'L Deed me ple zier ook jouw nette handje weer eens te zien. Een heele drukte hè zoo'n verhuizing? 't Is te begrijpen, dat moeder daar doodop van was. Hoe is 't nu met moeder? Je bent nu een heel eind uit mijn buurt. Nog har telijk gefeliciteerd met je 14den ver jaardag. Ik hoop dat 't een gezellig dagje voor je is geweest. Als je deze maand je raadsels geregeld blijft in- zijenden, kun je nog meeloten om een raadselprijs. PAPAVERTJE. JIJ WOU je ZO- mervacantie zeker wel ln Ede door brengen. Wat prettig, dat jullie ook nog in dien speeltuin zijn geweest. Je hebt ondertusschen*ook nog han digheid geleerd. Dat komt altijd te pas. Dat spelen op de hei was zeker 't heerlijkste uurtje van den dag. Wat zul je er nog dikwijls aan terug denken. DRAAITOL. Je raadsels zijn goed. Jij draait zeker dikwijls naar Zandvoort. Die kleine nicht geniet er natuurlijk ook volop van zand en zee. Dat kleine goed voelt er zich gauw thuis. Kinderen en water kun nen 't altijd heel goed samen vinden CROCUS. Ik dacht wel, dat je genieten zoudt van Jona en Sari. Wat zullen die sla en peultjes uit eigen tuin heerlijk gesmaakt heb ben. Heb je een vuurroode gera nium? Nu vooral voor vocht zorgen? Wat zal 't er vroolijk uitzien in je tuintje. En er staat natuurlijk altijd een mooi bouquetje op tafel. KATUIL. Ben je Woensdag ook naar 't Bloemendaalsche strand ge weest? Laat je armen nu maar niet meer zoo verbranden. Bruine armen staat wel leuk, maar verbrande ar men doen pijn. EPENAARTJE. Al doende leert men, ook zelfs de lastigste sommen. Gezellig voor je dat Zeeuwsch Boe rinnetje weer beter is. Hebben jul lie nu vacantie van de Zondags school? 't Doet me genoegen, dat je Knipperdolletje een mooi verhaal vindt. Neen, 't is vooreerst nog niet uit. Je raadsels zijn goed. HET ZAANDAMMERTJE. Chi- neesche kool smaakt heel lekker, maar in den wintertijd. Ik hoop en verwacht wel, dat je gisteren een fijn dagje in 't Haagje hebt gehad. Wel ke twee paledzen heb je bekeken? Vond je 't in Schevenlngen niet druk? Nog een beetje drukker dan in Zandvoort, hè? Heb je al dop erwtjes geplukt? D e bieten moeten nog maar een poosje groeien. Die roode bladen staan zoo vroolijk. LEZERESJE. 't Zou nu ook veel te warm zijn om schoon te maken. Geniet nu maar zooveel mogelijk van buiten-zijn. Natuurlijk vind ik een briefje met inkt geschreven duide lijker dan me>t potlood. Je zult best een goed opstelletje kunnen maken. Daar reken ik dan ook op. Wat pret tig, dat je in je betrekking 14 dagen vacantie krijgt. Ga je dan nog uit de stad? ZEEUWSCH BOERINNETJE. Wat ben ik blij voor je, dat je weer beter bent. Die drie weken hebben zeker heel lang geduurd. Zijn de dikke wangen nu heelemaal geslon ken, of had je maar één dikke wang? Wat een heerlijk schoolreisje heb ben jullie in 't vooruitzicht Is de da tum al vastgesteld? Welk boek heb ben jullie aan je onderwijzer gege ven? Wanneer probeer je je zwem diploma te halen? Kun je nu 't vol gend jaar je vaardigheidsdiploma nog halen? 't Was wel jammer, dat je ook op 't concert niet mee kon zin gen. Maar vader en moeder hebben Je Zondag maar weer een heerlijk dagje bezorgd. STUURMAN DRIE. 't Zal met de raadsels steeds wel beter gaan. Alle begin Ls moeilijk. Wat heerlijk dat de heele klas op 11 Juli naar Ar- tis gaat. Dan zijn de apen ook op hun buitenverblijf. W. L. Hoe lang hebben de In dische verlofgangers verlor? Wat verbazend, dat jullie uitvoering mis lukt is. Natuurlijk is buitenspelen heel wat anders dan in een zaal mu- siceeren. De afleiding speelt ook een groote rol. 't Is te hopen, dat 't in Meer en Bosch beter zal gaan. Wan neer zal 't wezen? ZANGVOGELTJE. Jij hebt maar een reuze knappe pop. Die is knap per dan menig kind. En wat is ze vroolijk. Heerlijk hoor zoo'n kind met zoo'n prettig humeurtje. Deze week heb je zeker toch flink ge zwommen. is de bus nog onmisbaar? Doe je best maar om den zwemslag gauw meester te worden. GOUDSBLOEM. Dat is ook we[ eens prettig, als de raadsels zoo ex tra gemakkelijk zijn. De wedstrijd is neusch niet zoo moeilijk, als hy jou misschien toelijkt. Hoe is het met 't tafelkleed afgeloopen? Heeft moeder het in water en azijn gezet? Dan knapt 't in den regel prachtig op. Zijn de grootouders nog bij jul lie geweest? Of zijn ze er nog? Lo geer jij ook wel eens in Zevenhuizen? GOUDELSJE. Ja, Freesia ls een heel mooi bloempje Op 31 Augustus zie je ze dikwijls in 't oranje Flink zoo. dat je 't wedstrijdwerk al klaar hebt. Je krijgt op school zeker een mooi cijfer voor schrijven. Raad lk dat goed? ROZENKNOPJE- Nu was je prachtig op tijd- Als ik 't maar op Woensdag heb, want Donderdagmor gen gaat de Rubriek al naar de drukkerij. Dat is maar een prettige instelling, dat jullie in plaats van gymnastiek gaan zwemmen. Nu leer je het meteen goed. UITLOOPER. Nu zijn jullie ze ker al weer eens naar Zandvoort ge weest. 't Was er tenminste wel weer tje voor. 't Is maar fijn. dat Johan op school niet achter ls gekomen. Ik hoop. dat hij me ook weer eens gauw zal schrijven. MARINIER. 'k Wensdh Je mor gen een plezierig auto-todhtje. Waar gaat de reis naar toe? En Zondag weer met de boot naar Gouda? Jij valt maar van 't eene pretje in 't andere. Mag ik van je kiezen, waar ik mee naar toe wil? 't Liefst met de boot mee. 't Is nu op 't water zoo fijn. VOGELKOOPSTERTJE. Prettig dat je met het boek zoo in je schik bent. Heb je vandaag van je beide broers afsche genomen? Twee jaar is een heele tijd, als we er voor staan maar als we er later op terugzien lijkt het zoo heel kort. Je moet el kaar maar trouw schrijven. Je raad sels zijn goed. A. B. C. 'k Kan me best begrij pen, dat grootmoeder lang niet vriendelijk keek, toen jullie dat foto lampje zoo hadden laten stoomen. Je hadt zelf de gordijntjes maar moeten ultwasschen. 't Gebeurt na tuurlijk nooit meer. MARIETJE. Wou jij zoo graag in een vliegmachine zitten? Ik niet, hoor. Over 100 jaar vliegen misschien alle menschen. Dat is best mogelijk Wat zal 't dan lekker rustig op straat zijn. 't Zal een pretje zijn om dan verkeersagent te wezen. JAN TEN H. Ik kan me begrij pen, dat jullie het heel interessant vonden, wat meneer over den Vol kenbond vertelde. Je hebt er eigen lijk meer aan, dan aan de opsom ming van de veldslagen van den Spaansche successie-oorlog. Tien jaar volkenbond beteekent nog niet veel, maar alles moet groeien. Dit jonge plantje zal ook zeker groeien. W. BLOMBERG—ZEEMAN Marnixstraat 20 Haarlem, 20 Juni 1930. OPLOSSING: DE ACHT ZUSJES Hoe heet ik? Het meisje zelf heet: Dorothea en haar zusjes: Ada, Dora, Rosa, Nora, Cato, Hilda, Amela (Amelia) en Eva. POLEN XVI Gedurende 1923—24 verscheen een nieuwe serie portzegels in de teeke- ning van de serie 1921. doch in greo- ter formaat Het waren 50, 100, 200, 500. 1000, 2000, 10.000 20.000, 30 000 50.000, 100000, 200.000, 300.000 500.000. 1.000.000. 2.000.000, en 3.000.000 mark (alle donker blauwt. Grootte van de vakjes 3.3 bij 2.8 c-M. Ook de serie 1923 werd ln 1924 uit gebreid met nieuwe waarden. De ze gels zijn in dezelfde teekening. Uit gegeven werden: 10.000 mark (violet bruin), 20.000 mark (olijf) 30.000 mark (rood), 50.000 mark (geelgroen) 100.000 mark (roodbruin) 200 000 mark (lichtblauw), 300.000 mark (lila), 500 000 mark (bruin) 1.000.000 (rose) en 2.000.000 mark (groen». Grootte van de vakjes 2.8 of 3 4 c.M. Zie voor de indeeling 't schetsje. S. Rustenburgerlaan 23. EEN GRAPPENMAKER Kees ziet zijn vriendje loopen met 't kleine zusje. Kees: Loopt Je zusje al? Jan: Al wel zes weken. Kees: Dan had ze de grens al over kunnen zijn. BIJVOEGSEL VRIJDAG 20 JUNI 1930 No. 183 We hebben deze week wel eens ge puft van de warmte en misschien ook wel eens geklaagd, omdat „je nu toch haast stikte". Als 't straks koe ler wordt, klagen we natuurlijk op nieuw. Een menschenkind is nu juist geen tevreden schepsel. Ik weet eoh- ter een heel goed middel om de warmite te verdrijven, nl. dit: „je gaat je verplaatsen in de Noordpool streken. Verdeden zomer was er een film, waar je toeristen kon zien trekken over de ijsbergen, waar je de men schen in dierenvellen gehuld zag wegschuilen voor een sneeuwstorm. En er waren kinderen onder de toe schouwers, die bij 't zien van al dat ijs en die eeuwige sneeuw er kip penvel van kregen. Laten wij nu eens met elkaar op een snikiheeten middag naar IJsland trekken. We kunnen daar dan feest vieren, omdat IJsland in deze maand herdenkt, dat 't voor duizend jaar een parlement gekregen heeft. Er gaan nog een paar Nederlanders als vertegenwoordigers naar toe. Dus wij zuilen ook zeker welkom zijn. De IJslanders hadden veel liever een anderen naam voor hun eiland, want 't is niet waar, dat IJsland al tijd een land vol ijs is. 't Klinkt zoo koud en 't stoot daarom de men schen af er heen te gaan. Waarom het dan zoo genoemd is? De eerste Noor, Flokl Vilgerdson. die met andere mannen op dit eiland kwam, hield zich onledig met vis- schen. Hij vergat te hooien, zoodat het vee bij gebrek aan voedsel stierf. Toen 't lang koud bleef en Floki een berg ging beklimmen om eens te ver kennen, hoe 't er in den omtrek uit zag. ontwaarde hij niets dan ijs en drijfijs. Hij keerde maar gauw naar Noorwegen terug en vertelde, dat het eiland daar ln 't Noorden, IJs'and was. De Noren zijn toch nieuwsgierig geworden en in de 9de eeuw vesti gen velen zich op IJsland. Er ont staat een levendig verkeer tusschen Noorwegen en IJsland. Het land was onbewoond, ieder kon er van nemen wat hij wou 't Klimaat was 't zelf de als in Noorwegen en men kon door veeteelt en visscherij zich een bestaan verzekeren. In 930 sloten de kolonisten zich aan en richtten den IJslandschen Vrijstaat op. Sinds 1906 ls er een telefonische verbin ding met de buitenwereld. De hoofd plaats Reyckjavik is een moderne handelsstad geworden, 't Is gebouwd op de plek. waar de eerste kolonist voet aan wal zette. Straks zullen er optochten gehouden worden met voorstellingen uit oude sagen. En 't oude zal herleven. Voor de IJslan ders ls 't t e hopen, dat er dan wat zon mag zijn op hun bergen en in hun dalen. W. B Z. Waf, woef. waf! Krijg ik dit koekje? Waf, woef, waf! Ik lust het graag. Waf, woef. waf! Met een klein hapje Verdwijnt 't daad'lijk in mijn maag. Wat? Moet 'k ook nog dankje zeggen? Ook nog kwispelen met mijn staart? Hè, dat heele kleine brokje Is die drukte heusöh niet waard. Maar ik wil verstandig wezen, Waf, woef. waf! Ik dank je zeer. Kijk, het puntje van mijn staartje, Gaat ook vroolijk op en neer. Hè. me dunkt, dat is verdiend hoor, 'k Ga er nu weer gauw van door. Heb je weer zoo'n lekker koekje, Roep me dan maar daad'lijk hoor! Knipperdolletje. door W. B.—Z. 7) 't Stelde een zaal voor, waarvan de pilaren dikke ijspegels waren. In 't midden was een bevroren plas met een troon van ijs. En op dien troon zat een jongen. Voor hem stond een meisje met gevouwen handjes en ze keek hem zoo smeekend aan, dat Je er bedroefd van zou worden. „Dat zijn Kai en Gerda uit het sprookje van de Sneeuwkoningin."- vertelde oma. ,Dat ken ik," zei Mies. ,,'k Heb 't gelezen in Onze Jeugd. Daar heeft Gerda Kai gevonden en nu wordt alles goed ,.Zal ik dan maar een ander ver tellen?" vroeg oma „Nee, vertelt U dit maar. 'k Heb het in vervoigen gelezen. En vertel len vind lk toch nog fijner „Goed, dan gaan we gezellig om den haard zitten. Als Je wilt, mag je wel aan je kussen borduren, terwijl lk het sprookje van de Sneeuwko ningin vertel." „Ja, dat doe lk." zei Mies. ,,'t Moet hier afkomen, want over 14 dagen is moeder jarig." Vlug haalde Mies haar kleedje, zettte toen een kussen vlak naast grootmoeder en ging daar zelf op zitten, terwijl grootmoeder ver telde. Mies kan niet nalaten, telkens een opmerking te maken. Grootmoeder vond 't niet erg. Mies riep al gauw „Wat zielig, dat Kai ook zoo'n glas scherf naar binnen kreeg. Gelukkig maar, dat 't geen pijn deed." ,.Ik weet nog niet, of dat zoo ge lukkig was," zei Oma. „Leelijke din gen, die naar binnen gaan en geen pijn doen, stichten dikwijls 't mees te kwaad." vervolgde oma. 't Was al ver over bedtijd, toen Oma klaar was met vertellen Nu moest Mies gauw haar glas melk op drinken en dan naar boven. Daar werd gebeld. „Tc Zal wel opendoen", zei Mies en ze was de gang al In. ,,'t Zal Gljsje wezen met 't strijk goed," zei oma bij zichzelf, 't Was zoo, daar kwam Gijsje met het blau we kleerbakje binnen, waar onder een bont gekleurde doek stapeltjes strijkgoed zichtbaar waren, 't Was tusschen Mies en Gijsje een harte lijke begroeting. Die twee kenden elkaar ook al een aardig poosje en ze konden het best samen vinden. Als Gijs kwam werken, hielp Mies graag mee. Vooral de ramen spul ten met grootmoeders tuinspuit vond Mies 't allerheerlijkste werkje. En dan de roode steentjes schrobben van 't straaf-Je voor de deur. Gijs vond Mies een handig ding en in den schuur .stonden een paar zwarte klompen, die ze van Gijs cadeau had gekregen. „Zouden de klompjes nog pas sen?" informeerde Gijsje al gauw. „Dat zullen we morgen wel eens zien. 't Is nu bedtijd voor Mies," zei grootmoeder. Hoe lief grootmoeder was, Mies wist wel, dat je geen lied je van verlangen behoefde te zingen. En toch zou Mies nog even opblij ven, wan/t, terwijl Gijsje den bont gekleurd en doek van 't strijkgoed nam en Mies juist de hand uitstak om Gijsje goedennacht te wensdhen, riep Mies lachend: „Draagt Oma jongensblouses?" ,.Wel heb ik van mijn leven." zet Gijs, „daar heb ik de blouses van dat nieuwe Jongske op mevrouws kleer bakje gelegd." „Welk nieuwe jongske??" vroeg Oma nu. „Bij boer Veris ls een weesjon&etje gekomen. Ik had er juist gewas- schen en nu heb lk de kleeren van dat ventje maar mee naar huis ge nomen. Dat is me toch een stum- perd." „Zoo zwak?" informeerde groot moeder. „Nee zwak is ie niet. Een jongen als een boom, zoo stevig en zoo vlee- zlg. Maar hij heb voor geen zier ver stand." „Dan is 't zeker een stumperd", vervolgde grootmoeder. „Zou 't Knipperdolletje zijn?" vroeg Mies opeens. En nu sprak 't vanzelf, dat Gijsje precies wou weten, wie Knipperdol letje was. Mies vond in Gijsje een zeer aan dachtig toehoordster en toen er al les verteld was, zei Gijs: ,,'t Zou me niks verwonderen, of die stumperd en die Knipperdolletje zijn dezelfde". „Wie heeft hem gebracht?" Infor meerde Oma. „Een deftige mevrouw, die hier al eens meer geweest ls. En die sprak van Maarten." „Hij ls 't," riep Mies verheugd. „HIJ heet Maarten." Nu wou Mies natuurlijk precies we ten, waar boer Veris woonde en of er nog meer kinderen waren en of 't goede menschen waren en nog veel meer. Grootmoeder vertelde, dat de jon gen een lot uit de loterij getrokken had om bij boer Veris in huis te komen. Ze hadden zelf geen kinde ren en daarom wilden ze graag een kind in huls hebben. „Maar snapt u nou, dat ze zco'n stumperd nemen? Daar heb Je nou heel geen gezelligheid aan," rede neerde Gijsje. Grootmoeder dacht even na en zei toen: „Ja, dat ls Juist iets voor vrouw Veris Ze wou geen kind bij zich ne men voor eigen gezelligheid, maar ze wou zichzelf geven aan dat kind „Waar wonen ze?" vroeg Mies. ..Achter ln Groet. Een drie kwar tier hier vandaan," vertelde Gijsje» „Gaan we er morgen heen. Oma?" „Dat beloof lk je niet, kind." „Als mevrouw 't goed vindt, mag Mies wel met mij mee. Ik raoH er morgen heer. om die blouses te bren gen." „Hè Ja. Oma. Mag ik?" Oma had er niets op tegen. Maar 't was nu meer dan bedtijd en Mies lag dan ook binnen een kwartier op haar bed. ln 't gezellige logeerka mertje. 't Was wel gek, ma ze droomde dien nacht toch nle an Knipperdolletje, maar van .iaar eigen moesje, die zoo dolblij was met 't mooie kussen, dat alle kennissen 't zien moesten en leder beweerde, dat 't Iets buitengewoon prachtigs was. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 15