Het woord is aan 48e Jaargang No. 14433 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Maandag 14 Juli 1930 HAARLEM S DAGBLAD DIRECTEUR» P. W. PEEREBOOM. UITGAVE DER N.V. LOURENS COSTER HOOFDREDACTEUR: ROBERT PEEREBOOM ABONNEMENTEN: per week 0.27)4, met Geïllustreerd Zondagsblad ƒ0.32 Per 3 maandenHaarlem en plaatsen waar een agent gevestigd is (kom der gemeente) 3-5734. Franco per post door Nederland 1 3.8754. Losse nummers ƒ0.06. Geill. Zondagsblad per 3 maanden 0-57)4. franco per Fost. Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaame 12 Telefoon Nos.: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600 Administratie 10724, 14825 Drukkerij 10122, 12713 Postgiro No. 38810 ADVERTENTIEN: 15 regels ƒ1.75, elke regel meer ƒ035. Reclames /0.60 per regeL Reductie bij abonnement. Vraag en Aanbod 14 regels ƒ0.60, elke regel meer f0.15, buiten Arrond. dubbele prijs. Onre Groentjes (Dinsdag, Donderdag en Zaterdag) 14 reg. f 0.25. elke regel meer ƒ0.10. uitsl. a contant- Gratis Ongevallenverzekering voor Weekabonnés. Uitkeeringen: Levenslange ongeschiktheid en Overlijden f 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog I 400.-, Duim f 250.-, Wijsvinger f 150.-, Elke andere vinger f 50.-, Arm- of Beenbreuk f 100.- DIT NUMMER BESTAAT UIT TWAALF BLADZIJDEN. EERSTE BLAD Een foto van prins Sigvard van Zweden; zooals men weet gaan er hardnekkige ge ruchten omtrent een eventueele verloving van prinses Juliana met dezen Zweedschen prins, geruchten die intusschen nog niet officieel bevestigd werden. Prins Sigvard is de tweede zoon van den Zweedschen Kroonprins. VREESELIJK ONGELUK IN BUENOS AIRES. TRAM IN EEN RIVIER GESTORT. MEER DAN ZESTIG DOODEN. BUENOS-AIRES, 12 Juli (Reuter). Za terdagmorgen is hier een tram van een brug te water gereden. Naar schatting zijn daarbij een zestigtal menschen omgekomen. BUENOS AIRES, 12 Juli (Reuter). Het on geluk is Zaterdagmorgen om 6 uur geschied. De meeste slachtoffers zijn werklieden, die op weg waren naar hun werk. De tram ging over een ophaalbrug, die uit twee deelen bestaat. Men denkt, dat de be stuurder door den dikken mist niet gezien heeft, dat één van de deelen was opgehaald, zoodat de tram van de brug af in het rivier tje, de Riacho, reed, dat Buenos Aires van Avellaneda scheidt. Alle passagiers, die in de tram zaten, zijn omgekomen. Slechts een drietal, dat zich op het achterbalcon bevond, wist zich te redden. Er zijn in den loop van den dag 53 lijken gevonden, waarbij 5 vrouwen. Politie en brandweer zijn met ploegen aan het werk om de slachtoffers te zoeken. De tram ligt ge heel onder water. Alle werkgevers in den omtrek hebben hun arbeiders naar huls laten gaan, want overal verkeerden de menschen in groote opgewon denheid uit angst, dat hun familieleden bij het ongeluk betrokken waren. Er speelden zich bij het identificeeren der slachtoffers hartroerende tooneelen af. Er is een publie ke inschrijving geopend voor steun aan de nagelaten betrekkingen. Uit Buenos Aires wordt aan het Berliner Tagebiatt geseind, dat alle 48 zitplaatsen in de tram bezet waren en bovendien waren de balcons en de gang geheel vol. In het geheel bevonden zich ongeveer zeventig menschen in het rijtuig. Tengevolge van de koude wa ren de ruiten beslagen, zoodat de bestuurder niet bemerkte, dat de over de rivier loopen- de brug geopend was om een schip door te laten. Slechts drie menschen konden worden gered. SLACHTOFFERS VAN HET WATER. VADER VERDRONKEN BIJ HET REDDEN VAN ZIJN ZOONTJE. Een tragisch verdrinkingsgeval heeft zich Zondagmiddag nabij Den Bosch voorgedaan. Een 16-jarige jongen, die met zijn vader, J. van der Put, in een roeibootje op de rivier de Aa aan het visschen was, viel uit het bootje in het water. De vader sprong den jongen na, om te trachten hem te redden. Terwijl de jongen zich echter met veel moei te op het droge wist te brengen, verdronk de vader. Pas een uur later slaagde men er in, het lijk uit de rivier op te visschen. Zondagmiddag is de 17-jarige jongen H. Kool wonende te Holwierde bij het baden in het Schildmeer te Appingedam binten de badinrichting, verdronken. Het slachtoffer dat niet kon zwemmen en in de vaargeul kwam werd later door dreggen levenloos op gehaald. Het lijk is naar de ouderlijke wo ning overgebracht. DE MIJNRAMP IN SILEZIë. DE BEGRAFENISPLECHTIGHEID. Hausdorf, 13 Juli (VD.) De hemel was zwaar bewolkt, toen hedenmorgen te gear zeven uur reeds de eerste deelnemers van de aan de begrafenisplechtigheid te Hausdorf deelnemende bewoners uit het district Neurode te Hausdorf aankwamen. In den nacht hadden de kameraden der omgekomenen, de drie gemeenschappelijke graven gedolven, waarin de dooden, die tc: nu toe samen him werk hadden verricht, thans ook gemeenschappelijk ter aarde zouden worden besteld. Ook waren reeds de lijkkis ten naar de nieuwe Katholieke begraafplaats overgebracht, waar in een graf 24, in een tweede 22 en in het derde 6 mijnwerkers zouden worden bijgezet. Reeds lang voor den vastgestelden tijd was de kleine tegen de helling van den berg ge legen dorpsbegraafplaats reeds geheel met be langs ellenden gevuld. Een groot deel van de 15 tot 20 duizend zielen tellende zwaarge- troffen gemeente had zich tegen de helling opgesteld. Tegen acht uur verschenen de officieele vertegenwoordigers der autoriteiten en cor; poraties, in het bijzonder de vertegenwoordig ger van den rijkspresident en de rijksregeering staatssecretaris Dr. Geib van hetRijksminis- sterie van Arbeid, de vertegenwoordiger van de af deeling voor mijnwezen, de rijksdag president Loebe. Als vertegenwoordiger van den kardtnaa. was de Domvicaris praelaat Lange aanwe zig. De plechtigheid nam een aanvang met een treurmarsch welke werd uitgevoerd door een muziekkorps uit Neurode Daarna celebreerde de aartsbisschoppelijke vicaris-generaal Dit tert, die vergezeld was van een groot aantal Katholieke geestelijken, een mis, waarna een plechtig Requiem werd gehouden. Pastoor Schroefel van de parochie Hausdorf hield vervolgens een lijkrede waarin hij nog eens het vreeselijke gebeurde in herinnering oracht. Droefenis heerscht niet alleen in Hausdorf, maar over geheel Duitschland. Pastoor Schoefel zeide, dat hij bijzondere opdracht had den heldenmoed der reddings- collonnes te prijzen. Dat waren mannen die direct na het bekend worden van het onge luk zonder beschermende maskers in de mijn afdaalden, ten einde nogzooveel mogelijk kameraden te kunnen redden. Helaas, ook deze heldenmoed mocht niet meer baten. Men kent de moeilijke omstandigheden, waaronder de mijnwerkers leven en daarom is men ver plicht, alles in het werk te stellen, deze om standigheden te verbeteren. Tenslotte wend; deu de geestelijke zich in het bijzonder tot de achtergelaten betrekkingen. Voor de protestantsche slachtoffers werd voorgegaan in het gebed door ds. Boettcher, die s eveneens de achtergeblevenen woorden van troost toesprak. De plechtigheid werd beëindigd met het zingen van Bergman's „Graibgesang". Daarna werden de uit de omgeving af komstige dooden naar hun respectievelijke plaatselijke kerkhoven' overgebracht. In het begin van den namiddag had in die plaatsen de bijzetting der overige slachtoffers plaats. Tijdens de treurige plechtigheid welke meer dan anderhalf uur duurde, vielen vele vrouwen en kinderen en ook -mannen als gevolg van hun hevige aandoening in onmacht. GROOTE BRAND IN EEN GLOEILAMPENFABRIEK. BOEDAPEST, 12 Juli (ViD.) In de gloei lampenfabriek Jast te Neu-Pest brak gister avond brand uit. Het vuur had weldra zulk een omvang aangenomen, dat al het brand weermateriaal van Neupest en zeer veel ma terieel van de Boe dap ester ^brandweer moest uitrukken. Door gebrek aan water werd het blusschingswerk ten zeerste bemoeilijkt. Tegen middernacht waren reeds twee millioen gloei lampen door het vuur vernield. De schade wordt geschat op ongeveer 1.200.000 gulden. De fabriek is eigendom van de Standard Elektrizitatswerken. Een groote politiemacht zorgt voor het handhaven der orde, aange zien het publiek, door de vrees dat het vuur ook de woonhuizen zal aantasten, in op gewonden stemming verkeert. Hedenmorgen vroeg woedde de brand nog steeds voort. Warwick Deeping: Wie groote dingen van het leven wil, moet kunnen wachten. Maar dan zullen ze ook de moeite ivaard zijn. EINDE AAN DE MOT. O mot. daar lig je nu ontzield En ik heb je 't bestaan ontnomen, Er is aan onzen feilen strijd Voor jou een droevig eind gekomen. Ik wrijf nog even van mijn hand Die je zoo dikwijls bent ontweken, Een veegje gelig-grijze stof Jou vleugelstof mijn Caïnsteeken. Wat deed je in mijn kleerenkast Bij voorkeur toch je voedsel zoeken, Wie houdt nu van een winterjas, Wat smaak :e j' in mijn arme broeken. Wat heeft je tot het vreemd idee Van zulk soort voedsel toch gedreven, Die keus van spijs voor je diner, Dat is de fout van jullie leven. Ach, niemand heeft je ooit gezegd En daarom heb je nooit geweten: Met groote heeren is 't. o mot, Naast kersen ook kwaad kleeren eten. Geloof me toch, een wijs insect Zoekt liefst geen ruzie met de menschen, Het kan, hun toorn eenmaal gewekt, Slechts tevergeefs genade wensclien. Het spijt me, dat, je daar zoo ligt, Ik ben niet trotsch op deze zege, Maar 'k heb een broek of jas gered En dat, begrijp je, telt terdege. Het is misschien ook wel zoo goed, Dat je maar niet bent blijven leven, Zoolang je je met kleeren voedt, Was er toch ahijd mot gebleven P. GASUS. ZANDVOORT ZOO MOET HET NIET. HET NIET GESLOTEN BADPAK. In de nabijheid van het bord op het Noorderstrand, wagr het baden vrij is, lag aan den duinkant s middags 3 uur een man in badpak, waarvan de rechterschouder neer hing, een zonnebad te nemen. Een mare chaussee stootte den man aan met de bood schap, dat hij proces-verbaal moest opmaken. De bader, de heer B. van Amsterdam, wilde geen naam opgeven en werd daarom door de marechaussees medegenomen naar den nieuwen Boulevard. Daar zagen we den marechaussee een autobestuurder toespre ken, maar die reed door. Toen zette de stoet zich in beweging op weg naar het bureau van politie. De bader, wiens badpak aan de eene zijde nog neerhing, aan den ketting naast den marechaussee, daar achter de collega van dezen met twee fietsen. Na eenigen tijd zag de marechaussee de eene helft van het badpak slingeren, waarop hij die over den arm van den arrestant schoof. Door de Haltestraat werd de man naar het bureau geleid. Dat de kleirp stoet groote belangstelling trok, is te begrijpen. Na een kwartier werd de arrestant vrij gelaten. Van den heer Lovink, den commissaris van politie, vernamen we dat de arrestant op het bureau dadelijk zijn naam genoemd had en op de vraag, waarom hij dien niet aan den marechaussee had opgegeven, ant woordde: „Hier word ik fatsoenlijk behan deld." Volgens den marechaussee had een dame den badmantel van den arrestant over den arm; ze weigerde echter dien over te geven en op den boulevard weigerde de arrestant in een auto te gaan. Tot zoover de zakelijke mededeelingen. Toen de arrestant voorzien van een groote cape van de politie, vertrokken was, ver scheen voor het bureau een auto met familie, die dus te laat kwamen. Nader vernemen wij nog dat de mare- chaussée zegt, dat de heer B. aan het strand geen badmantel wilde aandoen. De heer B. beweerde daartegenover dat hem voor het aantrekken van een badmantel geen gelegen heid werd gelaten vóórdat hij naar het bureau geleid werd. Een Radiographische foto van den reusachtl gen brand in het Parijsche Warenhuis Gale ries Nouvelles", Qoederen £ec waarde van 3040 millioen francs gingen verloren. DE DERDE PRE.^KANTSPLAATS DER GEREF. KERK. DS. v. d- VEGT HEEFT BEDANKT. Ds. W. H. v. d. Yegt te Bergum heeft be dankt voor het beroep bij de Gereformeerde Kerk te Haarlem. De derde predikanteplaats is dus nog on vervuld. DE BRAND BIJ DE „NOUVELLES GALERIES". PARIJS, 12 Juli (VD). Te twaalf uur hedenmiddag woedden de vlammen nog steeds voort in het benedendeel van het vrij wel geheel verwoeste Parijsche warenhuis „Nouvelles Galeries". De brandweer was met buitengewoon veel materieel ter plaatse en bepaalde zich later in hoofdzaak t-ot het nat. houden der belendende perceelen. Tijdens de nachtelijke uren stortten steenmassa's op een brandweerwagen, tengevolge waarvan drie man gewond werden. De schade werd voorloopig op 30 millioen francs geraamd. De nachtwaker deelde mede. dat de brand des nachts in de meubelopslag plaats moet zijn uitgebroken en zich tenge volge van een gasexplosie spoedig via de boekhouding door de andere afdeelingen ver breid heeft. HAARLEMSCHE M. T. S.'er VERONGELUKT. ERNSTIG AUTO-ONGEVAL BIJ HENGELO. Een droevig verlies heeft de Middelbaar Technische School te Haarlem geleden. Een van haar leerlingen is Zaterdag bij een auto ongeval om het leven gekomen. De 18-jarige Albert Anton Beudt, zoon van een architect te Hengelo-Oost bestuurde een auto op den Wieraenschen weg in de ge meente Wierden. tusschen Zwolle en Hen gelo. Plotseling was hij zijn stuur niet meer meester en reed met den wagen tegen een boom. Hij werd met een schedelbreuk opge nomen en naar Hengelo gebracht, waar hij enkele uren later in het Algemeen Zieken huis is overleden. De vermoedelijke oorzaak van het onge luk is gladheid van den weg De heer Beudt zelf, en eenlge andere In zittenden werden bij het ongeluk licht ge kwetst. De jonge Beudt was leerling van de afdee ling Bouwkunde aan de M. T. S. en juist be vorderd van het tweede leerjaar naar het practisch leerjaar. Hij wordt Woensdag te Hengelo begraven. De M. T. S. zaï daarbij vertegenwoordigd zijn en ook het Corps van Leerlingen zal een blijk van mede leven geven. KOFFER IN EEN TUIN GEVONDEN. VAN DIEFSTAL AFKOMSTIG. Bij de politie is Zaterdag gedeponeerd een lederen koffer, die gedeeltelijk was openge sneden. De koffer was gevonden door een tuinman in den tuin van een onbewoond perceel aan het Kennemerplein. Later bleek, dat deze koffer in Zandvoort. ontvreemd was. ten nadeele van een zuster uit het huis „Sterre der zee". MEJ. J. E. BRANDT OVERLEDEN, DIRECTRICE VAN HET EVANGEL. LUTHERSCH WEESHUIS. In den ouderdom van 46 jaar is overleden mej. Johanna Elisabeth Brandt, directrice van het Evangelisch Luthersch Wees- Oudeliedenhuis te Haarlem. In de anderhalf jaar dat mej. Brandt aan het hoofd van deze inrichting gestaan heeft, heeft zij zich zoowel bij verpleegden als bij verplegend personeel en regenten zeer bemind gemaakt. Haar overlijden wordt door allen ten zeerste betreurd. Mej. Brandt was een geboren Haarlemsche en had reeds een belangrijke loopbaan in het gestichtswerk achter den rug. In de oorlogsjaren viel haar de onder scheiding te beurt aangezocht te worden om de leiding op zich te nemen van een Engelsch hospitium voor kinderen van in den oorlog gevallen militairen. Zij heeft dit gedurende de oorlogsjaren gedaan en genoot in Enge land het volste vertrouwen van hen, die de inrichting in stand hielden. Voor zij naar Haarlem kwam was mej Brandt werkzaam als hoofd der huishouding van de Ziekenverpleging aan de Prinsen gracht te Amsterdam. De teraardebestelling zal plaats hebben Woensdag te 12 uur op de Algemeene Be graafplaats aan de Kleverlaan, Het Belangrijkste Vreeselijk ongeluk in Buenos Aires. (Ie blad, le pag.) De mijnramp in SHezië. (le blad, le pag.) Tardieu verdedigt zijn beleid. (2e blad, le pag.) Debacle bij een effectenhandelaar. (2e blad 2e pag.) Het- Muziekconcours van het Haarlcmsch Politie Muziekcorps. (2e blad, 4e pag.) Tennistournooi te Noordrvijk. (3e blad, 2e pag.) ARTIKELEN, enz. R. P.: Een industrieel verzuim? (le blad, le pagj Lettinga: Financiëele Kroniek. (2e blad, 2e pag.) (Voor de laatste berichten zie men de 2e pagina van het Eerste Blad). HAARLEM. 14 Juli. Een industrieel verzuim? „Waarom bouwen wij in Nederland geen auto's?" vraagt ,De Zakenwereld", en geeft er een uitvoerig antwoord op in een art.kei, dat „gemengd als een cocktail", de meenin gen bevat die tot uiting zijn gekomen in een commissierapport aan de Koninklijke Neder- landsche Automobielclub, on van verscheidene andere deskundigen.. Het K.NA..C.-rapport onlangs verschenen, komt tot de alleszins- begrijpelijke slotsom dat de oprichting van een automobielfabriek In Nederland thans geen aanbeveling verdient. Neen. De conjimc» tuur geeft er, na een langdurige beurscrisls, geenszins aanleiding toe. Het artikel van De Zakenwereld spreekt overigens van „een in dustrieel verzuim". Het geeft de meening te kennen dat in de jaren 19151920 de gele genheid gunstig was voor de stichting van een NederLandsche automobielfabriek, en dat men deze voorbij heeft laten gaan. Het her innert aan het bestaan van onze eenige auto mobielfabriek de Spijker, die een kost baren luxewagen aan de markt bracht in de jaren 1900—1922 en schrijft den ondergang van deze fabriek aan wanbeheer toe. Het pakt verder uit over Amerika's hegemonie op het gebied der automobielindustrie. Ameri ka produceert nu 89 pet. van alle auto's ter wereld; Europa de overige 11 pet. Het afzetge bied in ons eigen land is veel te klein om hier met de Amerikaansche massa-productie te kunnen concurreeren. Wel zou er mis- schien het artikel noemt het; „een zeer schuchter misschien" nog eens kans kunnen zijn op het fabriceer en van een zeer duur super-product, zooals dat van Bugatti, Armstrong-Siddeley, Sunbeam, Lancia, maar daarbij rijst dadelijk het bezwaar, dat wij de routine en jarenlange ervaring van ande ren missen. Ook de vraag, of onze arbeiders voor dergelijk buitengewoon fijn werk de noodige technische bekwaamheid bezitten, zou cle schrijver van het artikel niet dadelijk bevestigend durven beantwoorden. Een licht, puntje is weer onze carrosserie-bouw, die met den buitenlandschen op één lijn gesteld kan worden wat kwaliteit en technische uit/voering betreft. Het moge inderdaad opvallend zijn dat ons land wel fietsen, motorfietsen, motorbooten, schepen en vliegtuigen bouwt en de constructie van het voornaamste verkeers middel der 20ste eeuw, de automobiel, geheel negeert.... maar moeten wij dat wel zoo erg betreuren? Is dat „industrleele verzuim" wel zoo laakbaar? Met allen eerbied voor de „deskundige cocktail" van De Zakenwereld lijkt mij de verzuims-theorie nogal zwak, en de redenen die worden opgegeven om te bewijzen dat het thans geen aanbeveling verdient om een Nederlnndsche automobielfabriek op tc rich ten, schijnen meteen te bewijzen dat men in de jaren 1915—1920 Juist Inzicht heeft ge toond met de kans te laten voorbijgaan Wat zou er terecht gekomen zijn van een goed. koopen Hollandschcn auto, een massaproduct, in die jaren in productie gebracht? Wat luid er van moeten worden tegenover dc sindsdien zoo sterk gegroeide Amerikaansche pro ductiemachtln een vrijhandelsland als het onze? Wij hoeven er ons geen illusies over te maken. En als men in die Jaren geen „super-pro duct", geen duren, verfijnden luxewagen is gaan bouwen, dan moet dat geweest zijn le omdat de Spijkerfabriek toen nog bestond, 2e omdat de menschen met de speciale in teresse, de speciale bekwaamheid en de speciale geestdrift voor dit zeer bijzondere bedrijf er toevallig niet waren. Dat is niet zoo verwonderlijk, want wij zijn maar een kleine natie. Evenmin als an dere kleine naties kunnen wij verwachten, ten allen tijde op elk gebied coryphaecn tc bezitten. Zelfs de groote naties brengen het zoover niet. Het is waar dat ons land vlieg tuigen bouwt, maar wat zou er van onze vliegtuigindustrie geworden zijn zonder oen Fokker? Wel nu. de Fokkers zijn zeer zeld zaam in de wereld. Vele kleine en groote lan den presteeren niets, of bijna niets, op het gebied van de vliegtuigindustrie. Daar hebt u een anderen kant van de zaak. Moeten wij het nu bejammeren dat ons land geen automobielfabrieken bezit, terwijl de internationale automobielindustrie in een

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 1