Is 't Lammetje niet blij?
Mijn Herbarium.
Robertskruid of Stinkende Ooie-
vaarsbck (Geranium Robertianum).
Zie fig. 1. Fam. Geraniumachtigen
(Geraniaceeën).
Een plant, die In boschachtige
streken, op beschaduwde plaatsen
algemeen voorkomt. De vertakte
stengel Is bezet met afstaande haren.
De samengestelde bladeren hebben
3 tot 5 blaadjes, die diep ingesneden
zijn. Elke bloemstengel draagt twee
bloemen, waarvan de kelkblaadjes in
een naald eindigen; de 5 kroor.blaad-
Jes zijn rose, zelden wit. Bij de
vruchtvorming groeit de stijl door en
vormt de lange spits, waaraan de
plant den naam van ooievaarsbek
ontleent. Ze heeft een stinkende
geur Bloeitijd MeiHerfst.
Kcigersbck (Eródium cicutarium)
Zie flg. 2 fam. Geraniumachtigen
(Geraniaceeën).
Deze plant vertoont veel overeen
komst met de vorige, doch ze groeit
ln tegenstelling met de ooievaars-
bek op zonnige plaatsen op zand
grond. meest langs wegen of op
braakliggend land. De stengels staan
soms rechtop of liggen uitgespreid
langs den grond. Ze zijn ruw be
haard. De bladeren hebben gezaagde
slippen. Aan den top van den bloem
stengel staan meest meer dan 2 pur
peren bloempjes. Bloeitijd April
Herfst.
Gele worm (Réséda lutea) Zie fig.
3, fam. Reseda -achtigen Reseda-
ceeën).
Terwijl de gekweekte reseda (R.
odorata) zeer welriekend is en daar
voor dan ook wordt gekweekt, is de
in 't wild groeiende reukeloos. Ze
komt in onze duinstreken op riuge, on
bebouwde gronden algemeen voor.
Uit den penwortel komen gaafran-
dige, spatelvormige wortelbladen en
een opstijgende, gegroefde stengel;
deze ligt n.l. eerst een eindje langs
den grond om daarna op te stijgen.
De onderste stengelbladen zijn gaaf
of 3-slippig, de hoogere vindeelig, de
bovenste met lijnvormige slippen. De
bloemen staan in een gedrongen py-
ramide vormige tros. De bloempjes
zijn geelgroen; de vrucht is een
doosvrucht. Bloeitijd Juni—Septem
ber.
BRIEVENBUS.
Brieven aan de Redactie van de
Klnder-Afdeeling moeten gezonden
worden aan Mevrouw BLOMBERG
ZEEMAN, Marnixstraat 20.
POESENDOKTERESJE. Waar
heb je het zoo druk mee gehad? Met
uitgaan? Of met poesen verbinden?
Is je poes nu haast genezen? Ze zal
je zeker wel een kopje geven uit
dankbaarheid.
KABOUTERTJE EIGENWIJS.
Zooals je ziet, heb ik je raadsels al
geplaatst.
ROBBEDOES. Ik geloof zeker,
dat jij veel mooier kunt schrijven.
Heb je Maandag fijn feest gevierd?
Is Kaboutertje Eigenwijs met je mee
op stap geweest? Wel gezellig, dat
jullie in dezelfde straat wonen. Zoo
als je ziet. heb ik de meeste van je
raadsels al geplaatst.
MEVR. E. DE ZB. Uw doch
tertje is welkom Daar ze al 10 jaar
is, moet ze met de raadsels en wed
strijden in Afdeeling I meedoen. Als
ze wil mag ze een schuilnaam kiezen.
DE KLEINE VIOLIST. Wat een
droeve dagen zullen jullie hebben
doorgemaakt. Was grootvader lang
ziek? Woonde hij in Haarlem? Wil je
aan vader en moeder mijn deelne
ming betuigen?
WILGENROOSJE. Hartelijk
dank voor die mooie kaart van kas
teel Ampsen. Wij schijnen elkaar al
tijd achterna te reizen. Hoe kwam Je
nu weer zoo in Loohem verzeild? Heb
je er heerlijk gewandeld?
W. v d. L. Laten we maar blij
zijn, dat 't mooie weer nu toch ein
delijk gekomen is. Ben je er Maan
dag nog op uit geweest? Heb je 't
concert in de Gr. Kerk nog bijge
woond? Ik was wel blij. dat die erge
warmte voorbij was. Jij ook niet?
Nog hartelijk dank voor je Zand-
voortsche kaart. Wat gezellig, dat je
zoo met moeder uit was. Ben je al
weer in functie?
MARIETJE. 'k geloof wel, dat
die gehreide kleedjes wat uit de mode
gaan. Haken gaat vlugger en je kunt
het ook nog eens gemakkelijker
meenemen. Smyrna-werk is veel
duurder.
ZWARTKIJKERTJE. Hoe gaat
't met kleine zus? Is ze zoet? Wat
zeg je wel van Je prijs? Ben je dade
lijk aan 't kleuren gegaan? Een eer
volle vermelding ls geen prijs. Nog
één stapje verder en dan kom Je in
aanmerking voor een prijs. Wat
jammer, dat dat leuke postpapier zoo
gauw op is.
SNEEUWKLOKJE. Wat vond ik
het prettig van jou zoo'n grooten
brief te krijgen. En wat heerlijk kind
dat jij ook zoo genoten hebt ln je va-
cantie. Leuk. dat grootmoeder ook
mee op reis is geweest. Was in Arn
hem met je natte pakje toch maar
even naar me toe gekomen. Ik ben
ook op al die mooie plekjes geweest,
't Was alleen Jammer, dat de regen
ons telkens kwam overvallen. Ben je
vandaag voor 't eerst naar de Huis
houdschool geweest? En hoe is 't be
vallen? Hoe gaat het met moeder?
HET ZAANDAMMERTJE. Ben
je niet in je knollentuin, nu Je een
raadselprijs hebt gewonnen Fijn.
dat Je met zwemmen zoo opgescho
ten bent. Wanneer ben je jarig?
Smaakten de augurken lekker, of
staan ze nog in 't zuur? Heb Je ge
noten op Koninginnedag? Je raad
sels zijn goed.
EPEN AARTJE. Hoe gaat 't met
de" zwemkunst? Durf je al zonder
bussen? Waar zwem je? Heb je nog
wat gewonnen in de Hertenkamp?
't Is er leuk geweest, hè? Je rualaan-
vraag zal ik plaatsen.
BALLENBREISTERTJE. Wat
was dat prachtig postpapier, 'k Was
blij je eigen schrift weer te lezen.
Wat fijn, dat jullde op school ook
feest hebben gevierd. En wat heb je
prachtige cadeaux gewonnen.
Smaakten de pauwen lekker? Ja,
wees maar zuinig op je mooie papier.
En dat je Woensdag weer met de klas
op reis ging. Dat is nog eens een
heerlijke school. Daar ls in 't Mui-
derslot heel wat te zien, hè? Wees
maar heel voorzichtig met je arm.
Voel je hem nog een beetje?
GOUDMUILTJE. Je onderwijze
res ken ik wel. Je mag met de raad
sels best wat geholpen worden. Is
poes weg gebleven? Ik kan me be
grijpen, dat je haar mist. Je hebt
maar een prettig dagje in Zand-
voort gehad. We zijn de Herfstmaand
begonnen. Laten we maar hopen, dat
't een echte Zomermaand wordt.
KERSTROOSJE. 'k Vind het
gezellig, dat je er weer bent. On
danks het regenachtige weer heb je
dus toch een prettige vacantie ge
had. Nu, ik ook. In welke klas zit je
nu op school?
ZILVERMUILTJE. Nu niet meer
ziek worden. Daar is niets geen aar
digheid aan. 't Zal heusch net zoo
gaan, als je schrijft. Wanneer je ge
regeld meedoet, leer je de moeilijkste
raadsels oplossen. Dit jaar zul je wel
veel huiswerk moeten maken, 'k Zou
er altijd maar gauw aan beginnen.
Bij welken onderwijzer zit je. Van
wien heb je vioolles? Ik begrijp best,
dat je een heel druk leventje hebt.
Met je raadsels gaat het heel goed.
GOUDSBLOEM. Ben je op
school al weer gewend? Je hebt maar
een heerlijke vacantie gehad, 't Hin
dert niet, dat je een paar raadsels
laat zitten. Ik ben heel verlangend
om wat van je reis te hooren.
JUFFERTJE SCHRIJFGRAAG.
Ben je niet in je schik met je raad
selprijs? Hoe was 't in Zaandam?
Heb je nog in den draaimolen geze
ten? Daar kunnen ze wel pret ma
ken hè? Wat hebben Jullie ook veel
plezier gehad in Zandvoort. Ik geloof,
dat ze jou ook wel Juffertje Lache
bek konden noemen. Ben je vandaag
weer naar school geweest? Is 't goed
bevallen? Je raadsels zijn goed.
BLOEMENFEE. Ook al zoo'n
gelukkige prijswinster, hè? Jij werkt
altijd zoo netjes, dat je het dubbel
en dwars verdiend hebt. Wat prettig,
dat opa vooruit gaat. Waar is de
volgende week de PadvLndster-de-
monstratie? Wat is je vader gauw
jarig.
BABBELKOUSJE. Jij hebt maar
fijn Koninginnedag gevierd. En wat
een meevaller, dat je met zakloopen
een prijs hebt gewonnen. Is 't een
fijne bal? Dialect is het taaltje, dat
ln een bepaalde streek gesproken
wordt. Ik heb eens een Amsterdam
mer hooren zeggen: „We gaan naar
Saridvoort aan de see om de son ln
de see te sien sinken" Dat was dia
lect. Snap je? Je raadsels zijn goed.
GOUDEN REGEN. 'k Wist niet,
dat je een kaart moest hebben om
bij de sluizen te komen in LJmuiden.
Vond je de Sprookjesoptocht niet
aardig? Had je er nog kennisjes bij?
ZINNIA. Is de prijs naar Je zin?
Kun je nu rondschrijven? Heb je al
flink huiswerk te maken? En zijn er
nieuwe vakken bij gekomen? Gefeli
citeerd met je prijs van Koningin
nedag. Die teekendoos kun je zeker
wel op school gebruiken.
WIPNEUSJE. Je raadsel is goed
NEVADA. 't Is prettig, dat je
met zooveel plezier naar school gaat.
Dan Jruttel je zeker ook niet tégen
het huiswerk. En dat die kleine broer
al met pen en inkt is gaan schrij
ven. Had hij zijn vingers niet be
klad? Ik ben blij voor jullie, dat moe
der weer beter is.
W. L. Zoo is het: je dagelijksohe
werk geeft op den duur meer voldoe
ning dan vacantie. Niets-doen ver
veel gauw Stuur nu de volgende week
je opstel over Groenendaal maar.
Moest je voor school ook een opstel
maken? De regen heeft de bosschen
niet geschaad, integendeel alles ziet
er zoo frisch uit, of de zomer net
begonnen is. Zou er nog iets komen
van 't concert in Meer en Bosch?
Nu lijkt 't me er nog wel weer voor.
Kun je eens bij me komen praten
over die feestelijke opening? Tus-
schen 4 en 5 kim je me altijd thuis
treffen. En Woensdags den heelen
dag.
KORST JESKNACKER'. Zo0, SèS
jij weer eens naar Amsterdam ge
weest. Wat zal tante blij geweest
zijn met Je mooie cadeau. Ik denk,
dat ze alle dagen uit het kopje drinkt
Moeders weerprofeetje heeft zeken
ook dadelijk een plaatsje gekregen.
Ik heb ook zoo'n mannetje en ik ben;
altijd blij, als hij zijn blauwe broek
je aan heeft. Werd er op Koningin
nog vuurwerk in de straat ontsto
ken? Ik kan me voorstellen, dat jij
plezier hebt gelhad.
ALBA. 't Zangen ging best hè
op de groote Markt? Je hebt zeker
uit volle borst meegezongen. Een
bof je, hè, dat je weer een raadsel-
prijs hebt. Hoeveel prijzen heb je
al gewonnen van de Rubriek?
ROZENKNOPJE. Zwem je nog
geregeld? Ja, laat die regenmantel
nog maar een poosje in de kast blij
ven. Wat hebben ze in Groenendaal
vroolijk feest gevierd. Hebben er veel
in den wortel gebeten? Wat aardig,
dat je er ook nog een eekhoorntje
zag. Als er klimwedstrijd was, zou
die 't zeker winnen. Geloof je ook
niet?
JAN TEN H. Lees nu eens goed,
wat ik over den Sint-Ndcolaaswed-
strijd. Misschien krijg je dan wel een
id.ee over wat je maken zult. Kom bij
mij maar eens naar doozen kijken. Ik
heb ze in soorten.
W. BLOMBERGZEEMAN,
Marnixstraat 20.
Postzegelrubriek,
/e
t*
/O
'tc-
/c.
/Je.
/a
J-a
fit
tjt
Jfc.
-ï
•V6
/J~a
NEDERLAND.
VH
In 1907 verschenen de De Ruyter-
zegels, uitgegeven ter herdenking
van den 300sten geboortedag van M.
A. de Ruyter. Op de zegels staan de
jaartallen 16071907. Fr werden 3
waarden uitgegeven n.l. 1/2 cent
(blauw), 1 cent (lila) en 2 1/2 cent
(rood). Grootte van de vakjes 2.7 bij
3.5 c.M.
Het overschot van deze zegels werd
in 1907 als portzegels opgebruikt en
werden daarom overgedrukt met het
woord „Portzegel" en de nieuwe
waarde. Deze zijn: 1/2 cent op 1 c., 1
cent op 1 ct., 1 1/2 cent op 1 c., 212
cent op 1 c 5 cent op 2 1/2 c., 61/2
cent op 2 1/2 c., 7 1/2 cent op 1/2 c..
10 cent op 1/2 c., 121/2 cent op 12
c., 15 cent op 2 1/2 c., 25 cent op 1,2
c. 50 cent op 1/2 c. en 1 gulden op
1/2 c. Grootte van de vakjes 2.7 bij
3.5 cM. Zie voor de indeeling het
schetsje.
Eind September hoop ik weer te
beginnen met de ruilzendingen. Wie
nog ruilmateriaal heeft liggen, wi.
mij dat wel doen toekomen. Adres-
veranderingen moeten opgegevr..
worden, daar anders de zendingen
slecht rondgaan. Rubriekers, die geen
interesse meer voor de rubriek heb
ben of die zoo'n groote verzameling
krijgen, dat ze weinig meer aan de
boekjes hebben, moe té n mij dit me-
dedeelen. De eerste kan ik dan
schrappen, de laatste inlichtingen
verschaffen om lid te worden van
een philatelistischc vereeniging. Wil
H. Lacet (lid no. 54) mij zijn nieuwe
adres opgeven en mededeelen of hij
nog een zending onder zijn berusting
heeft.
8.
Rustenburgerlaan 23.
BIJVOEGSEE
VRIJDAG S SEPTEMBER 1930
Ntf. 194
AAN ALLEN!
De vorige week schreef ik jullie
van de feesten te Nijmegen en ik zou
de Overijselsche hoofdstad toch
eigenlijk ook moeten vermelden. Het
is wel heel eigenaardig dat Nijmegen
en Zwolle tegelijkertijd stadsrechten
verkregen hebben en dus nu beide
hun 7de eeuwfeest herdenken. Zwol
le was voor dien tijd een klein, on-
beteekenend. plaatsje. Zeven eeuwen
geleden kreeg het niet alleen stads
rechten, maar ook landerijen,
huizen, en wallen. Het plaatsje
werd dus meteen welvarend en rijk.
In 1060 bestond het plaatsje Zwolle
reeds. Het is echter niet zoo oud als
Nijmegen. Het Katerveer werd toen
ter tijde Katendol genoemd. In de
15de eeuw werd 't pas een centrum
van handel
De kooplieden van Zwolle waren
goede bekenden in 't Oostzee-gebied.
Ook in Westfalen. Er was reeds een
gemakkelijke verbinding met de
Oost-Zee door de Vecht en het
Zwarte Water.
Langzamerhand ontstond een
drukke handel met de plaatsen Lu-
beck en Hamburg.
In 1324 werd 't stadje Zwolle over
vallen door de heeren van 't nabu
rig slot Voorst, 't Werd verwoest.
Maar een gevolg hiervan was, dat 't
grooter en sterker werd herbouwd.
Er kwam een zware ommuring met
vele torens en drie poorten, n.l. de
Diezerpoort, de Kamperpoort en de
Sasserpoort. Wie van jullie wel eens
in Zwolle zijn geweest, weten wel,
dat de Sasserpoort er nog is. Nijme
gen heeft meer te lijden gehad van
plundering en beleg dan Zwolle.
Toch was 't Indertijd Prins Maurits,
die voorstelde de oude wallen te
doen vervangen door sterker bol
werken. Toen zijn ontstaan die zeld
zaam mooie singels, die eigenlijk het
eenige schoon van Zwolle zijn. Uit
een bouwkundig oogpunt is de Sas
serpoort ook iets bijzonder moois. In
de geschiedenis van Overijsel wordt
deze poort telkens genoemd. Heel
wat mannen van naam hebben hier
om een of andere politieke kwestie
gevangen gezeten, o.a. de laatste
Hertog van Gelder, Karei van Eg-
mond, Dit heerschap wou in 1524
door Hst Zwolle vermeesteren. Hij
trok de Sassenpoort binnen, waar de
vroedschap vergaderde, omdat hij
in schijn onderhandelingen met hen
aan wilde knoopen. De Zwollenaars
hadden er de lucht van. Zij lieten
stil het valhek van de poort neer,
zoodat de Hertog er niet meer uit
kon. Hij werd later, na vele mooie
beloften (die hij echter niet hield)
weer vry gelaten.
Zwolle heeft beroemde mannen
voortgebracht, zooals Thomas v.
Kempen, die op de Agnietenbcrg bij
Zwolle, zijn wereldberoemde boek
over de navolging van Ohristus
schreef, verder Willem Bartjens en
Jan ter Pelkwyck, twee bekende on
derwijsmannen uit de 17de eeuw. Dan
de schilder Gerard ter Borch de let
terkundigen Rhijnvis. Feifch en Pot
gieter. Dan Schuttevaer, die zooveel
voor de scheepvaart heeft gedaan en
Mr. Thorbeckc, die een zeer bekend
minister ls geweest. Zwolle heeft
deze namen vereeuwigd ln straatna
men of namen van parken en grach
ten.
W. B.—Z.
door
W. B.—Z.
Is 't lammetje niet blij
't Krijgt een lint van mij
Van hemelsblauwe zij?
Omdat ik jarig ben.
En weet Je, wat er ook aan zit
Een mooie bel, lichtblauw met wit.
En loop Je kort, of loop je lang.
Zeg lammetje, speel nu maar vrij.
Daar buiten in de groote wei.
Komen de tantes op bezoek,
Dan krijg Jij vast ook lekkre koek.
En 't lammetje riep maar bè, bè,
,.Ik ben heel blij, mè, mè, bè, bé
En 'k hoop, dat wij nog menig jaar
Het klokje tingelt maar kling, klang. Zoo heel veel houden van elkaar,"
Knipperdolletje.
door
Toen vader en moeder alleen wa
ren, keek vader vragend naar moe
der. „Wat voor plannetje was dat?"
„Je raadt het nooit."
„Zeg het dan maar gauw."
„Weet Je niet, dat we vroeger ja
ren op Hemelvaartsdag naar Art is
gingen?"
„Ja vrouwtje. Mies is wel eens mee
geweest."
.Maar onze tweelingen niet, want
verleden Jaar lag lk in 't Ziekenhuis."
„Wou Je er dan nu weer heen?
Lijkt het je niet te vermoeiend?"
„We kunnen het kalm aandoen.
De jongens hebben den laatsten zoo
weinig gehad. En lk denk, dat ze er
van genieten zullen."
„Dat zullen ze zeker, moedertje.
Maar Fransje kan toch rriet mee."
,,Lk dacht, dat Ant dien dag voor
Fransje kon zorgen. We gaan toch
pas na de koffie."
„Als jij gerust hebt."
,Ja, dat lijkt mij ook 't verstan
digst. En dan moeten we ook het
Aquarium bezichtigen. Daar was lk
Ln geen Jaren geweest
Dat ls voor Mies ook nieuw."
Als moeder het dan zoo graag wou,
moest het maar gebeuren, oordeel
de vader, 't Deed hem al groot ge
noegen, dat moeder lust ln deze
dingen kreeg.
De dokter had immers ook gezegd,
dat moeder weer als een gewoon
mensch kon gaan leven. Goede voe
ding en vroeg naar bed waren de
beste geneesmiddelen.
't Was of moeder bU den dag ster
ker werd. Den volgenden dag keek
Mies tenminste heel verrast op, toen
moeder met vader haar van school
haalde. De tweelingen (zoo noem
den vader en moeder hun jongens
altijd) hadden nog gymnastiekles.
Heel knus liep Mies nu tusschen va
der en moeder mee naar huls. Toen
vernam ze het groote plan.
.Moesje, Vader, wat fijn!" juichte
ze en zou graag met moeder een
rondedansje op de Markt gedaan
hebben, als vader haar niet gewaar
schuwd had voor den verkeersagent,
die wenkte dat ze rechts moesten
houden.
„Er niet aan denken onder je
werk," zei vader.
,,'k Hoop van niet. We krijgen
juist een massa te doen uit de Toets-
naald."
„Dan maar Je beste beentje voor
zetten," raadde vader. En natuurlijk
was moeder het hierin geheel mot
vader eens.
't Sprak vanzelf, dat de twee boe
zemvriendinnen Em en Trees den
volgenden morgen voor schooltijd al
geheel op de hoogte waren. Em raad
de aan om vooral goed naar de apen
te kijken. Die waren 't leukste van
heel artls. Em was er de vorige va
cantie met vader .en moeder heen ge
weest.
Trees zei alleen maar, dat ze 't
fijn voor Mies vond. De twee vrien
dinnen hadden wel een heel ver
schillend leventje. Em was eenigst
kind. Vader was een bekend Haar-
lemsch zakenman, die op zijn vrije
dagen er met vrouw en kind op uit
ging.
De moeder van Trees was weduwe.
Trees woonde op het Spaarne in een
groot ouderwetssch huis met lk weet
niet, hoeveel kamertjes. „Een goed
huis voor een pension," had de huis
heer gezegd. En dat was ook zoo.
't Speet Trees' moeder, dat ze alle
kamertjes nog niet bezet hadden. Be
halve Trees waren er nog twee meis
jes, een oudere en een Jongere. De
oudste moest hard mee werken. Dat
won een dienstbode uit. De jongste
was nog maar zeven Jaar. 't Was een
zwak kindje, dat al heel wat keer
onder dokters handen was geweest.
Uitgaanspretjes kwamen bij de we
duwe van Dillen niet voor. Als er
geen boodschappen te doen waren,
mocht Trees op de flets van haar
oudste zus wel eens een tocht mee
maken met Em en Mies. En dat was
voor Trees altijd een groot feest.
Naar huls gaande dacht Mies er
aan, hoeveel voorrechten ze had bo
ven Trees. Ze zou zeker van haar
eigen weekgeld een mooie prentbrief
kaart van Artls aan Trees sturen.
Aan den onderwijzer had ze ook
verteld, van 't Artisbezook op Hemel
vaartsdag en hij had lachend gezegd:
„Dan hoef Je van den zomer niet
mee met school."
„Als ik loot om mee te gaan. geef
lk het aan Trees", antwoordde Mies.
En meneer had toen opeens Trees
van Dillen aangekeken.
„Dat zal lk onthouden Mies." had
de onderwijzer later tegen Mies ge
zegd.
Voor ze van school gingen, moch
ten 20 kinderen mee naar Artls. Daar
werd dan meestal om geloot.
„JIJ gaat vast van den zomer mee."
had Mies tegen Trees gefluisterd ou
der de rekenles. De belde vriendin
nen zaten naast elkaar. Bij de ge
dachte alleen had Trees een kleur ge
kregen.
Ja, ze was wel eens Jaloerach op
Mies en vaak nog meer 05) Em. Maar
als ze thuis kwam en zag hoe hard
moeder werken moest, moeder, die
zooveel betere dagen gekend had.
dan vergat Trees de vriendinnen en
deed voor moeder wat ze doen kon.
Als moeder haar dan „mijn kleine
huishoudstertje" noemde, volde
Trees zich ook rijk en gelukkig. Dien
middag vertelde ze aan moeder, dat
Mies naar Artls zou gaan. maar dat
zij nu zeker van den zomer mee
mocht met de klas. En dat kostte
niets, heelemaal niets.
tWordt vervolgd).