VICTORIA-WATER LETTEREN Radiomuziek der week. EEN VOORBESPREKING EN KUNST BIOSCOOP KINADRUPPELS HAARLEM'S DAGBLAD ZATERDAG 22 NOVFMcru 1930 TWEEDE BLAD door KAREL DE JONG. Het radioprogramma voor de komende «ek biedt zeer veel belangrijks. We kunnen slechts hier en daar een gre&p uit doen. Zondagmiddag zal men via Hilversum de première van een Orkestsuite van Geza Frid finnen hoorcn. Een orkestwerk van dezen Jongen Hongaarschen componist en pianist Is in een vorig seizoen door onze H. O. V. uit gevoerd; evenwel schonk het nog niet de overtuiging, dat men in Frid een toondichter van beteekenis heeft te begroeten. Wellicht zal het deze en gene, die dit werk toen hoor de, interesseeren met de nieuwe Suite kennis te maken. Op het zelfde concert in het Con certgebouw te Amsterdam zal de cellist Henk van Wezel het cello-concert van Boccherini spelen, dat hij vóór eenige weken hier op een ledenconcert der H. O. V. voordroeg. Boc- ciierini's muziek is in vele opzichten ouder- irelscli; toch bevat het celloconcert eenige verrassende wendingen, die er toe zouden nopen, het niet beneden het veel meer ge speelde concert van Haydn te stellen. En al doet een Haarlemmer nu beter onze H. O. V. K steunen door haar concerten te bezoeken, toch verdient het aanbeveling Zondagmiddag bet Amsterdamsche concert te beluisteren. Berlijn zendt dien dag via Breslau van 11.201.20 een concert uit, waarop het „Re quiem" van Mozart en de „Symphonischer Prolog zu einer Tragödie" van Max Reger worden uitgevoerd. Het Requiem was Mozart's laatste werk. Het ontstond onder zeer eigen aardige omstandigheden. In Juli 1791. ter wijl M- aan zajn Zauberflöte werkte kwam een onbekende, een lange magere man bij hem met een brief waarin hem gevraagd werd, óp welke condities hij een Requiem zou willen componeeren. Hij antwoordde er op en ontving het bedrag; wie de opdracht gever was bleef geheim. Mozart was reeds lijdend toen hij aan de compositie begon; hij heeft die dan ook niet geheel kunnen beëin digen. Den 4den Dec. 1791 had nog bij zijn ziekbed een gedeeltelijke repetitie plaats; bij het ..Lacrimosa" barstte hij in weenen uit; den nacht daarop is hij gestorven en enkele dagen later is hij, een der grootste muzikale genieën van alle tijden, onder sneeuwbuien, londer gevolg achter zijn lijkkoets, naar een algemeen armengraf op het kerkhof Sint Marcus gebracht. Het Requiem werd door Mozart's leerling Süssmayr voltooid; langen tijd heeft men getwijfeld wat van de hand van dezen laatste was; zijn aandeel beperkt ach echter tot de uitwerking der instrumen tatie. Het wordt als een der meest geniale werken van Mozart beschouwd. Eerst in 1838 Js de naam van den geheimzinnigen lastge ver bekend geworden; het was een graaf Walsegg. een ijdele dwaas, die er op uit was composities van beroemde meesters te co- pieeren en ze dan voor werken van hemzelf te doen doorgaan. Men heeft de copie naast de oorspronkelijke partituur in zijn nalaten schap gevonden. De „Symplh. Prolog9' is een van Regers minst gespeelde werken. Het is geen pro grammamuziek, doch evenals Brahms' „Tra gische Ouverture" meer in h©t algemeen als inleiding voor een of ander treurspel gedacht. In den hoofdvorm der symphonie geschreven heeft het geen eigenlijke dramatisch ontwik keling en oplossing; aan Reger gelukte niet wat Beethoven in zijn Coriolan- en Leonore- ouvertures wèl bereikte. Populair zal Regers Prolog wel nooit worden; daartoe is het stuk te lang, te breed en te dik. en als Reger in een vierde dimensie had kunnen schrijven had hij zijn Prolog in die richting ook doen Uitdijen. Het werk bestaat uit een Inleiding (Grave) en een Allegro agitato. Het -„Stabat Mater" van Haydn, dat des avonds uitgezonden wordt, is een jeugdwerk, in navolging van Pergolesi gecomponeerd en geheel op Italiaansche leest geschoeid. De Haydn der latere symphonieën en kwartetten van „Schöpfung" en „Jahxeszeiten" is daar nog niet aan het woord. Van heel wat meer beteekenis is Brahms' „Deutsches Requiem". Reeds vóór dit werk bestonden verschillende Requiems op Duit- sche teksten, doch deze waren vertalingen van de latijnsche liturgische. Brahms stelde zijn tekst zelf samen uit woorden, die hij uit den Bijbel koos. Daarmee kreeg zijn werk een geheel anderen grondslag dan de liturgische, welker bedoeling het is, om zielsrust voor de gestorvenen te smeekenBrahms' Requiem is deels een bespiegeling, deels een predicatie. Benige jaren geleden heeft een toenmalig Amsterdamsch muziekcriticus, die ook com poneert, en die destijds al een halve beroerte kreeg als hij den naam Brahms hoorde, en driekwart als hij iemand hoorde zeggen dat Brahms' muziek mooi was. zich uitgesloofd om het Requiem te beschimpen, o.a. op grond der tekstherhalingen. Maar het monument, dat Brahms aan de nagedachtenis zijner moeder had gewijd is in volle heerlijkheid blijven staan: de moddergooi er ij van den toenmaligen Mahleromaan M. M. heeft het niet kunnen beschadigen. Mijn bestek lrfat niet toe het in onderdeelen te bespreken; wie er belang in stelt kan tegenwoordig zeer gemakkelijk en goedkoop het klavieruittrek sel bekomen en aan de hand daarvan de uit voering volgen. Wie voor den Zondag liever wat luchtigers hoort kan zich vermaken met het Dorpsmu zikanten sextet van Mozart (Huizen 8.15). Deze geestige parodie, waarin M. zoowel de slechte uitvoerder als de slechte componisten in 't ootje neemt, is hier ook door de H.O.V- uitgevoerd; ik betwijfel echter of de verschil lende persiflages toen algemeen begrepen zijn. Zoo vindt men in het eerste Allegro: begeleiding zonder zangthema: verkeerde modulaties; in het Andante: verkeerde har moniseering bij den aanvang; een cadenz van louter nulliteiten, die een toon te hoog eindigt; in de Menuet: een afgrijzelijk hoorn duo, een gebroebel van valsche noten; in de Finale: een schijnfuga enz. De bezetting is: strijkers en twee hoorns. Maandag kan men uil Weenen om 7.40 de tweede Symphonie van Mahler hooren. Deze z.g. Auferstehungs-S. voor orkest, en altsolo. koor en orgel is nevens de vierde wel de meest direct treffende van Mahler. Zij be staat uit de volgende deelen: 1. een Allegro van groote dimensies, met het karakter van treurmuziek; 2. een melodieus Andante; 3. een Scherzo uit de melodie van M.'s lied „die Fischpredlgt des H. Antonius*' omwikkeld en het doellooze van het menschelijke gedoe schilderend; 4. „Urlicht", solo voor alt; 5. Finale: ondergang en opstanding; eerst in dit laatste deel treedt het koor op. Wie van .moderne Fransche muziek houdt stemme dien avond op Kalundborg af en zal daar werken van Milhaud, Honegger en van beider geestelijken vader, Erik Sa tie, den stichter van de „Groupe des Six" kunnen hooren. Als nu maar geen Mexicaansche hond stoort! Op hetzelfde concert komt een werk van Pierné voor, maar die mag niet tot de modernen gerekend worden. Dinsdagavond te Berlijn de 8ste Symphonie van Bruckner, die evenals diens eerste en tweede in c-min. staat. Het reuzenwerk is hier nooit uitgevoerd; de finale, waarin de thema's uit de vorige deelen tot een gewel dige apotheose worden gecombineerd moet onvergelijkelijk grootsch zijn. Wie niet het voorrecht hebben tot de leden der Haarlem- sche Bachvereeniging te behooren. en dus as. Dinsdag de Bolero van Ravel alleen aan de buitenzijde van de Concertzaal zouden kunnen genieten, kunnen zich gedeeltelijk schadeloos stellen door Woensdagavond Davevctry (Nat.) op te roepen. De befaamde Bolero bestaat uit een ontelbaar aantal her halingen van dezelfde themagroep bij een ostinate trommelbegeleiding. Deze stijging wordt door de wijze van instrumenteeren 'be reikt, dus in den grond evenzoo als in Ros sini's Barbier-ouverture. De grondtoon C maj. wordt op een klein gedeelte kort vóór het slot na, niet verlaten. De Bolero is eigenlijk als een soort van balletmuziek bedoeld. Op het too nee 1 dient een danseres op een tafel den dans uit te voeren, eerst kalm, doch hoe langer hoe wilder en hartstochtelijker. Op hetzelfde concert speelt de- Hongaar Bela Bar tok zijn Rhapsodie voor piano en orkest, een werk waarin nog meer Liszt dan Bartok is. Donderdagavond wordt in het Concertge bouw de Romantische Suite van Reger uit gevoerd, merkwaardig omdat in dit werk de invloed der nieuwere Fransche school merkbaar is, en Regers gewone dikke schrijf wijze voor lichtiger, meer impressionistischen stijl heeft plaats gemaakt, t Ware te wen- schen geweest dat Fransch en Duitsch immer elkaar zoo goed had leeren verstaan! Tenslotte wil ik nog op een paar kamer- muziekwerken wijzen: vooreerst het heerlijke kwintet voor clarinet en strijkkwartet van Mozart (Vrijdag Daventry Reg.) en dan het eerste sextet voor 2 violen, 2 alten en 2 celli van Brahms (Zaterdagmiddag. VARA), een der zonnigste en bevattelijkste werken van dezen meester. KAREL DE JONG. MUZIEK. R.K. ORATORIUMVEREENIGING. Op het concert van Vrijdagavond, de eer ste uitvoering in het tweede vereenigingsjaar dezer vereeniging fungeerde vóór de pauze het talrijke koor slechts als decoratief orna ment van het podium. Het eerste gedeelte van den avond werd geheel ingenomen door de uitvoering van het declamatorium „Ter- we" van Hub. Cuypers, die zich daarmede als componist en orkestleider aan ons voorstelde. Cuypers heeft bij de aardige verzen van René de Clercq (waarom was diens naam niet op het titelblad vermeld en alleen in den laatsten regel der toelichting genoemd?) muziek geschreven die hem als een kundig en ervaren musicus doet kennen. Oorspron kelijkheid is er weinig of niet in te vinden; overtuigende kracht gaat er niet van uit. De beste gedeelten, als bij „Een leegte was er nog" etc. en bij „Toe, laat eens zien dan" etc. zijn erg door Wagner geïnspireerd; alleen het wiegeliedje is aardig gevonden. Voor het grootste gedeelte keuvelt de muziek zonder te hinderen, maar ook zonder veel interesse te wekken. De flatulente verminderde-septime boosaardigheden van het koper verschrikken evenmin als de descriptieve muziek bij „Het wintert ruw daarbuiten" in staat is ons het beeld van een winterlandschap te suggeree- ren. Op enkele plaatsen, als aan het slot van de tweede en van de vierde afdeeling nadert die muziek de grenzen van het banale. De H.O.V. was bij de verklanking der partituur ook niet steeds gelukkig. Beter was de decla mator Alph. Laudy, ten onzent bekend als auteur van „De Paradijsvloek". Wel ont wikkelde deze geen buitengewoon groote zeg gingskracht en gaf hij het Vlaamsch-ronde niet in al zijn volheid en echtheid weer, maar zijn voordracht sloot zich zoowel ryth- misch als tonaal uitnemend bij de muziek aan. We kregen de overtuiging dat de decla mator niet slechts den tekst, maar ook de muziek volkomen in zich opgenomen had; zijn declamatie hield het midden tusschen spreken en zingen en werd aan het slot zeer warm toegejuicht, evenals de componist-diri gent. Toch hebben we niet den indruk gekregen dat Cuypers Terwe genoeg kiemkracht bezit om rijkelijk vruchten te dragen. Na de pauze werden krachtiger muzikale tonen aangeslagen en kreeg ook het koor een werkzaam aandeel in het geheel. Mendels sohn's muziek bij ,Die erste Walpurgisnacht" van Goethe bevat behalve eenige prachtige hoogtepunten een heerlijke lentezang: in de Ouverture is het recitatief van fagot en cla rinet merkwaardig, de overgang naar de lentestemming meesterlijk. We konden be merken dat het koor der R.K. Oratorlum- vereeniging sinds de vorige uitvoering weer flinke vorderingen gemaakt heeft; vooral de klank van het vrouwenkoor is mooier gewor den. Het timbre van het mannenkoor was nog wel eens wat ruw. Wat de solisten be treft: Jac. van Kempen zong zijn kleine partij welluidend en met duidelijke dictie, zooals we van hem gewend zijn; slechts in het begin scheen hij even wat moeite met de toonvorming te hebben. Luc. Louwman vertolkte zoowel de bariton- als de bas-partij en deed het goed. Zijn stem is bijzonder mooi van klankkleur en warm van uitdruk king. De naam der altzangeres was terecht niet vermeld: haar prestaties zUn nog niet toereikend voor het podium eener concert zaal. Zwak, schuchter en kleurloos klonk de alt der „alte Frau"; en al zou men nu kun nen zeggen dat zwakheid en kleurloosheid bij het begrip „alte Frau" passen, daarom behoeft deze toch nog niet te laag te zingen. Hub. Cuypers heeft het werk over 't ge heel zeer bevredigend ten gehoore doen bren gen; het wil mij echter voorkomen dat hU de tempi soms wat te voorzichtig nam en dat b.v. het koor „Kommt! Mit Zacken" etc. niet alleen een veel sneller tempo had kunnen verdragen, maar er aan drastische uitdruk king aanmerkelijk bij gewonnen zou heb ben. 't Is waar dat dit koorgedeelte in zijn wilde 6 8 maat dan zeer moeilijk uitvoerbaar wordt. In ,Dle erste Walpurgisnacht" klonk ons orkest heel wat mooier dan in het decla matorium. De zaal was zeer goed bezet; ook Z.D.H. de Bisschop van Haarlem gat door zijn aan wezigheid weer blijk van zijn belangstelling voor de muziek in 't algemeen en voor den arbeid der RX Oratorlumvereeniglng in 't bijzonder. K. DE JONG. AMAI.IE VERSCHUYLTHEO VAN DER PAS Een oordeel over de jonge celliste liet zich. toen we haar voor t eerst hoorden in het kerkgebouw aan den Potgieterweg te Bloe- mendaal, gemakkelijk formeeren. Haar aan geboren muzikaliteit, aan de hand van een prachtig ontwikkelde techniek, lieten toen de beste indrukken achter. Amalie Verschuyl heeft sindsdien niet stil gezeten. In Parijs, waar haar instructeur, onze groote cellist Gerard Hekking. woonach tig is, heeft haar spel die vervolmaking ge kregen, die haar het recht geeft, zich in wij- deren kring te doen hooren. in den Stads schouwburg, waar Theo van der Pas haar se condeerde waren velen gekomen, waaronder uit de beste muzikale kringen, om bij dit haar debuut in onze stad tegenwoordig te zijn. Dat aan Gerard Hekking de toekomst zijner talentvolle leerlinge niet onverschillig is, beweest zijn overkomst uit Parijs en zijn aanwezigheid onder de toehoorders. De eerste violoncelsonate van Brahms was zeer zeker een muziekspecimen, dat de be gaafdheden van de jonge musicienne klaar aan den dag kon leggen. Het is zeker geen toeval, dat in deze muziek nog andere affi niteiten aan het licht treden met twee paarlen der schoonste toonlyriek „Mainacht" en ,.Von ewiger Liebe", dan die welke liggen in de gelijktijdigheid van ontstaan dezer Brahmsmuziek voor cello en voor zang. Het Allegretto quasi menuetto neemt de plaats in die anders aan het Adagia wordt ingeruimd, maar dit middendeel met zijn zeer schoon unisono-trio deed ons bij voort during denken aan de sfeer, die ook beide genoemde liederen zoo waardevol maken. Theo van der Pas voerde zijn pianopartij uit in die zachte schemerglansen. die wij ook zoozeer waardeeren in het spel van Willem Andriessen. Amalia Versohuyl toonde zich volgelinge van haar grooten leermeester, door inzonderheid op deze plaats de beko ring van Hekkings ongeëvenaarde speel- kwaliteiten zijn aglllteit als uiting eener wonderbare linkerhand- en stoktechnlek, te brengen over haar toehoorders. Later nog een maal hadden wij gelegen heid, de vrucht van dit excellente onderwijs te ervaren. Met Arioso van Bach was er dat algeheel óndergaan der techniek in het in nerlijk der muziek, waardoor de atmosfeer werd geschapen die we b.v. bij een volgende sonate van Sa martini moesten missen, en die later, bij de stukken van De Falia, nog weer zou komen. Was bij Samartini, inzon derheid in 't eerste Allegro, nog niet alles af (zoo was b.v. in de onderverdeeling der no ten een zekere artistieke nonchalance merk baar, die mettertijd zeker zal verdwijnen), viel voorts bij Fauré in „Après un rève" nog een tekort aan zuiverheid der intonatie op, zoo onderscheidden zich in de drie gespeel de stukken uit „Siete caclones espanolas" (een werk uit den tijd van ,R1 amor brujo") al de schoone eigenschappen van aangebo ren muzikaliteit en gelukkig ontwikkelde techniek; en wijl Theo van der Pas, wiens voorliefde voor muziek als „Noches en los jardines de Espana" genoegzaam bekend is, zijn klavierpart meesterlijk vervulde, mogen wij de interpretatie dezer muziek van De Falla rekenen tot de oogenblikken, die ons van dezen, avond de beste herinneringen bewaren. G. J. KALT. AGENDA Heden: ZATERDAG 22 NOVEMBER Stadsschouwburg: N.V. Ver. Rotterdamsch Hofstad Toon eel. „De Keizer van Amerika", 8 uur. Gebouw Proestantenbond: Volksuniversi teit; Lezing Ir. J. F. L. van Gils. 8 uur. Gebouw Bloemhof: Dansclub „Onder Ons". Cabaretavond. Gebouw „Caecilia": N. V. Bazar. Palace: „Das Rheinlandmadel". Tooneel: Brix and Partner. 2.30, 7 en 9.15 uur. Luxor Theater: „Wie is de dader", en „Ma ma's Tweede Jeugd". Tooneel: Balalaika En semble, 2.30 en 8 uur. Rembrandt Theater: „No, no. Nanette." Tooneel: 3 Evelyn. 2.30, 7 en 9 15 uur. ZONDAG 23 NOVEMBER Remonstrantenhuis (Wilhelminastraat 22) „Wetenschap en Religie". Zondagmorgenle zing. 10.30 uur v.m. Gem. Concertgebouw: Paul Godwin met zijn Weener Solistenensemble. 8.30 uur. Schouwburg Jansweg: 2 uur: Kir.der- en familievoorstelling. .De kleine Lord". 8.15 uur: .Ret Spookkasteel". Gebouw „Caecilia": N. V. Bazar. Bioscoopvoorstellingen 's middags en des avonds. MAANDAG 24 NOVEMBER Stadsschouwburg: Ensemble Bpuber. „Na than heeft mazzel". 8 uur. Gebouw „Caecilia": N. V. Bazar. Bioscoopvoorstellingen. Teyler's Museum, Spaarne 16. Geopend op werkdagen van 11—3 uur, behalve 's Maan dags, toegang vrü. HET TOONEEL DE VEREENIGDE SCHOUW SPELERS. DE KUISCHE JOSEFINE. Gisteren heb ik zoo waar KadeTburg, Blu- menthal en Von Schöntan bewonderd! Want wat men ook van die oude Duitsche klucht spelfabrikanten mocht zeggen, ze kenden hun vak! Kurt Götz heeft met De kuische Josefine geprobeerd het die oude rotten nog eens na te doen. maar het bleek al gauw. dat hij nog heel wat van hen leeren kan! Kurt Götz verloor het over de geheele linie, in den opzet, de kluchtige verwikkeling en vooral in den dialoog! Agathe heeft het in haar hoofdje gezet, dat haar man, een doodnuchter chocolade fabrikant. een dichter en schrijver is! Het is een idee fixe van haar, dat hij verzen en boeken moet schrijven! En de arme man kan nauwelijks een behoorlijken zin op het papier zetten! „Geef haar haar zin!" zegt zijn vriend! „Eerder is zij toch niet gelukkig!" en voor dat de pantoffelheld het eigenlijk beseft, Is hij al tot Frank Held, een beroemd schrijver gepromoveerd! Agathe over-gelukkig! Maar dan begint eerste de misère voor den choco lade-fabrikant. want zijn vrouw eischt van hem, dat hij midden in den nacht zich aan de Muse wijdt! Voor wij een week verder zijn moet hij al naar Berlijn, om de première van zijn blijspel de kuische Josefine bij te wonen! Men begrijpt de vergissingen en de verwarringen! Agathe leert daar in Berlijn, wat het beteekent de vrouw van een dichter en schrijver te zijn! Geparfumeerde brief jes en dames-bezoek brengen haar tot wan hoop! Maar als de crisis op haar ergst is. spreekt de vriend het verlossende woord en onthult het geheim, dat hij en niet de dood onschuldige man de schrijver van De kuische Josefine is- Agatha is radicaal van haar idee fixe genezen! Otto mag weer bonbons in- plaats van verzen en tooneelstukken maken! Kadelburg en Bhimenthal zouden een klucht met zoo'n gegeven hebben weten te vullen, maar Kurt Götz kreeg pas tegen het slot den geest! Het. stuk is erg leeg en het heeft Kurt Götz blijkbaar moeite gekost om het eind te halen! Neen. nog eens, dan kon den die oude kluchtspelfabrikanten fret be ter! Dat er toch nog veel gelachen is, dankten wij aan het geestige spel van John Timrott, die als Otto Hildebrandt, de pseudo-dlchter. een zeer gelukkigen avond had! Timrott heeft deze rol met werkelijk komische verve gespeeld! Hij deed vooral in zijn woord verhaspelingen zelfs nu en dan aan Cor Ruys denken! Mevrouw Enny Mols-de Leeu- we had de rol van het eerzuchtige vrouwtje en zij was het met entrain, zooals wij dat van haar gewoon zijn. Pierre Mols hield er als de vriend mede den gang in zoodat wij aan spel weinig of niets te kort kwamen. Ferd. Koolbergen maakte van den schoon vader, wien het integenstelling met de schoonvaders uit de oude kluchten maar niet gelukt een boemelaar te zijn, wel een vermakelijk type. En Julia Cuypers zagen wij voor het eerst in een voor haar nieuw emplooi, namelijk als Duitsche schoonmoe der, welke rol haar goed afging. Ook de kleinere rollen waren behoorlijk bezet. Pierre Mols is wel eens gelukkiger geweest in de keuze van zijn stukken maar hij heeft met zijn gezelschap van deze Duitsche klucht tenminste gemaakt, wat er van te maken viel. J. B. SCHUIL. PALACE. „Das Rheinlandmadel". Een merkwaardig variété- nummer. Elders In dit nummer wordt een artikel ge wijd aan de amusementfllm. naar aanleiding van de Amerikaansche film „No No Nanette" die in het Rembrandt-theater draait. In dit artikel wordt een vergelijking gemaakt tus schen de Duitsche- en Amerikaansche ge luidsfilm. Toevalligerwijze is ..Das Rheinland madel" een typisch voorbeeld van do Duit sche amusementsfilm op zijn best. In boven genoemd artikel wordt onder anderen gezegd, dat de Duitsche regisseur ook In de tri viaalste soort vermaaksfilm steeds zal trachten iets te geven van wat kenschetsend is voor de ontwikkeling van de kunstfilm. Ook in Das Rheinlandmadel" van den knappen regisseur Meyer die onder anderen de film .De tijger van Berlijn" vervaardigde wordt men telkens getroffen door de mi- nitueuze zorg, die aan dit oppervlakkige ge val werd besteed. De opnemingen zijn, uit een technisch oogpunt, volmaakt het spel is voortreffelijk, de muziek bekorend. Men moet bewondering hébben voor de liefde waarmede de regisseur zich aan dit overigens zoo onbelangrijke motief heeft gewijd, men moet het waardeeren, dat men zelfs voor de amusementsfilm een zoo hooge artistieke norm stelt. Het filmverhaal waarop deze film geïnspi reerd werd is allervermakehjkst. Een tikje sentimenteel een beetje onwaarschijnlijk, maar zeer charmant. Zooals een operette film moet zijn. Op het tooneel „Brix and Partner", athle- ten, die iets heel bijzonders presteeren en die hun toeren op een origineele manier ver- toonen. Terwille van de verrassing zullen wij die manier niet beschrijven. Genoeg zij, dat INGEZONDEN MEDEDEELTNGEN a 60 Cts. per regel. STOFZUIGERHUIS MAERTENS BARTEL JORIS STRAAT 16 TEL. 10756 APEX Klop-veeg-Stofzuigers f 175 dit nummer zeer veel succes liad en dat heb weer eens iets nieuws is. REMBRANDT-TÏIEATER. Dc Show-Operette „No. No, Nanette" Dit is een film. die den meest verwenden bioscoopbezoeker zal tevreden stellen. Een weelde voor het oog en het oor! Deze ver filmde operette werkt met een groot aantal artisten meer dan de oorspronkelijke ope rette. Een zeldzaam vruchtbare fantastisch» geest, die zooveel gratie, zooveel kleur, zoo veel tooneelen tot een zoo harmonisch, soms overweldigend, geheel wist te voegen! De Nanette van Bernice Claire is van een betoo- verende charme, zij heeft voor deze rol alles wat noodig is. naast haar lichamelijke schoonheid en haa* speeltalent een heel mooie stem. Haar partner Alexander Gray beschikt ook over een zeer mooi geluld. Lucien Litlefield zorgt voor hot grootste ge deelte voor het komische element als Jim Smith. Hij doet dat op een wijze, dat er voort durend om hem geschaterd wordt. De meest bekende songs, die gezongen worden zijn: „Tea for Two", en „I want to be happy". Door de prachtige kleurencombinaties gaf deze gedeeltelijk gekleurde film nog extra genot- Het is een schitterende revue, zooals we er nog nooit een zagen, met uitstekende spelers, zangers en andere eerste klas medespelen den. In één woord een prachtig werk. waarmee Loet C Barnstfjn. die de film hier uitbracht, aan heel velen een grooten dienst bewezen heeft. Dat het bijprogramma ook uitstekend Is, behoeven we bijna niet te zeggen. Rem- brandts-programma's zijn vermaard om hun kwaliteiten. De Teekenfilm van Max Fleischer. „The Sailor", is. als al zijn teekenfilmen iets aparts en als altijd geestig. Noemen we van het bijprogramma nog al leen het tooneelnummer De drie Evelyns. Dit kranige troepje van twee dames en een heer heeft op het slappe koord de moeilijkste toe ren verricht, die door het publiek met blijk bare spanning gevolgd werden. Een hartelijk applaus beloonde hen voor het vertoonde. LUXOR-THEATER. Twee goede hoofdnummer^ en een uitstekend tooneelnummer. Een uitgebreid, zee-r gevariéerd en good programma wordt den bezoekers deze week la bovengenoemd theater voorgezet. In Allerlei" zien we vooreerst vee! Interes sante en mooie tafereelen, waarbij de sport den hoofdschotel vomt. In „Mama's tweede jeugd" maken we kennis met mevrouw Lave me. Deze dame doet zeer modemzeer ten nadeele van haar dochter, die haar moeder bijna uitsluitend in avondtoilet ziet. Het meisje heeft een Jongeman leeren kennen die haar ten huwelijk vraagt. HU is echter afhankelijk van zijn oom (een vriend van mevr. Laverne) en de oom verbiedt zUn neef den omgang met het meisje, want, zegt hij: „zoo moeder, zoo dochter". Het slot is evenwel dat er twee echtparen bij komen. Een aardige Paramount- film met mooie duidelijke beelden en met Florence Vidor in de hoofdrol. „Wie is de dader?" Is van geheel andere strekking. Heel veel geheimzinnigs ziet men hier zonder dat men kan zeggen: „ik dacht wel dat het zoo was". De viool virtuoos Veronsky geeft voor een klein gezelschap een concert vóór zUn vertrek naar Amerika. Onder de luisteraars bevindt zich ook Karin Nansen. een leerlinge van den violist. Deze kan niet vertrekken zonder afscheid van het meisje genomen te hebben. De verloofde van Karin ziet dit en in woede ontstoken valt hij Veronsky aan. Deze slaat den jongeman neer. Later volgt de jongeman den violist naar diens hotel. Ook Karin gaat daar heen en in het hotel gekomen ziet ze haar ver loofde naast het ïyk van Veronsky staan. De Jongeman weet te vluchten en Karin ge looft aan zijn schuld. Nu volgen vele verwik kelingen die de geschiedenis nog geheimzin niger maken. Voor al de handelirgen van den Lmpressario Herman Bühler zijn vreemd. Mary Mortensen, van de politie, is echter zeer geslepen en weet den waren moordenaar van Veronsky te ontmaskeren. Marcella Albani vervult de rol van Karin Nansen in deze spannende Ufa-film. Op het tooneel deze week het Schablovsky's Balalaika Ensemble. Deze 6 heeren laten ons genieten van instrumentale muziek, zang en dans en doen dit op zóó uitnemende wUze dat ze door het langdurig applaus wel ge noodzaakt- worden een tocgiftje te geven. Het was alles uitstekend. Het Luxor-Nieuws bevat weer veel interes sants en is een waardig nummer van het^ programma, dat we gaarne aanbevelen. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. Dr H.NANNING'S EETUU5T-OPWEKKEHD. 130 pi ft J INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 CU. per regeL INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Ct«. per regel. OSCRtANMSTCIM Heerlgk en welsmakend Natuurlijk Bronwater werkt zeer gunstig bij maagstoornissen en ongeregelde stofwisseling.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1930 | | pagina 5