[Jsvermaak
DE AVONTUREN VAN EEN VERKEERSACENTJE
DEMONSTRATIEF WERKLOOSHEIDSCONGRES
VAN HET N. V. V.
HAARLEM'S
DACBLAD
HAARLEM'S DACBLAD
MAANDAG 9 FEBRUARI 1931
900 afgevaardigden te Utrecht bijeen.
Meer maatregelen van de regeering
gevraagd.
Te Utrecht is Zaterdagavond en Zondag
Ihet demonstratief werkloosheidscongres van
het Ned. Verbond van Vakvereenigingen ge
houden. onder voorzitterschap van- den theei
E. Kupers. Aanwezig waren ongeveer 900 af
gevaardigden van de bestuurdersbonden en t»s
aangesloten organisaties.
Deze zei in zijn openingswoord, dat hei
aantal werkloozen, dat bij de Arbeidsbeurzen
is ingeschreven vermeerderd met hen, die niet
Ingeschreven waren, veilig geschat kon wor
den op 200.000. Wij zullen ons, aldus spr. niet
uiterste kracht verzetten tegen het streven
naar lager loonen. Wanneer he N.V.V. er
niet was, zouden de loonen wellicht weer
op het hongerpeil van een kwart eeuw ge
leden liggen.
Met instemming werd kennis genomen van
het streven van N.V.V. en F-A.L naar de
44*urige arbeidsweek.
Nadat de heer Jan van der Tempel, na
mens de s.-d-Kamerfracile een begroetings
woord had gesproken, kreeg de heer Van
der Lende gelegenheid om zijn inleiding te
houden over ,.De Zorg voor de wetrklooze
Jonge arbeiders"
De heer Van der Lende kwam tot de con
clusie. dat een zevende deel van de georgani
seerde jonge arbeiders werkloos is.
De heer Van der Lende beplei.te een aan
tai maatregelen, welke neergelegd zijn in de
volgende resoluties, die door het congres
werden aangenomen:
Bij de regeering wordt aangedrongen, voor
zoover noodig in overleg en in samenwerking
met de provinciale en gemeentelijke autori
teiten:
1. De werkloosheid te helpen verminderen,
door den thans wettelijk voorgeschreven leer
plicht van 7 Jaar ie brengen op 9 Jaar en
hem niet te doen eindigen voor dat de leer
ling het 15de levensjaar heeft bereikt;
2. In verband met het bovenstaande de
Arbeidswet te wijzigen, opdat de arbeid van
kinderen beneden 15 jaar wordt verboden;
3. De vakbekwaamheid, zoowel als de al
gemeens omwikkeling van he. opgroeiend ge
slacht te bevorderen door het treffen van
maatregelen, waarbij verplioht vervolgonder
wijs tot het voleindigde 17e levensjaar wordt
voorgeschreven.
4. Werkilooze jeugdige personen te ver.
plichten, tot aan he. bereiken van hun 17e
levensjaar, gedurende elke werkloosheids -
periode, deel te nemen aan dagcursussen,
waarop theoretisch en practLscih vak- of
nijverheidsonderwijs, handwaardighexLson-
derrlcht en algemeen vormend onderwijs
wordt gegeven;
5. Gelegenheid te scheppen voor het ver
strekken van theoretisch en practisch vak- of
nijverheidsonderwijs, handvaardigheidsondeï-
richt. algemeen vormend onderwijs, lichame
lijke opvoeding en ontspanning aan alle jeug
dige werkloozen beneden 21 jaar, ongeacht
of zij tot eenlg beroep of vak worden opgeleid
dan wel dat zij behooren tot de zgm. onge
schoolden. Een en ander door:
a. Het beschikbaar stellen van de noodlge
localiteiten, leer- en ontspanningsmiddelen;
b. Het aanwijzen van onderwijskrachten,
zoo noodig en mogelijk uit de kringen der
volwassen werklooze hoofd- cn handarbeiders
(siers).
c. In overleg en In samenwerking met de
plaatselijke vakcentralen der werknemers en
vertegenwoordigers der daarvoor in aanmer
king komende jeugdorganisaties, alles te doen
wat voor het tot uitvoering brengen van het
het gestelde doel noodig is.
9. Alle jeugdige, niet meer leerplichtige
personen beneden 21 jaar, ultkeering te ver
strekken, op voorwaarde, dat zij zich bij de
openbare arbeidsbemiddeling als werkzoeken*
den doen inschrijven en zij, de onder 5 ge
noemde lessen en bijeenkomsten volgen en
hij wonen, waar daartoe de gelegenheid be
staat.
Direct na de opening van de Zondag
ochtendzitting was het woord aan den heer J.
Oudegeest, die namens het bestuur van de
S.D.A.P. het Congres begroette.
Het is toch wel erg, zei spr., dat wij hier
moeten bijeenkomen, omdat men voor elke
cent, die men van deze regeering wil los
krijgen, moet dreigen en demonstreer en. De
regeering stelt danscommissies in en bereidt
wetten tegen godslastering voor. doch zij
doet niets tegen de armoede in de srezinnen
en tegen den ergsten geesel der arbeiders, de
werkloosheid.
De discussies.
Er gaven zich vele sprekers voor de dis
cussies op.
Het Tweede Kamerlid Hiemstra (land
arbeider) zei. dat de steunregeling van de re
geering gebaseerd ls op de 48-urlce werkweek,
terwijl de meeste landarbeider? 50 of 60 uur
werken. Gezien de loonen der landarbeiders
zal hun steun, die slechts 65*S van het loon
mag bedagren. meestal niet meer dan 6.50
of f 7 bedragen.
Een spreker uit Heerenveen wekte gToote
beroering in de zaal door het voorlezen van
een aantal loonstaten, waaruit blijkt, dat
sommige arbeiders in de Friesche werkver
schaffingen soms weekloonen van 6 a 7,
soms zelfs 4.50 verdienen
Een spreker uit Zuid-Holland herinnerde
aan den noodtoestand van de arbeiders op
het platteland. Schande ls het. dat met me
dewerking van de regeering er in sommige
plaatsen fabieken zijn. waar 55 uur ]>er week
gewerkt wordt, terwijl er 400 arbeiders werk
loos rondloopen
Rede F. v. d- Walle.
De tweede voor»'tter van het N V V.. de
hoer F. van de Wa'le hield een rede over
W»r'-1<W<eld en Werkloozen^org Hij ze'de
de werk'oo^eld een gevolg van de kapitalis
tische voortbrengingswijze te achten.
Een meer doeltreffend middel dan loons
verlaging, die spreker beslist afwijst, acht hij
de verkorting van den arbeidstijd. Bovendien
dient de koopkracht van de massa vergroot
tc worden en de strijd te worden aangeboden
tegen de hoogc kleinhandelsprijzen. Ui' ver
schillende cijfers leidt spreker al, dat de
werkloosheid bezig ls toe te nemen. De regee
ring moet ingrijpen voor het werkloosheids
probleem haar over het hoofd groeit.
Ten onrechte maakt de minister een on
derscheid tusschen crisis-werkioozen en ge
wone werkloozen. Wij eischen van de regee
ring verlenging van de uitkeeringstermijnen
voor alle kassen, zegt spr., en daarnaast een
wettelijke regeling waarbij alle gemeenten
verplioht zullen moeten toetreden. Voorts be
pleit spr. het instellen van een crisisfonds,
waarin de noodige gelden gere;ervererd kun
nen worden om er naderhand over te kunnen
beschikken
Spr. onderwierp de nieuwe steunregeling
van den minister van Binnenlandsche Za
ken aan scherpe critiek. Hij noemde een
aantal objecten voor werkverschaffing. In
de laatste tien jaar is het nationaal ver
mogen gestegen van 13y3 tot 14,8 milliard.
Hierin ligt het bewijs, dat de gelden, noodig
voor een doeltreffende werkloosheidsbestrij
ding. aanwezig zijn.
De inhoud van de rede van den heer v. d
Walle is neergelegd in een aantal resoluties,
welke werden aangenomen.
Met instemming heeft het Congres kennis
genomen van het besluit van de besturen
van I. V. V. en de Soc. Arbeiders Inter
nationale. om een krachtige internationale
actie te gaan voeren voor een 44-urige werk
week. Het congres draagt het bestuur van
het N. V. V. op de actie voor de in deze re
solutie gestelde eischen met kracht voort te
zetten.
Nog een groot aantal sprekers voert he'.
woord, waaronder vooral veel afgevaardig
den van het platteland.
Mej. Alida de Jong 'Bond in de
Kleedingindusthrie) had scherpe critiek op
de door de regeering toegepast uitsluiting
van vrouwen in de steunverleening.
De heer Muller (Fabrieksarbeiders) vroeg
om bij de actie voor wegenbouw aan te
dringen op het gebruik van Nederlandse!)
materiaal daarbij. Klinkerwegen zij veiliger,
maar bovendien hebben de Nederlandsche
klinkerfabrikanten zich bereid verklaard in
dit geval de bestaande arbeidsvoorwaarden
te verlengen.
De heer S i n o o (Bouwarbeidersbond)
waarschuwt tegen drooglegging van de
Westeinderplas
Eerst tegen vier uur kwam aan de lange
rij van sprekers een einde en beantwoordde
de heer Van de Walle de gemaak
te opmerkingen. Den heer Sinoo antwoordt
spr., dat de Westeinderplassen geen gevaar
ioopen; een vandaal is spr. niet. Straat
demonstraties hebben wij in het algemeen
niet noodig zei spr., maar als zij noodig zijn
schuwen wij ze niet.
De heer Kupers zegde in zijn slot
woord toe, het voorstel van mej. De Jong
om een vergadering in Den Haag te beleg
gen op den voo-avond" van de interpellatie-
Van den Tempel in overweging te zullen ne
men.
LETTEREN EN KUNST
MUZIEK.
Christelijke
Oratorium-Vereeniging.
De tijdroof van het wekelijksche Radio-
overzicht. dwong mij mijn indrukken van
de Jongste uitvoering der C.O.V. in een kort
voorloopig overzicht samen te vatten en de
bespreking van meerdere bijzonderheden tot
het nummer van heden uit te stellen- De be
langrijkheid dier uitvoering geeft alle aanlei
ding er nader op terug te komen.
De schoonheden van Mozart's Requiem:
stemmings-schildering, die niet hoogst een
voudige middelen weet te ontroeren, de tref
fende tegeni tellingen tusschen vrees voor
den dood en kinderlijk vertrouwen, zullen wel
voor weinige hoorders verborgen gebleven
zijn. Minder waarschijnlijk is het, dat de niet
voorgelichten vermoed zullen hebben waar
Mozart's arbeid ophield en dat van zijn leer
ling Siissmayer begon Eerlijk gezegd: ais ik
het niet geweten had, zou ik het ook niet met
zekerheid hebben durven zeggen. De melo
dieën van het solokwartet In het „Benedlc-
tus" zijn zóó vol van Mozart's geest, de stem-
cenvoering ls hier en in het ..Osanna" zóó
meesterlijk, dat het eenige moeite kost to be
seffen. dat de hand des Meesters reeds in de
negende maat van het „Lacrvmosa" voor al
tijd verlamde, dat van het „Sanctus" en de
daaropvolgende gedeelten zelfs geen authen
tieke aanteekeningen aanwezig waren. Van
wat daaraan voorafging is ook een goed deel
door Siissmayer uitgewerkt en geïnstrumen
teerd. en uit zijn arbeid kunnen wij, die uit
de Weener school van het laatst der 18de
eeuw slechts enkele namen, de meeste be
roemde. ook in hun werken kennen, de con
clusie trekken, dat hun licht dat van meer
dere werkelijke talenten van beteekenis vol
komen verduisterd heeft. Een talent aLs dat
van Siissmayer. hij moge dan geen baanbre
ker zijn, is heusch niet alledaagsch. Dat hij
niet door gezochte afwijking voor genie po
seerde, dat hij zich in zijn schrijfwijze bij zijn
vereorden leermeester nauw aansloot, zal
wel zijn oorzaak vinden in den eeest van het
tijdperk waarin beiden leefden. Wat een 20ste
eeuwsche Siissmayer gepresteerd zou hebben
laat. zich natuurlijk niet met zekerheid be
vroeden: maar als we den paralleilismus van
de simultane uitingen der geestelijke stroo
men in de verschillende kunsten mogen aan
vaarden, geeft een blik op de jongste schep
pingen,
We willen on Monrt-S^maver's Renulem
terugkomen. De schoonheden van het werk
zijn lang en algemeen erkend. Zijn ze bij de
vertolking door de C.O.V. ook alle tot volko
men uiting gekomen?
Ik heb reeds geconstateerd dat het koor
goed voorbereid was en correct zong. Het fi-
gurenwerk In no. 1 werd zuiver en accuraat
ten gehoore gebracht; de dubbclfuga bleek
INGEZONDEN DIEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regeL
geeft ruwe huid
verzacht iiiinii geneest
zorgvuldig gestudeerd en de uitvoering was
prijzenswaardig. Ditzelfde kon men over 't
algemeen van de koorensembles zeggen.
Echter wordt bij de uitvoering van koorwer
ken'nog te veel voorbij gezien 'en heusch niet
door de C.O.V. alleen of in 't bijzonder!) dat
de groote toondichters hun koornummers
niet in de eerste plaats geschreven hebben
om groote vereenigingen van zanglustigen
een plezier te doen of hen aan 't werk te zet
ten, maar dat zij ook in den zang der massas
veelal iets hebben willen uitdrukken. En juist
dit laatste, dat b.v. bij het Amsterdamsche
Toonkunstkoor door Mengelberg tot zulk een
hoogen graad van potentie gebracht is, komt
bij de meeste koren nog zoo zelden tot zijn
recht.
De noten komen tot verklanking, de geest
niet. Wellicht is dit ten deele toe te schrij
ven aan de omstandigheid dat al die ver
eenigingen ter wille van hun leden en dona
teurs telkens met wat anders voor den dag
moeten komen en dus geen tijd hebben om
zich na overwinning der technische moei
lijkheden in een werk te verdiepen. Daarom
biedt een op geregelde tijden herhaalde
uitvoering, als b.v. van de Mat-thaeus-Pas-
sion door de C. O. V.. gelegenheid om aan dit
bezwaar te gemoet te komen en tot steeds
hooger ontwikkelde vergeestelijking van den
koorzang te leiden.
Over het solokwartet heb ik al iets gezegd.
Als geheel klonk het, hoewel uit twee ver
schillende combinaties samengesteld, vrij
homogeen; het ..Recordare" was een mooi
voorbeeld. Individueel bleek de alt Suze Lu-
ger, de mindere der overigen: niet alleen
zong ze tamelijk expressieloos. maar bo
vendien waren haar intonaties bijna voort
durend te hoog. Ook de sopraan To van der
Sluys was niet altijd volkomen zeker in
haar intonaties: haar heldere stem had ech
ter als steeds mooie momenten, b.v. in het
„Benedlctus." De tenor Louis van Tulder,
spaarde zich blijkbaar voor zijn partij in
„Weinlese", de bas Willem Ravelii zong goed
zonder meer.
Van het orkest heb ik de ..bazuin met
schrikkelijke klank", de tuba mirum. geme
moreerd. Tot verontschuldiging zij gezegd,
dat de partij wel hoogst moeilijk en onge
schikt ligt: een exceptie bij Mozart, die voor
alle Instrumenten even goed wist te schrij
ven. Maar deze eene mislukking mag niet
als maatstaf dienen voor het werk dat het
orkest leverde en dat over het algemeen met
lof genoemd mag worden.
Was er in de vertolking van Mozart's Re
quiem een tekort aan expressieve kracht, die
van „Weinlese" van Rudolf Mengelberg
heeft een indruk gemaakt, die mijne ver
wachtingen verre overtrof. Een voorafgegane
vluchtige doorlezing van het klavieruit
treksel had op mij den Indruk van meer
cerebraal dan doorvoeld werk gemaakt; de
verklanking bewees dat het er anders mee
stond; dat hier uiting werd gegeven aan de
volheid des gemoeds op een wijze zóó dat
de ontvankelijke hoorder er de ontroering
lezen ook de onmogelijke tekst gehinderd:
van ondervindt. Misschien had mij bij het
hoe kan iemand een lof lied je op den wijn
in zulk een dik, zwaar-op-de-handsch,
quasi philosophisch bezinksel transformee-
ren! Des te meer lof voor den componist, die
hier in werkelijkheid over den tekst heen
gedicht heeft, die het troebele geklaard
heeft en ons dien klaren wijn schenkt, tot
verheueenis des harten. De beheersching
van vorm en instrumentatie is wel boven
bedenking. Scheen bij het doorlezen Mahler
voor een wijle peet, bij het hooren was
niets Mahlersch te bespeuren; eer dacht
men aan Wagners voluptueuze orkestklank.
Van Tulder heeft zich in „Weinlese" ge
heel gegeven en zijn zang was hier van ziel
doordringende kracht. En orkest en koor
sloten zich daarbij aan tot een schoon ge
heel. „Weinlese" was het hoogtepunt, was de
ware „oogst" van den avond. En dat betee-
kent niet alleen voor den componist, maar
ook voor den dirigent George Robert een
niet geringe lof. De bekroning van hun ar-
tistieken arbeid hebben zij in de bekransmg
verzinnebeelding mogen zien.
K. DE JONG.
Feestavond van de M.T. S.
„Ach, ook ik ben éénmaal jong gewees'
zucht Andries Bibberwang In Shakespeare's
Driekoningenavond en ik zucht het hem na,
als ik uit den stadsschouwburg' achter 'n
groep jolige corpsleden van de M. T. S., d e
met hun dames naar het gebouw van de H.
K. B. trekken, aanloop. Want ik begrijp, dat
nu het eigenlijke feest pas begint, het eeuwig
durend stuk van oogenspel en flirtation,
waarvan door niemand een verslag verlangd
wordt. Dat andere, in den Stadsschouwburg,
nu ja, dat is maar 'n vóórspel! Het duurt voor
80 procent altijd 'n paar uur te lang en je
hoort naast je de harten kloppen van hen,
die bij het begin al naar het eind verlangen.
Maar ik, die niet meer naar de H. K. B.
trek, heb enkel met den feestavond in den
Stadsschouwburg te maken! Nu, die was in
orde en heeft blijkens het soms oorverdoo-
vend applaus bij het publiek een overweldi
gend succes gehad! Het was, wat je noemt
'n „gevarieerd" programma! „The Haring
Brothers", twee negerdansers. Das Hexenlied
van Ernst Wildenbruch met de muziek van
Max Schillings, dat waren zoo wat de uiter
sten, tegenstellingen als van black and white!
Wat het meest insloeg? Naar het succes
te oordeelen zouden wij de conclusie moeten
trekken, dat de tegenwoordige jeugd meer
voelt voor negerdansen en Hawaii-liedjes op
banjo's en guitaars dan voor den zwaar-ro-
mantischen Wildeubruch en den hoogst-ern-
stigen Schillings! Of was dat meerdere ap
plaus te danken aan de uit den aard
sterkere uitvoering van deze nummers? Ik
wil hiermee allerminst zeggen, dat de heer
Louis de Lange Das Hexenlied slecht voor
droeg. Integendeel, het viel mij zeer mee voor
een jongmensch, dat in de techniek en niet
in de voordrachtskunst studeert.
Er was een merkwaardige eenheid tus
schen den declamator en de begeleider, den
heer Haverkamp, die de muziek van Max
Schillings zeer goed speelde en het was dan
ook duidelijk te merken, dat hier heel ernstig
gestudeerd werd. Maar zoo'n voordracht ver
langt wel altijd nog iets meer dan de uit
voering van negerdansen en het spelen van
Hawaii liedjes welke laatste het dient ge
zegd in een merkwaardig snel tempo en een
meeslepend rhythme werden gespeeldIk kon
mij begrijpen, dat het publiek na zoo'n uit*
voering om een herhaling dezer Hawaii*
liedjes vroeg.
Van de twee gespeelde tooneelstukjes heeft
„Jopie als Standbeeld" wel het meest vol
daan! Dit was voornamelijk te danken aan
Wim van Reyn, die met zijn gijn in de rol
van Jopie nu en dan aan Sim Nieuwenhuyzen
den partner van Buziau deed denken! Het was
alleraardigst! „De Wanhoopsdaad" naar
ik meen van Willy Corsari was een wat
te hooge greep voor jeugdige dilettanten,
maar zij maakten er van wat er met hun
krachten van te maken viel.
Een bijzonder aardig nummer was de
paardjes-dans, door 7 jonge dames 6 paardjes
en een jookey gedanst. Een nummer dat
begrijpelijk geweldig insloeg en waarvoor
de on twerps :er, mej. Anty Busquet alle eer
toekomt! En ook de Russische liederen en
de Russische dans door het „Gezelschap
Tammara Koslikow" vormden een zeer ge
slaagd cabaret-nummer, dat al even veel
succes had. De heeren Swaving Dijkstra en
Theo van der Meer kwamen zich presen
teeren als „The Hammering Fools", wat mij
jeugdige bescheidenheid toeleek van deze
twee pianisten! Aan het slot van den avond
kregen wij nog een apachescène met een
apachedans van het danspaar Haral d'Anty.
die je kippenvel zou bezorgen, als je niet
rustig en wel in de stalles van een schouw*
burg was gezeten. Noem ik neg het groote
succes van het eigen M.T.S.-orkest door den
conférencier, den heer Langend ijk onze
nieuwe H.O.V. genoemd, dan heb ook ijk
het heele programma van de eerste helft van
dezen feestavond afgewerkt! Wat de tweede
helft betreft die is afgespeeld in H.K.B. en
zal naar de viool ij ke stemming van de
M.T-S.'ers en him dames te oordeelen, wel
niet minder goed geslaagd zijn.
J. B, SCHUIL.
IS DE COURANT f f|
WAARIN Gil MET
HET MEESTE SUCCES
ADVERTEERT
RADIO-PROGRAMMA
DINSDAG 10 FEBRUARI 1931.
HILVERSUM 1875 M.
Uitsl. A.V-R.O.-uitaendlng,
8.Gramofoonplaten. 10.Morgenwijding
10.30 Concert AVRO*kwintet oi.v. Fr. Lupgens
12.30 Concert door het Orkest van het Luxor
Palast, Rotterdam o.l-v. Mare. Veilt. 2.Voor
de Vrouw. 3.Knipcursus. 4.Gramofoon
platen. 4.30 Kinderuurtje. 5.30 Gramofoon
platen. 6.Onderwijsfonds voor de Binnen
vaart. 6.30 Gramofoonplaten. 7-Engelsche
les Fred Fry. 8.F. H. E. Schuurman: ..Hon-
gaar-sche Muziek". Mm.v. Edi Kllenyi piano.
3.30 Italiaansche Opera-concert. 9.— Vervolg
Italiaansch concert. 10.Vaz Dias. 10.15
Kamermuziek door Louis Zimmerman, viool,
Marix Loevensohn, cello en Jaap Spaander
man, cello. 11.Concert door Milly Honsbeek
en zijn orkest uit Grand Café van Hotel
Central te Den Haag.
HUIZEN, 298 DL
Uitsluitend KR.O.-uitzenóing.
8. Morgenconcert. 11.30 Godsd. Halfuurtje,
door Pastoor Perquln. 12.Concert KR.O.-
Trio o.l.v. P. Lustenhouiwer. 1.30 Gramofoon
platen. 2— Vrouwenuurtje. 3.Knipcursus
4.— Gramofoonplaten. 6.30 Veribondskwartier-
tje 6.45 Schriftverbeteringscursus. 7.15 Aula
voordracht. Prof. Dr. A. P. H. A. Slijpen S. J.f
„Apollonios van Tyana, een pseudo Christus
te Rome". 8.15 Uitvoering van oratorium
„Judas Maccabaus", van G. F. Handel, door
het koor St. Caecilia, o.l.v. Hans Ponten en
m.m.v. het K.R.O.-orkest o.l.v. Joh. Gerritsen.
Gré Dekker sopraan, Frieda Polman alt, Jules
Moes tenor, Otto Couperus bas. Ca. 9.Va*
Dias. 11.*- Gramofoonplaten.
DAVENTRY, 1554,4 DL
10.35 Morgenwijding. 11.05 Lezing. 12.20
Orgelspel door E. O'Henry. 1.20 Concert, Or
kest. 2.20 Televisie. 2.25 Uitzending voor
scholen. 4.50 Orkestconcert. 5.35 Kinderuiurtje
6.20 Lezing. 6.35 Berichten. 7.Pianorecital
door S. Munn. 7.20 Lezing. 7.45 Lezing. 8.05
Concert. Orkest. 8.20Lezing. 8.50 Vervolg
concert 9.20 Berichten. 9 35 Berichten. 9.40
lezing. 10.10 Vierde bedrijf van de Opera
.Rigoletto" van Verdi. 10.40 Dansmuziek.
PARIJS „RADIO-PARIS", 1725 DL
8.05 Gramofoonplaten. 12.50 Gramofoonpla
ten. 6.50 Gr am of oo n o la ten8.20 Concert. Or
kest en viool. 9.05 Messager-avond. Causerie
en Orkestconcert.
LANGENBERG, 473 DL
6.20 Gramofoonplaten. 9 35 Gramofoonpla
ten. 12.25 Orkestconcert. 4.20 Gramofoonpla
ten. 7.05 Concert. Koor, orkest, bariton en or-
eel. 8.20 „Drei fahr'n nach Südamerika".
Hoorspel van Borlan. Muziek van H. Elbert.
KALUNDBORG 1153 DL
11.20 Orkestconcert. 2.20 Orkestconcert en
zang. 7.50 Radio*Bal. Dansmuziek door diverse
orkesten. Piano en refrein-zang.
BRUSSEL, 508,5 en 338,2 DL
508 5 M. 5 20 Orkestconcert. 6 35 Vocaal con
cert. 7.20 Grm a ofoonol a ten7 50 Gramofoon
platen. 8 20 Orkestconcert. 338.2 M. 5.20 Gra
mofoonplaten. 7.20 Gramofoonplaten. 7.50
Gramofoonplaten. 8.20 G->estconcert.
ZEESEN, 1635 Dï.
5 40 Voordrachten. 11.50 GramofooblateiL
12 15 Berichten. 120 Gramofoonplaten 2.20
Voordrachten. 3 50 Orkestconcert. 4 50 Voor
drachten en lessen. 6 50 Dansmuziek Daioa
Bela. 8 20 Hoorsnel ..Drei fahTen nach Süd
amerika". Hans Ebert. muziek. Borian. schrij*
ver. 9.35 Berichten. Daarna tot 9 55 lezingen
en van 10.2011.20 Populair orkestconcert. I
STEUNT!
bij gelijken prijs en kwaliteit
de Nederlandsche Industrie
Hiermede dient gij uw land en
BESTRIJDT gij de werkloosheid.
EEN DACELIJKSCHE KINDERVERTELLINC
Maar daar gebeurde een ongeluk. In de bocht ging een tandem
onderste boven. Dc kabouters maakten een buiteling en men
vreesde een ongeluk. Ken der dames op dc eeretribune kreeg hot
op de zenuwen. Gelukkig hadden dc renners zich niet bezeerd
en s>oedig zaten ze weer op hun karretje.
Poor Int ongeval waren zc ccuige ronden achter gtraakb
maar onder het oorverdoovend gejuich van het publiek tverd
met groote snelheid greden cn weldra hadden ze den achterstand
ingehaald.
„Haal op, haal op, geeft hem van katoen," werd geroepen,
toen men zag, dat de renners trachtten op hun tegenstanders in
Jc loopen,