60 ctsre""Aan het doodsbed van de Geneersche Barteijonsstraat i6 - Teiefooo io756 Handelsconventie van Z4 Maart I yjö. BUITENLAND. De Duitsch-Oostenrijksche tolunie. IN-GEZONDEN MEnEDEElINGEN STOFZUIGERHUIS MAERTENS tj J 1 O/t 1M r 1 Qgfl VAMPYR STOFZUIGERS f 105.- Colijn'n kranige Strijd, om het leven nog te redden. Zyn reddingsplan door Engeland tot mislukken gebracht. HAARLEM'S DACBLAD DINSDAG 24 MAART 1931 TWEEDE BLAD Opwinding in Tsjecho-Slowakije en Frankrijk. De onafhankelijkheid van Oostenrijk aangetast? CHOBOTRA Zeer voordeelig in het gebruik. Het smakelijkst dun uitgesmeerd zonder boter. Een heerlijke versnapering voor jong en oud. Koopt nog heden een flacon bij Uw leverancier ad. t. 1.- ot een halve flacon ad. f. 0.Ó0. Het hooge woord: Anschluss! De tekst van het accoord. HET BELANGRIJKSTE NIEUWS Gisteren hebben wij uitvoerige mededeelin- gen opgenomen inzake de Europeesche reactie op de tusschen Duitschland en Oostenrijk gesloten tol-unie. Deze overeenkomst is wel licht de belangrijkste Europeesche gebeurte nis van de jaren na den oorlog! Zij wordt door Duitschland voorgesteld als de eerste stap naar de verwezenlijking van Briand's Pan-Europa, deze uitleg IS echter in ieder op zicht aanvechtbaar en in strijd met de in het geheim gevoerde onderhandelingen, waar van het resultaat eerst bekend werd gemaakt, na de bijeenkomst van de Europeesche com missie. De geschiedenis heeft geleerd dat een dergelijk eenzijdig verbond een andere be- teekenis heeft, dan die welke men er oogen- blikkelijk aan kan hechten: de economische. De Europeesche toeschouwers zien ook nu verder dan hun neuzen lang zijn en achter de economische beteekenis zien zij de politieke En de politieke beteekenis wordt door Frankrijk en Tsjecho-Slowakije uitgelegd als te zijn een voorbereiding voor het tot stand komen van de aaneensluiting van Oosten rijk en Duitschland. De ..Anschluss". Dat is het hooge woord! Onmiddellijk nadat in Parijs een en ander bekend werd, kwamen de minis ters In kabinetsraad bijeen. Briand gaf een uiteenzetting van het gebeurde, en zegde toe dat dadelijk de noodige stappen ondernomen zouden worden. Men zal contact zoeken met de andere betrokken regeeringen ten einde te onderzoeken in hoeverre de jongste Duitsch-C^jstenrijksche overeenkomst een schending is van het verdrag van Saint Ger main, het protocol van 1922 en het Fransch- Duitsch handelsverdrag, door welke verdragen onder anderen werd vastgesteld, dat de on afhankelijkheid van Oostenrijk noch direct, noch indirect mag worden geschaad. De politieke gevolgen van de nieuwe eco nomische overeenkomst zijn dus van de aller grootste beteekenis l L. A. Duitsclhland De tekst van de Tol-Unie met Oostenrijk. BERLIJN. 23 Maart (V. D.) Heden heeft frien den tekst gepubliceerd van de reeds in groote trekken bekend geworden Duitsch- Oostenrijksche Tolunie. De richtlijnen van deze overeenkomst zijn vervat in een proto col. Ten vervolge op de besprekingen, die be gin Maart 1931 te Weenen hebben plaats ge had hebben de Duitsche en Oostenrijksche xegeeringen geaccordeerd zoo spoedig moge lijk in onderhand elm g te treden over een verdrag inzake aanpassing van de douane- en handelspolitieke verhoudingen van beide landen, op grond en binnen het kader van de navolgende richtlijnen. Onder volkomen handhaving van de onaf hankelijkheid van beide staten en volkomen eerbiediging van de door hen tegenover derde staten aanvaarde verplichtingen zal het ver drag beoogen een begin te maken met een nieuwe regeling van de Europeesche econo mische verhoudingen langs den weg van re gionale regelingen. Duitschland en Oostenrijk zullen een douanewet en een douanetarief vaststellen die geheel in overeenstemming met beider douanegebieden, de verdragen en hun loop tijd in werking zullen treden. In het goederenverkeer tusschen beide lan den zullen tijdens den duur van het verdrag geen in- of uitvoerrechten geheven worden. Met volledige inachtneming van boven staande beginselen zullen beide regeeringen door bijzondere maatregelen van technischen aard zorg dragen voor gelijkmatige doorvoe ring van de douanewet, het douanetarief en de overige douanevoorschriften. Na aftrek van de uit de tenuitvoerlegging van het verdrag voorvloeiende bijzondere kosten, wordt het bedrag van de ingekomen douanegelden tusschen beiden landen ver rekend. Bij de in dezen aan te gane overeenkom sten zal er rekening mede gehouden worden, dat de in het eene of andere land bestaande douanerechten daardoor niet werden beïn vloed. In-, uit- en doorvoerverboden zullen tus schen Duitschland en Oostenrijk niet be staan. In het verdrag zullen de uitzonderin gen, die noodzakelijk mochten blijken met het oog op openbare veiligheid, openbare ge zondheidszorg of andere gronden, zoo nauw keurig mogelijk worden aangegeven. De beide regeeringen zullen in de plaats van de tusschen Duitschland en Oostenrijk op 12 Juli 1924 tot stand gekomen overeen komst inzake vee met besmettelijke ziekten, zoo spoedig mogelijk, uiterlijk binnen een jaar, na inwerking treding van het verdrag, een nieuwe overeenkomst sluiten, waarbij het verkeer met dieren en dierlijke oroducten tusschen Duitschland en Oostenrijk onder gelijke voorwaarden geregeld wordt, als voor het verkeer in Duitschland en Oostenrijk gelden. Ieder van de beide regeeringen zal ook na het in werkingtreden van het verdrag prin cipieel het recht behouden met derden han delsverdragen te sluiten. Bij dergehike onderhandelingen met der den zullen de Duitsche en Oostenrijksche re geeringen er rekening mede houden, dat niet de belangen van den anderen staat in bot sing komen met doel en inhoud van het te sluiten verdrag. Voor zoover het in het belang is van een eenvoudige, snelle en gelijkmatige regeling van de handelsbetrekkingen met derden sta ten, zullen de Duitsche en Oostenrijksche regeeringen onderhandelingen betreffende het sluiten van handelsverdragen met der den gemeenschappelijk voeren. Ook in dit geval zullen Duitschland en Oostenrijk ieder voor zich een bijzonder handelsverdrag on derteekenen en ratifceeren en het onderling eens worden over wederkeerige uitwisseling der ratificatie-oorkonden met den derden staat. Met het oog op een vlot- doorvoeren van het verdrag zal in Weenen een arbitrale com missie worden geïnstalleerd welke volkomen gelijkelijk zal zijn samengesteld uit onder danen der beide onderteekenende regeerin gen, en die de navolgende taak zal hebben; a. De arbitrale oplossing van meeningsver- schillen tusschen beide partijen over uitleg ging en toepassing van het verdrag. De arbitrale commissie beslist in de geval len onder a. en b. met bindend effect voor beide partijen. Voor de beslissing is meerder heid van stemmen voldoende. Bij staking van stemmen geeft de stem van den voorzitter der commissie den doorslag. De verkiezing van dezen •voorzitter zal in het verdrag wor den geregeld volgens het principe van volle dige pariteit. Wanneer een der beide regeeringen van meening. dat de beslissing van de arbitrale commissie in c-en der onder lb genoemde ge vallen vitale belangen van zijn economisch leven kwetst, kan zij het verdrag te allen tijde met een termijn van zes maanden op zeggen. Een dergelijke opzegging kan ook ge schieden tijdens de onder XII genoemde eer ste verdragsperiode van drie jaren. Het te sluiten verdrag moet geratificeerd- worden en na verloop van een in het verdrag te bepalen termijn, die aanvangt vanaf de uitwisseling der ratificatie-oorkonden, van kracht worden. Het verdrag zal te allen tijde met een ter mijn van een jaar, voor de eerste maal ech ter onder voorbehoud van de bepaling onder XI 3 na afloop van het der-de jaar na het van kracht worden, kunnen worden opgezegd. De opzegging kan slechts geschieden op grond van een wet van het land, waarin de opzegging wordt uitgesproken. Belangrijke zitting van den Rijksdag. BERLIJN. 23 Maart (V.D.l De Rijks- dag heeft heden in derde lezing het sociaal democratische ontwerp inzake wijziging van de Filmwet behandeld. Vervolgens wor den verschillende uitgestelde stemmingen gehouden. Het communistische voorstel inzake ver hooging van de minimumbelastinggrens en uitbreiding van den socialen belasting af trek tot inkomens van 5000 M. werd ver worpen. Ook het door de communisten ingediende voorstel tot heffing van een z.g. „miLlio- nairs- en dividendbelasting" werd verwor pen. Aangenomen werd een sociaal-democra tisch voorstel inzake verhooging van de be lasting voor leden van raden van com missarissen tot 20 pet. Voorts werd aangenomen het wetsont werp nopens heffing van een belasting van 10 pet. op inkomens van meer dan 20.000 Mark. De opbrengt van deze extra heffing zal aan de crisiswerkloozen ten goe de komen. De communistische motie van wantrou wen tegen den Rijksminister van Financiën Dietrich werd met 246 tegen 59 stemmen verworpen. Met 192 tegen 143 stemmen werd het communistisch voorstel aangenomen inza ke het ter inzage leggen van de belasting lijsten. Met 189 tegen 149 stemmen werd aangenomen een communistisch voorstel ter vermindering van den huurprijs voor nieuwe woningen, door afschaffing van de grondbelasting voor de woningen, die na 1 April 1924 zijn gebouwd, een en ander met ingang van 1 April 1931. Bij de behandeling van de filmwet werd een conservatief voorstel verworpen, vra gende het geheele ontwerp naar de com missie terug te zenden. Aangenomen -werd het eerste gedeelte van het door het Cen trum ingediende voorstel, krachtens het welk verboden films tot vertooning voor be paalde groepen personen kunnen worden toegelaten. De Rijksdag werd verdaagd tot morgen middag. Engeland. Engeland en het tolaccoord. LONDEN. 23 Maart (VJD.l In officieele Engelsche kringen is men van meening, dat men vooreerst de verdere verklaringen, die men verzocht heeft, moet afwachten en in dien .tusschentijd de noodige reserves moet bewaren, voordat men officieel stelling zal kunnen nemen. De „Evening Standard" schrijft over "net douaneverdrag o.a., dat hiermede een eerste stap gedaan is om het plan van Briand in zake de Vereenigde Staten van Europa te verwerkelijken. Briand zal weliswaar niet zeer verheugd zijn over dezen stap en ook de om liggende landen hebben reden tot klagen. Men zal zich echter moeten afvragen of men verstandig zou doen deze klachten te ver door te drijven, aangezien het op den duur onmogelijk is om, gelijk de historie bewijst, twee volkeren, die tot aaneensluiting besloten hebben, dit te verhinderen Frankrijk. De Parijsche zitting van de Europa-Commissie. PARIJS. 23 Maart fV.D i De Parijsche zitting van de organisatiecommissie van de Europeesche studiecommissie zal Dinsdagmor gen om 11 uur geopend worden met. een rede voering van den voorzitter, Briand. Bespro ken zullen worden een eBIigsche voordracht over een internationale regeling van de elec- triciteiisoverdracht, het probleem der econo» mische crisis, graan regeling etc. Het gaat hie: echter niet om materleele beslissingen, doch om een voorbereidende zitting voor de Mei conferentie. Het Duitscli-Oostenrijksch accoord zal waar schijnlijk niet in de debatten worden be trokken. NEDERLANDER GEARRES TEERD WEGENS DRANK SMOKKELHANDEL. BRUGGE, 21 Maart. (V. D.) De politie te Brugge heeft een Nederlandsch zoodhande- laar in hechtenis genomen wegens ontduiking van de alcoholwet. In een' magazijn van dezen handelaar vond men 75 vaten alcohol, die in beslag zijn genomen. In totaal moet hij de schatkist voor 300.000 Francs tekort hebben gedaan. Behalve deze Nederlander zijn nog vier andere pei'sonen aangehouden. Het schijnt, dat de gearresteerden een uitgebrei- den öranksmokkelhandel dreef in geheel Vlaanderen. Er werden eveneens zakenver- bindingen met Frankrijk geconstateerd. Verwacht wordt, dat er in de provincie nog andare arrestaties zullen volgen. EEN AARDSTORTING IN RüSCHEGG. BERN, 21 Maart <V.D.) De aardstorting te Rüschegg neemt steeds dreigender vor men aan. Dorpen en huizen moesten in grooten getale worden ontruimd. Daar de aardspleten in aantal toenemen vreest men, dat een catastrophe op handen is. GRENSINCIDENT TE DINXPERLO NEDERLANDER IN ONS LAND DOOR DU1TSCHERS GEARRESTEERD. Naar het persbureau Vaz Dias van be trouwbare zijde verneemt heeft zich Zater dagavond te Dinxperlo een grensincident voorgedaan waarbij een Nederlander L. J. uit Dinxperlo in ons land is gearresteerd door de Duitsche recherche. De heer Jacobi bevond zich voor een per soonlijke aangelegenheid even op het grenskantoor. dat aan de overzijde der straat ligt. De grens loopt namelijk door de Dorpsstraat, waar het grenskantoor is ge vestigd. Daar aangekomen gaf men hem te kennen, dat hij in arrest zou worden ge steld. De man, die niets misdreven heeft, wilde zich dit niet laten welgevallen en verliet het bureau. Daarop snelden eenige Duitsche rechercheurs hem na en grepen hem. terwijl hij zich op Nederlandsch grondgebied bevond, beet. waarna zij hem door den modder in Duitsche richting over de grens sleurden.. Reeds Maandagmorgen is hij door den Duitschen rechter ge hoord. Hij wordt beschuldigd van fraude bij den invoer van cigaretten. De man zou echter geheel onschuldig zijn en zijn naam geheel ten onrechte in dit verband ge noemd. AGENDA Heden: DINSDAG 24 MAART Gebouw ..De Nijverheid": Jaarl. alg. leden- verg. Vereeniging voor School en Werktuinen. 8.30 uur. Concertzaal: Weldadigheidsconcert door orkest o 1. v. Joh- Steenman. 8 uur. Palace: „Inbrekers". Tooneel The Tangi- no's. 8.15 uur. Luxor Theater: ..Ook het gerecht kan dwa len". en ..Misdadigers der wereldstad". Too neel: Les Heracles. 8.15 uur. Rembrandt Theater: ..De brand in de opera". Tooneel Barandini, 7 en 9.15 uur. WOENSDAG 25 MAART Gem Concertgebouw: Ledenconcert H. O. V.; solist: Cor de Wilde (cello) 8.15 uur. Stadsschouwburg: Mij. tot bev. der Toon kunst. Tweede uitvoering. 8 uur. Schouwburg Jansweg: Leerlingenuitvoering Haarlem's Muziek-Instltuut. Prinsenhof (Statenzaal): Raadsvergade ring. 1.30 uur nam. Jansweg 52: Alg. verg. van aandeelhouders N V. Hypothecaire Beleggingsbank. 11 uur voormiddag. Bioscoopvoorstellingen 's middags en des avonds. Teyler's Museum, Spaarne 16. Geopend op werkdagen van 11—3 uur, behalve 's Maan dags, toegang vrij. Bloemendaal: Jeugdhuis. Optreden van Clinse Doorcnbos. 8 uur. Genève, 18 Maart 1931. 1 Het is thans juist een jaar geleden, dat de Taricfwapensthstandsconferentie onder de leiding van den Deenschen graaf Moltke en van onzen Colijn, die de president van de beide commissies was waarin de practische arbeid geschiedde, in het uiterst kritieke stadium was gekomen, waarin de beslissing zou vallen, of de wensch van de Tiende Vol kenbondsvergadering van 1929 dat een wa penstilstand op tariefgebied gesloten zou worden, geheel en al voor onverwezenlijkbaar zou moeten worden verklaard dan wel nog gedeeltelijk zou worden vervuld. Wie deze conferentie, die zes weken geduurd heeft, hebben medegemaakt, zullen onvergetelijke herinneringen hebben behouden aan de be wonderenswaardige volharding van de leiders der conferentie, die bijna iederen dag voor nieuwe moeilijkheden werden geplaatst en toch er in slaagden nog een vrij bevredigend einde te bereiken. Frankrijk, Zwitserland. Oostenrijk. Duitschland. Hongarije. Tsjecho- slowakije en Italië kwamen beurtelings met verlangens, die de conferentie tot een breuk dreigden te brengen. En men behoeft nog slechts het woord ..De Michelis". den naam van den Italiaanschen gedelegeerde uit te spreken, om onmiddellijk de herinnering wakker te roepen aan de vele bommen, die hij te midden van de besprekingen gewor pen heeft-, tot den voorlaatsten dag der con ferentie toe Nimmer zal wellicht meer van het geduld en van het. beleid van de leiders eener groote conferentie gevergd zijn, om haar toch nog in den goeden haven te doen belanden! Eindelijk, op 24 Maart 1930 waren wij dan toch zoover en konden Moltke en Colijn den dank der geheele conferentie in ontvangst nemen, dat zij zich door geen moeilijkheden en crisissen hadden laten afschrikken. Een resultaat was bereikt, dat weliswaar achter de wenschen der Volkenbondsvergadering terugbleef, doch dat. toch algemeen aanvaard was als een geschikte grondslag voor ver dere onderhandelingen in het belang der economische samenwerking, vooral tusschen de Europeesche staten. De eerste bom. die in de conferentie geworpen was. en wel door Frankrijk, had weliswaar onmogelijk ge maakt een conventie, waarbij de staten zich verplichten zouden gedurende één of twee jaren de bestaande invoerrechten niet te ver hoogen en dus een waren tarief-wapenstil stand zouden sluiten zooals de Volkenbonds vergadering van 1929 op voorstel van Enge land en België voor wenschelijk had ver klaard. Doch de totstandgekomen Handels- conventie van Genève verhinderde toch een tar ie venoorlog in zijn scherpste vormen. De protectionistische staten verplichtten zich de bestaande handelsverdragen gedurende min stens een jaar. tot 1 April 1931. niet op te zeggen, waardoor tal van tariefposten voor minstens een jaar gestabiliseerd werden en niet konden verhoogd worden. Zy verplicht ten zich tevens de tariefposten, die niet in handelsverdragen waren vastgesteld, niet te verhoogen zonder voorafgaande kennisgeving aan de staten, die er door getroffen zouden worden en die na die kennisgeving met den eerstbedoelden staat in besprekingen zouden kunnen treden, opdat door de een of andere maat regel de benadeeling hunner belangen zoo gering mogelijk zou worden. De Handelscon ventie van Genève legde anderzijds den vrlj- handclsstaten de verplichting op gedurende de geldigheid der conventie hun vrijhandels politiek te handhaven. In bescheiden mate was dus toch een tariefwapenstilstand tot stand gebracht. In ieder geval scheen de grondslag gelegd, waarop de staten over ver der gaande economische afspraken, vooral in den zin van tariefverlagingen, zouden kun nen gaan onderhandelen. De verscherping van de economische crisis heeft helaas de bereidwilligheid der staten, om tariefverlagingen toe te staan en dus het internationale handelsverkeer te bevorderen, tot het minimum gereduceerd. Doch één troost bleef ons nog in deze benarde omstan digheden: de Handelsconventie verhinderde de opzegging van de bestaande handelsver dragen en legde ook aan tariefverhoogingen met betrekking tot de niet in handelsver dragen vastgestelde tariefposten eenige be lemmeringen in den weg. Want de regeerin gen, die de Handelsconventie onderteekend hadden, beschouwden zich moreel tot de in achtneming der beginselen der conventie gebonden, ook al was de conventie nog niet in working getreden. Zoo bestond althans een rem tegen de steeds toenemende neiging tot tariefverhooging. Deze rem is nu verdwenen. De regeeringen hebben thans weder de volkomen vrijheid teruggekregen, om èn handelsverdragen op te zeggen èn hun tarieven zonder eenige waarschuwing of ruggespraak met andere reegering te verhoogen. Want de vandaag geëindigde con f eren tie-Colijn voor de In werkingtreding der Handelsconventie is ge ëindigd met de verklaring, dat men het over het tijdstip der inwerkingtreding niet eens is kunnen worden. Daar naar het oordeel der meeste delegaties de Handelsconventie uiter lijk op 1 April 1931 in werking moest zijn getreden en een latere inwerkingtreding ju ridisch niet mogelijk is. komt dit besluit prak tisch hierop r.eer, dat de Handelsconventie nimmer in werking zal treden en dat de regee ringen na 1 April a.s. ook moreel niet langer door hun onderteekening gebonden zijn. Het is zeker niet de schuld van voorzitter Colijn. dat het zoover gekomen is en dat het verleden jaar zoo uiterst moeilijk bereikte resultaat weder moest worden opgegeven. Colijn heeft met den moed van don leeuw voor de overwinning der hinderpalen, die de inwerkingtreding der Handelsconventie in den weg stonden, gestreden En bijna had hij opnieuw de overwinning behaald. Helaas! toen de zege voor het grijpen scheen te zijn, vernietigde de oppositie van de regeering van het. land. dat in 1929 in de Volker.bondsver- gadering voor het eerst den wensch naar een taricfwapenstilstand had uitgesproken. En geland. de laatste hoop op succes! Wat waren de moeilijkheden, die deze con ferentie had moeten overwinnen? Twaalf staten hadden thans eindelijk de Handels eer) ventie geratificeerd: België, Denemarken, Finland. Griekenland, Groot-Brittannlc, Ita lië. Letland. Luxemburg. Nederland, Noorwe gen, Zweden en Zwitserland. Men ziet: er ontbraken o.a. nog de ratificaties van twee belangrijke staten: Duitschland en Frankrijk. Hot is volkomen begrijpelijk, dat de boven- genoemde 12 staten hun tegenwoordige mo re e le verplichtingen, uit de onderteekening der Handelsconventie voorspruitend, niet in 1 een Juridisch-bindende wilden veranderen, zoolang zij geen geruststellende zekerheid hadden, dat ook Duitschland en Frankrijk hun tariefpolitiek overeenkomstig de bepa lingen der Handelsconventie zouden voeren. Het ontbreken der Duitsche ratificatie le verde geen moeilijkheden meer. Op denzeif- den dag, waarop de c-onferentie-Colijn bijeen kwam. machtigde do Duitsche Rijksdag de regeering tot de ratificatie. Anders stond het met Frankrijk. Daar ligt het wetsontwerp tot goedkeuring van de ratificatie roods sinds de zomermaanden van 1930 bij den Senaat, die niets doet. om het wetsontwerp in behande ling te nemen. In September op de Volken bondsvergadering verklaarde minister Flan- din. dat de Franschc ratificatie „eerstdaags" zou komen, maar zij kwam niet. In November verklaarde de Fransche gedelegeerde Elbel op de eerste conferentie-Colijn voor het vast stellen van de inwerkingtreding der Handels conventie. dat de Fransche ratificatie ..eerst daags" komen zou. maar zij kwam nog niet. In Januari verklaarde Briand in de Europee sche commissie, dat de Fransche ratificatie „eerstdaags" zou komen, maar zij bleef nog steeds weg. Thans in Maart verklaarde Elbel opnieuw, dat de Fransche ratificatie ..eerst daags"' zou komen. Kan men het den 12 staten, die reeds ratificeerden, en Duitsch land. welks ratificatie inderdaad nog slechts een kwestie van enkele dagen was geworden, kwalijk nemen, dat zij met die Fransche be loften van een ..eerstdaagsche" ratificatie geen genoegen meer namen on zich niet zelf binden wilden in de goede hoop. dat Frank rijk thans eindelijk zijn beloften zou nako men? Voorzitter Colijn deed nu een verstandig uitgedacht reddingsplan aan de hand. Hij stelde voor. dat de twaalf staten plus Duitsch land en Spanje, dat ook tot toetreding bereid was, de Handelsconventie thans onmiddellijk onder elkander zouden doen ln werking tre den, doch met de ontbindende voorwaarde, dat zij van de verplichtingen bevrijd zouden zijn. als de Fransche ratificatie er op 1 Juni nog niet zou zijn Colijn wees er op. dat tus schen den datum van heden en 1 Juni de Mei-zitting der Europeesche Unie zou liggen. Hij speculeerde natuurlijk er op. dat voorzit ter Briand wel zorgen zou. dat de Europee sche Unie in Mei niet zou hebben vast te stellen, dat de Handelsconventie zou moeten ophouden te bestaan door de nalatigheid van Frankrijk! Duitschland. Nederland (door dr. Neder- bragt vertegenwoordigd i en Zwitserland ver zetten zich aanvankelijk tegen dit reddlngs- plan-Colljn. Zij wilden zich ook niet tot 1 Juni binden, als Frankrijk dit ook niet deed. Doch eindelijk gelukte het Colijn hun tegen stand te breken. Ook deze drie landen stem den ten slotte er ln toe aan Frankrijk en aan de Handelsconventie nog een laatste kar.s van twee maanden te geven. Daar ook de Fransche gedelegeerde zijn Instemming met het plan uitsprak, scheen de zaak voor het oogenblik weer gered. Helaas' één land bleef hardnekkig weige ren het reddingsplan-Colijn te aanvaarden: Engeland. Dezelfde minister Graham, die in 1929 het initiatief tot dc Tariefwapenstil- standconferentie genomen had. doodde thans de vrucht van die conferentie, de Handels conventie. Sir Sydney Chapman bracht in herinnering, hoe Graham een taricfwapen stilstand gewenscht had. niet als doel. doch ais middel, om daardoor tijd ie winnen voor onderhandelingen over tariefverlagingen. Met het oog op dit doel was Engeland ver leden jaar bereid geweest ook de Handelscon ventie te aanvaarden en zich voor één jaar te verbinden de Britsche handelspolitiek niet te veranderen. Het jaar was verstreken en de vooruitzichten op tariefverlagingen waren niet gunstig. Zich thans langer tot. dc hand having der tegenwoordige Britsche vrijhan delspolitiek te binden, dat. wilde Engeland niet. De Engelsche regeering zou een nieuwe verplichting van dezen aard slechts dan wil len aanvaarden, wanneer zij eentgszlns ver trouwen kan op den goeden afloop der on derhandelingen over tariefverlaging, die Engeland thans aan België. Dultsch'and, Frankrijk. Italië. Oostenrijk Polen en Zwit serland heeft voorgesteld. Ondanks een tele- grafischen stap van Sir Sydney Chapman te Londen, waarbij hij op den ernst van den toestand te Genève wees. bleef Graham wei geren het reddingsplan van Colijn te aan vaarden. Engeland weigerde verder te gaan dan toe te stemmen in een verdaging der conferentie voor onbepaalden tijd. waardoor de Handelsconventie naar Chapman's uit drukking in een stadium van „uitgesteld le ven" zou komen te verkeeren. Deze weigering van Graham betcekende het einde der conferentie. Want de meeste delegaties meenden, dat volgens den tekst der conventie zelf de Handelsconventie óf voor 1 April in kracht moest zijn getreden óf dood zijn. De theorie van een ..uitgesteld leven" konden zij niet aanvaarden. Daar Engeland de inwerkingtreding vóór 1 April weigerde, bleef niets anders over dan de mis lukking der conferentie te constateeren. En geland gaf dus tenslotte aan de conventie den doodsteek doch de rechtvaardigheid verplicht ons te erkennen, dat Frankrijk's weigering van tariefverlagingen en Frank rijk's weigering van tarief verlagingen cn Frankrijk's uitstellen der ratificatie Enge- land's beslissing hebben uitgelokt! B. DE JONG VAN BEEK EN DONK. VERSTERKING VAN ANTI OORLOGSMIDDELEN. PROF. MR. V. H RUTGERS IN HET COMITé. Naar wf] vernemen is Prof. Mr. V. H. Rut gers, Hoogleeraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam, benoemd als vertegenwoor diger van de Nederlandsche regeering, in. het Comité, belast met het opstellen van een ontwerp-verdrag ter versterking van, de middelen tot voorkoming van oorlog, welk Comité op 29 April te Genève zal bij eenkomen. STEUNT.' bij gelijken prijs en kwaliteit de Nederlandsche Industrie Hiermede dient gij uw land en BESTRIJDT gij de werkloosheid.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 3