DE VERBODEN STAD DE KLEEREN MAKEN DEN MAN HAARLEM'S DACBLAD ZATERDAC 28 MAART 1931 prins Stanislaus, die met de juweelen ver dwenen Is. Ook de generaal en Lydia zijn alles kwijt. De oude man overleeft dit niet. Lydia neemt haar intrek in hetzelfde pension waar Iwan woont. Deze heeft als daglooner werk gevonden en hij begroet met vreugde de woorden van Lydia. als zij zegt: Terug naar Rusland. Na een lange reis passeeren ook zij de Russische grens en daar, op eigen bo dem. vinden deze twee menschen elkaar. Dit is een heel goede en indrukwekkende film, waarin de hoofdrollen vervuld worden door Mady Christians (Lydia) en Wilhelm Dieterle (Iwan). PALACE. Hallelujah! Hoogst belangweK- kende film over het neger ras. Deze merkwaardige film is er een voor de fijnproevers onder de filmliefhebbers. De genen. die alleen naar de bioscoop gaan om zich eens echt te laten amuseeren. zullen in Hallelujah worden teleurgesteld en hoogst waarschijnlijk het accent verkeerd leggen. Ze zullen bijvoorbeeld lachen, zooals ook Vrij dagavond bij enkele bezoekers voorkwam, bij ernstig bedoelde passages. Gebrek aan vol doende Inzicht en begrip zal hier wel de oor zaak van zijn. In deze film wordt wel heel duidelijk ge demonstreerd hoe ver het negerras van het blanke ras afstaat. Daar fn de ..Zaterdagavond" een uitvoerige bespreking door L. A. van Hallelujah wordt gegeven, kunnen we volstaan met naar dit artikel over deze prachtige film te verwijzen cn het andere deel van het programma be spreken. Er prijkt natuurlijk weer op het programma een geluldsteckenfilm van Max Fleischer, ge titeld Noah's Lark; een van de geestfgste fragmenten hiervan is o.i. het in marsch-orde optrekken van de verschillende dieren, dat vooral door de onderlinge opstelling tot een groot succes wordt. Het Ufatoon Journaal en het Holland's Nfeuws geven mooie ook zeer actueele beelden. Op het tooneel brengen de Gebroeders Go- dell het publiek ln bewondering en verbazing door hun zelzame beheersching van lichaam en spieren. REMBRANDT-THEATER. „De vlucht naar het geluk". Op het tooneel Wladimir Picque trio." Het „Wladimir Picque Trio" is langzamer hand eèn Nederlandsch trio geworden! Wie kent den naam niet van dit ensemble, dat zich reeds vele malen voor de luistervinken deed hooren, en een vaste jaariijksche gast is in het Rembrandt Theater? Ook nu weer had het trio zeer veel succes met zang, ballalakai, voortreffelijk accom pagnement aan den vleugel in een zeer vir tuose demonstrtie op de harmonika, welk Instrument thans en vogue is. Van het voorprogramma vermelden wij zeer interessante geluidsopnemingen van Prof. Einstein in Pasadena, en van koning Alfonso in Madrid .De geluldsteekenfilm van deze week is een „thriller" een groteske ge heimzinnigheid, rijk aan bijzonder geestige vondsten. Het hoofdnummer heet „De vlucht naar het geluk". Een Amerikaansche film van het oppervlakkig-amusante en min of meer sensationeele en sportieve soort. Rod La Rocque stelt hier een bijzonderf rijke jonge ling voor, die behalve over een millionnairs- jacht de beschikking heeft over een reeks sportieve jongedames, die hem vanwege zijn mUlloenen dollars zeer begeerenswaard vin den. Eén dezer meisjes meent zeker van haar zaak te zijn, doch een vliegster (Billy Dove) wint zonder het te willen de liefde van den rijken jeugdigen vrijgezel. De miskende stelt alles ln het werk om een huwelijk tusschen de uit de lucht gevallene en den millionnair te verhinderen, maar zij slaagt niet al zorgt zij voor complicaties die ons zeer vermaken en die middels een vliegmachine en andere moderne dure middelen worden opgelost. Een amusante vertooning, goed spel en veel geraffineerde jazz muziek. Ziehier een drie tal voorwaarden die een garantie zijn voor succes. DOOR Mme ALEXANDRA DAVID-NEEL EEN ONTMOETING MET ROOVERS. GpS&SF» Het klooster Na-churg in Lhasa, Denzelfden ochtend nog iets verder op onzen weg hoorden we opnieuw van een ponpo (chef) door een soldaat die naar beneden kwam om afgelost te worden. Deze pönpo was de bergketen aan het overtrekken, dien wij juist begonnen te be stijgen. Het nieuws verschrikte ons. Ontsnap pen was niet mogelijk. Het pad liep langs een steile helling, waarop geen schuilplaatsen waren. De naderende beambte zou ons bedden zien. Zonder twijfel zou hij ons ondervragen. Deze mannen van Lhasa van wie velen komen op de Engelsche posten in de Hima laya en zelfs in Indië. hebben dikwijls blan ken gezien en zijn veel schranderder in het ontdekken van blanken dan de gewone be woners van Oost- en Noord-Thibet. Hoe het zij, we konden de ontmoeting niet vermijden. De volgende uren waren een verschrikke lijke geestelijke foltering, wij wachtten op een geluid dat de komst van de gevreesde verschijning zou voorafgaan en keken onder - tusschen wanhopig naar rechts en links in de hoop dat, zooa's in de oude sprookjes, een rots of een boom zich plotseling zou openen en ons zou beschutten tot het gevaar voorbij was, Maar helaas er gebeurde geen wonder! De feeën en goden kwamen ons klaarblijke lijk niet te hulp. Midden op den dag hoorden we plotseling belgerinkel. Juist boven ons. op het slinge rende pad verscheen een goed-gekleede. ste vige man. gevolgd door soldaten en bedien den. die de paarden ge'eklden. HU hield stil. verbaasd ons te zien. Volgens de Thibetaari sche zeden hurkten wij haastig langs den kant van den weg. De beambte daalde verder naar beneden en bleef voor ons staan, om ringd door zijn mannen. Nu begon het vragen stellen, over ons moe derland. onze reis cn andere dingen. Toen al les gezegd was, bleef de pönpo ons toch nog zwijgend aankijken, evenals al de mannen achter hem. Ik had een gevoel, alsof er met naalden in mijn hersens geprikt werd. zoo ontzettend was de spanning van mijn zenuwen. Twijfel de de man aan onze Identiteit? Deze stilte moest verbroken worden of het zou misloo- pen. Wat kon ik doen?.Ja ik wist het. Op den zangerigen toon van de Thibetaan- sche bedelaars, wat zachter uit eerbied, smeekte ik om een gave. „Kusha rlmpoche, nya tso Ia söbre nang rogs nong. (Edele heer, geef ons een aal moes, wanneer het u behaagt!) Mijn stem verbrak de gespannen aandacht van de groep. Ik voelde zelf lichamelijk de ontspanning. De Thibetanen deden niet meer achterdochtig. Iemand lachte. De goede pönpo haalde een geldstuk uit zijn beurs en gaf het mijn metgezel. „Moeder!" riep Yougden uit net doende als of het een groote verrassing was, „kijk eens, wat de pönpo ons gaf!" Ik manifesteerde mijn vreugde op een wijze passend bij de persoonlijkheid, die ik voor stelde, met een wensch zeer ernstig en ko mend uit het diepst van mijn hart voor den voorspoed en een lang leven van mijn weldoener. Deze lachte tegen mij en ik be antwoordde de gunst van zijn glimlach met den alleronderclanigsten Thibetaanschen groet: Ik stak mijn tong uit zoover als ik kon. „Jetsunma (eerwaarde vrouwe)zei Youg den cenige minuten later, „u sprak inderdaad de waarheid, destijds in de wouden van Kha Karpo, dat u ze zou laten droomen en visioe nen zien. Zonder twijfel hebt gij dien dik ken kerel met zijn handlangers, die zoo lang naar u keken, betooverd". Toen wij op het hoogste punt van de pas stonden, riepen wij luidkeels: .Lha Gyalo! De tamche pham! De Goden winnen; de duivels INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. binnen 24 uur NIEUW BESNAREN le kwaliteit 15. 2e 12.50 3e w 8.50 Harde spanning - volle garantie G. J. EILERS Co. Groote Houtstraat 147a Haarlem zijn verslagen)". Maar ik zinspeelde niet op die twee pönpo's toen ik het woord duivels uitsprak; integendeel. Moge geluk hun deel zijn tot het einde hunner aardsche dagen en in het hiernamaals. Het was inderdaad verwonderlijk, aan zoo veel verschillende gevaren te zijn ontkomen en nu juist volgens het plan dat Ik had vast gesteld in Po-Yu". te zijn op weg naar Lhasa. Het is echter altijd onvoorzichtig, zich voor barig te verheugen over geluk of succes. Ik had met de pönpo's nog niet afgedaan en ook zij zouden meer zien van de eerste vreem delinge die door hun prachtige land heen trok; en terwijl hun handelingen doodge woon waren en geen verrassing baarden, zullen de mijne waarschijnlijk "lang in het geheugen blijven, van hen die cr getuige van waren. Misschien zal er zelfs een legen de uit ontstaan en wie weet of in de toekomst de één of andere geleerde, die de folklore bestudeert niet een interessant commentaar zal geven, dat echter ver van de waarheid zal zijn. Toen de schemering viel volgden wij na een langen vermoeienden tocht den loop van de Toengyukrivier die door het dikke gebla derte verborgen, ver beneden ons smalle pad verder bruiste. Ik liep vooraan, uitkijkende naar een geschikte kampeerplaats, toen ik zeven mannen zag naderen. Ik voelde me niet op mijn gemak. Ik ver wachtte van deze ontmoeting niet veel goeds. Maar daar „sang froid" het beste wapen is, en vele jaren van een leven vol avonturen mij gewend hadden aan dit soort situaties, wandelde ik kalm verder met het onverschil lige uiterlijk van een vermoeide vrouwelijke pelgrim. Eén van het troepje bleef in 't mid den van het nauwe pad staan en vroeg mij, waar ik van daan kwam en waar ik heen ging. Ik mompelde de namen van eenige hei lige plaatsen en ging tusschen hem en de struiken verder. Hij deed geen poging mij te gen te houden. Ik verheugde mij inwendig al op de gedachte dat er ook dezen keer niets gebeuren zou, toen Ik omkeek en zag dat mijn zoon stilstond, met zijn rug tegen de rots leunde en met de mannen sprak. Hun gesprek scheen echter vriendschappelijk en de stem men kwamen niet boven het normale uit. Maar ik kon niet hooren wat zij zelden. Toen merkte ik, dat een van de lange ke rels, iets nam uit den zakdoek van den lama, ik wist dat hij daar eenige geldstukken in had, maar ik begreep niet. wat er eigenlijk gebeurde; Ik dacht, dat de popa's ons iets verkochten. Ik begreep de waarheid pas, toen Yongdem tegen mij riep: „Ze hebben mijn twee roe pijen genomen!" Het bedrag was van geen be teekenis, maar lk zag, dat één van de roovers zijn. handen uitstak naar het pak, dat Yongden op zijn rug droeg en het wilde open maken. De .situatie werd ernstig. Aan vechten kon den wij niet denken. Indien ik één van de mannen zou neerschieten dan zouden de an deren onmiddellijk mijn weerloozen metgezel hebben doorstoken met de lange zwaarden die ze aan hun gordels droegen. Aan den anderen kant zou het zeer gevaarlijk zijn, hen den inhoud van onze tasschen te laten onder zoeken. Want hierin waren eenige voorwer pen, die deze inboorlingen niet kenden, waar van het bezit niet paste bij ae havelooze pel grims, waarvoor wij doorgingen en die ach terdocht zouden hebben opgewekt, wat be treft onze idenditeit. En eenmaal op het spoor zouden de roovers ons aan den lijve kunnen visiteeren en het goud vinden, dat we onder onze kleeren verborgen hadden. Wat zou het gevolg zijn? Zij zouden ons op de plaats zelf kunnen dood en of ons voor één van hun opperhoofden brengen, die den dichtbijwonende regeeringspost van Lhasa zou waarschuwen, als ik bekende een ver momde vreemdeling te zijn, of ons als dieven zou behandelen als ik bij mijn incognito bleef. In één woord hij zou zich ons goud toeëigenen en ons zonder mededoogen be handelen. Het meeste vreesde ik herkend en daar door belet te worden verder te trekken. Hoe het zij, wij moeten zien de roovers kwijt te raken, en zij mochten alleen den snel verge ten indruk houden van een ontmoeting met een armen Lama-pelgrim en zijn oude moe der. In veel minder tijd, dan ik noodig had om dit alles te beschrijven, waren al deze ge dachten mij door den geest gegaan. Snel be raamde ik een plan om op dit openluchttoo- neel een kleine comedle op te voeren en ik begon met mijn rol. Schreeuwende zoo hard als ik kon, huilen de ln de grootste wanhoop, met de tranen over mijn wangen rollend weeklaagde ik over het verlies der twee roepijen. Het eeni ge, eenige geld dat we hadden! Wat moest er van ons worden. Hoe konden we aan eten komen gedurende den langen tocht naar Lhasa? En deze twee roepijen waren werke lijk heilig geld. Het was het geschenk van een vromen landman, wiens vader was gestor ven en voor wien mijn zoon, de Lama, de begrafenisplechtigheden had verricht. En nu wilden deze misdadigers dit geld stelen, maar de wraak zou komen! En ik hield op met schreien en ging over In een vervloeking. Dit was niet zoo heel moeilijk want ik was goed bekend met de verschillende godheden der Thibetaansche godenwereld. Ik riep de verschrikkelijkste aan en noemde hun vreeselijkste bijnamen. Daar was Palden Dorjee Lhamo, die op een wild paard door de lucht rijdt met een zadel gemaakt uit een bloedige menschelijke huid; daar waren de booze geesten die menschen- vleesch eten en die de hersens zoo uit de schedels een traktatie vonden; en de ver schrikkelijke reuzen, de metgezellen van den koning des doods, die gekroond was met beenderen en die op de lijken danste. Ik riep hen allen aan en bezwoer hen ons te wre ken. Waarlijk de beschermende goden zouden niet aarzelen hun wraak uit te storten over hen die hun onschuldigen zoon kwaad had den gedaan. Ik ben maar een kleine, zwakke vrouw en heb niets draamtisch ln mijn voorkomen, maar op dat moment voelde ik mij opstijgen tot de hoogte van een groote tragédienne. Het woud was nog donkerder geworden en een lichte bries was opgestoken, die een ver wijderd geruisch van het gebladerte veroor zaakte. Geheimzinnige cn lugubere stemmen schenen van den onzichtbaren bergstroom beneden ons op te stijgen en de lucht met dreigende woorden in een onbekende taal le vervullen. Ik was kalm en vreesde de dieven niet ik had wel eens meer dan zeven dieven te gelijk gezien bij andere gelegenheden toch liep mij een rilling over den rug door de geheimzinnige en angstaanjagende spheer die ik zelf geschapen had. En dat voelde ik niet alleen. De zeven roo vers leken versteend; eenige stonden tegen de rots geleund op dezelfde hoogte als mijn zoon, anderen stonden lager op het pad: een van ontzag vervulde groep, die mijn fotogra fische instincten wekte. Maar dit was niet het oogenbllk om kiekjes te maken. Toen kwam een van de popa's omzichtig naar mij toe en op een kleinen afstand be gon hij vredelievende woorden te stamelen: „Wees niet boos, oude moeder. Hier zijn de twee roepijen. Vervloek ons niet langer! Wij willen alleen maar naar ons dorp terug gaan!" Nu liet ik mijn woede en wanhoop tot be daren komen en ik nam de beide geldstukken In ontvangst als iemand die een zeldzamen schat terug krijgt. Mijn metgezel voegde zich weer bij mij. De dieven vroegen eerbiedig om zijn zegen dien hij gaf, er eenige goede wenschen aan toe voegende. Zoo scheidden wij. Wij hoefden niet bang te zijn, dat dit stel letje terug zou keeren om ons te berooven. Maar dit nieuwe avontuur was een waar schuwing, die we niet in den wind zouden slaan. Om deze gevaarlijke streek zoo spoe dig mogelijk te verlaten. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. GEMENGD NIEUWS ZIJT GIJ DRIFTIG? (Van onzen Londenschen correspondent). Aan Bernard Shaw is eens de vraag gesteld of alle menschen lichtelijk slecht bij hun verstand waren. En het antwoord was: Neen. lichtelijk goed bij hun verstand. En nu heeft de beroemdste geneesheer van Engeland, Sir Thomas Horder, die oa. voor de gezondheid van den Koning en den Prins verantwoorde lijk is, verklaard dat een driftbui „korte krankzinnigheid" is. Hij schijnt dus in ernst te gelooven aan hetgeen Shaw in kortswijl opmerkte. Want weinigen zullen door het leven gaan zonder een driftbui zoo nu en dan. Daarom zijn wij dus volgens dezen medicus, allemaal zoo nu en dan „even krank zinnig". Het is een troost te weten dat wij in dit opzicht allemaal in het zelfde schuitje varen. Maar men is nochtans geneigd tegen de zienswijze in verzet te komen. De woorden zijn waarschijnlijk meer gebaseerd op het verlangen bij den spreker zich indrukwekkend uit te drukken dan op wetenschappelijke feiten. En zelfs indien er wetenschappelijke feiten aan ten grondslag liggen dan nog moet er een even wetenschappelijke grondslag zijn voor de theorie dat een uitbarsting van drift zoo nu en dan tot de meest „normale" mani festaties van het menschelijk wezen behoort. Én hoe normaler hoeminder gek. DE ENGELSCHE VERKEERS- CODE (Van onzen Londenschen correspondent). Het ontwerp voor een code van den weg. een soort boek voor verkeersetiquette dat een aanhangsel is van de nieuwe verkeerswet, heeft op advies van de verkeersorganisaties, die het voor raadpleging ter inzage hadden gekregen, nog wat verandering ondergaan en zal nu in den nieuwen vorm gehandhaafd blijven. Deze code bedoelt slechts allen weg= gebruikers goede verkeersmanieren bij te brengen en zij bestaat dan ook grootendeels uit wenken en voorschriften, die een voor den weg welopgevoed mensch door eigen oordeei vanzelf in acht zou nemen. De code heeft geen wetskracht. Maar bij een wetsovertre ding zou het feit dat de overtreder niet in den geest van de code gehandeld had ver zwarend werken. In het eerste ontwerp werd de mondigheid van voetgangers als weggebruikers beter er kend dan in den gewijzigden en nu defini tieven vorm. De voetgangers zijn zeer teleur gesteld omdat de minister voor Vervoer heeft geweigerd ei een clausule in te betrekken die van bestuurders van voertuigen zou eischen stilstaande trams aan den kant waar passa giers in- en uitstappen, niet te passeeren. Ook in Engeland is de ervaring dat dit pas= seeren van stilstaande trams aan de genoem de zijde' een ernstige bron van ongelukken is. Verscheidene gemeenten hebben verorde ningen tegen deze gevaarlijke verkeersge- woonte. Maar voor zoover ze bestaan zullen ze hun kracht verliezen, nu de minister klaar blijkelijk de noodzakelijkheid er van niet in ziet. De Code vraagt slechts aan automobilisten om voorzichtig te zijn bij het passeeren van trams, hetgeen neerkomt op officieele goed keuring van de slechte gewoonte. De trams in Londen zijn nu voorzien van een waarschuwingsbord, waarop de tekst aan automobilisten vraagt de veiligheid van in- en uitstappende passagiers te verzekeren. In het eerste ontwerp van de Code werd voorts aan voetgangers bij afleiding het zelfde recht op gebruik van den rijweg gegeven dat bestuurders van voertuigen hebben of zich hebben aangematigd. De Code schreef nJ. voor dat een voetganger seinen kon geven aan naderend verkeer om te beduiden dat hij den weg wilde oversteken. Aautomobilisten moesten aan die seinen aandacht schenken. Maar in de nieuwe Code is hiervan geen sprake meer. Het verzet der automobilisten tegen het idee was zoo groot dat de minister het maar raadzaam vond dezen regel te schrappen. Deze kleine erkenning van voet gangersrechten is dus ook verdwenen. Van daar dat de voetgangers teleurgesteld zijn over de code in haar definitieven vorm. OOK EEN NIEUWE ENGELSCHE FORDFABRIEK. (Van onzen Londenschen correspondent.) Het kan belangwekkend zijn voor Neder landers, bij wie Ford een kwestie ls geworden, iets te vernemen over de nieuwe Fordfa briek in Dagenham, aan den Theems, die daar nu bijna gereed ls gekomen. Men kan bijna van één gebouw spreken want verre weg het grootste deel van de fabriek is on der één dak en het- aantal menschen in de wereld, dat een dak van zulke afmetingen heeft gezien, moet zeer klein zijn. Wanneer alles klaar is, zal men er gemiddeld twee voertuigen per minuut kunnen maken een NEDERL. MIDDENSTANDBANK N.V. Kantoor Haarlem Gierstraat 14 Telefoon 13098. HANDELSCREDIETEN. KLUIS LOKETTEN van ƒ5.—per jaar af. 6 productie, die gelijk heet te zijn aan die van alle andere autofabrleken in Engeland te samen. Het aantal menschen, dat er te werk zal worden gesteld, wordt op minstens 15000 geschat. Het gebouw is niet fraai, dat wil zeggen niet fraai in de meest aanvaarde bc- teekenis van het woord, maar voor puristen in bouwkunst verdient het waarschijnlijk allen lof, aangezien het volkomen aan zijn doel beantwoordt. Een gebouw dat dit doet Ls voor eenige theoretici in bouwkunst „werk tuigelijk" mooi. Elk der drie voornaamste werkhallen heeft een oppervlakte van meer dan 8 H.A. De betonnen vloer dier werk plaatsen is met niet minder dan 8.000.000 houten blokken geplaveid. Machines, die in den winter warme lucht en in den zomer koele lucht naar binnen blazen, zorgen al dus voor luchtverversching en voor de ver- eischte temperatuur. De volledigheid van automatische bediening wat dat betreft is het gebouw een reusachtige wonderdoos kan o.a. blijken uit het feit dat men door een electrisch hefboompje om te zet ten voor een gewicht van 8 ton aan ramen kan openschuiven of sluiten. Hot dak is grootendeels van glas en om dat aan den binnenkant schoon te kunnen houden loopen er stalen ladders lang die zijn voorzien van leuningen in den vorm van pijpen. Die pij pen voeren ook het water voor het glazen- wasschen aan. De houten vloer voornoemd, belooft altijd schoon te zijn. Want allerwege zijn er geleidingen in, die afval van den arbeid, zooals houten en stalen krullen, on- derwaarts wegvoeren. Het land aan den oever van de rivier, waar de fabriek is ver rezen, is doordrenkt van water, zoodat men voor dc fundeering heeft moeten heien. De Dalen zijn van gewapend beton, van 12 tot 22 M. lang en zeer dicht bij elkaar gezet, zoodat de grond door den druk hier en daar bijna een meter is gerezen. De fabriek krijgt haar eigen kade aan de rivier, die 600 M. lang en ten naastebij 6 M. breed wordt. Aan de fabriek is verder een groote hoogoven ver bonden, de eenige in Zuid-Engeland. Onge veer 18 K.M. electrische spoor verbinden de fabriek met de kade en met de bestaande spoorweglij nen. DE VOLLE MAAN. De film-correspondent van de Daily Tele graph heeft gehoord dat alle film-,.sterren" in de toekomst breede gezichten moeten hebben. Aangezien het gewoonte is geworden vooraanstaande film-acteurs en -actrices to qualifiöeeren naar de wonderen van het nachtelijk uitspansel moet men voorzien dat voor de „sterren van de eerste grootte" aan den filmhemel „manen van de eerste volte" in de plaats zullen treden. Het vol'e-maan gezicht, dat tot heden geen aesthetlsche er kenning heeft gevonden, zal althans in de filmwereld gezocht en bewonderd worden. De genoemde correspondent spreekt alleen van „g^ls". Dat komt omdat de dagbladen in Londen in het algemeen schijnen te veron derstellen dat hun lezers geen belangstel ling hebben voor het lot en het doen en laten van mannen maar bijna uitsluitend voor de wederwaardigheden van vrouwen, iu allerlei gedaanten van .smart typists" tot ..charming ducherses" en natuurlijk in de gedaante van filmactrices. Waarom zijn de breede gezichten, de volle manen plotseling in het rijk der films zoo gezocht? De vraag Ls voortgekomen uit nuchtere technische eischen. Nieuwe bios copen hebben niet langer de pijpenla-inte rieurs, waarin het lange gezicht om zoo te zeggen kon gedijen. Die pijpenla-vorm ls on geschikt voor de ..talkies", die van het gebouw de zelfde accoustische eigemchapnen eischen, die de schouwburg bezit of wordt veronder steld te bezitten. De moderne cinema Ls even breed als ze lang is, of ze is rotondig. heeft galerijen met plaatsen aan beide zijden van het doek. Smalle gezichten op dat doek wor den voor de zij-kijkers gereduceerd tot •strookjes blank schijnsel waarin de trekken geen indruk meer kunnen maken. De spelers op het doek hebben voor de toeschouwers, die van terzijde toezien, de meest drastische ver mageringskuren ondergaan. Het is duidelijk dat de „volte" niet tot de gezichten der „eirls" alleen kan zijn beperkt. De film-producera hebben behoefte aan vrouwelijke krachten die niet alleen „pleasant" maar ook ..plump" zijn. En een embonpoint is voor den film- speler van tegenwoordig een voordeel. De ge noemde correspondent vestigt er de aandacht op dat de film-favorieten, die door de „talkies" zijn geschapen, reeds veelal aan de eischen van het moderne theater betreffende hori zontale dimensie? voldoen. Hij noemt Con stance Bennett, Nancy Carroll, Margot Gra- hame e.a. Ook oudere filmactrices van naam. zooals Marv Pickford, Pola Negri. Greta Garbo die al beroemd waren voor de komst van de films, hebben trouwens gezichten, die naar den cir kelvorm neigen. De invloed van deze nieuwe ontwikkeling van zaken in de filmwereld is niet tó over zien. Hij moet zich tot ver buiten die wereld en over de gansche breedte en lengte van d^ echte wereld uitstrekken. De tijd van ae rlanke lijn loopt ten einde GOED VERZORGD DRUKWERK VERGROOT UW OMZET VOOR GOED VERZORGD DRUKWERK DRUKKERIJ LOURENS COSTER HAARLEM

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 10