Het Paaschcongres van de S. D. A. P. HAARLEM'S DACBLAD TWEEDE BLAD DINSDAG 7 APRIL 1931 Botsing tasschen rechter- en linkervleugel. Resolutie tegen den linkervleugel aangenomen. Met 838493 en 204 blanco's. Stemmen tegen Henri Polak. Ir. Albarda nogmaals over mobilisatie. (Van een specialen verslaggever.) Openingsrede. Zaterdag en de beide Paaschdagen is te Arnhem het jaarlijksch Paaschcongres van de Sociaal-Democratische Arbeiders Partij in Nederland gehouden. De openingsrede van den partijvoorzitter, den heer J. Oude geest, hebben 'wij reeds Zaterdag vermeld. De volgende bijzonderheden citeeren wij er nog Uit: De heer Oudegeest wijdde woorden van herdenking aan Hermann Müller, aan mr. P. J. Troelstra en mevrouw Lucie van Kuykhoff l> Koedijk, het overleden J lid van de Provinciale fy' Staten van Noord-Hol land. Telde de S.D.A.P. op 1 Januari 1929 53.395 leden, op 1 Januari 1930 be- J. Oudec/eest. droeg dit aantal 61.162 én op 1 Januari 1931 was het ledental der partij gestegen tot 69.263. Wanneer de cijfers van het ledental op 31 Maart zijn uit gewerkt zullen de 72.000 ver overschreden zijn. Het aantal afdeelingen groeide van 1 Jan. 1930 tot op dit oogenblik met 38, zoo dat het thans 683 bedraagt. Een Partij als de SD.A.P. met weldra 75000 leden en honderden vertrouwensposities in het land is echter geen lichaam waarmede men kan experimenteeren. De liberale staatsidee is dood, aldus spr. De SD.A.P. zal de oogen der Christelijke en vooral der katholieke arbeiders hebben te openen door haar voorbeeld van opbouwen- den arbeid. De heer Oudegeest memoreerde de stich ting van de arbeiders-hoogeschool op het Troelstra-oord De Arbeiderspers. Uitvoerig besprak de heer Oudegeest de positie van de Arbeiderspers, die een zeer gunstig beeld toont. Het aantal personen in geheel volledigen dienst bij dit bedrijvencomplex bedraagt 527. Met-voldoening gewaagde spr. van de invoe ring der medezeggenschap op 1 Januari jl. bij de beide-rspers, waarmede dit bedrijf zich aan de spits heeft geplaatst van de Neder- land'sche ondernemingen en waarmede par tij en N.V.V. getoond hebben den moed te be zitten de beleden beginselen zelf in de prac- tijk te brengen. Een pensioenregeling als mede een ziekte- en vacantieregeling bevin den zich in voorbereiding, terwijl ook een regeling van de rechtspositie van het redac- tiepersoneel in ontwerp gereed ligt. „Het Volk" zal in 1931 in grooter formaat verschijnen, terwijl in Den Haag, Groningen, Friesland, Twente en Gelderland eigen lo cale bladen het levenslicht zullen zien. Spr. herinnerde aan de uitgifte-'ider obligatielee- ning van vijfhonderd duizend gulden, die in ongeveer één week volteekend was en op 1 April jl. de één millioen verre had overschre den. Hun spaargeld gebruikten de arbeiders als een der machtigste wapens tegen de ka pitalisten. Spr. herinnerde aan den burgemeester, die een tooneelstuk verbood omdat er een pries ter in optrad, en aan de Januari-circulaire der regeering aangaande den werkloozen steun en de houding der regeering ten aan zien der werkverschaffingsloonen, die aan sluit bij de pogingen der ondernemers om de loonen te verjagen. De nationale rijkdom is echter in de laat ste drie jaar met anderhalf milliard gulden toegenomen. De leiders der R.-K. Vakbeweging gebrui ken in hun redevoeringen meer en meer de socialistische terminologie doch tusschen zeggen en doen ligt een breede weg. Spr. roemde het werk van de regeering MacDonald ten aanzien van Britsch-Indië, het ontbinden van eeuwenoude koloniale banden, waarvoor een groote mate van staatsmanswijsheid, moed en socialistische overtuiging noodig is. Het P.N.I.-proces echter zal in onze kolo niale geschiedenis ten eeuwigen dage een schande blijven. Spr. eindigde met een krachtlgen oproep tegen de overheerschers in de koloniën, te gen de overheerschers in eigen land op po litiek en sociaal gebied, tegen de overheer schers van den geest, vóór volksgeluk, wel vaart, wereldvrede en vóór de sociaal-demo cratie. Zitting- van Zaterdag. Nadat de heer Oudegeest, de openings rede had uitgesproken, heette hij de verte- genwoordigex-s der bevriende organisaties welkom, in het bijzonder het bestuur van het N. V. V. en een vertegenwoordiger van de Zweedsche Sociaal-democratische partij. Vrijlating der P.N.I.-leiders. Bij acclamatie nam het congres een motie aan, waarin geprotesteerd wordt tegen het gevoerde vonnis te Bandoeng en waarin vrij lating der vier P.N.I.-leiders wordt geëischt, alsmede de amnestie voor alle politieke ge vangenen in Indonesië. „De Socialist". Namens het partijbestuur stelde de voor zitter aan de orde, het optreden van den linkervleugel in de Partij, gegroepeerd om het links socialistische weekblad „De Socia list". Namens het partijbestuur werd het congres een resolutie voorgelegd, wijl de Engelsche Onafhankelijke Arbeiderspartij (I.L.P.) zich met een rondschrijven om adhaesie tot de bij de Socialistische Arbeiders Internationale aangesloten partijen had gewend met een program van actie in de internationale^ welk i program behalve door de I. L. P. zelf ook was onderteekend door de Noorsche Arbeiders partij, twee Poolsche socialistische partijen en door den linkervleugel van de Nederland- sche S. D. A. P. In de door het P. B. inge diende resolutie wordt geconstateerd, dat de linkervleugel daai-door is opgetreden als een georganiseerde politieke groep in de S.D.A.P., welk optreden onvereenigbaar is met het lidmaatschap der partij. Van de onder teekenaars van het internationale program wordt de openlijke verklaring geëischt, dat zij zich uit de vormde combinatie van ge noemde politieke partijen zullen terugtrek ken. Ten slotte wordt in de resolutie gecon stateerd, dat de groep om „De Socialist" blijft optreden op een wijze, die in strijd is met de resolutie van Nijmegen 1929 en krijgt het Partijbestuur de opdracht om nauwgezet voor de handhaving van dit besluit zorg te dragen en bij overtreding onmiddellijk de maatregelen te nemen, die in het belang van de eenheid en de strijdkracht der partij noodig zijn. Terwijl de heer Vliegen de leiding over neemt, licht de heer Oudegeest de resolutie uitvoerig toe. Men heeft, aldus spr., bij het links socialistisch week-end van Pinksteren 1930 dit internationale programma, aldus de heer Oudegeest, zorgvuldig verzwegen. Toch was het geen toeval dat de buitenlanders op het Troelstra-oord aanwezig waren. Zij wa ren speciaal hiervoor op het Troelstra-oord gekomen. Inmiddels is ook de toon van het oppositieorgaan feller geworden. De schun nigheden in het blad namen toe, evenals de artikelen, die getuigden van een onpartij- genootschappelijke houding. Bovendien wer den door de aanhangers van het blad week ends gehouden en clubs gevormd en hield men een jaarlijksche landelijke conferentie, die veel weg had van een congres. Indien de Partij behoefte heeft aan een discussie-or gaan, zal de partij leiding de oprichting van zulk een orgaan moeten overwegen. Dit is de hand, die men de links-socialisten toereikt. „De Socialist", zooals deze thans is, kan slechts haat zijn en de eenheid in gevaar brengen. Het woord is vervolgens aan den heer P. J. Schmidt, lid van het Partijbestuur en re dacteur van het weekblad „De Socialist". Het recht om buitenlanders uit te noodi- gen laat spr. zich niet ontzeggen. Ook niet het recht om met hen over de politiek dei- beweging te spreken. Over het program is met de buitenlanders gesproken. De Hollan ders die daarbij waren hebben niets getee- kend, doch slechts verklaard, dat zij het er mee eens waren. Ook dat recht meent spr., te hebben. Wantrouwen voelt spr. tegen het P. B. om dat men op deze wijze steeds alleen maar te gen den linkervleugel optreedt, en niet tegen anderen. In de critiek van „De Socialist" ziet men een gevaar maar niet in de daden, die deze critiek uitlokten. Het bouwen van pantserkruisers is nadeelïger voor de propa ganda en brengt de eenheid der beweging meer in gevaar dan de critiek, die „De Socialist" er op uitoefent. De wijze waarop Oudegeest meende te kunnen aantoonen, dat ons blad schunnig heden bevat, heeft veel weg van ophitsing. Men maakt zich bezorgd over ons organisa torisch optreden, maar als een paar kamer leden tegen de rest van de fractie in voor de Tarwewet stemmen of als Henri Polak zich in de Eerste Kamer tegen voortzetting van de afsluiting der Zuiderzee verklaart, dan verklaart men deze dingen tot „neutrale kwesties". Alle soorten groepen houden alle soorten conferenties, zonder dan men er iets van zegt. De religieus-socialisten hebben in ternationaal een manifest geteekend, dat de grondslagen der beweging aantast. Spr. con stateert, dat men dergelijke dingen alleen al afkeurt als ze, van links komen. Op de be schrijving staat echter slechts één voorstel in dien geest, nl. van de afdeeling Bennebroek- Vogelenzang, in welke plaats de krant tot nog toe geen enkele abonné had. Thans heeft men er een abonnement aangevraagd, alsmede de nummers van den vorigen jaar gang. (luid gelach). Spr. eindigt met een beroep op het con gres om de vrijheid van meeningsuiting onaangetast te laten en de P. B.-resolutie te verwerpen (luid applaus). In de avondzitting woi-dt een voorstel om de resolutie van de agenda af te voeren, ver worpen. De heer Edo Fimmen (Bussum), die voor zitter is van de Orgaan-commissie van het weekblad „De Socialist", begint met de ver klaring, dat hij niets geteekend heeft. Hij zou trouwens tot het onderteekenen van een stuk geen opdracht kunnen hebben, omdat de links-socialisten, die zich om het week blad scharen, geen georganiseerde groep vor men en dus geen opdrachten kunnen geven. Spr. is van meening, dat men hier te doen heeft met een rel van de partijleiding tegen den linkervleugel. I r. J. W. A 1 b a r d a zegt, dat in geen par tij ter wei-eld een zoo groote geestelijke vrij heid heerscht als in de S.D.A.P. 'Afwijken de meeningen zijn geoorloofd, georgani- seerde oppositie echter niet. De heer Albai'da ci teert, wat Fimmen verleden jaar te Oslo heeft gezegd over de S. A. I. n. 1. dat bij vele der aangesloten partijen van inter nationalisme weinig te bespeuren is en dat bij velen, die zich socialisten noemen het nationale op de eerste plaats staat.. De cita ten wekken bij een deel der vergadering- klaarblijkelijk verontwaardiging. De heer Oudegeest herinnert, er aan, dat in 1928 slechts het uitgeven van een pro pagandablad voor marxistisch» theorieën was toegestaan, niet het uitgeven van een oppositieblad. De voorzitter stelt voor, thans nog het woord te geven aan Fimmen en Schmidt, zoo dat de andere sprekers zich terugtrekken. De heer F i m m e n zegt dat als hij nog lid is van deze partij, dan is dat omdat hij geen andere partij kent, die beter is en omdat hij gelooft in de mogelijkheid van een socialisti Ir. m. W. Aibarda. sche politiek op den grondslag van de S.A.T. Ten slotte is het al te dwaas, den linker vleugel in Nederland verantwoordelijk te wil len stellen voor wat spr. als persoon in het buitenland heeft gezegd. De heer P. J. Schmidt zegt, dat men de verwachting had, dat spr. verleden jaar, een maal in het P.B. gekozen, zijn standpunt wel zou wijzigen, zooals zoo dikwijls met andere opposanten het geval was. Nu dat ditmaal niet is gebeurd, wil men wel van Schmidt af. Spr. heeft daar geen bezwaar tegen. Zijn zetel staat ter beschikking en als het con gres er ook zoo over denkt, zal spr. met ge noegen zien. dat hij niet herkozen wordt, want voor zijn plezier zit hij niet in het PF De resolutie aangenomen. Op verzoek van 8 van de 11 Amsterdamsche afdeelingen geschiedt de stemming over de resolutie afdeelingsgewijs en niet bij hand opsteken. De P.B.-resolutie blijkt dan te zijn aangenomen met 838 tegen 493 stemmen en 204 stemmen blanco. ZONDAG. Aan de orde was Zondagmorgen de bespre king van de partijverslagen, het beleid der Kamerfracties en de „Volk"-redactie. Een zeer groot aantal afgevaardigden voerde hierover het woord. De heer Lopes Dias (Hilversum) oefen de critiek o.a. op de Kronieken in Het Volk van den heer Henri Polak. De heer Van Geuns (Groningen) besprak de wensche- lijkheid van een voorlichtingsorgaan ter ver vanging van het links-socialistische week blad „De Socialist". Mevr. Wibaut sprak namens den Bond van Soc. Dem. Vrouwenclubs haar afkeuring uit over de wijze, waarop de heer Polak in de reeds eerder genoemde Kronieken over den vrouwenarbeid geschreven had en betreurde het, dat de voorlichting omtrent dit vraag stuk zoo onvoldoende was, dat het geschrijf van den heer Polak in de partij groote ver warring had gewekt. Namens de afdeeling IJmuiden werd geprotesteerd tegen het absenteïsme der Kamerleden. De heer J. W. Albarda antwoordde namens de Tweede Kamer-fractie. Het op treden van den heer Henri Polak, die in de Eerste Kamer in strijd met het standpunt van de fractie en zonder eenig overleg tegen voortzetting der Zuiderzee-werlcen sprak, werd door spr. en door de geheele fractie be treurd. De heer F. M.Wibaut die met een ovatie ontvangen wordt, zet uiteen, waarom de avondvergaderingen van de Eerste Kamer niet zoo nutteloos zijn als sommigen wel meenen. De heer Ankersmi t verdedigt het be leid der „Volk'Tedactie. Hij verwondert zich over de critiek op de'Kronieken van Henri Polak, wiens afwijkende meeningen tc-h eveneens tot uiting mogen komen als iron werkelijk eerbied heeft voor de vrije mee ningsuiting. Ir. Albarda over de mobilisatie. Ter inleiding en toelichting van het stand punt van het Partijbestuur inzake de militie is het woord aan Ir. J. W. A 1 b a r d a. De overwinnaars, aldus spr., hebben den overwonnenen zware schattingen opgelegd en hen gedwongen tot ontwapening, waarbij de belofte dat de overwinnaars eveneens tot ontwapening zouden overgaan, na tien jaar nog niet is nagekomen. Men heeft op deze wijze het Duitsche nationalisme op kookhitte gebracht en niemand-mag de oogen sluiten, voor de oorlogsgevaren, die thans de wereld bedreigen. Maar een noodlottige opvatting zou het zijn, als men beweerde dat een ko mende oorlog onvermijdelijk was. Een oorlog is geen natuurramp, maar wordt door men- schen gemaakt en kan dus door menschen verhinderd worden. Men beschikt thans over zoodanige middelen om een oorlog te vermij den, dat de regeering, die een oorlog uitlokt of begint een misdaad begaat. Wanneer een regeering tot een dergelijke misdaad zou overgaan, moet de publieke opinie niet ver lamd zijn door de overtuiging, dat deze oor log onvermijdelijk was, maar dan moet reeds tevoren bij het publiek de weerkracht zijn gewekt voor massaal verzet. Mislukt de komende Ontwapeningsconfe rentie, dan is het oorlogsgevaar grooter dan ooit. Slaagt zij echter, dan zal er een alge- meene ontspanning intreden. De nationale ontwapening verzekert den Vrede niet, maar draagt tot de algemeene ontwapening bij, ook al door het geven van een voorbeeld. Het is niet waar, wat beweerd wordt, dat Nederland hierbij alleen staat. Hopelijk geeft Denemarken binnenkort het goede voorbeeld. En ook de socialisten in Zwitserland, Zweden en Noorwegen dcelen dit standpunt. Een ver schijnsel is, dat de gedachte der Nationale ontwapening zelfs in de Belgische partij bezig is baan te breken. Spr. handhaaft zijn woor den, dat voor het land als het onze, nationale verdediging zelfmoord is. Tegen het drijven naar den oorlog of tegen daden, die oorlogs gevaar oproepen, acht spr. elk doelmatig mid del geoorloofd, ook al valt het ver buiten de wettelijke grenzen. Spr. heeft het ook in de Kamer gezegd, en het heeft groote beroering gewekt: men deed, alsof het iets nieuws was. Beroering werd gewekt ook in de partij zelf. Men had gewild, dat spr. de vormen van actie zou aangeven, en men wilde voorts, dat elke mobilisatie zonder uitzondering verworpen zou worden. Met blijdschap heeft spr. de vele voorstellen gezien, die omtrent deze kwestie op de beschrijvingsbrief staan. Er spreekt het goede sentiment uit, dat noodig is om den oorlog te voorkomen. Toch voelde spr. ook wel eenige bezorgdheid, omdat dit sentiment niet voldoende door het nuchtere versland in toom werd gehouden. De voorstellen rich ten zich voor een groot> deel tegen de partij resolutie van Utrecht 1928. Men wil, dat het onderscheid tusschen een gewone en een be perkte moblisatie niet gemaakt zal worden. Men acht een gedeeltelijke mobilisatie niet mogelijk, maar men vergeet of weet niet. dat Nederland in 1859 een gedeeltelijke mobili satie heeft gehad. Een beperkte mobilisatie zal in geval van oorlog in een der nabuur- sta ten noodig zijn om de strijdende troepen buiten de grens te houden of ze bij over schrijding van de grens te ontwapenen. Doet men dat niet dan maakt men zich aan oor logsdaad schuldig. Tenslotte wil spr. nog iets zeggen over de voorstellen tot voorbereiding van het verzet tegen of sabotage van den oorlog. Als we dergelijke plannen hadden, zoo hei dwaasheid zijn, ze openbaar te maken. Maar geheim kan men zulke dingen in een beweging als de onze niet houden. We zouden daardoor onze beweging maken tot een groote samenzwering, die buiten de wet gesteld zou worden en kapot zou worden gemaakt. Bovendien zal. wat er op een bepaald oogen blik moet gebeuren, afhangen van de om standigheden en van de geestesgesteldheid van het publiek. In de eerste plaats moet onze voorlichting goed zijn. In de uitbreiding van onze pers hebben wij daarvoor een mach- I tig wapen. Door het optreden van gewapende 1 corpsen, arbeiders-weren of vredeswachten zou men het fascisme, dat weinig of geen in vloed heeft in ons land. slechts versterken, Zonder geweld moeten wij ons doel bereiken. Binnenkort een voorstel in de Kamer. Spr. wil hier wel reeds mededeelen, dat de Tweede Kamerfractie zoo spoedig mogelijk na dit congres bij de Kamer een voorstel zal in dienen tot wijziging van artikel 187 van de grondwet, waarbij de Kamer beslist, over mobilisatie, alvorens het mobilisattebcsluit kan worden afgekondigd. Verder zal worden voorgesteld, dat de Bijzondere Vrijwillige Landstorm niet gemobiliseerd zal kunnen worden zonder de goedkeuring van het parle^ ment en verder het verbod van alle gewapen de corpsen die niet behooren tot de gewone militaire organisatie. (Applaus). Spr. eindigt met het vertrouwen uit te spreken, dat het goede sentiment zal worden beteugeld daar het gezond verstand en dat de uitspraak van het congres een toonbeeld zal zijn van de kracht en eenheid der be weging. (Langdurig applaus. De vergadering rijst op en zingt de Internationale). Dagelijksch Bestuur. De voorzitter deelt mede, dat in het Dag. bestuur herkozen zijn de heeren E. Boekman en J. W. Matlhijscn, terwijl in de vacature van den heer A. B. Kleerekoper gekozen is Dr. H. M. Wibaut Maandag: Na de heropening van het congres des Maandagsmorgens te 9 uur heette de voor zitter welkom den vertegenwoordiger der Fransche Socialistische Partij, den heer Jean Longuet een kleinzoon van Karl Marx. Vervolgens werd de behandeling der mili taire kwestie voortgezet. Een dertiental af deelingen, die tegenover het voorstel van het Partijbestuur moties van meer extremistische strekking hadden ingediend, hadden hun af zonderlijke voorstellen ingetrokken ten be hoeve van een gezamenlijke resolutie van ongeveer dezelfde strekking. De resolutie werd namens alle afdeelingen, die haar on derteekend hadden, verdedigd door den heer Edo Fimmen. De Volkenbond, waarop Albarda zich beriep, heeft den arbeiders niets dan teleurstellingen gebracht, aldus deze spreker. Over de dappere ongehoorzaamheid heeft Albarda het gehad, maar hiervan staat niets in de P.B.-resolutie. Spr. heeft Albarda goed gevolgd, maar uit zijn rede slechts begrepen, dat als een oorlog toch komt, de arbeidersbeweging niets te ver tellen zal hebben. Namens Rotterdam wordt een voorstel van orde ingediend om de discussie te be perken tusschen de heeren Albarda en Firn men, zoodat de vele andere ingeschreven sprekers zich terug zouden moeten trekken. Dit voorstel verwekt groot tumult, temeer aangezien ook de heer Schmidt van achter de bestuurstafel den wensch te kennen geeft, het woord te willen voeren. Er ontstaat een opgewonden, verwarde discussie over de orde. Noch de heer Schmidt, noch de heer Albarda kan aan het woord komen. De voorzitter vindt tenslotte een compromis en. wel zoo, dat de heer Albarda zal antwoorden, terwijl de heer Schmidt in de plaats van den heer Fimmen zal repli- ceeren. Ir. Albarda bestrijdt de rede van den heer Fimmen. P. J. Schmidt verklaart, dat het groote meeningsverschil tusschen spr. en Albarda" Is, dat deze wel en spr. niet geloofit in de tegen krachten, die in de wereld aanwezig zijn. Het is daarom sprekers bezwaar, dat deze tegen krachten steeds op den voorgrond worden geschoven, waardoor bij de arbeiders illusies worden gewekt. De dappere ongehoorzaamheid, waar Al barda het in de Amsterdamsche Kerst,ver gadering over gehad heeft, beteekent dappere zelfmoord der arbeiders, die het parool willen opvolgen, indien zij niet op de juiste wijze zijn voorbereid. (Luid applaus) De voorzitter doet mededeellng van den uitslag van de verkiezingen voor het Partij bestuur. Herkozen zijn de heeren Albarda, Cramer. Drees, Van Eek, mevrouw Suze Groe- neweg, de heeren Schmidt en Vliegen. Voor de bezetting van de vacature, ontstaan dooi de verkiezing van den heer Wibaut in het Dagelijksch Bestuur, wordt, na een herstem ming tusschen Ds. Banning en den heei Bartels de eerste gekozen. Als vertegenwoor digers naar het Congres der S.A.I. in Augus tus te Weenen werden gekozen mevr. Grocne- weg, de heeren Oudegeest, De Roode, Schmidt, Vliegen en Woudenberg. In de middagzitting repliceerde de heer Albarda op de rede van den heer Schmidt. Hij verklaarde, dat het P. B. er geen bezwaar tegen had, wanneer het Congres daar prijs op stelde, de clausule inzake de motive van I.V.V. en SA.I. van Rome en Den Haag 1922, waarin o.a. staking en sabotage als middelen ter bestrijding van den oorlogAworden ge noemd. over te nemen. Aan de alinea, lui dende dat het Congres van de S.D.A.P., „verwacht van de S.AX, dat zij in over leg met het I.V.V. de socialistische par tijen en de moderne vakvereenigingen zal gereed maken voor een krachtigen strijd voor den vrede", wordt toegevoegd: „en voor zoover mogelijk maatregelen zal voorbereiden tot uitvoering van Hp reso luties van Rome. Den Haag en Hamburg, welke tot de plicht der internationale arbeidersbeweging hebben verklaard, met alle haar ten dienste staande middelen te trachten het uitbreken van een oorlog te voorkomen". Onder groot tumult wordt de gewijzigde P. B.-resolutie bij handopsteken met groote meerderheid van stemmen aangenomen. Vele hadden stemming per afdeeling ver- verlangd. Het is al bijna half vier en het Congres begint al te verloopen als de heer Drees het woord krijgt voor zijn inleiding bij de door het Partijbestuur voorgestelde resolutie in zake werkloosheid. De heer Drees beperkt zich tot een korte toelichting. Te ongeveer half vijf ging het congres uiteen. DUIKERSARBEID IN HET SPAARNE. Onder voortdurende belangstelling van de velen op de beide Spaarneoevers is Zaterdag den geheelen dag een duiker bezig geweest om de rollen papier van de omgeslagen schuit van Kaarseladeveer, uit het Spaarnewater op te visschen. De door den duiker on dei- water in een lus gebrachte paplcrrollen wer den door een hijschkraan naar boven ge haald. Slechts een papperige massa was van de rollen over. INGEZONDEN MEDEDEF.LINGEN a 60 Cts. per regel. STOFZUIGERHUIS MAERTENS Bartel jorisst raat 16 Telefoon 10756 VAMPYR STOFZUIGERS f 105.- EEN KERKDIENST IN HI T ALGEMEEN PROGRAMMA Op Tweeden Paaschdag. des morgens te 10.35 uur werd de uitzending van den kerk dienst uit Koog aan de Zaan. waarin voor ging Ds. Hornstra, Ned. Herv. Predikant, door den V. P. R. O., op last van de Alge meen Programma Commissie voor eenigen lijd afgebroken, omdat in het Algemeen Pro gramma geen kerkdiensten mogen voorko men. De V. P. R. O. had geruild met de V. A. R. A. en deze had het verbod niet doorgegeven. Teneinde de V. P. R. O., die volkomen te goeder trouw was, terwille te zijn, heeft de commissie voor het Algemeen Programma daarop alsnog later de uitzending van den kerkdienst laten doorgaan. UIT DE PERS. Vóór de verkiezingen. MEENINGSVERSCHIL TUSSCHEN TWEE GEDEPUTEERDEN. In de Alkmaarsche Courant richt het lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Hol land. de heer D. Kooiman te Purmerend tot zijn collega mr. J. B. Bomans te Haarlem het verwijt, dat deze ..in een rede voor de R.-K. propagandaclub te Haarlem een heeleboel onaangenaams gezegd heeft van de provinciale staten, Indirect ook gericht tot mij als lid van Ged. Staten, over voorstellen, door Ged. Staten op mijn initiatief het afgeloopen jaar aan de Prov. Staten gedaan. Tot die voorstellen van Ged. Staten aan Prov. Staten behoorden de vaststel ling van een nieuw plan voor een pro vinciaal wegennet, de toekenning van bijdragen uit de provinciale kas aan ge meenten en waterschappen in de zware onderhoudskosten van tertiaire wegen, die stuk gereden worden door het zware verkeer uit geheel andere streken, de toekenning van bijdragen ln de kosten van rijwielpaden, de uitvoering van ka nalen naar Alkmaar en Schagen, de steun aan electrificatie van tramwegen naar Edam en Purmerend, bestrijding van werkloosheid door oprichting van een ontginningsmaatschappij. Mr. Bomans veroorloofde zich aan het adres van Prov. Staten de volgende ont boezemingen. „Het financieel verantwoordelijkheids gevoel der Prov, Staten, als college, is verloren geraakt". „Het geweten is weg in de volksverte genwoordigers". „Spreker noemt dit wanorde, finan- cieele wanorde. Dit gooit de deuren open voor het communisme". Mr. Bomans heeft verder verklaard, dat onze provincie rijk is, dank zij Amsterdam, dat aan de provincie weinig kost en de bij dragen van beneden het IJ aan de baten tot 3/4. bijna 7 8 van het geheel doet wezen". Ook dit trekt de heer Kooiman in twijfel, hij zegt, „dat men ook in het oog moet hou den andere lasten, zooals de beruchte hoog- heemraadschapslasten, voor zoover de pro vincie, die ten laste van Noordhollands Noor derkwartier heeft gelaten, en de enorme kas ten van wegenonderhoud. die onze gemeente en polders zich in de laatste jaren moeten getroosten. Als men deze geweldige bedra gen van vele tonnen gouds eens mede in aanmerking nam, dan zou het beeld er wel geheel anders uitzien". De heer Kooiman vreest van deze woorden het gevaar, dat de tegenstelling tusschen de groote stad en het platteland en de kleine provinciesteden gaat herleven cn geeft de verzekering, dat hij alles zal doen om dit te voorkomen. De heer Kooiman besluit: „Ik zal nu niet spreken over den strijd dien ik binnenskamers in de vergaderin gen van Ged. Staten reeds met hem heb moeten voeren. Uit hetgeen hij in zijn Haarlemsche organisatie heeft gezegd kan men wel afleiden, dat die strijd er is geweest. Als mr. Bomans de zaken wil overbren gen buiten de vergaderkamer van Ged. Staten, dan zullen zij allereerst moeten komen in de vergaderzaal van Prov. Sta ten. Ik betreur het zeer. dat ik dit protest tegen woorden van een collega, met wlcn ik tot dusver bij alle verschil van mee ning gaarne samenwerkte, heb moeten uiten. Na den aanval van mr. Bomans heb ik het echter, óm onjuiste opvattin gen te voorkomen, niet achterwege mo gen of kunnen laten. Ik hoop dat mr. Bomans op dezen weg niet zal voort gaan". De links-socialisten. Blijkens een ingezonden stuk in Het Volk, onderteekend door de heeren Edo Fimmen, J. de Kadt cn P. J. Schmidt wijst de linkervleugel der S.D.A.P de beschuldiging, dat deze een partij in de partij zou vormen, door zijn aansluiting bij een nieuwe zeer ver links staande Internationale, af. „Onze linkervleugel was geen partij in de partij, is geen partij in de partij en zal het niet worden", aldus de inzenders. AGENDA. DINSDAG 7 APRIL Gem. Concertzaal: Orgelconcert. Solist; Carel van Leeuwen Boomkamp. 8 uur. Stadsschouwburg: N.V. Het Nederlandsch Tooneel. „Het Chineesche Landhuis". 8 uur. Palace: „Die Lindenwirtin". Tooneel The Imperials. 2.30 cn 8.15 uur. Luxor Theater: „Op stap met Aluna" en „In de klauwen van het Noodlot". Tooneel Les Volmeros. 2.30 en 8.15 uur. Rembrandt Theater: „Say It with songs", Tooneel The 3 Willeys. 2.30, 7 en 9,15 uur. WOENSDAG 8 APRIL Bioscoopvoorstellingen 's middags en des avonds, Teyler's Museum. Spaarne 16. Geopend op werkdagen van 11—3 uur, behalve 's Maan-; dags, toegang vrij,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 5