Waarom knoeien? DE WERKLOOZEN. Het licht op den toren. HAARLEM'S DAGBLAD MAANDAG 13 APRIL 1931 VIERDE BLAD Werkverschaffingen te Castricum en te Giethoorn. Verandering in de steunregeling in verband met voorwaarden van het rijk. W. en W. van Haarlem hebben in een uit voerig voorstel aan den raad uiteengezet wat door de gemeenet in den afgeloopen winter gedaan is ter bestrijding van de werkloos heid. 260 man werkten bij werken der ge meente in eigen beheer uitgevoerd, 265 bij de woningbouw en 240 bij ander uitbesteed werk. Bovendien werden 50 werkloozen te Castricum aan den arbeid gezet. Totaal dus 815 man. Thans bestaat er gelegenheid om 24 Haar- lemsche werkloozen naar de rijkswerkver- sohaffing te Giethoorn te zenden De aanvang van de tewerkstelling is be paald op Woensdag 22 April a.s. in den na middag. Hoewel overkomst om de twee weken zal plaatsvinden, zal de eerste maal overkomst plaats hebben na 2 1/2 week. De tewerkstelling kan eindigen aan het einde van November. oZoals uit de voorwaarden blijkt, bedraagt het inkomen per tewerkgestelde gemiddeld f 15 (accoordloon) plus f 3.75 (toeslag) plus f 8 (kostgeld) is f 26,75 (rond f 27). Veelal zal "demand van zijn kostgeld van f 8 nog iets overhouden, welk bedrag hij hetzij aan zijn gezin, hetzij aan zakgeld kan beste- den. Bovendien blijkt uit de voorwaarden, dat in den aanvang nog een trainingtoeslag wordt gegeven. De aan deze tewerkstelling verbonden kos ten, bestaande uit loonen, huisvestingkosten, en reiskosten zullen voor de gemeente per man per week ongeveer f 33 bedragen; voor 24 man der halve 24 maal f 33 is f 792 (rond f 800) en tot einde November over 32 weken 32 maal f 800 is f 25.600. Voor sociale verzekeringen, eventueele ge neeskundige behandeling, eventueele uitrus- tingkosten enz. ware een bedrag van pl.m. i 1.900 te rekenen, zoodat de totale kosten moeten worden geraamd op f 27.500. Het Rijk neemt tot 1 Mei as. 25 pet. der kosten voor zijn rekening, zoodat voor de gemeente 75 pet. resteeren. Tot Gedeputeerde Staten van Noord-Holland is het verzoek ge richt een bijdrage te verleenen van de hellt van hetgeen voor rekening van de gemeente komt. Voor de gemeente blijft alzoo in totaal 37.5 pet. der kosten. Is deze geboden gelegenheid om een 24*tai gezinnen aan de steunverleening te onttrek ken en een inkomen uit arbeid te verschaffen ongetwijfeld niet zonder beteekenis, het groot aantal werkloozen (het aantal werk zoekenden ingeschreven bij de Gem. Arbeids beurs bedraagt momenteel 1728, waaronder 1612 werkloozen, terwijl het aantal ingeschre venen om denzelfden tijd als thans in 1930. 1005, in 1929: 951 en in 1928: 757 was) maakt het zoo betoogen B. en W. verder noodig dat nevens de tewerkstelling van Haarlem- sbhe werkloozen in Giethoorn ook gedurende de zomermaanden de werkverschaffing op het provinciaal Landgoed te Castricum, oorspron kelijk bedoeld alleen voor de wintermaanden, zal kunnen blijven doorgaan, weshalve B. en W. een daartoe strekkend verzoek hebben ge richt aan den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw en aan Gedeputeerde Staten van Noord-Holland. Afgescheiden van de hierboven uiteengezet te voorzieningen, blijft voor de gemeente Haarlem steunv er leening aan een groot aan tal werkloozen over, welke steunverleening groote offers van de gemeentekas vergt. Het 'verschijnen van de circulaire van 7 Januari 1931 bood de gelegenheid van Rijks wege bijdrage in de kosten voortvloeiende uit de steunverleening te verkrijgen. Dat de kosten voor onze gemeente niet ge ring zijn, moge blijken uit het volgende: aan de bouwvakarbeiders is in de maand Februari j.l. pijn. 9.000 aan steun uitgekeerd, aan de metaalbewerkers in dezelfde maand pl.m. f 3.250, terwijl alleen aan steun aan uitge- trokkenen gedurende het eerste kwartaal van J931 is uitgegeven pl.m. f 30.000. Nader overleg heeft tot gevolg gehad, dat de Minister bereid is, zijn steunregeling bij aanvaarding door den raad geldig te verklaren voor de volgende, in onze gemeente werklooze arbeiders: a. Land- en Tuinbouwarbeiders, b. Meubelmakers en Stoffeerders, c. Metaalbe werkers, d. Sigarenmakers, terwijl ook voor bepaalde groepen transportarbeiders geldig verklaring in uitzicht is gesteld. Over het tijdvak van 22 Maart t.m. 2 Mei as. (wanneer het percentage zal worden her zien) is de Minister bereid 30 pet. bij te dra gen in de gedane uitkeeringen, wat vermoe^ delijk zal neerkomen op een bedrag van ruim f 350 per week. Hierbij zij opgemerkt, dat het niet is uitgesloten, dat te eeniger tijd meer dere groepen in de steunverleening worden opgenomen, terwijl ook eventueel van 2 Mei a.s. af het subsidie-percentage kan worden verhoogd, tengevolge waarvan de bijdrage van Rijkswege voor subsidie hooger zal wor den. Het tarief voor uitgetrokkenen is door den Minister vastgesteld: a. voor gehuwden en ongehuwde kostwin ners tot een maximum van f 13.50 per week, benevens f 1.50 per week per gezinshoofd boven de 2 personen. B. en W. zal voor kostgangers f 8 per week als tarief voor de reglementair nog niet recht hebbenden en dubbel-uitgetrokkenen worden voorgesteld: a. voor gehuwden en ongehuw de kostwinners tot een maximum van f 12.50 per week, benevens f 1.25 per gezinslid boven de 2 personen; b. voor kostgangersf 8 per week. Voor ongeorganiseerden: a. voor geduwden en ongehuwde kostwinners tot een maximum van f 10 per week, benevens f 1 voor elk ge zinslid boven de 2 personen; b. voor kost gangers f 7 per week. B. en W. merken op, dat weliswaar de Rijks regeling niet rept van een afzonderlijke rege ling voor de ongeorganiseerden, maar dat bij nader overleg is gebleken, dat daartegen geen bezwaar bestaat, terwijl B. en W. op deze onderscheiding prijs stellen, mede ook hier om dat de tarieven zooveel mogelijk zullen overeenkomen met de reeds bestaande. Een punt van verschil tusschen de vi- geerende gmeentelijke steunregeling en de Rijksregeling is de aftrek van de inkomsten, zoowel van de gesteunden zelf als van de leden van hun gezin. Bij de gemeentelijke regeling wordt de helft, bij de Rijksregeling 2/3 in mindering gebracht. Het rijk is niet genegen de Haarlemsche regeling te aanvaarden, zoodat de helft der gezinsinkomsten afgetrokken zal moeten worden. B. en W. merken op, dat de rijkshulp als één complex van maatregelen moet worden beschouwd. Het is derhalve niet mogelijk daar een deel van te aanvaarden en een deel te verwerpen. Afwijzing van de steunregeling dreigt te leiden tot verlies van subsidies voor de werkverschaffing, niet aanvaarding van de werkverschaffing heeft verlies van de sub sidie voor de steunregeling tengevolge. ALGEM. VEREEN. VOOR BLOEMBOLLENCULTUUR. Overproductie van talpen. ONTSTEMMING IN HET BUITENLAND. Heden, Maandag, hield de Alg. Vereen, voor Bloembollencultuur in de bovenzalen van „de Kroon" haar aangekondigde algemeene ver gadering. De voorzitter, de heer E. H. Krelage, zeide in zijn openingsrede o.m. het volgende: Sedert de vorige algemeene vergadering doorleefde de vereeniging een veelbewogen tijdvak, rijk aan prettige zoowel als aan on aangename ervaringen. „Kon ik in onze December-vergadering nog spreken van een naar omstandigheden ge zonden toestand van het bloembollenvak, omdat het van de wereldcrisis nog geen noe- menswaardigen invloed had ondervonden, in de sinds verloopen maanden heeft zich de toestand gewijzigd, niet zoozeer als gevolg van die crisis, dan wel als uitvloeisel van de reeds eerder ongunstigen toestand in den landbouw en in de groenteteelt, waardoor steeds meer bedrijven in bollenteelt werden omgezet. Een belangrijke uitbreiding der tul penteelt was daarvan het gevolg en in de laatste maanden hebben wij ons een denk beeld kunnen vormen van den omvang van de overproductie van dit artikel, door de groote hoeveelheden getrokken tulpen, die van ons land uit naar het buitenland ver zonden zijn. Bestond dit te veel aan tulpen niet, dan zou het aantal bloemen voor export niet noemenswaardig zijn geweest, en al thans niet den nadeeligen invloed op den bollen-export hebben gehad, die dit seizoen kenmerkt. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. Roep J. Lotfgering Reinigen Verven Stoppen Gr. Houtstr. 5a Tel. 10771 Deze moeilijkheden ondervindt de bollen- export op 't oogenblik in hooge mate zoowel in Engeland, als in Duitschland en Frank- rijk. De verklaring dat de verzenders der bloemen geheel afzonderlijke bedrijven heb ben en dat zij in geen verband staan met de exporteurs van bloembollen, blijkt niet. vol doende om de buitenlandsche klanten te be vredigen. Zij hebben slehcts ook voor 't feit, dat op het zelfde oogenblik, waarop zij gereed staan de door hen zeiven getrokken bloemen aan de markt te brengen, waarvoor zij de grondstof: bloembollen uit Nederland tegen normale prijzen hebben gekocht, hun land over stroomd wordt door Nederlandsche bloemen van bolgewassen, tegen zeer lage prijzen voor evengoede kwaliteit als die de buitenland sche trekker zelf heeft gekweekt. De ontstemming van den buitenlandschen broeier als geregelde kooper van Nederland sche bloembollen is volkomen gerechtvaar digd, en zou zich in de toekomst wel eens kunnen uiten in onthouding van den aan koop van bloembollen. Wil men het zoover laten komen? En hoe zal men het uiterst moeilijke vraagstuk op lossen? Wanneer men doorgaat, jaarlijks een teveel aan bloembollen te telen, zal het over schot steeds via de veilingen de trekkers in ons land bereiken en zullen deze doorgaan hun honderden millioenen tulpenbloemen op de buitenlandsche markt te werpen. De ver koop van bollen aan de buitenlandsche trek kers zal daardoor belangrijk inkrimpen. Neemt men zich echter voor, zijn overschot niet tegen lagen prijs op te ruimen en wordt deze gedragslijn algemeen gevolgd, dan zul len de binnenlandsche trekkers niet in staat zijn goedkoope bollen voor den vroegbroei te krijgen en wordt een eind gemaakt aan de overstrooming der buitenlandsche markten met bolbloemen. Dit zou natuurlijk beteekenen, derving van eenig geldelijk voordeel, maar men zou er zich het behoud van de buitenlandsche koo- pers door verzekeren. Het geeft echter niets, of de eenling dat doet; het moet algemeen geschieden en de ervaring heeft nu wel af doende geleerd, dat men, althans bij het ar tikel tulpen, waarop het hier aankomt, niets bereiken kan door afspraken of verbintenis sen op het gebied der teeltbeperking. En daarom zal het verloop van deze in zinking zich wel niet onderscheiden van dat van overeenkomstige vroegere perioden, en zal door den gebruikelijken kringloop van lage prijzen inkrimping van teelt her stel van de juiste verhouding tusschen teelt en verkoop weer een normale toestand worden bereikt. Een zwarte bladzijde in de geschiedenis van het bloembollehbedrijf wordt gevuld door hetgeen zich in Amerika heeft afge speeld bij de conferentie, door de Plant-Qua- rantaine Administration uitgeschreven ten einde na te gaan of het invoerverbod voor narcissen gehandhaafd moest worden. Uit de mededeelingen van een comité van in Amerika vertoevende Nederlandsche bol- lenexporteurs, opgenomen in het Weekblad voor Bloembollencultuur, is af te leiden dat eenige andere Nederlandsche firma's in on derling overleg al het mogelijke in het werk hebben gesteld om het invoerverbod voor narcissen door de Amerikaansche regeering te doen handhaven. Het is in hooge mate bedroevend en te leurstellend, dat daaronder firma's zijn, die wij meenden tot de eersten van ons vak te mogen rekenen, wier firmanten of directeu ren deel uit maken of gemaakt hebben van onze besturen en onze commissies, wier in zendingen geregeld op onze keuringen ver schijnen, en die wij nimmer in staat zouden hebben geacht tot een actie in zoo flagran- ten tijd met het algemeen belang van den Nederlandschen bloembollenhandel. Wij kunnen een open oog hebben voor de belangen, die deze firma's allengs in Ameri ka hadden verkregen, wij zouden er vrede mede kunnen hebben indien zij, ter liquida tie van die belangen, een overgangstijd had den bepleit, vóór dat tot eventueele openstel ling van Amerika voor narcissen werd over gegaan, maar er bestaan geen enkele ver ontschuldiging voor de antï-Nederlandsche houding, die zij hebben aangenomen en het is nog zeer de vraag, of zij hun eigen belang daarmede hebben gediend. Wij zullen eens rustig moeten overwegen, of er iets. en wat. gedaan moet worden om het vakbelang te vrijwaren tegen een herha ling van het gebeurde. Overijlde maatrege len. onder den verschen indruk der alge meene verontwaardiging, verdienen stellig geen aanbeveling, en terugwerkende kracht zouden eventueele reglementaire bepalingen, die wij noodig mochten achten, tóch niet kunnen hebben. Maar in allen gevalle kun nen de vereenigingen er tegen waken, dat aan degenen, die ons vak dit hebben aan gedaan, posten van vertrouwen in het orga nisatieleven worden toevertrouwd". Voorts vestigde spr. de aandacht op het schitterend slagen van de Kerst- en de Fe bruari - ten toons teil tngen Hierin ligt een aanwijzing, dat op dezen weg moet worden doorgegaan en dat regel matig Kerst- en Februari-tentoonstellingen in het eigen gebouw moeten worden gehou den. GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN. Adriani, Prinsenbolwerk 5, armband, Co- ment, Scheeperstraat 19rood, bril in étui. Ratsma. Oude Raamstraat lOzw.. ceintuur. Balm, Kamperstraat 32, geldstuk. Vos, Schre- veliusstraat 50, horloge. De Jager, Minahas- sastraat 8. hondenhalsband. Kennel Haerlein, hond, gevonden door Jansen Spaarnwouder straat 19; idem, hond, gevonden door Jorna, Azaliastraat 27; idem. hond. Ten Have, Spionkopstraat 2, kerkboekje (R.K.). Veer man, Goedzeestraat 10. mes. Reinalda. Tesla- straat 36. portemormaie met inh. Bijnema, A. L. Dyserinckstraat 56, onderdeel van vlie genden hollander.. Hogervorst, Spaansche- vaartstraat 105, portefeuille met inhoud. Baas, Pijnboomstraat 70. rijwielplaatje. Ro mein, Spaarnhovenstraat 40. rozekrans. v. d. Kort, H. van Alphenstraat 6, rijwielplaatje. Braak, Glasblazerstraat 19, trui. De Nijs, Spaarnoogstraat 20, nijptang. BURGERLIJK ARMBESTUUR. Ter verbetering van de huisvesting van het Burgerlijk Armbestuur in het Proveniers huls aan de Groote Houtstraat no. 144 is een plan gemaakt. De kosten worden begroot op f 6.415. Het komt B. en W. gewenscht voor tegelijk met de verbouwing in de bestaande en nieuw te maken lokalen eene centrale verwarming te doen aanbrengen. Het meest economisch is het maken van een warmwaterverwar ming, gestookt door cokes, omdat er een concierge is, die voor het stoken kan zorg dragen. De kosten van aanleg der verwarming met inbegrip van het maken van een nieuwen schoorsteen, breek-, timmer-, metselwerk enz., benevens het verven van radiatoren en leidingen worden begroot op f 4750. B. en W. stellen den Raad voor tot uitvoe ring van genoemde werken een bedrag van f 11165 beschikbaar te stellen. BEZUINIGING OP DE INDISCHE DEFENSIE. ZESTIG MILLIOEN IS GENOEG. Aneta seint uit Batavia, dat blijkens de Memorie van Antwoord inzake de crisismaat regelen in 1934 de gewone uitgaven van het departement van oorlog de f 60 millioen niet meer te boven zullen mogen gaan, Uitgaven voor moderniseering van de defensie middelen blijven voorhands achterwege. Voorloopig wordt' afgezien van de kustverdedlgings- werken van Soerabaja, de luchtverdiging van Soerabaja en Tandjong Prlok en de verdedi gingswerken van de oliehavens Ballk Papan en Tarakan op Borneo. Verdere bezuiniging wordt overwogen door reorganisatie van het leger, eventueel door vermindering van be paalde eenheden. De Volksraad za! hierom trent worden gehoord. Onzeker is of inkrim ping reeds in de begrooting voor 1932 kan worden opgenomen. Voor 1931 wordt op den buitengewonen dienst 48 mille bezuinigd op wo ningbouw; op den gewonen dienst ruim f 4 millioen, waarvan ruim f 3 millioen op materleele voorzieningen en defenslemoderniseering en de rest op oefenin gen en personeel. Voor de handhaving van rust en orde blijft het leger ten volle berekend. A. V. R. O. ACTIE-COMITé HAARLEM. Zaterdagmiddag was het feest voor do kleine luistervinken van de A.VH.O. in den Schouwburg aan den Jansweg, die met A.V.R.O.-viaggen was versierd. Er was geen plaats onbezet en de kinderen hebben echt genoten. Namens het Comité sprak de heer Van Eek een kort welkomstwoord. Spr. gewaagde van de plannen voor het houden van een optocht op Hemelvaartsdag en wekte de kinderen op. de A.V.R.O.-vlag mee te nemen. Voorts zelde spr. dat de comités zullen blijven strijden voor verlengden zendtijd op eigen zender. Daarna was het woord aan mevr. Antoinette van Dijk, de bekende en beminde verzorgster van het wekelljksch kinderuurtje der A.V.R.O. Men weet het: Antoinette van Dijk heeft er slag van de kinderen dadelijk te pakken. Er gaat van haar vriendelijke, sympathieke en ook 'n klein beetje „ondeugende" persoon lijkheid iets uit. dat onmiddellijk iets in de kinderziel doet meetrillen. Wat 'n succes had zij met haar aardige A.V.R.O.-liedjes, vooral met het poppenlled voor de meisjes en het reislied voor de jongens, waarbij de kinderen voortdurend in de handeling worden betrok ken. En niet minder groot was het succes van den heer Henri Nolles. die met virtuositeit de poppenkast vertoonde, waarmede hij de avonturen van Tom in Kabouterland de revue deed passeeren. Het was een genot, te zien hoe de kinderen meeleefden en te hoo- ren. hoe Tom telkens gewaarschuwd werd, als 'de booze houthakker in aantocht was! ons compliment aan den heer Nolles voor zijn vroolijke inleiding, voor de aardige décors en de mooie poppen. Zijn succes was wèlverdlend. Tenslotte weer optreden van mevr. An toinette van Dijk als grootmoeder, die sprook jes vertelde. Het was meesterlijk zooals zij dc geschiedenis van Asschepoester verhaalde. De kleinen waren een en al spanning. Toen nog wat versjes en daarna had d« heer Van Eek de aangename taak de uitvoe renden, waarbij ook de pianiste mevr. De Ridder, te bedanken. Een jongen bood mevr. De Ridder en een klein meisje mevr. van Dijk bloemen aan. De heer Nolles ontving ook een souvenir. Het was een aardig besluit, van den 700 welgeslaagden middag: grootmoeder in haar makkelijken stoel op het tooneel, met de kleine meid op haar schoot, die haar de mooie bloemen had gegeven! HET JUBTI EUM VAN „SINT CAECILIA". Ter gelegenheid van zijn eerste lustrum hield het R.K. Mannenkoor „Sint Caecilla Zaterdagmiddag een receptie in het gebouw „Sint Bavo". welke zeer druk bezocht werd. Telegrammen met gelukwenschen waren gezonden door den R.K. Vrouwenbond, door het Tweede Kanvrlld Ch. van de Bilt. rector J, P. J. Kok. prof Th. van der Wiel en den heer P. J. van Kcssel, voorzitter van de Sint Vincentiusvereeniging, welke allen ln het ecre-comité zitting hadden genomen. Bovendien werd het jublleerende bestuur met een aantal fraaie bloemstukken verrnst en wel van den R.K. Volksbond, den R.K. Gra- fischen Bond, dc Koninklijke Liedertafel „Zang en Vriendschap", den Bond van Over heidspersoneel en den Bouwarbeidersbond „Sint Jozef". Aanwezig waren deputaties van de corpo raties „Alberdingk Thijm". den Chr. Oranje- bond, „Zane on Vriendschap", den Bond van Overheidspersoneel, den R.K. Bond van Han dels-. Kantoor- en Winkelbedienden, den R.K. Grafischen Bond, den R.K. Bond van Technici den Bouwarbeidersbond „Sint Jozef", den R.K. Volksbond, het Comité van Katholieke Actie, dc R.K. Middenstandsvereeniging en de Ka tholieke Oratorlumvereeniging. Mgr. J. D. J. Aengenent was verhinderd op de receptie tegenwoordig te zijn en had het bestuur zijn welgemeende gelukwenschen doen overbrengen. DOODELIJK ONGELUK OP EEN MOTOR- LOGGER De schipper van den motorlogger ..Katwijk 149", Arie van der Plas, 31 jaar oud is op zee tusschen de winch bekneld geraakt en aan de gevolgen overleden. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN fcfl Cu. prr reRcl. Naar buiten op een KIEOfM* Verlaagde prijzen Stokvis fabrikaat FEUILLETON. Avonturen van een journalist-detective gedurende den grooten oorlog. yertaald uit het Deensch door P. J. AERSSENS 19)' Nu wandelde Vosz de Landmarkt op en belde in een publieke telefoon Cronsen op. „Is er nog geen antwoord gekomen van dien man uit Hamburg?" „Ja, ik heb juist een telegram ontvan gen". „En?" „Kan helaas niet komen. Aaboe kan de zaken verder afdoen". „Is dat alles?" „Ja en van Aaboe hebben we niet vee: te verwachten". „Och nexen. Maar u zult 't zien, die meneer Hansen komt nog". „Denkt u dat?" „Ik zou erom durven wedden, dat hij morgenmiddag hier is". „Hoe zult u dat aanleggen?" „Nog 'n telegram sturen. Mag ik mij weer van uw naam bedienen?" „Gerust!" „Goed. Is u vanavond nog op uw bureau?" „Ja, da't wil zeggen „Het zou wel goed zijn, als ik u daar nog kon treffen". „Waarom?" „Omdat ik u binnen enkele uren een paar arrestanten kom brengen. Zij wachten hier yoor de val". „Voor welke val?" „Voor hun eigen hol" „Waar is dat?" „In de crypte van de Trinitatis-kerk. Maar excuseer me; ik heb haast. Ik zal nog even een telegram naar Hamburg verzenden". „Afgesproken". Vosz telefoneerde nog gauw met het tele graafkantoor en gaf een telegram op. Dan dook hij weer in zijn nis. Petersen stond nog steeds naast zijn mandje met bloemen. Het was nu negen uur. Het liep tegen half tien en daar hoorde hij een zacht geruisch. Hij sloop naar voren om te kunnen zien wat er gaande was en hij zag, wat hij verwacht had. De gedenksteen week langzaam terzijde, heel langzaam. Aan den eenen kant was nu een opening, gx-oot genoeg om een mageren man doorgang tp verschaffen. Vosz zag een hand te voor schijn komen. De hand tasttte over den rand van het voetstuk en klemde zich dan stevig vast, alsof de persoon, wien deze hand toebehoorde, voornemens was zich op te trekken. Vosz bleef waas hij was. Hij gaf Peter Petersen, die zich vlug in een hoek terug getrokken had, een teeken, dat hij zich voor loopig kalm moest houden. Deze val zou haar werk zelf wel doen. En zoo stond Vosz dan eenige minuten met een kalmte, die waarlijk verbluffend was. Hij zag, hoe de hand door een arm ge volgd werd en dan verscheen het bovem lichaapi, van een kieinen goedgekleedert man. Vosz stond gereed om toe te springen. Maar het was nog te vroeg. De man keek eerst omzichtig rond. Toen er niets verdachts te bespeuren viel, boog hij zich voorover, stak zijn arm door de opening en trok een tweeden man naar boven. Samen duwden zij de steen op zijn oor spronkelijke plaats en grepen dan het ijze ren hek vast, hetwelk het gedenkteeken om gaf, met de bedoeling er overheen te klaute ren. Doch op hetzelfde oogenblik stieten beiden een doordringenden gil uit en klamp ten zich vaster en vaster, bijna krampachtig, vast aan het hek, dat onder electrisdhen stroom stond. Nu sprong Vosz toe. Ook Petersen, die zijn vrouwenkleeren afgeworpen had, was ter plaatse, en een oogenblik later hadden de beide mannen de handboeien om. Buiten zichzeive van woede keken zij Vosz aan en hij, die 't eerst over de omheining wilde klimmen, sprak bevend van toorn: „Wacht maar, m'n beste meneer Vosz. Nog *n poosje geduld en u bent aan de beurt, u en Yvonne. Dat zult u ons duur betalen". Deze woorden deden Vosz goed. Had Yvonne hen dan werkelijk verlaten? Was het niet haar bedoeling geweest om hem in den rug aan te vallen? Was de vrees dan alleen te wijten geweest aan zijn oververhitte fantasie? Hij dorst het nog niet te gelooven, maar wilde er nu verder niet meer aan denken Er was nog zooveel, dat zijn gedachten in beslag nam. Vosz liet door Peter Petersen, den kran- tenverkooper" en eenige agenten, die in de buurt geposteerd waren, de beide arresten- ten naar het politiebureau brengen. Zelf stapte hij op het gedenkteeken toe Hij sprong op het voetstuk, zette zijn schouder tegen den zwaren steen en duwde dien opzij. Het ging gemakkelijk, heel licht zelfs en voor zijn voeten lag nu een donkere diepe schacht. Hij draaide zijn electrische lantaarn aan en keek in de diepte. Onge veer anderhalven meter onder den grond zag hij een soort stoepje. Hij liet zich naar be neden zakken en bevond zich nu in een graf kamer. Hij gruwde even, toen hij zag, dat dat gene wat hij voor een stoepje gehouden had, een grafsteen was, Het gat waar hij zich doorheen had laten zakken, was blijkbaar in groote haast uitgehouwen: op den grond lag een hoop steenbrokken en kalkstof. Alles was werkelijk zoo, zooals Vosz het zich voorgesteld had. Er was eigenlijk niets wat hem nog kon verrassen, ook niet een tweede gat, in den muur, welke deze graf kamer van een andere scheidde. Vosz kroop op zijn knieën door de opening, welke ongeveer een meter hoog was. In het nieuwe vertrek, waar hij nu kwam, bevon den zich vier graven, twee groote en twee kleine, blijkbaar kindergraven. Waarschijn lijk was dit dus een familiegraf. Maar Vosz had nu geen tijd, om zich in beschouwingen te verdiepen. Hij moest verder. In den muur gelegen tegenover dien, waar hij zooeven doorgekropen was, zat weer een gat. Vosz liep aldoor verder en vond nog drie muren, alien met een uitgehouwen opening Ieder ander zou op zulk een ontdekkings reis een vreemde en griezelige gewaarwor ding gevoeld hebben. Vosz liet zich echter niet afschrikken. Omgeven door grafzerken en te midden van deze muffe atmosfeer en de vochtige muren, een modderlgen bodem met vleze spinnewebben in de hoeken, be dacht hij hoe noodzakelijk het was, deze ruimte flink te ventileeren. Anders zal het hier minder behaaglijk zijn, overlegde hij bij zichzelf. Eindelijk kwam hij in het laatste ver trek. Zooals aan alles duidelijk te zien was, hadden de beide boeven deze kamer ingericht als „werkkamer". Het rook er naar petro leum. Kwam uit! Daar stond een petroleum lamp, die-nog maar pas uitgedoofd was. Toen Vosz het licht van zijn lantaarn door het vertrek liet schijnen, zag hij een aller zonderlingste inrichting. In 't midden stond een groote, vierkante grafsteen die blijkbaar voor een soort schrijf tafel gebruikt werd. Daarnaast een geheim zinnig toestel; veel draden en knopjes en, .aueiijes; zeer ïngen.eus geconsirueeru. Hier bij liet Vosz echter zijn gedachten niet lang sti'. staan; hij had zoolets hier verwacht. Maar daar stond ook eentelefoon! Hier onder in de crypte der kerk, in een grafkamer, die misschien honderd en meer jaren dichtgemetseld was geworden, hier stond op een grafsteen een telefoon. Nu begreep hij, hoe het die beide kerels mogelijk was met Yvonne te tclefoneeren, terwijl zij toch in den toren waren. Toen hij dat zij hun schuilplaats verlaten hadden. En zijn plan was dan ook geweest ,hen te van gen, ais zij naar binnen wilden. Maar nu was ook dit raadsel opgelost. HIJ nam den hoorn op en belde. Vosz kou zijn eigen ooren nauwelijks ge looven, toen hij de stem van de telefoonjuf frouw hoorde, die zich meldde: „Stad". „Kunt u mij ook zeggen Juffrouw, van welk nummer uit ik hier telefoneer?" „Van welk nummer uit u telefoneert?" „Ja". „Dat is stad 2965. Maar u kunt het num mer toch op het toestel vinden?" „Neen, Juist niet. Het nummer Is verwij derd", sprak Vosz. Dan vroeg hij: „Op wiens naam staat 2905?" Enkele oogenbhkken later kwam het ant woord: „Thomsen. Noordstraat". Nu ging Vosz een licht op! Dit was dus de telefoon uit de woning, die de beide boeven van den kunstschilder Harald Thomsen ge huurd hadden, vlak tegenover het kantoor van Viggo Hansen. Dat één van hen electro- technicus moest zijn, daar hoefde hij niet aan te twijfelen. Het was werkelijk vernuf tig bedacht! (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 11