6fi
GESTRAFT.
RAADSELS
3. (Ingez. door W. B. Z.)'
Figuurraadsel.
De raadselprijzen voor de maand
Mei zijn bij loting ten deel gevallen
aan:
WIPNEUSJE, NEVADA, CROCUSJE
en BALLENBREISTERTJE
die ze Woensdag 11 Juni bij mij mo
gen afhalen.
(Deze raadsels zijn ingezonden
door Jongens en Meisjes, die Onze
Jeugd lezen.)
Iedere maand worden onder de
beste oplossers vier boeken verloot.
AFDEELING I
(Leeftijd 10 Jaar en ouder.)
1. (Ingez. door Goudsbloem).
Ik ben een spreekwoord van 47 let
ters.
I 2 3 4 is niet weinig.
36 38 39 7 6 11 is een jong paard.
31 32 33 is niet wijs.
14 42 is een lidwoord.
45 8 44 28 is een deel van het been.
37 46 20 23 47 21 24 doet het veel in
Nederland.
13 12 19 30 35 is een getal.
22 34 11 40 10 37 zit aan de hand.
9 26 4 is niet leeg.
5 15 17 25 27 is een ander woord
«foor menigte.
14 15 16 17 18 is niet veel.
19 20 21 22 23 24 is een werkwoord.
28 26 is een verkorte meisjesnaam.
29 30 is lidwoord.
39 is een persoonlijk voornaam
woord.
43 44 45 46 47 is een werkwoord.
2. (Ingez. door Heideprinsesje.)
Neem uit de volgende schuilnamen
telkens een letter, zoodat er éen nieu
we schuilnaam gevormd wordt.
Hunkerhartje, Katuil, Wenda Prin
ses Zonneglans, Tamboer, Draaitol,
Blondine, Kerstroosje, Goudelsje,
Lelie.
3. (Ingez. door den kleinen Orge
list.)
Mijn geheel is een spreekwoord van
S7 letters.
3 2 1 is groente.
14 35 36 37 is een vrucht.
21 15 23 is niet knap.
II 12 13 33 dragen we op 't hoofd.
26 4 28 is een ander woord voor
'huid.
29 27 2 16 32 31 zijn in de zee.
34 22 12 8 is een hemellichaam.
19 24 20 5 is een ander woord voor
beest.
6 7 31 12 is een watervogel.
9 30 33 18 30 hebben vele huizen.
21 22 12 8 is een jongensnaam.
33 17 4 is een soort hert.
9 10 11 12 13 14 loopt in de wel.
24 25 is een vorm van 't werkwoord
Bijn.
4. (Ingez. door Klaproosje.)
Mijn geheel is een twee-regelig
persje van 27 letters.
8 9 10 groeit op het land.
7 11 12 6 moet door het meel.
Met 4 5 27 wrijft men meubels.
15 26 1 is een meisjesnaam.
3 2 18 13 is soms een wandversier-
eel.
14 16 21 is een kleedingstuk.
23 24 12 is vischtuig.
25 20 21 is een knaagdier.
22 17 13 14 is een honingzuiger.
19 20 21 1 10 is de gezondste drank
5. (Ingez. door Elfenkoningin).
Wie kan uit deze dooreen geworpen
letters een kunstwerk van Egypte
maken?
Pa die rym?
6. (Ingez. door Bloemenfee.)
Haal uit de volgende schuilnamen
telkens één letter, zoodat ge den
naam van een bekend radiozanger
krijgt,
Kelkje, Lelie, Nevada, Wipneusje,
President Kruger Kwikzilver, Goud-
visch, Gentiaan, Francis Vere,
AFDEELING II
(Leeftijd 9 jaar en jonger).
1. (Ingez. door Prinses Zonneglans)
Ik ben een vat,
Zonder hoepels, zonder banden,
Ik wordt vervoerd in kisten en
manden,
Ik ben gevuld met tweeërlei nat,
Ra. ra, wat is dat?
2. (Ingez. door Knipperdolletje.)
Verborgen beroepen.
a. Wat doet Ger Als?
b. Wat doet Rie Kelwin?
c. Wat doet Ko Relemb.
Wie kan van de letters uit deze
figuur een plaats maken, waar we
graag naar toe gaan?
4. (Ingez. door W. B. Z.)
H is een ander woord voor
rustplaats.
A i is vierhandige dieren.
A groeien op het land.
R heeft ieder huis
L is in den Hout te vinden.
E is een viervoetig dier.
M is een gezonde drank.
5. (Ingez. door W. B. Z.)
Vierkantraadsel.
een jongensnaam,
geen man.
een soort bus om water in te doen,
een geldstuk of herdenkingsteeken
De kruisjes van links naar rechts
en van boven naar beneden moeten
denzelfden naam noemen.
6. (Ingez. door W. B. Z.)
Kruisraadsel.
xxxxxxxxx
een medeklinker,
is aan ieder huis
zijn wij
is een bange jongen,
is aan de jeugd gewijd,
een bank om op te zitten,
een plaats in den Achterhoek,
verfrisschend.
een medeklinker.
De kruisjes in verticale en horizon
tale richting noemen iets, dat weke
lijks voor jullie verschijnt.
Raadseloplossingen
De raadseloplossingen der vorige
week zijn:
AFDEELING I
1. Spreken is zilver en zwijgen is
goud.
2. a. Handschoen, b. De letter o. c.
zout, d. een strijkkwartet.
3. Maagdenburg.
4. Moeders tred is uit alle andere te
herkennen.
5. Als de zon is in het westen,
Zijn de luiaards op hun besten.
6. Johan van Oldenbarneveld.
AFDEELING II
1. a. Pottenbakker, b. Bierbrouwer.
2, In Mei leggen alle vogeltjes een ei
Behalve de koekoek en de griet
Die leggen in de Meimaand niet.
3. Juni.
4. Bloeimaand.
5. Rapport.
6. a. Taart. b. koek. c. taai. d. bal.
e. reep. f. ijs.
Goede raadseloplossingen ontvan
gen van:
Alba 6 Goudelsje 6 Goudsbloem 6
Naamiooze 2 Prinses Zonneglans
Wenda 3 Naamiooze 6 Nachtegaaltje
4 President Kruger 5 Admiraal de
Ruyter 5 Oppetom 5 Het Jonge In-
-dlaantje 6 De Orgelist 5 Een Naam
iooze 5 Nachtvlindertje? 5 Het kleine
Molenaartje 4 Bloemenfee 6 De klei
ne Violist 6 De kleine Vogelvriend 6
Gouden regen 6 Vliegenlertje 3 Klap
roosje 3 Juffertje Leesgraag 3 Goud-
visch 4 Vijfhuizen 5 Knipperdolletje
3 Prinses Marie 6 Prinses Juliana 5
Heideprinsesje 5 Willem van Oranje
5 Zangeresje 5 De kleine Piloot 6
Schaatsenrijdstertje 5 Vingerhoeds
kruid 5 Moeders Kleinste 4 Trambe
stuurder 6 Wipneusje 6 Egmondertje
6 De looze Vos 5 Uitlooper 6 Nevada 6
Tuinierstertje 3 Directeurtje 6 Tam
boer 5 Graaf Lodewijk 5 Karei I 6
Balsemientje 4 Lelie 6 Elfenkoningin
4 Blauwoogje 6 De kleine Bouwer 6
Poppen verpleegstertje 6 Blondine 5
Kerstroosje 6 Graspieper 3 Crocus je
4 Zwartkijkertje 6 De kleine Zeeman
6 Ballenbreistertje 6 Goudelsje 6 Mid
delmootje 4 Zangertje 4 Waterrotje 6
Vaders Jongen 6 Zwartkopje 6.
MEI-WEDSTRIJD
Inzendingen ontvangen van:
De kleine Fluitspeler oud? Eg
mondertje, oud 13 jaar, Willem van
Oranje, oud? Alba, oud 11 jaar, Wip
neusje oud 13 jaar, Trambestuurder,
oud 12 jaar, Moeder Kleinste oud 9
jaar, Blauwoogje, oud 14 jaar, De
kleine Bouwer, oud 11 jaar, Poppen-
verpleegstertje oud 9 jaar.
UITSLAG VAN DEN MEIWEDSTRIJD
Het spreekwoord luidt: Geen rozen
zonder doornen. Ik ontving precies
20 inzendingen, die goed waren. Zoo
dat ik 2 prijzen beschikbaar heb ge
steld. Op iedere 10 inzendingen heb
ik één prijs verloot. De gelukkige win
naars zijn: PINKSTERBLOEMETJE,
oud 9 jaar. BLAUWOOGJE, oud 13
jaar.
Deze Rubriekertjes mogen Woens
dag 10 Juni bij mij hun prijzen ko
men halen.
RUILRUBRIEK
DE KLEINE FLUITSPELER, Turf
markt 8 (winkel) heeft Weegschaal
tjes, Indiaantjes, Kwatta, Sickesz,
Kamerplanten, Quaker, Blauwe Rei
ger, v. Woerkom, Carels, Universeel,
Sopla, Rademaker, Hag-, Mavrides,
Crecent, Pirate, Pleines, Hilles
Zwerftochten, Oude Meesters, Quick.
Hiervoor vraagt hij Pleines Duifjes,
Douwe Egbert, Droste, Pelikaan, Zee
water, Leupen, Paddenstoelen.
KAPSTERTJE, Bilderdijkstr. 1 rood
heeft 4 Kwatta, 1 Sickeszwapen, 4
sigarenbandjes, 1 Buisman lepeltje,
1 Serie Schepen ansichten. Hiervoor
vraagt ze wapens, bloemen en vlin
ders. Ruiltijd Zaterdag van half 3-5.
CATRIEN VAN WAARDE, Brou
wersvaart 64 heeft 5 Pleines, 13 Tur-
mac, 30 v. d. Linden 4 Weegschaaltjes
9 Karnemelk, 30 Roodband, 3 Erdal,
2 Scholten, 10 Hille, 1 Zeewater, 2
Sickesz, Voor dit alles vraagt ze
Kwatta-sold., Amstelpenningen, Sun
light, Vim, Rinso, Lux, Leupen, Dros
te (kop en schotel) Bloemen en Vlin
ders.
GRASPIEPER, Clercqstr. 71 rood,
heeft 20 Hille (Gelderland) 3—1, 20
Quacqer 1—1. 50 Sickesz 3—1. Hier
voor vraagt hij Sunlight, Vim, Rinso,
Lux, en Radion-bonnen.
THEO VISSER, Brederodestr. 2,
heeft een lief, zwart poesje. Wie het
hebben wil, mag het komen halen.
HET JONGE INDIAANTJE, Eiken
straat 24 Haarlem-Noord, Boomen
kwartier heeft 3 Weegschaaltjes, 4
Sickesz-wapentjes, 5 Kwattasold. 2 A.
J. Polakbonnen, 2 Pirate, 11/2 punt
Bato, 1/2 punt Sopla, Dit alles wil hij
ruilen voor Voetbalpl. 3de serie. Ruil
tijd Maandag, Donderdag Vrijdag
van 4.30 tot 5.30.
ADMIRAAL DE RUYTER, Rozen-
prieelstraat 3 heeft 22 Sickesz, 1 Wa
jang, 2 Pirate, 3 Turmac, 3 Miss Blan
che 2de Serie, nrs. 155, 142, 211, 5
Perzische tapijtjes, 1 Pelikaan, 8 Kia-
zim-Emin, 1 D. E., 1 Effendi. Roode
klokjes en Indiaantjes. Hiervoor
vraagt hij Amstel, Kwatta, Pleines
dierenpl. en duifjes.
PRESIDENT KRUGER, Rozen-
prieelstraat 3 heeft 4 Bagomy, 4 Wij-
bert, 4 d. gesloten steen, 4 Verdel 2
Heckers, 1 Clysma 4 Scholten l Tur-
mac-bloem l Victoria-bon, 5 tapijt
jes, 12 Indiaantjes, 1 Leven der Zee, 2
Zeewaterbonnen, 6 Zeewaterpl., 4
Weegschaaltjes. Hiervoor vraagt hij
Leupen, Miss Blanche 3de serie.
EEN ONBEKENDE, die mij bonnen'
en plaatjes stuurde „Voor de kleine
Verzamelaars", dank ik hartelijk.
KAPSTERTJE. Bilderdijkstraat lrd
heeft 4 Kwatta, 1 Sickesz, 1 wapen,
4 Sigarenbandjes, 1 Buisman lepeltje,
1 Serie schepen. Hiervoor vraagt ze
Sickesz-wapens, bloemen en vlinders.
POSTZECELRUBRIEK
BELGIë
Aanvulling IX
Jcc.
/ac.
óac.
/rc.
'/V
JJ-c.
J'C
y4
/cc.
In 1929 verscheen weer een welda
digheidsserie ten bate van de Tuber
culose bestrijding, wat weer door het
bekende initiaal op de zegels in den
linkerbovenhoek is aangegeven. Het
is een landschapserie in groot for
maat. (Zie de afbeeldingen). Uitge
geven werden: 5 c. 5 c. (bruin), 25
c. 15 c. (zwartgrijs), 35 c. 10 c.
(groen), 60 c. 15 c. (wijnrood), 1
fr. 75 25 c. (blauw op lichtblauw)
en 5 fr. 5 fr. (violet). Grootte van
de vakjes 3 bij 4.2 c.M., behalve voor
de 25 c. en 5 fr.; deze zijn 4.20 bij 3
centimeter.
In 1929 krijgen we wederom een se
rie frankeerzegels voor tijdschriften,
gelijk aan die van 1928, doch met den
opdruk „Journaux-Dagbladen"; dus
zonder een jaartal, n.l. 10 centimes
(vermiljoen), 20 centimes (blauw
groen), 40 centimes (olijf), 60 centi
mes (oranje), 70 centimes (bruin), 80
centimes (violet), 90 centimes (grijs)
Grootte van de vakjes 4.3 bij 2.6 c.M.
1 franc (ultramarijn), 2 franc (olijf-
grijs), 3 franc (vermiljoen), 4 franc
(rose), 5 franc (violet), 6 franc
(bruin), 7 franc (geel), 8 franc
(bruin), 9 franc (lila), 10 franc (grijs
groen) en 20 franc (roodlila). Groot
te van de vakjes 2.6 bij 4.3 c.M. Zie
voor de indeeling 't schetsje.
Nieuwe deelnemer:
283. Johan Dijk, Mr. Cornelisstraat
44 rood.
Rustenburgerlaan 23.
Z'n verdiende loon.
Hein was een vreeselijk nare jon
gen, die altijd iedereen plaagde. Van
jongens die kleiner waren dan hij,
pakte hij het speelgoed af en maakte
het dan kapot. Meisjes gooide hij met
- steenen, of gooide rupsen en wurmen
in hun haar zoodat ze vreeselijk be
gonnen te gillen. Kortom elk kind
bleef zooveel mogelijk uit z'n buurt,
en natuurlijk wilde niemand meer
met hem spelen.
Toen hij nu weer eens een kleine
jongen van z'n loopwiel afgegooid
had en alle kinderen verontwaar
digd waren over zoo'n flauwe streek,
weerklonk opeens een getoeter in de
stille straat en een bestelwagentje
van een banketbakkerswinkel kwam
de straat in. Het was zoo'n bakwa-
gentje met een motor en hield vlak
bij de kinderen stil. De chauffeur
deed 't deurtje open en haalde er een
doos uit. Hein liep er nieuwsgierig
naar toe en bleef er minachtend naar
kijken.
„We moesten hem er in stoppen,"
fluisterde Bob, die een erge hekel aan
■Hein had, plotseling een ingeving
krijgend. Ja, dat vonden ze allemaal
een prachtig plan. „Gauw", fluisterde
Piet, „anders loopt hij weg. Jan, Bob
en ik zullen hem onverwachts beet
pakken, en jij Wim doet zoo vlug
je kan het deurtje op de knip zoodat
hij er niet uit kan, dan heeft hij z'n
verdiende loon." Dat vonden ze alle
maal een reuze idee. Heel langzaam,
zoo onverschillig mogelijk kwamen
ze nu ook naai- 't bestelwagentje toe
geloopen en keken er zoogenaamd ook
heel nieuwsgierig naar. „Een prul
van een ding hoor," zei Heintje eigen
wijs, „de motor is er telkens van ka
pot, zoo'n ding deugt heelemaal niet
„En jij deugt nog veel minder, als
je dat maar weet," gilden ze door
elkaar en hielden hem stevig vast.
Vlug deed Wim toen 't deurtje open
en met z'n allen duwden ze hem er
in een oogwenk in. Ze gaven de wa
gen een duw, en Hein die natuurlijk
dacht dat de wagen er met hem van
door ging, bonsde uit alle macht te
gen 't deurtje, zoodat de chauffeur,
die niet begreep wat er aan de hand
was gauw aan kwam loopen.
De jongens liepen hem echter te
gemoet en vertelden dat ze Hein ex
pres er ingestopt hadden omdat hij
een- klein jongetje van z'n loopwiel
had afgegooid, en hij nu maar eens
in angst moest zitten. De chauffeur
vond het wel een goeie mop en zette
voor de grap de motor aan. Toen ging
Heintje schreeuwen.
..Ik wil eruit, ik wil eruit, Moeder
help! help! help!, laat me eruit. O
laat me er toch uit.
„Of hij goed in angst zit zeg," lach
te Kees zachtjes: „Maar laten we er
nu maar een eind aan maken, straks
komt z'n moeder nog op z'n ge
brul af.
't wasof Hein gehoord had wat
Kees zei, want hij begon nu zoo hard
hij maar kon om z'n Moeder te roe
pen.
..Moeder, moeder, help me toch ik
wil eruit, ik zalik zal
„Zoo kwajongen", zei de chauffeur
terwijl hij deed alsof hij vreeselijk
kwaad was. „Zoo, wat zal je dan hè?
Vooruit kom er maar weer uit, maar
eens en vooral je houdt je nu kalm
begrepen? Als je weer eens kinderen
plaagt, dan rijd ik je naar het po-
litie-bureau, daar kun je van opaan.
En nu maak dat je weg komt
marsch!" Met een vuurrood gezicht
kwam Hein tevoorschijn, dikke tra
nen biggelden over z'n wangen, en
hij vloog zoo gauw hij kon z'n huls
binnen, onder het hoongelach van
alle jongens en meisjes, die tot aan
z'n tuinhekje meeliepen. L. Z.
MIJN HERBARIUM
Zenegroen (Ajuga réptans)Zie fig.
1, fam. Lipbloemigen (Labiaten).
Een aardig plantje, dat in onze
duinstreken, in duinpannen en op
vochtigen boschgrond algemeen voor
komt. Ook voor rotstuintjes of rand-
plantjes is ze uitstekend geschikt. Ze
heeft bebladerde uitloopers. De wor
telbladen zijn groot, langgesteeld spa-
telvormig; de stengelbladeren klein.
De schutbladen zijn iets gekarteld, de
bovenste korter dan de bloemen.
Deze staan in aarvormige, samenge
drongen schijnkransen en zijn blauw
gekleurd. Juist, doordat de schijn
kransen zoo dicht op elkaar staan,
vallen de bloempjes, die op zichzelf
klein zijn, dadelijk in 't oog. Bloei
tijd MeiJuni.
Boschaardbei (Fragaria vesca) Zie
fig. 2 fam. Roosachtigen (Rosaceeën)
Evenals de tuinaardbei een over
blijvende plant met uitloopers. De
bladeren zijn langgesteeld, drietallig
en wortelstandig, d.w.z. ze komen alle
uit den wortel te voorschijn. De sten
gel is rechtopstaand, langer dan de
bladeren. De bloemen zijn gesteeld en
staan in bijschermen. De bloem
kroonblaadjes zijn wit. De' vleezige
schijnvrucht is klein, helderrood.
Tusschen hakhout, aan heggen, in
duinpannen komt ze algemeen voor.
Bloeitijd Mei-Juni.
Vogelmelk. (Ornittogalum umbel-
latum). Zie fig. 3, fam. Lelieachtigen
(Liliaceeën). Deze plant, bij de Haar-
lemsche jeugd meer bekend onder
den naam akermannetje of morgen
ster, heeft in den grond een bolletje.
Hieruit ontwikkelen zich reeds vroeg
de lijnvormige bladeren; later ver
schijnt de stengel met een scherm -
vormige tros bloemen. De bloem
blaadjes zijn helder wit met een
groene streep. Bij de geopende bloem
staan de zes blaadjes horizontaal in
den vorm van een ster. De plant
krijgt later knotsvormige doosvruch
ten met 6 rechte kanten. Tusschen
kreupelhout, aan wegen en langs
slootkanten komt ze algemeen voor.
Bloeitijd MeiJuni.
We zullen tusschen ons tuinwerk
door geregeld enkele planten behan
delen, zoowel uit de groenten- als
bloemenafdeeling.
Tot de meest algemeene zomer
bloemen behooren:
Goudsbloem (Calendula officinalis)
fam. Samengesteldbloemigen (Com-
positen). Een algemeen bekende
plant, afkomstig uit Zuid- Europa. Ze
is zeer sterk en heel gemakkelijk te
kweeken. Ze wordt 30 a 40 c.M. hoog
en zaait zich gewoonlijk vanzelf. Vaak
staan de goudsbloemen te dicht op
een. Ze geven dan kleine bloemen,
doch uitgedund tot een onderlingen
afstand van ong. 30 c.M. worden de
planten zeer krachtig en geven
groote bloemen. De planten bloeien
langen tijd door, als je geregeld de
uitgebloeide bloemstengels afsnijdt.
De mooiste soorten zijn: Orange King
(donker oranje en groeit lager en ge-
drongener dan de gewone oude dub
bele soort). Solfatore (helder ci
troengeel), Meteor (oranjegeel met
witte strepen).
Oostindische kers (Tropaeolum
majus). De bekende klimplant, die
vaak langs gaas of iets dergelijks,
wordt geleid, 't Is een sierplant uit
Peru, die heel lange stengels krijgt.
Met den noodigen steun bereikt de
plant soms een hoogte van 3 M.
Een soort, die kleine, goud-gele,
fijn getande bloemen geeft, is Tro
paeolum cavariénse (peregrinum)
Ze is bijzonder geschikt om muren of
schuttingen te bekleeden, die uit de
zon liggen. De plant vormt een knol
en is overblijvend.
Er bestaan echter ook dwergvor-
men (Tr. majus nanum), die slechts
30 c.M. hoog worden en zeer geschikt
zijn voor perken of randen. In den
handel zijn talrijke verscheidenheden
in allerlei kleuren. Niet alleen de
bloemen, ook de bladeren zijn ver
schillend gekleurd. De planten moe
ten minstens 25 c.M. uit elkaar staan.
Omdat deze plant juist zoo geschikt
is voor perken, zal ik een paar uit
een loopende variëteiten opgeven.
Eén van deze soorten moet je beslist
eens probeeren. Empress of India
(donker bladig, donker bloemig) King
of Tom Thumb (donkerbladig,, bloe
men helder rood), Queen of Tom
Thumb (bontbladig, donker bloemig).
Slaapmutsje (Escholtzia californi-
ca) fam. Papaverachtigen (Papavera
ceeën). Een sierplant uit Californië,
die slaapmutsje wordt genoemd, om
dat bij 't opengaan van de bloem de
kelk als een mutsje wordt afgewor
pen. Ze wordt ongeveer 30 c.M. hoog
en is bij zonnig weer overladen met
oranjegele bloemen. Ook komen er
witte en roode soorten voor. De mooi
ste zijn E. c. carminea met roode en
E. s. aurantiaca met donker oranje
gele bloemen. Een mooie variëteit Ia
de Mikado met groote, schitterend
oranje bloemen, aan de buitenzijde
donkerder. Er mag vooral niet te dik
gezaaid worden, daar deze plant zich
niet laat verspenen.
TUINIER.
KNIPPERDOLLETJE
38)
door
W. B.—Z.
Maar daar had de oude baas niets
van willen weten. Voor hem bestond
er maar één land, waar 't goed was,
en dat was Friesland.
Daar kwam Veris al aan. Verbaasd
luisterde hij naar 't verhaal van zijn-
vrouw. Als vader daarvoor een reis
naar Holland maakte, was de bood
schap zeker heel gewichtig.
„Hij is toch niet ziek?" vroeg Veris.
„Wel neen, hij ziet er nog zoo
frisch en gezond uit, dat hij vast nog
jaren meekan."
Pas waren ze in het woonvertrek
:ezeten, of vader Glastra stak van
/al.
„Ik moet jullie een wondere ge
schiedenis vertellen. Een heel won
dere geschiedenis. Jij was nog maar
een meiske van zoo," richtte hij zich
tot zijn dochter en wees daarbij tob
den tafelrand. Oom Piet leefde nog.
Hij had een boerderij buiten Grouw.
Hij sukkelde al wat, had geen kinders
en was van plan telkens een stuk
land te verkoopen en dan zoo zoetjes
aan maar te gaan rentenieren. Nou.
had je in Grouw een zekere Sjouke
Wapstra, een kerel, die geen knip
voor den neus waard was. Hij was te
lui om te werken en bracht er den
boel van zijn moeder en zusters to
taal door. Zijn vader was in dien eer
sten grieptijd gestorven. Oom Piet
was een goedgeloovig man. Op een
avond komt Sjouke Wapstra bij hem
oploopen en koopt een stuk grond
van hem. Hij heeft geld bij zich. Oom
Bouwe moet naar de brandkast om
wisselgeld. Er worden opmerkingen
gemaakt over de sluiting enz. Oom
Bouwe dacht: die vent is zoo bont
niet als de menschen hem schilde
ren. 's Avonds mist hij den sleutel
van de brandkast. Alles wordt over
hoop gehaald, maar geen sleutel,
't Plan is om 's morgens den smid
maar te laten komen. Maar o wonder
den volgenden dag ligt de sleutel bij
de deurmat. Tante Jelle, zijn vrouw
zegt: „Dan zal je hem daar verloren
hebben." 't Had kunnen wezen. Maar
als oom Bouwe in den loop van den
dag de brandkast opent, is een zak
met zilvergeld verdwenen. De politie
komt eraan te pas. Dadelijk valt er
verdenking op Sjouke Wapstra. En
als de politie zijn gangen na wil gaan
verneemt ze van zijn moeder, dat
Sjouke dien morgen om 6 uur het
huis heeft verlaten en nog niet ia
teruggekeerd.
(Wordt vervolgd)
Als Fikkie in den tuin,
De kippen wel eens nazat,
Namen die heel luid de vlucht,
Want geen van hen die moed had.
Zij waren allemaal „als-de-dood"
Voor de kleine stoute hond,
Die o zoo'n pret had om hun vlucht,
Nog leuker het kakelen vond.
Maar toen op zonne-zomerdag,
Fik weer den tuin instoof,
En al de kippen vluchtten snel,
Bleef één voor 't blaffen doof.
Een mooie groote zwarte kloek.
Met kuikens, donzig geel,
Trad strijdlustig in het rond,
Nam aan de vlucht geen deel.
Ha! Fikkie in zijn overmoed,
Ging driftig op haar af....
Maar kiekenmoeder lang niet malsch
Hem duchtig pikken gaf!
Auw! jankte Fikkie, t was maar
spel,
Auw Kloek! wat doe jij flauw.
Moet jij mijn kleintjes schrik
aandoen^
Den tuin uit, zeg ik! Gauwïl