Pt w lom de Misdaad NOG EENS TANTE POS. HAARLEM'S DAGBLAD DINSDAG 9 JUNI 1931 door A. HEEROMA, Oud-Commissaris van Politie te Amsterdam. Het gebeurt in deze wonderlijke wereld, dat een dolende ziel een andere, haar bestem ming zoekende, ontmoet en dat beiden dan meenen, dat aan het dalen een einde is ge komen. Om dit kenbaar te maken begeven de dragers dier tot rust gekomen zielen zich naar een man, die gouden ringen smeedt of althans verkoopt en, zwemmende in gelukza ligheid, steekt de jongeling zoo'n fonkelend kleinood aan meisjes poezele hand en zij antwoordt op dezelfde wijze, al zij de hand, door haar versierd, allicht minder poezel, maar eer gebruind en soms verelt. En zij zouden zich, ware het slechts doenlijk, één ..steekt de jongeling zoo'n jonkelend kleinood gouden band laten maken, die hen beiden zou omvatten, maar omdat dit eenige onge makken met zich zou brengen, doen zij dit niet, maar vergenoegen zij zich met de denk beeldige rozenketen, die de liefde om hen heeft geslingerd. Men zou mogen verwachten, dat niets meer in staat zou zijn hunne zielen van el kander te verwijderen en dat zij de ringen zouden dragen, tot de alles sloopende tijd ze had afgeslepen tot bladdikte en de poezele hand was geworden tot een knokig, blauw- aderig, beroerig grijpwerktuig, dat zich klem de om den stok, die het oude lijf tot stut moest dienen. Wellicht is dit ook voorgeko men, komt het nog voor, maar ik sprak 'van deze wonderlijke wereld en zoo moet het niet verbazen, dat het gebeurde, dat de rozen keten werd stuk getrokken. De poezele rech terhand schoof den glanzendën ring van den linkerringvinger, wijl de band knelde; zij nam een enveloppe, stak er een velletje pa pier in, waarop zij geen enkel woord van lief de schreef, stopte den ring er bij, voorzag de enveloppe van den naam, dien zij niet meer begeerde te dragen, bezegelde ze met een koninklijk beeld en stak den brief in een der bussen, die Tante Pos ten behoeve van minnenden en niet minhenden heeft ge plant. En toen wachtte zij, tot een ander zou komen, die een nieuwen rozenketen zou om hangen, ja het is zelfs mogelijk in deze won derlijkste aller werelden, dat de nieuwe, fris- sche keten reeds om de schouders hing, ter wijl de andere verlept nog aan haar vast- haakte. Doch de jongeling, wiens naam niet be geerd werd, ontving den hem gezonden brief niet en zou dien nimmer ontvangen, zoodat hij in zijn verbeelding nog den rozenketen droeg, tot andere omstandigheden het hem duidelijk maakten, dat hij ook een gouden band te veel had. Dies nam hij een velletje papier, schreef er op: „hier is je ring terug, valsche doerak", deed den ring bij dit over duidelijk bewijs van afgedane liefde en de poneerde alles eveneens in de bus van Tante Pos. En ook deze brief bereikte den over- kant niet, zoodat ieder der twee jongelieden in de meening kon verkeeren, dat zij een treurend slachtoffer hadden achter gelaten. Dit nu was een geestigheid van een der dienaren van Tante Pos, die zoo in zijn rus tige oogenblikken den inhoud van op het postkantoor aanwezige brieven van buiten taxeerde en die, ijverig dienaar, die hij was, niet goed kon vinden, dat er ringen in brie ven werden gesloten, omdat dit niet is toege staan. Nu had hij die ringen aan de afzen ders of anders aan de boven hem gestelden moeten geven, maar hij had er blijkbaar be hagen in, de verbroken banden in de ver beelding te laten voortbestaan en daarom nam hij de ringen mee en lei ze thuis in zijn kast. De afzenders, die elkaar na de breuk niet meer aankeken, waarschijnlijk omdat beider aandacht al weer door iets anders in beslag was genomen, bleven er dus onkundig van, dat de brieven hun bestemming niet hadden bereikt en maakten zich er ook niet bezorgd om, zoodat bij Tante Pos geen klacht werd ingediend en zij er onkundig van bleef, dat een harer zonen er eigenaardige opvat tingen op na hield. Men begrijpt, dat dit niet het einde der geschiedenis is, wane ware dit zoo, zoo zou er ook geen begin geweest zijn, want als geschiedschrijver mag ik mij slechts tot ae feiten bepalen en hoe had ik die geweten wanneer niet het vervolg mij er de kennis van gebracht had? Onze postman met zijn eigenaardige op vattingen dan, werd niet speurensmoe en zoodoende kreeg hij er een zekere vaardig heid in, te ontdekken, in welke brieven bij het voor hem onbelangrijke nieuws zich. arti kelen bevonden, die zich in zijn belangstel ling mochten verheugen en zonder gewetens bezwaar nam hij die tot- zich. Aangezien er veel menschen zijn, die bankbiljetten in een brief sluiten, zonder de moeite te nemen den brief te doen inschrijven, was de oogst niet onbelangrijk en onze vriend bracht al het door hem gevonden geld naar de spaarbank, zoodat zijn boekje tenslotte het niet onbe langrijk tegoed van tweeduizend gulden had. Het spreekt van zelf, dat het verdwijnen van die bankbiljetten niet verborgen bleef, want als je tante je voor je verjaardag f 25 stuurt en je bedankt er haar niet voor, dan is het te verwachten, dat zij dit beschouwt als een bewijs van ongeëvenaarde onhebbelijk heid. hetgeen ze wel zoo goed is je in een volgenden brief zonder bankbiljet onder he: oog te brengen en reken maar. dat zoo'n brief niet verloren gaat. Je bent dan van alles en nog wat: boos. ornaat je valschelijk wordt beticht; bang, dat je verweer niet wordt aangenomen en bovenal verdrietig om üe 25 piek, die je ontging. in een volgenden brief zonder bankbiljet Je haast je dus je tante te schrijven in de flauwe hoop, dat een ander biljet zal volgen, wat meestal een ijdele hoop is en je gaat naar 't postkantoor, waar je den eer sten den besten postambtenaar voor het verlies aansprakelijk stelt. Speel je erg op, dan heb je kans eruit gezet te worden en ben je zoo dwaas den ambtenaar te beleedi-- gen. dan kom je later nog bij ds politie te recht, maar in allen gevalle wordt de zaak onderzocht, hetgeen nu niet zoo bijzonder ge makkelijk is. En zoo gebeurde het, dat Tante Pos unij weer in den arm nam en ik zooht met haar ambtenaren, maar tevergeefs. Doch het geviel dat de bankbiljettenver- zamelaar zich eens vergiste en, meenende geld te zullen vinden, een brief opende, waarin een tienrittenboekje zat, wat hij na tuurlijk niet naar de spaarbank kon bren gen, doch dat hij ook maar behield, omdat hij in zijn vrijen tijd graag uit visschen ging, waarbij het boekje hem van dienst kon zijn om ver afgelegen vischwateren te bezoeken. De vermissing van-dit boekje werd aangegeven ,ik stelde mij in verbinding met de administratie der spoorwegen en dit had tengevolge, dat, toen onze visscher aan een stationnetje afstapte en het tienritten boekje toonde, hij ter verantwoording werd geroepen. Hij was echter voor het eerste gat niet te vangen, toonde zich zeer verbaasd en wist te bewerken, dat hij heen kon gaan, terwijl hij gaarne een kaartje nam en een naam en adres opgaf, dat natuurlijk valsch was. Maar met dat al kreeg ik het boekje en een beschrijving van den visscher, die zich ..een zwarte Sinterklaas.. begrijpelijkerwijs niet meer bij dat troebel water liet zien. Heel gerust was hij echter niet en omdat hij de mogelijkheid voorzag-, dat wij hem t' avond of morgen met de spoormannen zouden confronteer en, deed hij iets doms, schoon 't slim bedoeld was, maar dat gebeurt meer, want dom en slim vor men een cirkel en van een cirkel kan je niet zeggen, waar hij begint. Wat hij deed? Hij schoor zijn zware baard af. Nu kregen wij natuurlijk een signalement van een man met een baard; de een zei: 't leek wel een roover, de ander: een zwarte sinterklaas, maar voor ons was dit geen slechte aanwijzing, alleen was het aantal baarddragers toen nog vrij aanzienlijk. Maar die baardman was als hengelaar toch zeker ook een ongewoon type en zoo doende was er een tramconducteur, die wist waar hij altijd op de train stapte, wat de lus alweer wat aanhaalde. Toch is het best mogelijk dat ik niet op den man ge komen zou zijn, als hij zijn baard niet had afgeschoren, want hij had een functie, die hem op het postkantoor feitelijk niet met de brieven in aanraking bracht en niemand dacht ook aan hem, maar toen ik hoorde, dat hij net na die kwestie met dat boekje baardeloos was geworden, vond ik het noo- dig hem nader te bekijken en hij woonde ook dicht bij de bedoelde tramhalte. Toen was zijn lot beslist, want ik ging bij hem thuis kijken en vond daar ook de twee gouden ringen met ingegrifte letters, die op den postman niet sloegen, maar hij beweerde dat hij die eens in een lommerd had ge kócht, wat een van die gewone uitvluchten is. waar de leugen dik op ligt. Maar ja. de man hoefde zijn onschuld niet te bewijzen, ik moest zijn schuld bewijzen en ik had geen aangifte dat er ringen gestolen waren. Toen riep ik mijn oude handlangster, de Pers, weer ter hulp en dra verscheen er in de bladen een oproep naar de eigenaren der ringen, welke tot in bizonderheden werden beschreven. Toen kwamen de afzenders opzetten, zult ge zeggen en die vertelden, dat zij de rin gen per post hadden verzonden en toen kon de man moeilijk zijn onschuld volhouden, zoodat hij bekende en de kast inging, want op het punt van postdiefstallen gebruikt de justitie geen consideratie, omdat de post een zoo belangrijk instituut is, dat dit met alle macht beschermd moet worden. Nu, dat is ook zoo, maar het einde is toch nog even anders dan daar juist geschetst is; het leven is niet altijd even prozaïsch. Een paar dagen toch nadat ik den oproep in de kranten had doen plaatsen, werd er een aardig meisje bij mij aangediend en van haar vernam ik. dat zij degene was, die den nauwsten ring had teruggezonden en den wijdsten had moeten ontvangen; de letters binnenin lieten geen ruimte voor twijfel en zij glimlachte flauwtjes t-oen zij de twee bandjes terugzag, die haar gedachten terug voerden naar een gelukkig moment in haar leven. Ik raadde dit en vroeg: „Heeft U nog het land aan hem?" waarop zij antwoordde:f „Och, 't was gekonkel van vreemden", en ik^ meende haar lippen even te zien trillen. Er werd geklopt en men diende een heer aan, die kwam op het krantenbericht. Ik had zeker een ondeugende tinteling in de oogen, toen ik het meisje aankeek en zei: „Laat mijnheer maar binnenkomen", want zij lachte ietwat verlegen en schoof wat terzijde. Ik liet den heer plaats nemen en leidde zijn blik in de richting van het meisje, waarop hij schrok en bloosde. Ik had genoeg gehoord en gezien en nadat ik den jongen man de ringen had getoond en i' - iiJé lH? „U ziet wel dat de ringen bij elkaar gebracht zijn!" van hem had vernomen, wat hij er van wist, zei ik: „U ziet wel, dat de ringen toch weer bij elkaar gebracht zijn; dat moest zeker zoo zijn; is de kloof nog te overbruggen?" „Marie, wil je me weer een hand geven", zei na een oogenblik zwijgen de jonge man, terwijl hij opstond en voor Marie ging staan. Zij stak haar hand toe en zei: „Waarom niet Frits?" „Ja, omdat ik geschreven heb „Sst", zei ik, „die brief heeft haar nooit be reikt". „Neen. dat 's waar ook, en mag ik nu een goed woordje voor dien postman doen?" vroeg de jongeling, want aan hem hebben we toch eigenlijk te danken, dat 't weer goed is." „Is 't weer goed, Marie?" vroeg ik. „U is een rare commissaris", zei Marie, „Maar laat U 't er nu maar bij, dat kan U wel. U is de kwaadste niet." Marie scheen niet veel besef te hebben van den ernst der feiten en wilde ieder in haar geluk laten deelen, hetgeen zeer prijzens waardig is, maar hoe graag ik het lieve kind genoegen wilde doen, op het punt van rechts pleging kon ik het met haar niet eens zijn. Is 't hier een wonderlijke wereld of niet? Het Tooneel te Amsterdam. Gastvoorstellingen Ernst Deutsch en Maria Eis. Der Teufelsschüler. Het is wel opmerkelijk, dat Duitsche too- neelspelers op hun tournees door Nederland bijna nooit Duitsche stukken brengen. Emil Jannings kwam met het Fransche Les Af faires sont les Affaires, Harry Liedtke met het Engelsche An ideal Husband, Elisabeth Bergner met St. Joan van Shaw, The Circle van Somerset Maugham en As you like it van Shakespeare en Ernst Deutsch en Maria Eis, die thans in den Stadsschouwburg te Amsterdam spelen, geven The Devil's Disci ple van Shaw, La Prisonnière van Bourdet en Spoken van Ibsen. Paul Wegener was de eenige, die hier één Duitsch treurspel Hebbel's Maria Magdalena naast twee wer ken van den Zweed Strindberg heeft- ge bracht. In hun kunst toonen de Duitsche acteurs en actrices zich in tegenstelling met hun Fransche collega's allerminst na tionaal. Het is een werkelijk superieur ensemble, dat deze week in den stadsschouwburg op het Leidsche Plein gastvoorstellingen geeft en de eerste opvoering in onze hoofdstad was voor de Duitschers gisteren dan ook niet minder dan een triomf, al was het bezoek dan ook helaas veel minder groot dan verleden week bij Mist-inguett. The Devil's Disciple, dat onder den titel De Satan's Kerel nu ongeveer 30 jaar geleden voor het eerst in ons land door de Rotterdammers met Frits Tartaud in de titelrol is ge geven en dit seizoen zonder succes door de Kon. Ver. Het Nederlandsch Tooneel nog eens op het repertoire werd genomen, be hoort tot de eerste stukken van Bernard Shaw. De groote Ier was toen nog min of meer romantisch-aangelegd. al komt dan ook de vlijmscherpe, sarcastische en geestige spotter, die Shaw altijd geweest is, herhaal- delijqk om den hoek kijken, vooral wanneer hij de Engelschen a faire kan nemen. Shaw stelt in „Der Teufelsschüler, dat in Amerika tijdens den Amerikaanschen vrij heidsoorlog in 1777 speelt, de Engelschen tegenover de Amerikanen en het spreekt bij na van zelf, dat de Engelschen bij dezen Ierschen schrijver niet le beau róle vervul len. Richard Dudgeon wordt door zijn aops- genooten niet anders dan de Satan's kerel genoemd, omdat hij zich om God noch ge bod bekommert en als een dol-driest avontu rier er maar op los leeft. De jonge vrouw van dominee Anderson kan, als zij tegenover den woesten smokke laar staat, van wien heel het dorp nooit an ders dan kwaad spreekt-, haar afkeer nau welijks verbergen, maar als de Engelschen haar huis binnendringen om haar man te arresteeren. trekt Richard Dudgeon het kleed van den geestelijke aan en geeft hij zich voor den dominee uit om vrijwillig voor hem den dood in te gaan. Dan ziet Judith Anderson voor het eerst, dat de menschen niet- altijd zijn, wrat zij schijnen. Maar ook het innerlijk van haar eigen man is haar vreemd. Want als zij meent, dat Anderson, nadat hij van Dudgeon's held haftige opoffering heeft gehoord, haar huis verlaat om te vluchten, vergist zij zich voor de tweede maal. Instede-van te vluchten, stelt Anderson zich aan het hoofd der re bellen om tegen de Engelschen te strijden en op het oogenblik, dat de pseudo-predï- kant met de strop om zijn hals op den dood wacht, keert ae echte Anderson als overwin naar terug om den Satan's kerel te bevrij den. Dan eerst ziet Judith Anderson hoe de twee mannen, die zij beiden miskend heeft, in hun ware gedaante zijn en het „eind goed al goed" is "net wat ouderwetsche slot van deze tragi-comedie. The Devil's Disciple behoort zeker niet tot de sterkste stukken van Shaw. De roman tiek en h'et burleske verdragen zich moeilijk naast elkander en de romantiek doet in dit werk sterk verouderd aan. Men gelooft niet aan deze menschen en voelt het geheel te veel als „komedie". Als in dit stuk niet die krijgsraadzitting was met haar fel-strle- menden spot, zouden wij soms moeite hebben den schrijver van Mevrouw Warren's Be drijf, Helden en Majoor Barbara te herken nen. Maar in het schrijnend sarcasme, waarmee hij de domme Engelsche officieren en de bureaucratie geeselt. hooren wij toch wel weer den echten Shaw. En generaal Burgoyne Johnie Gentleman is wel volkomen een schepping van den grooten Ierschen schrijver. Wanneer Richard Dudgeon bijvoorbeeld verzoekt om te worden gefusil leerd inplaats van te worden opgehangen, laat Shaw den generaal zeggen: „Je hebt blijkbaar geen idee. hoe slecht, de Engelsche soldaten schieten! Anders zou je zoo iets niet vragen!" Als Richard Dudgeon aan het slot verklaart, dat hij zich als 'n dwaas heeft aan gesteld en Judith In vervoering uitroept: „Neen, als 'n held!" en Shaw dadelijk daar op laat volgen: „Nou ja, dat is 't zelfde!" dan is het wel volkomen de schrijver van St. Joan en Helden, die daar spreekt. De Duitschers geven van dit Engelsche stuk een voortreffelijke vertooning. Zij vermijden voortdurend het romantische zwaar aan te zetten en laten daarentegen het burleske vol komen recht wedervaren. Hierdoor weten zij het geheel en dat is het moeilijke in dit werk van Shaw prachtig in evenwicht te houden. Ernst Deutsch, die Richard Dudgeon speelt, is een groot tooneelspeler. Zoodra hij opkomt voelt men het onmiddel lijk, dat hij een der begenadigden is. Hij heeft in zijn gebaren, zijn houding, zijn be zielde oogopslag, zijn stem, kortom in alles dat fascineerende, waardoor hij onmiddellijk boeit en steeds de aandacht vasthoudt. Deutsch doet in zijn spel en vooral in zijn stem soms sterk aan Moissi denken. Deutsch is minder lyrisch en daardoor ook minder gemaniereerd, maar vooral hij ls manlljker en krachtiger. Hij heeft een prachtig ge luid, dat hij uitstekend weet te gebruiken. Nu eens klinkt de stem week en zacht, en dadelijk daarna metaal-hard, zonder toch ooit ruw te worden. Deutsch maakte van den Satan's kerel een fascineerende figuur, be zield en krachtig, artistiek voortdurend be- heerscht, zoodat het romantische niet één oogenblik drakerig wordt. Ernst Deutsch staat temidden van een superieur ensemble, zoodat wij geen moment den indruk krijgen van een ster>opvoering. Maria Eis die wij ons nog herinneren van haar gastvoorstellingen indertijd met Paul Wegener zien wij als de harde, Puritein- sche moeder van Richard slechts in één be drijf, maar dit was voldoende om van haar rijk talent getuigenis te geven. Zij was in alles de incarnatie van de koude harteloos heid. Uitstekend ook Erwin Kaiser als Ander son, de dominee, die zich in een buis van een avonturier met twee pistolen in zijn gordel meer op zijn gemak gevoelt dan in het zwarte kleed van den geestelijke. Rudolf Klein-Rogge gaf een verrukkelijke creatie van generaal Burgoyne, aristocratisch voornaam en fijn-geestig. De vlijm-schexpe, sarcastische zinnen van Shaw lanceerde hij zoo raak en toch zoo licht, dat de zaal telkens weer met applaus reageerde. Als een vol leerd floret-schermer bracht hij spelender wijze met onvergelijkelijke gratie zijn steken toe. Zeer goed ook Wolf Dohnberg als de half idiote Christy en ontroerend-zuiver Eva West in de rol van Essie, de verschoppeling in den huize Dudgeon, die als een trouwe hond Richard aanhangt. Carola Toelle, die wij reeds met Harry Liedtke in Holland hebben gezien, kon mij minder bekoren. Haar spel lijkt louter routine en is mij te uiterlijk, waardoor het vooral naast het innige spel der anderen onecht aandoet. J. B. SCHUIL. 47 12? 140 HO 199 394 405 452 737 73S RUIL VAN ZENDTIJD TUSSCHEN H.LR.O. EN K.R.O. Het bestuur van de Humanitaire en Idea listische Radio-Omroep verzoekt ons mede te deelen, dat het zijn zendtijd op 9 Juni op verzoek va nden K.R.O. ,aan deze omroepvel'- eeniging heeft afgestaan voor de „Rerum- Novaruin"-herdenking. De uitzending van. de H.I.R.O. zal nu plaats hebben op Zater dagavond 20 Juni, van 89 uur. BEVEILIGING VAN MENSCHENLEVENS OP ZEE Ingediend is bij de Tweede Kamer een wets ontwerp tot wijziging van de Schepenwet. Ingevolge art. 65 van het op 31 Mei 1929 te Londen gesloten verdrag voor de beveiliging van menschenlevens op zee, zal dit verdrag op den len Juli 1931 in werking kunnen tre den. Het is dus noodig, dat vóór dien datum de noodige wettelijke bepalingen tot stand komen, opdat het verdrag zijn geheele en volledige werking kan hebben. Het onderhavige wetsontwerp strekt daartoe. 456c STAATSLOTERIJ Trekking van Dinsdag 9 Juni 1931. 5c Klasse. He l.ijst. HOOGE PRIJZEN. 5524 ƒ25.000. 1240. 2113, 12026 elk 10CO. 154. 1351. 6224. 6341, 639S, S2S7 elk ƒ400. 14S09 ƒ200. 12C2, 1362, 3065. 7876. 8519. 10774. 11571. 13424, 13656, 15162 18316 1865" 1899 elk' 100.' Prijzen v an i 7( 45 90 100 136 491 50S 546 632 6S5 721 S09 882 97S 1032 1047 1118 HIS 1469 1485 1514 157S 170S 1771 1793 1S37 2007 23104 2386 2399 2409 2542 2579 2615 2734 2S15 2S1S 2S65 3088 3115 3133 3135 3142 353S 3687 3730 3769 3937 4091 4107 4135 4182 4286 4295 4361 4366 4427 4565 4657 4562 472S 4740 47S6 4S98 5013 504S 51 IS 5212 5313 5327 5363 5390 5490 5574 5753 5817 5977 6051 6317 6442 6495 6547 6732 6S31 6977 7090 7113 7254 7321 7329 7331 7530 7669 7676 7766 7S42 7949 8021 S022 8325 8435 S464 8593 8763 8972 9110 9179 9343 9375 9390 9538 9580 9609 9610 9615 9834 9968 10077 10096 10288 10328 10492 10515 10725 10S69 10945 10999 11000 11024 1113» 11137 11144 11160 11167 11169 11213 11401 11429 11457 11542 11577 11605 11686 11810 11963 11991 12047 12137 12154 12164 12368 12444 12417 12479 12502 1263S 12714 12777 12969 13089 13160 13320 13396 13461 13605 13611 13848 13925 13940 14074 14077 14158 14171 14193 14274 14304 14506 1452S 14537 14690 Hf'S 14873 14986 15176 15154 15208 15269 15320 I56S3 157S9 15916 16024 16112 16165 16264 162S4 163-12 16550 16554 16649 16654 16S0-I 16972 3 6983 17074 17144 17165 17353 17407 17427 17505 17516 17596 17652 1777.3 17872 17874 17890 17S97 17902 179S5 18i 15 18033 18138 18361 18436 18550 18572 18591 18650 18652 1S674 1SS26 18833 18SSS 18960 19101 19188 19241 19248 19526 19536 19563 19870 20088 20091 20093 2011.3 20154 20227 20237 20325 20340 20464 20465 2'14 52 20503 20680 20730 20736 20747 20929 20961 20995 803 811 741 746 832 857 766 77S S62 795 S7S SS6 921 929 1017 1034 1048 1C<R3 1107 1120 1121 1134 1137 1163 1222 1228 1250 1304 1312 1338 1399 1436 1443 144-1 1513 15S7 1610 1641 1712 1714 17,55 1765 1776 1801 1§49 1864 1875 1911 1922 199S 2051 2060 2069 2091 2111 2115 215') 2100 2237 2300 2322 2345 2353 2362 2372 2394 2487 2505 2564 2630 3635 3647 3703 2713 2813 2873 2874 2882 2890 2924 3110 3165 3172 3181 3211 3213 3286 3288 3201 3327 333S 3350 5394 3408 3417 3467 3488 3519 5580 3546 3743 3803 3814 3821 5846 3893 3041 3963 4006 4020 4029 4060 4075 40S1 40S7 4095 4113 412S 4131 4137 4139 4146 4176 4199 4215 4269 4270 4302 4313 -1318 4327 4329 4334 4305 4404 4411 4486 4532 4548 4554 4570 4581 4619 4628 4632 4(>39 4694 4700 4733 4814 4835 4945 50-11 5068 5080 5121 5138 5177 5189 5200 5217 5218 5232 5238 5253 529S 5339 5-403 5471 5476 5525 5671 5677 5691 5M4 5857 5S93 5916 5979 6025 60ol 6087 6137 6141 6165 6185 61')$ 6229 6269 6311 6321 6384 6431 6479 6507 6551 6604 67**7 6723 6729 6793 6796 6830 6S6S 6869 6892 6899 6907 6926 6930 0994 7100 7117 7156 7199 7247 7256 7262 7263 7330 7351 7406 7423 7427 7465 7469 7486 7489 7514 7516 7576 7647 7654 7656 7704 7727 7765 7840 7864 7902 7927 7999 S012 8013 WIS 8035 505 8058 8061 S106 S109 8117 8143 S235 8297 833S 8383 S40S S421 8426 8451 S-10S 8451 S547 S571 S575 8577 8587 8635 8746 8762 8810 8818 8887 8860 8867 890! 5928 8941 9006 9044 9066 9070 9095 909S 9106 9163 9180 9244 9257 9259 9279 9281 9297 9320 9350 9368 9422 9425 9427 9-131 95211 9541 9546 9569 9601 9637 9641 9675 9778 9804 9S37 9S53 9860 9867 9930 10030 10064 10076 10079 10092 10102 10110 10! II 10138 10171 10206 10212 10223 10219 1023S 10319 10360 10551 10552 10615 1061S 10666 10668 1067-1 10696 10704 10732 10746 10S59 10S50 10934 10963 11019 11087 11162 11191 11266 11289 11343 11596 1142S 11479 I15<M 1153$ 11540 11550 11568 11596 11637 11 (.50 11656 11663 11712 11728 11791 11799 11838 11847 11850 11568 IIS75 11SS0 11918 1194! 11982 12071 12102 12122 12123 12163 12E9 12217 12291 12307 1250S 12323 12348 12451 12506 12517 12593 1260*? 12613 12676 12702 12707 1270S 12713 127;$ 12844 12852 12S99 l?9rt3 13059 13031 1303S 130S3 13128 18143 131 SS 13206 13223 13230 13240 1325S 13279 '8311 13359 13367 13393 13414 13471 13474 1352? 13546 13597 13741 13796 13854 13867 13947 1396! 14034 14043 140R3 14137 1415? 14169 14189 14214 1427S 1-1336 14354 14410 14-143 14456 14474 14501 14518 14536 14560 1457S I4608 M643 14662 14681 1-I7CM 14705 14708 1476! I4S04 14813 14S6S 14SS2 14893 14948 149.50 15040 15051 15067 50(70 15076 15104 15156 15215 15223 15267 15288 15301 15316 15321 15330 15372 15-170 15473 15489 15493 1.5547 15667 15687 15802 15S66 1590? 15939 15971 15996 16039 16044 16045 16204 16212 16248 16250 16323 16359 |6159 16530 16533 16.552 16561 16606 16610 16615 16652 166.57 16675 16710 16733 16762 16767 16789 16800 I6S40 16855 16872 16S85 16920 16992 16996 17010 17021 17059 17105 17119 17129 17148 17190 17197 I722S 17241 17297 t7337 17344 17355 174S6 17501 17.515 17517 17553 17564 17565 17578 17605 17650 17693 I760S 17710 17729 17R0S I782S 17849 17885 179S0 18003 18013 18024 1S036 1S018 1R057 1,5073 18074 18000 18109 16214 1S23I 1S249 15259 18287 18'33 1S36S 1S39.5 18415 IS4I6 18445 18117 1S44S IS527 18555 18559 18561 18575 18585 1S6I6 18625 1S62S 18649 1S678 18699 1S703 1RS21 1SS54 1SS69 18906 1S909 18946 IR952 IS971 tOOlO 19025 19041 19049 1906! 19077 19206 19232 192SS 19290 10293 19209 19358 19364 10.132 19433 19474 19485 19514 19529 19530 19639 196-12 19660 19701 19707 19713 19746 19752 19775 19795 19805 19S20 J9$?3 1QS36 19921 10939 19944 19964 20023 20030 200-10 20041 20060 ->0072 200.59 20121 20125 2013? 20204 20313 203.32 2<*34S1 20350 20383 20-1OS 20-170 20-179 205IS 20526 2"556 20571 20621 20697 20768 20S02 20S03 20S72 20S43- 20S9-4 20S4S 20970 20973 RAD IOTELEFOONVER KEER INDIëFINLAND Wegens het goede resultaat van eenige de zer dagen gehouden proefgesprekken tus- schen Bandoeng en Helsingfors is het radio- telefoonverkeer van Ned.-Indië vla Amster dam met andere Europeesche landen sinds gisteren uitgebreid met Finland. ADVERTENTIES Gobor n: ANNY Dochter van J. NIBRERING en M. NI 13 BE RING VAN DOORENMAALEN Haarlem, 9 Juni 1931 Warmoesstraat 18 Do Heer en Mevrouw HEERKENS THIJSSEN— VAN DER Kl'N hebben liet genoegen konnis to geven van de geboorte van hun Zoon HEIN". Bloemendnal, 9 Juni 1931 Rustenburgorweg 9 Getrouwd: lr. W. .T. DE KOOK VAN LEEUWEN ingenieur lete kl. v. d. Provlnc. Waterstaat in Zuid-Holland J. A. TIT. GRAVIN VAN HOGENDORP Heemstede, 9 Juni 1931 Getrouwd: C. BRACNS JETTY DE WIJS De Hoor cn Mevrouw BRAUNS—DE WIJS danken, mede namens weder- zljdsche familie, voor de vele blijken van belangstelling, bij hun huwelijk ondervonden. Overvecn. 9 Juni 1931 Eenige kennisgeving Tot onzo diepe droefheid overleed lieden onzo Innig geliefde Zuster en Behuwd zuster Theodora Philippina Röell Douairière dhr. Joan Anthony Ferdinand Backer, in den ouderdom van 71 Jaar. Beverwijk: Douair. A. J. Baronesse v. ITTERSUM RÜELL Amsterdam: Jhr. H. VV. RÖELL D. C. M. R ft ELL VAN BENTHEM VAN DEN BERGH Apeldoorn: Jonkvr. M. A. I. P. RÖELL Haarlem: Douair. ii. A. J.SANDBERG RÜELL Driebergen. 7 Juni 1931 Vrecdenhoff

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 3