Pt w
lom de Misdaad
NOG EENS TANTE POS.
HAARLEM'S DAGBLAD
DINSDAG 9 JUNI 1931
door
A. HEEROMA, Oud-Commissaris van Politie te Amsterdam.
Het gebeurt in deze wonderlijke wereld, dat
een dolende ziel een andere, haar bestem
ming zoekende, ontmoet en dat beiden dan
meenen, dat aan het dalen een einde is ge
komen. Om dit kenbaar te maken begeven
de dragers dier tot rust gekomen zielen zich
naar een man, die gouden ringen smeedt of
althans verkoopt en, zwemmende in gelukza
ligheid, steekt de jongeling zoo'n fonkelend
kleinood aan meisjes poezele hand en zij
antwoordt op dezelfde wijze, al zij de hand,
door haar versierd, allicht minder poezel,
maar eer gebruind en soms verelt. En zij
zouden zich, ware het slechts doenlijk, één
..steekt de jongeling zoo'n jonkelend
kleinood
gouden band laten maken, die hen beiden
zou omvatten, maar omdat dit eenige onge
makken met zich zou brengen, doen zij dit
niet, maar vergenoegen zij zich met de denk
beeldige rozenketen, die de liefde om hen
heeft geslingerd.
Men zou mogen verwachten, dat niets
meer in staat zou zijn hunne zielen van el
kander te verwijderen en dat zij de ringen
zouden dragen, tot de alles sloopende tijd ze
had afgeslepen tot bladdikte en de poezele
hand was geworden tot een knokig, blauw-
aderig, beroerig grijpwerktuig, dat zich klem
de om den stok, die het oude lijf tot stut
moest dienen. Wellicht is dit ook voorgeko
men, komt het nog voor, maar ik sprak 'van
deze wonderlijke wereld en zoo moet het niet
verbazen, dat het gebeurde, dat de rozen
keten werd stuk getrokken. De poezele rech
terhand schoof den glanzendën ring van den
linkerringvinger, wijl de band knelde; zij
nam een enveloppe, stak er een velletje pa
pier in, waarop zij geen enkel woord van lief
de schreef, stopte den ring er bij, voorzag de
enveloppe van den naam, dien zij niet meer
begeerde te dragen, bezegelde ze met een
koninklijk beeld en stak den brief in een
der bussen, die Tante Pos ten behoeve van
minnenden en niet minhenden heeft ge
plant. En toen wachtte zij, tot een ander zou
komen, die een nieuwen rozenketen zou om
hangen, ja het is zelfs mogelijk in deze won
derlijkste aller werelden, dat de nieuwe, fris-
sche keten reeds om de schouders hing, ter
wijl de andere verlept nog aan haar vast-
haakte.
Doch de jongeling, wiens naam niet be
geerd werd, ontving den hem gezonden brief
niet en zou dien nimmer ontvangen, zoodat
hij in zijn verbeelding nog den rozenketen
droeg, tot andere omstandigheden het hem
duidelijk maakten, dat hij ook een gouden
band te veel had. Dies nam hij een velletje
papier, schreef er op: „hier is je ring terug,
valsche doerak", deed den ring bij dit over
duidelijk bewijs van afgedane liefde en de
poneerde alles eveneens in de bus van Tante
Pos. En ook deze brief bereikte den over-
kant niet, zoodat ieder der twee jongelieden
in de meening kon verkeeren, dat zij een
treurend slachtoffer hadden achter gelaten.
Dit nu was een geestigheid van een der
dienaren van Tante Pos, die zoo in zijn rus
tige oogenblikken den inhoud van op het
postkantoor aanwezige brieven van buiten
taxeerde en die, ijverig dienaar, die hij was,
niet goed kon vinden, dat er ringen in brie
ven werden gesloten, omdat dit niet is toege
staan. Nu had hij die ringen aan de afzen
ders of anders aan de boven hem gestelden
moeten geven, maar hij had er blijkbaar be
hagen in, de verbroken banden in de ver
beelding te laten voortbestaan en daarom
nam hij de ringen mee en lei ze thuis in zijn
kast. De afzenders, die elkaar na de breuk
niet meer aankeken, waarschijnlijk omdat
beider aandacht al weer door iets anders in
beslag was genomen, bleven er dus onkundig
van, dat de brieven hun bestemming niet
hadden bereikt en maakten zich er ook niet
bezorgd om, zoodat bij Tante Pos geen klacht
werd ingediend en zij er onkundig van bleef,
dat een harer zonen er eigenaardige opvat
tingen op na hield.
Men begrijpt, dat dit niet het einde der
geschiedenis is, wane ware dit zoo, zoo zou
er ook geen begin geweest zijn, want als
geschiedschrijver mag ik mij slechts tot ae
feiten bepalen en hoe had ik die geweten
wanneer niet het vervolg mij er de kennis
van gebracht had?
Onze postman met zijn eigenaardige op
vattingen dan, werd niet speurensmoe en
zoodoende kreeg hij er een zekere vaardig
heid in, te ontdekken, in welke brieven bij
het voor hem onbelangrijke nieuws zich. arti
kelen bevonden, die zich in zijn belangstel
ling mochten verheugen en zonder gewetens
bezwaar nam hij die tot- zich. Aangezien er
veel menschen zijn, die bankbiljetten in een
brief sluiten, zonder de moeite te nemen den
brief te doen inschrijven, was de oogst niet
onbelangrijk en onze vriend bracht al het
door hem gevonden geld naar de spaarbank,
zoodat zijn boekje tenslotte het niet onbe
langrijk tegoed van tweeduizend gulden
had.
Het spreekt van zelf, dat het verdwijnen
van die bankbiljetten niet verborgen bleef,
want als je tante je voor je verjaardag f 25
stuurt en je bedankt er haar niet voor, dan is
het te verwachten, dat zij dit beschouwt als
een bewijs van ongeëvenaarde onhebbelijk
heid. hetgeen ze wel zoo goed is je in een
volgenden brief zonder bankbiljet onder he:
oog te brengen en reken maar. dat zoo'n
brief niet verloren gaat. Je bent dan van
alles en nog wat: boos. ornaat je valschelijk
wordt beticht; bang, dat je verweer niet
wordt aangenomen en bovenal verdrietig om
üe 25 piek, die je ontging.
in een volgenden brief zonder
bankbiljet
Je haast je dus je tante te schrijven in
de flauwe hoop, dat een ander biljet zal
volgen, wat meestal een ijdele hoop is en je
gaat naar 't postkantoor, waar je den eer
sten den besten postambtenaar voor het
verlies aansprakelijk stelt. Speel je erg op,
dan heb je kans eruit gezet te worden en
ben je zoo dwaas den ambtenaar te beleedi--
gen. dan kom je later nog bij ds politie te
recht, maar in allen gevalle wordt de zaak
onderzocht, hetgeen nu niet zoo bijzonder ge
makkelijk is.
En zoo gebeurde het, dat Tante Pos unij
weer in den arm nam en ik zooht met haar
ambtenaren, maar tevergeefs.
Doch het geviel dat de bankbiljettenver-
zamelaar zich eens vergiste en, meenende
geld te zullen vinden, een brief opende,
waarin een tienrittenboekje zat, wat hij na
tuurlijk niet naar de spaarbank kon bren
gen, doch dat hij ook maar behield, omdat
hij in zijn vrijen tijd graag uit visschen
ging, waarbij het boekje hem van dienst
kon zijn om ver afgelegen vischwateren te
bezoeken. De vermissing van-dit boekje werd
aangegeven ,ik stelde mij in verbinding met
de administratie der spoorwegen en dit had
tengevolge, dat, toen onze visscher aan een
stationnetje afstapte en het tienritten
boekje toonde, hij ter verantwoording werd
geroepen. Hij was echter voor het eerste gat
niet te vangen, toonde zich zeer verbaasd en
wist te bewerken, dat hij heen kon gaan,
terwijl hij gaarne een kaartje nam en een
naam en adres opgaf, dat natuurlijk valsch
was. Maar met dat al kreeg ik het boekje en
een beschrijving van den visscher, die zich
..een zwarte Sinterklaas..
begrijpelijkerwijs niet meer bij dat troebel
water liet zien. Heel gerust was hij echter
niet en omdat hij de mogelijkheid voorzag-,
dat wij hem t' avond of morgen met de
spoormannen zouden confronteer en, deed hij
iets doms, schoon 't slim bedoeld was, maar
dat gebeurt meer, want dom en slim vor
men een cirkel en van een cirkel kan je niet
zeggen, waar hij begint. Wat hij deed? Hij
schoor zijn zware baard af. Nu kregen wij
natuurlijk een signalement van een man met
een baard; de een zei: 't leek wel een roover,
de ander: een zwarte sinterklaas, maar voor
ons was dit geen slechte aanwijzing, alleen
was het aantal baarddragers toen nog vrij
aanzienlijk. Maar die baardman was als
hengelaar toch zeker ook een ongewoon type
en zoo doende was er een tramconducteur,
die wist waar hij altijd op de train stapte,
wat de lus alweer wat aanhaalde. Toch is
het best mogelijk dat ik niet op den man ge
komen zou zijn, als hij zijn baard niet had
afgeschoren, want hij had een functie, die
hem op het postkantoor feitelijk niet met de
brieven in aanraking bracht en niemand
dacht ook aan hem, maar toen ik hoorde,
dat hij net na die kwestie met dat boekje
baardeloos was geworden, vond ik het noo-
dig hem nader te bekijken en hij woonde ook
dicht bij de bedoelde tramhalte.
Toen was zijn lot beslist, want ik ging bij
hem thuis kijken en vond daar ook de twee
gouden ringen met ingegrifte letters, die op
den postman niet sloegen, maar hij beweerde
dat hij die eens in een lommerd had ge
kócht, wat een van die gewone uitvluchten
is. waar de leugen dik op ligt. Maar ja. de
man hoefde zijn onschuld niet te bewijzen,
ik moest zijn schuld bewijzen en ik had
geen aangifte dat er ringen gestolen waren.
Toen riep ik mijn oude handlangster, de
Pers, weer ter hulp en dra verscheen er in
de bladen een oproep naar de eigenaren der
ringen, welke tot in bizonderheden werden
beschreven.
Toen kwamen de afzenders opzetten, zult
ge zeggen en die vertelden, dat zij de rin
gen per post hadden verzonden en toen kon
de man moeilijk zijn onschuld volhouden,
zoodat hij bekende en de kast inging, want
op het punt van postdiefstallen gebruikt de
justitie geen consideratie, omdat de post een
zoo belangrijk instituut is, dat dit met alle
macht beschermd moet worden.
Nu, dat is ook zoo, maar het einde is toch
nog even anders dan daar juist geschetst is;
het leven is niet altijd even prozaïsch.
Een paar dagen toch nadat ik den oproep
in de kranten had doen plaatsen, werd er
een aardig meisje bij mij aangediend en van
haar vernam ik. dat zij degene was, die den
nauwsten ring had teruggezonden en den
wijdsten had moeten ontvangen; de letters
binnenin lieten geen ruimte voor twijfel en
zij glimlachte flauwtjes t-oen zij de twee
bandjes terugzag, die haar gedachten terug
voerden naar een gelukkig moment in haar
leven. Ik raadde dit en vroeg: „Heeft U nog
het land aan hem?" waarop zij antwoordde:f
„Och, 't was gekonkel van vreemden", en ik^
meende haar lippen even te zien trillen.
Er werd geklopt en men diende een heer
aan, die kwam op het krantenbericht. Ik had
zeker een ondeugende tinteling in de oogen,
toen ik het meisje aankeek en zei: „Laat
mijnheer maar binnenkomen", want zij
lachte ietwat verlegen en schoof wat terzijde.
Ik liet den heer plaats nemen en leidde zijn
blik in de richting van het meisje, waarop hij
schrok en bloosde.
Ik had genoeg gehoord en gezien en nadat
ik den jongen man de ringen had getoond en
i' -
iiJé lH?
„U ziet wel dat de ringen bij elkaar gebracht
zijn!"
van hem had vernomen, wat hij er van wist,
zei ik: „U ziet wel, dat de ringen toch weer
bij elkaar gebracht zijn; dat moest zeker zoo
zijn; is de kloof nog te overbruggen?"
„Marie, wil je me weer een hand geven",
zei na een oogenblik zwijgen de jonge man,
terwijl hij opstond en voor Marie ging staan.
Zij stak haar hand toe en zei: „Waarom niet
Frits?"
„Ja, omdat ik geschreven heb
„Sst", zei ik, „die brief heeft haar nooit be
reikt".
„Neen. dat 's waar ook, en mag ik nu een
goed woordje voor dien postman doen?"
vroeg de jongeling, want aan hem hebben
we toch eigenlijk te danken, dat 't weer goed
is."
„Is 't weer goed, Marie?" vroeg ik.
„U is een rare commissaris", zei Marie,
„Maar laat U 't er nu maar bij, dat kan U
wel. U is de kwaadste niet."
Marie scheen niet veel besef te hebben van
den ernst der feiten en wilde ieder in haar
geluk laten deelen, hetgeen zeer prijzens
waardig is, maar hoe graag ik het lieve kind
genoegen wilde doen, op het punt van rechts
pleging kon ik het met haar niet eens zijn.
Is 't hier een wonderlijke wereld of niet?
Het Tooneel te Amsterdam.
Gastvoorstellingen
Ernst Deutsch en Maria Eis.
Der Teufelsschüler.
Het is wel opmerkelijk, dat Duitsche too-
neelspelers op hun tournees door Nederland
bijna nooit Duitsche stukken brengen. Emil
Jannings kwam met het Fransche Les Af
faires sont les Affaires, Harry Liedtke met
het Engelsche An ideal Husband, Elisabeth
Bergner met St. Joan van Shaw, The Circle
van Somerset Maugham en As you like it
van Shakespeare en Ernst Deutsch en Maria
Eis, die thans in den Stadsschouwburg te
Amsterdam spelen, geven The Devil's Disci
ple van Shaw, La Prisonnière van Bourdet
en Spoken van Ibsen. Paul Wegener was de
eenige, die hier één Duitsch treurspel
Hebbel's Maria Magdalena naast twee wer
ken van den Zweed Strindberg heeft- ge
bracht. In hun kunst toonen de Duitsche
acteurs en actrices zich in tegenstelling
met hun Fransche collega's allerminst na
tionaal.
Het is een werkelijk superieur ensemble,
dat deze week in den stadsschouwburg op
het Leidsche Plein gastvoorstellingen geeft
en de eerste opvoering in onze hoofdstad was
voor de Duitschers gisteren dan ook niet
minder dan een triomf, al was het bezoek
dan ook helaas veel minder groot dan
verleden week bij Mist-inguett. The Devil's
Disciple, dat onder den titel De Satan's
Kerel nu ongeveer 30 jaar geleden voor het
eerst in ons land door de Rotterdammers
met Frits Tartaud in de titelrol is ge
geven en dit seizoen zonder succes door
de Kon. Ver. Het Nederlandsch Tooneel nog
eens op het repertoire werd genomen, be
hoort tot de eerste stukken van Bernard
Shaw. De groote Ier was toen nog min of
meer romantisch-aangelegd. al komt dan ook
de vlijmscherpe, sarcastische en geestige
spotter, die Shaw altijd geweest is, herhaal-
delijqk om den hoek kijken, vooral wanneer
hij de Engelschen a faire kan nemen.
Shaw stelt in „Der Teufelsschüler, dat in
Amerika tijdens den Amerikaanschen vrij
heidsoorlog in 1777 speelt, de Engelschen
tegenover de Amerikanen en het spreekt bij
na van zelf, dat de Engelschen bij dezen
Ierschen schrijver niet le beau róle vervul
len. Richard Dudgeon wordt door zijn aops-
genooten niet anders dan de Satan's kerel
genoemd, omdat hij zich om God noch ge
bod bekommert en als een dol-driest avontu
rier er maar op los leeft.
De jonge vrouw van dominee Anderson
kan, als zij tegenover den woesten smokke
laar staat, van wien heel het dorp nooit an
ders dan kwaad spreekt-, haar afkeer nau
welijks verbergen, maar als de Engelschen
haar huis binnendringen om haar man te
arresteeren. trekt Richard Dudgeon het
kleed van den geestelijke aan en geeft hij
zich voor den dominee uit om vrijwillig voor
hem den dood in te gaan. Dan ziet Judith
Anderson voor het eerst, dat de menschen
niet- altijd zijn, wrat zij schijnen.
Maar ook het innerlijk van haar eigen
man is haar vreemd. Want als zij meent,
dat Anderson, nadat hij van Dudgeon's held
haftige opoffering heeft gehoord, haar huis
verlaat om te vluchten, vergist zij zich voor
de tweede maal. Instede-van te vluchten,
stelt Anderson zich aan het hoofd der re
bellen om tegen de Engelschen te strijden
en op het oogenblik, dat de pseudo-predï-
kant met de strop om zijn hals op den dood
wacht, keert ae echte Anderson als overwin
naar terug om den Satan's kerel te bevrij
den. Dan eerst ziet Judith Anderson hoe de
twee mannen, die zij beiden miskend heeft,
in hun ware gedaante zijn en het „eind goed
al goed" is "net wat ouderwetsche slot van
deze tragi-comedie.
The Devil's Disciple behoort zeker niet
tot de sterkste stukken van Shaw. De roman
tiek en h'et burleske verdragen zich moeilijk
naast elkander en de romantiek doet in dit
werk sterk verouderd aan. Men gelooft niet
aan deze menschen en voelt het geheel te
veel als „komedie". Als in dit stuk niet die
krijgsraadzitting was met haar fel-strle-
menden spot, zouden wij soms moeite hebben
den schrijver van Mevrouw Warren's Be
drijf, Helden en Majoor Barbara te herken
nen. Maar in het schrijnend sarcasme,
waarmee hij de domme Engelsche officieren
en de bureaucratie geeselt. hooren wij toch
wel weer den echten Shaw. En generaal
Burgoyne Johnie Gentleman is wel
volkomen een schepping van den grooten
Ierschen schrijver. Wanneer Richard Dudgeon
bijvoorbeeld verzoekt om te worden gefusil
leerd inplaats van te worden opgehangen,
laat Shaw den generaal zeggen: „Je hebt
blijkbaar geen idee. hoe slecht, de Engelsche
soldaten schieten! Anders zou je zoo iets niet
vragen!" Als Richard Dudgeon aan het slot
verklaart, dat hij zich als 'n dwaas heeft aan
gesteld en Judith In vervoering uitroept:
„Neen, als 'n held!" en Shaw dadelijk daar
op laat volgen: „Nou ja, dat is 't zelfde!"
dan is het wel volkomen de schrijver van St.
Joan en Helden, die daar spreekt.
De Duitschers geven van dit Engelsche stuk
een voortreffelijke vertooning. Zij vermijden
voortdurend het romantische zwaar aan te
zetten en laten daarentegen het burleske vol
komen recht wedervaren. Hierdoor weten
zij het geheel en dat is het moeilijke in
dit werk van Shaw prachtig in evenwicht
te houden. Ernst Deutsch, die Richard
Dudgeon speelt, is een groot tooneelspeler.
Zoodra hij opkomt voelt men het onmiddel
lijk, dat hij een der begenadigden is. Hij
heeft in zijn gebaren, zijn houding, zijn be
zielde oogopslag, zijn stem, kortom in alles
dat fascineerende, waardoor hij onmiddellijk
boeit en steeds de aandacht vasthoudt.
Deutsch doet in zijn spel en vooral in zijn
stem soms sterk aan Moissi denken. Deutsch
is minder lyrisch en daardoor ook minder
gemaniereerd, maar vooral hij ls manlljker
en krachtiger. Hij heeft een prachtig ge
luid, dat hij uitstekend weet te gebruiken.
Nu eens klinkt de stem week en zacht, en
dadelijk daarna metaal-hard, zonder toch
ooit ruw te worden. Deutsch maakte van den
Satan's kerel een fascineerende figuur, be
zield en krachtig, artistiek voortdurend be-
heerscht, zoodat het romantische niet één
oogenblik drakerig wordt.
Ernst Deutsch staat temidden van een
superieur ensemble, zoodat wij geen moment
den indruk krijgen van een ster>opvoering.
Maria Eis die wij ons nog herinneren van
haar gastvoorstellingen indertijd met Paul
Wegener zien wij als de harde, Puritein-
sche moeder van Richard slechts in één be
drijf, maar dit was voldoende om van haar
rijk talent getuigenis te geven. Zij was in
alles de incarnatie van de koude harteloos
heid. Uitstekend ook Erwin Kaiser als Ander
son, de dominee, die zich in een buis van
een avonturier met twee pistolen in zijn
gordel meer op zijn gemak gevoelt dan in het
zwarte kleed van den geestelijke.
Rudolf Klein-Rogge gaf een verrukkelijke
creatie van generaal Burgoyne, aristocratisch
voornaam en fijn-geestig. De vlijm-schexpe,
sarcastische zinnen van Shaw lanceerde hij
zoo raak en toch zoo licht, dat de zaal telkens
weer met applaus reageerde. Als een vol
leerd floret-schermer bracht hij spelender
wijze met onvergelijkelijke gratie zijn steken
toe.
Zeer goed ook Wolf Dohnberg als de half
idiote Christy en ontroerend-zuiver Eva West
in de rol van Essie, de verschoppeling in den
huize Dudgeon, die als een trouwe hond
Richard aanhangt. Carola Toelle, die wij
reeds met Harry Liedtke in Holland hebben
gezien, kon mij minder bekoren. Haar spel
lijkt louter routine en is mij te uiterlijk,
waardoor het vooral naast het innige spel
der anderen onecht aandoet.
J. B. SCHUIL.
47 12? 140 HO 199
394 405 452
737
73S
RUIL VAN ZENDTIJD TUSSCHEN H.LR.O.
EN K.R.O.
Het bestuur van de Humanitaire en Idea
listische Radio-Omroep verzoekt ons mede
te deelen, dat het zijn zendtijd op 9 Juni op
verzoek va nden K.R.O. ,aan deze omroepvel'-
eeniging heeft afgestaan voor de „Rerum-
Novaruin"-herdenking. De uitzending van.
de H.I.R.O. zal nu plaats hebben op Zater
dagavond 20 Juni, van 89 uur.
BEVEILIGING VAN MENSCHENLEVENS
OP ZEE
Ingediend is bij de Tweede Kamer een wets
ontwerp tot wijziging van de Schepenwet.
Ingevolge art. 65 van het op 31 Mei 1929 te
Londen gesloten verdrag voor de beveiliging
van menschenlevens op zee, zal dit verdrag
op den len Juli 1931 in werking kunnen tre
den. Het is dus noodig, dat vóór dien datum
de noodige wettelijke bepalingen tot stand
komen, opdat het verdrag zijn geheele en
volledige werking kan hebben.
Het onderhavige wetsontwerp strekt
daartoe.
456c STAATSLOTERIJ
Trekking van Dinsdag 9 Juni 1931.
5c Klasse. He l.ijst.
HOOGE PRIJZEN.
5524 ƒ25.000.
1240. 2113, 12026 elk 10CO.
154. 1351. 6224. 6341, 639S, S2S7 elk ƒ400.
14S09 ƒ200.
12C2, 1362, 3065. 7876. 8519. 10774. 11571. 13424,
13656,
15162
18316
1865"
1899
elk' 100.'
Prijzen v
an i 7(
45
90
100
136
491
50S
546
632
6S5
721
S09
882
97S
1032
1047
1118
HIS
1469
1485
1514
157S
170S
1771
1793
1S37
2007
23104
2386
2399
2409
2542
2579
2615
2734
2S15
2S1S
2S65
3088
3115
3133
3135
3142
353S
3687
3730
3769
3937
4091
4107
4135
4182
4286
4295
4361
4366
4427
4565
4657
4562
472S
4740
47S6
4S98
5013
504S
51 IS
5212
5313
5327
5363
5390
5490
5574
5753
5817
5977
6051
6317
6442
6495
6547
6732
6S31
6977
7090
7113
7254
7321
7329
7331
7530
7669
7676
7766
7S42
7949
8021
S022
8325
8435
S464
8593
8763
8972
9110
9179
9343
9375
9390
9538
9580
9609
9610
9615
9834
9968
10077
10096
10288
10328
10492
10515
10725
10S69
10945
10999
11000
11024
1113»
11137
11144
11160
11167
11169
11213
11401
11429
11457
11542
11577
11605
11686
11810
11963
11991
12047
12137
12154
12164
12368
12444
12417
12479
12502
1263S
12714
12777
12969
13089
13160
13320
13396
13461
13605
13611
13848
13925
13940
14074
14077
14158
14171
14193
14274
14304
14506
1452S
14537
14690
Hf'S
14873
14986
15176
15154
15208
15269
15320
I56S3
157S9
15916
16024
16112
16165
16264
162S4
163-12
16550
16554
16649
16654
16S0-I
16972
3 6983
17074
17144
17165
17353
17407
17427
17505
17516
17596
17652
1777.3
17872
17874
17890
17S97
17902
179S5
18i 15
18033
18138
18361
18436
18550
18572
18591
18650
18652
1S674
1SS26
18833
18SSS
18960
19101
19188
19241
19248
19526
19536
19563
19870
20088
20091
20093
2011.3
20154
20227
20237
20325
20340
20464
20465
2'14 52
20503
20680
20730
20736
20747
20929
20961
20995
803 811
741 746
832
857
766 77S
S62
795
S7S SS6 921
929 1017 1034 1048 1C<R3 1107 1120 1121
1134 1137 1163 1222 1228 1250 1304 1312
1338 1399 1436 1443 144-1 1513 15S7 1610
1641 1712 1714 17,55 1765 1776 1801 1§49
1864 1875 1911 1922 199S 2051 2060 2069
2091 2111 2115 215') 2100 2237 2300 2322
2345 2353 2362 2372 2394 2487 2505 2564
2630 3635 3647 3703 2713 2813 2873 2874
2882 2890 2924 3110 3165 3172 3181 3211
3213 3286 3288 3201 3327 333S 3350 5394
3408 3417 3467 3488 3519 5580 3546 3743
3803 3814 3821 5846 3893 3041 3963 4006
4020 4029 4060 4075 40S1 40S7 4095 4113
412S 4131 4137 4139 4146 4176 4199 4215
4269 4270 4302 4313 -1318 4327 4329 4334
4305 4404 4411 4486 4532 4548 4554 4570
4581 4619 4628 4632 4(>39 4694 4700 4733
4814 4835 4945 50-11 5068 5080 5121 5138
5177 5189 5200 5217 5218 5232 5238 5253
529S 5339 5-403 5471 5476 5525 5671 5677
5691 5M4 5857 5S93 5916 5979 6025
60ol 6087 6137 6141 6165 6185 61')$ 6229
6269 6311 6321 6384 6431 6479 6507 6551
6604 67**7 6723 6729 6793 6796 6830 6S6S
6869 6892 6899 6907 6926 6930 0994 7100
7117 7156 7199 7247 7256 7262 7263 7330
7351 7406 7423 7427 7465 7469 7486 7489
7514 7516 7576 7647 7654 7656 7704 7727
7765 7840 7864 7902 7927 7999 S012 8013
WIS 8035 505 8058 8061 S106 S109 8117
8143 S235 8297 833S 8383 S40S S421 8426
8451 S-10S 8451 S547 S571 S575 8577 8587
8635 8746 8762 8810 8818 8887 8860 8867
890! 5928 8941 9006 9044 9066 9070 9095
909S 9106 9163 9180 9244 9257 9259 9279
9281 9297 9320 9350 9368 9422 9425 9427
9-131 95211 9541 9546 9569 9601 9637 9641
9675 9778 9804 9S37 9S53 9860 9867 9930
10030 10064 10076 10079 10092 10102 10110 10! II
10138 10171 10206 10212 10223 10219 1023S 10319
10360 10551 10552 10615 1061S 10666 10668 1067-1
10696 10704 10732 10746 10S59 10S50 10934 10963
11019 11087 11162 11191 11266 11289 11343 11596
1142S 11479 I15<M 1153$ 11540 11550 11568 11596
11637 11 (.50 11656 11663 11712 11728 11791 11799
11838 11847 11850 11568 IIS75 11SS0 11918 1194!
11982 12071 12102 12122 12123 12163 12E9 12217
12291 12307 1250S 12323 12348 12451 12506 12517
12593
1260*? 12613 12676 12702 12707 1270S 12713 127;$
12844 12852 12S99 l?9rt3 13059 13031 1303S 130S3
13128 18143 131 SS 13206 13223 13230 13240 1325S
13279 '8311 13359 13367 13393 13414 13471 13474
1352? 13546 13597 13741 13796 13854 13867 13947
1396! 14034 14043 140R3 14137 1415? 14169 14189
14214 1427S 1-1336 14354 14410 14-143 14456 14474
14501 14518 14536 14560 1457S I4608 M643 14662
14681 1-I7CM 14705 14708 1476! I4S04 14813 14S6S
14SS2 14893 14948 149.50 15040 15051 15067 50(70
15076 15104 15156 15215 15223 15267 15288 15301
15316 15321 15330 15372 15-170 15473 15489 15493
1.5547 15667 15687 15802 15S66 1590? 15939
15971 15996 16039 16044 16045 16204 16212 16248
16250 16323 16359 |6159 16530 16533 16.552 16561
16606 16610 16615 16652 166.57 16675 16710 16733
16762 16767 16789 16800 I6S40 16855 16872 16S85
16920 16992 16996 17010 17021 17059 17105 17119
17129 17148 17190
17197 I722S 17241 17297 t7337 17344 17355 174S6
17501 17.515 17517 17553 17564 17565 17578 17605
17650 17693 I760S 17710 17729 17R0S I782S 17849
17885 179S0 18003 18013 18024 1S036 1S018 1R057
1,5073 18074 18000 18109 16214 1S23I 1S249 15259
18287 18'33 1S36S 1S39.5 18415 IS4I6 18445 18117
1S44S IS527 18555 18559 18561 18575 18585 1S6I6
18625 1S62S 18649 1S678 18699 1S703 1RS21 1SS54
1SS69 18906 1S909 18946 IR952 IS971 tOOlO 19025
19041 19049 1906! 19077 19206 19232 192SS 19290
10293 19209 19358
19364 10.132 19433 19474 19485 19514 19529 19530
19639 196-12 19660 19701 19707 19713 19746 19752
19775 19795 19805 19S20 J9$?3 1QS36 19921 10939
19944 19964 20023 20030 200-10 20041 20060 ->0072
200.59 20121 20125 2013? 20204 20313 203.32 2<*34S1
20350 20383 20-1OS 20-170 20-179 205IS 20526 2"556
20571 20621 20697 20768 20S02 20S03 20S72 20S43-
20S9-4 20S4S 20970 20973
RAD IOTELEFOONVER KEER
INDIëFINLAND
Wegens het goede resultaat van eenige de
zer dagen gehouden proefgesprekken tus-
schen Bandoeng en Helsingfors is het radio-
telefoonverkeer van Ned.-Indië vla Amster
dam met andere Europeesche landen sinds
gisteren uitgebreid met Finland.
ADVERTENTIES
Gobor
n:
ANNY
Dochter van
J. NIBRERING en
M. NI 13 BE RING
VAN DOORENMAALEN
Haarlem, 9 Juni 1931
Warmoesstraat 18
Do Heer en Mevrouw
HEERKENS THIJSSEN—
VAN DER Kl'N
hebben liet genoegen konnis to
geven van de geboorte van hun
Zoon
HEIN".
Bloemendnal, 9 Juni 1931
Rustenburgorweg 9
Getrouwd:
lr. W. .T. DE KOOK VAN
LEEUWEN
ingenieur lete kl. v. d.
Provlnc. Waterstaat in
Zuid-Holland
J. A. TIT. GRAVIN VAN
HOGENDORP
Heemstede, 9 Juni 1931
Getrouwd:
C. BRACNS
JETTY DE WIJS
De Hoor cn Mevrouw
BRAUNS—DE WIJS
danken, mede namens weder-
zljdsche familie, voor de vele
blijken van belangstelling, bij
hun huwelijk ondervonden.
Overvecn. 9 Juni 1931
Eenige kennisgeving
Tot onzo diepe droefheid
overleed lieden onzo Innig
geliefde Zuster en Behuwd
zuster
Theodora Philippina
Röell
Douairière dhr. Joan
Anthony Ferdinand Backer,
in den ouderdom van 71
Jaar.
Beverwijk:
Douair. A. J. Baronesse v.
ITTERSUM RÜELL
Amsterdam:
Jhr. H. VV. RÖELL
D. C. M. R ft ELL VAN
BENTHEM VAN DEN
BERGH
Apeldoorn:
Jonkvr. M. A. I. P. RÖELL
Haarlem:
Douair. ii. A. J.SANDBERG
RÜELL
Driebergen. 7 Juni 1931
Vrecdenhoff