BLAUWE EXPRES." DE H.D. VERTELLINGEN HAARLEM'S DAGBLAD VRIJDAG 12 JUNI 1931 VIJFDE BLAD FILMKUNST. Indrukwekkende Russische kunstfilm in „Palace" - In één der, slaapwagens van de Expres». Een verrassing, na 'een periode" "waarin wei nig goeds te bespeuren viel; Ilja Trauberg's *,,De blauwe Expres", een film die een onge schonden Russische traditie voortzet, in het bijzonder de traditie van de school Pudowkin waarvan Trauberg zonder navolger te zijn in den ongunstigen zin van het woord leer ling is. Neen, een navolger is Trauberg niet. Wel ontdekt men terstond den invloed van den grooten meester doch iedereen weet dat de nieuwe Russische filmkunst niet denk baar zou zijn, zonder dien invloed, een in vloed die zeker geen oorzaak behoeft te zijn van onoorspronkelijkheid. Trauberg heeft integendeel bewezen dat een kunstenaar de suggestie van een wegbereider kan ondergaan zonder zijn eigen persoonlijkheid te verliezen. „De Blauwe Expres" is 'een oase in een dorre woestijn van pretentieuze operette filmkunst, zooals wij die den laatsten tijd maar weer al te veel voorgezet kregen. Deze film ademt een. geest van frissche jeugd en gezonde hartstocht en heeft de kracht van een ontploffing en de snelheid van de ge dachte. „De Blauwe Expres1." wekt een diepe ontroering op, niet alleen door de tragedie die er aan ten grondslag ligt en de vertolking die daar vangegeven werd, maar ook door den volmaakten vorm en 't feu sacré van den ma ker, voor wien het scheppen van dit werk zonder twijfel een innerlijke noodzakelijkheid was. En het is juist deze algemeene noodza kelij kheid geweest, die de Russische filmkunst de eerste plaats in de wereld bezorgde en die toen zij herleid werd van een innerlijke, tot een politiek-gekunsbelde, dan ook een ern stige inzinking veroorzaakte. Menigeen heeft in die periode de vrees gekoesterd dat de on verbloemde politieke tendenz de Russische filmkunst zou stereliseeren. Achteraf is geble ken, dat de jonge garde toch te gezond en te sterk was dan dat zij zou kunnen ten onder gaan door een politiek idéé fixe. Twee films die dit jaar in Nederland ver toond werden, hebben dit bewezen. Eerst „De gebroeders Karamazoff" van Fedor Ozep nu de „Blauwe Expres" van Ilja Trauberg. Het werk van Ozep is helaas nog niet in Haarlem vertoond, waarschijnlijk omdat deze film in Amsterdam en Rotterdam onvoldoende suc ces heeft geboekt, misschien door onbekend heid, door toeval, of door onvoldoende voor bereiding, maar in ieder geval geheel ten on rechte. „Karamazoff" is geen zuiver Russische film, doch een Duitsch werk, vervaardigd on der Russische regie, en tenslotte van zuiver Russisch karakter. Het staat niet op één lijn met „de Blauwe Expres.'." en is eerder een vol maakt resumé van Russische methodes, dan nieuwe oorspronkelijkheid. Het wonderlijke echter is dat Kortner, de groote Duitsche too- neelspeler, bekend uit „Dreyfus", „Atlantic" en „Gekooide Menschen" hier voor de eerste maal, dank zij de regie, van top tot teen f i 1 m s p e 1 e r is, en niet een „gefotografeerd acteur" zooals in de drie eerstgenoemde films Wij zijn er echter van overtuigd dat „Ka ramazoff in Haarlem wel succes zou hebben Een tafereel onmiddellijk aan het oproer voorafgaand. en wij spreken dan ook de hoop uit dat de directie van het Rembrandt theater deze film alsnog op het programma zal brengen, opdat het groote gedeelte van het publiek, dat be langstelt in de vorderingen van de waarach tige filmkunst, niet teleurgesteld wordt. „De Blauwe Expres" heeft ongeveer den volgenden inhoud: Chineesche koelies, onderdrukten en de armsten der armen, door eeuwige burgeroor- De machinist. logen tot d enbedelstaf gebracht en door wan hoop en verontwaardiging tot het uiterste gedreven, komen in opstand tegen de mili taire bezetting van een internationale trein, die zich door het Cineesche rijk spoedt, en waarin zich ook de blanke president van een deel van het rijk bevindt. De verdrukten zijn onderworpen en nederig tot het uiterste en dragen aanvankelijk met fatalistische ge dweeheid de grofste beleedigingen. Een beest achtige daad van een der soldaten, in dienst van een slavenhandelaar, doet hen echter uit de lethargie van hun bestaan ontwaken en naar de wapens grijpen. Er ontstaat op de Blauwe Expres een gevecht op leven en dood tusschen de beide partijen: Aan den eenen kant de tyrannieke president, met de mi litairen en een sleep van avonturiers, finan ciers, en wereldsche vrouwen van allerlei na tionaliteiten, aan den anderen kant de ver bitterdendie overwinnen. Dit gegeven is niet tendentieus, niet spe cifiek communistisch of opruiend. Het is als het ware een bericht uit de rubriek „ge- (Nadruk verboden; auteursrecht voorbehouden). Bravonel van Saragossa. Moorscheromance. mengd nieuws" waarin de afdeeling China altijd gul vertegenwoordigd is. Het is een feit dat het Chineesche volk jaar in jaar uit na het ontwaken van het nationale bewust zijn, op de pijnbank der burgeroorlogen ge legen heeft en dat het- in dien vreeseüjken strijd steeds het slachtoffer is geweest van omkoopbare generaals en buitenlandsche concessiejagers Dat dit feit speciaal der Russische filmin dustrie een dankbaar onderwerp bood, doet niet ter zake. Het belangrijkste is dat dit onderwerp prachtig werd behandeld en dat de film groote, levendige spanning rijk is. dat het in nerlijke leven der verdrukte Chineezen, in de korte spanne tijds die ligt tusschen het oogenblik van vertrek van de Blauwe Ex pres en de redding, op indrukwekkende wijze aan den toeschouwer wordt geopenbaard, dat het bestaan van de gelukszoekers, parasieten, heerschers en omkoopbare generaals met een bijtend sarcasme en toch met behulp van zeer fijnzinnige middelen wordt gehekeld. Wij hopen dat Cinema Palace deze week avond aan avond uitverkocht mag zijn; wel licht dat de directie er dan toe kan besluiten, ook die andere kunstfilm, „Karamazoff op het repertoire te nemen. E. A. TWEEDE KAMER. 11 Juni. Stuwadoorswehartïkelen De Kamer heeft niet heel veel meer op de agenda staan. Men zegt: nog één week vergaderen. En dan: Schluss! 't Is duidelijk, dat de agenda ten einde loopt: vandaag ging de geheele middag heen met de artikelsgewijze bespreking van de Stuwadoorswet, een wijdloopige bespreking over niet bepaald buitengewoon gewichtige onderwerpen. Heel veel tijd ging heen met de verdediging van een fantastisch amendement der com munistische fractie, die de zevenurige ar beidsdag in het havenbedrijf wilde invoe ren. Natuurlijk bleef een eigenlijke verdedi ging van het amendement achterwege, maar des te meer critiek op den minister weerklonk, den minister, die volgens den heer de Vis ser niet het minst begreep van de Marxis tische economie. Critiek ook en uiteraard overloopend van wei-gekozen onvriendelijk heid op de soc.-dem. fractie. De critiek op de soc.-dem. fractie zal misschien wel oorzaak vinden in de begrijpelijk weinige animo dier groep, om de moties der communisten te ondersteunen. Vanmiddag critiek op de socialisten, wijl de heer Brautigam uitsprak, dat het hun om het bereikbare te doen was, n.l. om de toe passing van de bepalingen betreffende den arbeidsduur uit de Arbeidswet op den arbeid der stuwadoors. Vandaag, als steeds, veel lof voor Rusland. De minister beantwoordde die lof met de mededeeling, ook gaarne bereid te zijn tot invoering van den zevenurige werkdag, wan neer ook hij maar de bevoegdheid had, even als Stalin, om „vrijwilligen arbeid verplich tend te kunnen voorschrijven". Het communistisch amendement viel met 522 stemmen. De heeren Guit en Brautigam deden, ieder op zijn wijs, een poging om bij amen dement een arbeidsboekje te doen invoeren, teneinde de controle op de naleving van de nieuwe wet te vergemakkelijken. Maar de bewindsman deed deze pogingen in een zee van bezwaren verzinken. Bezwaren: de haveninspectie heeft het f>edrijfsboekje liever niet dan wel. Het brengt een massa on- practische administratie, terwijl het naleven van de vraag om constant invullen, niet wel te eischen is. Denk eens adviseerde de minister aan een, met de laatste tram naar huiswillende avondploeg! De heeren Guit en Brautigam trokken hun amendementen met gratie in. Als eigenlijk overbodig, maar, wijl consoli- deerende een bestaande practijk tevens vol ledig ongevaarlijk, nam minister Verschuur een amendement-Brautigam over, hetwelk het raadplegen van de vakorganisaties vast legde, wanneer een overwerk-vergunning voor een tijdperk, in een algemeenen maat regel van bestuur nader te bepalen, wordt gevraagd. Deze algemeene bestuursmaatre gel werd ingevoegd, omdat minister Ver schuur bezwaar maakte tegen het noemen van een termijn van bijv. 8 dagen, welke ter mijn oorspronkelijk de heer Brautigam in zijn amendement had neergelegd. Het stuwadoorswerk is gevaarlijke arbeid dat weet ieder, die wel eens een bezoek aan een groote haven bracht. Ook dat be drijf kent. vermeerdering van intensiteit in onzen jagenden tijd. Onder de werking van de Stuwadoorswet en het Veiligheidsbesluit is het aantal onge vallen belangrijk teruggeloopen. De heer Brautigam constateerde het met vreugd. Dat- veranderde echter niet de gevaarlijkheid van het beroep op zichzelf. Ongelukken komen nog steeds voor. Of de oorzaak daarvan nu moet worden toegeschreven aan het hetzen van de arbeiders waarop de heer Brauti gam wees of aan het feit, dat de arbeiders zelf niet alles doen om de veiligheid te bevorderen waarop de heeren- Knotten belt en Verschuur den nadruk legden wij gelooven, dat hier, met de gevaarlijkheid van den arbeid op zichzelf, meerdere oorza ken samenwerken om het aantal ongevallen nog steeds beduidend te doen zijn. Het was daarom, om die beduidendheid, dat minister Verschuur in zijn ontwerp voorstelde, als een nieuw strijdmiddel tegen gevaren, over te gaan tot de instelling of er kenning van veiligheidscommissies, waarin ook arbeiders verantwoordelijkheid zou den dragen. De minister vroeg om bevoegd heid tot het instellen. De heer Brautigam wenschte bij amendement in de wet het im peratieve voorschrift op te nemen tot het instellen dier commissies. Minister Ver schuur deed overigens duidelijk gevoelen, hoezeer de regeering van die commissies groote verwachtingen koestert. Van hem is dus geen kwaad te wachten. Is 't, omdat hij des ministers opvolger niet vertrouwt, dat de heer Brautigam het imperatieve voorschrift in het ontwerp wilde opnemen? Morgen wordt over zijn ontwerp gestemd. Een belangrijke verklaring legde Mr. Knottenbelt af. De liberale fractie zal haar verzet tegen het ontwerp opgeven, nu uit meerdere verklaringen van den minister bleek, dat deze de wet soepel zal toepassen. Wanneer flus de communisten geen roet in het eten gooien, zal het ontwerp zonder hoofdelijke stemming kunnen aangenomen worden morgen. INTIMUS. Bravonel van Saragossa vraagt Koning Marsila verlof om naar Frankrijk te vertrek ken met het Castiliaansche leger. De Moor onderhoudt liefdesbetrekkingen met de kamervrouw der koningin, de schoo- ne Guadalara, die de koning bemint, hoe wel zij zijn liefde niet beantwoordt. Op een Dinsdagnamiddag houdt Bravonel, bij wijze van afscheid en ter eere van zijn dame, een parade. De dag breekt stralend aan, en de zon haast zich om haar aangezicht te kun nen weerspiegelen in het staal van lansen en zwaarden. De mannen van Bravonel dra gen blauwe en scharlakenroode wapenrok ken, violette schoudermantels en zijn ge zeten op paarden met citroengele schabrak ken. Zij steken het plein over, waar de ko ning hen gadeslaat; de straat is met vlaggen versierd, heel het volk wacht het feest van Bravonel; en de koningin, hoewel koningin, wacht met het volk. De dappere Moor gaat voorbij en de beste wenschen vergezellen hem. Velen zouden hem willen volgen, die het niet kunnen. De Moor draagt geen pluimen, want zijn liefde is waar en hij heeft gezworen zichzelf noch met woorden, noch met pluimen te sieren. Op zijn schild, waarop zijn devies ge schilderd is, verheft zich de Dood, in twee helften gesneden, die probeeren zich te ver eenigen, en het opschrift er onder zegt: ..Als ik er niet meer ben, zult gij het kunnen". Voor de koninklijke loge buigt Bravonel zich diep en groet de dames hoffelijk. Zij zijn opgestaan, maar de schoong Guadalara is blijven zitten, het gewicht der liefde weegt haar zwaar en zij is moede. De Koningin verzoekt den Koning dien avond een feest te willen geven, en de Koning staat dit toe. Al len verheugen zich, alleen Guadalara weent: want het is Dinsdag, en de zon schijnt, zeker teeken, dat er verandering op komst is. Om negen uur wordt den Koning meege deeld, dat Bravonel zijn orders afwacht. Te zamen gaan hij en de Koningin naar bui ten om de zaïnbra te zien dansen, te zamen, hoewel hun harten verdeeld zijn; Bravonel bezit het ééne, het andere behoort aan Gua dalara. Uit de vertrekken der Koningin komen de dames; Guadalara komt naar buiten tus schen Adalifa en Celindaja, twee vrouwen, dei alle anderen overtreffen in schoonheid en grillen. De zaal is zacht violet gekleurd, met blauwe en groene versiering; de tapijten zijn groen, opdat alle voeten de kleur der hope zullen aanraken. Op een teeken wordt gezang gehoord, uit alle hoeken, van alle kanten klinkt de muziek van instrumenten en van zingende harten. Bravonel komt het eerst binnen, en zijn devies geeft te verstaan, dat hij sterk en vast en in stilte lief heeft: het is een pijnbank, omgeven door kronen en palmen, met het volgende opschrift; Dit alles voor hem, die zwijgt. Azarque, neef des konings en vol van zijn ongelukkige liefde voor Celindaja, toont openlijk de belachelijkheid van een in het openbaar gedragen leed: in een azuren he mel draagt hij een geborduurden komeet, en tusschen de stralen staan deze woorden: af gunstig is hij die lief heeft. Zafir. die Adalifa langen tijd heeft lief gehad toont met dit embleem, hoe zeer hij geleden heeft: op een dorre tak zit een een zame torteltuif, deze zin staat er onder: Dit heeft haar onstandvastigheid van mij gemaakt. Guadalara en Bravonel kijken elkaar fee der aan, zij zijn het lijden en het verbergen moe: de Koning en de Koningin zijn slecht gehumeurd, en de liefde is trotsch en klopt zich op de borst, omdat zelfs majesteiten door zijn pijlen getroffen worden. Azarque en Za fir hebben woorden gehad, en ik weet niet waarom. Ik weet het toch; zij zijn afgunstig om Celindaja en Adalifa. Zij verliezen de eerbied uit het oog, die men koningen ver schuldigd is; het feest wordt een treurspel, want tusschen verlangen en zuchten ls het slecht dansen. Sedert op een treurigen Dinsdag de zon haar stralend aangezicht liet zien, houdt Guadalara het hare verborgen. Zij wil nie mand zien, en zij laat zich ook niet zien. sedert Bravonel weg Is; noch wil zij een vroolijk gelaat toonen, als het in haar ziel duister is. Zij denkt aan den avond van de Zambra, einde van alle vreugde, begin van alle angst; zij denkt aan den oorlog, die Bra vonel aan het strijden is, en zij fluistert met een zucht: Dit alles voor hem. die zwijgt. Zij wil haar leed verbergen, dat niemand het ziet, want smart verliest aan kracht als zij buiten de ziel treedt; zij weet niet, dat het vuur, dat in haar brandt, moeilijk te ver bergen is, en dat het, terwijl zij stom blijft, door haar oogen naar buiten straalt. Ver langens en zuchten vereenigen zich bij een zoo lange afwezigheid; zij bemint en zij vreest, vergeten te zullen worden. Het goede verleden gaat aan haar voorbij, het slechte heden dringt zich aan haar op, hoop spreekt haar moed in. angst doet haar vreezen. Haar tranen vlieten sneller; de Koning I verbiedt haar het schrijven aan Bravonel; hij denkt, dat een zoo lange afwezigheid Gua dalara zal doen veranderen en dat hij ten slotte de wreede zal kunnen vermurwen. Om haar smart te lenigen, nu zij aan Bra vonel denkt en hem niet mag schrijven, be stelt Guadalara een kussen. Op bruine tafzij, kleur die in overeenstemming is met dc droefheid van haar hart en die getuigt van trouw en smart, ls een hoogc rots gebor duurd, waaruit een beekje ontspringt, dat een verdroogde weide besproeit. En dit op schrift prijkt er onder: Guadalara ls sterker. Zoo gaat haar leven voorbij, een leven, dat als een ellendige dood ls. wachtend op Bra vonel, oorzaak van haar smart Hij brengt zijn mannen onder in Tudela. Bravonel van Saragossa. die naar Frankrijk optrekt- Het is hem. alsof de zachte golven van de Ebro. die langs den tuin vloeien, hem roepen; de Moor stelt zich voor. dat zU on derweg zijn naar Saragossa en hem vragen om een boodschap, die zij moe kunnen ne men: „Geliefde golven", zegt bij. „Ik stel ver trouwen in je en vertrouw je deze tranon toe: als het er niet te veel zijn. neem ze mee. Vloei door onder het balkon met vergulde balken, versierd met anjelieren en basilisken. Roep het. daar allen uit., entoon de droefheid van dezen veldheer der smarte. die naar Frank rijk optrekt En als bij toeval Guadalara ver schijnt om jullie te zien, toon haar tusschen uw water mijn tranen. Neen, neen, laat ze haar niet zien. Ik schaam mij, dat ik ween. Ben ik dan zoo teerhartig? Het volk noemt mij dapper; dat ik hen niet verloochcne! Weg van mij, draden van liefde, waarin mijn wapenen verward zouden raken!" Hij hoort de trompetten het signaal tot vertrek geven, een page waarschuwt hem, dat de ridders reeds te paard zitten. Bravo nel zet het schild met den doormidden ge sneden Dood ter zijde, en op zijn banier, als gelukkig voorteeken. een wereldbol met. een degen er boven, en deze woorden: „Op de te rugkomst uit Frankrijk". Bravonel, vol vreugde, bestijgt een paard en zegt: „Om terug te kunnen koeren is een gansche wereld niet te duur betaald". In de schaduw van een laurierboom, bij een heldere fontein, die zijn kristal in een bassin van zwarte lei doet stroomen, aan de oevers van de Ebro, in een tuin, waar dc hof dames van Koning Marsila vertoeven, zit Guadalara en schrijft van haar liefde aan hem. die er het voorwerp van ls. Haar ge zicht- is overoareld met tranen; iedere letter, die zij schrijft, schijnt haar te vermoeien. Ten slotte laat zij de pen los. en loopt on rustig naar den oever, alsof zij wist, dat de stroom haar tijding van haar geliefde komt brengen En o wonder, de golven blijven stil staan. en toonen, dat- zij een stuk van dc ziel van Bravonel met zich meevoeren, hoewel zij niet spreken. Guadalara beschouwt peinzend het water en haar hart gaat open: „Golven", zegt zij. „hoewel ge zwijgt, hebt ge mij duidelijk ge toond. dat gij Bravonel hebt gezien in Tu dela. Zegt- mij, was hij treurig? Treurig is het in mijn ziel; vreugdeloos ls zij overdag, rusteloos des nacht-s. Dien Dinsdag, waarop mijn geliefde vertrok, heeft de zon zoo hel der geschenen In de treurige deviezen, die mijn Bravonel droeg!" Dan komt de Koning aan, en de Koningin met haar dames, en de Koning ziet een brief op den grond liggen en bukt zich om hem op te rapen. Hij leest hem en verscheurt hem, op dat men niet zal kunnen zeggen, dat zij van één van zijn dames afkomstig is. Als zij hen hoort komen, verlaat Guadalara de oevers der rivier, echter niet zoo snel, of de Koning heeft haar gezien; en hij zwijgt. Beladen met de waardevolle buit, die zijn dapperheid in Frankrijk veroverd heeft, komt Bravonel in Saragossa aan om aan zijn dame de belooning voor zijn moed te vragen. Hij zou zich alleen met haar te zien al genoeg beloond achten. Op een met, zilveren tralie werk omgeven balkon herkent hij haar zwar te oogen. Hem, die haar bemint, schijnt al les kostbaar metaal toe, de haren van ge sponnen goud, het gelaat van vloeiend zilver. Hij ziet haar groene kleed, hij ziet haar blo zende wangen, het is den Moor of hij rozen en anjelieren ziet. De anjelieren zetten hem in vuur. de rozen vullen hem met zoeten hoop. Bravonel kan niet spreken, Guadalara is stom en htm oogen spreken de taal der liefde. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel. RIIEUMATIEK BELETTE HAAR TE WERKEN. Opmerkelijke genezing van een 60-jarige onderwijzeres. Rheumatiek kan de dagelijksche werkzaam heden tot een foltering maken! Zoowel 't werk voor het levensonderhoud als de huise lijke plichten gaan achteruit, als het urine zuur U begint te kwellen. Ook een muziekleerares moest dit onder vinden: „Dc laatste tien jaar nam ik dagelijks Kru- schen Salts, ik leed aan rheumatiek. wat mijn onderwijs bemoeilijkte. Waarschijnlijk was hardlijvigheid de oorzaak. Wanneer ik van mijn stoel opstond, kraakten mijn knieën en soms had ik zelfs moeite om op te staan. Het trappenloopen was een kwelling voor me. Ofschoon ik op een kouden kleigrond woon de. was ik spoedig verlost van de zware rheu- matische pijnen, hoewel ik reeds 60 jaar ben". I». J. C. De rheumatiek is een gevolg van het ge vaarlijke lichaamsgift. bekend als urinezuur. Als U de scherp-kantige kristallen van urine zuur onder de microscoop zien kon, zoudt U de scherpe pijnen er van begrijpen! En als U dan kon zien, hoe Kruschen Salts de scherpe hoeken van deze kristallen af rondt en ze tenslotte geheel oplost zult U toegeven, dat deze wetenschappelijke behan deling Uw rheumatiek moet genezen! Kru schen Salts verhoogt de werking dor organen, zoodat ieder spoor van schadelijke zuren uit Uw organisme verdreven wordt. Kruschen Salts houdt U van binnen zuiver en schoon! En U ondergaat naar lichaam en geest deze zuiverende kracht. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten a f 0.90 en f 1.60 per flacon. PERSONALIA. Met ingang van 1 Juni 1931 is de heer H. W. van Turnhout, Rijksklerk 2e klasse ter Griffie van de Arrondissements-Rechtbank te Haarlem, bevorderd tot Rijksklerk le klas* se.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 15