BINNENLAND Helder waschgoed. Billijke prijzen. Het Raadsel van Tanbuck Hall NIEUWS UIT INDIE. HAARLEM'S DAGBLAD WOENSDAG 12 AUGUSTUS 1931 EEN GIRO-STORTING VAN NUL KOMMA NUL. BETAALD MOEST ZIJ WORDEN. De Schager Courant vertelt: Een inwoner van Schagen had een tele foon, welke dezer dagen is opgeheven. Van de directie van de Rijkstelefoon ontving hij een laatste nota van 5 cent, zegge vijf cenit voor gehouden en nog te betalen locale ge sprekken. Maartevens was er nog een aftrek post op de nota voor korting op locale ge- sprekkosten van 5 cent, zegge vijf cent. De man was dus, de nota wees het duidelijk uit, nul cent, zegge nul cenit schuldig. Niet temin werd den ex-abonné op de ommezijde der nota medegedeeld dat hij dit bedTag van nul cent per postcheque en girodienst moest storten vóór 10 Augustus 1931 ten postkantore te Schagen. Wanneer dit bedrag voor dien dag niet was betaald, zou de be trokkene 10 cent inningskosten verschuldigd zijn. Invordering zou geschieden ten huize door aanbieding van een stortingsformulier Bij nietbetaling bestond den eersten werkdag volgende op dien van aanbieding nog gele genheid voor storting ten postkantore. Daar na zou een bedrag van f 0.35 inningskosten verschuldigd zijn en een tweede en laatste aanbieding aan huis volgen. De aangeschrevene achtte het maar het best, om naar het postkantoor te gaan en zijn verschuldigd bedrag van nul cent te storten. Hij werd heel serieus ontvangen, stortte het bewuste bedrag van nul cent en ontving daarvoor een deftig bewijs van stor ting. Als curiositeit toonde men de redactie dit toewijs van f 0.00. KINDEREN MET BED EN AL IN DE BLEEK. AUTO KOMT EEN HUIS BINNEN. De heer Boukes te Lutjebroek schrikte Maandag nacht door een hevigen slag uit zijn slaap op, lezen wij in het Vad. Het bleek dat een groote auto, waarin drie personen uit Enkhuizen zaten, die van de Hoornsche kermis kwamen en die in snelle vaart moet hebben gereden, tegen zijn woning was aan gekomen en daarvan een groot stuk van de voor- en zijgevel had weggeslagen, terwijl zijn twee kinderen, die aldaar in een bed stede lagen, met bed en al in de bleek waren terechtgekomen. De inzittenden hadden zoo goed als geen letsel bekomen. De auto was slechts weinig beschadigd. RAAD VAN BEROEP VOOR BOLLENUITVOER. INGESTELD BIJ MINISTERIEELE BESCHIKKING. In aansluiting op het Koninklijk Besluit Van 5 Augustus 1931 (Staatsblad 360), tot toepassing van art. 8 der landbouwuitvoerweit 1929, mét betrekking tot bloembollen, is bij ministerieele beschikking een raad van be roep ingesteld, waarin zijn benoemd: tot voorzitter, tevens lid, Ernst H. Krelage, te Haarlem: tot plaatsvervangend lid: H. van Zonneveld te Sassenheim; tot leden: prof. dr. E. van Slogteren te Lisse; ir. A. Jonkheer te Hillegom; J. van Leeuwen Lzn., te Sassen heim; A. G. v. d. SChoot Jr., te Hillegom; J. M. van Til te Lisse en K. Velthuys te Hillegom; en tot plaatsvervangende leden: dr. J. J. Beyer te Lisse; H. J. Aremthorst en Ant. Bergman te Sassenheim, Th. M. Hoog te Haarlem en W. A. Philippo en L. van Til Lzn., beiden te Hillegom. Aan dezen raad van beroep is toegevoegd als secretaris: H. J. Voors, Leidschevaart 8, ie Haarlem. NEDERLANDER IN BELGIë VERONGELUKT Te Woestwezel In België is Adr. Konings uit St. Willebrord, gemeente Rucphen, met een vrachtauto tegen een boom langs den weg gereden. Hij werd zoodanig gewond, dat hij spoedig, zonder tot bewustzijn te zijn ge komen, overleed. Een andere inzittende M. Maas, eveneens van St. Willebrord afkom stig, werd uit de cabine geslingerd en be kwam slechts lichte verwondingen. K. laat een vrouw en twee kinderen ach ter. EEN NIEUWE TOLBOOM BIJ OVERSCHIE. GEEN GOED TEEKEN. Vorige week heeft de gemeente Rotter dam aan den tol op den weg naar Den Haag (nabij Overschie) een nieuwen tol boom geplaatst, welke door den tolwachter vlak voor zijn wachthuis kan worden ge opend. Het geheel ziet er onberispelijk uit, doch is helaas een der beste bewijzen aldus het Vad., dat onze grootste havenstad nog immer niet tot het besef kan komen, dat tollen mlddeleeeuwsche instellingen zijn. EEN KOSTELOOS RIJWIEL PLAATJE VOOR WERKLOOZEN VAN GEMEENTEWEGE VERSTREKT MET RIJKSSUBSIDIE. Het bestuur van het N.V.V. schrijft aan het Volk, dat bepaald is, dat arbeiders die op 1 Augustus j.l. liepen in een steun regeling, goedgekeurd door den minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw, dan wel op dien datum geplaatst waren bij een van rijkswege gesubsidieerde werkverschaf fing wanneer na onderzoek door B. en W. blijkt, dat de betrokken arbeiders in den regel gebruik maken van een rijwiel van overheidswege een belastingplaatje kunnen krijgen, waarvoor de gemeente van rijkswege een evenredige subsidie ontvangen. Arbeiders, die dus werkloos waren vóór 1 Augustus en weer voor dien datum werk heben gevonden, of die na 1 Augustus werk loos worden, vallen niet onder de regeling. Het bestuur van het N. V. V. heeft Dins dag den minister van arbeid een telegram gestuurd, waarin het verzoekt, de regeling ook van toepassing te doen zijn op werkloo- zen, die hun uitkeering uit werklozenkas sen ontvangen. Aan een ministerieele circulaire, waarin' de gemeentebesturen van den maatregel in kennis gesteld worden, voegt de minister toe, dat geval voor geval moet worden na gegaan, of beschikbaarstelling van een merk wensehelijk en toelaatbaar is. On dei- geen beding dient een bedrag in geld te worden beschikbaar gesteld, noch het merk te worden uitgereikt aan hen, die na 1 dezer in de steunregeling worden opgeno men, dan wel bij de werkverschaffing wor den geplaatst. HOLLANDSCHE SPORTVLIEGER VASTGEHOUDEN. WEER MOEIJLIJKHEDEN IN FRANKRIJK. De Gronlngsche sportvlieger H. Stoll, die Zaterdag op zijn vlucht van Stuttgart naar het vliegveld Eeldè in Metz een tusschen- landing moest maken, wordt in Metz vast gehouden. Hij mag op last der Fransche politie het hotel niet verlaten wegens het landen op Fransch grondgebied zonder toe stemming. „VRIEND VAN DEN ARGEN- TIJNSCHEN GEZANT". MEN LEENE HEM GEEN GELD. De Commissaris van Politie der afdeeling B, te 's-Gravenhage vestigt de aandacht op een onbekenden man, die voorgeeft Argen tijn te zijn en onder verschillende voorwend sels tracht geld te leenen, o.a. voorgevende een vriend te zijn van den gezant van Ar gentinië te 's-Gravenhage. Aan de legatie is hij echter niet bekend. De man is ongeveer 40 jaar oud, 1.70 M. lang, heeft bruine gelaatskleur, zwart, ach terovergekamd haar en Amerikaansch kneveltje. Hij spreekt vloeiend Spaansch en goed Engelsch, is zeer chic gekleed en ele gant in zijn manieren. Hij maakt gebruik van verschillende, in Argentijnsche kringen zeer gunstig bekend staande namen. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN a 60 Cts. per regel UV. V STOOM WASSCHE RIJ -'„FEMI NA" UEGENTESSELAAN 40 T F l..'1346(5 HAARLEM TV TEL. 13466 HUURSTAKINGEN TE ROTTER DAM WORDEN VOLGEHOUDEN DE COMMUNISTEN WILLEN ER NOG MEER Het huurverschil in de Beverstraat te Rot terdam is nog niet opgelost. Wij lezen er over in het Hbld.: Dinsdagmorgen heeft de huiseigenaar, de heer Van Boven, tevergeefs op betaling van de huur bij de bewoners aan gedrongen. De woningen, waar het hier om gaat, zijn verleden jaar door den tegen- woordigen eigenaar aangekocht. Zij zijn toen gerestaureerd en de huren, die vroeger van f 4.50 tot f 5. per week bedroegen, zijn verlaagd tot f 3.75 a f 4.25. Niemand der bewoners woont langer dan een jaar in een van de woningen. De huiseigenaar is voor nemens een der bewoners, die al acht weken lang geen huur betaalt, gerechtelijk uit de woning te laten zetten. Tot dusver blijft het in de straat vrij rustig. De politie behoeft zich dus nog niet met het geval te bemoeien. De beweging onder de huurders wordt van communistische zijde stelselmatig aange stookt. „De Maasecho", een weekblaadje van de C.P.H., dat op den linker Maasoever ver spreid wordt, wekt de bewoners van andere woning-complexen in de omgeving op, zich aaneen te sluiten en de betaling van huur te weigeren. Ook de moeilijkheden met de bewoners van een aantal woningen in de Diergaarde- straat en omgeving zijn nog niet uit de wereld. Een der eigenaren heeft vanmorgen de hem collectief aangeboden huur vermin derd met een bedrag van f 0.50 voor iedere woning in ontvangst genomen. Een andere eigenaar heeft evenwel geweigerd op derge lijke wijze de huurpenningen in ontvangst te nemen. BESTUURSVERKIEZING „VRIJ NEDERLAND". Op de vergadering van het Hoofdbestuur van het Genootschap „Vrij Nederland" welke dezer dagen te Amsterdam werd gehouden, werden de bestuursfuncties als volgt ver deeld: Waarnemend voorzitter: Dr. Z. Kamerling, Leiden. Algemeen secretaris: A. H. M. Kreischer, Schiebroek. 2e Secretaris: K. H. Noest Jr., Am®terdam. Alg. penningmeester: L. J. Schrijver, Utrecht. 2e Penningmeester Dr. Max Juda, A'dam. Hoofdbestuursleden zonder bepaalde functie zijn verder: J. C. den Baars, Hillegersberg, bü Rotterdam, Mr. J. H. van Doorne, Soest; Jhr. Mr. de Ranitz, Amsterdam. AUTOBUS TEGEN EEN BOOM GEREDEN. CHAUFFEUR DOOR FLAUWTE OVER VALLEN. Een gezelschap bedevaartgangers uit Del den, die naar Dokkum waren geweest, is Maandagavond een auto-ongeluk overko men. Op den terugweg overviel den chauf feur van een der wagens, even buiten Steen- wijk een flauwte, en dientengevolge reed de wagen met flinken gang 'tegen een boom. De groote autobus werd zwaar beschadigd terwijl de chauffeur B. W. Luken uit Weer- selo vrij ernstig werd gewond. De toevallig passeerende Dr. Tolen uit Staphorst ver leende eerste hulp. Spoedig was ook Dr. Layendekker van Steen wijk aanwezig en konden verschillende inzittenden, die snij- wonden hadden opgeloopen, ter plaatse wor den verbonden. De chauffeur is na verbon den te zijn, naar het ziekenhuis te Zwolle vervoerd. Mej. H. J. Dissel uit Ambt-Deliden werd naar Steenwijk gebracht en kon na verbon den te zijn, met het gezelschap vertrekken. Autobussen uit Meppel waren spoedig ge- requireerd, waarmede de inzittenden van den verongelukten wagen de reis konden voort zetten. De commissie, in het leven geroepen inge volge besluit van het congres, gehouden op 18 en 19 Mei te Rotterdam door de Vereeni- ging van Ambtenaren der gemeentefinanciën, gemeentebedrijven en gemeentediensten heeft rapport uitgebracht over de wenschelijkheid eener uitbreiding, c.q. invoering van het ge meente-giro. Voorzitter der commissie was prof. dr. IT. Frijda, hoogleeraar aan de Universiteit van Amsterdam. Mr. M. Slingenberg te Haarlem maakte er aanvankelijk deel van uit, doch voordat hij aan de werkzaamheden der com missie had deelgenomen, gaf hij het verlan gen te kennen zich terug te trekken. De commissie gebruikt het woord „plaat selijk" in plaats van „gemeentelijk", omdat zij van oordeel is, dat ook particuliere organen in de gemeente, zij het ook met gemeentelijke garantie, de taak eener plaatselijke giro instelling kunnen vervullen. Ook denkt de commissie aan de mogelijkheid van inter communale giro-organisaties in een beta lingsgemeenschap, zich uitstrekkende buiten het gebied van één gemeente. De commissie bespreekt dan de bestaande organen van het giroverkeer en de groote ont wikkeling van het Rijksgiroverkeer. In Duitschland wist het communaal giro- verkeer zich een groote plaats te verwerven. Vooral in Saksen was de ontwikkeling groot. Het aantal rekeninghouders van het Am- sterdamsche gemeentelijk girokantoor is ruim 5% der bevolking. Het kantoor vergoedt 2% rente. Naar de meening van de commissie zal het baargeldlooze betalingsverkeer een nog krach tiger ontwikkeling vertoonen, als naast den bestaanden rijksdienst plaatselijke giro organen worden gevestigd. Een voordeel van de plaatselijke giro-orga nisatie acht de commissie het kunnen reke ning houden met plaatselijke omstandig heden. De grootste beteekenis van een plaat selijke organisatie acht de commissie echter, dat de saldi der rekeningen worden geadmi nistreerd ter plaatse waar de houders woon achtig zijn, waardoor elk oogenblik de be schikking over het saldo openstaat. Voorts gelooft de commissie in een ruimere aan neming van de chèque als betalingsmiddel, wanneer de giro-instelling waarop zij is afge geven zich ter plaatse bevindt. De commissie ziet in het toenemend ge bruik van de chèque als betaalmiddel den weg waarlangs het girale betalingsverkeer de grootst mogelijke ontwikkeling bereikt. Op deze gronden acht de commissie het in stellen van plaatselijke giro-organisaties ge- wenscht, naast den gecentraliseerden Rijks dienst. Concurrentie voor den Rijksdienst vreest de commissie niet, eerder voordeel. Een concurrentie echter, die op een ver schil in rentevergoeding berust, acht de commissie in elk geval ongewenscht. Hier mede bedoelt de commissie echter geenszins, dat de plaatselijke giro-instelling evenals de Rijksdienst geen rente behoort te vergoeden. Integendeel acht zij een, zij het matige, rente vergoeding een voorwaarde voor een krach tige ontwikkeling van het girale betalings verkeer. 1-Iet bezwaar, dat de giro-instelling deposito instelling wordt, kan de commissie niet dee- len. Voorop staat voor de commissie, dat de giroinstelling, althans nadat zij eenige jaren werkzaam is geweest, self-supporting behoort te zijn. Rentevergoeding kan echter niet als middel daartoe worden bepleit. Wat de belegging betreft, de locale giro- instellingen zullen haar gelden in de eerste plaats gebruiken om de eigen gemeente te fi nancieren. De commissie bespreekt voorts nog de be langen der geldmarkt en de organisatie der plaatselijke giro-instellingen. Zij heeft ont werpstatuten voor een coöperatieve vereeni- ging aan het verslag toegevoegd. Het lid der Commissie mr. H. A. Hartogh, directeur van de bank associatie te Amster dam heeft zijn afwijkende meening neerge legd in een afzonderlijke nota, waarbij mr. M. H. de Boer, wethouder van financiën te Utrecht zich gedeeltelijk aansluit. De eerste meent, dat het onderhouden van het giro- verkeer niet de taak der plaatselijke overheid is, en ook tegen rente vergoeding door giro- instellingen. De laatste onderschrijft den aanvang van de nota van mr. Hartogh. BIJZONDERE SOORT STEENEN GEVONDEN. Men schrijft aan de N. R. Ct. dat in de z.g. Weerter Bergen, tusschen Budel en Weert, in de laatste dagen ongeveer 4 c.M. lange, scherp uitloopende, hartvormige steenen ge vonden zijn. INGEZONDEN MEDEDEELINGEL a 60 Ctn. per regel. SPIT, ISCHIAS,; heeren op de meeat afdoende wijze bestreden door Togaltabletten. Togal Ej w Bh' M J schaadt noch Uw hart, noch Uw maag en kan dus worden ingenomen door hen die andere middelen slecht verdragen. Togal hielp waar andere middelen geen baat brachten. Verkrijgbaar bü Apoth. en Drog. A f O.SO FEUILLETON. <Naar het Engelsch door J. v. d. SLUYS). Nadruk verboden. 34) Meneer Pickering is niet op kantoor", deelde de oude boekhouder mede, „hij is hij' is „Nu waar is hij", vroeg Lancelot ongedul dig. „Naar.... naar Tanbuck Hall", antwoord de de oude man aarzelend. „Hij komt niet voor vanmiddag hier. Wilt u misschien een boodschap achter laten „Dank u. Ik zal wel naar Tanbuck Hall gaan om hem te spreken". Lancelot keerde zich om, liep snel de trap af en wandelde haastig naar den zijweg van de hoofdstraat, waaraan Tanbuck Hall lag. De hekken waren gesloten, maar er was een bei en Ashton clrukte op den kleinen knop, die op een der steenen pilaren aan gebracht was. Er kwam een vreemd gevoel van beklemming en onbehagen, maar toch ook van nieuwsgierige spanning over hem; sinds zijn tiende jaar was hij niet meer op zijn voorvaderlijk landgoed geweest en hij vroeg zich af, of alles er nog net zoo zou uitzien als vroeger. Hij belde nog een paar maal; bijna tien minuten wachtte hij vergeefs en hij besloot juist zijn pogingen op te geven en weg te gaan, toen hij een langzamen stap hoorde en even daarna werd een sleutel in het kleine hek gestoken Dit draaide open en Pickering stond in den door gang, kalm en beheerscht als altijd. Hij scheen niet in het minst verbaasd, toen hij den jon genman zag. „Wilt u mij spreken, meneer Ashton?" vroeg Pickering. „Alsals het u schikt", antwoordde Lancelot een beetje verward; hij voelde zich tegenover zijn ouden vijand niet zoo zeker als hij gedacht had dat het geval zou zijn en dat ergerde hem buitengewoon. En hij vervolgde: „Op uw kantoor...." „Ik kom niet vóór laat in den middag weer op kantoor, meneer Ashton. Als het een dringende zaak betreft, kan ik u op de Hall te woord staan of hier als u dat liever wilt". Hij hield het hek open en zijn blik scheen Ashton uit te noodigen binnen te komen. Lancelot ging het hek door, dat onmiddel lijk achter hem gesloten werd en liep met den eigenaar van het kasteel zwijgend de op rij laan af. Ashton voelde zich nog steeds verward; hij was onder den indruk van deze welbe kende omgeving, waarmee vroolijke en droe vige herinneringen uit zijn kinderjaren zoo nauw verbonden waren. Het trof hem, dat alles er zoo uitstekend onderhouden uitzag de oprijlaan, de bloembedden, terrassen, broeikassen; alles was even keurig en goed verzorgd. Morgan keek van terzijde naar zijn bezoeker en glimlachte. „Ja", zei hij ernstig, „het landgoed is er niet op achteruitgegaan, zooals u ziet". Lancelot schrok op. „Laten we niet over het landgoed praten", verzocht hij zoo rustig als hem mogelijk was, „u bent zakenman, dus spreekt 't vanzelf dat u het bezit in goe den staat houdt". Morgan zei niets meer. „Wilt u deze deur ingaan, meneer Ashton?", vroeg hij, toen zij de treden van het terras opgingen. „Er is niets veranderd, alles is nog net als in den tijd, toen de generaal hier woonde". Lancelot wilde een bruusk antwoord geven; deze laatste opmerking was hem te veel. Hij wist zich echter te beheerschen en glim lachte stijfjes. „U hebt er alle eer van", zei hij koel. „Bent u hier gekomen om mij dat te ver tellen?" vroeg Pickering. „Neen. Ik kom om verschillende redenen. U bent zeker wel verbaasd, mij hier te zien?" „Integendeel, ik heb u ïederen dag ver wacht", klonk het abrupt. „IToezoo?" vroeg Lancelot verschrikt. „Ik heb u geholpen en hoewel u mij vij andig gezind was, verwachtte ik van een man van opvoeding zooals u, dat u mij zoudt komen bedanken", Ashton kreeg een Meur. „Dat was niet de reden van mijn komst, meneer Pickering", stamelde hij, „maar nu ik toch hier ben", het viel hem moeilijk de woorden van dank uit te spreken, maar ze kwamen toch over zijn lippen „dank ik u dat u mij de ver dediging hebt opgedragen. Ik ben blij dat de zaak zoo goed geloopen is". „Dank u, meneer Ashton, dat is mooi ge zegd", de stem klonk een beetje spottend. ,,U gelooft dus niet dat ik schuldig hen?" „Neen. In de eerste plaats heeft de dader bekend en in de tweede plaats kan ik niet aannemen, dat iemand van uw intelli gentie op zoo'n onhandige manier een mis daad zou in elkaar zetten. Dat heb ik in mijn pleidooi al uiteengezet". „Dank u", zei Pickering weer. „Dat ik onschuldig ben, 't staat vast; maar da: Simon Daxley de dader is, niet". „Maar hij heeft bekend". „Ik merk aan uw twijfelenden toon wel", verklaarde Morgan bitter „dat u ook de geruchten gehoord heb, dat ik Daxley zou hebben overgehaald, om de schuld op zich. INVOERING VAN PLAATSELIJK GIRO-VERKEER GEWENSCHT? INGESTELDE COMMISSIE ANTWOORDT BEVESTIGEND. te nemen op voorwaarde, dat i'k voor zijn kind zou zorgen". „Ik heb dat inderdaad hooren vertellen, maar ik geloof het niet. Ik heb immers zoo even gezegd, dat ik u voor onschuldig houd. Maar het is mij bekend, dat u voor het kind zorgt". „Hoe weet u dat?" „Judith Verily heeft mij gisteravond mee genomen naar het bedje van hetslapende meisje en mij verteld wat u voor het kind gedaan hebt". „Hm", gromde de geldschieter, terwijl hij achterover in zijn stoel leunde en de armen over elkaar sloeg. En op spottenden toon ging hij voort; „Misschien zijn de geruchten toch wel waar. Waarom zou ik anders voor het meisje zorgen?" „Ja zeker, waarom?" herhaalde Lancelot droog, „maar het feit dat u dit zoo zegt, is voor mij een nieuw bewijs van uw onschuld. Overigens ben dk hier gekomen om over enkele andere dingen te praten". „Begint u dan maar". „Wel nu, Juffrouw Cashell is bij mij ge weest en vertelde mij, dat zij met u over eengekomen was den werkelijken dader te zullen opsporen, als u haar 't voorkeurrecht gaf, ingeval u de Hall verkocht. Nu zij haar deel van de overeenkomst is nagekomen, is 't uw plicht om u aan uw woord te houden". „Vindt u dat heusoh?" vroeg Morgan be leefd. „Ik heb immers den naam van een hard en gewetenloos mensch te zijn?" „Volgens Verily is die naam niet heele- naal verdiend, maar een belofte is een be- ofte". „Het eenige wat in zaken geldt, is een schriftelijk bewijsstuk en dat heeft juffrouw Cashell niet. Maar ik laat graag de be slissing aan u over. U bent een knap en verstandig man, daar heb ik het bewijs van gehad. Vindt u, dat ik mijn belofte moet DE VERLOOFDE, DE MOTOR' FIETS EN DE DUO. EN TENSLOTTE HET CACHOT. De aandacht van de politie te Rotterdam was, naar wij in de Msb. lezen, gevallen op een meisje, dat als te doen gebruikelijk is, zeer goed voor haar verloofde was. Zij tracht te het hem zoo aangenaam mogelijk te maken, alhoewel het gezin van het meisje het niet al te breed had. Steeds werd hij met ca- deaux overladen. Zoo kreeg hij dezer dagen van haar een bedrag van 1200. Hij vroeg niet hoe zij aan het geld kwam, maar kocht den volgenden dag een motorrijwiel, uitgerust met duo. Als tweede geschenk volgde nog een heeren motor jas met kap. Na één dag van den motor te hebben geprofiteerd, werd tot aankoop van een zijspan overgegaan. Zoo zag men ze samen over den Straatweg puffen. Zaterdag j.l. heeft hij nog een zegelring van 65 ge kocht. De politie is Dinsdag tot aanhouding van de veel belovende jongelui overgegaan. Zij hebben een volledige bekentenis afgelegd en zijn opgesloten. Het motorrijwiel en de andere door hem gekochte artikelen, alsmede een bedrag van 150, welk bedrag van de gestolen 3000 was overgebleven, zijn in beslag ge nomen. Het geld was gestolen in het huis, waar het meisje werkte. EINDHOVEN TEGEN EEN PHILIPS- BEDRIJFSSCHOOL. B. en W. van Eindhoven stellen den raad voor afwijzend te beschikken op het verzoek der Philipsvereeniging voor onderwijs, om te verklaren dat de raad de oprichting en in standhouding harer Jongensnijverheidsschool noodig acht. B. en W. wiiien.deze verklaring niet geven, wijl de Philips-nijverheidsschool geheel van het Philipsbedrijf afhankelijk is en daarom geen waarborgen biedt voor een algemeene, niet eenzijdige opleiding, schrijft de Msb. De vakvereenigingen van alle kleur deelen dezelfde opinie. REDDING VAN EEN KIND BIJNA VERHINDERD. HOND MEENDE, DAT ZIJN BAAS IN GEVAAR WAS. Wij lezen in het Hbld.:' Maandagmiddag geraakte een achtjarig logétje uit Utrecht van den heer Jonkers te Meppel in de Smil- dervaart. De heer A. J. Nijland zag het on geval en begaf zich te water. Zijn Duitsche herder, die meende dat de baas in gevaar verkeerde, sprong hem na en trachtte hem met zijn tanden vast te houden en terug te trekken. Er ontstond in het water een ver woede worsteling tusschen den heer Nijland en zijn hond, welke laatste ten slotte losliet. Eerst daarna kon de heer Nijland zijn red dingspogingen vervolgen. Na drie maal dui ken bracht hij het ventje, dat reeds bewuste loos was, boven. Nadat kunstmatige adem haling was toegepast, keerden de levens- geesten terug. EEN STATIONSCHEF GEVLUCHT. De stationschef der Zuid-Sumatraspoor te Tandjong Karang is naar Aneta meldt, wegens een kastekort van een paar duizend gulden, vermoedelijk door dobbelen ont staan, gevlucht. DE TREK VAN EEN VOLK. Aneta seint uit Batavia dat de geheele 145 zielen tellende, bevolking van de dessa Sariboemi, regentschap Poerworedjo (Mid- den-Java), naar Benkoelen (Z.-Sumatra) overgebracht is, waar een landbouwkolonie zal worden gevestigd in de vruchtbare, be vloeide streek van Poelau Geto, 800 Meter boven den zeespiegel. Het transport is voor rekening van het gouvernement, de gron den worden gratis verstrekt. Deze „trek" geschiedt onder leiding van de agrarische inspectie. TERUGKOMST VAN DUIZENDEN WERKLOOZEN. Aneta seint uit Batavia. De stroom van uit de buitengewesten terugkeerende koe lies houdt onverminderd aan. Reeds tien duizenden volkomen bruikbare elementen, zijn naar Java teruggezonden. In Juli keer den er 2061 terug. De werkloosheid in de dessa's neemt toe. LUITENANT VAN ZIJN PAARD GEVALLEN Aneta seint uit Soerabaja. Bij het con cours hippique is luitenant Gerhard uit Bandoeng van zijn paard gestort; hij kreeg een ernstige hersenschudding. houden?" „Zeker" verklaarde Lancelot. „Juffrouw Cashell is haar belofte nagekomen; u moet ais eerlijk man de uwe houden". „Ik geloof niet, dat ik den naam heb van een eerlijk man te zijn, meneer Ashton", antwoordde Morgan cynisch; „maar ik zal trachten mij te beteren. Juffrouw Cashell zal een schriftelijke verklaring van mij krijgen. Dan zal Lady Dove zonder twijfel haar zoon aanmoedigen om met haar te trouwen. Maax of ze daarmee voorloopig veel succes zal heb ben, betwijfel ik". „Over dat punt wilde ik u ook spreken, meneer Pickering. Toen ik gisteravond op de hofstede was, hoorde ik „Ik weet wat u gehoord hebt", viel Mor gan hem in de rede. „Alleen de angst Judith te verliezen, heeft u er toe kunnen brengen om een voet in mijn huis te zetten of juister gezegd in het huis, dat ik voor iemand anders in beheer heb". „Wat bedoelt u in vredesnaam?" „Precies wat ik zeg. Men meent, dat dit huis van mij is, maar ik woon hier niet; ik ben alleen beheerder". „Voor wien?" Lancelot had een oogenblik de vage hoop, dat hij zijn eigen naam te hooren zou krijgen, hoewpl hij het dwaze van die gedachte inzag". ..Dat komt er niet op aan", klonk het kalm. „Misschien trouw ik nog wel eens en laat het beheer over het landgoed aan mijn kinderen na. Daartoe is mij ook het recht gegeven". „Enfin, het gaat mij ook niets aan", ver klaarde Lancelot ijzig. „Maar wat mij wel aangaat is, waarom u Fhineas Verily hebt varzocht, Sir Reginald's attenties tegenover Judith aan te moedigen". (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 6