VOOR DE FORENSEN.
De verkeers-chaos.
Het Raadsel van Tanbuck Hall
HAARLEM'S DACBLADDONDERDAG 27 AUGUSTUS 1931
Instelling van een Vervoerraad bepleit.
Er heerscht op het gebied van het ver
keerswezen in ons land een chaos. Waar het
mogelijk is concurreeren Spoor, Tram, en
Autobus. Elk tracht op eigen wijze zooveel
mogelijk profijt te trekken, zonder zich af te
vragen, waarmede de belangen van het pu
bliek het beste gediend zijn.
In een interview met de Telegraaf heeft de
'directie van de Nederlandsche Spoorwegen
gepleit voor het instellen van een Vervoer
raad, Daarbij werd o.a. verklaard:
De huidige toestand heeft niet slechts
stroppen ten gevolge voor de spoor- en de
tramwegen, doch ook het reizend publiek en
zij die goederen te vervoeren hebben, zijn
bij den huldigen gang van zaken niet ge
baat, nóch financieel nóch wat „service"
betreft.
De spoorwegen die niet geëxploiteerd wor
den voor het gewin van aandeelhouders, zijn
practisch een staatsbedrijf geworden. Aldus
brengt het algemeen belang mede, dat het
bedrijf zich zelf dekt; tekorten moeten im
mers uit belastinggeld worden bijgepast; het
geen eventueel overblijft komt het publiek
ten goede in den vorm van technische ver
beteringen, moderner materieel en lagere ta
rieven. Wat andere vervoermiddelen het
langzamerhand klassiek geworden voorbeeld
is de autobus van tot dusver door de Spoor
wegen bediend vervoer afpakken, wordt dus
aan het algemeen' belang te kort gedaan.
Er is in deze slechts één, werkelijk af
doende oplossing, dat is de samenwerking,
die er in eenlgerlel vorm moet komen tus-
schen spoor, tram en autobus. Die samenwer
king is op verschillende manieren mogelijk:
de autobusdienstondernemers zouden zich
eerst in eenige groote bedrijven dienen te
concentreeren, met welke de Spoorwegen dan
in nauwe samenwerking het gewestelijk ver
keer zouden kunnen bedienen. Een andere
oplossing, althans in theorie, zou wellicht
zijn, dat het geheele autobusvervoer onder
directie der N. S., of liever van de A. T. O.,
werd gebracht.
Als gevolg van een dergelijke samenwer
king zouden de Spoorwegen b.v. in de eerste
plaats al het locale en gewestelijke vervoer,
voor zoover het door bus of tram overgeno
men zou worden, kunnen prijsgeven. Op den
duur zouden er dan alleen sneltreinen en
groote boemeltreinen rijden. Het spreekt wel
van zelf, dat de bezuiniging die verkregen
werd door het doen vervallen van zoovele
treinen en het opheffen van stopplaatsen en
wellicht sommige kleine stations, het moge
lijk zou maken om het. aantal sneltreinen uit
te breiden. Met andere woorden bij een ge
lijk spoorbudget méér service voor het pu
bliek.
De concurrentie der spoorwegen door de
bussen aangedaan, is ook daarom niet fair,
omdat de spoor- en tramwegen in verband
met veiligheidsvoorschriften en contract,uee-
le verplichtingen 'véél hoogere vaste kosten
hebben dan de autobussen; deze bepalen
zich daartegenover vaak tot de voordeelige
trajecten en de dagen (uren) van druk ver
voer.
Eigenlijk wordt er een nationale verkeers-
dictator gevraagd en nu die wel niet te vin
den zal zijn, kan misschien een Vervoerraad
goed werk verrichten.
Zuiver economisch gesproken zou natuur
lijk één groot landelijk vervoerbedrijf het
beste zijn, met aan het hoofd een Raad van
Beheer en daaronder drie directies, voor
spoorwegen, tramwegen en auto's (zoowel
bussen als vrachtwagens).
Natuurlijk zal een Vervoerraad over uitge
breide bevoegdheden moeten beschikken; zoo
zal op hem b.v. hooger beroep mogelijk moe
ten zijn van beslissingen van Gedeputeerde
Staten betreffende autobusconcessies, aange
nomen dat dit stelsel voorloopig zal blijven
gehandhaafd. De maatstaf bij de beoordee
ling zal dan vooral ook dienen te zijn, of een
autobusdienst, waarvoor concessie is aange
vraagd. past in den algemeenen opzet, in het
landelijke plan".
Tot zoover dit interview.
Voor zoo'n samenwerking is inderdaad
vce'l te zeggen. Als het goed zou worden aan
gepakt. kan het reizend publiek er van pro
fiteered Voor de Spoorwegen zitten er even
wel ook belangrijke consequenties aan vast,
want de macht wordt voor een deel uit han
den gegeven en overgedragen aan den Ver-
FEUILLETON.
(Naar het Engelsch door J. v. d. SLUYS).
Nadruk verboden.
47)
,,Neen". zei Margon scherp en beslist; „ik
ben bereid om alles te doen wat ik kan, om
een prettige verhouding tusschen ons mo
gelijk te maken, maar die vrouw verdient
haar straf dubbel en dwars. Zij is een echte
avonturierster, een gevaai'lijke intrigante,
die heel wat meer menschen ongelukkig
heeft gemaakt dan u denkt."
„Maar als ze nu eens onschuldig is
„Maar ze is schuldig, juffrouw Merton.
Niet alleen erkent zij, dat ze den zilveren
armband, dien ik in den salon in Tanbuck
Hall gevonden heb, gedragen heeft; ook
Daxley verklaart, dat zij den moord gepleegd
heeft."
Daxley heeft éérst ook gelogen, dit kan
wel eens een nieuwen leugen zijn".
„Waarom zou hij in dat geval llegem?"
„Om zich bij voorbaat op juffrouw Cashell
te wreken, als ze haar woord niet zou hou
den, om goed voor het kind te zorgen. Ik
ben overigens gisteren en vandaag bij haar
geweest en ik vrees, dat ze er niet bovenop
komt. Dat is heel tragisch, want ze is on
schuldig."
De woorden werden met groote^ stellig
heid geuit.
„Kunt u dat bewijzen?"
Juffrouw Merton richtte zich op in haar
stoel. Toen kwam het.
„Ik heb Sir .Giles vermoord!"
Het werd met huiveringwekkende kalmte
gezegd.
Pickering vloog overeind. Voor de eerste
maal was hij uit het veld geslagen.
„U bent gek," stamelde hij.
„Mogelijk, want ik heb SU* Giles bij vergis-
voerraad. Wij zijn bijvoorbeeld overtuigd dat
als er zoo'n college zou komen 't niet lang zou
duren of de spoorlijn HaarlemZandvoort
zou geëlectrificeerd worden. Trouwens de
electrificatie van het grootste gedeelte van
onze spoorwegen zou in de naaste toekomst
de aandacht van dezen Vervoerraad vragen.
Electrificatie van de belangrijkste lijnen, bij
voorbeeld AmsterdamArnhemNijmegen,
AmsterdamMaastricht, AmsterdamEn
schedé, en AmsterdamGroningen is op den
duur noodzakelijk. De stoomlocomotief heeft
vrijwel afgedaan. Op het baanvak Amster
damRotterdam is dit duidelijk aangetoond.
Daarmede zullen evenwel groote kosten ge
paard gaan, zoodat het te begrijpen is, dat
de Spoorwegen het programma slechts ge
leidelijk uitvoeren. Daarbij is natuurlijk van
veel betee'kenis de vraag wat men in het bui
tenland doet, omdat de internationale trei
nen slechts electrisch kunnen worden, als
men de aansluitende lijnen in het buitenland
ook electrificeert.
Dit wat de algemeene strekking van het
plan aangaat. Het is evenwel goed ook reeds
nu op een detailpunt in te gaan, want daar
bij zijn de belangen van de forensen nauw
betrokken.
De directie der Spoorwegen zinspelen er op,
dat als de overeenstemming tot stand zou
komen, de spoorwegen het locale en gewes
telijke vervoer aan de tram en de autobus
zouden willen overlaten. Wat is locaal en ge
westelijk vervoer? Wij kunnen ons indenken,
dat de spoorwegen het vervoer op de tus-
schenstations op de lijn HaarlemLeiden
aan de tram, die dan intusschen wel geëlec
trificeerd zal zijn, wil overlaten, omdat de
meeste dorpen ver van de eigenlijke dorpen
afliggen maar de forensen die zich in de om
geving van Aerdenhout of van het station
VogelenzangBennebroek gevestigd hebben,
zouden terecht ontstemd zijn, als het trein
verkeer niet meer op dit forensenvervoer be
rekend zou worden. Het is nu eenmaal een
feit, dat de tram of de autobus, die langs de
igewone wegen moeten rijden, in snelheid
niet kunnen concurreeren met de electri-
sche treinen.
Evenoo op de lijn HaaremVelsen
IJmuiden en HaarlemBeverwijk. In de
omgeving van de spoorstations wonen hon
derden forensen. Het forensenvervoer heeft
mogelijk gemaakt, dat de lijnen geëlectrifi
ceerd werden. Het zou nu onredelijk tegen
over deze forensen zijn, om hen in de toe
komst te verwijzen naar de autobus.
Evenzoo zou de lijn Zandvoort—Haarlem
Amsterdam in bovenbedoelden zin nooit tot
locaal of gewestelijk verkeer gerekend kun
nen worden. Op dit traject, ook al is het be
trekkelijk kort. kan de trein als vervo.rmid-
del niet gemist worden. Integendeel! Er
wordt juist naar verlangd, dat de lijn Haar
lem—Zandvoort geëlectrificeerd wordt, om
dat dan eerst het .treinverkeer Amsterdam
Zandvoort volledig tot zijn recht kan komen.
Concentratie is goed, maar het publiek
moet voordeel hebben van het uitsluiten van
de concurrentie. De nadeelen waarop wij hier
wezen, zullen dus in elk geval vermeden
moeten worden. Wordt dit gedaan, dan kan
uit de samenwerking ongetwijfeld iets goeds
voortkomen.
Het is een belangrijke concessie van de
directie der Ned Spoorwegen dat zij tot sa
menwerking in deze bereid is.
BINNENLAND
UIT DE STAATSCOURANT.
ONDERSCHEIDING C. BAKKER.
Aan den heer C. Bakker, commissaris van
politie, chef van het Bureau Verkeerswezen
te Amsterdam, is verlof verleend tot het aan
nemen van het eereteeken: ridder der Dan-
nabrogsorde van Denemarken.
CONSULAATWEZEN.
Bü K. B. is mr. L. A. Gastmann benoemd
tot vice-consul der Nederlanden in algemee
nen dienst.
HOOGER ONDERWIJS.
Tijdelijk is benoemd tot lector in de afd.
der alg. wetenschappen aan de T. H. te
Delft om onderwijs te geven in den ijk J. R.
van Beek, ijkerchef van dienst te Amsterdam.
sing vermoord. Ik ben dien avond naar Tan
buck Hall om u te vermoorden."
„Mij?" hijgde Morgan. „Waarom in vredes
naam?"
Toen brak al de jarenlang-opgespaarde
verbittering als een woedende, opgezweepte
stroom los. Zij was er tot op dit oogenblik in
geslaagd, haar haat en. toorn te verbergen
en zelfs een soort van vriendschappelijke
voorkomendheid te veinzen. Pickering's
vraag stuwde haar dieepste gevoelens naar
de oppervlakte.
„Vraagt u dat nog?" gilde ze. Ze sprong
doodsbleek van haar stoel op en wees met
uitgestrekte» beschuldigenden vinger naar
hem. „Vraagt u dat nog, terwijl u mijn neef
den generaal bedrogen en Lancelot's jeugd
bedorven hebt. Ik houd van dien jongen
of hij mijn eigen zoon was. U woont in ons
huis in zijn huis. Oplichter... slang, schurk
jij
Terwijl zij even ophield om nog een be-
leedigender krachtterm te bedenken, hief
Pickering zijn hand op, om haar het zwij
gen op te leggen. En ze zweeg inderdaad,
omdat ze niets meer zeggen kon; ze was
geheel buiten adem.
„Ik kan u uitleggen, dat u het absoluut
bij het verkeerde eind hebt." zei Pickering
bedaard, „maar vertelt u mij eerst eens hoe
het komt, dat u Sir Giles vermoord hebt,
in plaats van mij."
„Teekent u dit eerst," hijgde juffrouw
Merton en ze haalde uit haar zak een stuk
papier, waarop één enkele regel geschre
ven stond. Morgan las: „Ida Cashell is
onschuldig."
„O, ik wil het met plezier teekenen, als
ik er onder mag zetten: „Susan Merton
heeft Sir Giles Dove vermoord."
„Best," klonk het onverschillig. „Ik heb
u hier laten komen om u dit te vertellen,
want ik kan geen ander zien lijden voor
een misdaad, die ik bedreven heb."
..Dat heb ik gemerkt," merkte Morgan
spottend op, „als Daxley er niet geweest
was, zou ik ervoor opgedraaid hebben."
DE STAD MET DE VELE BRAND-
WEREN.
HOE MEN ER DOOR VOOR DEN RECHTER
KOMT.
Wij lezen in het Hbld.:
Harderwijk is een op het gebied van brand
weer rijk gezegende plaats. Behalve de ge
wone, gemeentelijke brandweer heeft men
er het corps militaire brandweer en boven
dien nog een afzonderlijk corps vrijwillige
brandweer.
Begin Juli brak er brand uit in het cen
trum van het stadje en wel bij een fotograaf
op het Kerkplein. Van ale kanten rukten
de corpsen aan, In een geforceerden marsch
wonnen de militairen en bezetten de hoofd
kraan op het marktplein. De gemeentelijke
brandweer was toen bij aankomst op de
markt gedwóngen af te zwenken naar een
brandkraan in een zijstraat, maar daarop
snelden van den anderen kant ook reeds de
vrijwilligers aan. De brandmeester der ge
meente riep zijn mannen toe hem te volgen
snelde alleen vooruit en posteerde zich boven
op het deksel van de begeerde kraan. De vrij
willigers hadden echter met hun materiaal
een voorsprong van 25 meter, drukten den
brandmeester van de plaats af en namen de
kraan in gebruik.
Had aldus de gemeentelijke brandweer al
den zwaren slag te verduren, in den con
currentiestrijd het onderspit te hebben ge
dolven, Dinsdag moest de brandmeester K.
17>ayen zich ook nog verantwoorden voor
den Politierechter te Zwolle wegens het op
zettelijk belemmeren van de blussching van
een brand. Toen echter zelfs de officier van
de vrijwillige brandweer H. W, Gageling moest
toegeven, dat de strubbeling op de blussching
van den brand zelf geen invloed had gehad
sprak de rechter verdachte vrij, zonder zich
nu verder in het voor of tegen van dezen
strijd te verdiepen.
DE KAPPER, HET MEISJE EN
DE VULPEN.
EEN BEROOVING ONDER DE
PERMANENT WAVE.
De N.R.Ct. verhaalt:
Een 28-jarig kamermeisje is Dinsdag naar
een kapper te Rotterdam gegaan, om het
haar te laten watergolven. En toen de ijverige'
Figaro met krulspelden en tangen, met kam
metjes en borstels en met die heele reeks van
wonderlijke werktuigen, welke voor een der
gelijke kunstbewerking noodig zijn, aan den
arbeid was en hij daarbij zich in allerlei boch
ten om haar wrong, heeft zij aan de verlei
ding, om zijn Waterman-vulpen, die nieuws
gierig uit een borstzak stak, te stelen, geen
weerstand kunnen bieden. Maar de diefstal
werd ontdekt, en het kamermeisje is gekruld
en wel op een politiebureau opgesloten.
ROTTERDAM'S BEGROOTING.
B. en W. van Rotterdam hebben de ge-
meentebegrooting 1932 ingediend. Zij stellen
voor een crisisdienst in te stellen teneinde de
uitgaven voor maatschappelijk Hulpbetoon
te bestrijden, waarvoor ongeveer 8 1/2 mil-
lioen zal noodig zijn.
De opcenten op de gem eentefohdsbélas ting
zullen alsdan gebrabht worden op f 60.
MINISTER REYMER GEEN KAMERLID.
Blijkens de „St. Crt." heeft mr. P. J Rey-
mer, minister van Waterstaat, die onlangs
tot lid van de Eerste Kamer werd benoemd
in de plaats van het overleden lid den heer
J. N. Hendrix, zijn benoeming als zoodanig
niet aanvaard.
JUFFROUW MET EEN MES AANGE-
- VALLEN.
Een 37-jarige los werkman heeft de 41-
jarige Th. Z-, een juffrouw woonachtig in de
Papagaaienstraat te Rotterdam met een mes
in den rug gestoken.
De dader had de juffrouw op den Nieuwen
Binnenweg ontmoet en had even staan pra
ten. Zij kregen ruzie over een oude kwestie,
waarna de juffrouw doorliep. De man is
haar echter na geloopen en heeft haar met
het dolkmes tusschen de schouderbladen ge
stoken. Daarna is de dader gevlucht, doch
heeft zich later bij de politie aangemeld.
Het mes is in beslag genomen- De dader is
opgesloten.
Mej. Th. Z. dacht dat zij een stomp in den
rug kreeg en liep door. In de Bellevoysstraat
maakten voorbijgangers haar opmerkzaam,
dat zij bloedde. Zij is overgebracht naar het
ziekenhuis Coolsingel, waar zij ter verple
ging is opgenomen. Haar toestand is niet
ernstig.
„Ik had ook liever gewild, dat hij mij
voor de schuldige had aangewezen."
„Zoo, dus Daxley wist er van?"
„Ja," antwoordde juffrouw Merton ve
nijnig en ze veegde haar voorhoofd af,
waarop het klamme zweet parelde. „Wat hij
inspecteur Quill vertelde, was vrijwel de
waarheid; alleen was ik het en niet Dax
ley. Ik wilde u vermoorden en had alles
goed voorbereid."
„Wat bezielde u in vredesnaam0"
„Ik haatte u.ik heb u altijd gehaat
als de pest. Ik geloof, dat de gedachte om
u te vermoorden, altijd als een soort idee
fixe in mijn onderbewustzijn heeft geleefd.
Maar de toestand, waarin Daxley was ge
raakt. door uw schuld, heeft die latente
gevoelens heelemaal wakker gemaakt; dat
is de eenige verklaring die ik geven kan,
waarom toen juist de begeerte om u te
dooden zóó sterk werd, dat ik er geen weer
stand meer aan kon bieden. Telkens als
ik Daxley zag, als ik merkte hoe hij, die
eens een degelijke handwerksman was,
wegkwijnde en uitteerde, door de barbaar-
sche manier, waarop u hem alles wat hij
bezat, hebt afgenomen, werd mijn woede
en haat tegen u grooter. Ik heb voor hem
gedaan, wat ik kon, maar het was niet
„veel," eindigde ze op schamperen toon,
„u had mij ook niet veel overgelaten!"
dat, toen ik mij hier kwam vestigen, Daxley
„Mag ik u er misschien op attent maken
mij nageschreeuwd en uitgescholden en met
vuil gegooid heeft, als ik maar even mijn
neus buiten de deur stak. Hij was de bel
hamel van de relletjes tegen mij", beet Mor
gan zijn gastvrouw woedend toe. „Hij heeft
geoogst, wat hij gezaaid heeft".
,JSn ik dan, en Lancelot en de generaal?"
„Laat ik u dat mogen uitleggen
„Ik zal u eerst alles uitleggen", viel ze hem
in de rede, op een toon, die geen tegenspraak
toeliet. „De tijd is kort en er is nog veel te
zeggen".
„Goed", zei Morgan schouderophalend.
„Ik zai zoolang wachten als u wenscht".
DE MOORD OP DEN HEER
ESCHAUZIER.
.PSYCHIATRISCH ONDERZOEK VAN EEN
DER VERDACHTEN.
Over de behandeling van de zaak tegen de
moordenaars van den heer Eschauzier te
's-Gravenhage verneemt de Nieuwsbron, dat
tegen een der verdachten een psychiatrisch
onderzoek gelast is. De behandeling der zaak
zal niet voor October kunnen zijn.
Uit het deskundige'-rapport blijkt, op welk
een vreeselijke wijze het slachtoffer behan
deld is. Het lijk was op verschillende plaat
sen gebonden nl. aan de voeten, aan de on-
derbeenen. aan de bovenbeenen en aan de
polsen. Bovendien was om den hals een dub
bel touw gewonden, waarvan de uiteinden
elkaar aan de achterzijde kruisten.
Dit touw was niet geknoopt, doch had wel
een diepe groef in den hals achtergelaten.
In den mond van het slachtoffer was een
gedeelte van een badhanddoek ter lengte van
25 c.M. en met een omvang van 8 c.M. ge
perst, welke' handdoek gedeeltelijk met bloed
doordrenkt was.
Ook op de kleeren van het slachtoffer werd
op verschillende plaatsen bloed gevonden,
zooals op den linkerschouder en linker-re-
vers van het colbertjasje en op de mouw van
het overhemd. Het hoofd en het gelaat van
het slachtoffer vertoonden enkele ontvellin
gen, terwijl het tandvleesch langs den kaak-
rand 3 c.M. was ingescheurd.
De heer Eschauzier is door verstikking ge
storven, welke verstikking is veroorzaakt door
den bandhanddoek in den mond, welke de
bovenste luchtleiding totaal afsloot.
Naar de meening der deskundigen, heeft
het slachtoffer met deze prop in den mond
slechts enkele minuten kunnen leven.
Of 't touw om den hals zoo sterk was aan
gesnoerd, dat ook daardoor de dood zou kun
nen zijn veroorzaakt, is niet gebleken.
EEN PORTEFEUILLE NA TWEE JAAR
TERUG GEVONDEN.
De Tel. maakt melding van een geval van
terugvinden van een portefeuille welke bij
een stalhouder te Oostzaan, twee jaar gele
den onder mest geraakt was die verkochtwerd
naar Noordwijk. Bij een tuinder is deze al
daar thans op het land gevonden. De bijna
vergane bankbiljetten, die er in waren zijn
ingeruild en de gelukkige vinder is beloond.
OOK EEN VLIEGTERREIN OP SCHIER
MONNIKOOG
De hotelhouder v. d. Werff op Schiermon
nikoog heeft de beschikking gekregen over
een terrein van 25 H.A., om dit in te rich
ten als vliegterrein.
EISCHEN VAN TUINDERS AAN
DE REGEERING.
OM HUN TE HELPEN IN DEN NOOD.
Tuinders van onderscheiden richting zijn
dezer dagen te Purmerend bijeengekomen
om den steeds ernstiger wordenden tostand
van de werkende tuinders te bespreken en
een program van actie voor te stellen.
De vergaderden waren van oordeel dat de
georganiseerde strijd voornamelijk moet ge
baseerd zijn öp de volgende punten.
1. Met het oog op de zeer slechte prijzen
op de binnenlandsche markt, de exportbe
moeilijking, alsmede de aardappelziekte moet
de Regeering de noodlijdende tuinders te
hulp komen met niet terug te betalen onder
steuning, om hen voor volledige ineenstor
ting te behoeden.
2. Verlaging van pachten, belastingen, hy-
potheek- en andere schulden voor de nood
lijdenden en algeheele kwijtschelding voor
de het zwaarst getroffenen.
3. Strijd tegen speculatie met levensmid
delen en de reuzenwinsten van exporteurs en
groothandelaars.
4. Verstrekking van kunstmest tegen ver
laagden prijs of zoo noodig gratis door de
Regeering.
5. Strijd tegen iedere gedwongen verkoop
of executie wegens schulden en tegen opzeg
ging van pachtcontracten bij onmacht tot
betaling.
6. Volledige premievrije sociale wetgeving
vóór alle werkende tuinders en vrouwen en
kinderen in het bedrijf werkzaam; ziekte-
invaliditeits- ongevallen- en ouderdomsver-
zekering.
De vergadering is overeengekomen, om op
dezén grondslag de werkende tuinders in
Noord-Holland te mobiliseeren voor de voor
bereiding tot een algemeen congres, dat te
gen eind 1931 moet worden gehouden (ver
moedelijk te Hoorn) en opdracht te geven tot
het treffen van al de voorbereidende maat
regelen aan het Nederlandsch Boerencomité.
Juffrouw Mert-on leunde tegen den muur
en praatte snel. „Daxley heeft een valschen
sleuted voor het kleine hek voor mij gemaakt
maar ik weigerde hem te zeggen welk doel
ik daarmee had. Hij dacht dat ik onver
wacht bij u binnen wilde vallen om u eens
flink de waarheid te zeggen. Toen het dien
avond zoo mistig was, ging ik uit om mijn
plan te volvoeren.... de duisternis begun
stigde mij. Daxley schijnit mij te hebben
zien gaan, kreeg blijkbaar argwaan en volg
de mij. Bij het huis gekomen, gluurde ik door
het venster van den salon, waar licht brand
de en zag dat Sir Giles bij u was en juist
aanstalten maakte om weg te gaan. Toen
hij de deur uitliep, passeerde hij mij rake
lings, zonder mij op te merken. Daxley was
in mijn onmiddellijke nabijheid, maar dat
heb ik. later pas gehoord.
Toen u de kamer uit was, brak ik de ruit
en greep de revolver, die ik op een zij
tafeltje zag liggen. Die leek me tenslotte een
beter wapen dan de dolk, dien ik had mee
gebracht. Ik veronderstelde, dat u op het
geluid van brekend glas terug zoudt komen
en dat ik u dan door het raam kon neer
schieten. Maar u kwam niet ik wachtte
een heele poos toen verscheen Sir Giles
weer,en.u weet de rest", eindigde ze
- abrupt.
„Ontdekte Sir Giles u dezen keer wel?"
„Ja. Ik denk doordat het licht uit de
kamer op mij viel. Hij daoht waarschijnlijk
dat ik een inbreker was en vloog op mij af.
In mijn ontsteltenis vuurde ik en Sir Giles
viel neer. Ik herkende zijn gezicht in het
lichtschijnsel en ineens flitste het mij door
het hoofd dat de verdenking waarschijnlijk
op u zou vallen, want u had ruzie gehad met
Sir Giles dat had ik gehoord en bovendien
was u een verklaarde vijand van hem. Dat
vond ik een pracht oplossing om mijn wraak
te koelen; ik vuurde nog twee schoten af,
om zeker te zijn dat hij dood was. Dat zou
ik waarschijnlijk niet gedaan hebben, als ik
niet zoo verbijsterd was geweest door de on-
HET DEMOCRATISCH PROGRAM
TE AMSTERDAM.
UITBREIDING VAN DE OVERHEIDSZORG.
In het programma waarop de s.d., v.d. en
r.k. zich te Amsterdam verbonden hebben
voor de wethoudersverkiezing zijn o.a. op
genomen de volgende punten;
Krachtige verdediging van de autonomie
en den democratischen bestuursvorm der
gemeente.
Krachtige voortzetting der afbraak van
krotten en vervanging door een voldoend
aantal woningen.
Verhuring van deze woningen aan ge
zinnen, wier inkomsten onvoldoende zijn om
een dekkende huur te betalen, tegen een ge
middelden huur van ongeveer f 4 per week;
zulks met aanvrage van Rijksvoorschotten,
en -bijdragen volgens de Woningwet.
Medewerking aan de stichting van goed-
kcope tehuizen voor alleenwonenden.
Zorg voor het stadsschoen.
Krachtige uitvoering van het boschplan.
Geleidelijke uitvoering van het verkeers
plan voor de binnenstad.
Voortzetting van de stichting van tuin
dorpen.
Voortdurende bemoeiing met de voor
ziening in de voornaamste levensbehoeften.
Definitieve oplossing van het vraagstuk
der melkvoorziening.
Organisatie van den straathandel.
Uitbreiding van het aantal speciale wo
ningen voor ouden van dagen.
Maatregelen tot opheffing van gesteunde
gezinnen uit den staat van armlastigheid.
Krachtige bestrijding van den woeker.
Verdere bestrijding der werkloosheid, o.a.
door het uitvoeren van groote werken, die
het belang van de bevolking dienen.
Productieve werkverschaffing, bij voorkemp
inde omgeving yan Amsterdam, onder ar
beidsvoorwaarden in overleg met de vakbe
weging vast te stellen.
Verdere steun aan vrije jeugdvorming en
vacantiescholen.
Vermeerdering van het aantal permanente
sportterreinen en speeltuinen.
Het verder toegankelijk maken van alle
uitingen van kunst voor de volksmassa.
Verleenen van opdrachten aan kunste
naars.
Bevordering van de stichting van een
volksgebouw.
Herziening en uitbreiding van het vast
rechtstelsel voor gas en electriciteit in het
belang der gebruikers van kleine hoeveel
heden.
Uitbreiding van de medezeggenschap voor
het gemeentepersoneel op den grondslag van
de daartoe strekkende voorstellen der Conw
missie voor de Medezeggenschap.
NOODLANDING VAN EEN
MILITAIR VLIEGTUIG.
MECHANICIEN ERNSTIG GEWOND.
Woensdagmorgen omstreeks half-twaalf
heeft het militaire vliegtuig no. 572 te Berg
ambacht een noodlanding moeten doen ten
gevolge van een motordefect, meldt de NR.C.
De inzittenden waren luitenant Meihuis en
de mechanicien Daaldrop. Het vliegtuig
kwam terecht in een droge sloot. Daaldrop.
werd vrij ernstig gewond; er werd genees-'
kundige hulp voor hem ingeroepen.
OUDE VROUW IN HAAR HUIS
OVERVALLEN.
OOK DE ZOON OMGEKOMEN?
Woensdagmorgen ongeveer 10 uur kwam
de brievenbesteller C. R. met een bestelling
bij de woning van de 76-jarige weduwe W.
Molanus, wonende in een kleine bociderij
aan een eenzamen weg aan het Winschoter-
diep tusschen Zuidbroek en Scheemda, waar
zij met haar ongeveer 45-jarigen zoon leef
de, aldus de Mso.
Tct zijn verwondering vond de besteller de
deur open en loeiden de koeien, daar deze
nog niet waren gemolken.
Bij nader onderzoek vond hij Jn de kamer
under het linnenrek vei borgen het ontzielde
lichaam van de weduwe met een prop in
den mond. Voorts ontdekte hij sporen van
een worsteling.
Onmiddellijk waarschuwde hij de buren en
de politie die weldra mét den burgemeester
en dokter ter plaatse verschenen
Men staat hier voor een zeer vreemd geva!
en tast omtrent het voorgevallene volkomen
in het duister.
De mogelijkheid is niet uitgesloten, dat
er een roofoverval is gepleegd daar de deur
met bloed bevlekt was. terwijl het. bed van
de oude vrouw geheel omwoeld werd aangel
troffen en smeulde.
De zoon van de vrouw is spoorloos verdwe
nen. Er bestaan vermoedens dat hij verdron
ken is, weshalve men begonnen is in het
Winschoterdiep te dreggen.
vernachte wending die de zaak genomen ihad,
wamt ik geef toe dat het onmenschelljk was.
Toen gooide ik de revolver meer en
glipte weg in den mist".
„Maar hoe kwam juffrouw Cashell's arm
band
„Dien heb ik in den salon op Tanlbuck
Hall laten vallen. Mabel, die haar handen
niet schijnt te kunnen thuishouden, heeft
dien armband gestolen, toen Ida Caaheil
dien op een keer verloren had in het huisje
van Daxley. Ik wist niet dat ze dat ding
gestolen 'had: het was een betrekkelijk goed
koop sieraad en toen Mabel vertelde dat het
van haar moeder was geweest, geloofde ik
dat direct, want de Daxley's waren oorspron
kelijk in vrij goeden doen geweest. Ze vroeg
of ik den armband dragen wilde, omdat ik
altijd zoo lief voor haar pappie was. Om het
kind een plezier te doen, droeg ik hem. De
sluiting was niet stevig en ik moet hem ver
loren hebben, toen ik de revolver greep. Ver
langt u nog meer te weten?"
„Ja. Wanneer kwam u te weten dat Dax
ley u bespied had?"
Den volgenden dag vertelde hij het mij;
hij was buiten zichzelf van vreugde dat u
gearresteerd was. Ik zelf trouwens ook, wel
beschouwd was deze straf aanmerkelijk zwaar
der, dat wat ik u had toegedacht. Daxley
bezwoer mij, dat hij mij nooit verraden zou.
Dus. toen juffrouw Cashell met haar voor
stel bij hem kwam was hij, om mij te
beschermen, bereid de schuld op zich te
nemen. Het kon hem in zekeren zin niet
schelen, omdat hij toch wist, dat. zijn dagen
geteld waren. U weet waarom Ida Cashell
zoo graag een „schuldige" wou ontdekken; ze
wilde een wit voetje bij u krijgen. Dan kon ze
probeeren u een toezegging af te troggelen,
dat ze de voorkeur had bij verkoop van de
Hall, wat haar bij haar huwelijksplannen
ten opzichte van Sir Reginald te pas zou
komen".
(Wordt vervolgd.).