ONZE
ILLUSTRATIE
HAARLEM'S DAGBLAD
O Y\vq-r
MEVROUW ESTHER DE BOER—VAN RIJK zal
Woensdag a.s. in de titelrol van Heijermans' „Eva Bon-
heur" voor de zevenhonderdste maal optreden. Natuur
lijk zal de opvoering in den Stadsschouwburg een
feestelijk karakter dragen.
TOT IN DE VERSTE UITHOEKEN VAN HET RUSSISCHE RIJK dringt de felle campagne der bolsjewieken tegen den
godsdienst door. Niet alleen de Kerk moet het ontgelden, maar ook het primitieve heidensche volksbijgeloof. Van
bovenstaande, overigens zeer artistieke afbeeldingen, keert de rechtsche zich tegen het offeren van paarden bij de Toerk-
menen tot het bezweren van dreigenden hongersnood; de linksche stelt daartegenover de vetpotten voor, die de Sovjet-
regeering met haar rationalistische wetenschap het volk belooft.
DE N.V. Tl KK ER Dl EN ST heeft in de benedenzalen van de
Effectenbeurs te Amsterdam een „tikkerij-installatie" ingericht,
waarmede zeer snel koersen worden verspreid aan degenen, die
een ontvangtoestel van de N. V. in gebruik hebben.
C. VAN LEEUWEN
BOOMKAMP, de vio
loncellist, die een
tournee door Indië zal
maken.
ZONDAGSCHE
KLEEDERDRACHT
van een vrouw uit de
Zwitscrsche Alpen.
EEN BOMAANSLAG. Voor het gebouw van het
Italiaansche consulaat-generaal te Chambery (Frank
rijk), is een bom ontploft, die in de vensternis van de
werkkamer van den consul was neergelegd. De ruïne
EEN FRAAI UITZICHT hebben de arbeiders op de Katholieke kerk te Oisterwijk, die thans hersteld en geschilderd wordt.
De werkzaamheden bij den windwijzer op den toren, ongeveer 50 meter boven den beganen grond, eischen van de schilders
koelbloedigheid. Last van duizeligheid of zenuwen zou hen ongeschikt voor dit werk maken.
IN DE GROOTE STADSTUINEN VAN PARIJS worden soms ploegen gebruikt, getrokken door twee
paarden. Een landelijk tafereel op eenige passen afstand van dc „Pont de la Concorde"; op den achter
grond de Eiffcltoren.
TER GELEGENHEID VAN HAAR VIJFDE LUSTRUM voerde de Delftsche Vrouwelijke Studenten-
Verceniging in de Stadsdoelen het tooneelstuk „Vasantasena" op, in een tooneelbewerking van L.
Feuchtwanger, vertaald door J. H. Leopold. Een scène uit dit spel.