DORLAS
'N FEIT
Bij de een en veertig Smeden.
FRANKEN'S
BROODFABRIEKEN
HAARLEM'S DACBLAD
VRIJDAG 20 NOVEMBER 1931
Nieuwkoop's gemeentebestuur als zakenleider.
Vijftig buiten den kring van een en veertig.
Teekeningen van Wladimir Bielkine.
De toren béheerscht Nieuwkoop
Toen nu traditie en bestaansbron beide
dreigden te verdwijnen in Nieuwkoop greep de
koopman-burgervader, burgemeester Van der
Weijden, die 25 November met pensioen
zal gaan, greep 't.geheele gemeentebestuur in.
Het deed het op alleszins energieke wijze, en
maakte gebruik van moderne middelen. De
introductie van de propaganda-actie liep
over de Jaarbeurs. De burgemeester, de se
cretaris, de heer C. J. Groenendijk, en de
wethouders stelden zich in verbinding met
het jaarbeursbestuur. De heeren W. Graadt
van Roggen, secretaris-generaal en C. J. van
Wijngaarden van Rees, adjunct-secretaris,
bezochten Nieuwkoop en de Nieuwkoopsche
smeden bezochten de Jaarbeurs. Het ge
meentebestuur had autobussen gehuurd en
zorgde zelfs voor een versnapering en de ruim
70 smeden bezochten den stand der smeden
op de Utrechtsche jaarmarkt. De heer Graadt
van Roggen hield een rede, waarin hij den
eenigen weg wees, die nog open is voor het
handwerk: de kunstsmederij.
Hierbij heeft het actieve bestuur van deze
gemeente het niet gelaten. De Raad verleende
op voorstel van B. en W. een subsidie van
f 200 en daarvan aal nu de propaganda op
tweeërlei wijze ter hand genomen worden.
Ten eerste de inwendige verbetering, de ver
edeling van het vak of een vergaande me
chanisatie. Men heeft zich verstaan met den
directeur van het Rij ksn ij verheidslaborato
rium te Delft, ir. H. F. G. J. Grevers en diens
assistent de heer S. Sijtsma te 's Gravenhagc
heeft in Nieuwkoop een voordracht met licht
beelden gehouden, die groote belangstelling
ondervond. Dc heer Sijtsma zal daarmee voort,
jtaan.
Ten tweede zal de propaganda naar buiten
gericht zijn. Op de volgende Jaarbeurs zullen
de Nieuwkoopsche smeden zelf een stand
hebben. Er zal contact gezocht worden met
de regeering. ook voor steun, met departe
menten, met bureaux en verschillende over
heidsbesturen. Er zal worden omgezien naar
nieuwe afzetgebied en getracht worden het
product bekend te maken.
Dit alles doet Nieuwkoop's gemeentebestuur
ingezonden mededeelingen
a 60 Cts. per regel
Koffie
Thee
voor zijn smeden, en het zal voorloopig de
centrale leiding behouden, want de concur
rentie onderling is groot onder de een en
veertig. Heel Nieuwkoop is een handelszaak
geworden. En een, met een doortastende
directie. In het oude verhaal is een frisch
geluid gekomen.
Vele vuren, doch weinig werk.
Wij hadden verwacht, dat wij op Nieuw
koop's ouden klokketoren, die nog wat Gothi-
sche motieven bewaard heeft, den klop van
de voorhamers zouden hooren op het aam
beeld in dezen stillen druilerigen herfstmid
dag en dat wij de vuren hoog zouden zien
opbranden in de donkerte van de geopende
smidses. Maar Nieuwkoop is geen straat
van smederijen, zooals de straten in
Marken vol antiek-winkels zijn en de
straten in een havenplaats vol victualie
magazijnen. De smeden nijverheid is huis
industrie in den strikten zin van het woord.
Wij vonden haar aan den dijk in schuren
achter de huizen, of er aan vastgebouwd,
zooals de boer zijn hooischuur bij het huis
hoeft en wij zouden ze niet gevonden hebben
zonder ons geleide. Want de ambachtsman
van Nieuwkoop mist het ulthangteeken
zelfs.
Het was in den middag en juist „siësta",
toen wij de grootste van de een en veertig
bezochten, die acht vuren heeft, en tien
man personeel in dienst. Er wordt ijzerwerk
gemaakt voor bouwwerken en drijfwerk voor
het opendraaien van broeikassen en onder
doelen van landbouwwerktuigen. Maar in
den landbouw is het slecht en het broeikas-
senbedrijf floreert niet, zoodat de afzet niet
zoo druk is aLs hij zijn kon.
Wij zouden graag wat fraai smeedwerk ge-
ingezonden mededeelingen
a 60 Cts. per regel
Het Melkbrood van
Franken is beter en
het host maar één
dubbeltje.
Haarlem - Heemstede - Bloemendaai
zien hebben, een hek of een kachel, om het
eenvoudigste te noemen, maar dit is in
Nieuwkoop niet te vinden. Zelfs naar een
hoefsmid hebben wij vergeefs gezocht.
In den vroegen middagschemer werkte een
smid in zijn zwarte schuur, waar de eigenaar
dige lucht van ijzerroest zwaar hing. Hot was
een kleine smederij, de smid werkte er alleen
in, één van de een en veertig. Boven het
smidsvuur hing de ketel met het koffiewater,
zoo is nu eenmaal de huisindustrie. De smid
maakte ringen voor deeldeuren van boer
derijen, en onderdeelen van schoffels en an
dere landbouwwerktuigen. Zoo heeft ieder
zich gespecialiseerd en beperkt tot enkele ar
tikelen. Toch is de concurrentie groot en
de een geeft den ander aan, als hij hem be
trapt op overtreding van de arbeidswet.
In het donker van zijn werkplaats vonden
wij den uitvinder. Hij was wat achterdochtig
en naar wij hoorden had hij niet al te veel
vertrouwen in de pers, omdat de agent van
het plaatselijke nieuwsblad de predikbeurten
meer dan eens verkeerd had opgegeven,
maar tenslotte vertrouwde hij ons toch toe,
dat hij netkousen fabriceerde. Wij wisten
geen van allen precies wat een netkous was,
het is een eenvoudige ijzeren lus, waarom een
touw gelegd kan worden, onderdeel van een
vischnet, dienende om dit vast te kunnen
leggen. Hij had een machine uitgevonden
waarmee men netkousen kan maken en er
was octrooi op verkregen. Maar hij had toch
liever, dat wij een anderen keer eens terug
kwamen, nadat hij gesproken zou hebben met
den Nijverheidsconsulent. De concurrentie is
fel in Nieuwkoop en de Pers staat bij uit
vinders in een slecht blaadje....
De andere 38 smederijen hebben wij niet
bezocht. Het dorp is, het gehucht Noorden
meegerekend, 9 kilometer lang en makkelijk
zijn de smeden niet te vinden.
Eén bedrijf is er, dat buiten de groote actie
staat en om een gelukkige reden.
Hat is dat van de gebroeders Bodegraven
waar meer personeel werkt, dan bij al de
andere smeden tesamen, vijftig man. Gebroe
ders BodegTaven werken electrisch en volgens
het stelsel van arbeidsverdeeling. Maar groot
smidswerk vonden wij er evenmin. Er worden
haken voor raamkozijnen gemaakt en pen
nen, die tusschen spouwmuren geplaatst
worden, draagijzers voor balken, bij dozijnen
tegelijk door een enkele beweging van een
machine. Het afgewerkte ijzer ligt er bij sta
pels en de voorraden hoog opgetast, er is een
haven voor schepen en export naar Indié.
De fabriek is in vol bedrijf en de eenige, die
zich zelf bedruipt en steun ontberen kan.
De koffieketel geeft cachet aan de
huisindustrie.
Maar het bedrijf is meer metaalwaren-fabriek
dan smederij. En de smid is er nog minder
vakman dan bij de anderen.
Zoo was in menig opzicht het verhaal van
de smeden, dat beginloos is, een teleurstel
ling tot nu toe.
Maar een einde heeft het óók nog niet!
K. Pk.
NEDERLANDSCHE KINDEREN
UIT DUITSCHLAND NAAR
HOLLAND.
geld noodig voor het vervoer.
Op 30 November zal in Nederland een
tweede transport van 200 kinderen van nood
lijdende Nederlanders in Duitschland aan
komen om bij pleegouders te worden onder
gebracht. Reeds zijn 150 kinderen sinds Juli
hier verpleegd en thans terug gegaan.
Het comité, dat het gironummer 121942
(Nationaal Comité tot Steun van den Neder -
landschen Bond in Duitschland) heeft, heeft
echter nog behoefte aan f 800 a f 344. voor'
namelijk voor het doen vervoeren van de
kinderen, hetgeen ongeveer f 10 per kind
kost. Reeds thans hing het slechts van één
milden gever af, dat de 200 kinderen komen
kunnen.
HERDENKING VAN MULTATULI
Het. comité voor een gedekteeken voor
Multatuli heeft besloten de ingekomen gel
den aan het Multatuli-Museum aan te bie
den, teneinde het bestuur in staat te stellen
de inrichting nog meer dan tot nu toe een
waardig gedenkteeken voor de nagedach
tenis van Multatuli te doen zijn. De aanbie
ding zal door den voorzitter, Dr. F. M. Wi-
baut. geschieden op Zaterdag 21 November
des namiddags te twee uur, in het gebouw
van de Universiteitsbibliotheek te Amster
dam
LANGS DE STRAAT.
Slaven.
Het is triest in de straat. Het asfalt is voch
tig, de glazen van winkelruiten beslagen, de
lucht vaal en nattig. Enfin, een Hollandsche
Novemberdag zooals ge die zelf waarschijn
lijk wel kent en waarvan ge anders ten over
vloede in Hollandsche romans kunt lezen. En
mij is het eigenlijk minder om die '-.lamme,
mistige straat te doen, dan om den man die
naast den ingang van een winkel leunt, in ge
zelschap van twee groote koffers Hol-
landsch-net in een foedraaltje gestoken ter
beschutting tegen het bovenbedoelde klimaat.
De man heeft met die koffers enkel in zoo
verre iets te maken, dat hij zorgt, dat ze de
eigenaar trouw volgen bij diens zaken-tour-
née door de stad. Wat klinkende munt heeft
dat zoo geregeld. En ook dat hij ze rustig zal
bewaken, zoolang de eigenaar zelf voor
zoover een handelsreiziger dan eigenaar is
van zijn koffers ze in de zaak waar hij
bezig is niet noodig heeft, en dat hij gereed
zal zijn om ze eventueel op een kleine went?
gedienstig binnen te dragen. Dé slaaf van het
koffer-dragende menschdom leunt buiten en
wacht op een wenk of een bevel om met de
koffers te volgen naar een ander adres, en
weer te wachten. Zijn lichaam leunt, slap en
versleten zonder verbruikt te zijn. Het heeft
ook geen waarde. Enkel armen zijn noodig.
Geen koesterende, warme armen, maar armen
die kunnen tillen en dragen. En waarlijk ze
zijn wat lang en nu ze niets dragen, lijken ze
doelloos en onbeholpen. Z'n gezicht is mat,
z'n oogen vertrouwd met de leegte. Hij
leunt
In traag stappen, in mist en zwart, kom een
begrafenisstoet voorbij, die niemand hin
dert.
Waarom leunt plotseling de man naast de
koffers niet meer? Hoe hebben zijn onbehol
pen armen, zijn stijve vingers den weg naar
zijn pet kunnen vinden voor een afscheids
groet aan een onbekend leven dat wegglijdt?
Van waar komt in een vergaan, levenloos
leven de eerbiedige ontroering over den dood?
Het is maar een oogenblik, een klein onop
gemerkt oogenblik in de straat. Zijn armen
hangen weer slap neer en zijn lang en ge
duldig. Dan bukt hij weer, tilt de koffers,
luister even gedwee naar een adres dat ge
noemd wordt. De koffers volgen den eigenaar
weer, die vooraangaat. Terwijl ge ze ziet gaan,
moet ge denken aan koffers die hun weg door
de stad gaan en twee slaven die meegaan
En toch, hopeloos is het niet. Er blijven
wonderen moge*lijk, zoolang in een dorre ver
strakte arm nog een ontroerend gebaar ligt
verborgen.
Vr. S.
RADIO-PROGRAMMA
ZATERDAG 21 NOVEMBER.
HILVERSUM, 298 M.
Uitsl. VARA-Uitzending. 10.00 v.m. VPRO.
6.45 en 7.30 Gymnastiekles. 8.00 Gramo-
foonpl. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Concert,
Trio Kreveld en Ru Mulder ivoordracht).
12.00 Concert VARA-septet oJ.v. Is. Eyl en
Gramofoonpl. 2.15 Kwartiertje van het Instit.
v. Arb. Ontwikkeling. 2.30 Gramofoonplatea,
2.40 Literair praatje door Hilda Verwey-,
Jonker. 3.10 Kamermuziek door uet Bach-
kwartet. 4.30 G. Stuiveling: „De student en
de oorlog". 4.50 Beoefening der Huismuziek.
5.25 S.DA.P.-kwartiertje. 5.40 Vraaggesprek:
„Paleis-Raadhuis-kwestie". 6.15 Zang en
piano, resp. Joh. Riedel en Joh. Jong. 6.30
Literair halfuurtje. 7.00 Vervolg zang en
piano. 7.15 „Novotny financiert", hoorspel
van Erich Singer en G. Binder. 8.15 Tweede
acte van „Tristan und Isolde" van R. Wagner,
Uitzending vanuit den Stadsschouwburg door
de Wagner-Vereeniging. 9.30 Bestuursmede-
deelingen. 9.40 Concert VARA-orkest. 10.00
Teun de Klepperman. 10.15 Concert (vervolg).
10.45 VARA-Varia. 10.50 Vaz Dias. 11 00 Ver-
volg en slot concert. 11.30 Gramofoon.
HUIZEN. 1875 M.
Uitsl. K.R.O.-Uitzending.
8.00 Gramofoonpl. 10.00 Concert KRO-Trio.
11.30 Godsd. Halfuurtje. 12.15 KRO-sextet. Uit
..Die Blume von Hawaii", P. Abraham. 143
Gramofoonpl. 2.30 Kinderuur. 4.15 Gramo
foonpl. 4.30 KRO-Kunst-Ensemb!e. 5.00 Es-
oerantonieuws. 6.C0 Journ. Weekoverzicht
door P. de Waart. 6.40 Esperantoles. 7.10 Cau
serie. 7.45 Sportpraatje. 8.00 Radio-revue:
„Naar de maan" van J. Cats Jr. KRO-Salon-
orkest o.l.v. M. van 't Woud. Hierna Vaz Dias.
9.30 KRO Salon-Orkest o.l.v. M. van 't Woud.
O.a. uit „Die Blume von Hawaii", P. Abraham
en Marche Lorraine, Ganne. 11.00 Gramo-
foonplaten.
DAVENTRY, 1554 ML
10.35 Morgenwijding. 11,05 Lezing. 1
Lichte muziek. 3.50 Orkestconcert o.l.v. Leslie
Woodgatc. Gwladys Naish (sopraan). 4.50
Programma door de „Winners" van het Pad-
vonders Muziekfeest. 5.05 Orgelconcert door
Reginald Foort. 5.35 Kinderuur. 6.20 Berïch-
ten. 6.50 Volksliederen uit West-Europa (Gra
mofoon). 7.10 en 7.30 Lezing. 7.50 Variété-
programma. 9.20 Berichten. 9.55 Orkestcon
cert o.l.v. Joseph Lewis. O.a. Siegfried Idylle,
Wagner 10.55 Dansmuziek door Ambrose en
zijn Band uit May Fair Hotel.
PARIJS. „RADIO-PARIS", 1725 ML
8.05 Gramofoonpl. 9.20 Orkestconcert. 12.50
Gramofoonpl. 5.20 Orkestconcert. 9 05 Avond
der Chansonniers. Vroolijk Avondprogramma.
LANGENBERG 473 M.
6.25 Gramofoonpl. 9.35 en 11.30 dito. 12.25
Orkestconcert. 1.55 Gramofoonpl. 4.20 Orkest
concert. 7.20 Orkestconcert. O.a. Fantasie
„Aus der alten und neuen Welt", uit Dvorak's
werken. 9.20 Berichten en sluiting.
KALUNDBORG, 1153 M.
11.20 Strijkconcert. 2.50 Orkestconcert. 7.45
Dansmuziek voor de oudere generatie. O.a.
Walsen van Strauss en Waldteufel.
BRUSSEL, 508 M. en 338 M.
508 M.: 5.20 Orkestconcert. 6.35 Gramo
foonpl. 8.20 Concert. O.a. Piet Hein rhapso-
die, Anrooy 9.20 Vervolg concert. Fant. „Tos-
ca", Puccini.
338 M.: 5.20 Orkestconcert. 6.50 Gramofoon-
platen. 8.20 „Christl". Uitzending vanuit de
Vlaamsche Opera.
ROME. 441 M.
8.20 Opera „Madame Butterfly" van G.
Puccini.
ZEESEN, 1635 M.
7 20 Hoorspel „Das Leben des Jacques Of
fenbach" van E. Schwabach. Muziek van Of
fenbach. 8.35 „Musik des Alltags" o.l.v. E.
Seidlcr. 9.50 Berichten en hierna tot 11.20
Populair concert door de kapel Arkadi Flato.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a 60 Cts. per regel
VOORAL
IN ONS LAND
met dat ongestadi
ge weer: „Lakerol",
om kouvatten en
griep te voorko
men. Zorg voor een
stabiel klimaat
van binnen; neem
Lakerol!
lakerol wordt alleen verkocht door erkend
Apothekers en Drogisten
Groote dooi (blik) 50 cl. Kleine doos (corton) 30 et.
Lakerol „Smoken" Pastilles 30 ct. p.d.
FEUILLETON
20
„Mieneer, zoudt u het raam niet sluiten?
U zult kou vatten, het is zéér guur. Wil ik het
dicht doen?"
„Goed", zei Veraart.
Dc bediende sloot zwijgend het venster.
„Staat het ontbijt klaar?"
,.Op meneers zitkamer".
Veraart liep de kamer uit. Op de gang
stond nog een bediende en week eerbiedig
uit om hem door tc daten. Met een korze-
ligen groet ging de jonge man langs hem
heen. daalde de trap af en stak op de eerste
verdieping een kleine hall over. Van deze hall
voerde* een breede trap naar beneden en een
kleine gang zijwaarts leidde naar een ge
deelte van het huis dat later bijgebouwd
was.
Veraart stond even besluiteloos stil, zijn
hand tastte aerzelend naar de trapleuning,
toen keerde hij zich plotseling om en liep de
kleine gang in. Het huis van Hoeng Tsi Lang
was oen dier Amsterdamsche heerenhuizen
die al honderden jaren oud zijn; zelfs dit
nieuwe gedeelte had reeds een gijzo historie
van vele menschen geslachten lang. De gang
vloer bestond uit vierkante, bruin-roode
stecnen, de gang helde sterk en aan hot einde
was een trapje van drie vervelooze houten
treden. Het was hier donker, hij moest tas
ten om zich van den weg te overtuigen.
Het trapje kwam op een deur uit, vermoede
lijk was het bijgetrokken huis lager van ver
dieping geweest. Veraart opende de deur en
ging een kleine, lialf-duisterc kamer binnen
Het was een duf, onverwarmd vertrek, een
huiverende kilheil sloeg tegen hem op. Er was
slechts één raam waarvoor een geel-ver-
schoten vitrage hing, vol bruine vochtplek-
ken. Enkele meubelen stonden in het vertrek
in onbegrijpelijke wanorde door elkaar, als
of de bewoner verhuizende was: een zwaar
buffet, een leege boekenkast, een tafel vol
bonten rommel en doozen, een paar Chinec-
sche vazen en enkele stoelen.
Veraart keek door het venster naar bui
ten.
De kamer zag uit op een kleine droef
geestige binnenplaats, waar oen paar mus-
schen in de sneeuw naar broodkruimels pik
ten. Rillende van kou draaide de advocaat
zich om. Uit de gang sloften langzame,
sleepende schreden nader. Met een paar pas
sen was hij dc kamer door en achter het
buffet. Door een kier tusschen buffet en
boekenkast tuurde hij naar dc deur. Een
oude vrouw kwam binnen. Hij zag haar hij
gende en voorzichtig het trapje afgaan. In
de deuropening stond ze stil, mummelend in
zichzelf. Ze hieid in haar handen een blaadje
waarop thee, broodjes en een ei stonden.
„Ugge, ugge, ugge"kuchite ze, schok
kend met haar spichtige schouders. Ze liep
sterk gebogen; het leek Veraart alsof ze ieder
oogenblik voorover zou kunnen vallen. Mom
pelend, alsof ze een oude tooverkol was die
bezweringsformules te prevelen liep, passeer
de ze rakelings het buffet. Hij hoorde haar
onzinnig gemummel en zag door den kier
haar magere, roofvogelvingers geklauwd om
het blad, dat ze voorzichtig voor zich uitdroeg,
stapje voor stapje, en toen haar wasgele ge
zicht. met den grooten haviksneus en de
zwarte stekende oogen.
„Slof-slof-slof" klepten haar muilen over
den vloer. Schommelend ging ze verder de
kamer door, onwijs knikkende met het veel
te groote hoofd op den mageren, rimpeligen
gierenhais: „Ja, ja, ik kom lief f ie, ik kom
lief f ie, ik kom! Wacht maar effies. Geduld
lieffie. Effies geduld. Ik kom al".
In den donkeren kamerwand aan de over
zijde opende ze een deur en verdween. De
deur sloeg geruischloos achter haar dicht.
Langzaam stond Veraart op uit zijn gebukte
houding. Hij sloop behoedzaam als een tij gei
de kamer door. Maar plotseling stond hij
stil, verlamd van ontzetting. Recht tegen
over hem, aan den grauwen wand, vol bar
sten en vochtplekken, hing een reusachtige
Japansche plaat. Het was een ordinaire
smaakelooze wandversiering in bonte
schreeuwende kleuren, maar in haar primi
tieve barbaarschheid had ze iets zóó angst
aanjagends en afgrijselijks, dat het hem was
of het bloed in zijn aderen stolde. Hij hijgde
naar adem. Van den muur staarde een geel
verwrongen gezicht hem aan, met groote,
wJjd-open oogen. Het was de afbeelding van
een man in een hemelsblauw gewaad, dat
hij met de linkerhand openhield. Met de
rechter had hij een groot mes in zijn buik
gestoken, dat hij dwars door zijn lichaam
sneed in een breede roode kerf, waar het bloed
uitsprong. Het gezicht van de man was af
schuwelijk vertrokken, zijn oogen puilden uit
hun kassen en hij scheen Veraart aan te
zien in een grijns van doodsangst en wilde
verrukking.
De Jongeman was een stap terug gegaan.
Hij duizelde. Hij moest een oogenblik
vechten tegen het gevoel van opkomende
bewusteloosheid, dat hem beving. „Dwaas
heid", hljde hij. „Hoe kan een man zoo be
lachelijk schrikken van een plaat. Brr! Wat
•een leeiijke kerel; ik lijk wel een ouwe juf
frouw, om me door zoo'n griezel de dood
stuipen op het lijf te laten jagen
Hij trachtte te glimlachen, maar het ging
hem slecht af. Zijn hart bonsde in dreunen
de snelle slagen en hij trok zich onwillekeurig
achter de boekenkast terug. Indien hij niet
gez.en wilde worden in dit vreemde, verlaten
deel van Hoeng Tsi Lang's huis, werd deze
daad zijn redding. Want terstond daarop ging
de deur weer open en het oude, gebogen
wijf verscheen opnieuw in de kamer. Ze liep
snel op de andere deur toe en stommelde
met zotte, spichtige gebaren het trapje op:
„Dwaasheid lieffie, dwaasheidje bent
geen klein kind, lieffie, nee hoorje bent
een bloom van een meissie hoor, een echte
lieverik!"
In dc deuropening stond ze overeind als
een grotesk silhouet, zwaaiende met haar
lange armen. Dan verdween ze. Haar scha
duw, een reusachtige wajang, gleed over den
muur, kromp plotseling ineen, verschrompel
de tot een zwarte plek op de gang en dan
klonk alleen nog maar het verder-weggaan
van haar sloffende muilen op den steenen
gangvloer: klep-klep-klep-klep.
Veraart stond nog even bewegingloos tot
het geheel stil geworden was. Langzaam
kwam hij weer te voorschijn. Hij keek be
hoedzaam om zich heen, tuurde de gang af
waar niemand meer te zien was, liep opnieuw
naar het raam en gluurde naar de over
zijde. De musschen scharrelden nog om de
broodkorst, de ramen in de gele muren, die
het trieste plaatsje omsloten, waren donker,
aLsof er niemand woonde. Hij luisterde lang.
De stilte werd angstig diep. De koude deed
hem opnieuw huiveren.
Toen klonk zwak en nauw hoorbaar boven
de muren van het plaatsje uit het schorre
geluid van een claxon. En nog één. Het ge
luid van de stad, waar het leven onafgebro
ken zijn gang ging. Het leek of Veraart uit
dat verre auto-rumoer weer nieuwe kracht-
kreeg. Hij liep 2acht en geruischloos de kamer
door. nar de deur in den donkeren kamer
wand. Daar boog hij zich. legde het oor
:?gen het kille behang en luisterde..
Eerst vernam hij niets dan het kloppen van
zijn hart en het ruischen van zijn bloed in
z'n ooren, als het rijzen en ebben van een
verre zee. Maar toenmet een trilling door
zijn felgespannen zenuwen hoorde hij zwak
maar heel duidelijk het geluid van snikken.
In de kamer achter de deur was iemand die
schreide
Hij hief zich op uit zijn gebogen houding.
Op zijn gezicht was een uitdrukking gekomen
van een grenzelooze verbazing. Nog even keek
hij terug in de gang, of er niemand naderde,
toenmet een resoluut gebaar, opende hij
plotseling de deur en trad binnen.
Onbeweeglijk stond hij in den deurpost
en staarde verrast in een groote, warm gemeu
bileerde kamer. De gordijnen waren neer
voor de vensters maar op kleine tafeltjes
brandden kleurige schemerlampen, die het
vertrek doortrokken hielden van een gouden
schijn. Er lag een reusachtige tijgerhuid op
den grond; de kop met'de dreigende tanden,
staarde hem wreed en grijnzend aan. In een
hoek stond een toilettafel met een grooten
spiegel, waarin hij zijn eigen beeld weerkaatst
zag. Tegen don versten muur was een bed,
een groot wit bed met ouderwetsche kanten
gordijnen.
In een oogwenk was zijn blik de kamer door
gedwaald en bleef rusten op het- bed waarop
een kleine weerlooze vrouwengestalte voor
over neerlag, die hartbrekend schreide. Hij
deed aarzelend een stap de kamer in. De
vrouw had het gehoord. Zij hief het gezicht
op en keerde zich snel en gejaagd om, met
een sprong kwam ze overeind, haar handen
maakten een smeekend gebaar van verweer.
In haar oogen gloeide een wilde vertwijfe
ling.
Onbeweeglijk stonden ze tegenover elkaar
en keken eikaar onzeker en zwijgend aan.
Het was een jonge, slanke vrouw en zijn
eerste indruk was die van een verwarrende
schoonheid. Zij was blond, van een stri-
iende, gouden blondheid, haar haren leken
een glanzend aureool. Ze droe? een kimono
van blauwe zijde.
(Wordt vervolgd-)