FEMINA Geschenken Ruilen. Een kostbaar bezit Haar! em s Dagblad Donderdag 10 Dec. 1931 NOC EENS DE KORTE TAILLEURMANTELTJES. Zooals te verwachten was. blijven de kwieke vlugge, korte tailleurjasjes, al of niet met bontgarneering. in sommige gevallen zelfs heelemaal van bont, zich in een groote po pulariteit verheugen. Er bestaat een neiging, zoowel op deze korte jasjes als bij de gewone mantels, om zeer brecdc bontrevers toe te passen. Over het algemeen echter is het aan tc raden zich hierbij wat te matigen, aan gezien anders het kwieke jasje wel eens wat topzwaar zou kunnen gaan lijken. De teekc- ning geeft nog een tweetal van deze model len weer. Links een jasje van kastanjebruine wollen stof, dat op een jurk of rok van beige stof gedragen wordt.. De kraag en de man chetten zijn van bruin bont. bij voorkeur otter. Het manteltje heeft opzij aan weers kanten een ingezet pandje, waardoor het z.g. basque model verkregen wordt en het manteltje opzij dus een weinig uitstaat. Er is 1.50 M. stof van 1.40 M. breed voor dit model (patroon no. 3169) noodig. Heel aardig is ook het andere jasje, dat ontworpen is van donkerroode stof. Zooals men weet is rood een 'van dn groote modekleuren van dezen winter. Bij voorkeur draagt men onder dit roode jasje een japon of rok van muis grijze stof. Het tamelijk smalle bontkraagje op het manteltje is van geschoren grijs ko nijn. Er is hiervoor noodig (patroon no. 3170) eveneens 1.50 M. stof van 1.40 breed. Zooals men verder wel zal hebben opgemerkt, zijn de meeste van onze gewone japonnon voor wandcldracht, enz. met een ruime, in wijde klokken vallende rok. Natuurlijk worden cr ook veel stolpplooien toegepast, doch de klokken zijn vrij sterk in de meerderheid. Voor een enkele rok heeft men over het al gemeen genoeg aan 1.60 M. stof van 1.40 M. breed. MADELEINE. Van deze jasjes zijn knippatronen ver krijgbaar a 75 cent per stuk. Postzegels zen den aan: De Beurs, Amstellaan 66. Amster dam (Z.) op het strookje nauwkeurig ver melden; naam en adres van afzender, num mer van het gewenschte patroon en maat. Levering binnen 1 weck (De maten 40 tot 52 zijn verkrijgbaar). Mevrouw A. C. Veen—Biwns, ge naamd Fcunke, kondigt liet Nieuw Feminisme aan als reactie op het oude Feminisme en haar eerste stelling is: „Verzet tegen dc kunst matig opgeschroefde nivelleering der beide sexen, die een rampspoed is voor de geheele samenleving." Daar ging eens, ?cn Jaar of twintig geleden, een dochter verloren. Eigenlijk was het niet één dochter, maar waren het er een heele massa, maar zc beschouwden zich onherroe pelijk als één, stonden op tegen het gezag, en noemden zich suffragettes. Zc vonden, dat ze achtergesteld werden bij hun broeders, de zonen, cn maakten dat op vrij drastische wijze kenbaar. Ze liepen weg van huis. sticht ten branden en brandjes, gooiden ruiten in, krabden gezichten open en gedroegen zich over liet algemeen vrij onvrouwelijk. Het zij verre van mij om den spot met haar te drijven, ik heb zelfs diep respect voor haar, want ik twijfel er niet aan. of een vrouw moet wel tot het uiterste gebracht zijn als ze tot dergelijke dingen komt, maar wij, die met zulke onverschillige gezichten de vruchten plukken uit den boomgaard, die zij met zoo veel moeite en ten koste van zooveel strijd aangeplant hebben, hooren al weer zoowat tot een volgende generatie, en het noodlot wil nu eenmaal, dat volgende generaties een beetje lachen om dingen, waar hnn voorgan gers vuur en vlam voor waren Om nu terug te koeren tot die verloren dochter, toen zij eindelijk het kiesrecht ver overd had. zat zij eigenlijk een beetje met. dc handen in het haar. Wat nu? Zij blaakte nog van strijdlust, en kon maar niet zoo opeens bij de pakken neer gaan zitten. Maar aange zien vrouwen nu eenmaal nooit lang met de handen in het haar zitten, wist ze vrij gauw raad. en ze pakte een ander stokpaardje bij den kop. en reed er luid juichend cn blakend van heilig vuur op weg. Dat stokpaardje was de reformmode! De zonen grinnikten een beetje, wakkerden het heilig vuur nog een pietsje aan door spottende opmerkingen te maken, en verloren toen hun belangstelling in het geval. De verloren dochter, wier bedoe ling dat gansch en al niet geweest was. liet met spoed haar eerste stokpaardje dc reform mode in den steek, en beklom een tweede, dat evenwel een kleinkind bleek te zijn van het eerste, en zij attaqueerde de vrouwenmode in haar geheel, en zei. dat de vrouw zich los moest maken van corsetten cn conventie, dat voor de vrouwen een nieuw tijdperk aangebro ken was. dat de vrouwenkleeding daar in d' eerste plaats een symbool van moest zijn. en zij creëerde „de lijn". De rokken werden steeds korter, de beenen steeds langer, en dc vrouwen steeds rechter en magerder, tot de zonen het een beetje bar vonden en zeiden, dat ze het niet mooi vonden. Dat was natuur lijk olie op het vuur van de dochter, die zich intusschen van „suffragette" „feministe" was gaan noemen, en ze stak haar voeren op, en een sigaret van één van de zonen aan, cn zei dat ze de mannen heelemaal niet noodig had! De zonen haalden hun schouders op, dachten er het hunne van en lieten de doch ter verder maar een beetje schuiven. En de dochter, verwoed, begon tc bewijzen, hetgeen ze gezegd had. Ze demonstreerde den man. dat er niets was, dat hij kon, of zij kon het beter. Zc trok con broek aan. en toonde, dat het haar nog lcclijker stond dan een man. Ze rookte sigaretten, en desnoods sigaren en pij pen. en als een man vertelde, dat hij van den dokter niet meer dan dertig sigaretten pe dag mocht rooken, dan zei een vrouw, dat haar dokter haar gerantsoeneerd had tot de helft van haar gewone aantal, en dat zc het bijna niet uit kon houden op vijftig per dag. Als een man in twintig uur het kanaal over zwom. dan probeerde een vrouw het in der tien te doen, en als een man veertig hardgekookte eieren kon verorberen in een uur, dan dc- wees een vrouw, dat ze er zeshonderd kon eten op een dag. De meeste zonen liepen er niet in. Er waren er. die er wel in liepen, die jammerlijk praatten over het vrouwelijk mysterie en den goeden ouden tijd Gewoonlijk was er wel iemand die hem berr.ee digend op den schouder klopte, en zei, dat hij zich maar kalm moest houden, al was he' dan ook werkelijk heel naar. En toen op een goeden dag hield de doch ter de teugels van haar stokpaardje een beetje in. keek om zich heen, peinsde wat, en vond, dat het vurige diertje eigenlijk wel een beetje verder doorgereden was, dan ze be doeld had. De weg, waar ze langs reed, was nogal bar en ongezellig, het begon winter te worden en ze had geen hoed op en haar neus was rood, en ze had eigenlijk' zin om een beetje te huilen. Maar aangezien er niemand was om haar te troosten, als er eventueel een traan mocht komen biggelen, en ze boven dien wel wist, dat biggelende tranen slechts troost uitlokten als ze biggelden over lieve, zachte, bedroefde gezichtjes, slikte ze alleen maar een beetje, wendde dc teugels, en aan vaardde den terugtocht. Vlak voordat ze bij huis was. haalde ze een brok spiegel glas te voorschijn, fatsoeneerde haar haar een beetje, gooide haar sigaar weg, en drapeerde een lap om haar heupen, tot hij de broek, die ze aan had. bijn-a geheel bedekte. En toen klopte ze aan de deur. en werd har telijk ontvangen. Haar moeder paf haar een mooie jurk ten geschenke, en haar broeders kwamen net bin nen toen ze hem aan stond te pas sen, en verzekerden haar glimlachend, dat hij haar heel goed stond. Dat ze buiten de deur te gen elkaar gnoven „en „Heb ik het je niet gezegd!" zei den, hoorde»* z| niet. En ze slaag den er zelfs in om hun lach te verber gen, toen ze zei, dat ze terug gekomen was van het feminisme, cn dat zc nu nieuw-femi niste was. en dat leed en ondervinding haar geleerd had, dat de vrouw vrouw moest blij ven. en de man man, en of haar vroeger: verloofde nog steeds ongetrouwd was. WILLY VAN DER TAK. HET WOORD IS AAN. DE KINDEREN. Ineke is in haar eerste schooljaar en ver telde vader, dat dc juffrouw het had gehad over woorden met een ui. j Ik ken er een heelebocl zei Ineke trotsch. Tuin en duim en kuil cn vuil En toen wou vader, zooals vaders zijn, grappig worden. En een ui' in een flesch zei hij. Ja - zei Ineke, zonder aarzelen in zuig flesch. O, die stroeve gordijnstokken! Er worden heel wat humeuren cn gordijnen bedorven door stroeve gordijnstokken, waar door de ringen van de gordijnen niet. willen schuiven en wij 's avonds woedend aan het gordijnkoord staan te trekken of aan dc gor dijnen te rukken, met al de .narigheid van stukgetrokken gordijnen enz. En bet is toch een kleine moeite om de gordijnstokken heel glad te houden. De houten stokken moeten daartoe, ais ze van heel glimmend hout zijn af en toe met een beetje was ingesmeerd worden. Doffe houten stokken bewerkt men met een beetje talk of glfypoeder. En de ko peren roeden of die van ar der metaal wrijft men af en toe met een kicinbeetje witte was of vaseline in. Dit spaart uw humeur.... cn de gordijnen. G^p°Tt IvfRÉtD Een paar weken geleden schreef ik er over, hoe kinderen alles langer vinden duren dan volwassenen. Voor hen is een dag lang, een week bijna onafzienbaar. En zooals het met den tijd gaat, zoo gaat het ook met de grootte van de dingen. We denken er eigenlijk heel weinig aan, dat het kind alles anders moet zien dan wij. Ik kwam pas geleden langs een school. Het Fröbelklasje ging net wandelen. Een lange rij peuters, vier aan vier kwam naar buiten, krioelde over de straat. Net kabouters cn van uit de verte gezien héél dicht bij d, straatsteenen. Hoe anders moeten zij de autos, de trams zien, hoe anders ook de groote menschen' Menschen, die we alleen in onze kinder jaren ontmoet hebben, zijn in onze herinne ring allemaal groot. Als we hen dan later nog eens zien. staan we verbaasd. Ik ont moette eens een vroegere onderwijzeres, die zoo wat tot imijn schouder roikte. Ik kon bijna niet gelooven, dat zij dezelfde was. ,.U was tooh vroeger veel grooter", had ik bijna gezegd. En ik kwam eens terug in een stadstuin, waar ik als kind veel gespeeld had. Een prachtig groote tuin was dat voor me ge weest, je kon er lange wandelingen in maken Als je achter in den tuin stond was je héél ver van het huis. Toen ik den tuin weer zag, was hij veel kleiner geworden. Twee korte paadjes liepen om een perkje heen, daarachter was een boschje. dat was alles. ..Wat jammer, dat de tuin verkleind is", zei ik. Maar do tuin was niet verkleind. Ik was grooter geworden. Kamers en gangen, stoelen en tafels, ze waren allemaal veel grooter in onze kinder jaren. Een park was een uitgestrekt bosch, een bovenhuis van twee verdiepingen, een paleis. Ook afstanden waren van zelf sprekend veel grooter voor ons. Onze kleine beenen konden ons nog niet verdragen. Groot lag de wereld om Je heen. Alles was geweldiger en daardoor ook eerder schrik aanjagend. We doen goed om dat te herin neren; we kunnen de kleine kinderen van nu dan beter beoordeeien. Het kind is soms bang voor don een of ouderen volwassene. „Waarom?", vragen wij ,.Nu ja. hij hoeft iets onaardigs .tegen je ge- zegd. hij kijkt misschien niet erg vriendelijk, maar daarom hoef je nog niet bang te zijn". We vergeten dan. dat, die onvriendelijke persoon voor het kind iets dreigends heeft door zijn grootte en kracht. Wij zouden ook bang zijn voor een reus, die ons niet goed gezind was. Of het kind huilt, omdat moeder „zoo ver' weggaat. „Maar, kindje, ik blijf in de buurt, ik ga even naar tante Tilly". Maar voor het kind is dat niet in de buurt voor hem woont tante "Hlly ver weg. Sommige kamers zijn voor het kind angstig groot. Wij vinden die kamers misschien nog tamelijk klein en begrijpen niet waarom, het kind er liever niet wil slapen. Toch zouden wij ons ook onbehagelijk voelen, wanneer onze slaapkamer een paleis-zaal was. Aanmoedigen mogen we bangheid nooit, maar het is wel goed als we die bangheid begrijpen. We kunnen er dan rekening mee houden; met die kinderlijke vrees voor het grootte. BEP OTTEN. INGEZONDEN MED EDE EL ING EN. a 60 Cts. per regel. is een doos of tube „Zij"-Crèmc. Zij be schermt Uw gelaat even afdoende tegen guur herfstweer of felle winterkou als een warme bontmantel oi beliagclijkc pels het Uw lichaam doet. RECEPT. AARDAPPELVULSEL. De Decembermaand is de maand van de ge vulde Kerstgans. Het klaargemaakte vulsel wordt in de lichaamsholte van den gans ge bracht, «iie door het verwijderen van de ingewanden is vrij gekomen. Daar wordt het vulsel gedurende den braadtijd van 't beestje geleidelijk meegestoofd, waardoor het de geur en de smaak van het omringende vleesoh overneemt. Deze vulling neemt feitelijk de plaats in van de compote, de groente of de aardappelen, die men gewoonlijk bij een niet- govulde gans geeft. Doelt het is aan te bevelen, voor de sma kelijkheid om ook bij een gevulden gans nog een beetje compote apart te geven, hetzij \vat appelmoes, hetzij wat gestoofde abriko zen, tutti frutti, vruchten uit blik of iets van dien aard. opdat men toah nog een frisch hapje heeft bij het tamelijk machtig ge- vogeltje. Een smakelijk vulsel ls het aard appelvulsel. Dit wordt als volgt bereid. Men neemt 1 K.G. gekookte aardappelen, 1 groote ui, 1 ons boter, wat peper, zout, nootmuskaat 1 ei, 3 eetlepels melk. 1 theelepeltje maggi aroma. 2 eetlepels gehakte groene kruiden, (selderij, peterselie). Men wrijft de aardappe len fijn. De fijngemaakte ui laat men in de boter gaar smoren zonder ze bruin te maken. Dan voegt men ze bij de aardappelen en roert er daarna het geklopte ei door. de kruiden, de maggi aroma en zooveel melk a'.s noodig is om aan het mengsel den juls- ten samenhang tc geven. Daarna voegt men er naar smaak wat zout bij. Deze week na Sinterklaas ls vermoedelijk wel de periode, waarin het meest geruild wordt in winkels, door menschen die een ca deautje ontvangen hebben, en die het liever anders hadden gezien. De meeste dingen die vóór Sinterklaas ge kocht zijn, voor zoover zij tenminste van eeni ge beteekenis zijn, zijn al met recht van in ruiling verkocht, omdat het nu eenmaal erg moeilijk is, om zoowel de bedoeling als den smaak van anderen precies te kennen, en daarnaar de inkoopen te doen. Dus wordt er geruild na het Sint Nicolaas- feest, en menig met zorg uitgekozen ge schenk gaat terug naar den winkel, vanwaar het gekomen is, en er komt iets anders voor in de plaats. Dat is allemaal heel begrijpelijk, en in ze keren zin is het goed ook, dat het kan, maar aan den anderen kant is het een gevaar voor een belangrijk onderdeel van het Sinterklaas feest, en dat is de romantiek. Als er sprake is van romantiek, van de werking van onze verbeeldingskracht, dan is dat zeker het geval bij den verjaardag van den heiligen Nicolaas: dit kinderfeest munt uit door dichterlijke voorstellingen, verteld in dichterlijke verhalen, waar de fantasie een belangrijk onderdeel van vormt. Stel u eens een Sint Nicolaas feest voor zonder romantiek, het is eenvoudigweg on denkbaar. Er zijn menschen. die de romantiek ervan niet erkennen: zij vinden al dat geven van cadeautjes aan elkaar een mal iets, het be vordert de hebberigheid van de menschen, en dat zeker wel in de eerste plaats bij de kin deren, die lange verlanglijsten opmaken, en die teleurgesteld zijn, als zij niet krijgen, wat zij gevraagd hebben. Hier mag dan iets van waar zijn, maar het is alleen van toepassing op hen. die de dc romantiek van dit feest niet voelen, die niet het aantrekkelijke voelen van het wat voor elkaar over hebben, van dc zorg, waar mee verrassingen worden voorbereid, van de vreugde van een geslaagde aardigheid, in één woord; van alle kleine attenties, die men elkaar bereidt, en waarbij de geschen ken geen doel zijn, maar enkel middel. En dat is het nu juist, wat bij al dat ruilen van cadeaux ook zoo vaak wordt ver geten; het gaat er tenslotte niet in de eer ste plaats om. of degene, die het 'geschenk krijgt, er een goede bestemming voor heeft, of het precies zóó bedoeld heeft, maar of de gedachte die er aan ten grondslag ligt, een vriendelijke is, een, die behoefte heeft ge voeld aan het geven van een geschenk. Nu weet ik wel, dat men zich dat niet steeds bewust kan maken: welke gedachte drijft mij tot het geven van dit cadeau! Maar het is de geest, die van de viering 1 van het feest uitgaat, die daarop wijzes moet. En het is merkwaardig om te zien. dat. in de gezinnen waar het Sinterklaasfeest het opgewektst wordt gevierd, de ontvangen en gegeven geschenken ook het minst worden geruild. Och, laat er dan maar eens iets bij zijn. wat ge niet erg mooi vindt, of zelfs erg leelijk. of misschien akelig onpractisch, het is toch immers met een hartelijke bedoe ling met zorg uitgekozen, en dan is het on aardig, om dadelijk te zeggen: ik ga het ruilen, want ik heb liever iets anders. Zoo'n opmerking is voor de geefster of den gever nooit een prettig bericht, het geeft de onbehagelijke gewaarwording: jc bent te kort geschoten. Er zijn menschen. die met elkaar een ca deau voor elkaar gaan koopen, waarop dat natuurlijk verder zonder plichtplegingen, soms al een week voor Sinterklaasavond, aan elkaar wordt gegeven. Dat is zoo prozaïsch, dat het geen wonder is, wanneer zulke menschen voor de viering zelf, met al zijn soms kinderlijke dwaasheden en surprises, niets voelen. Zij willen toch ook alleen maar een cadeautje krijgen, en er dan ook eentje geven, omdat dit er nu eenmaal tegenoverstaat. Nog nuchterder wordt het, wanneer men elkaar geld gaat geven, om zelf wat van te koopen, en dat een dergelijke Sinterklaas viering de hebberigheid aankweekt, is zeker geen overdreven mcening. Maar het milieu zelf getuigt toch ook al van weinig gevoel voor den ondergrond van het feest. Natuurlijk kunnen er gevallen zijn, waar in de gever of geefster zelf niet erg goed raad heeft geweten, cn er nu op aandringt, dat de gene, die het geschenk ontvangt, zelf nog eens zal gaan kijken, omdat die er bet-er vor stand van heeft. Dan kan het ruilen dikwijls een gelukkige omstandigheid zijn, die niets tot de waarde van het geven als zoodanig afdoet. Maar als het cadeau vol enthousiasme ge geven wordt, is het niet fijngevoelig, om het dadelijk af te kammen, en er mee naar den winkel te loopen om er een ander voor in de plaats te zien te krijgen. Heel vaak komt het ook nog voor, dat het uitgezochte geschenk van den gever toch weer mee naar huis gaat, want het blijkt toch het mooiste te zijn. Sommigen doen dat uit nieuws gierigheid, anderen uit een eigengewijs gevoel van: ik wil wel eens zien, of ik het niet beter kan dan jij. Rui! daarom van uw ge'schenken zoo weinig mogelijk, het verkilt de feestelijke gevoelens. En het is ook best mogelijk, dat ge een ge schenk nu niet kunt bewonderen, en dat uw smaak over eenigen tijd geheel gewijzigd is. E. E. J^-P. DE WINTERMANTEL. LAKWERK. Vele propere huisvrouwen verbazen er zich soms over, dat hun mooie Ghineesohe of Japansche gelakte theeblaadjes of bonbon- bakjes enz. zoo dof worden, terwijl ze die toch terdege in een lekker sopje afwasschen Ja, de moeilijkheid is juist, dat we heeüemaal geen zeepsop mogen gebruiken, om lakwerk of gelakt -blik te reinigen, omdat het juist daarvan dof wordt. Men onderhoudt dit soort werk door het zooveel (mogelijk stofvrij ta houden cn eventueele kringen of vlekken met een zacht doekje met koud water te verwijderen. Laten drogen en dan met een zachten wollen of flanellen doek opwrijven. Wil men de glans verhoogen, dan kan (men een heel klein beetje sla-olie (of vaseline), op de doek doen. Wrijfwas is echter 'ton sterkste af te raden, omdat daardoor d© ge kleurde figuren of het vergulsel, dat er dik wijls op zit, op den duur verloren zouden gaan. DE HOEDJES. De mantel van dikke wollen stof, tweed, laken of fluweel, heeft zichzelf, naast den bontmantel, nog altijd weten te handhaven En met recht! Want vele vrouwen dragen liever een mantel van warme stof met een bontkraag en manchetten van „echt bont", dan een heele bontjas van z.g.n. „namaak bont", dat zijn geverfde konijnenvellen of een soort imitatie-bont. Onze teekening toont u een warmen man tel van heel donkerbruine stof, met één knoopssluiting,, op den heup glad en naar on deren toe ruimer uitloopend, geheel zonder eenige garneering, opstlksels, zakken of der gelijke, doch alleen voorzien van een bont kraag. die van achteren hoogopstaand tegen den hals, van voren bij de taille sluit. Op dc mouwen zijn ..siermanchettcn" aangebracht, meer voor sierlijkheid dan wel voor de warm te. De mantel is betrekkelijk lang en sluit over elkaar. PATRONEN. Knippatronen van de genummerde afbeel dingen zijn verkrijgbaar a f 1.75: mevr. Lily van Oyen, Riouwstraat 127, Den Haag. Hoewel de kleine hoedjes zoo op het eerste gezicht allemaal hetzelfde lijken, valt het toch op wat een eindelooze verscheidenheid in vormen en wat een variatie in garneering men heeft bedacht om toch iedere vrouw iets te kunnen bieden, wat zich aan haar persoon lijkheid aanpast. Het is soms een extra deukje, een opgesla gen randje, een andere garneering, die den hoed volkomen doet veranderen en zich dan meer eigent voor het gezicht der dame, die hem heeft gekocht. Onze beide teekeningen laten U twee zeer chique en aparte modellen zien. No. 1 is een hoedje van donkergroen zijden vilt, waarvan de bol uit twee over elkaar heenslaande deelen bestaat versierd met 2 vleugels. No. 2 is een hoedje van donkerbruin vilt, waarvan het aparte geheel zit in de manier waarop de rand in verschillende bochten is gevormd. De garneering bestaat uit een kleine oranje veeren versiering. RECEPT. Gestoofde bieten: Men stroopt de gekookte bieten af en snijdt ze daarna in dunne plak jes Men maakt een sausje van twee lepels boter, twee lepels bloem cn 2 d.L. water met wat azijn, peper en zout cn 1 theelepel sui ker. Daarin stooft men nu de bieten eenige minuten.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1931 | | pagina 14