Zijn de kleinhandelsprijzen te hoog?
Aalsmeer en de rozencultuur.
Het Ideale Ruilmiddel.
DINSDAG 15 DECEMBER 1931
Het antwoord van Mr. Trip.
Hij meent dat de ondernemerswinst gestegen is.
In Haarlem's Dagblad van 7 November j.l.
sehreef ik over Mr. Trip's uitlating te Genève
aan dagbladcorrespondenten over de z.i.
hooge winsten van den tusschenhandel en
daarop gevolgde bespreking in een vergade
ring der Amsterdamsche Kamer van Koop-
kandel. Het gevolg van een en ander was
een brief van 18 November j.l. van Mr. Trip
aan den heer E. Heldring, voorzitter dezer
Kamer. Deze brief luidt:
Inderdaad heb ik in een persgesprek te
Genève in September 1931. dus vóórdat ik tot
mijn tegenwoordige functie geroepen werd,
de door U weergegeven uitlating gedaan. Ik
vermoed, dat de bijzondere belangstelling,
waarin die uitlating zich heeft mogen ver
heugen, in hoofdzaak is toe te schrijven aan
mijn. sedert gevolgde, benoeming bij de Ne-
derlandsche Bank.
Voorop sta, dat ik geenszins bedoeld heb
een blaam te werpen op den tusschenhandel.
Ik acht het volkomen'verklaarbaar, dat zij die
aan dezen handel deelnemen, hunne prijzen
niet verlagen zoolang het publiek in staat en
bereid is de oude prijzen te betalen. De thans
in gang zijnde ontwikkeling, die ovigetwijleld
zal doorzetten, toont aan. dat zulks niet lan
ger het geval is, zoodat ik niet betwijfel of
de betere aanpassing, die ik als één der meest
belangrijke factoren voor een verbetering
van de situatie beschouw, zal thans in een
vlugger tempo verkregen worden,
In de tweede plaat--; vestig ik er Uw aan
dacht op, dat mijn uitspraak een algemeen
karakter droeg en niet fcecogde als mijn mee
ning kenbaar te maken, dat alle tusschen-
handelaren of alle groepen van tusschen -
handelarcn aanzienlijke winsten zouden ma
ken. Ik sprak van den tusschenhandel in
het algemeen en niet in het bijzonder van
den kleinhandel.
Wat nu de juistheid van de uitspraak zelve
betreft, ik erken, dat het mathematisch be
wijs van die juistheid voor mij niet te leveren
valt. Hiertoe zou een uitgebreid onderzoek
naar de individueele winsten, in den tus
schenhandel gemaakt, noodig zijn. Een der
gelijk onderzoek heb ik uit den aard der zaak
niet Ingesteld. Mijn meening was gegrond op
de ontwikkeling van de indexcijfers en op de
uiterlijke teekenen van welvaart, die ik
waarnam van de zijde van onderscheidene
leden der groepen, die aan den tusschen
handel deelnemen.
U zult het met mij eens zijn. dat d^ze laat
ste grond zich niet leent vcor een gedetail
leerde bewijsvoering, zoodat ik mij daarvan
moet onthouden.
Wat nu de indexcijfers betreft, laat ik
hieronder volgen een staatje van de ontwik
keling dier cijfers voor den kleinhandel c-n
den groothandel gedurende het tijdvak van
Maart 1928 tot September 1931.
Indexcijfers der klein- en groothandels-
prijzen van voedingsmiddelen.
("Centraal Bureau voor de Statistiek).
Klemhand. Groothand. Verschil
1911/T2 100 1913 100
Maart
1928
166.4
101
5,4
Juni
1928
169.4
163
6.4
Sept.
1928
165,8
151
14,8
Dec.
1928
164.1
155
9,1
Maart
1929
163,1
156
7.1
Juni
1929
165.3
148
17,3
Sept.
1929
159.5
147
12,5
Dec
1929
161.6
140
21,6
Maart
1930
152.0
121
31,0
Juni
1930
151.6
119
32.6
Sept.
1930
152,5
115
37.5
Dec.
1930
144.8
111
33,8
Maart
1931
139,9
105
34.9
Juni
1931
140.6
103
37.6
Sept.
1931
136,9
95
41,9
Hoewel uit den aard der zaak niet verwacht
kan worden, dat procentsgewijze de klein
handelsprijzen een even groote daling zullen
aanwijzen als de groothandelsprijzen, moet
toch naar mijn meening, uit de hierboven
weergegeven cijfers, in het bijzonder uit een
beschouwing van die cijfers der laatste kolom,
de slotsom getrokken worden, dat de onder
nemerswinst gestegen is. Dat de bedrijfs-
onkosten in het bedoelde tijdvak gestegen
zouden zijn, kan bezwaarlijk worden aange
nomen, terwijl de bekende en verklaarbare
neiging om voorraden zoo klein mogelijk te
houden, moet leiden tot de conclusie, dat de
liquidatie van tegen hoogere prijzen ingesla
gen voorraden in dezen geen rol van beleeko-
ni„ gespeeld heeft.
Het valt. dunkt mij. niet te ontkennen, dat
voor een belangrijk aantal artikelen de marge
tusschen de prijzen in den groothandel en die
in den kleinhandel in de laatste jaren niet
onbelangrijk is gestegen. Daar zulks, gelijk
gezegd is. wel niet kan te wijten zijn aan de
toeneming van het min of meer vaste be
standdeel dier marge (bedrijfsonkoster) acht
ik ook uit dezen hoofde een vergrooting van
de ondernemerswinst alleszins aannemelijk.
Alles tezamen genomen meen ik te mogen
zeggen, dat. hoewel mijn uitlating op een
goudschaaltje gewogen, wellicht een te alge
meen en te positief karakter droeg hetgeen
by een persgesprek niet onverklaarbaar is
de strekking van die uitlating niet als on;; :-
grond kan worden aangemerkt en geen re
den tot verstoordheid kan opleveren.
Het gebruik, dat U van dezen brief wenscht
te maken, laat ik gaarne aan Uw beoordee
ling over.
Het kan niet de bedoeling zijn in een der-
gelijken brief als muggezifter op te treden;
al zijn er mi. verscheidene passages, waar
over wel iets op te merken valt. Van meer
belang acht ik een korte bespreking van een
tweetal opmerkingen: 1. de ontwikkeling van
de indexcijfers en 2. de niet gestegen be
drijfskosten.
De statistieken van groot- en kleinhandels
prijzen, welke ons Centraal Bureau der Sta
tistiek te 's-Gravenhage verzamelt geven bij
onderlinge vergelijking geen basis voor een
beoordeeling of de eene. dan wel de andere te
hoog zijn. Dit instituut heeft de beschikking
over de kleinhandelsprijzen van een aantal
voedlngs- en genotmiddelen In tien groote
gemeenten van ons land. Het gaat daarbij om
43 artikelen, verdeeld ln 5 groepen t.w. ->od
en beschuit, meelspijzen en -Tutterswarm,
melk kaas en eieren, vleesch. oliën en vetten,
kruidenierswaren en genotmiddelen. Tien let-
Je evenwel op cn bedenke, dat daaronder
bijv. niet voorkomen: kleeding, schoeisel,
huisvesting enz.; nog daargelaten dat de
prijsdaling van een veel gebruikt artikel voor
den gebruiker van veel meer beteekenis is
dan die van een artikel, dat men weinig ge
bruikt. Nu blijkt, dat de kleinhandelsprijs
der 46 artikelen tezamen over 1929 20% lager
is dan dien over September 1931. Maar men
kan zich. teneinde eenige meerdere zeker
heid te verschaffen, ook richten tot de ge
gevens van de Statistische Bureaux der ge
meenten Amsterdam en 's-Gravenhage, be
treffende de kosten van levensonderhoud,
waarin men alle uitgaven verdisconteert,
welke voor het levensonderhoud worden ge
daan. Ter voorziening van het levensonder
houd in Juni 1929 werd te Amsterdam per
gezinseenheid uitgegeven 10.53, voor dezelf
de uitgaven in September 1931 9.43 1/2 of
ruim 10% minder.
En ten slotte veroorloof ik mij. naar aanlei
ding van dit onderdeel, te wijzen op een in
November van dit jaar verschenen artikel
van de hand van Dr. A. van Raalte, Directeur
van den Keuringsdienst te Amsterdam, alzoo
een volkomen objectief beoordeelaar, die
woordelijk in het Herfstnummer \an het Ne-
derlandsch Weekblad voor Kruidenierswaren
schreef: „De detail-prijzen van de levens
middelen zijn dan ook in den laatsten tijd
zeer sterk gedaald; ze zijn in het algemeen
oo het niveau van vóór den oorlog gekomen.
Slechts bij de levensmiddelen bij welker be
reiding en verpakking de loonen een belang
rijken invloed hebben op den prijs is het peil
van vóór 1914 niet bereikt".
Thans nog enkele opmerkingen over de niet
gestegen bedrijfsonkosten. Wanneer men de
kosten van levensonderhoud gaat ontleden,
dan zal de bovenaangehaalde 10% velen bit
ter teleurstellen De onderstaande vergelij
kende cijfers geven daarvan grootendeels een
verklaring:'
Huishuur 1.58 12 tin Juni 19291 1.64 1/2 (!n
Sept. 1931>; Gas en electriciteit: 36 (in Juni
929) 34 1/2 (in Sept. 1931); Fondsgelden
58 1/2 (in Juni 1929) 581/2 (in Sept. 1931):
Contributie 'periodieken)451/2 (in Juni
1929> 45 12 'in Sept. 19311; Ontspanning 18
(in Juni 1929) 18 «in Sept. 19311; Spoor. tram.
15 1 '2 (in Juni 1929 15 1 2 (in Juni 1931); Di
versen: 62 (in Juni 1929) 60 1/2 (in Sept.
1931).
Het totaal voor Juni 1929 bedraagt: 3 97.
voor Sept. 1931: 3.97 Uit deze gegevens blijkt
duidelijk, dat deze kosten, waarop de klein
handelaar vrijwel geen invloed kan uitoefe
nen. bijeen genomen gestegen zijn. Schakelt
men deze kosten uit en neemt men dl, waar
op de kleinhandel wel invloed kan uitoefe
nen. dan blijken de cijfers te zijn: 6.59 voor
Juni 1929 en 5.46 12 voor September 1931
Een daling van 17%.
Natuurlijk heeft de kleinhandelaar de
plicht mede te werken zijn prijzen vooral
in dezen tijd zoo laag mogelijk te stellen,
maar de critlsche beoordeelaar heeft rekening
te houden met het verschil tusschen den prijs
van het artikel en de door den detailhande
laar gemaakte winst.
MOLLERUS.
LANGS DE STRAAT.
Het varken.
Het Is alweer eenige dagen geleden, dat het
mij geviel, dat ik des morgens vrij vroeg fiet
sende door de Elswoutslaan, aangehouden
werd door een als heer vermomd persoon. Ik
had geen haast, en hij zag er verhit, en geheel
en al als iemand, die behoefte heeft aan de
steun en troost- van een medemcnsch. uit. en
ik steeg af. De heer bracht met een vermoeid
gebaar een hand, waarin een bloemkoolstronk,
aan zijn voorhoofd, stopte haastig een naar
aardappelschillen, die als een paar sierlijke
pijpe krullen uit zijn rechter jaszak naar bui
ten hingen, naar binnen, en zei beleefd, maar
met een Ietwat klanklooze stem tegen mij:
„Neemt u mij niet kwalijk, maar hebt u
soms een varken gezien?"
„Een vzei ik onhutst.
„Een varken", beaamde hij vermoeid.
„Nee", zei ik spijtig. ..het spijt me erg. maar
ik heb geen varken gezien".
.O.zei hij zwak. „Dank u wel." En hij
maakte een moedeloos gebaar, en uit zijn lin
kerzak vloeide een klein stroompje eikels
naar buiten. Hij stopte het haastig, groett v
en stapte er zijde.
„Tot uw dienst", zei ik. en reed door.
Dienzeifden middag kwam ik toevalliger
wijze het leven hangt aan elkaar van veel
meer toevallen, dan wij gelooven jangs den
Koudenhorn. waar ik anders nooit kom. en
ontmoette daar een heer van. naar mij voor
kwam, zeer verdacht voorkomen, met een nog
veel verdachter opgerold stuk touw in zijn
handen. Hij bloosde, toen ik hem lnquisitief
aankeek, en moffelde schichtig het touw weg.
En daar ik het zaakje geheel en al niet ver
trouwde, reed ik een blokje om. en kwam
dientengevolge den verdachten heer weer te
gen. Ditmaal stond hij stil op den hoek van
een zijstraat, en was met merkbare inspan
ning bezig het touw in te palmen. dat blijk
baar een lasso was ceweest. Uit het straatje
kwamen wat onderdrukte geluiden van ver
ontwaardiging. die snel naderbij kwamen, en
ten slotte kwam als een hulpeloos verstrikt
konijn een dikke rolronde hond verbaasd het
hoekje omgeslagen. De meneer pakte hem
beet, en bekeek hem licht teleurgesteld. Toen
sloeg hij zijn oogen naar mij op, en vroeg ver
wilderd:
„Neemt, u mij niet. kwalijk, maar dit Is toch
een hond, nietwaar?"
„Ja", zei ik op den killen toon der heilige
verontwaardiging. ..dit is inderdaad een hond."
De meneer lichte verstrooid zijn hoed.
„Dank u", zei hij beleefd, en ontstrikte den
hond. die overstelpt door de gebeurtenissen
van de laatste paar minuten zwijgend aan
zijn voeten lag. En rolde het touw op en ging
sloffend verder.
En tegen den avond van dienzelfden dag.
zoo tusschen schemer en duister, moest ik.
wat mij zelden overkomt, een boodschao doen
in de buurt van de Zomervaart. De laatste
stralen van de zon zetten de wereld ln een
wonderlijken, kouden. violetten schijn, en ik
was zoo vervuld van die paarse rouwkleur.
waarin de aarde zich gehuld had. dat ik bijna
een man overreed, die dwars over den smallen
weg lag.
Ik stapte noodzakélijkerwyze van mijn
fiets, cn de man keek even op. lel zijn vinger
op zijn mond, en zei: „Ssssst!"
Ik was onmiddellijk stil, en ik werd nog
stiller, toen uit een droge sloot, een klein
eindje van mij af, een zacht geknor naar mij
opsteeg. Aan mijn voeten knorde de man. die
op mijn weg lag. zachtjes en zeer natuurlijk
ten antwoord, en heesch zich op zijn elle
bogen een Meter in de richting van de sloot.
Een minuut lang heerschte er stilte, toen
een zacht geritsel In de sloot, gevolgd door een
klagend geknor. Do meneer, die nu halver
wege de weg lag. wiero mij over ziin schouder
een woest triomfanteliiken blik toe, knorde
lokkend, en schoof tegelijkertijd een paar Me
ter verder. In de sloot knorde het. en ritselde
het. Het arme dier scheen geen kans te zien
om tegen den wal op te komen. De meneer
knorde weer met een zeer geruststellende In
tonatie ten antwoord, en bereikte met een
laatste hiisch den rand van de sloot, waarin
het plotseling hevig ritselde en knorde. De
meneer boog het hoofd voorover om te zien.
en strekte ziin hand alreeds uitOp het
zelfde oogenblik dook een ander hoofd uit de
sloot omhoog, en keek het eerste hoofd aan.
Ik was gelukkig te ver om te hooren, wat
zij zeiden. Maar toen zij elkaar zwijgend op
de been hadden geholpen, en mekaar zoo goed
en zoo kwaad als het ging hadden afgeklopt,
voegden ze zich bij me. en haalden beiden een
uitgeknipte advertentie uit hun zak.
Ongekende uitbreiding. Achteruitgang
van de kwaliteit te vreezen?
Naast de moeilijkheden, die onze kweekers
van groenten en fruit ondervinden, als gevolg
der in het buitenland getroffen handelspoli
tieke maatregelen, zijn er andere tuinbou
wers, wier bedrijven hoe langer hoe meer Sn
de knel komen. Als van zelf richt men bij die
gedachte het oog naar Aalsmeer en do teelt
van tal van tuinbouwproducten, die Aalsmeer
een wereldberoemdheid hebben doen verwer
ven. Onder die producten neemt de roos een
belangrijke plaats in. De cultuuruitbreiding, in
"t bijzonder van deze bloemsoort, is de laatste
jaren angstwekkend geweest. De laatst-aar.-
komenden hebben het op dit oogenblik we',
buitengewoon moeilijk, omdat de economische
omstandigheden van dien aard zijn. dat de
afzet, van bloemen voor velen nog altijd een
zekere luxe vertegenwoordigend sterk heeft
geleden.
Toen omstreeks het jaar 1900 in het Ooste
lijk gedeelte van Aalsmeer de rozenteelt be
gon en de aardbeien- en daarna boonen- en
augurkenteelt als hoofdmiddel van bestaan
verdreef, heeft zeker niemand kunnen ver
moeden dat ongeveer dertig jaren later geen
handen genoeg te vinden waren om rozen-
kassen te bouwen.
Aanvankelijk werd deze rozencultuur op het
open land uitgeoefend. Thans Is het niet meer
loonend de roos die buiten in bloei komt af te
snijden. Onder de kweekers die in Aalsmeer
de rozencultuur zijn begonnen waren er die
in het voorjaar, door middel van glasbedek-
dekking probeerden de aardbeien vroeger tot
rijpheid te brengen. Deze glasramen waren in
de herfstmaanden feitelijk onproductief waar
na vooruitziende kweekers op de gedachte
kwamen om deze te bezigen om de rozeknop-
pen der buitenrozen eenigermate tegen het
slechte weer te beschermen. Vla deze primi
tieve ramenstellingen kwam men tot de lage
kasconstructie, voorzien van een plat dak.
hetwelk het regenwater grootendeels doorliet,
een onontbeerlijk iets voor den groei dor ro
zen. Het- gebruikte glas was z.g. schuifglas.
hetwelk 's zomers, werd weggenomen, omdat
men voor te hooge temperaturen vreesde.
Dank zij deze kassen slaagde men er in de
rozen in het najaar langer producief te doen
zijn en in het voorjaar Iets vroeger te doen
bloeien. Daarna trad een nieuwe verbetering
in het kweek-proces ln. Door middel van ka
chels werd getracht de temperatuur op een
dusdanig peil te brengen en te houden, dat
de rozenstruiken bleven doorgroeien. Inder
daad werd in dat opzicht Sets bereikt, maar
de eenvoudige kassenconstructie was oorzaak
lat weldra verscliillende ziekten optraden.
Toen was men genoodzaakt daartegen maat
regelen te treffen, die gevonden werden in een
doelmatiger bouw der kassen en in een beter
systeem van verwarming. Geleidelijk aan ont
wikkelde zich de thans bekende Aalsmeersche
kasrozencultuur. Gedurende de oorlogsjaren
stond de uitbreiding vrijwel stop; maar zoo
dra stelde Duitschland zijn grenzen in 1924
voor dit product open of de uitbreiding nam
zeer groote afmetingen aan. Maar niet alleen
heeft de openstelling der Duitsche grenzen
daartoe medegewerkt, ook het feit. dat in
Duitschland zelf een groote achterstand was
ontstaan in de rozenkweekerijen liet niet na
invloed uit te oefenen. Een Duit-scher zou
evenwel geen Dultscher zijn. indien hij dien
achterstand niet trachtte ln tc halen. Zoo ver-
Zij luidde als volgt:
Verloren een varken, pl.m. 80 K.G.. ged. iet
vervoer langs Elswoutslaan. K. Zijlweg, Zijl-
weg, Kinderh.vest, N. Gracht, Koudenhorn,
Papent.vest, Amsterdamstr.. Zomervaart.
Tegen bel. v. f 10 terug te bezorgen Spek-
straat 166.
Gedrieën zijn wij naar Spckstraat 166 ge
gaan, en hebben daar een marsepeinen var
ken afgegeven. De juffrouw zei, dat het het
veertiende was dien dag.
W. T.
De „Wara'
In 1891 verscheen het boek „Nervus Rerum"
van den Zwitserschen econoom Silvio Gcsell.
Gesel 1 had groote verwachtingen van zijn
opvatting van het ideale ruilmiddel, als hoe
danig hij noch metaal, noch bankpapier kon
beschouwen. Hij zag in het ruilmiddel geld,
de v.n. ooi-zaak van de economische crisis
sen, die voordurend de samenleving teister
den en die volgens hem te voorkomen waren
door zich van een ruilmiddel te bedienen dat
niet tegelijk ruil-middel en koopwaar kon
zijn. zooals het geval is met de edele metalen
die onbeperkt lang opgestapeld kunnen lig
gen zonder te bederven, of uit de mode te
geraken, waaraan alle andere koopwaar on
derhevig is. Het- kan daardoor gemakkelijk
en in enorme hoeveelheden aan zijn be
stemming als ruilmiddel onttrokken worden
cn daardoor kan een crisis te voorschijn wor
den geroepen.
Helaas waren in het eind der vorige eeuw
de tijden nog niet rijp voor deze ideeën! De
nood was nog niet zoo merkbaar als thans.
Door zijn taaie volharding en het rotsvaste
geloof in de waarheid van zijn inzichten ge
lukte het hem eindelijk toch een kleinen
kring van overtuigde medewerkers om zich
te scharen, die onvermoeide pogingen in het
werk stelden om door middel van officieele
lichamen toepassing van deze ideeën te
verkrijgen. Onder die medewerkers moeten
vooral genoemd worden: Dr. Th. Christen.
Ernst Frankfurt, Georg Blumenthal en
Gustav Simons.
De wereldbrand van 1914, maakte ook aan
hun pogingen een eind en eerst jaren na den
oorlog kon er van een hernieuwde propa
ganda sprake zijn.
De mentaliteit was intusschen een geheel
andere geworden dan vóór 1914. Hoe langer
hoe meer begon men alleen heil in de daad
te zien en hieruit is dan ook wel de groote
instemming te verklaren waarmede het voor
stel van Hans Timm en Richard Batz, om
niet langer te dralen met de invoering van
het ideale ruilmiddel, werd ontvangen Toon
aangevende monschen te overtuiven en voor
hun overtuiging te hooren uitkomen was
toch. in den loop van al die jaren, wel illusie
gebleken. Dus. zich zelf verlossen, zelf de
hand aan den ploeg geslagen en stoutmoedig
het begin gemaakt door de stichting van dc
Algemeene Wara Tauschgesellschaft, waar
van dc leden onderling, zich bereid verklaar
den. van het nieuwe ruil-middel gebruik te
maken en het overal te propageeren in eigen
en algemeen belang. Dit was in 1926 en reeds
in 1929 was men in staat, den aankoop van
het kolenbergwerk in Schwanenkirchen, met
het nieuwe ruil-middel, de f/ara. te financie
ren. De Wara-vrienden, die niet alleen in
Duitschland wonen, maar reeds over de ge-
heele wereld verspreid zijn 'ik noem slechts
Oostenrijk. Zwitserland. Tsj echo-Slovak ij e,
Amerika. Engeland, Denemarken, Noorwegen,
Australië) vormen overal kernen waarom
heen zich anderen scharen die eveneens van
het Wara-ruilmiddel wenschen gebruik te
maken om daardoor mede to werken tot
verwezenlijking van het doel der „Tausch-
Gesellschaft" dat volgens art. 1 der Statuten
aldus is omschreven: De T.G. is een verecnl-
ging die ten doel heeft omzet-belemmeringcn
en werkloosheid te bestrijden, door invoering
onder de leden, van een ruil-middel. dat
niets dan dat wil zijn en door zijn aard
ongeschikt is gemaakt om andere functiën
te vervullen.
De zetel van het Hopfd-kantoor van de
Wara-Tauschgesellsehaft is gevestigd te
Berlin. S. O.. Lausitzerstrasse 32. Zij heeft
filialen in alle plaatsen waar een ..kern"
is gevestigd en breidt zich voortdurend uit,
want Wara is een wereld-ruilmiddel en kan
overal gebruikt, waar maar een aantal men-
schen bijeen wonen die met elkaar zijn over
eengekomen „Wara" als ruilmiddel te ge-
b aken.
Met tienduizenden worden de Tauschge-
sellschaft-leden reeds geteld ende ge-
heele organisatie funktioneert voortreffelijk.
Alle gebruiksvoorwerpen kan men reeds in
Duitschland met Wara ruilen, en ook klei
nere fabrieken doen reeds mede. De prac-
tijk van de 5 jaar, die achter den rug zijn,
heeft geen enkel ernstig bezwaar doen rijzen.
En nu enkele woorden over het ideale-
ruilmiddel, de geniale vondst, van Gesell.
Om ervoor te zorgen dat het ruil-middel
nle' wordt oogesoaard en aan do circulatie
onttrokken, heef hij bepaald dat de Wara
elke maand 1 pCt. van zijn ruilwaarde in
boet. daardoor dus gelijk wordt aan elke
koopwaar die aan bederf cn verslijten onder
hevig is. Wit men de Wara volwaardig hou
den. dan moet er eiken 15den van de maand
een klein zegeltje, gelijk aan dat 1 pCt. op
geplakt worden, elke Wiira heeft dus 12 vak
jes waarop zoo'n zegeltje kan worden ge
plakt. De eenigszlns fel gekleurde biljetten
hebben geen langer leven dan één jaar.
Voor 15 Januari van elk jaar kunnen er
nieuwe biljetten voor worden Ingeruild. Zijn
de biljetten niet van voldoende aanvullings
zegels voorzien dan zijn ze zooveel pCt min
der waard als er zegels op ontbreken. Het
spreekt dus van zelf dat leder die ln zijn
bezit komende Wara's zoo spoedig mogelijk,
in elk geval vóór den cerstvolgcnden 15den
(plakdatum) óf ruilt tegen iets wat hij noo
dig heeft of.... naar dc Wiira-spaarbank
brengt die men het beste vergelijkt met
onze Giro. Ieder lid heeft daar een hoofd en
kan daarop zijn Wara's storten die op zijn
te goed worden geschreven. De spaarkas
zorgt dan ervoor dat de binnengekomen
Wara's hun rol als ruil-middel weer verder
gaan voortzetten. Door middel van die Wiira-
Spaarbank kan men ook zijn schulden door
overschrijvingen, in binnen- en buitenland
doen betalen. Deze Inlagen werpen evenmin
als onze Giro-stortingen eenige rente af. het
is al mooi genoeg dat wij daardoor van het
verlies van 1 pCt. p. maand afzijn. Oppotten
van Wara's zooals. tot groot nadeel van de
gehcele samenleving, met dc edelmetalen ge
beurt. waardoor het gehccle ruilaoparaat
reddeloos in de war komt. kan met Wara
niet plaats hebben, omdat dit veel geld zou
kosten. Wiira is niet anders dan ruilmiddel
en moet dit blijven. Dc hoeveelheid ruil
middel, die in omloop is. is bij den Wara-
huishouding. steeds bekend en kan in even
redigheid gehouden worden met de behoef
ten: niet tc veel. maar vooral niet te weinig
van het ruilmiddel zal voortbrenging en ver
bruik in het noodzakelijke evenwicht houden.
De edel-metalen kunnen dan weer voor
lepels en vorken, voor sieraden en médailles
gebruikt worden waarvoor ze veel beter kun
nen dienen dan voor ruil-middel.
In het Wara-systeem ls geen plaats voor
een ruilmiddel dat zelf handelswaarde heeft
en dato! Ironie, de allergrootste oor
zaak ls van dc ruilmiddel-misère waarin wij
zitten, terwijl ieder meent dat, juist dit
goud en zilver het ideale ruilmiddel is! Maar
juist, dóór zijn koopwaarde is het 't meest
ongeschikte ruilmiddel dat men zich denken
kan: want bij de run-om-den-dollar" ver
dwijnt het zco absoluut noodige ruil-middel
uit de circulatie! De gevolgen van den dek
kingswaanzin voelen wij aan den lijve! Moge
het inzicht niet te laat komen'
Ir. D. DE CLERCQ.
Bentveld, N.-H.
schenen hier vele kljklustlgen van die zijde,
met hel gevolg, dat thans menige Duitsche
rozenkweekerij op Aalsmeersche leest ge
schoeid is. Men schiep concurrentie, die aan
vankelijk niet sterk tot uiting kwam, in hoofd
zaak als gevolg van tegenslagen Dc doorsnee-
prijzen van de Hollandsche rozen bleven in
dien tijd vrijwel stationair. De vraag ls alleen
gewettigd of deze geen stijgende tendenz had
den behooren te vertoonen, als gevolg van de
groote kapitalen, welke ln de verschillende be
drijven werden gestoken.
In de laatste jaren is daarin verandering
gekomen. De cijfers der Centrale Aalsmeersche
Veiling toonen dit aan; zooals blijkt uit on
derstaande gegevens:
Doorsneeprijs
Aantal aange
voerde stuks
1920
4.57
2.761.624
1921
3 99
4.313 149
1924
4.51
8 808.717
1926
4 64
12.567.859
1928
4.34
22 628.015
1929
4 05
26 502.260
1930
3.07
30.066.251
In tien jaren vertienvoudigde de aanvoer op
deze veiling, terwijl men gevoegelijk kan aan
nemen, dat op de veiling Bloemenlust te Aals
meer oen dergelijk resultaat is vast tc stellen.
Dank zij de toegepaste centrale verwarming Ls
de doorsneeprijs niet meer gedaald dan deze
statistiek aanwijst. Intusschen ls het tijdstip
daar. dat aan de uitbreiding der rozenkweeke
rijen paal en perk ls gesteld. Langzamerhand
was dc opbrengst in een onjuiste verhouding
komen te staan tot de productiekosten.
Wat staat thans te doen? en hoe zal de toe
komst zijn? Men vreest dat het stopzeten van
den nieuwbouw de kwaliteit, van het product
ongunstig zal beïnvloeden. Immers, juist de
nieuwste kassen leverden in de laatste Jaren
steeds de kwaliteit, waarmede de Hollandsche
tuinbouwer zooveel succes oogstte. Daaruit
kwam het beste van het beste Maar een der
gelijk productievermogen behoudt een rozen-
kas niet lang: de eerste vijf jaren zijn ge
woonlijk de beste. De nadecltgc gevolgen van
het ontbreken van nieuwe kassen zullen dus
vermoedelijk tegelegenertijd niet. uitblijven.
Er. al zijn er nu ook hulpmiddelen toegepast
om het achteruitgaan der vijfjarige kassen zoo
veel mogelijk tegen te gaan. afdoende zijn deze
niet gebleken. Kwaliteitsvermindering van het
product is dus we! bijna als zeker aan te ne
men.
Hoe gelukkig evenwel, dat men dat alles nu
al kan voorspellen, dat men dus niet over vijf
jaren eerst tot deze ontdekking zou zijn ge
komen. Dan was het te laat geweest. Nu kan
men zinnen op middelen om het komende tc
keeren. Want dc export stelt hooge clschcn,
maar eveneens het publiek. De mode veran
dert ook bij deze cultuur. Daarmede dient re
kening gehouden te worden. Het beste van
het beste ls nog niet goed genoeg. Aan
middelmatig product ls geen behoefte. De
economische omstandigheden vragen om ver
mindering van bedrijfsonkosten. Even goed
als de fabriek of het winkelbedrijf moet in
krimpen op zijn kosten, moet de rozen „fa
briek" dat doen. De gebruikelijke rationalisa
tie die 't fabriekmatige bedrijf ondergaat, is
ln de rozen „fabriek" niet ter plaatse. Het
vervangen van den handenarbeid Ls daar on
mogelijk. Maar die vereenvoudiging in de be
drijfsvoering mag tenslotte de kwaliteit van
het product geen afbreuk doen. Met aller
hande omstandigheden moet rekening gehou
den worden. Het kiezen der rozensoorton, de
meest doelmatige bestrijding van ziekten, de
aard der verwarming, de gesteldheid van den
bodem, het ziin alle factoren, die een rol spe
len en die alleen door den vakman tot op
lossing te brengen zijn.
Uit-gerationallseerd Ls ook dit bedrijf nog
niet cn met name op het gebied der verwar
ming bewijzen dc verschillende daarbij gevolg
de methoden, dat hot summum op dit gebied
nog niet gevonden is. Vergelijkende proeven
zullen daarbij geleidelijk tot het gewenschte
resultaat moeten voeren. De voor- en nadec-
len der stoom verwarming, naast de warmwa
terverwarming en dc andere systemen zullen
dan naar voren treden. En op dezelfde wijze
zal ook op het gebied der ziekte-be.strljding
gewerkt moeten worden. De deskundige voor
lichting wordt nog niet overal op de JuLsto
waarde geschat en veel geld wordt zeer zeker
nog vermorst aan ondeugdelijke middelen.
Zoo ziet men. dat de uiterlijke moeilijkhe
den ln den vorm var. allerhande handelspoli
tieke maatregelen niet de eenige hlndernLs
zijn. waarmede de kweeker te kampen heeft.
Er zijn tal van Interne besognes, die overwon
nen moeten worden, voordat dc roos onze
landsgrens heeft gepasseerd.
MOLLERUS.
Wara, spreek uit ,.,Wecra".
GEMEENTERAAD
Er worden vergaderingen van den Raad der
gemeente Haarlem gehouden op: Donderdag
17 December a.m. 11 2-5 1 2 uur en 's avonds
8—11 uur; Vrijdag 18 December n.m. 11/2
5 1/2 uur en 's avonds 8 11 uur; Dinsdag 22
December n.m. 1 1/2—5 1/2 uur on 's avonds
8—11 uur; en voorts zoo noodig Woensdag 23
December n.m. 1 1/2—5 l 2 uur cn 's avonds
811 uur; Donderdag 24 December n.m. 11/2
5 1/2 uur In de Statenzaal (Prinsenhof).
Aan de orde zal worden gesteld:
1. Ontwerp-begrooting van inkomsten en
uitgaven der gemeente, dienst 1932.
Te behandelen bij de algemeene beschou
wingen der begroot ing:
Wijziging verordening heffing opcenten
gemeentefondsbelas ting.
Toepassing korting op salarissen cn loonen
gemeentepersoneel met schrijven Wethouder
W. J. B v. Licmt.
Voorstel -Joosten e.a. Inzake salarlcerlng
hoofden van takken van dienst.
Voorstel-Miezerus inzak? salarlcerlng ge
meente-ontvanger.
Verozekschrift onderwijzend personeel Mid
delbare school voor meisjes met 5-j. cursus
met praeadvles Burgemeester en Wethouders
en adressen afd. Haarlem en Omstreken van
de Ned. Ver. voor Vrouwenbelangen en gelijk
Staatsburgerschap en Ver. van Leeraren
en 'eeraressen aan gom. Inrichtingen voor
gymnasiaal en Middelbaar OnderwlLs.
Te behandelen bij hoofdstuk VIII der oe-
grootlng:
Voorstel Mevrouw Maarschall—Komln e.a.
inzake bouw school voor Voorbereidend Lager
Onderwijs bij de te stichten school voor Open
baar Lager Onderwijs aan de IJsselstraat.
Motie-Wolzak betreffende wijziging sub
sidie-regeling bijzondere scholen voor Voor
bereidend Lager Onderwijs met prae-advies
Burgemeester en Wethouder-,
Verzoekschrift van het Bestuur van het
Christelijk Lyceum aan de Emmakade om
financleelcn steun met prae-advies van Bur
gemeester cn Wethouders.