De koppeling bij auto's Brieven van een controleur B. B. DE AMBACHTEN IN DEN LOOP DER EEUWEN. Een reeks interessante vergelijkingen tusschen verleden en heden XV. De plechtige opening van den spoorweg HaarlemAmsterdam. De verkeersmiddelen. Wij reizen voel meer dan onze voorouders! In de 16e, 17e en 18e eeuw waren de steden zoo geïsoleerd, dat de meeste bewoners er nooit aan dachten eens elders een kijkje te nemen. Zij zagen er het levenslicht, groeiden er op en als er een bestaan voor hen te vin den was bleven zij er tot den laatsten levens- snik. Een reis naar Amsterdam of Leiden me: de postkoets of de trekschuit was al een ge beurtenis in het leven! Als iemand eens naar Arnhem of Nijmegen moest voor familie-aangelegenheden of zaken, dan werd er in de kerk voor zijn behouden overkomst gebeden! Een reis van Haarlem naar het Groningerland per reiswagen was toen be langrijker dan nu een passaglersvlucht naar Indië! Een oud-Hollandsche reiswagen even pleisterend in een stad. Zoo'n reiswagen doet denken aan den armoe digs ten woonwagen uit een tegenwoor dig Zigeunerkamp. Die heeft meestal nog veeren. Dc wogen in dien tijd waren heel slecht. D: paarden hadden dan ook zwaar werk om d: wagens door het mulle zand te trekken. Het reizen ln het. regen-seizoen was al zeer avontuurlijk. Soms bleef een diligence, ook .al stonden er minstens twee en soms wel eens vier paarden voor. in den modder steken Dan kon de reis alleen voortgezet worden als hulpvaardige boeren en hun knechts een handje wilden helpen om den wagen uit den modderpoel te verlossen. Maar niet zelden waren er in den omtrek geen menschen, zoo- d°' de gestrande'' reizigers dan gedwongen v/aren te wachten tot er hulp gehaald was oi ue modderwegen opgedroogd waren. Zelfs de heirwegen waren in dien tijd niet bestraat. Daarmede is eerst in de 19de eeuw begonnen. Drenthe en de Achterhoek van Gelderland waren voor een groot gedeelte geïsoleerd, doordat het zelfs niet noodig ge vonden werd om bruggen over ds beken te leggen. In droge zomermaanden kon zoo'n beekje wel zonder brug „genomen" worden, maar in den wintertijd waren het soms klei ne riviertjes cn dan ging dat overtrekken heel wat moeilijker. Een reis van Haarlem naar de Duitsch' grens duurde toen met de diligences vier dagen. Nu doet een expresstrein er nog geer vier uur over! Bovendien was de reis niet zonder gevaar. In dien tijd maakten rooverbenden de ver bindingswegen dikwijls onveilig, doordat zij de reizigers uitschudden. Geen wonder dat ln ons waterrijke land de trekschuit ln het algemeen verkozen werd boven den hobbelenden reiswagen. In het roefje van de schuit zat onze voorvader, die ruimschoots den tijd had, omdat het leven to<>n nog niet zoo jachtte als tegenwoordig, recht op zijn gemak. Hij rookte uit zijn Gouwenaar en keuvelde met lotgenooten. Dat was de tijd door Hildebrand zoo levendig geteekend. In de 17de eeuw werden verschillende trek vaarten gegraven o.a. die van Haarlem naai Amsterdam en van Haarlem naar Lelden. Ook Gouda, Rotterdam en Dordrecht warer. van Haarlem over het water te bereiken. De trekschuit van Haarlem op Amsterdam. Wij geven hier een tcekening van het model van de trekschuit HaarlemLeiden, dat in het Frans Halsmuseum aanwezig is. In dien tijd bestond er onder de besturen van verschillende steden en dorpen veel naijver. Elk wilde door tolheffing van eer. veer of beurtvaart proflteeren. Teekenend is bijvoorbeeld, dat de trekvaart Haarlem- Amsterdam ln Halfweg niet mocht worder doorerraven. Daar moest een dam blijver, om de Halfwcggers het voordeel te geven van hei versieepen der goederen van de eenc schuit ln de andere. Ds passagiers waren tij dens dit oponthoud wel gedwongen in ee n herberg te pleisteren en een vertering te maken. De poorten van de stadsvesten waren ïr den regel niet. ruim. Dat was ook niet noo- dU. omdat ln de steden geen vervoer p-, wagen word toegestaan. Daarvan hadden dc straten te veel te lijden. De spoorwegen hebben ccn belangrijke wij ziging in het verkeerswezen gebracht. Het is nu 92 jaar geleden, dat de eerste spoorlijn in ons land werd geopend, de lijn Haarlem—Amsterdam. In de „Geïllustreerde geschiedenis van het vaderland" van M. Haas vonden wij van de plechtige opening het bij gaand plaatje. Het station dat wij daarop zien is het Haarlemsche, dat gelegen ws-; nabij de Amsterdamsche poort. De locomo tieven werden alleen met cokes gestookt, anders zouden de passagiers, die ln open wa gens zaten, in negers veranderd zijn. Alleen voor de 1ste klasse waren er gesloten wagens. Nu zijn de wagens voor veevervoer sierlijker dan toen de 2de-klasse-rijtuigen! De tarie ven waren voor een enkele reis: 1ste klasse 1.20, 2de klasse 0.8:t, 3de klasse 0.40. Er reden per dag 4 treinen in beide richtingen! Bij de openingsplechtigheid zorgde het muziekkorps van de Haarlemsche schutterij voor de feestvreugde. Eerst in 1847 werd de spoorlijn doorgetrok ken naar Rotterdam. De spoorweg kon zich evenwel niet in de algemeene sympathie ver heugen. Een boer onder Rijswijk verlangde dat zijn boerderij met een hooge schutting van den spoorweg afgesloten zou worden, omdat hij vreesde, dat de rook uit den loco motief de melk in zijn kelder zou bederven. Een houtzaagmolenaar te Delft verlangde dat de trein in zijn omgeving onder een over kapping zou doorrijden, omdat hij vreesde dat vonken uit den pijp zijn molen in brand zouden steken. Na 1850 is de uitbreiding van het spoor wegnet in ons land betrekkelijk snel gegaan. Het buitenland was ons ver voorujt, daarom wérd' getracht den achterstand zoo snel mo gelijk in te halen. Nu hebben wij een zeer uitgebreid spoor wegnet. De trekschuiten zijn verdwenen, evenzoo de diligences, Of moeten wij in d: autobus weer een herleving zien van ie vroegere diligence? Het reizen Is thans voor zeer velen een alledaaesche bezigheid geworden. Wij kennen geen afstanden meer. Vroeger werden er per dag hoogstens 2000 personen per trein tus schen Haarlem en Amsterdam vervoerd. Nu bergt één volle trein er al zooveel. En elk half uur rijden de treinen tusschen beide steden. Op de drukke uren loopen er zelfs nog eenige diensten tusschen. De stoomtrein is al weer ouderwetsch, aan den electrischen trein zijn wij al weer ge woon geraakt. Evenzoo is menige stoomtram verdrongen door een electrische tram. In het laatst der 17de eeuw vervoerde de trekschuit van Haarlem naar Amsterdam ongeveer 10 >.000 menschen per jaar. Nu wor den er op één mooien zomerdag cloor trein en tram soms wel ÏOD.OOO Amsterdammers naar Zandvoort vervoerd! En dan nog d: vele duizenden die per fiets of auto den tocht maken! Uitstapjes naar het buitenland in den va- cantletijd zijn vrij algemeen geworden. Door de ontwikkeling van het vervoerwezen heb ben wij niet alleen het eigen land leeren kennen, maar ook enkele uitverkoren plekjes in het buitenland. Niet alleen het aantal reizigers is toege nomen. ook het aantal menschen dat van de vervoermiddelen bestaat. Aan spoor, tram en autobus verdienen thans vele duizenden hun brood. In den gildentijd waren er zoo weinig menschen die bij het vervoerwezen betrokken waren, dat het niet loonend was een gild te vormen. Nu daarentegen vormen de arbeiders van het transportwezen eenige van de sterkste organisaties. De verbetering der vervoermiddelen heeft een geheele omkeering in onze samenleving gebracht. Het afzonderlijke bestaan der ste den en dorpen heeft plaats gemaakt voor een samengaan in veel, ook wat handel en arbeid betreft. In ons volgend artikel nog een en ander over de transportmiddelen voor het goede renvervoer. C. J. VAN T. EEN PARACHUTESPRONG. DE GEVAREN VAN RUKWINDEN. De voormalige vlieger W. Ruge schrijft in Wissen und Fortschritt over een parachute sprong het volgende, dat in de Kern is op genomen. De bedoeling van zijn sprong was een pi- lotendiploma voor parachutespringen te krij gen benevens foto's te maken tijdens den sprong op het vliegveld Staaken te Berlijn. „Op een goeden morgen", zoo schrijft Ruge ..klautert mijn vriend Böttcher het toestel in, ik ga in het tweede zitten en wij stijgen omhoog. Onze fotografische uitrusting be staat voor eiken springer uit een speciaal geconstrueerd toesiel met smalle film, ter wijl de begeleidende collega in het andere vliegtuig van de gebruikelijke perscamera is voorzien. Van mijn vliegtuig uit zie ik op een hoogte van 500 M. mijn collega Böttcher op de draagvlakken naast de plaats van den pi loot klauteren. Gehurkt wacht hij op het beslissend commando van den bestuurder. Ik zie den piloot den mond openen, Böttcher laat los en stort loodrecht ln de diepte. Na ongeveer 30 M. val gaat de parachute open, waarna zij als een reusachtige witte blaas langzaam naar beneden daalt. Nu moet de piloot van mijn vliegtuig een waar kunststuk volbrengen. In uiterst nau we bochten en loopings snort hij rond het neerdalende toestel, ik kiek, waarbij ik het gevoel heb, alsof ik ieder oogenblik uit het vliegtuig zal storten. Niet ver van Böttcher landen wij ten slotte. De landing van den parachutespringer bleek uiterst moeilijk te zijn geweest, aangezien hij in rukwinden te recht was gekomen, waardoor hij nog een 200 M. over den grond was gesleept, met als eindresultaat een bloedneus, een verstuikten arm, maar een onbeschadigd gebleven ca mera met de belichte film. Dan kom ik aan de beurt. Weer stijgen we tot 500 M. hoogte. Op het commando „los" van mijn piloot sprong ik met mijn hoofd naar voren in de diepte. De gevoelens die mij bezielden, terwijl ik met mijn hoofd naar beneden naar de aarde toesuisde, zijn nau welijks met een pen te beschrijven. Ik had een gevoel, alsof een huisknecht mij bij den kraag gegrepen en omhoog getild had. Dit oogenblik was beslissend, want het trekken bewees, dat de parachute zich had geopend en haar remmenden invloed reeds deed ge voelen. Tijdens den schijnbaar eindeloos langen tijd van zeven minuten; die tot de landing verstreek, fotografeerde ik mijn waarne mingen. En alles zou een goed verloop heb ben gehad, wanneer de rukwinden maar niet voortdurend krachtiger waren geworden. Ondanks de meest nauwgezette berekening van het punt waar ik'moest springen, greep de wind mijn valscherm en deed mij afdrij ven. In doodsangst ontwaarde ik, dat ik recht naar een hoogspanningskabel toedreef. Het bewustzijn dat ik mij in het grootste gevaar bevond werd versterkt door de op gewonden bewegingen en het loopen van het publiek in de richting van mijn zweef tocht. Voortdurend dichter nader ik den hoogspan ningskabel. Mijn lichaam bevindt zich al lager dan de kabel, maar het lot meent het goed met mij. Een windstoot drukt mijn val scherm omhoog, waardoor ik over den kabel word getild. Tegèlijkertijd drukt een ruk wind mij weer naar omlaag en ik ontwaar dat ik met een sneltreinvaartje op een uit spanning afdrijf. Tusschen mij en het doel blijkt nog een dun boompje te staan. In de kroon ervan raken de koorden van mijn val scherm verward en in hetzelfde oogenblik lig ik al met een gekneusd scheenbeen tus schen een aantal omgevallen stoelen en tuintafels. Eindresultaat: een gehavend ge zicht, een gekneusd scheenbeen, maar een paar goede opnamen. Alles bijeen: Meer geluk dan verstand". Waarom beginners raken". En hoe gemakkelijk het gemaakt wordt om dit te ontgaan (Door onzen verkeersmedewerker) Menig beginnend automobilist zal het ver- snellingshandle, dat zoo'n afgrijselijk tan dengeknars kan produceeren verwenscht hebben, en ook tal van z.g. gevorderden vragen zoo vaak: „waarom laten ze dat ding toch niet weg?" Sinds de automobiel hoofdzakelijk in leekenhanden ls gekomen, heeft het inderdaad niet aan pogingen ontbroken, om het besturen te vereenvou digen. De vakkundige rijder vindt, dat de constructeurs daarin wonderwel geslaagd zijn; wie over een zeker mechanisch gevoel beschikt, kan het geruischlooze overscha kelen en in het algemeen het behoorlijke rijden in korten tijd leeren. Edochthe customer is king" (de klant is koning) en Z.M. beschikt meestal niet over mechanisch gevoel, en daarom moet de bediening van het versnellings'nandle (feitelijk do eenige subtiele handeling, die nog overgebleven is) nóg gemakkelijker worden. De (benzine) ver brandingsmotor, die nog bijna zonder uit zondering voor de voortbeweging in de 35 millioen auto's ter wereld gebruikt wordt, heeft de eigenschap alleen kracht te ont wikkelen, als hij snel draalt. Wanneer de BI K" auto nu op een licht stijgende weg nog juist een snelheid van 40 km/u kan volhou den, en er komt een sterke helling in zicht, dan zal de motor meer kracht moeten gaan leveren. Dat kan alleen, wanneer hij sneller gaat draaien, en daarom moet er onder die omstandigheden een stel tandraderen tusschen motor en achterwielen ingeschakeld worden. Verbin den we den motor daarbij met het tandwiel A in fig. 1 (11 tanden) en de achterwielen met het tandwiel B <31 tanden), dan zal de motor nu 31:11, d.ï. bijna 3 x zoo snel moe ten draaien, cm de 40 K.M. snelheid van zoo even vol te houden. Hij presteert dienten gevolge ook veel meer en de kracht is thans ruim voldoende, om de auto tegen de stelle helling op te trekken. Aangezien het wen- schelijk is, om verschillende tandraderen te kunnen gebruiken heeft men in den ver snellingsbak diverse bij elkaar behoorende stellen aangebracht. Deze bak is dus nood zakelijk, omdat de benzinemotor „nukken" heeft, waaraan principieel weinig of niets te doen is. geschoven worden, deze laatste is op een vierkante as aangebracht. F 2 kan dus wel heen en weer geschoven worden, doch als de beide platen tegen elkander gedrukt worden (door een veer), en de krukas draait, dan moet de plaat F 2 met F 1 meedlraaien, en de vierkante as eveneens. Deze eindigt in een tandwiel A, dat permanent in D grijpt. D, E en H zitten onwrikbaar op ééne as bevestigd. B en C daarentegen kunnen, juist zooals de plaat F 2 heen en weer schuiven over een vierkante as. Wanneer nu de platen F 1 en F 2 (de frictie) fegen elkaar gedrukt wor den (wat geschiedt, wanneer we het linker voetpedaal in de auto loslaten), zal tandwiel A draaien, en de tandwielen D, E en H. ro- teeren eveneens. Aangezien H. en C. in el kander grijpen (stand van fig. 2) moet ook C's vierkante as meedraaien, en wordt al dus de draaiende kracht van den motor overgebracht op tandwiel K, dat met scherpe tanden in L grijpt. Aangezien L onwrikbaar op de achteras vastzit, moeten de achter wielen óók mee. (de wagen rijdt). Tandwiel H heeft 13 tanden, tandwiel C 26, B en E hebben evenveel tanden. Als we ons nu in fig. 2 het tandwiel C naar achteren gescho ven denken, zoodat de verbinding C H ver broken wordt en vervolgens de verbinding B/E tot stand gebracht 'door B naar achte ren te verplaatsen) dan blijkt daaruit, dat de motor thans minder snel draaien moet dan zooeven. om aan de auto dezelfde snelheid te geven. Immers, zooeven moest tandwiel H 26 13 2 x ronddraaien, om C één slag te doen maken, thans is het voldoende, dat E slechts éénmaal ronddraait, om B evenveel malen mee le nemen. De tandwielverhouding C'H komt overeen met de eerste versnelling. B'E met de tweede. Bij de hoogste versnelling worden geen der combinaties B E of C'H ge bruikt, doch daarbij komen A en B (van in elkander passende nokken voorzien) zon der meer tegen elkaar aan. De as met de tandwielen D, E en H draait, nu „loos" mede, de krachtsoverbrenging in den versnellings bak geschiedt zonder omwegen (prise- directe). Synchro Mesh. Bij het verwisselen van versnelling moeten nu telkenmale twee tandwielen, die ver schillende omtreksnelheden hebben, in el kander geschoven worden; mislukt dit, dan „kraken" de tanden langs elkander heen. Wanneer b.v. in fig. 2 de tandwielcombinatie C/TI niet langer noodig is, wordt C achteruit- geschoven (versnellingshandle op neutraal KRUKAS De constructie van de auto is in fig. 2 zéér globaal geschetst. De zuiger gaat door de ontploffingen op en neer, door middel van de drijfstang wordt deze kracht in een rond draaiende van de krukas vervormd. Aan de krukas zit een zwaar vliegwiel, bevorderlijk voor een rustigen gang. Daarachter komt een plaat, F 1, die met een ruwe, onbrand bare asbestachtige stof bekleed is. Tegen deze plaat F 1 kan een dergelijke plaat F 2 D CH f— Het huwelijk van een Sultan. Na de bccodlgintg on bevestiging van den Sultan zal lk u nu ccn verslag geven van zijn huwelijk op Bhna, waarheen we Don derdagmorgen cm 4 uur vertrokken. Het was nog pik en pikdonker, we hadden onderweg nog bandenpech ook, maar waren toch om half acht op Robong (124 KM.). Toen met ons zevenen overgevaren met het motor bootje naar Kempo. waar de auto's al ston den te wachten. Wij hadden een prachtigen wagen van den Sultan van Bima en kwamen na 3 uur rijden op de plaats van bestem ming aan. We werden met ons allen inge kwartierd in de passagrahan, waar het knao jes vol was. Om 5 uur in groote tenue r.aar het paleis, een mooi gebouw, keurig inge richt. Daar waren al een massa hooge poten taten aanwezig, want van alle kanten van het Gewest waren ze toegstroomd. Het was er heel warm en dan hadden wij nog die mooie dikke pakjes aan, maar Je moet er wat voor over hebben. Na een half uurtje wach ten. werden we op dc binnengalorij toegela ten, en even later werd de bruid binnengeleid aoor vele hofjuffers. Na een poosje kwam ook de Sultan. Dit was de eerste ontmoeting tusschen het jonge paar, ze hadden elkaar voordien nooit gezien, alles was door pa en ma en door het Gouvernement bedisseld. De bruigom ls een magere jongeling van 28 jaar, het bruidje een stevige knappe Jonge dame van 17 lentes. Zij bleef, me: neergeslagen oogen op dsn trion zitten en keek niet op Maar de Sultan waagde er een oogje aan en keek tevreden. Toen ze rustig gezeten waren, werden wij er omheen geschaard, toen klon ken er eenige saluutschoten en daarna stak de Resident zijn speech af. Daarna vertrek het bruidspaar en kregen wij een koele lafe nis op de voorgalerij. Teen de auto's weer naar de Passangrahan, waar we met ons twaalven buitenlanders gehuisvest waren. Om half tien was het weer aantreden, nu geluk kig in het wit. Eerst werden wij onthaald op inlandsciie dansen, terwijl we ook al en toe zelf een kansje kregen. Maar daar ik een paar dagen geleden nogal leelijk mijn voet had verstuikt, kon ik niet meedoen en genoot dus van het kijken. Er waren danseresjes die den weldschen titel van Serimpi kregen, met erg eentonig beweeg onder akelige muziek begeleiding en knaapjes die wel aardig wat •presteerden, maar veel bijzonders was het niet. Om 11 uur was ook dit af ge loopen en toog iedereen huiswaarts of betef gezegd naar de passangrahan want de feesten waren nog niet op hun eind. Den volgenden dag was er eerst voetbal wedstrijd tusschen Bima en Soembawa, die door Soembawa met 21 gewonnen werd. Daarna op Invitatie van de)) Sultan weer even naar het paleis om te genieten van dansende paarden en een demonstratie van zijn krijgslieden die om de beurt in duo-dans, krijgsdansen met diverse wapens te zien ga ven. Vooral de paarden waren heel mooi. Om 6 uur weer naar huis om or.s in deftige avondkleedlng te steken voor het diner bij den Sultan. Erg enthousiast gingen wc niet aan tafel, vooral ook omdat het verbazend warm was. Eerst op de voorgalerij van het paleis wat zitten en ..lange en korte" drir.ken in tametlijk saaie stemming. Met ons vijfti ger. in een heel grooten kring met zacht gefluister en stommetje spelen. Als er af en toe eens gelachen werd rik zat o.a. nogal in een lachhoek) keek ieder verbaasd en ver wonderd op. waar die menschen den moed vandaan haalden. T:en aan tafel, netjes, volgens rang en stand gerangschikt, een vijftig manr.en en vrouwen.De stemming was voor een officieel diner, waarbij een ieder in warme pakaians zat te puffen, zoo af en toe zelfs vlot te noemen. Er werd zelfs nog een polonaise gepresteerd, maar dat pikte iedereen zoo aan. dat er een half uur na af- Icopj geen boe of ba werd gezegd. Diner en bediening waren tiptop in orde, alleen had de bottelier een zwak moment toen hij de wijn glazen^ niet met wijn vulde, maar met slaolie die zóó bedriegelijk op wijn leek, dat eenigen, waaronder ik, na de daverende speech van den Resident, waarin hij het jonge paar ge luk wenschte, een flinkon slok slaolie naar binnen kregen; een walgelijke smaak cn een leelijke tegenvailer, maar tevens een prettig idee dat het huwelijk, zóó „ingedronken" wel „gesmeerd" zou gaan. Na l.del van half tien tot over twaalven koffie en een poeske buiten en om 1 uur hadden we ook dat weer achter den rug. Daar we gedu rende ons heele verblijf de gasten waren, van den Sultan van Bima, werden, we door ter beschikking gestelde auto's naar de pas sangrahan gebracht. Den volgenden morgen om 10 uur weer naar het paleis om het baden van het jonge paar bij te wonen, een Mohammedaansche ceremonie. Eerst wat op de voorgalerij zitten wachten, toen naar de eetzaal van den vó~ rigen avond die n-u als mandiekamer was ingericht. Daar zat mannetje aan mannetje, de heele hofhouding in keurige en kleurige adatkleeding. Na eeri poosje kwam het echt paar binnen in Inlandsch mandiecostuum. namen op de schoot van bepaalde hofdigni- tarissen plaats en werden toen onder gebed en lawaai, overgoten met allerlei soorten wa ter en andere vloeistoffen. Toen werden ze samen in een touw gebonden, nadat ze in droge kains waren gewikkeld en Zv/o wei'Jen ze weggevoerd. Toen zaten alle feest eiijk- en plechtigheden er weer op. Na een lekke ren middagdut voelden we ons weer mensen. De Soembaneezen gingen toen onder elkaar nog wat zitten gezeizen. koffers wei-den ge pakt en den volgenden morgen om 6 uur stapten we weer in de auto's. Na een kort bezoek aan den Sultan van Dompo, een 78-jarigen eigenaardigen grijsaard, waren we cm 10 uur op Kempo. waar we ons met zijn 18-en in het kleine motorbootje wurmden en overstaken naar den wal van Soembawa, de Salenbaal over (die ciepe inham op de kaart). We waren daar tegen twaalven, kropen in de auto's en (het laatste stuk in de gietregen!) we wa ren, door de keurige chauffeurstalenten van mijn vrouw, om half vier thuis, hartelijk ver welk cmd door de heede menagerie. Zie zoo, nu hebben we weer een paar weken rust want dan houden de Sultan en zijn vrouw hun glorieuzen intocht in Soembawa, zetten). Dit gaat eenvoudig genoeg, maar minder gemakkelijk is het, om de tanden van B en E in elkander te schuiven (handle in tweede versnelling plaatsen). Het tandwiel B toch, is in directe verbinding met de ach terwielen, E daarentegen ontleent zijn snel heid aan den motor. De Synchro-mesh ver snellingsbak heeft nu een ingenieuze inrich ting, waardoor de snelheid van de in elkan der te schakelen tandwielen automatisch ge lijk gemaakt wordt. Dan is het in elkaar schuiven natuurlijk slechts „kinderspel". Bovendien is er een inrichting aanwezig, die het overschakelen vrijwel onmogelijk maakt, zoolang die snelheden niet gelijk zijn. Dc nadere uitwerking van dit principe moeten wij thans buiten beschouwing laten, hoe in teressant die ook is. LANGS DE STRAAT. Uitverkoop. Eendrachtig staat de vrouwe'ijke bevol king voor de ruiten met „Uitverkoop" te spieden. Arm en rijk, oud en jong. ,,Het „koopjesjagen" mag voor de een 'n sport., voor de ander een barre noodzaak zij», in de practijk komt het er op neer, te jagen. Voor genoegen of noodgedwongen. Men jaagt. Heelemaal achterin de meest rechtsche kast hangt een „beeld" van een couponne tje. Drie meter voor zeven gulden, echte zij. En dit couponnetje heeft de begeerte opge wekt van twee welgedane moekes. Ontpopt zich het volgende gesprek. „Zeg, zie je dat keponnetje? Zou wat voor mij zijn." „Dat van drie meter? Mensch, wat ver- beel-je je wel. Zeker om een randje langs je japon van ver eden jaar te zetten. Én dan zal het nóg krap-an zijn." „Nou! Maar ik koop het; komt altijd van pas. Anders een jurk voor Tootje." „Kon je wel? Altijd de koopjes voor me neus weghalen? Jij kan d'r toch niks van make voor je zelf. En voor Tootje evenmin- Je handen staan d'r totaal averechts voor, ga-nou-gauw." „O, had u wat? As je je soms verbeeldt dat jouw kinderen d'r netter uitzien dan de mijneglad mis mensch." „Je most maar es hooren wat de buurt te zeggen heeft over jouw Tootje. Dan heb ik nog iever kinderen zonder zije jurrekies, maar waar ze niks op weten te zeggen!" „En ik zal an me man vertellen wat jij voor een nummer ben; en die man van jou ook. Hij heeft toch nog een appeltje met je man te schillen.En nou ga ik dat kepon netje koopen Op dit moment verschijnt in de etalage een heer in hemdsmouwen, en haalt het be wuste couponnetje, waar een koopster voor is, weg. I* 8* ik

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1932 | | pagina 16