Uit de Groote Stad.
ONZE DAGELIJKSCHE KINDERVERTELLING.
Tuimeltje en Kruimeltje in het Kabouterland.
INGEZONDEN MEDEDEELTNGEN a 60 Cl», per regeL
HAARLEM'S DAGBLAD
De schipper.
Schippers vormen een afzonderlijke groep
ln de menschenmaatschappijKomt het,
doordat iedere schuit als 't ware een rijk op
zichzelf is, waarin de schipper met bijna on
beperkte maoht is bekleed? Een studie van
de psyche van den schipper zou dit misschien
langs wetenschappelijken weg kunnen uit
maken, maar zulk een studie ligt niet op mijn
weg. Een feit is het in ieder geval, dat schip
pers altijd een gxoote mate van zelfstandig
heid aan den dag leggen en zeer ongaarne
bukken voor de voorschriften van wet of
verordening. Over t algemeen zijn zij van
oordeel dat de wijze waarop zij, de schippers
de dingen doen, voor geen enkele verbetering
vatbaar is.
Daar was bij voorbeeld de schipper, dien
ik onlangs voor den Amsterdlamschen
Politierechter zich zag verantwoorden.
Verantwoorden? Weineen, dat is eigenlijk
het goede woord niet. Een schipper verant
woordt zich niet. Hij eischt eenvoudig zijn
recht op. In dit geval was het het recht van
den voetganger, waarvan onze schipper een
buitengewoon breede opvatting bleek te heb
ben. Want hij verstond onder het recht vap
den voetganger niet alleen de bevoegdheid
om zich op den rijweg van een drukke stads
straat te voet te bewegen, maar ook om een
fietsjongen van «en magazijn die behoorlijk
gebeld had, ter waarschuwing dat hij gaar
ne den schipper wilde passeeren en ongaarne
daarbij met het schipperlijk lijf in aanra
king zou komen, bij den schouder te pak
ken en van zijn fiets te duwen
Dit nu ging den Politierechter te ver.
..Zeker", zei de Magistraat, „u hebt als
voetganger rechten, maar u hebt ook plich
ten. U hebt den plicht, het anderen in den
verkeersstroom niet lastig te maken".
De schipper kon zich dit niet goed inden
ken. Hij demonstreerde aan den lijve van den
getulge-fletsjongen op welke wijze hij op
diens gebel gereageerd had, maar zeer waar
schijnlijk nu veel zachtzinniger dan het in
werkelijkheid geschied was.
Het hielp hem niet. De Officier vond óók,
•3a t de schipper zijn voetgangersplioht ver
zaakt had en eischte f 20. De schipper vond
het verschrikkelijk veel. De rechter was zeer
clement en deed er f 15 af. De schipper vond
het nog verschrikkelijk veel, waarover de
Politierechter zich verbaasd en *n tikje ver
ontwaardigd. toonde.
Doch schippers zijn nu eenmaal ..ver
schrikkelijk" moeilijk van hun ongelijk te
overtuigen.
De schippersvrouw.
Het was niet de vrouw van den schipper
uit. het voorafgaand verhaal.
Zij was 23 jaar, had een man en een kind
en een mooien paarsen mantel aan.
Haar man wachtte in de wachtkamer, met
het kind op schoot en hield het zoet.
De schippersvrouw vertelde hoe het alle
maal gegaan was, toen op Tweeden Kerstdag
vier schuiten zusterlijk naast elkaar lagen
„in de Ka" (dat is: de Geldersche Kade te
Amsterdam). Maar nu moet u niet denken
dat na dit verhaal ledereen alles duidelijk
was. want de juffrouw was moeilijk te vol
gen. Als ik het goed heb begrepen, had de
schoonzuster van de Jonge schippersvrouw,
volgens verklaring van weer een andere
juffrouw, .beweerd dat*Gerrit, de broer van
de schippersvrouw, een gevreesde en gevaar
lijke ziekte „kon krijgen". Dit had haar zus
terlijk hart blijkbaar nooit kunnen vergeven.
En toen nu op de schuit naast de hare. be
woond door haar schoonzuster, eenige heibel
was ontstaan, nadat meergenoemde Gerrit
met niet zeer vriendelijke bedoelingen door
den man van de schoonzuster 'ik hoop dat
ik de familierelaties juist getroffen heb) was
uitgenoodlgd „eens over te komen", had zij
zich genoopt gevoeld zich met het geval te
bemoeien
„Ik vlieg over, Edelachtbare", vertelde, de
schippersvrouw, „en toen ik zag dat m"n broer
'n stuk ijzer in z'n handen had, heb ik hem
dat met 'n ruk afgenomen. Ik kan toen best
met het andere end m'n schoonzuster hebben
geraakt, per ongeluk, maar dat kan nooit
zoo erg zijn geweest, want haar bril was nog
heel. Maar 't kan wel, dat ik haar met de
drift, en met de senewe effe heb geraakt".
Toen de schippersvrouw uitverteld was.
kwamen twee jouwers verklaren, dat zij de
Juffrouw een ijzer van een zomertent van het
dek hadden zien opnemen, waarna zij met.
dat ijzer in het achteronder had gestoken,
onmiddellijk waarop uit dat achteronder
een snerpend gegil opsteeg. Dat gegil kwam
uit de schoonzuster, wier gelaat zich blijk
baar ter hoogte van het luik des achteron-
ders bevond.
„Dat ls heel wat anders dan u verklaart!"
merkte de Politierechter op.
Maar de schippersvrouw betoogde op min
achtenden toon. dat die sjouwers aan haar
en haar echtgenoot, omdat het in liet sc-hip-
persbedrljf zoo slecht gaat. niets meer ver
dienden en nu hadden afgesproken tegen
haar te verklaren.
De Officier geloofde de sjouwers en niet de
schippersvrouw en eischte een boete.
„Ik acht het onschuld!" zei de juffrouw.
„Maar de Officier acht het schuld", va
rieerde de Politierechter en legde de jonge
schippersvrouw het betalen van f 15 op.
De juffrouw voegde zich daarna bij man
en kind in de wachtkamer. Even later wan
delde zij gedrieën ln de Leidschestraat, de
schippersvrouw druk betoogend, de schipper
luisterend.
J. C. E.
STADSNIEUWS
ARROND.-RECHTBANK.
Voor de rechtbank stond Donderdag te
recht een 30-jarig zwerver uit Beverwijk af
komstig en veelal te Amsterdam verblijfhou-
dende, die heel wat diefstallen op zijn ge
weten heeft: het voorgelezen strafregister
bevatte de eene veroordeeling na de andere.
Ditmaal had hij zich te verantwoorden
voor iets, waaraan hij geen schuld had, naar
hij zelf verzekerde. In den nacht van 17 op
18 Januari heeft een ongewenschte gast zich
toegang verschaft in een woning aan den
Rijksstraatweg door het uitsnijden van een
ruit in een achterdeur. Hij heeft uit het huis
zilveren servetringen en lepels meegenomen.
En oen paar weken later werd uit een andere
woning aan den Rijksstraatweg een eolbert-
c v '--boenen, handschoenen ont-
vrccni.'i. oneens na uitsnijding van een
ruit. De kleeren zijn op verdachte „aan den
VRIJDAG 8 APRIL 1932
lijve" gevonden, terwijl de lepels en ringen
door hem op valschen naam beleend zijn in
Amsterdam. De jas en het vest had hij ge
kocht op het Amstelveld, maar het juiste tijd
stip wist hij niet precies meer: Nu eens
noemde hij den dag na de inbraak, dan weer
een datum eerder. De handschoenen had hij
al een half jaar in zijn bezit.
Dat kan niet, zelde bestolene, want Ik her
ken ze positief als de mijne, die ik pas in
Jan. kwijt geraakt ben.
De getuige trok ze ten bewijze aan en ze
zaten als gegoten. Ook de verdachte trachtte
op verzoek van den president zijn handen
erin te krijgen, doch dit mislukte volkomenn:
de handschoenen bleken te klein te zijn.
De officier haalde het zwarte register van
verdachte aan en zeide, dat in dergelijke ge
vallen steeds geschermd wordt met een
Grooten Onbekende, waar het ontvreemde
van gekocht zou zijn, doch die nooit gevon
den wordt. Hij achtte het bewijs geleverd en
eischte een gevangenisstraf van 1 jaar met
aftrek van preventief.
Uitspraak over 14 dagen.
Diefstal in Zaandam.
Voorts kwamen de twee jongelui uit Zaan
dam weer voor het gerecht, wier zaak eenige
maanden geleden al voor is geweest, doch
voor nader reclasseeringsrapport terugge
wezen was. Zij hadden in Dec. in Zaandam
ingebroken en 'n bus cacao, wat centen, lu
cifers, sigaretten weggenomen.
Het rapport luidde niet ongunstig, zoodat
de Officier een voorwaardelijke straf vraagt,
n.l. 6 maanden voorwaardelijke gevangenis
straf, met opdracht aan het Genootschap tot
zedelijke verbetering om den jongens steun
te verleen en.
Op verzoek van den verdediger mr B E.
van Tijn gelast de rechtbank onmiddellijke
invrijheidsstelling der verdachten.
Uitspraak over 14 dagen.
HAARLEMSCH REIZIGER
VRIJGESPROKEN.
DE AANRIJDING VAN EEN STILSTAANDE
AUTO BIJ ÜALFWEG.
Een reiziger uit Haarlem was In^OctobeT
1931 op den Haarlemmerweg ln botsing geko
men met een stllstaanden auto. De bestuur
der van laatstgenoemde wagen stond vóór
zijn auto en werd door den schok aan de knie
gewond. Wegens veroorzaken van lichamelijk
letsel door schuld stond de Haarlemse he
reiziger voor de arr. rechtbank te Amster
dam terecht.
Het O.M. eischte f 100 boete.
De verdediger mr. H. O. Drilsma te Haar
lem pleitte vrijspraak op grond van een on
bewezen ten lastelegging in de dagvaarding
nl. dat het slachtoffer zou zijn overreden
door de auto van verdachte. Mr. Drilsma be
toogde dat de aangeredene gekomen is onder
den eersten wagen.
De rechtbank heeft Donderdag den Haar
lemmer vrijgesproken.
NAAR ROME, NAPELS EN CAPRI.
LEZING VOOR DE NEDERLANDSCHE
REI SVF.REENIGING.
De afdeeling Haarlem van de Ned. Reis-
verecniging heeft zijn reeks winteravond
lezingen besloten met een reis naar Rome,
Napels en Capri. Naar het zonnige zuiden
dus in de tuinzaal van de gemeente Concert
zaal.
De voorzitter, de heer J. G. Kraan gaf na
zijn korte begroeting het woord aan den
heer A. Pieters, directeur van het Centraal
Bureau der, Reisvereenlging te 's-Graven-
hage. Deze legde er den nadruk op, dat de
Ned. Reisvereenlging voor alles een cultu-
jeele vereeniging is. Hoe licht kan bij een
zoo groot ledental als de N.R.V. telt, het
aangename het culturecle overvleugelen. En
als men een reis naar Rome wil maken, naar
het cultureele centrum, dan zit aan zoo'n
reis meer vast. dan aan welke andere reis
ook. Hij wil de eventueele Rome-reizigers
dan ook waarschuwen zich vooraf goed voor
te bereiden, waartoe de avond van Donder
dag meewerkte.
Na deze inleiding ging hij over tot het
vertoonen van lichtbeelden. Als leiddraad
nam hij een zijner reizen naar Rome, zooals
hij die twee Jaar'geleden gemaakt had. Eerst
kreeg men een kaart van Italië te zien en
toen een plattegrond van Rome, waarop de
heer Pieters aanwees, welke gedeelten be
zocht werden, waar de bekende gebouwen en
bezienswaardigheden stonden enz. En ver
volgens toonde hij ons de schoonheden van
Rome zelf met haar 403 kerken.. Fraaie lan
taarnplaatjes had hij van het Vaticaan met
zijn bibliotheek, zijn schitterende zalen en
de PieterskerkOok Oud-Rome, het Rome
van den keizertijd zagen we, met het Forum
Romanum, Forum Trajanum. het Pantheon,
de zuil van Marcus Aurelius, die van be
neden tot boven gebeeldhouwd is in een
aangesloten spiraalvormig, oploopendc reeks
tafereelcn uit zijn leven, het Colosseum, de
Aquaduct en de Via Appla.
Na de pauze bezocht hij Napels en den
Vesuvius, den krater en liet de Zuidelijker
streken zien, de zonnige streken van Italië,
waar we met afgunst naar keken, wij Hol
landers die in onze heerlijke lentemaanden
op koude, regen en storm getracteerd
worden
SCHEEPVAARTBERICHTEN
K. N. S. M.
Hermes 6 te Constanza.
Jason 6 19 u. 30 van Hamburg naar Am
sterdam.
Medea 6 te New York.
Merope 7 3 u. 50 m. Dungeness gep.
Rereus 6 tc Stettin.
Orestes 6 van Guayaquil (thuisreis).
Pluto 6 van Amsterdam naar Kopenhagen
Saturnus 6 te Calamata.
Triton 7 van Amsterdam naar Ham
burg.
Venezuela 6 13 uur van Havre naar Am
sterdam.'
Vulcanus 5 Gibraltar» gep. naar Amster
dam.
KON. HOJJLANDSOHE LLOYD.
Rijnland, thuisreis 7 9.15 uur te Hull.
HOLLAND—AFRIKA LIJN.
Springfontein (thuisreis) 7 tc Pt. Sudan.
ROTTERDAMSCHE LLOYD.
Slamat (thuisreis) p. 7 (4 n.m.) Suez.
Tosari (thuisreis) 7 te Liverpool vertr. 11.
Advertenties tot aanprijzing
van geneesmiddelen of
geneeswijzen,
worden eerst dan door Haarlem's
Dagblad ter plaatsing aanvaard,
wanneer de Commissie van Con
trole, te 's-Gravenhage, hiertoe
speciaal ingesteld, over de toelaat
baarheid gunstig heeft geadvi
seerd. Advertenties, die niet van
bedoelde machtiging zijn voorzien,
worden door ons aan de Com
missie ter beoordeeling toe
gezonden.
INGEZONDEN
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
Redactie zich niet verantwoordelijk.
Van ingezonden stukken, ge-plaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet
teruggegeven.
OUD EN NIEUW FEMINISME.
Naar aanleiding van een datum-artikel,
vorige week in uw blad verschenen, wilde ik
gaarne eenige opmerkingen maken.
Het reactionnaire streven van het nieuw-
feminismee als gepropageerd wordt door
Famke is niet zonder gevaar, juist in den
tijd van nu, gekenmerkt door gevoelens van
angst en onzekerheid. In zulke tijden toch
durft de mensch het breede gebaar niet meer
aan, men begint een experiment en bezit
niet het vertrouwen de gevolgen af te wach
ten. Famkes geijver roept de gedachte op aan
de huisvrouw, die, zich bezorgd makend voor
een mogelijke regenbui, angstig en haastig
haar waschgoed half droog alweer van de
lijnen afrukt nu moet ze toch morgen weer
met hetzelfde beginnen.
En wat door Famke als overtuiging wordt
beleden wordt door vele aanhangers en aan
hangsters opademend nagepraat. Bij hen is
het sléchts gevolg van een angstige levens
houding, die de resultaten van een begon
nen proef niet durft af te wachten. Want het
het oud-feminlsme (is het waarschijnlijk dat
een dergelijk ingrijpende strooming in één
generatie al verouderd is?) is nog lang niet
klaar met haar proefneming; is dunkt me
nog niet eens halfweg en nu wil men deze
strooming al weer terdege afdijken en ver
deren groei belemmeren, ik doel op den dijk
van: Ontslag aan de gehuwde vrouw.
Toegegeven de ongelijkheid van de gemid
delde vrouw en den gemiddelden man, dan
vallen hier toch eenige opmerkingen te ma
ken. En wel: er zijn toch zeer vele beroe
pen waarin de typisch-vrouwelijk aanleg
evenzeer aanvaardbaar is als de mannelijke,
ik durf het aan te schrijven in de meeste
uitgesloten dezulken welke op grootere spier
kracht of lichamelijk uithoudingsvermogen
berusten eenerzijds, anderzijds die werk
kringen welke zich op abstracte denkrichtin
gen baseeren, welke laatste soort echter
maar weinig voorkomt. En dan liggen in deze
uitzonderingen nog mogelijkheden juist voor
die vrouwen die van het gemiddelde type
sterk afwijken. Deze opmerkingen slaan in
het algemeen op de vrouw, niet op de gehuw
de vrouw. Zal nu de gehuwde vrouw in haar
mogelijkheden vrijgelaten toch kiezen alléén
de gezinstaak?
Daar Famke overtuigd is dat dit de meest
bevredigende levenshouding voor de vrouw
is, waarom dan wacht ze met een rustige
glimlach niet af? Zooals in de gelijkenis van
den verloren Zoon. de vader het aandurfde
zijn kind los te laten en het tot zich zag
terugkeeren.
Men behoeft geen geschoold psycholoog
te zijn om te weten dat niets meer prikkelt
tot ontevredenheid en verzet dan het aldoor
stooten cp afgerasterde terreinen, voorzien
van borden met het uitdagende opschrift:
verboden toegang.
En dan is er toch nog de voor iedereen
aanvaardbare noodzakelijkheid van den
man, tot kost/verdienen ongeschikt? en de toe
laatbaarheid van de kinderloos blijvende
vrouw, cm haar activiteitsdrang in arbeid
buitenshuis wenschende om te zetten?
Maar nu moet men de principieele kwestie
van het feminisme niet vertroebelen met
opmerkingen, opduikend uit den economi
scher! nood dezer tijden. Natuurlijk moet er
bij een te groot "aanbod op de arbeidsmarkt,
geschift worden en dan zullen twee „verdie
ners" in één gezin allereerst niet geduld wor
den. Maar het is niet fair cm dat economisch
element mee te laten spreken waar het cm
geschiktheid gaat. Zelfs niet waar het om
wenschelijkheid gaat (wie hoorde ooit de
opmerking dat het ontoelaatbaar is dat een
gefortuneerd man een gesalarieerde betrek
king waarneemt?)
Bij een fascistische levenshouding passen
dijkjes en verboden toegangbordjes; in een
democratischen ontwikkelingsgang zeer ze
ker niet. Laten we dus eerlijk kleur beken
nen, en zijn we ons onze levensbeginselen
bewust daarvan dan ook rustig de consequen
ties dragen.
EEN GEMIDDELDE VROlfw.
Bijschrift.
Wat het onderwerp „de gehuwde ambtena
res" betreft, ben ik het met de geachte in
zender eens dat .afdijken" en bordjes „Ver
boden Toegang" nadeelen opleveren. Genera
liseeren leidt veelal tot onjuistheden, en zeker
is in een aantal gezinnen de gehuwde kost-
winster onontbeerlijk.
De zaak der gehuwde ambtenares is overi
gens slechts een onderdeel van de géheele
kwestie en betreft maar enkele duizenden
gezinnen in ons land.
In het bewuste artikel heb ik niet over dit
punt, maar over Famke's algemeene gedach
ten geschreven, waarin naar mijn meening
en naar die van tallooze anderen, zoowel
mannen als vrouwen heel veel waarheid
ligt. Het „oude" feminisme (de term is meer
vergelijkenderwijs gebezigd) heeft ongetwij
feld veel goeds uitgewerkt, maar het heeft
in later jaren ook tot allerlei overdrijving en
excessen geleid. Die zijn m.i. veeleer te be
schouwen als uitvloeisel van een soort mode-
dwang dan als uitingen der hooggeroemde
Vrijheid. VrTjheid is een moeilijk te defi-
niëeren begrip in de pract-ijk des levens. Op
zijn best brengt het ongetwijfeld een groote
mate van gebondenheid mee een bekende,
maar tevens erkende paradox. Dat de Vrouw
een vrijheid verworven heeft, die zij vroeger
op velerlei gebied miste, juichen ook de
meeste mannen toe. Als zij nu maar zorgt
die vrijheid te beheerschen en zichzelf te
blijven. Sommige vrouwen en meisjes beijve
ren zioh blijkbaar om een soort imitatie van
mannen-prestaties ten beste te geven. Dat
is geen vrijheid meer; dat is naaperij onder
mode-dwang.
De geachte inzendtser meent, dat de typisch-
vrouwelijkc aanleg in alle beroepen oven
aanvaardbaar is als de mannelijke, uitgeslo
ten die welke op grooter spierkracht en
lichamelijk uithoudingsvermogen berusten,
en die welke zich op abstracte denkrichtin
gen baseerên.
Ik ben het op dit punt met de geachte
inzendster heelemaal niet eens. Het hoofd
argument blijfWoor zeer velen, en ook voor
mij, dat bij elke vrouw, zonder uitzondering,
de „typisch vrouwelijke aanleg" in de eerste
en verreweg belangrijkste plaats die van
echtgenoote en moeder is, en dat deze roe
ping, goed vervuld, zooveel van haar gansche
wezen eischt dat zij voor eenige andere
taak welke dan ook nimmer de ge
schiktheid kan bezitten van den man, die
in staat is zijn volle werkkracht en denken
daarop te concentreeren. Wie in zijn beroep
wil slagen, moet dit laatste kunnen doen.
Sommige vrouwen die ongehuwd blijven
kunnen het misschien op den duur. Maar
dat is dan onder force majeure, niet als
uiting van een typischen vrouwelijken aan
leg. Ons kan worden gezegd: ..Hoe weet gij
mannen dat?" Antwoord: omdat wij het van
zoo talloos vele vrouwen gehoord hebben, en
blijven hooren.
Overigens bestaan cr ten aanzien van de
,sex-war" zooals de Brit die noemt
vele imponderabilia. Men komt er niet met
min of meer bewezen theorieën. En met
Famke zijn wij het eens dat tusschen den
Man en de Vrouw niet alleen een groote
mate van wederzijdsch respect, maar ook de
illusie moeten blijven bestaan. B?iden schij
nen in de laatste tijden bij velen geleden te
hebben.
De opmerking van de geachte inzendster
omtrent „een angstige levenshouding" is een
beetje goedkoop. Het is geen angstige levens
houding, die meer erkenning van de werke
lijkheid, minder mode-nadraverij, meer be-
hccrsching voorstaat.
R. F.
„Een, twoc, stilzitten," riep Tuiincltje uit en hij trok aan het
koordje (want het was nog een echt ouderwetsch toestel), en'
dc eerste foto was dus klaar. Nog even werk en kikker Karei en
Kruimeltje zonden voor altijd bij elkaar zitten. Maar toen ze
zagen hoe dc foto uitgevallen was, toen kikker Karei er wel
op stond, maar niet een heel dikke sigaar, toen moesten ze ver
schrikkelijk lachen en zouden maar gauw een andere kick
makefi.
Tuimeltje wilde de tweede foto nu eens echt goed laten uit
vallen en hij kroop zoover mogelijk met zijn hoofd in het toe
stelletje om toch vooral geen fouten meer te begaan. Maar toen
hij het benauwd kreeg en er uit wilde komen, schrok hij ineens
heel ergHij kon niet nicer met zijn hoofd uit liet kastje en
liep gillend rond. Kikker Karei on Kruimeltje vonden dat zoo
leuk, dat ze heelemaal geen medelijden met hem hadden.
„Help me d'r uit," riep Tuimeltje, maar daar wilden de twee
anderen niets van weten.
„Toe, maak nou eerst even een portret," stelde kikker Karei
voor, maar Tuimeltje zei dat het veel tc donker om hem heen'
was. „Steek dan het bliksemlicht aan," was het snuggere ant
woord van Kruimeltje en dat vonden ze een goed idee. Tuimeltje
cojnmand ae dat ze stil moesten staan c'i toen hield hij een
hjcifer aan de bus bliksemlicht——