De Nederlandsche bloementeelt.
De Gestolen Professor
HELENE CALS Is Woensdag te Amsterdam In het
huwelijk getreden met den bekenden dirigent van het
A.V.R.O.-orkest Nico Treep. Het bruidspaar voor het
•tadhult.
VOOR DEN AANLEG VAN DEN NIEUWEN GROOTEN VERKEERSWEG AMSTERDAM-
ALKMAAR rijn honderdduizenden kubieke meters zand benoodigd.
ZUID-AMERIKA Is door de uitbarsting van drie vulkanen ernstig geteisterd. Ontzaglijk*
aschregens hebben zich over honderdduizenden vlerkante mijlen verspreid. De stad Mendosa
Is het zwaarst getroffen, terwijl ook Buenos Aires ernstig te lijden heeft gehad.
IN DE OMGEVING VAN AMERSFOORT Is Woensdag een jachtrit gehouden, die door het
regenweer van de laatste dagen zeer moeilijk via
PER BRANCARD werden de twee jeugdige slachtoffers, welke op den spoorwegovergang
bij Meppel door een passeerenden trein gegre pen werden en op slag gedood, naar het zieken
huis te Meppel overgebracht.
WANNEER WINTER- OF KOUD VOORJAARSWEER nog geen bloemenpracht o p de velden toelaat, staat de bloemencultuur In de kassen lil het middelpunt der belangstelling zoowel van deskundigen als van den eenvoudige» liefhebber.
In bloementeelt staat ons land aan de spits. Enkele mooie details van dit belan. grijk onderdeel van onzen tuinbouw
FEUILLETON
Een romantisch verhaal uit de
Grieksche bergen.
ERNST KLEIN.
Uit het Duitsch vertaald door B. Zody.
Gedurende den verderen loop hunner ken
nismaking had Ham id Bey meermalen ge
legenheid. zich op gelijke wijze voor dezen
kleinen dienst te revancheeren. Vitus bracht
bijna eiken winter eenigen tijd in Macedo
nië door voor zaken, niet alleen voor zijn
eigen genoegen.
Hamid Boy schreef in het Fransch:
Mijn waarde vriend 1
Ik kan helaas niet meer op u wachten. Ik
moet vertrekken, anders glipt het wild mij
tusschen de vingers door. Ik heb echter al
les geregeld. Gij behoeft slechts naar den
Wali te gaan. die reeds van alles op de hoogte
is en uw papieren dadelijk in gereedheid zal
brengen. In Katherini zullen vier gendarmen
u wachten, om u naar mij toe te brengen. Ik
verheug mij erop, u weer eens bij mij te
hebben en ik hoop, dat wij een aangenamen
tijd zullen doorbrengen.
Als steeds,
Uw Hamid.
Mooi. zeide Vitus. Salomon, jij vertrekt
morgen met- her eerste schip naar Katherini.
Borgt voor paarden en al het overige. Ik volg
fe overmorgen. Ziezoo, en nu wil ik slapen.
Groet Sarah van mij en zeg haar. dat zij
als wij gezond terugkomen, de mooiste kip
moet braden, die in heel Saloniki te krijgen
is.
Den volgenden morgen werd er aan zijn
deur geklopt. Hij sprong uit bed en deed open
Voor hem stond de kellner, die hem een klein
couvert overhandigde.
Dat is zooeven voor u afgegeven, mijn
heer.
Een klein couvert-, fijn papier en Vitus
hield het onder zijn neus „Chevalier
d'Orsay"Het adres was sierlijk en toch
flink, krachtig, bijna geschreven. Zijn hart
begon luid te kloppenMet bevende vin
gers scheurde hij het couvert open.
Zijn eigen kaartje viel eruit, dat wil zeg
gen. het kaartje van Peter Miller der firma
Anton Miller en Zoon. De valsche naam was
doorgestreept en de goede ervoor in de
plaatst gezet.
Daaronder stond in het sierlijke vrouwe
handschrift:
Men heeft niet voor niets een gezicht,
dat iedereen kent. Men weet hier, wie gij zij t,
Vitus Thavon! Wees dus gewaarschuwd!
Toen was Vitus Thavon voor het eerst ln
zijn leven verbluft.
ACHTSTE HOOFDSTUK.
Vitus Thavon begeeft zich op verboden
terrein.
Hij wierp de deur open en trad naar buiten
op het balcon. Daar vóór hem strekte zich
de heerlijke blauwe golf uit. De witte huizen
langs het strand schitterden in het zonne
licht. Ver weg. in "net Zuiden, verhief zich
loodrecht uit zee de massieve vorm van
den Oiympos, scherp omlijnd in de klare
morgenlucht, bijna tienduizend voet hoog.
Als zilver glansde de sneeuw op de toppen
een waarlijk trotsche heerlijke berg.
Vitus begroette hem met een buiging en
verdiepte zich vervolgens in het raadsel, dat
het kleine, naar „Chevalier d'Orsay" geuren
de couvert, hem had opgegeven. Eigenlijk
had hjj trotsch kunnen zijn. Twee zulke
mooie vrouwen hadden hem herkend
Maar hoe ter wereld moest hij er achter
komen, wie van de twee het kaartje ge
schreven had? Misschien beiden tezamen?
Wellicht had de eene bij het schrijven over
den schouder van de andere gekeken? Vitus
besloot dit raadsel op te lossen alvorens
hij naar Katherini vertrok. Dus heden nog!
Katherini! Oiympos! Daar wachtten Ha
mid Bey. Salomon, de arme professor en de
bandieten! Daar wachtte zijn taak! Ten
slotte ging die toch voorEen gedachte
schoot hem door het hoofd, een vermetele,
roekelooze gedachte. Als zijn incognito hem
toch niet- baatte, dan kon hij wel wat ris-
keeren. Om van overleggen tot handelen
over te gaan, had Vitus nooit veel tijd noodig
Hij kleedde zich aan ging naar de redactie
van de „Union et Progrès", de voornaamste
courant van Saloniki en had met den klei
nen Spanjool, die het blad redigeerde, een
kort onderhoud.
Toen het blad dien middag verscheen,
stond daarin vlak naast hot hoofdartikel de
volgende mededeeling:
Naar wij vernomen, is onze beroemde
collega, de heer Vitus Thavon. speciaal cor
respondent van de „Welt", gisteravond te
Saloniki gearriveerd, om professor Mar this
die door Grieksche bandieten ontvoerd is,
te zoeken. Wie Vitus Thavon kent, zal er
niet aan twijfelen, of hij zal hem vinden.
De heer Thavon was zoo vriendelijk ons te
beloven, dat hij ons van het- verloop zijner
nasporingen op de hoogte zal houden.
Vitus knikte tevreden, toen hij het las.
Voor ce vleiende betitelingen was hij niet
verantwoordeiijk, maar het doel, dat hij be
reiken wilde, konden ze eerder ba-ten dan
schaden.
Des middags zat hij bij den consul-generaal
Het bezoek bij den Wali was reeds gebracht,
de papieren bevonden zich in zijn zak
en nu genoot hij met innig welbehagen van
de Turksche koffie, die zijn gastheer hem
voorzette.
Deze wees op het bericht in de „Union et
Progrès".
Wie u niet kent, zeide hij, zou ge-
looven, dat u reclame voor uzelf wilt. maken.
Maar nu U hebt toch zeker een bedoeling
met dien onzin!
Dat is geen onzin, dat is een val!
En wie moet in die val loopen?
De heeren bandieten.
Ik begrijp er niets van. U bent altijd
een waaghals geweest, waarde vriend, maar
u zoo op een presenteerblaadje aan te bieden,
dat grenst toch aan waanzin. Inplaats van
met een gevangen professor, zal ik mij spoe
dig met een omgebrachten Journalist hebben
bezig te houden. Het eene is mij even anti
pathiek als het andere.
Afwachten, geëerde magistraat! Heeft
men van de bandieten zelf nog niets ge
hoord?
De consul-generaal wist al even weinig als
de Wali. Er was meer dan een halve week
verstreken sedert den overval en de bende
had nog niets van zich laten hooren. Blijk
baar wilden zij eerst hun gevangene in veilig
heid brengen, voor zij de onderhandelingen
openden. De consul verwachtte eiken dag hun
bode. Noch hij, noch de Turksche autoriteiten
hadden er eenig vermoeden van, wat voor
een bende 't was, die den professor ontvoerd
had.
Ik vermoed, dat het geen Turksche Grie
ken, doch Grieken uit het koninkrijk zijn.
eindigde de consul zijn verslag. Zij hebben
hier hun spionnen natuurlijk gehad die
oude gek van een professor heeft het luid
genoeg rondgebazuind, dat hij naar Koto-
noplos wilde. Het nest ligt niet ver van de
grens in één dag zijn zij er over. den
volgenden terug. Ik ben nieuwsgierig, wat zij
zullen verlangen.
Nu, aan bescheidenheid gaan de kerels
zich gewoonlijk niet te buiten. Enfin, wij
zullen zien, welke uitwerking mijn klein be
richt heeft.
Vitus liet zich een derden kop koffie In
schenken en ging op een ander onderwerp
over.
Vertel mij eens. begon hij. Is u iets
over Apoliodorus Xymatis bekend'.'
Hm! er va!t eigenlijk niet veel in
zijn nadeel te zeggen. ECn schatrijk man.
die zich weinig om politiek bekommert
Ik dacht, dat hij hier als leider der
Grieken gold
Nominaal. ja. Maar Ik geloof, dat
bij hem de zaken voorgaan. Overigens i.s hij
een intiem vriend van Talaat en D.schavid.
Leeft zeker op grooten voet?
Dat zou ik denken! Nu, hij heeft ook wel
een en ander, dat de moeite waard is om
te laten zien! Een prachtige villa, een schit
terenden tuin en de mooiste vrouw van den
heelen Levant.
Z-o-o-o-o? Vitus onderdrukte een geeuw.
Zijn gastheer maakte zich boos.
Als u haar zag. dan zoudt u geen lust
tot gapen meer hebben, verklaarde hij.
Het maken van poëtische vergelijkingen Ls
niet bepaald mijn sterke zijde, maar toch
beweer ik. dat die vrouw zoo mooi is als een
engel uit het paradijs.
Nu, zoo poëtisch is die vergelijking niet.
Eerder een beetje afgezaagd. En dan een
engel uit het paradijs!
Zoo? Nu, dan hoop ik, dat u madame
Xymatis eens zult leeren kennen! Of haar
zuster!, want die is namelijk even mooi!
Vitus strekte zijn lange beenen uit, voor
hij zijn pijl afschoot.