STA TEN- GENERAAL.
De motie-Knottenbelt ingetrokken.
Waarschuwing
Wood-MiSite ^edc»^en BULLDOG hakken
23.50
H. J. v. LEEUWEN's „MEUBELHUIS",
ONDERLINGE
NERGENS
VOORDEELIGER
HAARLEM'S DAGBLAD
DONDERDAG 21 APRIL 1932
TWEEDE KAMER.
Het doel bereikt doordat de tongen los kwamen. De regeering
wil geen dwang tot loonsverlaging. Maar haar wel stimuleeren.
W;j moeten naar lager niveau.. De motie-Hiemstra wordt
verworpen. Men wil geen Planwirtschaft. Ruzie tusschen de
heeren Kersten en Colijn.
20 April.
Gelijk wij Woensdag meldden nam de
Kamer met 73—1 stem het wetsontwerp-
I Ebels aan, dat maatregelen treft voor de ver-
laging van de pachtprijzen uit loopende
pachtcontracten, wanneer daartoe aanlei
ding is. Alleen de heer Wijnkoop stemde
tegen.
De heeren Ebels en Oud zullen het ontwerp
tn de Eerste Kamer verdedigen.
Eindelijk is de behandeling van de motie-
Knottenbelt geëindigd. De motie-Knotten
belt werd ten slotte ingetrokken. Alleen zal
er nog gestemd moeten worden over de
motie-Hiemstra, die een „Planwirtschaft"
Wenscht in te voeren.
Vandaag hebben nog gesproken de heeren
Colijn en Kuiper, vervolgens Dr. v. d. Heide,
die den heer Kersten wilde duidelijk maken,
dat de crisis bepaalde, duidelijk sprekende,
oorzaken heeft en dat niet „de zonde" als
zoodanig mag worden aangemerkt. En ten
slotte de heer Albarda, die de gelegenheid
aangreep om Dr. Cdlijn nog enkele tegen
argumenten toe te dienen.
De heer Colijn heeft betoogd, allereerst,
dat de regeering niet dwingen mag of moet
tot loonsverlaging, al zal dan ook z.i. loons
verlaging voor de maatschappij noodig zijn.
Hoe noodig ook, loonsverlaging acht ook Dr.
Colijn niet het eenige middel, om tot verla
ging der productiekosten te komen. En bo
vendien geloofde hij niet, dat een fundamen-
teele crisis-oplossing door ons land te geven
is. Om dit te onderstreepen, vestigde hij nog
op groote landen de aandacht: wat Enge
land en Duitschland deden om den toestand
te verbeteren is op niets uitgeloopen, heeft
althans niet gebracht wat er van verwacht
werd.
Vooral moeten meende Dr. Colijn in
de exportbedrijven de loonen naar beneden.
Export is noodig, val ons land het leven hou
den, wil ons talrijk volk het leven kunnen
houden. Maar de arbeiders in die bedrijven
zullen daarvoor compen.fatie moeten ontvan
gen in verlaging van de productieprijzen en
van de huren. Ook de tarieven van de over
heidsbedrijven zullen naar beneden moeten,
door loons- en salarisverlaging. Ook wan
neer niveaudaling zou uitblijven zelfs
wanneer de regeering daartoe stimuleeren wil
-dan zullen toch na eenigen tijd de econo
mische feiten wel tot verlaging dwingen. De
motie-Knottenbelt uit te voeren achtte de
heer Colijn daarvoor niet noodig.
Dr. Colijn verzette zich evenzeer tegen de
motie-Hiemstra. De heer Albarda sprak Dr.
Colijn en niet ten onrechte tegen, dat
er thans overal reeds van een nationale
Planwirtschift sprake is door de c on tin gen-
teeringsmaatregeleir, een plan, dat nog niets
dan ellende bracht. Maar aan den anderen
kant kwam de heer Albarda wel tot het uit
spreken van een volledige identiteit tusschen
„Planwirtschaft" en .socialisatie". Dat door
deze verklaring de motie-Hiemstra in het
licht gezien werd van een volledige congruen
tie tusschen beide begrippen is duidelijk. Ook
dat de minister van Arbeid haar afwees en
ook dat ze, wanneer ze morgen in stemming
komt, zal worden afgewezen.
De heer Albarda wist 't overigens te waar-
öeeren, dat de heeren Slotemaker en Colijn
van een dwingend ingrijpen op de loonen
niet wete nwilden. De regeering het bleek
duidelijk uit de woorden van Mr. Verschuur
zal tot dwang evenzeer niet overgaan.
Maar wel wil de regeering stimuleerend op
treden. Wijl ze het bereiken van een lager
levensniveau noodzakelijk acht.
De R.-K. arbeidersafgevaardigde Kuiper
betoogde al evenzeer, dat hij niet a priori te
gen loonsverlaging is, wanneer deze noodza
kelijk zou zijn. Hij verweet wol de werkge
vers, dat zij nog geen loyale poging hebben
gedaan om tot overeenstemming te komen.
Hij zelf zeide heelemaal geen behoefte te
hebben aan krachtmetingen. Aan den ande
ren kant keurt hij ook de gedachte af. dat
de arbeiders zich niet zduden te bekommeren
hebben om de productiekosten. Er kunnen
oogenblikken komen, waarop het volksinko
men den loonstandaard niet meer dragen
kan. De heer Kuiper hoopt, dat samenwer
king iets zal kunnen doen bereiken.
Gelijk gezegd, ook minister Verschuur
acht loonsverlaging in de exportbedrijven
zeker, absoluut geboden. Hij koos zich een
argument uit het steeds stijgende aantal
werkloozen. Maar geen loonsverlaging door
dwang! Zeker niet door de ontbinding van
contracten, zooals Mr. Knottenbelt wilde.
Diens motie noemde hij een revolutionnaire
motie. Het motie-debat was overigens meer
een algemeen crisisdebat geworden en daar
om zei Mr. Verschuur, ietwat plagend, dat
de motie-Knottenbelt „een zekere rol" in het
debat heeft gespeeld-
De minister hield den heer Knottenbelt
voor, dat het wel mogelijk is, contracten te
ontbinden, maar dat daartegenover de re
geering geen nieuwe rechtsverhoudingen
scheppen kan. Waarom alleen reeds de uiter
ste voorzichtigheid geboden is.
Ook Mr. Verschuur ziet 't als noodzakelijk
dat, wanneer in de exportbedrijven de loo
nen naar beneden gaan. de arbeiders daar
voor een compensatie moeten vinden in de
verlaging van de kosten van levensonder
houd. door de loondaling elders, b v. in de
beschutte bedrijven en in huurverlaging.
Minister Verschuur hoopt hier door onder
ling overleg iets te bereiken, wijl het loon in
de gezamenlijke productie kosten een veel
grooteren invloed heeft, dan oppervlakkig
wel eens gemeend wordt. Vooral is dit het
geval in de bouwbedrijven. De regeering wil
alles doen b.v. door bouwcredieten om
de bouwbedrijvigheid te stimuleeren. Door
meer woningen zullen de huurprijzen dalen.
Minister Verschuur hoopt voorts door pu
blicatie van prijzen en kosten van den Mid
denstand de kleinhandelprijzen naar bene
den te werken.
Maar van inflatie wil de bewindsman in
het geheel niets weten. Hij achtte discussie
daarover, zonder tevens de deuren te sluiten
„bepaald staatsgevaarlijk". Hij wees op het
voorbeeld in Duitschland, dat weet wat in
flatie is, maar er in geen enkel opzicht toe
wil overgaan.
De motie-Knottebelt werd ingetrokken. De
voorsteller zeide zijn doel te hebben bereikt,
nu een debat over loonsverlaging werd ge
houden.
Het slot van de discussie was een heel
scherp debatje tusschen Ds. Kersten en Dr.
Colijn over de sociale verzekering. De laatste
verweet den eersten daemagogie Dr. Co
lijn werd tot de orde geroepen en leugen.
Daemagogie, terwijl Ds. Kersten beweerde,
dat het de a.r. groepeering koud laat of de
'kinderen honger of gebrek lijden, wanneer de
zegeltjes maar geplakt worden, wijl hij
sprak van z.g. Christelijke heeren en de a.r.
groep verweet de verarmde boeren te trap
pen, zonder mededoogen.
We erkennen: de woorden „daemagogie"
en „in strijd komen met het 9e gebod" zijn
wat sterk, maar inderdaad: Ds. Kersten had
ook enkele, laten we zeggen, zeer onvriende
lijke woorden gebezigd.
Zoo was het slot van de behandeling der
motie-Knottebelt.
EERSTE KAMER.
Wijziging der departementale
indeeling.
De Senaat nam z.h.st. het ontwerp aan
betreffende nieuwe indeeling dér departe
menten. Minister Ruys beloofde ook hier in
de komende maanden naar een ideale de
partementale indeeling te zullen zoeken en
deelde, namens minister Verschuur mee,
dat deze ernstig de noodzaak zal overwegen
van de aanstelling van een Directeur-gene
raal van den Landbouw.
INTIMUS.
LETTEREN EN KUNST
Jacob van Lennep.
ER ZIJ RECHT.
Huldiging van den heer
H. J. J. van Zandbergen.
Het tooneelspel Er zij Recht, dat Jacob
van Lennep gisteravond heeft gegeven, is hier
vroeger reeds door Cremer onder den titel
Fiat Justitia en later op een wedstrijd
door Vrije Werkkring uit Amsterdam
speeld.
De Duitsche schrijver behandelt in dit stuk
het geval, dat een officier van justitie In de
noodzakelijkheid komt zijn eigen zoon aan
te klagen. Het is opmerkelijk, welk een voor
liefde auteurs steeds voor deze toevalligheid
hebben getoond. Men behoeft dan ook niet
bepaald een tooneelneus te hebben om bij
Mr. Brandenburg's ernstig vertoog tegen
vrouw Wild, dat de ouders door hun opvoe
ding verantwoordelijk zijn voor de zonden
van hun kinderen te voorspellen, dat dit in
een der volgende bedrijven aan den officier
van justitie in eigen persoon zal worden ge
demonstreerd.
Het toeval speelt in dit stuk wel een zeer
groote ro.l De schrijver was niet tevreden
met den vader als officier van justitie tegen
over zijn eigen zoon te plaatsen, hij vond
het ook nog noodig dezen openbaren aan
klager ee"n rechter als president van de
rechtbank te geven, die zijn eigen broer zag
veroordeelen en sterven door het al te
streng requisitoir van een jong substituut
officier dietoevallig al weer één en de
zelfde persoon was als de strenge officier van
justitie uit dit stuk. Dat zijn van die toeval
ligheden. welke een stuk allerminst ten goe
de komen.
Er is veel in „Er zij Recht", dat men niet
onder de critische loupe moet bekijken. Zoo
zou men kunnen vragen, hoe het mogelijk is.
dat een schrander officier van justitie de
eenige kan zijn, die niet in de gaten heeft,
dat zijn zoon een eerste klas boemelaar en
doordraaier is, iets, dat wij op het eerste ge
zicht al wisten. Om tot den „moord" te ko
men in zijn stuk was het noodig, dat Ott-o
von Brandenburg de ongeloofelijke dwaas
heid beging uit vrees voor zijn vader
zich aan handen en voeten te binden aan
een vrouw als Mirzel Schmidt, door een
schuldbekentenis te teekenen van geleend
geld, waarvoor elk wettig bewijs ontbrak. Het
was niet alleen Mirzel, maar de auteur, die
kon zeggen: „Ziezoo, nu heb ik je! Nu kun je
den moord begaan!" Heel die scène is van
een opzettelijkheid, die artistiek absoluut
onverantwoord is.
Maar dit alles kon Carl Schuller blijkbaar
weinig schelen. Het was hem alleen om de
speelscènes te doen. Daarom ook heeft hij
de geschiedenis van Kaspar Wild een veel
te lange inleiding in zijn stuk gebracht.
Zij biedt gelegenheid tot dramatisch spel.
dat door het publiek steeds dankbaar wordt
aanvaard- Trouwens als „speelstuk" heeft
„Er zij Recht" ongetwijfeld verdienste. Heel
het drama is feitelijk om de speelscènes al
leen geschreven en dan vergeten de toe
schouwers al spoedig, hoe een auteur tot
die scènes komt. Het tooneel en niet het le
ven wordt dan hoofdzaak.
De voorstelling van Van Lennep was wat
ongelijkmatig, maar had zeer goede momen
ten, vooral in het eerste bedrijf, dat verre
weg het best gespeeld is. Die inzet van I met
den scherp gemarkeerden officier van jus
titie een uitstekenden rol van den heer
Van Hemert de ontroerend gespeelde
vrouw Wild de beste rol, die ik tot nu toe
van mevrouw Lingeman heb gezien den
soberen en toch overtuigenden Kaspar Wild
van den heer de Vries, de bescheiden en
gevoelige Liesbeth van mevrouw Tuninga,
den geestig getypeerden bode van den heer
Tuninga en den in zijn spel zuiver reagee-
renden gevangenisbewaarder van den heer
Groeneweg beloofde zelfs heel veel..
Heel da: bedrijf werd niet alleen in den
goeden stijl, maar ook sterk gespeeld en öe
regie verdient lof voor de stemming, welke
zij in I heeft weten te brengen, Het'
wat melodramatisdhe tooneel tuschen Vrouw
Wild, Kaspar en den Officier van Justitie
maakte indruk en het was hierin vooral, dat
mevrouw lingeman zich onderscheidde en
de Vries knap tegenspel gaf.
De volgende bedrijven brachten geen climax,
wat voor een deel aan tegenwerkende om
standigheden moet worden toegeschreven. De
heer Van Zandbergen speelde met zware griep
en kon zich dus in zijn belangrijke rol niet
geven, zooals hij wilde. Dat was wel heel
jammer, daar het toch zijn jubileum was en
hij het stuk had gekozen. De edelaardige
rechter kreeg van Van Zandbergen nu niet
de volle maat, ai was er in zijn dictie zeer
veel te waardeeren. En de heer de Lugt, hoe
wel blijkbaar geen onverdienstelijk speler
kon niet geheel tegen ae zware rol van O:~o
op. Deze figuur eisebt sterker spel, vooral in
in, wanneer hij door angst om de gevolgen
van den moord wordt opgejaagd. Door het te
zwakke spel van Otto kwam thans bijvoor
beeld het tooneeltje met den commissaris
den heer Geeüs onvoldoende tot zijn
recht.
Mevrouw Groeneweg ook al gehandicapt
door griep maakte wel niet geheel den in
druk van een Weensche courtisane, maar zij
speelde haar dankbare scène met entrain en
het noodige aplomb, zoodat zij er een ver
diend succes mee oogsttte. De heer Visca
bracht even een komische noot met zijn ver
schijning als advocaat Schneller, al paste
zijn spel meer in een blijspel dan in dit
tooneelspel.
Wie zijn rol tot het laatst .toe beheerschte,
was de heer Van Hemert. De kapper had
hem een markanten, aristocratisch en
meer Fransch dan Duitschen kop ge
maakt en de domineerende figuur, die hij
hierdoor uiterlijk was, bleef hij ook in zijn
spel. Deze officier van justitie is een van de
beste rollen door Van Hemert gespeeld. Van
Hemert toonde weer een dramatische rol te
kunnen dragen en de groote momenten kwa
men bij hem dan ook volkomen tot hun recht.
Uitstekend was ook zijn luisteren, waarbij hij
en hoe weinig dilettanten kunnen dit
evenzeer spel gaf, als wanneer hij sprak.
Voor Van Hemert en mevrouw Lingeman
was gister wel voornamelijk het succes, dat
niet gering was.
Na afloop der voorstelling heeft Jacob van
Lennep den heer H. J. J. van Zandbergen,
die 12 1/2 jaar werkend lid der vereeniging
is, gehuldigd. Terecht roemde de voorzitter
van Van Lennep, de heer J. Maris, Van
Zandbergen's bescheidenheid en ernst. Van
Zandbergen is een dilettant, die zich nooit
ten koste van anderen op den voorgrond
plaatst en van alle rollen, die men hem op
draagt - tzij kleine of gToote - altijd evenveel
werk maakt. Zijn rolkennis is steeds prefect
en hij geeft altijd het beste, dat hij te geven
heeft. Dit alles mocht wel eens gezegd wor
den en de heer Maris deed dit dan ook
onder aanbieding van een krans in een
speech, die klonk als een klok.
Van de prettige samenwerking en de
vriendschappelijke verhouding van de wer
kende leden met den heer Van Zandber
gen getuigde ae heer M. de Vries, die ook
weer de bescheidenheid van den nooit naar
persoonlijk succes jagenden jubilaris roemde.
En in zijn hulde betrok de heer de Vries
ook mevrouw Van Zandbergen, die haar man
in alles steeds trouw bijstaat. Namens de
werkende leden en het bestuur bood de heer
de Vries een gouden ring aan, waarbij me
vrouw Co van den Berg zich met bloemen
aansloot.
De heer Van der Storm was de woordvoer
der van het huldigingscomité en overhan
digde met woorden van waardeering den
heer Van Zandbergen een gouden horloge
met inscriptie en een rookstel, terwijl me
vrouw van Zandbergen bloemen kreeg.
En nog was het niet gedaan met de hulde.
Bloemen van de Kon. Letterl. Ver. Cremer,
van de tooneelver. Phoenix uit Zandvoort en
van vrienden en kennissen werden opgedra
gen en zoo kreeg het tooneel langzamerhand
dat feestelijk aanzien, waarvan wij in de
laatste jaren bij jubilea van dilettanten zoo
dikwijls getuige zijn geweest.
„Ik zelf heb nooit, geweten, dat het zoo'n
verdienste was 121/2 jaar lid van een dilet
tanten-vereeniging te zijn!" aldus de heer
Van Zandbergen, in zijn korte toespraak,
waarin hij allen dank zei voor de hulde hem
gebracht. Zoo'n verdienste is dat ook zeker
niet, maar het maakt een verschil, hoe men
het is en het is zeker geen geringe lof, als
men van een dilettant-tooneelspeler op zijn
jubileum zegt, dat hij steeds bescheiden is
gebleven. En hierom vooral waardeert Van
Lennep den heer Van Zandbergen, zooals
gisterenavond in dit hartelijk jubileum wel
heel duidelijk tot uiting is gekomen.
J. B. SCHUIL.
HET TOONEEL
Arb. Tooneelvereeniging „Vooruitgang'
„Drie Wijze Gekken.'
De „Drie Wijze Gekken" schijnen voor di
lettanten een groote aantrekkelijkheid te
hebben. „Vooruit-gang" had er voor haar slot-
voorstelling in dit seizoen nu ook haar keuze
op doen vallen. Men had nu eens niet Heyer-
mans willen spelen, maar voor afwisseling
een blijspel genomen, zoo vertélde vóór het
begin van do voorstelling de heer H. van
Dokkum, die, of-schoon thans te IJmuiden
wonende, niet geaarzeld had, nu de regisseur
van „Vooruitgang" die vereeniging plotseling
verlaten had, de regie van dit stuk op zich
te nemen en dus zijn oude vereeniging niet
in den steek had gelaten.
Je zou zoo zeggen, dat deze wijze gekken
nu wel langzamerhand doodgespee'.c zijn.
maar de leiding van „Vooruitgang" heeft
gemeend, dat hun weer nieuw leven moest
worden ingeblazen. DÉt hebben we te aan
vaarden en dan moet worden erkend, dat de
werkende leden blijkbaar bij het instuceeren
hun uiterste best hebben gedaan. Verder dar.
een tamelijk goede opvoering, maar met heel
weinig relief, hebben zij het echter niet ge
bracht. Uit. verschillende scènes was veel
meer te „halen" geweest. Die van den inval
van Benny Suratt in de woning der drie
oude heeren deed het bij voorbeeld niet. Er
zat geen gang en geen spanning in; alles was
te effen. Sydney, wier spel trouwens aldoor
veel te vlak was, hep naar het raam om de
politie te waarschuwen als was dit de ge
woonste zaak van de wereld: van eenige felle
bewogenheid was geen sprake. En Benny
zocht naar den rechter, als zocht hij 'n paar
handschoenen, die hij had laten liggen; neen
hier niet. dan daar maar'.? kijken!
Mr. Fir.öley, de bankier, stak na boven
de anderen uit. Hij gaf cien or. die bij
voorbeeld Dr. Gaunt absoluut ontbrak. Meest
al bracht deze het bij zijn uitbeelding niet
verder dan de voorstelling van een zeurig
heer, die bovendien door zijn grime eerder
den indruk maakte van een man van 'n jaar
of 30, 35, die al door zijn haren is heen-
gegroeid, dan van een dokter op jaren.
Rechter Trumbull was voldoende, maar als
je in een boon eetstuk 'n pruik draagt-, moet
die ook goed zitten en als de pruik grijs is,
niet bij de ooren donker haar komer. uit
kijken.
De huisknecht, Gray en Mrs. Potter von
den een goede vertolking en ook Fred had
wel goede momenten.
De souffieuse ging in *t begin wat al te
zeer in haar rol op.
Het publiek apprecieerde de voorstelling
buitengewoon en viel van den eenen schater
lach in den anderen. Luid applaus loonde
de spelers.
Na afloop van de voorstelling kreeg de heer
van Dokkum een bloemenmand met woorden
van hartelijken dank. door „Fred" namens
„Vooruitgang" gesproken.
E.
MUZIEK.
Kinderkoor „De kleine Stem".
Eerst kwamen ons de kinderen vertellen
in hun mooie frissche „Vacantiefeestlied",
waarheen dit jaar de zomertocht- zal gaan.
Van zes tot elf Augustus gaan de jeugdige
zangers naar Enschedé, en in die dagen zul
len ae ouders die hun kinderen goed bezorgd
weten, gastvrijheid verleenen aan het kinder
koor uit Dordrecht, dat evenals ,De kleine
Stem is aangesloten aan den Bond van Ar-
beiders-zangvereenigingen. Dat zal weer een
prettige vacan-tie geven, nu er zulk een
mooi en afwisselend programma is ingestu
deerd. De heer Jan Post koes een paar mooi
klinkende zangen van Hendrika van Tussen
broek en ging daarbij, zooals zijn gewoonte
is, alles instudeeren met de viool, terwijl hij
ook weer niet verzuimde, de stemmen verder
te ontwikkelen door voorzingen. Dat was
goed te hooren. Want niet alleen dat weer
bij de kinderen de kopstem geheel naar eisch
was ontwikkeld, maar er was ook het opmer
kelijk zuiver-zingen. Het gaf den directeur
niet de minste moeite ,om alles op toon te
houden. Wil men beschaafde kinderzang hoo
ren, zoo raad ik het bijwonen eener uitvoe
ring van dit kinderkoor niet te verzuimen.
Meen nu niet dat er een klein koortje staat
te zingen: op het podium was geen plaats
meer, en over de geheele linie: bij de groctere
meisjes, bij de heel kleine, bij de jongens
was alles in de puntjes. Aan de ontwkkeling
van het gehoor is voorts (met. betrekking tot
ae trefzekerheid) ook zorg besteed, want
Nico van der Linden maakt het de kinderen
in zijn koortje „De koeien en de ganzen" niet
gemakkelijk. Halve toon-dissonanten, ge
waagde overgangen, het kostte blijkbaar geen
moeite en daarbij bleef alles aangenaam
klinken voor het gehoor, terwijl smaakvolle
fraseering het genot van het aanhooren zeer
verhoogde.
t Hoofdwerk van dezen avond werd draadloos
uitgezonden dcor de V.A.R.A. Het was de
cantate „Lente" van Anna Lambrechts-Vos.
Een wonder zou het mogen heeten, wanneer
ook in deze omvangrijke cantate, na den
inspannenden vooravond, alles zonder uit
zondering ongerept zuiver had geklonken.
Daar de radio ook de geringste onzrrtvertwfd
vergroot overbrengt, zal het slotdeel van
„Jonge muschjes" wel eenige wrijving heb
ben gegeven, al is het stellig niet- heel sto
rend geweest. Maar voor het overige klonk
ook hier weer liet geheel zóó frlsch, cn daar
bij zóó natuurlijk en ongedwongen, dat het
eind der cantate nog onverwacht spoedig
kwam.
Een lief melsjes-sopraant-je zong de solo
partijen, waaruit ik vooral heb onthouden
..Eindlijk was de torenhaan"- Zóó zingen al
leen kinderen, en wij kunnen het nooit ge
noeg hooren. Voorts waren ook de alten
mooi in ..Nu ligt de tuin zoo stil", cn luister
de men ademloos naar het koor der grootere
meisjes, dat in 't lagere register de twee
daaropvolgende strofen zong. De tekst ('t is
jammer) is wat huisbakken, en de muziek,
op Gade's veel gebruikte leest geschoeid, kan
dit euvel niet overal verhelpen. Het was
prettig, dat de pianiste, Mej. G. v. d. Haak
den vleugel zoo mooi deed klinken en zoo
hoogst volgzaam begeleidde. Nu ontstond een
klankbeeld, dat althans voor het oor geen
wenschen onbevredigd liet. Het moet ook
voor de kinderen een feest zijn geweest, na
zooveel inspannende repetities deze cantate
zóó mooi te kunnen uitvoeren. Niet minder
voor den heer J. Post zal het een buitenge
wone voldoening hebben gegeven, nu hij
ongetwijfeld zijn wenschen zóó zag bevre
digd. Het is waarlijk geen kleinigheid, een
hcelen avond een kinderkoor ongerept zui
ver te laten zingen, en 't mag hem een vol
doening zijn, dat hij in dit opzicht hier ter
stede zonder rivalen is. Maar boven dit al
waardeeren wij in hem de zorg, waarmee bij
de kinderstem behandelt. Dit is waarlijk voor
beeldig.
De medewerking der accordeon-vercenl-
ging „Crescendo", al is in het kader dezer
korpsen haar werk zeker te prijzen, viel
eenigszins uit den toon van 't geheel- Naast
kinderzang past eerder vioolspel of solo
zang. Mia Peltenburg kwam, heel jong nog,
voor 't voetlicht met Loots' kinderliederen.
Sepha Jansen (Mevrouw van Beinum)
speelde viool, en wie 't hoorde, weet het nog
als de dag van gisteren, hoe deze uitvoe
ring van Jan de Nobel's groote „Haar
lem's Kinderkoor" een blij gebeuren werd.
En de kinderen namen cr wat van mee.
G. J. KALT.
RIKA HOPPER NAAR WEST-INDIc.
Bij het gezelschap, dat onder auspiciën
van het Algemeen Nederlandsch Verbond
een kunstreis onderneemt onder leiding van
Willem van der Veer naar West-Indië en
Venezuela heeft zich thans definitief Rika
Hopper verbonden.
Het vertrek is bepaald op 3 Juni met het
stoomschip „Crynsen" van de Koninklijke
Nederlandsche Stoomboot Maatschappij.
BETTY AMANN.
Eenige dagen geleden gaven wij het be
richt, dat de jeugdige Betty Amann ten ge
volge van een koortsaanval, in Afrika opge-
loopen. in Londen overleden was.
De N. R. Ct. meldt thans, dat dit bericht
In de Filmkurler pertinent tegengesproken
wordt: Betty Amann bevindt zich gezond cn
wel in Londen waar zij. volkomen genezen
van haar bij haar Afrikaansche expeditie
opgeloopen ongesteldheid, aan een nieuwe
film werkt.
Betty Amann verklaart, dat het bericht
niet van haar zelf afkomstig was, daar alle
reclame-bedoelingen haar vreemd zijn.
laat U geen onbekend merk
aanpraten, als zijnde «net zoo
goed"
D© beste rubber, ooit gemaakt
De bekende BULLDOG bakken wor
den heden zóó nagemaakt, dat het
verschil alleen door de naam te on
derscheiden is. Het prijsverschil be
draagt slechts enkele centen,
doch na eenige dagen reeds be
merkt men het enorme verschil in
kwaliteit.
Ook het echte „Wood-Milne rub
berleder" kan nooit vervangen wor
den door de gewone soorten plaat-
rubber. Het geeft U de grootste
besparing, is absoluut antl-slipping en
minstens 3'/a maal sterker dan het
beste leder.
let vooral op hef ronde stempel en
den naam»
I „Bi/efkenschoenmakervericn'/gbaor" I
2 Fauteuils, 4 Stoelen met moquette, moderne garnituren met losse zit
ting, prima moderne moquette f 39.50, f 42.50; eiken Dressoirs f 25.50,
f28.50, f29.75, f32.50 enz.; Thcemcubels f8.95, f 11.90, f 13.90 enz.
Groote geslepen Spiegel (eiken lijst) f8.75, f 9 25. f9.90, f 10.90. Ovale
en ronde eiken Salontafels vanaf f 5.90. Divans f8.90. f1190, f 13.90,
f22.50. Eiken Kapstok f 2.25, dito, modern, f 3.75, f 4.25 enz. Divan-
klccden vanaf f5.25. Tafelklcedcn f3.75. Kapstokk'ecden f2 25; 2-pcr-
soons Spiraalmatras op beugel (systeem Auping) met garantie f 12.90.
2-persoons 3-dcelig Matrasstel met schuine peluw cn 2 kapokkusseiu
f 19.75, f 22.50, f2700. Eiken Rookfautcui! met kussens f 11.50.
ZIE ETALAGE 40
OUDE GROENMARKT 26, HAARLEM.
Brandwaarborgvcrecnlglng
<oor de gemeente
Haarlem
Kant oor: Z. B. SPAARNE 126
Tolcfoon 16492
Opgericht 189 2
bij zoo
V0LLEPI8E ZEKERHEID.