BRIEVENBUS. Brieven aan de Redactie van de Kinder-Afdeeling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG ZEEMAN, Marnlxstraat 20. ZILVERSCi OON. Je raadsel ls goed. LUCIFER. Heb je het nieuwe pak al aan gehad? 'k Ben zoo blij dat je wat netter en duidelijker gaat schrijven. W. v. d. L. Dat was een heele filosofische brief hè? 't Is wel eens goed. dat een mensch verder denkt dan zijn neus lang Ls. We hebben reeds lang Ingezien, dat geld en ge luk twee heel verschillende dingen zijn- DE KATUIL. De raadsels waren niet zoo gemakkelijk, maar jij wordt zoo knap ln 't oplossen. Hoe ls 't er nu mee? Dat die lastige griep maar niet uit jullie huls wou vcrtreKKen. Ik hoop, dat Je weer gauw naar de tuintjes mag. Je raadsel ls goed- ROSEKROONTJE. Wat heb je gezellige verjaardagen gevierd. Be doel Je Velserbeek? Anders weet Ik geen bosch bij IJmuiden. GOUDHAARTJE. April roert zijn staartje. Dat rijmt. Toch wordt het Lente. Wat prettig, dat jullie uitvoering zoo goed van stapel is geloopen. OPTIMIST. Echte bollendag moet het nog worden. Misschien de volgende weck en anders zeker een week later. HAAKSTERTJE. Hebben jullie al bloemen in den tuin? Met je zo merjurk zou lk me maar niet al te veel haasten. April doet nog wat hij wil. Heb je den nieuwen blazer al aangehad? Wanneer krijg je het Flo- ralia-plantje? Ik zou een geranium kiezen. CHRISTIAAN W. Ik heb niet zooveel plaats om groote brieven te schrijven. Dan koipt het verhaaltje in het gedrang, 't' Is nog niet zoo gemakkelijk om elk wat wils te ge ven. DANSERESJE. Je behoeft dus niet ver te loopen voor den zang. Hoe gaat het met de goudvisschen? Jullie hebben er heel wat. REINAARD. Heb Je 't nog al tijd zoo druk? Wat prettig om nog zoo'n vroolljken opa te hebben. Ik geloof vast. dat je straks op je rap port vooruit bent gegaan. HANDWF.RKSTERTJE. - Is de schoonmaak haast achter den rug? Ga je dikwijls naar den IJ-wcg? Wanneer zal 't schoolreisje plaats hebben? PRINSES ZONNEGLANS. Wie is Je beste vriendin? Hebben jullie nog een speelveld ln de buurt? DUINPIEPER. Dus jij zat te piepen van de kou. De Stadionmen- schen zullen Zondag zeker geen last van de warmte hebben gehad. Zon dagavond mocht Je zeker niet naar "t feest. Hoe gaat 't nu met Je? ZILVERSCHOON- Deze brief was prachtig op tijd. PRICIIEL. Ja. dat ls pijnlijk, als Je niet slikken kunt. Een volgend jaar mag je zeker Emma-bloempies verkoopen. Te Jong ls een kwaal, die betert met den tijd. Ik ben 't met meneer eens: Je schrift ïou mooier zijn, als je letters wat kleiner waren. Je verhaaltje ls niet onaardig Toch niet mooi genoeg om geplaatst te worden. Daarvoor moet ook het pa pier aan één zfjdc beschreven wor den. MARIETJE- Dat ls een moei lijke tUd voor je geweest. Misschien vallen veel dingen nog niet mee. Maak ervan, wat je kunt. Natuurlijk mag jc wel eens komen praten. Liefst 's avonds na half 9- STRANDJUTTERTJE. Hebben Jullie dikwijls onderlinge wedstrij den? Gefeliciteerd met je diploma. Had je het liooeste aantal punten? Heb je ln de Zandvoortsche krant gestaan? Je raadsels zijn goed. GRUTTO. -- Misschien kun je van een ander Rubrlekertje de voorgaan de nummers van knipperdolletje krijgen. Ik kan me begrijpen, dat je pop nu veel kleertjes heeft. Trek je haar lederen dag een andere jurk aan Wanneer komen de stecnen kindertjes naar bulten? Ja. raadsel en G tellen toch goed. BOKSTERTJE Heb Je moeder flink door den schoonmaak heen ge holpen? Je verlangt zeker erg naar Hemelvaartsdag? Waar komen Jul lie bij elkaar? SCIIRIKKELKINDJE. Kun je dl los fietsen? 't Was wel een te leurstelling, dat 't alle dagen re gende- Was je pop niet erg blij met die mooie stoel? Ik wist niet, dat Beb ook meubelmaakster was. GWENDOLINE. Natuurlijk mag Je Je briefje ook op Woensdag brengen. Als Je 't dan maar bij mij in de bus stopt Om mee te mogen loten moet je minstens 13 raadsels per maand goed hebben. Wat ge beurt er op den feestavond? GRASPIEPER. Dat is geen kleinigheid: een armbandhorloge. Draag jc hem alle dagen? MEIROOSJE. Blauw en rose is vaak een heel goede combinatie. Wat loop jij dikwijls naar den tand arts. Straks heb je zeker een pracht- geblt. Boschviooltje is niet gelukkig met de poesenfamlllc. Je raadsel ls goed. BELLEFLEUR. Als ik jouw raad sol tegen kom. wordt het dudelijk ge plaatst. Omdat jij steeds knapper wordt in 't oplossen, vind je de raad sels gemakkelijker. ONDERWIJZERESJE. Nu staat je naam wel in de Brievenbus. Wat een fijne plannen heb JIJ voor de zomervacantie. 'k Zou best mee wil len. Ik denk, dat het zonnetje dan wel schijnen zal. JAN VAN T. Ja, de vorige week was Jc tc laat. Je raadsels tellen toch nog moe. De viooltjes zullen ze ker eerder bloeien dan de vergeet mij nietjes. Zorg Je zelf voor Je tuintje? KERSTPOP Heeft de club ook een naam? Wanneer komen Jullie bij elkaar? Ik hoop, dat de wandeling naar Kraantje Lek door kan gaan. Met hoevelen zijn Jullie? DANSERESJE. Je mag altijd wel op een gewoon velletje schrij ven. Waar had je het toch zoo druk mee? Je raadsel is goed. PRINSES ZONNEGLANS -- Geluk kig dat je geheel gezond bent. Dat ls meer waard dan 100000 gulden GOUDHAARTJE. Nu was je best op tijd. Heb Je flink wat opge haald met den bloemetjes-verkoop? Veel genoegen op de Zanguitvoering. MANDARIJNTJE. Hoe is dat nu te rijmen? Jij vindt de raadsels zoo moeilijk en anderen schrijven mij, dat ze zoo gemakkelijk zijn. Je raad selinzendingen zijn goed. Je be waart het nummer zeker goed, waar Je verhaaltje in staat. DE TWEE BLONDJES. Zijn Jullie nu om beurten ziek? Dat ls heelcmaal niet gezellig- Mag 't zieke blondje weer gauw naar school? Ik merk wol, dat je je niet hebt ver veeld nu Je bloemenmaaKstertJe was. Tante was natuurlijk heel blij met die zelfgemaakte bouquet. Heeft Nora Dik Trom en zijn dorpsgenoo- ten al uit? ANSEPANS. 'k Herinner me dat versje niet. In welk leesboek staat het? Schrijf jc de volgende weck een beetje mooier? Je kunt het best. KRIELKIP. Heb je Emma- bloempjes verkocht? Heb Je ook zooveel opgehaald als verleden jaar? Ik wensch je morgen een heerlijken avond. Welke stukjes voeren Jul lie op? HAAKSTERTJE. Heb Je een eigen tuintje? Nu maar gezond blij ven. Over 14 dagen is 't weer boe ken-verloten voor de raadselprijzcn. 'k Hoop dat jij er ook bU bent. W. L. Welnee, dieren en planten weten van geen crisis. Straks zullen de bollenvelden weer even schoon zijn als alle jaren. Fijn, dat 't slot van O B. ook goed was. Eind goed, al goed hè. Ik hoop. dat er flinke hulp voor je komt opdagen. ROZENKNOPJE. Je raadsel is goed. BOSCHNIMF. Je strikvragen zijn goed. De laatste heeft echter al eens in de Rubriek gestaan. Wat heb je voor taal op Je rapport? Ik heeft, ik kunt zijn reuze fouten. Hoe moet 't zjjn? DE KLEINE D. S. Ver Wat zal dat een vreugd Maandag zijn ge weest. Ik kan me begrijpen, dat JIJ een extra kus kreeg voor dat mooie schild. Daar is nog heel wat werk aan geweest. Kun je al veel wijsjes spelen op Je mondorgel? GANZENHOEDSTERTJE Ge lukkig. dat 't leed weer geleden ls. Mag Je nu al heele dagen naar school? Misschien ga je nog wel eens een kijkje nemen m 't Zieken huis. Wat hebben ze je allemaal ver wend. Moet je het negerpopje nog aankleeden? Dan kom' 't naal-ctui prachtig van pas. Wordt de kapdoos dagelijks gebruikt? Ik kan me voor stellen. dat je het thuis eerst alles zoo klein vond. Maar toch zeker ook heel erg prettig. LELIETJE VAN DALEN. Jé schreef op prachtig postpapier. Heeft Ganzenhoedstertje zoo'n heele doos? Hartelijk gefeliciteerd met den ver jaardag van kleine zus- ADMIRAAL DE RUYTER. Ik vergeef het jullie graag, dat 't schrijven op moeders verjaardag er bij inschoot. Dus je tuintje ls weer op orde. Ga je nu zaaien? PRESIDENT KRUGER. Ik ben blij dat jullie er weer zijn. Moeder zal wel in haar schik wezen met zoo'n flinken tuinman. Komt er al iets op van 't gezaaide? Je was er wel wat heel vroeg bij, vooral nu de Aprilmaand zoo guur en koud is. DE KATUIL. Heb je ook een tuintje in de Marnlxstraat? Tus- schen de buien door heb jc Woens dag nog wel kunnen tuinieren hè? Misschien kom ik Zondag eens naai de tentoonstelling kijken. RITMEESTER. Je hebt al een heele bibliotheek, jongen. Ja, ik ben wel op een tentoonstelling van jullie school geweest, 't Is wel aar dig, dat je die prijzen zelf verdienen kunt. DE LOOZE VOS. Wat een ver jaardag! 't Is reusachtig. Wat is een platenborstel? Is de jacht op het radium" fijn? Wie heeft ge schreven? Kun je trappen met jc bal? DE KLEINE VOGELVRIEND. Dat ls dus nog een flinke trap voor je 's avpnds. In Buitenhuizen zat Je dus ook echt buiten de huizen. Dal dorpje draagt zijn naam dus met cere. En wat leefden jullie daar echt kamps. Dat was wel wat voor je. JUFFERTJE ZWEMGRAAG. Klonk het zingen mooi? 't Doet me plezier dat je het boek mooi vond. Wat zal Jij prettige Pinksterdagen hebben. Waar ga Je met het naal- clubjc naar toe? BALLENBREISTERTJE. t Is wel leuk hè om een oom te hebben die bruigom is! Moeder heeft gelijk dat Je met de korte mouwen maar op zomerweer moet wachten. Wal aardig dat die eendjes alle dagen terug komen. Ze weten zoo gauw waar ze 't goed hebben. Valt het mazen wat mee? Of stoppen Jullie op de maaslap? Heb je een heerlijk dagje bij Je vriendinnetje gehad? KERSTROOSJE. Gelukkig dat het plano-spelen goed ging. Was vader cr niet blij mee? Wat zeg Je van den uitslag van den Paasch- wedstrljd? Hoeveel nachtjes moet Je nog slapen voor het 8 Mei ls? BOERTJE. Slaapt de bok des nachts ook bulten? HIJ kent Jou zeker best hè? Wat ga je toch flink vooruit met schrijven, 't Schrijft ge makkelijk tusschen die lijntjes. En wat maak Je al moeilijke sommen Je wordt vast een knap boertje. SLAAPMUTSJE. Zing maar mooi Maandagavond en denk maar niet aan zlek-zljn. Dat Is afgedaan. Wordt er ook solo gezongen? Gaan vader en moeder mee? ACACIATAKJE. Je geniet nu natuurlijk alle dagen van Je ver jaarscadeau. Dat schoolétui ls zeker dadelijk ln gebruik genomen. Wat zullen die meisjes plezier hebben gehad. De tijd ging veel te vlug. Dat ls altijd zoo. Je strikvragen zijn goed. ALBA. Arme jongen, hoe kom Je nu aan zoo'n zeeren vinger. Doet 't erg pijn? Wat aardig van moe der. om mij zoo van alles op de hoogte te brengen. De secretarps.se heeft haar werk goed gedaan, hè? Toch hoop ik, dat ik de volgende week Je eigen pootje weer zie Van harte spoedige beterschap toege- wenscht. PUCKIE EN ROODKAPJE. Hoeveel bonnen ontbreken nu nog? Ik kon dat boek niet Wie is de schrijver? Roodkapje wil Puckie ze ker wel eens helpen met haar Re kenen en Taal. POESENMOEDERTJE. - Wees maar zuinig op je horloge. Dan blijft het lang een mooie herinne ring. Was de nachtzak voor Jezelf? Wat heb Je in je schetsboek getce- kend? GELUKSPOP EN BIJEN PRINSES JE. Jullie lezen zeker ook eikaars boeken. Vond Je Suikeren Pietje niet geestig? Je mag dien anderen schuilnaam de volgende week wel onder Je werk zetten. Gelukspop houdt dus haar naam? ILAARKNIPSTERTJE Je schreef zeker erg ln haast, want je kunt het veel mooier. Ik kan me begrlj- pen dat Je het met allerlei dingen heel druk hebt. Jc gaat in een mooien tijd naar Zandvoort. Ik hoop, 'dat Jé nog heel wat Tunriau* bonnen zult krijgen. WIM. Nu was Je brief keurig, maar de raadseloplossingen zatea zoo vol gekoei dat 't net was of eert andere Wim ze geschreven had. VADERS JONGEN. Heb je vooH 't eerst een tuintje? Is het nu op orde? Jouw werk was nu best in| orde. Echt van een grooten jongen. Zoo maar voortgaan, hoor. GENTIAANTJE. Jij bent nog eens een gelukkige winster geweest, 'k Hoop, dat de repetities goec| gaan. Dat geeft moed voor de uit* voering. ROZENKNOPJE. De konijntje* groeien nu zeker als kool in da fiissche, nieuwe hokken, Hoeveel zijn er nu? Zit je haar naar je zin?, Schiet je op aan je trui? Grijs metl zilver, dat zal deftig staan. Je strik* vragen zijn goed. W. BLOMBERG—ZEEMAN ONZE BIBLIOTHEEK. MEDEDEELING Als medewerkster aan O. B. ia aangenomen Mej. N. Toepoel, Dah liastraat 7. Welke meisjes of jongens van 13 jaar of ouder willen ook aan de bi bliotheek medehelpen? Indien sijt mij even schrijven, dan zal ik een uur vaststellen, waarop we een en ander even kunnen bespreken. Adresseer je brieven: Groote Hout straat 155z. AANVULLING O. B- De laatste aanvulling van dit sei zoen, welke in het begin van Mei verschijnt, zal bevatten: Het Circus kind, door F. Jehu. Het vervolg hierop: Agnes Slawonski, is reeds in O. B. aanwezig. SLUITINGSDATUM O. B 1 Juni is de laatste dag, waarop de boeken kunnen worden terugge bracht, terwijl tot 25 Mei boeken worden uitgeleend. Deze mogen dus maar één week in het bezit der deel nemers blijven. Bij het terugbrengen van je laat ste boek moet de deelnemerskaart worden ingeleverd, daar je anders met September weer een nieuwe moet aanschaffen als ze zoek is. BOEKENLIJST 295. A J. v. d. Knaap. Op den Hal lenburg. 296. Henty, G. A., Twee jongens in Transvaal. 297. Stamperius, J., Uit het le ven van Edi.son. 298. Jager-Meursing, T.. De 52 Zondagen (26 vertellingen). Idem, het damspel. 299 Meyier. F. de. De toovervogel 300. Brinckgreve-Wicherlnck.T., Lies en Loek op de H. B. S. 301. Id., Lies en Loek bakvischtijd. 302. Id., Hoe het Lies en Loek ver der ging. 303. Id.. Lies en Loek verloofd 304—307 Toekomstige aanvulling voor de kleineren van Harlekijntje. 308 Harlekijntje op 't Jan Klaas- seneiland. 309. Het laatste deel van Harle kijntje komt. 311. Kuyk, N. W. C., Vacantledagen op het water. 311. Hoffman, F. J., Eén dag straat muzikant 312. Doorman. Chr., Dicky. 313 Id., Dicky's bakvischtijd. 314 Id.. Dicky in Amerika. (Wordt vervolgd NIEUWE DEELNEMERS 5. Tina Blaauw, Brcestraat 5r.. 14 Jaar. 14. Jansje de Graaf, Aagje Deken straat 12. 12 jaar. 4 Afie Hooyen. Kampersingel 34. 11 jaar. 17. Pank Hoogendoorn. Spoorweg straat 6rd.. 9 jaar. 12. Frans de Laat. Korte Marga- rethastraat llrd.A. 13 Jaar. W. LASSCHUIT. Gr. Houtstraat 155z. De kracht der insecten- Een meikever kan een vracht wegslee- pen, die driemaal zoo zwaar is. als zijn eigen gewicht bedraagt: looo- kevers verplaatsen een vracht die 17 x hun eigen gewicht bedraagt; schuiven een last voort 16 x zoo zwaar als ze zelf. pnvoECsec VRIJDAG 22 APRIL 1932 No. 277 AAN ALLEN! Wat een klaagzangen hooren we en uiten we zelf over de maand April. De mooie zonnige Maartda gen waren veel warmer. Wie nog 'n kachel heeft staan, koestert pich nog heerlijk aan haar gloed. De grootste pessimisten pruttelen: Zou 't wel zomer worden? Wie zoo prut telt moet maar eens om zich heen zien. AL gaat 't niet met reuze- schreden de Lente heeft de blad knoppen doen zwellen, de katjes van els en iep doen bloeien. Onze tuintjes brengen iederen dag een nieuwe verrassing. Maar, je moet er oog voor hebben. Je moet er ook oor voor hebben, want in de voge lenwereld wordt druk gebabbeld. Sla nu dat gevederde wereldje eens gade. Dat is niet zoo gemakkelijk als 't lijkt, want we weten allen wel, dat vogels schuw zijn voor ons. Dr. Thijsse vertelt, dat hij wel eens op zomerdagen bij een drinkput in de duinen gaat zitten, om de vogels gade te slaan. Dan zit hij daar niet alleen doodstil; maar hij zorgt er ook voor een vaalgroen, vlekkig jasje aan te hebben, zoodat hij niet te veel afsteekt bij de kleur der om geving. Ook stelt hij zich wel eens verdekt op in een zelf gebouwde hut van dorre takken, bedekt met helm. hooi of zeegras. Voor ver plaatsbare schuiltent beveelt hij aan een oude paraplu. Deze moet ste vig in den grond gestoken kunnen worden. Over de geopende paraplu moet nu vaalgroen satinet gespreid worden. In 't doek moeten dan kijk openingen gemaakt worden, maar zoo dat die openingen ook weer ge sloten kunnen worden. Aan de bui tenzij wordt het heele zaakje ver borgen door wat bladranken. Als deze omgekeerde paraplu een poosje in een hoekje van je tuin gestaan heeft, raken de vogels er mee ver trouwd. Dan kun je vrij gemakkelijk de vogels gadeslaan en ook wel kie ken. Als je nauwkeurig om je heen ziet, kun je ook waarnemen welke vogels is je omgeving zijn. Stukge- hamerde slakkenhuizen verraden den zanglijster, platgetreden plek ken in"'t grasveld vertellen, dat er kemphaantjes zijn geweest. Maag- ballen bestaande uit veeren, restjes van insecten, schelpen enz. duiden aan. dat er uilen, roofvogels of in sectenetende zang«gels in de buurt zijn. Vogels verschillen onderling door veeren. pooten en snavels. Nu in dezen tijd zijn de veeren het mooist en het kleurrijkst. Dit mooie vee- renpak noemt men wel het brui loftskleed. 't Is eigenlijk de oude plunje maar nu ontdaan van de versleten veertjes. Let maar eens op spreeuwen, meezen. musschcn en winterkoninkje. Een prachtig April vogeltje is het fitisje. dat nu groen geel is. maar van den zomer vaal grijs wordt. En nu wat de verschil len vqn den snavel betreft. De lang ste snavel heeft de wulp. de kortste het staartmeesje. Spechten hebben rechte snavels, bij de grutto's ziet men gebogen snavels. Heel dikke snavels hebben vinken. Eenden hebben snavels met een kartelrand. De volgende week bekijken we de pooten. W. B.—Z. ALLEEN THUIS De zomervacantie zou beginnen mijnheer Koert had een aardig huis je gehuurd in een van de vele kleine stadjes in Gelderland, waar hij met zijn gezin de vrije weken zou gaan doorbrengen. Het gezin bestond uit Vader, Moeder en de twee zoons Dolf en Hans, waarvan Dolf tien Jaar oud was en de kleine Hans pas zes Natuurlijk was mijnheer Koert het toekomstige vacantieverblijf eerst eens gaan bezien, voordat hij er toe besloten had het te huren, 's Middags aan tafel, vertelde hij van wat hij al zoo gezien had. Eerst, hoe groot het huisje was, waarvoor Dolf en Hans zich maar weinig Interesseer den. Er waren vier kamers, een keu ken, een kelder en een zolder. Groot was het dus niet, vooral als men be denkt, dat het huisje nog een ver dieping had. waarboven zich, als tweede etage, de zolder uitstrekte, over de gcheele oppervlakte der wo ning. Er groeide klimop aan de voor zijde langs de muren en rozenstrui ken stonden in het kleine tuintje dat er omheen lag. Ook stonden er echte vruchtboomen. Een paar appelboo- men en een perelaar en wel tien struiken waar aalbessen aan zouden komen te zitten. Hier spitsten Dolf en Hans de ooren. Sjonge, dat zou heerlijk worden, vruchten eten zoo van de boom. Hans dacht aan de struiken met aalbessen en Dolf zag zich in zijn verbeelding al ln een van de appelboomen zitten en hij hoefde zijn hand maar uit te steken om te kunnen genieten van de mooiste bel lefleurs, die Jc Je maar bedenken kon. Maar mijnheer Koert was nog niet uitverteld. Het kleine landhuisje ligt midden in de bosschen, waar vogels zingen en waar de grond zacht is van het veerendc mos. Een heerlijk speelter rein voor de jongelui. Maar denk er wel om. dat jullie nooit alleen tcvèr ln het boscn doordringen. Het ls heel groot en menschen. die er den weg niet ken nen, kunnen er heel gemakkelijk en vlug ln verdwalen. Daarna werden er nog verschillen de dingen besproken, die allemaal op de naderende vacantierels be trekking hadden. Vooral Moeder scheen maar niet uitgevraagd te kunnen raken. Ze wilde weten, hoe de keuken was, of er alles ln was wat ze noodlg kon hebben om te ko ken. te stoven en te braden. Vader herinnerde zich niet veel meer van de keuken en ook niet van den zol der en eigenlijk ook maar heel wei nig van de andere kamers. Moeder begon zich een beetje ongerust te voelen. Kom Moeder, zei mijnheer Koert daar moet je nu maar niette lang en te ernstig over nadenken, Het ls immers vacantie en we nemen het maar zooals het valt. De hoofdzaak ls, dat we een paar weken heelemaal buiten zullen leven. Ver van de stad, tusschen de bosschen en velden. Wat zeg jullie jongens? Nou en fijn! riep Dolf blij uit, als het thuis niet leuk is, dan gaan we maar kampeeren en eten en slapen en drinken onder de boo- men, net als woudloopers. Heerlijk! Net als woudloopers! riep kleine Hans verrukt uit. Misschien wist hij nog niet eens goed wat Woudloopers eigenlijk wel voor menschen waren. Maar iets wat een groote jongen als Dolf prettig vond, zou ook wel Iets verrukkelijks zijn voor een klein jongetje als hij zelf was. Zijn groote donkere oogen schitterden zoo van genoegen en zijp kleine gezichtje stond zoo verheer lijkt. dat de drie grooteren er har telijk om in den lach schoten. Hans lachte braaf mee. Zoo snel als die. welke Dolf nog van de groote vacantie scheidden, waren nog nooit dagen omgegaan. Het was dan eindelijk de laatste ëacht, die ze nog in dc stad zouden oorbrengen. Morgen, heel vroeg, zou de familie op den trein gaan. Dc grootcrc bagage was al aan het station. Nog één nacht slapen, dacht dc groote Dolf, en morgen rijden we naar de bosschen en de helden en naar dc appelboomen en de bessen- struiken. Kleine Hans sliep gauw in. maar Dolf kon den slaap maar niet vat ten, zoo was hij van de naderende reis vervuld. Gedurig draaide hij ln zijn bed heen en weer en het was eerst laat in den avond, voordat de stilte volkomen was ln de „Jongens" kamer. Toen Moeder voor liet naar bed gaan, nog even kwam kijken la gen zoowel Dolf als Hans ln een die pe en gezonde slaap. Dc familie Koert woonde nu al se dert enkele dagen An het kleine, maar geriefelijke hifisje bij de bos schen. Het beloofde een heerlijke va cantie te worden. Het was prachtig weer en men genoot van de heerlijke en lange wandelingen. Een kwar tiertje verderop lag het stadje, waar de inkoopen gedaan konden worden en Dolf. die zich meestal met het doen der boodschappen belastte, had er al ve.-scheldene vrienden ge maakt. HU kende Karei Westendorp, dc zoon van den dokter. Frits Haag- mans, wiens Vader onderwijzer was. Plet den Helder, die in dc groote zwarte smcdcrU woonde. Dikwijls kwamen de jongens uit het plaatsje bU hem spelen. Dat wa ren dan spelletjes van Indianen en Woudloopers en dappere onderzoe kingsreizigers. Karei, Frits en Piet kenden den weg door het groote uitgestrekte bosch op hun duimpje. Met hen be hoefde Dolf niet bang te zijn. ooit te zullen verdwalen. Ook mijnheer en mevrouw Koert lieten zich meerma len door de Jongens den weg wijzen. Dan maakte men met elkaar lange wandelingen onder de donkere krui nen der boomen en langs de groe nende struiken en heesters. Karei, die de oudste was, was er wat trotsch op, dat twee groote menschen als mUnheer en mevrouw Koers, zoo'u vertrouwen ln zUn bekendheid met den weg toonden. Voor hem was het een beetje vreemd te ondervinden, dat oudere menschen op zijn raad gevingen en aanwUzingen af gingen. Maar hij vergat, dat de familie Koert voor het eerst in deze streek kwam. terwUl hU en zijn vriendjes er waren opgegroeid. Zoo gingen er ongeveer twee we ken voorbij, toen er 's morgens heel vroeg aan de bel getrokken werd. Dolf werd er het eersrtc door ge wekt. Snel sprong hij het bed uit en liep op zijn bloote voeten naar te voordeur, om te zien wat er aan de hand was. 'n Telegram, zei de brievenbe steller. Wilt U hier even teekenen? vroeg dc man en hij hield Dolf een papier voor. waar hfj met zUn vin ger een plaats aanwees. Dolf toeken de. een beetje verbaasd en verbou wereerd. Intusschen waren mijnheer en Mevrouw Koert ook wakker gewor den. Op de gang kwam Dolf zijn Va der tegen en hf] gaf hem het tele gram. Mijnheer Koert maakte het open en las wat er geschreven stond- Vat maar geen kou, zei hU te gen Dolf. ga maar weer gauw naar bed toe. Later op den dag riep mijnheer Koert zUn oudsten zoon bij zich en zei: Luister eens Dolf, Moeder en lk moeten dadelijk naar Amsterdam toe. We hebben geen tijd om andere maatregelen te treffen. Nu zullen wc voor het eten wel weer terug zijn, maar kunnen wU er intusschen van opaan, dat jc goed op Hans zult letten en dat cr geen gekke dingen gebeuren, zoolang wij weg zijn? Ja Vader, beloofde Dolf. WIJ zullen maar voor een paar uurtjes weg zUn, dus Je hoeft Jc geen zorg ergens over te maken. Het gaat er alleen om, vervolgde dc heer Koert dat Moeder en lk gerust zullen kunnen zUn over Hans. JU bent zooveel ouder, zul Je goed op den kleinen Jongen passen? Ja. Vader. Goed zoo, dat ls dus afgespro ken, zei de heer Koert. Een half uur later verlieten zUn vrouw en hU de woring, waar zU den kleinen Hans aan dc zorg van Dolt overlieten. Dolf voelde zich heel erg gewichtig en deed ln den beginne een beetje bazig ten opzichte van zijn broertje. Doch Hans was zoo gewillig en ge hoorzaam als een lammetje. Samen aten zU de dikke boterhammen en dronken zU de koele melk, die Moe der voor hun twaalf uurtje had klaargezet. Fikkie, dc hond. deed een beetje zenuwachtig, nu zijn baas en „de Vrouw" er niet waren, maar hU was vérder toch ook heel gehoor zaam en deed precies, wat Dolf hem beval. Dolfhad een half uurtje met 7.Un kleine broer in den tuin gespeeld, toen hU plotseling het bekende signaal van Piet den Helder hoorde. Een oogcnbllkjc later kwam Piet aan het keukenraam tikken, waarop Dolf zich haastte zUn vriendje open te doen. Ga jc mee? vroeg Piet. Karei en Fr lts zUn er ook. Neen, zei Dolf, lk ben alleen thuis en ik moet op Hans possen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1932 | | pagina 19