RAADSELS
BRIEVENBUS.
r~/i
De raadselprijzen voor de maand April
zijn bij loting ten deel gevallen aan:
HERMIEN JANSSEN, DE KATUIL.
BELLE FLEUR en A. ZWEMMER,
te Zandvoort
die ze Woensdag 11 Mei bij mij mogen af
halen.
(Deze raadsels zijn ingezonden door Jon
gens en Meisjes, die Onze Jeugd lezen.
Iedere maand worden onder de beste op
lossers vier boeken verloot.)
AFDEELING I.
(Leeftijd 10 jaar en ouder.)
1. (Ingez. door Strand jutter tje.)
Vul de puntjes in met letters, zoodat er
een bekend spreekwoord komt.
D a. .el t n.er vb o
2. (Ingez. door Zandkevertje.)
Ik ben een Rubriekertjesnaam van 11
letters.
4 5 2 3 is een verkorte jongensnaam.
6 7 8 is een rivier in Nederland.
10 11 9 is een verkorte meisjesnaam.
1 2 3 is een ander woord voor heer-
3. (Ingez. door Accaciatakje.) Strikvragen
a. Welk beest lijkt 't meest op een kat?
b. (Ingez. door Korfballer.)
Schrijf van een tot tien, maar achteruit.
c. (Ingez. door Danseresje.)
Mijn huis is wit, De inwoners zijn zwart.
De schutting is groen. Wie ben ik?
d 'Ingez. door Rozenknopje.)
e. Wat is de overeenkomst tusschen een
wachtpaard en een molenpaard?
f. Welk dier heeft den deftigstcn naam?
g. Welke lezer leest niet voor zichzelf?
h. (Ingez. door Orgelist)
Wat ziet men in een stonde éénmaal, twee
maal in een oogenblik. terwijl het in dui
zend jaar niet te zien is.
1. Zou ook een van allen weten.
Welke band wordt opgegeten?
En als gij hem krijgt een keer,
Vraagt ge om nog een stukje meer
4. (Ingez. door Christiaan Waleveid.)
Ik ben een plaats in de Transvaal en be
sta uit 16 letters.
1 2 14 9 kan men rooken.
7 8 9 heeft horens-
6 8 16 is een verkorte meisjesnaam.
6 15 14 3 is een roofvogel.
10 11 12 13 14 15 is soms een mooie water
partij.
6 3 15 14 3 is een meisjesnaam.
13 4 14 16 is een getal.
13 14 14 16 is materiaal voor manden.
13 11 8 5 is een jongensnaam en zit In een
muziekinstrument.
3 4 5 6 draagt men aan den vinger.
3 8 9 is een kleedlngstuk.
8 8 11 3 is een samenstelling van zangers.
9 8 3 14 16 moet gemalen worden.
2 3 8 9 behoort bij een kachel.
7 8 8 12 is in een peul.
5. (Ingez. door Gelukspop.) Verborgen
plaatsen in Utrecht.
a. Waar woont Ruud Destekijwbij?
b. Waar woont Bet Lid?
c. Waar woont Nel Izu?
d. Waar woont Nol Nee?
e. Waar woont Koba Deu?
f. Waar woont To Ses?
g. Waar woont Do Ron?
h. Waar woont Harm Leen?
6. (Ingez. door Gelukspop.)
Mijn 1ste is 't begin van 't Alfabet, mijn
2de is de 1ste lettergreep van een meisjes
naam, mijn 3de is een meisjesnaam en mijn
geheel is een werelddeel.
AFDEELING II
(Leeftijd 9 jaar en jonger.)
1. (Ingez. door Bosch viooltje.) Strikvragen
a. Je kan niet lezen en niet schrijven. Ra,
ra. wat is dat?
b. Amsterdam begint met £en a en eindigt
met een e. Kan dat?
e. (Ingez. door Eieretertje.)
Wat kan je het moeilijkst, stilhouden?
d. 'Inez, door Ansepans.)
Een ijzeren paardje
Met een vlassen staartje.
Hoe vlugger het paardje wordt.
Hoe vlugger zijn staartje kort.
2. (Ingez. door Tamboer.)
Ik ben een Rubriekertjesnaam van 15
letters.
14 15 13 is een meisjesnaam.
1 3 5 12 is een vrucht.
2 4 is een viervoetig dier.
1 8 9 4 is een huisdier
10 11 4 een boom.
7 9 4 dient om te snijden-
6 5 4 13 bouwen vogels.
3. (Ingez. door Duimellesje
3 4 6 7 8 behoort bij een groot schip.
1 2 3 4 6 is een jongensnaam.
6 3 2 is een voertuig.
5 8 6 7 8 is bij vele huizen.
Mijn geheel is een plaats in Friesland.
4. (Ingez. door Moeders Lieveling
Neem uit de volgende schuilnamen tel
kens één letter, zoodat er een nieuwe schuil
naam ontstaat.
Prochel, Concordiaan, Rozenknopje, Wa
terrotje, Wipneusje, Klein Duimpje, Bella-
roontje. Meiroosje, Ansepans. Boerinnetje,
Heidebloempje.
De gevraagde naam staat bij de genoem
de namen.
5. (Ingez. door Strandjuttertje.)
Vul de puntjes in met. klinkers, zoodat er
een bekend spreekwoord ontstaat.
rlk drt h t 1 gst.
6. (Ingez. door Ballenbreistertje
Mijn eerste is een lichaamsdeel, mijn 2de
is een hemellichaam. En mijn geheel is een
feest, dat spoedig komt.
RAADSELOPLOSSINGEN.
De raadseloplossingen der vorige week zijn
AFDEELING I.
1. Beter hard geblazen dan de mond ge
brand.
2. Zilverschoon.
3. Konstanlinopel.
4. Diepenveen.
5. a- Een molenaar, b. Onruststoker, c. se
ring. d Kegelkoning, e. tong.
6. a. Prochel. b. Jong Nederland, c. Bloem
bollenkweeker. Moeders Krullebol- e. Fran
cis. f. Balsemientje- g. Reinaard.
AFDEELING II
1. a. Hagel. b. appel. c. aal. paal. vlsch.
2. September.
3. Dik Trom.
4 Sneeuwklokje
5. Apeldoorn.
6. Annie, Jans, Koba. Roza, Mien.
Goede oplossingen ontvangen van:
Optimist 6 De Katuil 5 Iris 6 Orgelist 4
Gentiaantje 6 Hermien Janssen 6 C. D. Wa-
leveld 6 De Twee Blondjes 6 Klein Duimpje
6 De kleine Vogelvriend.
Zandkevertje 6 Ritmeester 6 Jan Vet 3
Haakstertje 6 Bellefleur 6 Schrikkelkindje 6
Kerst-roosje 6 A. Zwemmer 6 Onderwijzeresje
6 Vaders Hulp 6 De looze Vos 6 Blauwoogje
6 De kleine Bouwer 6 Poppenverpleegstertje
6 Wipneusje 6 Moeders Kleinste 6 Trambe
stuurder 6 Nevada 5 Uitlooper 5 Zilverschoon
6 Graspieper 6 Micky Mouse 6 Gouden Re
gen 6 Rozenknopje 1 Duifje 5 Roodkapje 5
Puckie 5 Poesen moedertje 5 Topsy 6 Juffertje
Zwemgraag 4 Tamboer 6 Handwerkstertje5
Accaciatakje 6 Sneeuwklokje 6 Bloembollen
kweeker 6 Gelukspop 6 Seringenknopje 6
Rozenkroontje 6 Lucifer 4 Ansepans 6 Bal-
lenbreistertje 5 Boertje 6 Grutto 6 De twee
Blondjes 6 Goudelsje 5 Directeurtje 6 Gwen
doline 6 Prikkebeen 6 Moeders Lieveling 6
De kleine Piloot 6.
RUBRIEKERTJESUJST.
H. v. Hemert, oud 12 jaar. Doelstraat 43.
Lena Schippers, oud 14 jaar, Pepijnstr. 20
Agnes Schippers, oud 10 jaar, Pepijnstr. 20
VERBORGEN SPREEKWOORD
Ingezonden door: De kleine Vogelvriend,
oud 16 jaar.
Boertje, oud 7 jaar, Ballenbreistertje, oud
10 jaar.
RUIL-RUBRIEK.
MEVR. H. Hartelijk dank voor uw mooie
collectie sigarenbandjes.
MEJ. MERTEN, Borskistr. 9, Haarlem-N.
heeft 70 Verkade-cactus. 60 Droste, 50 Hille-
Utrecht, 25 Weegschaal. 25 Kwatta, 10 Bus-
sink. ..Mijn Land", 40 Dik Trom, Verder nog
Amstel, Pelikanen. Haust, Leupen. Miss
Blanche, Kiazim-Emin. Roodband, Caravel-
lis Voor dit alles vraagt ze Turmac-punten.
C. D. WALEVELD. v. Marumstraat 24 rood
heeft 5 Hille. 1 Bobbie, 2 Droste. 5 Elftallen,
2 Dubec, 1 Wijbert. 1 Turmac. 1 Dijkstra,
1 Kiazim. Hiervoor vraagt hij Weegschalen
en V- S. bonnen.
MEJ. POSTHUMUS. Julianapark 6 heeft
een jaargang van Onze Jeugd 1931. Wie
deze hebben wil, mag haar 's middags na 4
uur komen halen. Tevens heeft ze twee lieve
poesjes, die al geheel zindelijk zijn. Wie er
een van hebben wil. mag 't komen halen.
We bedanken Juffrouw P. zeer voor haar
vriendelijke aanbiedingen.
KNIPPERDOLLETJE
door
W. B—Z.
„Vader, vader!" klonk het plotseling in
koor, toen er aan de ramen getikt werd en
de heer des huizes vroeg om binnengelaten
te worden.
Allen stormden naar de deur en de kinde
ren schreeuwden zoo door elkaar, dat Dijk
stra de handen voor de ooren hield. Ieder
wilde hem een of andere groote verrassing
meedeelen.
„Laat vader nu eerst eens rustig gaan zit
ten en ravotten jullie maar wat in den tuin"
commandeerde oom Bouwe.
Roefft, daar vlogen alle drie de keuken
deur uit naar den achtertuin.
Nu pas kreeg vader Dijkstra rust. En 't
ging hem als zijn vrouw, hij stond telkens
in groote verwondering stil over ^lles. wat
broer Bouwe hier had tot stand gebracht.
..Vrouwtje, wat een weelde," zei hij ont
roerd. Zijn groote wensch om eenmaal aan
zijn vrouw wat meer levensvreugde te geven
was nu vervuld.
„Wat zal je dat een geld gekost hebben,
Bouwe," richtte Dijkstra zich tot zijn zwager.
„Daar heb ik twintig lange jaren voor ge
zwoegd en als een bedelaar voor geleefd."
was 't zachte antwoord.
„Arme Bouwe," zei zuster Greet.
„Ja. door eigen schuld. Nu is mijn geld
voor de helft op. In het laadje van de tafel
op mijn kamer ligt mijn testament, voor 't
geval ik plotseling heen mocht gaan Je zult
wel bemerken, dat ik Maartjes kinderen ook
niet heb vergeten."
„Nu niet over doodgaan spreken" smeek
te zijn zuster,
„Neen, nu weg alle muizenissen. Nu alleen
maar denken hoe we ons nieuwe leven zul
len inrichten. Help me Greet om tot zegen
te zijn," zei broer Bouwe nu op opgewekten
toon.
„Dat ben je al Bouwe?" hernam Dijkstra.
Moeder Greet maakte nu boterhammen
klaar, want van warm eten zou aien aag
niets komen.
Na den maaltijd trok oom Bouwe zijn
blauwe over-all aan, die hij nug uit Amerika
had meegebracht. Hij ging aan 't spitten
en graven in den achtertuin.
's Avonds, toen de kinders onder de wol
lagen, werd een teekening gemaakt door oom
Bouwe, hoe de tuin zou aangelegd worden,
't nieuwe gereedschap stond al in de schuur-
Straks als de grond bereid was, zou 't ook
tijd zijn voor verschillende vaste planten.
De lente durfde steeds meer haar intrede
te doen en Bouwe Wapstra vorderde steeeds
meer in zijn tuin.
„Als je jarig bent, Greet, moet de tuin
klaar zijn.En dan gaan we gasten noodigen.
Eerst moeten we zien. dat Maartje kan ko
men. Verder de Verissen, Knipperdolletje,
de Vermeertjes.
„Misschien komt de oude mevrouw Wil
kes met haar dochter ook want Mies ver
telde me gisteren, dat haar vader 7 April
jarig was en dat Oma en tante Jet dan een
week kwamen logeer en."
„En jij 8 April. Dus dat zou dan mooi uit
komen,"
„De Mulders vergat je, Bouwe."
„Ja, de Muldei's ook! Al die menschen, die
lichtstralen op jouw pad zijn geweest moe
ten met ons mee genieten. Dan leid je ze
het huis door en ik zal ze den tuin laten zien.
En we zullen muziek maken en vroolijk zijn.
„Dan bloeien zeker alle sneeuwklokjes en
de crocussen en misschien de tulpen?"
„O, vast, de tuin zal vol voorjaarsbloemen
zijn. Witte en blauwe, oranjekleurige en mis
schien nog roode ook!" riep hij blij.
„Nu moet je weer eens wat rust gaan ne
men, Bouwe- Je grootste werk nadert nu
toch zijn voltooiing."
Morgen nog wat heesters planten. En
dan is 't klaar!"
Hij wou niet ontkennen, dat hij moe was.
Straks kon hij immers rusten. Dan zou hij
nieuwe krachten vergaren. Hier moest je
wel gezond en sterk worden. De laatste dag
werd de zwaarste dag voor hem. 't Was een
wintersche Lentedag, zooals eiende Maart ze
vaak geeft.
Hij rilde in zijn wollen kleeren en toch
stonden er af en toe zweetdroppels op zijn
voorhoofd, 't Moest nu klaar komen. Zijn
zuster klaagde erover, dat 'hij te weinig at.
Ze moest eens weten, hoe hij zichzelf ge
weld aandeed iets te verorberen.
(Wordt vervolgd.)
UIT DE NATUUR.
DE KOEKOEK
Waarheen we tegenwoordig onze wande
ling ook maken, we hooren geregeld den be
kenden roep van de koekoek, die wel een
half uur ver kan klinken. Wie de vogel te
zien krijgt is een boffer, want dat, lukt niet
zoo gemakkelijk, daar hij zeer schuw is. Op
tamelijk grooten afstand kan je hem wel
eens waarnemen op een dooden uitsteken
den tak of op een hek in het weiland. Komt
hij in de vlucht wat dicht over, dan kennen
we hem aan zijn spitse vleugels, langen
staart en gestreepten borst. Hij heeft de
grootte van een klein soort duif. Zelden roept
hij in de vlucht, terwijl de wijfjes het heele-
maal niet doen. De koekoek is een zeer zon
derlinge vogel, die hier ongeveer half April
verschijnt. Terwijl hij voor de menschen een
aangename verschijning is, wordt hij voor
vele kleine zangvogels noodlottig- De koe
koek bouwt zelf geen nest. doch het wijfje
legt gedurende de Meimaand met groote
tusschenpoozen haar 4 of 5 eieren in het
nest van een of andere kleine zangvogel. In
secteneters, zooals kwikstaart, roodstaartje,
basterdnachtegaal, tuinfluiter komen hier
voor in aanmerking.
't Is dan ook opmerkelijk hoe zoo'n betrek
kelijk groote vogel eitjes legt niet grooter
dan van een musch. Ze komen eenigszins
overeen met de eitjes van de vogel, die zij
uitkiest om haar kind later op te voeden.
Soms legt ze het ei rechtstreeks in 't nest.
Gaat dit niet doordat ze te groot is, dan legt
ze 't op den grond en brengt het met den
snavel op de bestemde plaats. De pleeg
ouders merken er niets van welk onheil hun
boven het hoofd hangt.
Op mijn zwerftochten door de duinen heb
ik eenmaal 't geluk gehad een koekoeksei te
ontdekken in het nestje van een roodstaartje
De roodstaarteitjes zijn helderblauw; één
ei in het nestje was iets grooter en lichter
van kleur, 't Verschil liep duidelijk in het
oog. Dit moest het ei van een koekoek zijn.
De roodstaartjes had ik voor neel wat on
heil kunnen behoeden door het vreemde ei
weg te nemen, doch ik heb de natuur haar
gang laten gaan. Een week later ging ik
nog eens kijken hoe de zaken stonden. Het
drama had zich toen reeds voltrokken. In
het nestje één groot kaal vogeljong, op den
rand en op den grond de kapotte blauwe
eitjes. De jonge koekoek die eerder was uit
gekomen dan de jonge roodstaartjes, had
de eitjes uit het nest gewerkt. De oude rood
staartjes hadden bijna geen tijd genoeg de
veelvraat te verzadigen, die spoedig grooter
was dan zijn pleegouders. Massa's rupsen,
torren en vliegen werden door hem verslon
den. Na 14 dagen kan hij al vliegen, laat
zich nog een poosje voeren, tot hij zelf voor
voedsel zorgt en eind September naar het
Zuiden trekt.
Brieven aan de Redactie van de Kinder-
Afdeeling moeten gezonden worden aan
Mevrouw BLOMBERGZEEMAN, Marnix-
straat 20.
OPTIMIST. Mei begon schitterend, zoo'n
regenbuitje tenslotte was al weer goed voor
't stof.
DE KATUIL. Tot mijn spijt ben ik niet
naar de tentoonstelling kunnen gaan. Wat
is er al veel in je tuintje, 'f Groeit nu zeker
als kooi. Zijn de doperwten al gepoot?
GENTIAANTJE. Wat prettig, dat jullie
uitvoering zoo goed is geslaagd.
W. v. d. LIk denk, dat we in deze aan
gelegenheid wel dezelfde opvatting zullen
hebben. Er zijn niet overal financieele ver
plichtingen. Dat hangt van de geldmidde
len af.
TWEE BLONDJES. Natuurlijk miste ik
jullie de vorige week. Die vergeetachtige va
der, hè. Maar vaders hebben aan zooveel
dingen te denken. Voortaan maar mee hel
pen onthouden.
C. D. W- Laat vader altijd maar je
beste vriend blijven. Gelukkig, dat je weer
heelemaal in orde bent. Wat ben je gauw
jarig. Dien nieuwen schuilnaam mag je
de volgende week wel onder je werk zetten.
GENTIAANTJE. 't Zal langs den Zee
weg nu ook wel hoel mooi wezen. Begon de
vogelkers al te bloeien? Wat gezellig, dat je
alle dagen eventjes met vader gaat fietsen.
W. L. Ik geloof niet. dat je verhaal ge
schikt is voor Onze Jeugd. Met genoegen wil
ik ook dat andere nazien. Toch wel prettig
voor je, dat or een hulpje is komen opdagen.
Alle begin is moeilijk natuurlijk. Ben je al
aan 't boeken kaften?
DE KLETNE VOGELVRIEND. Mei begon
zoo als ze in gedichten bezongen wordt.
Maar de Maandag was ze leelijk aan 't zak
ken. Jij hebt heerlijk van 't mooie weer ge
profiteerd. Ik heb gelezen, hoe de heer Wil
liams jullie weer eens heeft beet genomen-
Gaat de heele familie Donderdag naar Nijme
gen? Dan wensch ik jullie veel genoegen en
vooral mooi weer.
KLEIN DUIMPJE. 't Doet me genoegen,
dat 't boek juist iets voor jou was. Die moei
lijkste verhalen bewaar je maar tot je in
een hoogere klas zit. Zijn de zevenmijlslaar
zen al gezoold?
A. B. C. Ja. ik ben Zondag in 't Gooi
geweest, 't. Was er fijn. En zoo rustig. Alles
was zeker den Haarlemkant uit. Heb jij nog
gezeild.
MARIETJE Waren Zondag beide groot
moeders bij jullie? Hebben jullie nog een
autotochtje gemaakt?
JAN TEN H. Heerlijk hè. dat er deze
week weer een vrij dagje komt. Dan wordt
or zeker ook geen huiswerk mee gegeven?
Sta je er nog al goed voor met de verschil
lende vakken?
APPELBLOESEM. Nu je naamgenootjes
komen, kom jij Je zeker ook weer aanmelden.
Hoe gaat 't ermee? Ben je dezen winter zon
der ziekzijn doorgekomen? En hoe is 't met
de verdere appelenfamille?
BOBBIE. Hoe maakt de blaffende Bob
bie het? Heb je hem al gehoorzaamheid ge
leerd? Of ben je daar zelf ook nog niet hee
lemaal achter? 't Is ook een lastig vak. hè?
JAN V. Je raadsels zijn goed. Prettig,
dat je zoo'n succes hebt gehad met je Ruil-
aanvraag.
LENA. Je bent welkom. Je mag ook best
zonder schuilnaam meedoen.
BLONDKOPJE. Als je eens iets niet
weet, vraag dat dan maar aan Muur
bloempje, Dezen naam mag je houden.
HAAKSTERTJE. Heb je Donderdag een
gezelligen dag gehad bij grootmoeder en
tante? Over dat andere prettige zal ik maar
zwijgen, hè?
BELLEFLEUR. Hoe heb jij 't in Am
sterdam gehad? Welke wedstrijden zijn er
gedaan? Heb je nog wat gewonnen?
SCHRIKKELKINDJE. Heb je nu 't boek
al uitgelezen? Kun je alles al zonder hulp
lezen?
WIPNEUSJE. Misschien noemt de juf
frouw „Honger is een scherp zwaard" een
spreuk. Er is wel verschil tusschen spreu
ken en spreekwoorden.
KERSTROOSJE. Je had het boek wel
mogen ruilen als ic het al van je nichtje ge
lezen had. Ik wis* niet, dat jy zoo'n knappe
poffertjesbakster was. Opeetster ook, hè?
Hoeveel nachtjes moet je nog slapen, voor je
jarig bent?
A. Z. Je schuilnaam stond niet onder je
werk. Ben je in je sas met je raadselprijs?
Wat een eer, dat je in de Zandvoorter cou
rant stond. Die bewaar je zeker goed.
ONDERWIJZERESJE. Ik hoop zoo. dat
als je dit leest het weer een echte lentedag
zal zijn, Ben je met Hemelvaartsdag nog uit
geweest? Leuk, dat je in de groote vacantie
jarig bent. Ik ook.
VADERS HULP. Hoe gaat het er mee?
Dat die veelgeprezen Meimaand de menschen
verkouden moest maken. De koude dagen
hebben je poesjes dus niet gehinderd. Het
was zeker prettig speelgoed voor je in de
zieke dagen?
DE LOOZE VOS. Komt er al wat op in
je tuintje? Wat zul je van den zomer veel
mooie bloemen hebben! Ik denk, dat tante
alle dagen een bouquetje op tafel heeft
staan.
DRAAITOL. Je raadsels zijn goed. Het
was wel te voorzien, dat de Emmabloem-
collecte minder op zou brengen dan een
vorig jaar. In welken wijk liep jij?
MICKY MOUSE. Hoor je nog wel eens
wat van Turnstertje? Wie heeft moeders bal
gekregen Ik kan me best begrijpen dat je
't, fijn vond weer eens in den draaimolen te
zitten.
GRASPIEPER. Hartelijk gefeliciteerd
met je eerste prijswinning. Heb je den prijs
al ontvangen? En mag je nu 't tafeltje hou
den?
ZILVERSCHOON. Je raadsel is goed.
NEVADA. Dat was wel een echte bof, dat
Johan 's middags vrij kreeg op zijn verjaar
dag. Nu speelt hij zeker alle dagen tramcon-
ducteurtje. Heb jij een gratis tramabonne
ment gekregen?
D. S. V.-ER. Wat prettig, dat je zoo
gauw bij was met de klas. Waarom kreeg je
Vrijdagmiddag vrij? Natuurlijk wist ik wel,
dat je geen eieren uit de nestjes zoudt ha
len. Zaterdag heb je dus een heerlijk dagje
gehad Dat had je ook verdiend.
LELIETJE VAN DALEN. Hoe bevalt het
je op de mondorgeiclub? Heb je Donderdag
prettig feest gevierd? Wat zal moeder blij
zijn, dat de schoonmaak is afgeloopen- Krijg
jij dat taschje van Ganzenhoedstertje of
maak je het na.
GANZENHOEDSTERTJE. Als je het
pakje alleen 's Zondags draagt, blijft het ook
langer mooi. Hoe vond jij het op de mond
orgelclub? Gezellig, dat je er je kennisjes
hebt. Was Rozeknopje blij met je cadeau?
Wat zal ze nu lekker ruiken. Is poes nog
niet. terug?
ROZENKNOPJE. Wat heb je je konijn
tjes leuke namen gegeven. Luisteren ze er ook
naar? Vorder je met 't kleed? Geef je de
katjes ook namen? Je mag ze later wel in
de Ruil-Rubriek zetten. Nog heel hartelijk
gefeliciteerd met je verjaardag. Dat trof je
op zoo'n vrijen dag. Je mag met potlood blij
ven schrijven, omdat je zoo duidelijk schrijft.
POESENMOEDERTJE. De maand Mei
liet ons Zondag zeker zien, hoe mooi ze wel
kon zijn. Wat heb je een mooi boek gekre
gen van de bonnen.
ROODKAPJE. Wat zal jij nu een fijne,
lange vacantie krijgen.
JUFFERTJE ZWEMGRAAG. Wat treft
dat prachtig, dat vader juist op Pinkster
jaris is. Ben je op Hemelsvaartsdag nog met
moeder naar de bollenvelden wezen kijken?
Mocht je vriendinnetje mee?
HANDWERKSTERTJE. Moeder is dus
voor Pinkster wel door de schoonmaak
heen. Wanneer ga je met de klas naar
Schiphol? Wat ben jij op Julianadag aan
't draaien geweest. Hoeveel kleine poesjes
hebben jullie?
ACCACIATAKJE. Heb je je eerste fiets
tochtje nog niet gemaakt? Is de club nog uit
geweest? Waarom wilden jullie van naam
veranderen? Zeker hoor ik nog wel eens wat
van Prichel en Prochel. Ga maar eens naar
haar toe.
SNEEUWKLOKJE. Alle begin is moeilijk
't Gaat nu zeker al beter. Vraag maar of de
juffrouw je geregeld helpt Ben je al aan de
moderne jurk bezig? Stel je ruil-aanvraag
nog maar eens. Misschien is er nu wel iets
voor je bij.
HAARKNIPSTERTJE- Had je de vorige
week je naam onder je briefje geschreven?
Dat is wel een leuke versiering.
GELUKSPOP en SERINGENKNOPJE.
Was broertje niet bang in de draaimolen?
Dat is maar een dagje van plezier eeweest.
Jullie raadsels zijn goed.
ROZEKROONTJE. Hoeveel jurken heb
jij wel? Ik geloof, dat de een nog prachtiger
is dan de ander, 't Spijt me zoo, dat jij niet
een der winsters van de raadselprijzen bent.
Straks komen de wedstrijdprijzen. Daar doe
je toch zeker ook aan mee.
LUCIFER. De volgende week vertel je
me zeker wel eens, waar je met Hemel
vaartsdag en Pinksteren naar toe bent ge
weest.
ANSEPANS. 'k Ben blij, dat het boek
naar je zin is. Heb je het al heelemaal uit
gelezen?
BALLENBREISTERTJE. Daar viel heel
wat te snoepen. Is de kiek goed uitgevallen?
Jullie denken er zeker nog dikwijls aan te
rug. Welke vogeltjes zitten er in die nesten?
Hoe was de vriendinnen-visite? Hoe laat
sliep je dien avond?
BOERTJE- Heb jij je versje goed opge
zegd op de bruiloft? En heb je geen kies
pijn gekregen van al die bruidsuikers?
GRUTTO. 't Zal zeker nog wel een
maandje duren, voor 't kindje spelen gaat.
Voor welk kindje wordt dat reformschortje?
DE TWEE BLONDJES -- Ik kon nu wel
schrijven: de twee fuifnummertjes hè. Dat
zal vast een heerlijke verjaardag geweest
zijn.
GOUDELSJE. 't Is niet des hazen dood,
maar der hazen dood. Hazen staat hier in
de 2e naamval!
DIRECTEURTJE. Wie heeft dat fijne
boek geschreven? !t Is nu weer echt lees-
weertje hè?
GWENDOLINE. Als je duidelijk schrijft
mag je wel met potlood schrijven. Ja 1 Mei
begon schitterend. Misschien wordt het
spoedig weer zoo mooi. Woensdag is de
laatste dag voor je briefje. Je raadsel is goed
W- BLOMBERG—ZEEMAN,
Marnixstraat 20.
TUINHOEKJE.
In de groenteafdeeling kunnen we zaaien:
Doperwten. Hiervan zijn heel wat soorten
die in hoogte zeer uiteenloopen. De lage stam
of kruipdoppers worden niet veel hooger dan
30 C.M. terwijl andere soorten wel een lengte
van 2 M. bereiken. De laatste moeten ge
steund worden door rijshout, daar de sten
gels te zwak zijn om de plant rechtop te
houden. Misschien kunnen jullie hier o'f
daar wel wat iepetakken bekomen, doch dan
moet je oppassen, dat de takken niet kor
ter zijn dan de planten hoog worden. Groeit
de plant boven de takken uit, dan gaat ze
hangen en belemmert daardoor den groei en
de vruchtvorming. Bij het aanschaffen van
het zaad wordt wel vermeld, hoe hoog de
soort opgroeit. Meestal worden de erwten in
twee rijen gezaaid 15 a 20 c-M. van elkaar,
liefst in de 'richting Noord-Zuid. Tusschen
de rijen worden de takken gestoken. We
maken dus twee geultjes ongeveer 4 cM.
diep en leggen daar de erwten in pl.m. 4
c.M. van elkaar verwijderd. Is de grond droog
of wordt nog laat gezaaid, dan maken we
de geultjes iets dieper.
Peulen, 't' Groote verschil tusschen dop
erwten en peulen is, dat van de doperwten
de onrijpe erwten en de peulen met peul en
al genuttigd worden. In de groei- of bloei-
wijze is geen verschil. Allebei geven mooie
helderwitte vlinderbloemen. De vruchten
zijn echter goed te onderscheiden. De dop
erwt geeft bolronde, harde scheden, terwijl
die van de peul veel zachter en dunner zijn.
Bij de laatste kunnen we van buiten wel tel
len, hoeveel erwtjes in de peul zitten. De
manier van zaaien is gelijk aan de doperw
ten.
Capucijners. De erwten hiervan worden
meest droog gebruikt (grauwe erwten) doch
kunnen ook onrijp, evenals doperwten ge
geten worden. De plant is over 't geheel
grover dan de eerstgenoemde. Ze is gemak
kelijk te onderscheiden, doordat de bloemen
paars van kleur zijn. Het zaaien geschiedt
weer op dezelfde manier als bij doperwten
en peulen.
Erwten kunnen ook best in een bak of
bloempot gezaaid worden. Met een beetje be
mesting ontwikkelt zich een flinke plant.
Het kweeken van kruiden geeft ook altijd
veel voldoening. In den loop van den zomer
zal ik er eenige behandelen en we beginnen
met
Boonenkruïd, het bekende toekruld voor
tuinboonen, dat fijngehakt zeer geurig is en
de tuinboonen zeer smakelijk maakt, mits
we er niet al te veel bijvoegen. De zaaitijd is
AprilMei wanneer de tuinboonen bloeien.
Gebruiken we het bij het inmaken van
augurken, dan wordt in het laatst van Juni
opnieuw gezaaid, daar dit eenjarig kruid
spoedig in het zaad schiet. Het fijne zaad
wordt met weinig of geen aarde gedekt.
Voor wintergebruik snijden we het tegen
den bloeitijd af. binden het in bundeltjes en
drogen het in de schaduw. Als we 't stofvrij
bewaren, blijft het jarenlang geurig en goed
voor soep en saus en bij het gebruik van
ingelegde snij- en slaboonen, om den in-
maaksmaak weg te nemen.
LECPLAATJE.
Wie ziet kans van de acht zwarte stukjes
de locomotief te bouwen? Het is niet gemak
kelijk en als je over niet al te veel geduld
bschikt op het oogenblik, moet je liever
wachten, tot je er meer plezier en gelegen
heid voor hebt. In ieder geval kun je begin
nen de puzzle klaar te maken.
Plak het geheele plaatje op niet te dik
carton en wacht tot alles goed droog is. Dan
de zwarte stukjes keurig netjes uitknippen.
Als Je de locomotief dubbel vouwt, gaat deze
heele legplaat in een leeg lucifersdoosje.
Succes hoor!
DOOLHOF.
„Wie doolt er mee?
Van I naar n?
i Je kunt er een wedstrijd van maken. Neem
er een klokje bij en ga eens na. wie er van
jullie allen het eerste weer uitkomt bij den
uitgang, die met n is aangegeven.
Ondeugend vleeseh. Bestuurders van
de stad Utrecht verboden in 1713 op boete
van f 300 op de markt ten verkoop aan te
bieden ondeugend vleeseh. De heeren zullen
wel ondeugdelijk bedoeld hebben.