De vrouw in de XXe eeuw.
Schoonheidsontwaken.
HAARLEM'S DAGBLAD
ZATERDAG 7 MEI 1932
EEN PAAR CEKLEEDE ZOMER
JAPONNETJES.
De beide modellen op de teekening, be
doeld voor een paar z.g. meer gekleede zo
merjaponnetjes (dus niet direct voor sport
of strand) laten duidelijk zien de neiging die
er bestaat om de taille-lijn zeer hoog te ma
ken. Dit laatste verschijnsel doet zich vooral
voor bij de meer gekleede modellen en
avondjurken, zoodat men den indruk krijgt
van de mode uit het z.g. empire-tijdperk De
rok is echter nauwsluitend tot aan de
knieën en valt van daar af in godets, klok
ken, plooien, enz. De figuur links op de tee-
kening stelt voor een japon van groene
crêpe de chine met een gedrapeerde kraag.
De garneering bestaat uit vele rijen stiksels.
De rok is op zij met ingezette, ingerimpelde
panden, die met een rijtje heele kleine plooi
tjes zijn ingezet. Voor dit model (patroon nr.
12 343) is 3 M. stof van 1 M. breed toereikend.
De andere japon is gedacht van violetroode
crêpe romain, met een puntvormig boven
stuk. De basque is van voren met waaier
vormig plissé. De rechte rok verkrijgt van
onderen eveneens de noodige ruimte door
ingezette, waaiervormige plissés. Ook de
mouwtjes zijn geplisseerd. Voor deze jurk
(patroon nr. 12.344) is 3.75 M. stof van 1 M.
breed noodig.
Het. mode-silhouet geeft overigens groote
verscheidenheid te zien. In het algemeen
kan men zeggen, dat in de sport- en meer
gewone modellen de lijn iets rechter is ge
worden. Zooals daarstraks opgemerkt, be
staat er bij de gekleede modellen en de
avondjaponnen een neiging naar de Empire-
stijl met. nauwsluitende heupen en een hooge
buste-lijn, met gedrapeerde en schouder
effecten van boven. Bij verschillende van de
nieuwste modellen zagen wij japonnen zon
der een bepaalde, nauwkeurig aangegeven
taille-lijn. De ceintuur zal minder algemeen
worden Maar er is niettemin een voorspelling,
dat men binnenkort een ommekeer zal zien
in de over de heupen nauwsluitende rok en
dat de ruimte van den rok niet meer ter
hoogte van de knieën zal beginnen, doch
belangrijk hooger.
Van deze japonnen zijn knippatronen ver
krijgbaar a 75 ct. Postwissel zenden aan: De
Beurs. Amstellaan 66, Amsterdam Z. of Giro,
Postrekening 71512. Op het strookje nauw
keurig vermelden: naam en adres van af
zender, nummer van het gewenschte patroon
en maat-. Levering binnen 1 week. (De maten
van 40 tot 52 kunnen geleverd worden).
STROOIEN HOEDJES.
Er worden van den zomer natuurlijk aller
lei strooien hoedjes gedragen in verschil
lende kleuren. Wanneer we dan een strooien
hoed van vorig jaar een beetje willen ver
maken of moderniseeren, komen we dikwijls
tot de ontdekking als we het lint er af halen,
dat zoo'n hoedje van naturel strco knapjes
vuil of verband is geworden. Daarom gaan we
zoo'n wit strooien hoedje opknappen. Kapje
en lint moeten er natuurlijk afgehaald wor
den en apart gewaschen. Het strooien dopje
wordt vervolgens goed schoongeborsield en
verfvolger.s met een schuiertje met lauw sop
afgeborsteld. We moeten den hoed niet te
nat maken, anders gaat hij uit zijn model.
Naborstelen met gewoon water. Dit helpt in
de eerste plaats om een vuil geworden hoed
schoon te maken. Is hij echter geel geworden
dan moeten we hem afnemen met een papje
van citroensap en het z.g. cremortart. Wij
gaan daarbij als volgt- te werk: We beginnen
met den rand van een hoed aan den onder
kant schoon te maken. Dan nemen we eerst
den bol, werken daarbij van uit het middel
punt in steeds wijder kringen naar beneden
tot aan den rand en nemen vervolgens den
bovenkant van den rand onderhanden. Als de
hoed op die manier heelemaal met 't papje
is ingesmeerd, moet hij in de zon te drogen
hangen. Is hij goed croog. dan afborstelen,
eerst droog, daarna met eenigszins vochti-
gen borstel
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
a 60 Cts. per regel.
DE KNETTERFIETS.
U kent ze natuurlijk allemaal, de hakke-
poef. die aan menigeen heel wat gemak geeft
omdat ze het vermoeiende tegen-wind-in
trappen opheft, en toch het zeer goedaardige
uiterlijk van een gewone fiets heeft behou
den. Want al mag nu een „echte" motorfiets
nog zoo bezongen worden door de vaak jeug
dige, mannelijke eigenaars, de meeste men-
schen schrikken voor het gedender en het
machtige uiterlijk dezer vehikels terug, ter
wijl zij voor dames gebruik niet veel in trek
zijn.
Nee. dan de knetterfiets. die officieel de
plof fiets" schijnt te heeten, wat me een
meer dan komiek woord toeschijnt. Enfin, la
ten we maar blij zijn, dat het niet plofrijwiel"
is, wat nog komieker zijn zou, maar wat lo
gischer schijnt, omdat de officieele verorde
ningen en wetten zich niet inlaten met
fietspaden en gestolen fietsen, maar met
rijwielpaden en ontvreemde rijwielen.
Terwijl toch het woord fiets zoo'n buitenge
woon aardig voorbeeld is van een nieuw
woord, ontstaan uit het volk zelf.
De knetterfiets is er hier aardig ingeko
men: menige bestelf iets kart met een flink
vaartje over den rijweg, terwijl vroeger een
zwoegen tegen den wind op, liefst met een
groote mand voor op het stuur, heel wat
energie vorderde. De vischboer rijdt er op.
de oude heer die renteniert, de loopjongen
uit de apotheek en de knecht uit de dames
modewinkel; verder de verpleegster en de
huisbezoekster, de toerende dame en de dikke
meneer, die er mee naar zijn werk rijdt, en
een hekel heeft aan een stevige trap op de
gewone fiets, omdat hij zoo dik is: en die zoo
dik geworden is, omdat hij altijd al zoo'n
hekel heeft gehad aan een stevige trap op
de fiets.
Het schijnt, dat er hier in het westen van
ons land meer gebruik van de knetterfiets
wordt gemaakt dan in het Oosten; het is
natuurlijk ook mogelijk, dat de verhouding
percentsgewijze wel dezelfde is. maar dat het
veel geringere verkeer in het oosten ook een
kleiner aantal knetter fietsen vertoont.
Eén ding heb ik bepaald op ze tegen: door
dat ze op den- grooten weg rijden en niet op
het fietspad brengen ze de andere fietsers
in de war. Allereerst al door hun grootere
snelheid. Wie ze in druk verkeer ontmoet
hoort ze vrijwel niet, en omdat ze er als fiet
sen uitzien, zijn we er vaak niet voldoende
op verdacht, dat ze' met een flink gangetje
naderbij komen, zooals een juffrouw onder
vond, die op het Plein zóó schrok van een
bakfiets met motor, die onverwacht op haar
af kwam, dat zij een gevaarlijke zwenking
maakte en nauwelijks aan een aanrijding
ontkwam.
Bovendien hebben ze met hun deftige num
merbord een allure van motorfiets, die hun
't. spijt me het. te moeten zeggen niet staat.
Wie ze inhaalt op een weg met aanslutiend
fietspad, komt licht in de war met het be
grip fiets of motorfiets, zoodat hij ze links
wil inhalen, dus zelf ook den rijweg opgaan
wat lang niet ongevaarlijk is.
En om u eerlijk de waarheid te zeggen
kan ik ze bepaald niet uitstaan, als ik
cp mijn eigen fiets tegen een straffen wind
moet optornen, zoo nu on dan het gevoel
hebbend alsof ik nauwelijks meer vooruit
kom. terwijl zoo'n broertje van mijn eigen
vehikel me glorieus en makkelijk voorbij tuft
met een constant vaartje van twintig kilo
meter. alleen door dat platte geval op de
bagagedrager, of waar het dan ook zitten
mag. Dat is een oneerlijke concurrentie, die
de eene soort de andere aandoet, waar mijn
rechtvaardigheidsgevoel tegen op komt.
Nog erger wordt het straks, wanneer de
electrische fiets in gebruik wordt genomen:
dan hebben we niet eens meer het geknetter
oftewel het geplof, oftewel het gehakkepoef.
om ons tenminste nog het idee te geven dat
er heel wat gezucht en geblaas noodig is, om
ons zoo glorierijk voorbij te rijden. Nee, dan
komt die fiets ons listig besluipen, en lapt
ons, eigen oude karretje met een kinderach
tig gemak en zonder eenige herrie van: 't
kost me toch wel enorme inspanning.
Stel u voor, steeds freewheelen, dus altijd
de heuvel afgaan, nooit er tegenop, en dan
nog geïuischloos ook! 't Is meer dan erg.
En om het nog mooier te maken: wanneer
wij dan 's nachts slapen om een beetje te
bekomen van al het trappen en de inspan
ning die er mee gepaard gaat, staat die stie
keme electrische fiets zich vol te proppen als
de eerste de beste Hollebollegijs, om 's mor
gens ons met nieuwen moed geluidloos en
zonder inspanning voorbij te karren-
Dat lijkt op verraad'. E. E. J.P.
ONS WEKELIJKSCH
KNIPPATROON.
GEHAAKTE EN GEBREIDE
ZIJDEN BLOUSE.
Dit is een van de aardige zelfgemaakte
blouses, die we op het oogenblik zoo goed
kunnen gebruiken. Als materiaal nemen we
glanzende zij, wit of een lichte kleur. De
boord en de boordjes aan de mouwen zijn
gebreid, verder is de blouse gehaakt, In twee
soorten steken, waarvan ik er één aan de
fantasie van de lezeressen overlaat en waar
van de andere, voor
de pas. dicht moet
zijn, dus heelemaa:
stokjes of heele
maal vasten. De
eerste steek kan bij
voorbeeld ziin: drie
stokjes, drie los
sen. In dit geval
wordt de blouse erg
poreus. Wie dat niet
wil, kan één stokje
één losse haken, of
één vaste één l»>sse.
Dit aardige tennlspakje heeft vóór. dat de
rok eigenlijk broek-rok is. wat bij het ten
nisspel wel zeer gemakkelijk is. Het kleedje
is van toile de soie en het helder wit con
trasteert aardig met het wollen jasje van
blauw of rood. De bonte sjaal geeft voorts
nog iets nonchalants cn sportiefs.
Het patroon kost f 0.75 en is verkrijgbaar
in de maten 88, 96 cn 104 c.M bovenwijdte,
bij de „afdeeling knippatronen", Uitgevers
maatschappij „De mijlpaal", Postbox 175,
Amsterdam. Giro 41632.
Wij verzoeken onze lezeressen vriendelijk,
vooral niet te vergeten om de maat van het
model tegelijk met het nummer 6666 op te
geven.
Een beetje hol moet
het wel worden, om
het verschil te krij
gen met de pas.
We beginnen voor-
en achterpand met
de boord, die we
breien twee recht
twee averecht, en
die ongeveer 15
c.M. hoog moet
worden. We hech
ten aan het einde
niet af, maar ha
ken de iteken stuk voor stuk van
den breinaald af. Meet zelf hoogte en breed
te, hoogte van de armsgaten enz. Knip des
noods eerst een papoeren patroon. Maak
vooral de vierkante halsopening niet te
wijd.
Hef boordje van de mouw breien we weer
twee recht, twee averecht, ongeveer 5 c.M.
hoog. We haken dan het mouwtje in de
holle steek en maken het dadelijk boven de
boord zoo wijd als het van boven zijn moet.
zoodat het een beetje overvalt. De kap moet
vooral niet te hoog worden.
Tenslotte haken we vijf langwerpige stuk
jes in vasten, 4 a 10 c.M.. die in het midden
bij elkaar genomen worden cn zetten drie
van deze strikje svoor op de blouse en op het
boordje van elke mouw ook één.
Het is aardig o mvand ezelfde zij een muts
bij de blouse te haken of te breien.
MIES BLOMSMA
De vrouw in de koloniën.
Zooals dc milde stralen der voorjaarszon een
bloesem van schoonheid aan boom en struik
toovcren, wekt het dagelijksch gebruik van
„Zij''-Crënic een nieuwe lente in Uw huid.
In prijzen van 20—3045 en 75 cent.
Sinds enkele maanden bestaan er vereer.i-
gingen van huisvrouwen in Batavia en Soe-
rabaja, nadat Indië reeds eenige jaren zijn
Vrouwen kiesrechtvereeniging heeft, en de
vrouw op het kantoor er ook reeds lang haar
intocht deed. Beide nieuwe vereenigingen
hebben dadelijk een orgaan opgericht, dat
een band vormt tusschen de leden, en dezen
voorlichting geeft op elk gebied, dat de huis
vrouw bestrijkt als echtgenoote. moeder,
consumente. werkgeefster en leidster van
haar personeel, gastvrouw, maatschappelijk
werksterexcusez du peu. Recepten en
modellen van kleeding. wenken op hygenisch
gebied en dat van zuigelingenzorg, raad om
trent inkoopen en omgang met haar bedien
den, omtrent woningbouw en versiering van
haar huis en tot ontspanning nog wat lec
tuur over Holland, ontleend aan de Neder-
'andsche bladen. Werkelijk de redacties doen
haar best en juist in een tijd. dat de huis
vrouw in de koloniën met minder personeel
zuiniger zal moeten leven, zullen de mede-
deelingen cn raadgevingen omtrent tijdbe
sparing en bezuiniging zeer welkom zijn aan
de vrouwen, die ver van het vaderland leven
in een andere maatschappij, waar zij vele
hulpmiddelen missen, welke in eigen land bij
haar bestaan schijnen te hooren. Misschien
zullen zelfs dc vrouwen op buitenpasten nog
meer genieten van de nieuwe saamhoorig-
heid tusschen de huisvrouwen in de koloniën
dan de vrouwen in de groote plaatsen, waar
men zich minder heeft te behelpen, gemak
kelijker alles kan krijgen, wat voor de dage-
lijksche behoeften van de huishouding on
misbaar Is. Of zou daarvoor, wat in be
doelde bladen wordt verteld, weer te veel zijn
berekend op den toestand in de steden, waar
de huisvrouw het initiatief nam tot organi
satie?
Het feit zelf, dat de huisvrouw zich orga
niseert, wijst reeds op een nieuw stadium in
haar ontwikkeling. Van de periode der pio
niers is men gekomen in die van de gemeen
schap, welker leden tijd hebben te vergade
ren en zorg te schenken aan medemenschen
In het Aprilnummer van „De Huisvrouw in
Tndië lazen we een oproep van het bestuur
om steun te verleenen aan het „Tehuis voor
Werkloozen" van het Leger des Heils. be
stemd voor Crisisslachtoffers. die tijdelijk
zonder huisvesting en zonder inkomen zijn.„
Dit beteekent. dat de huisvrouw in Indië
steun wil geven aan sociaal werk, reeds in
deze richting haar medewerking schenkt.
Geen wonder: gedeeltelijk zullen de slechte
tijden, welke Indië doorleeft den band ver
sterken tusschen alle vrouwen, die daar wo
nen. hetzij zij als echtgenoote haar man zijn
gevolgd en hem terzijde staan, hetzij zij zelf
werk hebben gezocht in de tropen.
Gedeeltelijk is er onder de vrou
wen in Indië reeds lang een andere
geest gekomen, dan die. welken een lady Raf
fles vond. toen zij daar haar pionierswerk
begon, en haar zusteren als het ware zelf
respect leerde onder een klimaat, dat velen
den moed had benomen, zich zelfs maar te
kleeden, laat staan de huishouding te doen
Er hebben heel wat invloeden gewerkt,
voor dat de vrouw in Indië een Vereeniglng
van Hulsvrouwen ging oprichten, maar de
oprichting van scholen voor de inlandsche
meisjes beteekende sociaal werk en het huis-
houdonderwijs in Indië nam reeds een groote
vlucht.
Toen we tijdens het Congres voor Vakop
leiding de tentoonstelling op het gebied van
huishoudonderwijs bewonderden, trof ons ook
de beteekenis van het huishoudonderwijs in
Indië. maar we hoorden de klacht, dat de
noodzakelijke bezuinigingen dit alles zouden
stopzetten. En op de vergadering van den
Vrouwenraad bood een lid van het H B. der
Ver. tot oprichting van Jonge Vrouwenscho-
len -in Ned. Indië ons een circulaire aan, ter
lezing. Het was een krachtig beroep op parti
culieren steun, om het werk der vereenlging
te helpen in stand houden. Gelet op de vele
aanvragen tot opneming in de Julianastich-
tlngen. achtte men spoedige financieele hulp
gebiedend noodzakelijk.
De Juliana-stichtingen hebben in den loop
der jaren vele meisjes van Nederlandschen
stam onderwezen in de huishoudelijke vakken
en zóó opgevoed, dat zij, hetzij als moeder
hetzij als werkende vrouw in de Indische
maatschappij een nuttige plaats bekleeden.
zoo bleek o m. uit de circulaire, welke het be
treurde. dat het mooie werk zou moeten wor
den ingekrompen, indien de hulp uitbleef. Se
cretaresse der vereenigir.g is mevrouw L. van
Woerden-Joh an issen, Haanplein 17 Den
Haag, die zeker nadere inlichtingen gaarne
geeft.
Maar naast het onderwijs aan het Indische
meisje heeft zeker veel goed gedaan het on
derwijs aan de Hollandsche vrouw, die naar
Indië gaat aan de Koloniale school voor
vrouwen en meisjes in Den Haag. De school
is gelukkig geen onbekende meer, noch Sn
Holland, noch in Indië, en al heeft zij altijd
te kampen gehad met. moeilijke financieele
omstandigheden, al lijdt zij thans ook onder
de malaise, zij zette en zet haar werk voort
in een geest, die van veel beteekenis is voor
de toekomstige huisvrouw in Indië en de ver
houding tusschen de verschillende bewoners
van ons Indië. Het bestuur van die school
heeft niet weinig bijgedragen tot de oprich
ting van tropische cursussen voor verpleeg
sters. Ook dit pas begonnen werk, dat nieuwe
horizonnen opende, is voorloopig dupe van
de crisis, maar wie niet wanhoopt aan de
toekomst, zal dankbaar zijn, dat reeds de
weg is gevonden.
Toen onlangs de koloniale school volgens
de gewoonte een cursus eindigde met eenige
feestelijkheid werd daar door een vrouw,
oud-leerlinge der school gesproken over de
werkende vrouw in Indië. Zij rekende daar
onder voor een groot deel ook de hulsvrou
wen. die op buitenposten pionierswerk heb
ben te doen. en zich moeten weten te behel
pen. Maar zij gewaagde ook van het harde
werken van zoo menige vrouw, die niet al
leen voor zichzelf den kost moest verdienen
als typiste, of in eenig ander beroep, maar
dikwijls nog voor familie heeft te zorgen.
De presidente herinnerde in haar afscheids
woord tot de leerlingen, die straks in de In
dische maatschappij zouden komen, dat zij
daar een verantwoordelijkheid zouden heb
ben, dat zij voor zichzelf in Indië veel geluk
kiger zouden zijn, als zij niet in genot al
leen haar taak zochten, maar beseften, dat
zij haar man tot steun konden zijn. haar
personeel konden opvoeden, en.... zich aan
maatschappelijk werk wijddenZij legde
vooral den nadruk op de taak der moeders,
die gelukkig getrouwd zijn. om de eenzame
werkende vrouwen een thuis te bereiden in
haar woning, iets voor haar te doen. die zich
geen ontspanning kunnen veroorloven, om
dat al haar verdiensten bestemd zijn voor
onderhoud van zich zelf en haar familie. Een
mooie gedachte welke uit den aard in de be
knopte verslagen over dien middag niet tot
haar recht kon komen, maar welke getuigt
van vertrouwen in de vrouw in Indië. Nu
daar twee vereenigingen van Huisvrouwen
zijn. meenden we dat die woorden ingang
konden vinden. Heeft niet leder Nederlander
verwanten in Indië.
EMMY J. BELINFANTE.
de kLoderen
Een stem zegt het opeens, luidop lachend
in de huiselijke stilte van de kamer „Dat zijn
dus dc kinderen, die wij waren" en heusch,
het is geen aanstellerij en geen sentimentali
teit van mij, maar die harde stem breekt be
paald even het teere weefsel van mijn eigen
weemoedige, misschien wel een beetje scn-
tlmentecle, maar in allen gevalle prettig-
sentimenteele stemming, waaraan ik het
laatste kwartier met welbehagen en zelfvol
doening had zitten weven.
Toch dc woorden zijn niet dwaas, als ze
tot mij doordringen, en ik ze wik en weeg ln
mijn gedachten: ze drukken eigenlijk mijn
overpeinzingen precies uit. maar ze worden
zoo bot. zoo hard. zoo nuchter gezegd' De
kinderen, die wij waren! Ik zak weer soezerig
terug in mijn stoel en in mijn schoot schui
ven een stapeltje kieken ritselend door el
kaar en mijn hand strijkt er even over met
een sentimenteel gebaar Het Is zoo vredig
en stil, en het is zoo prettig om eens een
beetje melanchollekjes te peinzen, en de
haard knapt zoo lekker, en ik vind die uit
drukking eigenlijk zoo verschrikkelijk aar
dig: de kinderen die wij waren
En ik til mijn beenen en mijzelf uit miln
stoel, en ga achter mijn schrijfmachine zit
ten schrijven over de kinderen, die wij waren,
omdat de uitdrukking toch eigenlijk tr aar
dig is om er niet di titel van een artikeltje
van te maken. Zakelijk, en opeens nuchter
zit ik er, maar iets van de heerlijke loome
stemming van daar straks is toch noe achter
in mijn hoofd blijven hangen, om zich weer
verder uit te breiden, zoodra ik hem er do
kans toe geef!
De kinderen, die wij waren danHoe
kwam ik er ook weer aan? Ach ja we zaten
bij het vuur. en opeens, niemand wist precies
waar vandaan, kwamen er portretten en
kiekjes en verhalen van vroeger, toen we rog
kinderen waren, cn de portretten en dc ver
halen werden doorgegeven cn we bekeken
allemaal de portretten een beetje geroerd,
omdat wij dat nu geweest, waren, cn wc 'na
men allemaal «ïe verhalen even koesterend
tusschen onze handen, en hle'.den ze vast.
omdat ze zoo verschrikkelijk aardig waren.cn
het. zoo nrofti<r was om tc weten, dat Je als
k'.nd zulke grappige, en lieve, en knappe din
gen gezegd cn gedaan had. We zochten alle
maal onze eigen portretten uit den grooten
hoop. stiekem, zoodat de anderen het niet
merkten, omdat het zoo dwaas leek, en wo
bezagen zc allemaal stilletjes nog eens oen
tweeden en een derden keer, cn keken vra
gend en een beetje verwonderd in de heldere,
ronde oogen van het kind, dat, we geweest
waren. We vonden net allemaal pre* tig om
een verhaal over ons zelf te hooren, al lieten
we het niet merken, en we zochten allemaal
ten slotte onzen toevlucht tot ccn beetje
milden spot, omdat we een klein beetje ver
legen waren met onze vcrleedering over ons
zelvcn. En toen viel er langzamerhand een
stilte, en we soesden weg. cn we dachten
allemaal aan ons zelf van vroeger en voel
den verwondering, omdat een kind zoo ver
dwijnen kan, omdat er zoo weinig over kan
blijven van een paar mollige kinderknuistjes,
omdat er zoo'n heel andere uitdrukking in
een paar glasheldere, ronde, tegelijkertijd
hulpelooze cn volkomen vertrouwende kin-
dcroogen kan komen liet vuur knapte, en in
de kamer hingen tientallen gedachten, als
voelbare, tastbare aanwezigheden. Ze -va-
ken uit de peinzende oogen, uit de glim
lachen om de monden
En toen zei iemand de woorden, die wel
een beetje hard vielen in die stilte, maar die
toch zoo aardig waren: de kinderen, die we
waren! En ik weet het, ik niet alleen, maar
zij ook, hadden het gevoel van een oneindig
verlies. Een verlies van zooveel fr'schheid,
zooveel onwankelbaar geloof, zooveel onwrik
baar vertrouwen, zooveel onbewuste illusie,
zooveel van de mooiste dingen die er zijn. en
die onherroepelijk verloren waren gegaan..
Terwijl ik mijn handen even laat rusten,
kruipt alweer die stemming naar voren, en
vangt mij in zijn netten. Tk doezel weg. stil
en ccn beetje sentimenteel en voortdurend
heb ik het gevoel, of ik ln mijn eigon k'nder-
oogon kijk. Ze zeggen veel. en zc vragen veel,
en Ik kan het nog maar half verstaan, om
dat ik allang die ik niet meer bon. Maar
toch er is iets. dat ze zoo duidelük zieren,
dat ieder het moet verstaan, en dat is dit:
laat mij, en laat alle kinderen .zoo lang mo
gelijk kinderen zijn. Laat hen de mooie d'n-
gen, waarin ze gelooven. zoo lang mogcliik.
laat het vertrouwen, dat r* hebben, zoo lang
en zoo onwrikbaar mogelijk bezitten, laat
hen de illusies, die ze zoo onbewust bezitten,
dat ze ze niet diep wegstoppen, maar ze
open en bloot voor ieder te zien leggen ln
hun oogen. zoo lang mogelijk houden. Ze
zullen ze verliezen, één voor één. maar het
kan nooit Iaat genoeg zijn En misschien zullen
ze, als zc zc lang behouden, er één kunnen
bezitten tot hun dood. en dan zal hun leven
heel wat makkelijker zijn. Want een mensch
zonder Illusies is een arm mensch.
De stemming van daar straks heeft mij al
weer heelemaal gevangen, en ik soes alweer,
blij, dat ik tenminste even mljzelve ge
dwongen en dit verteld heb. Misschien dat u
nu al bezig bent op te staan, en in uw kast te
zoeken naar oude portretten en in uw ge
heugen naar vergeten verhalen, en dat u
straks zult zitten met uw handen in uw
schoot, half sentimenteel, half spottend, om
dat het zoo vredig is in de kanr-r. omda*. er
zooveel gedachten hangen, en omdat u zoo
vertcedcrd zit te denken over het kind, dat
u was! t»
WELLY VAN DER TAK, u