Over den Atlantischen Oceaan.
BIJVOEGSEL VAN HAARLEM'S DAGBLAD
VLAAMSCHE SCHILDERS THUIS.
VIJFDE BLAD.
ZATERDAG 8 OCTOBER 1932
UIT DE WERELD VAN DE FiLM.
De sportieve William Haines.
William Haines werd geboren op 1 Januari
1900 in Staunton, een van de aardigste plaats
jes van Virginia, en zijn jeugd was dus als de
jeugd van eiken klein-stedeling. Hij verheug
de zich in het bezit van twee broers en twee
zusters en zijn vader had een handelszaak in
Staunton. Er vloeide niet het kleinste drup
peltje artistiek bloed in de aderen van de ge
zamenlijke familie.
Toen Cadet William Haines, deel uitmakend
van de Staunton Militaire Academie, zeven
tien jaar was, namen de Vereenigde Staten
deel aan den wereldoorlog., Daar hij nog te
jong was om dienst te nemen, klopte de toe
komstige filmacteur aan om een baantje in
een der munitiefabrieken in Hopewell. ,.Als
mecanicien was ik evenveel waard als een Pe-
kingeesje". verklaarde hij later.
Nadat hij nog eens tevergeefs zijn krachten
had beproefd op fabriekswerk, slaagde hij er
in een betrekking te krijgen bij een effecten
firma in New-York tegen een salaris van
twintig dollar per week Het was nu niet di
rect een gezellige werkkring, maar hij voelde
zich daar in elk geval meer op zijn gemak.
In 1921 bemerkte Bijou Fernandez de ge
wiekste speurder van Metro -Golwyn-Maye r
een robusten jongeman met een goed voor
komen en met een gezicht, dat camera-moge
lijkheden voorspelde. Dit was William Haines,
die tijdens het lunch-uurtje een wandeling
maakte door Wallstreet. Toen hij daaroo werd
uitgenoodigd mee te dingen in een „Keuze
campagne", die werd gevoerd om nieuwe film
talenten te ontdekken, nam hij dit eerst als
een flauwe mop op, maar liet zich tenslotte
overtuigen van de ernstige bedoelingen van
Fernandez. Kort daarna kwam hij als num
mer een te voorschijn uit een wedstrijd, waar
bij door duizenden film enthousiasten werd
medegedongen. Eleanor Boardman was hierbij
nummer een van de vrouwelijke afdeeling.
Haines en Miss Boardman vertrokken dus
naar Hollywood en kregen een rol in Three
wise fools. Eenige' jaren later traden zij nog
maals samen op in Memory Lane.
Intusschen ging de jongeman uit Virginia
met rassche schreden vooruit en speelde o.a.
in Souls for sale, the Wife of the centaur, a
Slave of fashion, the Tower of lies, Sally
Iren| Mary, en Mike. In 1926 had hij groot
succes in Brown of Harvard (Vriendentrouw)
en spoedig daarna was hij tot stardom opge
klommen.
Was Brouw of Harvard de film, waarmee hij
naam maakte, Tell it. to the marines (Eerst
de Jantjes) bewees, welk eeïi enorme popula
riteit. hij reeds bezat en was tevens het bewijs
van zijn ster-capaciteiten. In dien tijd maak
te hij nog Lovely Mary en The little journey.
Met Haines verscheen een geheel nieuw
type in de film. Een criticus noemde hem eens
een „wise-cracker" met romantischen aanleg.
Hij toonde zijn talent voor diverse rollen,
maar zijn fort is het ïicht-komische genre
met een sportieven achtergrond.
Brown of Harvard, Slide kelly slide, Spring
fever, West point (Cadettenliefde), The
smart set (Het Rijkeluiszoontje), Excess bag
gage (De Bijwagen), Speedway (Snelheids
duivels), Duke steps out. (De geheimzinnige
hertog). Alias Jimmy Valentine en Navy blues
(Marinepronkstukken) waren alle van dit
genre.
Zijn eerste sprekende film was The girl
said no imet meisie dat- neen zei) en daarna
volgde Way out West (Cowboy tegen wil en
dank) Get rich quick wallingford (Gladde
jongerv») en Just a gigolo. In de eerste drie
films speelt hij samen met Leila Hyams.
Haines heefr. zijn zuidelijk accent niet ver
loren. Hij is nog niet getrouwd en wordt bij
ooenbare gelegenheden meestal vergezeld door
zijn moeder, die uit Virginia is overgekomen.
Hij is een meter tachtig lang. heeft donker
haar en donkere oogen. Hij houdt veel van
muziek en van lezen, zijn lievelingsschrijver is
Joseph Conrad.
Een bezoek aan Harry Liedtke.
Eens was Harry Liedtke een lieveling van
het publiek. Tegenwoordig behooren zijn films
tot de zeldzaamheden. Dit neemt echter niet
weg, dat de belangsteliing voor hem nog niet
is verdwenen en misschien stellen dus de le
zers belang in het verslag van den correspon
dent, die den acteur een bezoek bracht.
„Liedtke had er voor gezorgd, dat de wagen
voor stond en snel ging het door het villa
dorp Saarow-Pieskow naar het- verblijf van
den filmspeler, alwaar Schnaps, de eigenlijke
heer des huizes, mij blaffend tegemoet sprong.
Schnaps is een kogelrond beest, dat als een
echte filmhond steeds aanwezig is. wan
neer er iets ongewoons gebeurt In de deur
opening stond Karrv Liedtke, naast z'n jonge
knappe vrouw Christ a Tordy, ons eveneens
bekend van het witte doek.
Door beiden werd ik buitengewoon hartelijk
ontvangen. Eerst moest ik mee aanzitten en
vervolgens leidde Harry Liedtke mij rond in
zijn park, waarvan hij met niet geringen
trots vertelde, dat hij het zelf had aangelegd.
Zonder de hulp van een architect, slechts bij
gestaan door een ouden tuinman, heeft
Liedtke den barren, woestijnachtigen grond in
een hof van Eden omgeschapen. Rhododen
drons, dahlia's, rozen, fuchsia's, waterlelies,
het is alles even mooi en smaakvol gecombi
neerd. Deze Harry Liedtke, op de film altijd
de eenigszins amoureuze, glimlachende char
meur, de tamelijk oppervlakkige levensgenie
ter in rok, blijkt in het particuliere leven een
uiterst fijnzinnige mensch te zijn, een lief
hebber van alles wat natuur is, iemand met
veel gevoel voor kleur en vorm.
Hij heeft een aantal prachtige orchideeën,
hem grootendeels door vereersters geschonken,
Behalve deze meest uitheemsche schoonheden
is hij ook de gelukkige eigenaar van een rijke
hoeveelheid" cacteeën.
Een bijna elegant kippenhok ontbreekt
evenmin en plotseling staan wij tegenover een
aardig, klein hert. Het loopt nog een beetje
onwennig; met glanzend warme dierenoogen
kijkt het ons aan, keert zich dan om en gaat
er vandoor.
Als wij het heele paradijs hebben bezich
tigd keeren wij terug naar het kasteeltje, dat
al even smaakvol is ingericht als de tuin. Een
hal. een groote serre. Schilderijen van mo
tie rne meesters hangen aan de muren. Er
heerscht overal een spheer van vreugde en
behaaglijkheid. We gaan voor het venster zit
ten en hebben het gezicht op den tuin. Hier
vlak langs loopt de „pnilosophenweg", zooals
Liedtke hem heeft gedoopt. Het is een lang
smal pad; uren en uren looot de acteur hier
heen en weer, wanneer hij zijn rol instudeert.
De schemering is reeds ingevallen. Wij pra
ten over tooneel en film. Liedtke zet rustig zijn
meeningen uiteen; een mensch, wiens over
tuigingen gegrond zijn op de ervaring, niet
opdringerig, niet scherp, maar hartelijk en
vergenoegd.
FLIP.
Kent U Flip?
U kent Flip nog
niet?
Flip is de jongste
acteur van MetroGold-
wyn-Mayer, hij heeft
een buitengewoon ex
pressief gezicht, groo-
tere oogen dan Joar.
Crawford, is kleiner en
jonger dan Jackie
Cooper en heeft meer
temperament dan alle
andere artisten teza
men, Hij is ongehoord
begaafd zingt, danst, zwemt als een visch
volvoert adembenemende gymnastische toe
ren, heeft steeds nieuw, orïgineele inval
lenkortom hij is een ideaal filmspeler.
Flip's vader, regisseur en directeur is Ub.
Imerks, die zeer trotsch op zijn begaafden
zoon is. Vaders zijn trouwens in het alge
meen zeer trotsch op hun kinderen, maar
met Ub is geen andere te vergelijken.
Onlangs zoch ik Ub Iwerks op in zijn stu
dio om hem te interviewen en iets van het
privé leven van den jongen acteur te weten
te komen. Ik had het bijna opgegeven, want
in zijn atelier moest ik door en over hooi.
rollen papier, draad en kisten klauteren,
stootte me aan een piano, struikelde over
slagwerk, viel tegen een projectie-apparaat,
maar slaagde er eindelijk in mijn ledematen
te verzamelen bij de werktafel van Ub, waar
deze zich tusschen stapels papier begraven
had.
„Hallo, Ub," riep ik hem toe, „hoe gaat het
ouwe jongen, en hoe gaat het met Flip?"
Sinds langen tijd zijn we goede vrienden,
want eigenlijk hebben we Flip samen ont
dekt. Ub praat er niet graag over, maar. in
vertrouwen gezegd, Flip is zijn aangenomen
kind. Wij kennen zijn familie niet en zij
heeft nooit aanspraken op hem doen gelden
waarschijnlijk is zij overleden.
Wij vonden Flip op een dag toen wij in
stroomenden regen van een wandeling terug
kwamen. Op den weg huppelde een eenzaam
verlaten wezentje. Ub, die zeer goedhartig is,
nam den kleine mee, noemde hem Flip en
voedde den jongen op. Sinds dien dag zijn
we goede vrienden.
Ub zag op van zijn werk en gaf zijn blijd
schap te kennen dat ik kans gezien had tot
zijn atelier door te dringen. Hij vertelde mij
dat Flip juist begonnen was met opnamen
voor een nieuwe film.
„Mag ik kijken?" vroeg ik nieuwsgierig.
„Ja, natuurlijk, we zijn er druk aan bezig!"
En daar zag ik Flip, met zijn lange beenen.
groote handen, een klein hoedje op het
hoofd en een schoon wit broekje aan, op het
papier staan. Hij kwaakte een vroolijk „goe
den morgen".
Ah zoo, u wist het nog niet? Flip is een
kikker, een echte, sympathieke kikker, dien
wij op een regenachtigen dag gevonden heb
ben en die Ub Iwerks op het schitterende
idee bracht, Flip den Kikker tot- den hoofd
persoon van zijn teekenfilmpjes te maken.
Sinds dien regenachtigen dag huppelt
Flip over alle bioscoopdoeken ter wereld als
de vroolijkste en veelzijdigste filmacteur.
EEN KANON IN HET VATICAAN.
In de Vaticaan-stad wilde men tennis
banen aanleggen voor de leerlingen van een
seminarium. Men was bijna klaar met de
toebereidselen, toen men in den grond een
3 1 2 M. lang kanon vond. Men legde het
kanon vrij en constateerde, dat het nog ge--
laden was. Men neemt aan, dat het in 1848 ter
verdediging van de Pauselijke Zouaven, daar
is neergezet. Het kanon is ondergebracht in
het museum, dat bij het Vaticaan behoort.
DIEREN ZIJN NIET
INTELLIGENT.
„Dieren zijn niet intelligent", zei Paul
Eipper onlangs in zijn lezing over Vriend
schap met Dieren ter gelegenheid van den
Dierendag. „Dieren bezitten alleen een sterk
herinneringsvermogen".
Een mooi voorbeeld tot staving van deze
bewering levert Rex Knight, lector in de ver
gelijkende psychologie aan de Universiteit te
Aberdeen.
Hij heeft intelligentieproeven genomen op
katten en verhaalt daar een der resultaten
van.
Een kat werd dagelijks" opgesloten in een
kastje, wat ze zelf kon openen door aan een
riempje te trekken, dat aan een grendeltje
gevestigd was. Als ze uit het kastje gekomen
was, kreeg ze een schoteltje melk.
Zoolang het riempje op dezelfde plaats en
op dezelfde wijze was vastgemaakt, slaagde
ze er uitstekend in het deurtje te openen.
Toen de positie van het riempje echter ge
wijzigd werd, zag ze geen kans naar buiten
te komen.
Nog vreemder voor hen. die gelooven dat
katten slim zijn is het feit. dat. teen ze
buiten het kastje voor een schoteltje melk
werd geplaatst, zij weigerde ervan te drin
ken. vóórdat ze in het kastje was gesloten
en zichzelf daaruit bevrijd had door aan het
riempje te trekken l
Er is nog meer te zien op Caracasbaai en
Bullenbaai dan koralen en visschen; er staan
groote zwarte en witte tanks vol met kost
bare aardolieproducten en dat hangt allemaal
samen met de Isla de groote aardolieraffina
derij in het Schottegat, the biggest of the
World, zou de Amerikaan zeggen en dat zeg
gen wij ook. Met trots. Want wat ligt- hier
weer een prachtig stuk werk. wat een heerlijk
bewijs, dat er nog fut zit in de Hollandsche
jongens, die tijdig moeders pappot ontloopen
zijn; voor wie Holland to klein was om hun
werkkracht voldoende to ontplooien en die
toch Holland zoo hoog houden ver van huis.
Kort voor den wereldoorlog werden de eer
ste Petroleumhoudende lagen rond de Golf
van Maracaibo aangeboord. Het waren voor
al de Venezuelan Oil Co. en de Caribbean
Petroleum Co., ressorteerende onder wat- wij
gewoonlijk de „Koninklijke" noemen, die al
ras een groote activiteit toonden en toen
daar werkelijk aan den Noordrand van Zuid-
Amerka, op Venezolaanschen bodem veel
werk moest worden gedaan, kreeg Curacao
olotseling een groote beteekenis. De hoofdre
den hier van was. dat de golf van Maracaibo.
waar rondomheen de belangrijkste olievelden
liggen, door bewegende zandbanken alleen toe
gankelijk is voor schepen met- geringen diep
gang. Een voet of 12. vier meter, oat- was het
maximum en dat is tegenwoordig voor gela
den zeeschepen heel weinig. Dus moes: de
ruwe olie uit Venezuela worden weggehaald
1oor een vloot van kleine schepen, worden op-
zeslagen in de haven aan diep water en van
daar verwerkt en afgescheept in tanken van
veel grooter afmetingen, die de wereldzeeën
goedkooper konden bevaren Hollandsche jon
gens werkten in de door malaria verpeste moe
rassen en oerwouden rond de Golf. Hollanders
trokken aan de touwtjes van wat toen reeds
een wereldconcern was. En de Hollandei's zijn
niet gewend om aan anderen over te iaten.
wat zij zelf kunnen doen. kijk maar eens naar
Sabang! Een veilige diepe haven. Er is geen
betere denkbaar dan het Schottegat achter de
4nnabaai bij Willemstad, waar de Statendam
op eigen kracht kan binnenloopen en op eigen
kracht kan zwaaien. Want dat kleine eilandie
onder den wind wordt jaarlijks door tiental
len groote toeristenschepen bezocht, die er ko
men kijken naar Hollandsche zindelijkheid en
naar het oroduct van Hollandschen onderne
mingsgeest.
Want Curacao is heusch niet alleen een
overscheephaven! De aardolie van Venezuela
's een ruw product, een vieze kleverige troe
bele bruine massa, die je zonder meer nergens
voor gebruiken kant. Maar de Koninklijke
weet dat spul wèl te gebruiken. Benzine, gas-
olie, petroleum, stookolie, smeerolie, asphalt!
Dat zijn woorden, *die iedereen tegenwoordig
verstaat. En dat. is het werk der CuraQaosche
Petroleum Industrie Maatschappij, om uit de
ruwe aardolie van Venezuela bovengenoemde
nroducten te bereiden, uit de ruwe olie. die
door de Caribbean Petroleum Co. en de Vene
zuelan Oil Co. wordt gewonnen, door de Cura-
caosche scheepvaart Mij. wordt gehaald met
"en dertigtal tankbooten van zoowat 2300 ton
■'••aagvermogen ieder en waarvan dan de tien-
allen producten worden verscheept naar alle
"orden der wereld.
En al die Maatschappijen ressorteeren onder
het Shell-Concern, hebben Hollanders in de
Moderne ontdekkingstocht door Zuid-Nederland.
Hoe kom ik er vandaag ineens toe, over die
Zuid-Nederlandsche schilders te schrijven?
Karei van Mander, kon toen hij de levens
van Zuid-Nederlandsche schilders van zijn
tijd ging te boek stellen, alleen op verhalen
en berichtgevingen afgaan, voorzoover hij
tenminste niet sprak over de helden van 't
palet, die in zijn onmiddellijke omgeving
woonden. Dat ging in die dagen van trek
schuit en reiskoets niet. als nu, waar een
vriend in Brussel mij 's morgens, aan mijn
bed staande, uitnoodigt, „even" per auto op
een voor- en achtermiddag de drie beste
moderne schilders te gaan begroeten, die
over zuid-Nederland zijn verspreid. Gaat ge
mede? vroeg hij.
Ja, natuurlijk.
En voort ging het, 80 K.M per uur, eerst
naar Gent, waar de vergulde grijze torens
der oude „Kuip" (d.i. de middeleeuwsche
„City") vonken sproeiden in den blauwen
ochtendnevel, die nog over steden en dorpen
hing. „Want", zei Bep, „wij gaan hier in de
Kuip toch minstens een tweede ontbijt ne
men: Frits van den Berghe heeft zeker nog
maar net zijn kapken opgezet
Die Frits is een merkwaardig Vlaamsch
kunstenaar. Hij woont in de grijze Ste Ka-
tharinastraat. in een holle grauwe woning, in
welke gij een muis zoudt hooren loopen. Daar
wacht ge op hem in een wachtkamer, waar
misschien zes menschen kunnen staan, doch
er bevinden zich zeker zeshonderd voorwer
pen in: schilderstukjes door Zondagsschil
ders of kinderen gemaakt, boerepullen. Pata-
gonische pijlen. Surinaamsche negerinne-
poppen. gegraveerde wijnglazen, ijzeren wa-
feïbakkersvormen en honderden, honderden
dingen méér! Hij zelf komt nu binnen. triest
kijkend achter zijn bril vandaan, en met
ia. Beo had er al op gezinspeeld: Frits van
den Berghe heeft zijn kalotje op 't hoofd, zijn
kaDken. dat hij 's moreen opdoet, voor hoofd
pijn misschien, of tegen de tocht?
Het. leven is de^en kunstenaar één lang
durige hoofdpiin. figuurlijk wel te verstaan.
H'i vindt het menschenlot als alsem, en de
schilderstukken, die hij ons laat zien. zijn
de grilllee verbeeldingsrijke uitdrukking van
dat ondergrond sell e gevoel. Steeds worden zij
Trooper in de werking der verhoudingen.
St°eds dieper in het sentiment. Hij is een
groet? naneef van Hieronvmus Bosch, den
helleschildpr
Maar Frits is beleefd en vriendelijk. Ook Is
hij plechtig in zijn woorden, vooral als hij
met een Hollander spreekt, wiens stijvere taal
de leerling van Bolland trouwens uitstekend
beheerscht
Bij Faust is hij eens vergeleken, zooals hij
peinst en schilderijen piekert in de groote
holle kamer, die zijn atelier is
Rol. auto! Ren. auto! Rol en ren uw 80. uw
100 K.M. over den weg naar Deurle. maar
verstoor de lieve intimiteit niet van den stil
len lijster der Vlaamsche moderne peinture,
den „muzikalen" colorist. Gustaaf de Smet.
Daar is zijn huis, zegt Bep. En wij kloppen.
En wij loopen er omheen. Maar geen geluid
i.s te bemerken. Och kom. zegt Bep. maar hij
is wis en zéker thuis! „Weet ge", valt hi^ in,
„hij zal zich nog niet geschoren hebben
En dan is Gustaaf verlegen met zulke vreem
delingen als gijWij stappen reeds in de
auto terug, maar, heidaar! wie staat er tus
schen de bessenheesters? „Allez, Gustave?"
roept Bep. En daar komt het. fijnstbesneden
gelaat te voorschijn van de heele Vlaamsche
kunst. „Ja", zegt. de Smet, en zijn hand voelt
van hoeveel dagen de baard is. „ik heb u
niet gehoord, komt toch gauw binnen"
Daar vinden we ook zijn lieve vrouw Gusta.
Zij kijkt moederlijk en onderzoekend tege
lijkertijd. terwijl haar man enkele schilder
stukken te voorschijn haalt: schilderstukken
als sonore liederen. De tijden zijn slecht. De
Centaure in Brussel heeft moeten opdoeken.
En de Koekoek en andere spotbladen vervol
gen hem. omdat hij weer ter kerke gaat en
troost zoekt van oud en nieuw leed in de ar
men der Moederkerk. Gustaaf zegt. daar alle
maal niets van. maar er is zorg op zijn ge
zicht te lezen. Het gezicht, dat beminnelijk
straalt als bij ziin eigen edelgeaarde. fijn-
geschakeerde werk vóór zich heeft: en als
we spreken over Permeke. Want Permeke be
wondert hij vol belangelooze overgave.
Nu moet de auto zijn krachten weer too-
nen! De middag is reeds voorbij en de weg
naar Brugge en verderop naar Jabbeke. waar
Permeke. die vorst der schilderende Vlamin
gen woont, is lane, net zoo lang als de weg
van Brussel naar hier.
Maar Bep kan rijden! Wij stuiven over de
straat, waarnaast het veld steeds saoolger
groen wordt, de omgeving is ietwat heuvel
achtig. op een afstand zien we de r?:n-tuod
eedakte huizen met kalkmuren. Het stof ver
gezelt onze auto. zooals engel°n. denk ik
maar, van wolken vergezeld zijn....
Brugge, oude schrijn, carillonneerende
schim oener vroegere stad, werkelijk èn on
werkelijk tegelijk...
„Langsthïer komt ge in Jabbeke. jawel me-
nierken" En rrrt. daar trekt de auto weer
aanEn ligt Brugge achter ons.
Het zegt mij niets, dit dorp Jabbeke. als
Bep de hand van het stuur op heft en er r.aar
wijst door de voorruit. Maar geheel anders
dan het. nieuw-dorpsche Jabbeke is de mo
derne baksteenkubus met breede hardstee-
nen banden, en de betonnen vloeren, waarop
onze auto stilhoudt: de residentie van den
prins der schilders Constant Permeke. Een
rossige jongen schuift uit. de garage naar
voren en begroet ons. „Wie zijt gij?" kijk ik
hem aan. Permeke's zoon. Hij zit vol verf. „Ik
was aan 't schilderen". Hier in deze vesting
achtige woning schijnt men nog meer te
schilderen dan te ademen.
„Constant! Constant!" hoor ik roepen. De
rond-Vlaamsche vrouw-en-moeder roept van
een balcon naar haren Rubens „Ja. wijfken!
Ik kom seffens!" En daar is hij, de gewel
dige. Men heeft hem bij een Noord-Holland-
schen kaasboer vergeleken, nu wil ik op
merken, dat hij inderdaad groote kunst
kazen naar tijdgenoot en nakomeling werpt,
maar hij ziet er Noord-Hollandsch blond
en kazig uit. dat is niet te ontkennen. Hij
staat in enorme klompen, en draagt vier
kante handen aan een vierkant lijf. Maar
zijn blauwe oogen met de bijna witte oog
haren glinsteren van geest, van leut en ook
van slimheid, zij donkeren soms van wan
trouwen of kwaadheid, om dan weer als een
zon. die doorbreekt, gul te stralen van zelf
besef. daadkracht en levenslust.
„Ge komt. schilderijen zien?" Maar eerst
zullen we klinken". Op het tafeltje in de ont
vangstzaal. die dank zij enorme breede ra
men de helderheid heeft van het buiten,
staan drie kolossale bellen jenever gereed.
Permeke licht er een op en hapt erin. ..Dat
doet. deugd", zegt hij met oprecht pleizier.
Een uur lang wandelen wii dan on 't- groote
atelier tusschen schilderstukken als vleugel
deuren zoo groot. Eén voor één verschuift de
schilder ze. zelf door spleetoogjes ze weer
eens opnemend, keurend, hardop waarde-
benalend.
Wij raken in ongewone onwlndine wegens
de grootschheid van dit monumentale, visio
naire werk en de uitroepen volgen elkan
der on.
„Wijfke". zegt Permeke. zijn vrouw een
breeden klap revend, „baal eens wat. Je
weet wel En on stoelen en kleinere ta-
foitjes pittend, drinken wij om de vreugde
van al het moois en om de levenslust van
Permeke en ziin Marictje eenige glazen schui
mende champagne.
W. ELAND.
Curasao en de petroleum.
Directie en in fabrieken en velden. En ze dra
gen de Hollandsche vlag tot in het hart van
Zuid-Amerika en iedereen, die zich trotsch
voelt Nederlander te zijn. moet trotsch we
zen op wat Nederlandsche werklust en kunde
hebben volbracht. Och ja. Waren er maar
Nederlanders, die al dat moois cn goeds met
eigen oogen hadden gezien en bewonderd en
er van konden vertellen, dan heerschte er, op
het oogenbiik nog. ook bij ons te lande een
veel krachtiger nationaal gevoel, een Neder
landsche geest!
Ik heb het mogen zien. mogen rondgaan
door werkplaatsen en fabrieken over de olie
velden tot diep in het oerwoud. Ik heb ge
praat met die eenvoudige flinke kerels, direc
teuren. ingenieurs, zoowel als boormeesters en
klerken. En ik heb hun vrouwen ontmoet en
hun kinderen gezien en hoe zij een echt Hol
landsche omgeving weten te schepen tusschen
Spanjaarden en Engelschen. Venezoianen en.
twee en vijftig nationaliteiten woonden er
twee jaar geleden in den besten tijd op de
„Isla" te Curacao. En. ik heb die Hollanders
mogen bewonderen! Hun hart hangt aan Ne
derland. maar ze hebben zich hier eer. nieuw
Nederland geschapen, vooral natuurlijk op
Curacao. Maar ook verder vinden wij ze. flink,
gemoedelijk, soms „kankerend", maar veelal
zit dit aan den buitenkant, meest door de
goede zorgen der Maatschappij in fiinke, mi
me, geriefelijke huizen, aangepast aan tropen
zon en regen. Ze zijn omgeven door de ge
makken van den tegenwoordtgen tijd. door
gas en waterleiding, tennisbanen en radio,
bioscoop en zwembassin. En ze weten, dat ook
de volwassenen spelen moeten, ontsoanning
moeten hebben voor lichaam en geest. En ze
•^rijzen het klimaat en noemen het lekker of
draeeliik, al naar hun werk of aanleg.
De Ollemenschen op Curacao wonen op de
Tsla. op het eiland in het Schottegat. waar
"aast de reuz.enfabriek een moderne stad ver
rijst, met een gezellige club. tevens cinema cn
allerlei sportterreinen. Naast de reuzen fabriek
der grootse raffinaderijen der aarde waar
de aardolie wordt verhit en door allerlei in-
"enieuse methoden in haar waardevolle be-
«'anddeelen wordt gesplitst. Een zware rook
wolk vormt zich. uit honderden schoorsteen en
e zamen en wordt bijna altijd door den Noord
Ooripassaat. weggevoerd van Emmastad en
Willemstad beide. Emmastad is sinds kort de
naam van de Europeesche stad op de Isla. die
voor kort nog een kleine duizend gezinnen
'olde Want er is veel noodig om dit reuzen
bedrijf aan den gane te houden. Cijfers zijn
'nstig te verstaan. Misschien kan ik u toch
helr>en. De Isla verwerkt per dag ongeveer
fwintig millioen Liter ruwe olie. twintig dui
zend ton zeggen wij hier. Dat is evenveel als
de Gemeentewaterleidlng van Amsterdam per
'tag verwerkt! De producten worden opge
borgen in benzinetanks op de Installable cn
aan de Bullenbaai en van die beide Installa
ties verscheept.
De stookolie voor schenen wordt van Emma
stad af verscheept of gaat met eigen pijplei
ding naar eigen verscheepshaven in Caracas
baai. De Isla zelf Is een verzameling van fa
brieken en honderden tanks, waar een ge
woon mensch zenuwachtig van wordt en waar
over ik later nog wel eens nader zal malden.
Nu alleen dit: Er moet ook hier natuurlijk ge
weldig bezuinigd worden. Velen worden ont
slagen. maar het werk moet doorgaan. De pro
ductie mag niet verminderen. Er wordt zeer
hard gewerkt, maar dc geest blijft goed. Men
begrijpt. hier het wereldgebeuren, men zit hier
middenin die groote wereld, klikt niet alleen
'oe uit het veilige hoekje achter de kachel,
achter de krant, gednikt op dat zoo geduldige
napier, vol van verhalen van andere men
sehen. die ook de groote wereld niet kennen!
Nederland ken u zelf! En werk voort!
VAN DER SLEEN.
HOEVEEL IS EEN THEELePeT.TJc?
De nieuwe uitgave van het. Britsche Phar-
maceutische Tijdschrift, dat de officieele ca
talogus is van dranken en kruiden, dringt
erop aan dat lepels die voor de huishouding
gebruikt worden, niet worden gebruikt voor
het afmeten van medicinale doses. De reden
daarvan is dat zij zoo van grootte verschil
len.
Het „theelepeltje van den dokter" is zestig
druppels, en als U er lust in heeft, eens na
te gaan. hoeveel druppels uw eigen theelepel
tjes bevatten, dan zult u verbaasd zijn, hoe
die hoeveelheden ultéénloopen.
Het verschil tusschen dessertlepels en ge
wone eetlepels, onderling, is doorgaans even
groot. Doses medicijnen moesten eigenlijk
altijd in maatglazen afgemeten worden.
ROSE CITROENEN
Temidden van honderden andere citroen-
boomen, die geen bijzondere afwijkingen
vertoonen, staat er te Californië één, die de
geleerden in verwarring brengt. Deze boom
draagt, in tegenstelling met dc andere, rose
vruchten. Niet alleen de schil heeft die kleur,
maar ook het vruchtvloesch en het sap zijn
rose getint. Wanneer het mogelijk zou zijn
dergelijke vruchten in groote hoeveelheden
te kweeken dan zou waarschijnlijk spoedig
rose citroenlimonade verkrijgbaar zijn in alle
restaurants die zichzelf respecteeren
De boom zelf Li een wonderlijke speling
der natuur. Uit de verte ziet men geen ver
schil met den normalen citroenboom, maar
bij nadere beschouwing blijkt, dat de bast ge
streept is en dat sommige takken een groene
kleur hebben en andere een witte. Deze wit
te takken hebben nog geen vruchten voortge
bracht.
Onderzoekers, die trachtten na te gaan. hoe
dit wonderlijk product is ontstaan, zijn hier
in niet geslaagd. Over het algemeen is men
dc meening toegedaan dat de boom niet kan
worden gebruikt om mee verder te kweekeru
Men schijnt dus niet in staat te zijn de na
tuur te dwingen rose citroenen té leveren.
Verschillende gissingen zijn gemaakt met
betrekking tot dit raadsel, dat de belang
stelling trekt, zoowel van menschen die in de
orakfijk werkzaam zijn als van academische
geleerden, maar tot positieve resultaten is
men nog niet gekomen.