POSTZECELRUBRIEK. NOORWEGEN VI J*-»- 1S4- 4T* /ajj- &- 1/4 400 14 J-& /a-* J44 ys-9 14 4 A'T-4- Gedurende 192224 verschenen conige waarden ju geheel nieuwe teekening. Op een effen veld staat links boven een leeuwtje met een bijl in de hand, waarschijnlijk van het wapen weggeloopen. Daaronder staat de landsnaam „Norge", terwijl In den rechter benedenhoek dc waarde Is aangegeven. On der het waardecijfer staat „ore" en daaron der „post", terwijl tusschen die laatste twee woorden een horizontaal streepje is aange bracht. Uitgegeven werden: 10 ore (donker groen», 20 ore «lila). 25 ore (rood) en 45 ore iblauw). Grootte van de vakjes 2.8 bij 2.3 c.M. Een nieuwe portserie verscheen gedurende 1923—24. Ze zijn in hetzelfde type als de port serie 1889—1914. met dit verschil dat onder het waardecijfer in plaats van „at betale"' staat „a betale". Het zijn 4 ore (roodlila) 10 ore (groen), 20 ore (lila), 40 ore (ultrama rijn). 100 ore (oranjegeel) en 200 ore (violet) Grootte van de vakjes 2.8 bij 2.3 c.M. Als herinnering aan de expeditie van Amundsen naar de Noordpool werd in 1925 een .serie uitgegeven, voorstellende een ijs beer, die een vliegmachine nastaart. Lands naam en waarde zijn aangebracht zooals bij de serie 192224. De waarden zijn: 2 ore 'lichtbruin3 ore (oranjegeel). 5 ore (rood lila), 10 ore (groen) 15 ore (violetblauw). 20 ore (lila) en 25 ore (rood). Grootte van dc vakjes 2.3 bij 2-3 c.M. Ter gelegenheid van de annexatie van Spits bergen zagen in 1925 nog cenigc hcrinnerings zegels het licht. Ze zijn in het type van die van 1922-24 (leeuwtje), terwijl bovenaan is aangegeven Svalbard (Spitsbergen) ,.1925" Het horizontale streepje tusschen „ore" en „post" is hier weggelaten. Uitgegeven wer den: 10 ore (groen), 15 ore (violetblauw), 20 ore (lila) en 45 ore 'blauw). Grootte van de vakjes 2.8 bij 2.3 c.M. Zie voor de indeeling het schetsje. Nieuwe deelnemers: 140. W. Jonkman, Camplaan 9. Heemstede 135. W. C. Zonneveld, Tcrnatestraat 42, Haarlem-Noord- 49 W. Vermeer, Westerhoutstraat 25, Haar lem. NIEUWE DEELNEMER 6. K. de Gooycr, Deckerstraat 33. BIJVOEGSEL HAARLEM'S DAGBLAD Vrijdag 25 Nov. 1932 AAN ALLEN. De vorige week hebben jullie in Onze Jeugd kunnen lezen hoeveel schadelijke insecten per dag wel door vogels verslonden worden. En bij je zelf heb jc toen misschien gezegd: vo gels zijn heel nuttig, omdat ze al dat scha delijk ontuig vernietigen. 't Eerste is alleszins waar en ik heb ook altijd gedacht, dat 't laatste waar was. Maar ik heb er nu een andere beschouwing over gekregen door !t lezen van een artikel van Dokter van Olst. Niemand zou ooit iets goeds van vliegen fceggen of schrijven. Waar we ze konden ver delgen deden we dit. De schaduwzijde van onzen mooien zomer waren de vliegen, die Eich verbeeldden, dat alles, wat wij nuttigden ook voor hen bestemd was. Hoe menige zieke die buiten moest liggen, kon geen rust vin den door de brommers om hem en op hem. Hoe zorgvuldig moest moeder vooral de vleeschwaren in kelder en vliegenkast ber gen, anders werden duizenden eitjes erin neergelegd. De maden, die daaruit voorkwa men werden als 't ware in een paradijs ge boren. Dit is wel 't instinct van de moeder liefde, maar 't vleesch is er voor ons door be dorven. Dit komt niet alleen door de eitjes, maai- voornamelijk door de bacterieën waai de vliegenpooten cn verdere lichaamsdeelen vol van zijn. En wat nu zoo wonderlijk is, thans wendt, men In de geneeskunde deze larven van vliegen aan bij 't heelen van won den. 't Klinkt wonderbaarlijk, want wat zou men meer vreezen in een wond dan vliegcn- eitjes of maden? In den wereldoorlog ontdekte een Ameri- kaansche chirurg, dat gewonde soldaten, d'ie in 't open veld lagen en overdekt waren door vliegen, toch buitengewoon gauw genazen. Hij geloofde zeer stellig, dat 't door de vlie- genlarven of maden kwam. Hij ging toen met verschillende soorten maden proeven nemen. Hij lokte de dieren met vleesch. De eieren, die in 't vleesch gelegd waren, zuiverde hij. Natuurlijk zou 't dwaasheid zijn schadelfike bacteriën in wonden te gaan brengen. Hij ontsmette de eieren dan met sublimaat. De vliegen die daaruit voortkwamen, werden in zeer gezuiverde hokjes gebracht. Er worden weer eieren gelegd, deze worden wederom gezuiverd en dc maden, die zich nu ontwik kelden durfde hij gerust voor wondbehande- ling te gebruiken. Over de wond heen zette hij een soort gazen stolp en honderden ma den werden nu op de wond neergezet. De ma den aten alles op. wat niet tot de wond be hoorde, zooals splintertjes, slofjes, zandkor rels enz. Ook T afstervende weefsel werd opgegeten, maar aan 't gezonde weefsel werd niet geraakt. Wanneer de wonden geheel zuiver waren, aten de maden niet meer en wanneer ze niet verwijderd werden, stierven ze van honger. Blijft de wond onzuiver, dan worden de nraden met 5 dagen verwijderd, anders zouden ze zich gaan ontpoppen, Die behandeling moet soms 5 a 8 maal 'herhaald worden, voor de wond zuiver is. Deze dokter Baer heeft 89 keer de maden van vliegen in wonden laten komen en in alle gevallen ge nazen dc wonden zeer snel, veel sneller dan bij de patiënten, waarbij dit niet werd toege past. Eigenlijk wist men dit alles reeds lang. In Napoleons tijd lreef-t. een Fransche dokter dit al waargenomen. Deze dokter trachtte door anti-septische middelen telkens de ma den uit wonden te verwijderen, maar 't mocht hem niet gelukken. De menschen hadden een onhoudbare jeuk, maar de won den sloten zich buitengewoon gauw. Dit al les is al 133 jaren geleden waargenomen. Thans wordt hier opnieuw de aandacht aan gewijd. Met groote uitvindingen geschiedt dit vaak. De tegenwoordige ontsmetting is zoo veel volmaakter dan een eeuw terug. Daarom kunnen we nog wonderen vernemen .van vliegen en maden als zieken-huisdier. We hebben ?t- er al eens meer over gehad, dat de wonderen de wereld niet uit zijn. Inte gendeel juist in dezen tijd worden steeds nieuwe wonderen ontdekt, vooral in 't rijk der natuur. Daaruit kunnen we ook opmaken dat we steeds verder gaan, steeds vooruit gaan. In dit opzicht kunnen we heusoh niet spreken over donkere tijden, integendeel er wordt juist op veel dingen licht geworpen. Daarom is 't heerlijk in dezen tijd te leven, maar daarvoor moeten we opmerken en luis teren, wat er leeft en werkt in Gods schoone Schepping. W. B.—Z. STERKE MANNEN! De sterkste man van zijn tijd was stellig Andreas Favrat. Hij werd in het jaar 1734 gebaren en diende later in het Pruisische leger, waar hij als gewoon soldaat begon en opklom tot generaal. Hij beschikte over een ongelooflijke lichaamskracht en de ge schiedenis verhaalt dat hij een hollend paard tot staan bracht, alleen door het bij de manen vast te grijpen. In den strijd licht te hij ruiter en paard van den grond en wierp ze van zich af en hij ging met een klein ka non om zooals een ander met een geweer, hij droeg het op den schouder! Deze hercules stierf in het jaar 1804. In oude boekjes vin den we nog meer merkwaardige anecdotes over Favrat. die een beeld geven van zijn bijna onbeperkte kracht. Toen hij al oud was lag hij op zekeren dag te bed en voelde zich zoo naar, dat hij den dokter liet roepen. Toen de arts naast zijn bed zat begon Andreas hem zijn nood te klagen over zijn ziekte en de achteruitgang van zijn krachten. ,-Ach, dokter," zei hij mistroostig, ,.tJ hebt er geen idee van hoe zwak ik ben, hoe al mijn krachten zijn geweken. En om den dokter nog beter te overtuigen dat hij de waarheid sprak liet hij er op volgen: „Kijk beste dokter, dat begint bijv. werkelijk moeilijk voor me te worden, ik krijg het lastig gedaan." En met deze woorden greep hij met één hand een pool van den stoel waarop de medicus zat en hief dezen met den stoel in de lucht. De geschiedenis vertelt niet of de dokter van dit. experiment erg geschrokken is, maar wel zal hij tot de overtuiging gekomen zijn. dat het met de lichaamskracht van zijn pa tiënt nog niet zoo erg slecht gesteld was. warmte en licht, want dc eieren zinken naar de diepte cn zouden lusschen planten cn slijk terecht komen. Aan minder diepe kusten vinden ze voldoende licht en voedsel voor hun verdere ontwikkeling. De kabeljauw voedt zich met. haring en ze zwemmen daarom In het vervolgen van hun prooi evenals de haring in groote massa's bij elkaar. De eieren van den kabeljauw blijven aan de oppervlakte drUvcn cn behoeven dus niet nabij het strand te worden losgelaten. De zeelui der fjordkusten, waar deze visschen bij massa's worden gevangen, bewerken dik wijls onderweg hun vangst, drogen ze op stokken om ze als stokvlsch te verkoopen. of leggen ze in het zout in vaten om als zoutc- visch te dienen. Uit de lever wordt dc beken de levertraan bereid. Op de pieren te IJmuiden zijn ook vlsschers met een eigenaardigen hengel, een stevigen hengel met bussen, het snoer heeft geen dob ber en is voorzien van een dubbelen haak met in het midden een stukje lood. waardoor dc haak naar beneden zakt; zoo nu en dan halen ze maar eens op om te zien, of ze een vischje konden verschalken. Ook in dezen tijd ls een wandeling langs het- strand best de moeite waard, je vindt altijd wel iets wat jc 's zomers niet ziet. JOH. T. GRAPJES. Een verwoed hengelaar komt in Artis en bezoekt ook het aquarium, dat zijn volle bewondering heeft. ,.Zeg eens, oppasser," vraagt hij eindelijk, „wat kost hier eigenlijk een vischacte?" HOE KAN DAT? Een interessant experiment kunnen we ne men met behulp van een leeg garenklosje cn een niet. te klein visitekaartje of een stukje carton. Door het kaartje wordt een speld ge stoken cn daar over heen wordt het klosje gezet, zooals we dat op dc teekening kunnen zien. Als men nu aan hel andere einde in klosje blaast, zal het kaartje niet. zooals we misschien hebben verwacht, worden wegge blazen Het blijft als vastgelijmd op het ga renklosje zitten. Hoe dat. nu kan? Dc langs dc karnton van het klosje strijkende lucht, door het blazen veroorzaakt, doet in de holte van het klosje een z g. luchtledig ontstaan, of althans een sterk verdunde lucht. Door hot. luchtledig of dezen verminderden luchtdruk, wordt het kaartje tegen het klosje gehouden. Fin hoe harder wc blazen, hoec stevige het zal blijven zitten. UIT DE NATUUR. AAN HET STRAND. „Meester," vraagt Jantje „komt de tand arts vandaag op school?" „Weineen, jongen de volgende maand eerst," antwoordt de on derwijzer. „Wat is dat jammer," zucht Jantje, ,nu heeft moeder m'n gezicht w>or niets zoo goed gewasschen!" Poes is teekenares geworden en de schild pad bewondert haar werk zeer. Maar omdat ze nog slechts een beginnelinge in 't teeke nen is, heeft ze eerst cijfertjes gezet cn trekt daarlangs lijnen. Willen jullie weten wat ze heeft gctcckend, trek dan een lijn van 1 naar 2, 3 en zoo vervolgens tot 40 EEN KNAPPE KOE. dwenen maar zinkt steeds dieper en komt zoo tenslotte weer voor het gat in den berg te staan. Nóg eens werpt ze haar gouden stralen in de reeds donkere stad en maakt- het daar ontstoken kunstlicht overbodig. Langzaam zakt ze verder achter de bergketen en zoo genieten de inwoners iederen dag tweemaal een wondermooien zonsondergang tenminste als de lucht onbewolkt, is. En zooals men naar het Brockeneebergte gaat om den zonsopgang te bewonderen, zoo trekt deze zonsondergang heel wat vreemdelingen naar het stadje Leek. Aan velerlei dieren valt de twijfelachtige eer te beurt, om door de menschen dom te worden genoemd. Welk dier daarvoor bij jul lie geldt, weet ik niet! maar ik hoorde al zeggen: Zoo dom als een uil, een ezel, een varken, een eend, een schaap, een kever en een koe! In onze oogen geldt traagheid vaak voor domheid, maar wij vergeten er bij dat die zelfde stilzittende oppervlakkig gezien trage dieren in hun eigen wereldje mee kunnen komen, hoor! Ik zou je wel honderd verha len kunnen doen van op verstandige zetten lijkend gedrag van allerlei dieren, waarmee nog niet gezegd is dat ze verstandig of knap zijn. Alleen bezitten ze aangeboren of in den levensstrijd verworven eigenschappen, waar mee ze best toegerust zijn om het leven zoo gunstig mogelijk door tc komen en een vrij, goed leventje te veroveren, waarin ze hun Jcinders flink grootbrengen kunnen boven dien. Vrijheid bovenal! Om die tc behouden bij gevaar zijn veel dieren en vogels vindingrijk, ook om te geraken tot al wat ze graag hebben aan voedsel of lekkernij. Onze huisdieren ge ven daarvan staaltjes genoeg te zien, zelfs weten de boeren van hun schapen, varkens of koeien vaak knappe dingen, vlugge stre ken te vertellen. Evengoed als de'gekooide vogels of een Meikever in een lucifersdoosje opgesloten, is een koe ook vaak een slimme uitbreker, net als ik een kat ken. welke zelf de deurklink opbeurt om als inbreker bin 7 nenshuis te komen. Ik las dan van een boer, die vlak bij zijn woning weide en moestuin naast elkaar had liggen. Tegen het mclkuur kwamen de koeien daar vlak bij huis grazen en konden niet in den moestuin komen, want een hou ten schutting scheidde die twee stukken land DIEREN ALS WEERPROFETEN. Toen men den barometer nog niet kende, bediende men zich van dieren, om te weten hoe het weer zou worden. Want in dien tijd wist men al dat sommige dieren uitsteken de weerprofeten kunnen zijn. Alleen moest men de kunst verstaan om uit hun gewoon ten bepaalde gevolgtrekkingen tc maken. Toen de barometer eenmaal was uitgevonden was het met deze oude manier van wecr- voorspellen natuurlijk gedaan, maar toch zijn er nog wel streken, waar de landelijke bevolking op de dieren let, om het weer te kunnen voorspellen. De meest bekende weer- profeet in de dierenwereld is wel de kikvorsch die in sommige landen haast tot een huisdier is geworden. Hij krijgt daar een mooi huisje, met water en kiezel eneen laddertje. Als hij het laddertje beklimt, is en blijft het goed weer, zegt men. Springt hij echter in het water, dan komt er vast regen en kruipt hij onder het kiezel, dan is het nog erger, dan komt er storm of onweer. Ook aan spinnen wordt de eigenschap toe gekend. dat ze het weer kunnen voorspellen. Men beweert zelfs, dat spinnen wel acht da gen vooruit kunnen zeggen, hoe het weer wordt, ook al kunnen ze dan niet spreken. Maken ze een klein web, dan zal het weer spoedig omslaan en vervaardigen ze een web met lange draden dan is dat een voorteeken dat het weer nog lang goed zal blijven. Dreigt er regen dan zijn de diertjes zeer onrustig en erg haastig bij hun werk. En dan komen nog de vogels, die eveneens goede weerprofeten zijn. Het geschreeuw van de kraaien bijv. kondigt slecht weer aan. Is bestendig weer in uitzicht, dan zijn ze rustig en stil. Komt er een mooie zomer, dan ma ken de kraaien hun nesten in de hoogste boomtoppen, maar bouwen ze hun nesten veel Jager, onder het loover, dan mogen we een natten zomer verwachten. De zeemeeu wen zullen alleen bij goed weer over het wa ter vliegen. Is er regen, storm of strenge kou de op komst, dan blijven zij aan de kust en trekken soms diep het land in. Als de zwa luwen laag vliegen, komt er eveneens regen en eenden en ganzen zijn weer erg onrustig, als er onweer nadert. De meesten van ons zullen ook de gewoonte van de duiven wel kennen. Bij lang aanhoudenden regen gaan zc in elkaar gedoken op het dak zitten cn er is dan geen beweging in ze te krijgen. WAT TEEKENT POES? en alleen een stevige poort daarin gaf toe gang tot den tuin. Het spreekt vanzelf, dat die deur door ieder der huisgenooten steeds goed gesloten werd gehouden. Een klink zat. aan den kant van den moestuin en daaronder was een rond gaatje in de deur aangebracht, waardoor je met een vinger de klink van uit de weide kon bereiken. Maar op een goeden dag waren een of meer koeien toch in den moestuin geweest. De poort stond wagewijd open! Ieder ver zekerde, de poortdeur goed te hebben geslo ten achter zich, na den tuin te hebben ver laten, zoodat aan de toegebrachte schade aan kool en groenten zich niemand schul dig voelde. De boer geloofde het. maar half. doch toen den volgenden middag weer het zelfde gebeurd was, besloot de boer woedend er achter te zullen komen, wie die poort tel kens openmaakte zonder haar te sluiten. Hij verborg zich den volgenden dag achter struiken en zat geduldig op dc loer, de poort steeds in het oog houdend. Juist begon hem dat te vervelen want er gebeurde niets. toen hij een roodbonte koe onderzoekend langs de schutting zag sluipen en bij de poort halthouden. Daar stak de koe een van haar hoornpunten in het deurgaatje en lichtte zoo de klink van den anderen kant omhoog, duwde de deur open en dacht weer eens fijn tjes lekkere groenten tc gaan smullen, maar dat was mis vandaag! De deur kreeg een andere afsluiting voor taan en de knappe koe. die toevallig den toegang gevonden had tot. die heerlijkheden en dat zbo goed wist te onthouden, kreeg voortaan geen kans tot inbreken meer! G. DE GR. EEN STAD WAAR DE ZON IEDEREN DAG TWEEMAAL ONDERGAAT! Neen, dit is nu eens geen rekenkunstje of een grapje, maar werkelijkheid, die ik jullie wil gaan vertellen, namelijk van een merkwaardig natuurspcl, dat men kan waar nemen in een stad, waar de zon tweemaal ondergaat. Deze stad ligt niet in Amerika, het land waar alle wonderlijke dingen plegen te gebeuren, maar in Engeland, in liet graaf schap Stafford. E11 de naam van liet. .hadje is. Leek. Het verschijnsel van den dubbelen zonsondergang is een gemakkelijk te verkla ren spel van de natuur. In het westen der stad verheffen zich grillig-gevormóe berg ruggen, die in de bast als iiet ware zijn door gebroken. zoodat het er uitziet alsof iemand een geweldig gat in het gebergte heeft ge maakt, Bij zonsondergang zakt de zonnebal achter de bergtoppen en het wordt direct donker in het stadje in winkels, woningen en op straat wordt het kunstlicht ontstoken. Doch in werkelijkheid is de zon nog niet on dergegaan, ze is slechts achter de bergen ver Wie aan het. strand wel eens een garnalen- vissclier heeft zien binnenkomen, kreeg op verzoek zeker een paar levende garnalen, die wittig, bijna doorschijnende schaaldierljes, waarmee ze met. mandenvol langs de huizen komen. Ze zijn dan echter gekookt. Zoon garnalenvisscher had ook wel andere vis schen en schaaldieren tusschen dc vangst: scholletjes en botjes, die heb je natuurlijk wel meer gezien. Deze visschen liggen meest halfverscholen onder zand en slijk op de zandplaten en zijn dan haast niet van den grond te onderscheiden. Alleen de kop met dc kleine donkere bolle oogjes steekt boven het zand en zoo loert de visch op zijn prooi. Mis schien heb je in het Groote Aquarium in Artis wel eens een kijkje genomen. Sta je daar dan pas voor de platvisschen (tarbot schol, boten tong).dan ontdek je eerst na en kele oogenblikken hier en daar een paar zwarte kraaloogen. Zien die oogjes iets dat voor de maag eeschikt is, dan heffen dc vis sen zich schuifelend op en het schijnt of de bodem in de hoogte komt. Ze schudden dc zandlaag van zich af, door dit zand vertroe belt het water en zoodoende kan de visch zijn prooi bemachtigen, want hij is gewend door zand en slik te kijken. Niet. altijd zijn deze visschen zoo plat. Als jonge diertjes :ijn ze minder plat, cn de oogen zitten dan ook aan weerskanten van de kop, hij zwemt, dan ook rechtop en leeft meer aan de oppervlakte om voedsel to zoeken. Later pas gaat li ij meer opzij zwemmen en het oog verplaatst zich dan naar rechts. De bovenkant, van de visch neemt, dan dc kleur van den bodem aan; de onderzijde blijft wit. De platvisschen worden gevangen met een schrobnet, of trawl: d.i. een trechtervormige zak. aan don voorkant van onderen met lood verzwaard. Dit net sleept, dan over den bo dem van de zee en zoo komen de visschen erin. Haring ken je natuurlijk ook allemaal: er worden steeds millioenen uit zee gehaald. Ze zwemmen In groote scholen bij elkaar en als de zon of maan op de massa smalle ruggetjes schijnt, bemerken de visschers ze door de schittering al van verre. In den lijd, dat de wijfjes eieren leggen trekken ze naar zanderige kusten. Zouden de eieren In den Oceaan gelegd worden, dan gingen ze zeker verloren door gebrek aan

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1932 | | pagina 21