X
X
I
HAARLEM'S DAGBLAD
VRIJDAG 16 DECEMBER 1932
Het Konijn
WILLY VAN DER TAK
Toen we het ontdekten in zijn strik toen
we op een afstand van misschien een meter
of twintig opeens getroffen werden door wat
beweging in de paars bruine hei. door iets
geheimzinnigs, dat leefde, klopte krampach
tig schokte te midden van die onmetelijke
vlakte, was het konijn, hoewel het nog geer.
oogenblik stil lag, meer dood dan levend. Het
zou waarschijnlijk tot in de laatste seconde
voor zijn dood geworsteld hebben om met
zijn afgesnoerde keel hijgend het beetje
adem te happen, dat het nog krijgen kon om
dat arme, kloppende hartje nog zoo lang
mogelijk aan het werk te houden. Nu lag het
nog wild te trappen met zijn vier pooten en
de groote, zachte, bruine oog en waren met
bloed beloopen en puilden ver uit den grijs
bruinen kop; toen wij dichterbij kwamen
trachtte het op te staan en weg te loopen
weg van die menschen, die wroede menschen
waren. Alle menschen waren immers wreede
menschen? Er was iets binnen in hem, dat
hem zei, dat het ook menschen waren, waar
aan hij de laatste wanhopige uren te danken
had de staaldraad, die steeds nauwer,
steeds verstikken der zich was gaan sluiten
om zijn keel, róók naar menschen. V/at zou
den de twee die er nu aankwamen, met hem
gaan doen? Weg. weg moest hij!
Tweemaal trachtte hij overeind te komen
op zijn krachtelooze pooten, tweemaal viel
hij weer terug op den grond, terwijl zijn
oogen verstard van schrik en angst, naar ons
staarden- Een jong konijn was het nog
maar. een zacht, jong konijn, dat beefde van
inhouden angst en maar staarde, met die ge
hypnotiseerde, groote, uitpuilende oogen, ter-
wiji wij het aanraakten, bevoelden, betast
ten. Wat willen die menschen? Het leven
was nog zoo lief, hij was nog zoo jong! In
onberedeneerde angst gaf hij een paar trap
pen mat zijn achterpooten, lag weer. ver
weerde zich wild, tegen die mensohenhanden.
die afschuwelijke menschenhanden, die voel
den aan zijn keel, die trokken aan wat hem
daar benauwde, tot de dood als een afschu
welijk monster steeds dichter bij kwam en
dreigend zijn twee klauwen uitstak....
Op dat oogenblik. waarop de doodsangst in
hem culmineerde tot rauwe ontzetting, gilde
hij. Er perste zich een gil, een kreet, uit dat
toch al driekwart afgesnoerde konijnenkeel
tje. zoo wanhopig, zoo ontzettend, dat wij er
van schrokken en hem even loslieten. Het
was niet- makkelijk het beest te bevrijden,
dat daar, krampachtig trappend, niet be
greep wat wij wilden, en het staaldraad zat
zoo wreed dicht toegesnoerd en zoo diep ge
drongen in de zachte wijde vacht, dat wij er
niet eens onze vingers tusschen durfden ste
ken, uit angst, dat hij onder onze handen
stikken zou. Hij zou waarschijnlijk binnen
een half uur dood geweest zijn, een koud.
dood, stil liggend lichaampje te midden van
de onmetelijke hei, met uitpuilende, gebro
ken, zachte bruine oogen. De strooper zou
hem gehaald hebben, met een tevreden glim
lach, omdat hij zijn strikken dien dag zoo
goed geplaatst had en bungelend met saam
gebonden achterpooten over een stok. tus
schen andere doode bruine lichamen met ge
broken oogen zouden ze hem weggenomen
hebben van zijn hei kop naar beneden,
knikkend bij lederen stap.
Een kwartier werkten we heel voorzichtig
aan het doorsnijden van het staaldraad, ter
wijl het konijn trapte, zich wrong, worstelde
tegen de handen, die hem helpen wilden. Ik
praatte geruststellend tegen hem en trachtte
een intonatie in mijn stem te leggen, die ver
trouwen in moest boezemen het hielp niet.
Ik streelde hem. rustig, gelijkmatig, over zijn
rug, en trachtte in elk van mijn gebaren een
goede belofte te leggen ook dat hielp niet.
Toen hij vrij was en, onmachtig om op te
staan, stil op den grond bleef liggen, terwijl
zijn oogen in het rond vlogen, zinnend op
vlucht, namen wij hem beurtelings op schoot,
trachtend hem te koesteren zooals men het
met een hond en een poes kan doen. Hij
bleef er stil liggen, steeds hijgend, terwijl zijn
hart hamerde en het witte dons op zijn
borstje pluizig heen en weer woof in den
wind. die over de hei aan kwam waaien.
Na een kwartier bedaarde het hameren wat.
en puilden zijn oogen wat minder toen.
overleggende dat. hij in dezen toestand een
veel te makkelijk prooi was voor roofvogels
en hermelijnen, namen we hem mee. veilig
geborgen in een diepen, donkeren zak. waar
in hij zich den ganschen weg niet verroerde.
Misschien speelde er door onze hoofden ook
wel de dwaze gedachte, dat hij misschien te
temmen zou zijn, aan ons wennen en hech
ten zou.... Wie er de klep van de zak open
deed, en naar binnen keek. ontmoette er een
paar donkere konijnenoogen, die angstig stu
rend steeds verder weken, naarmate het dier
meer in elkaar kromp en weg dook in den
diepsten hoek.... Als het geaaid werd, rilde
het.
Toen het in de auto even losgelaten moest
worden, kroop het weg in den versten hoek
op het donkerste plekje, tusschen koffers,
plaids en mantels. We lieten het er een hal
ven dag zitten en het verroerde zich bijna
niet. Het sliep ook niet, de bange oogen ble
ven open. We overlegden dat we het met
rust zouden laten en den volgenden dag ver
der zien. We legden het wat koolbladeren
voor, waaraan het niet eens .snuffelde. Het
staarde maar. Het bleef er dien nacht, en
dook onder bescherming van de duisternis
zoo verweg dat het den volgenden dag bijna
niet terug te vinden was.
Pas toen de auto gestart was en zoemend
door de ochtendlijke wereld ging. zocht ik
het- op cn nam het op schoot. Om te wen
nen aan ons.
Het zat er doodstil, en lk legde mijn hand
op liet zachte vachtje, en was bijna den hec-
lcn ochtend bezig met het toe te spreken,
zacht, gerust-steliend, vertrouwens-inboczc-
mend. Het deed een onbehoorlijk ding in
mijn schoot één van die wonderen der
natuur, die de onwelvoeglijke menschen lang
gepuzzeld hebben, want een konijn drinkt
niet. I-lij bedierf er de jurk die ik aan had
mee, maar ik vergaf het hem en zei hem dat
met de streeling van mijn stem en mijn han
den. Zoodra mijn aandacht even van hem
weg was gleed hij weg met. een paar stillé
bewegingen en schoot ergens achter me. Pas
na een paar minuten van zoeken ontdekte ik
hem. diep weggedoken binnen In de loeren
ias. die ik aan had. Zijn oogen staarden
angstig. Hij verzette zich krachtdadig, toen
ik hem pakte en veegde met een paar ster
ke achterpooten mijn horloge van mijn pols
af toen ik hem weer op schoot nam. Maar
hij bleef er stil liggen, koesterde met zijn
Ji'ohaamswarinte zijn holletje in mijn schoot
tot een oventje en veroverde daarmee op
een vreemde manier het laatste restje van
mijn toch al bijna heelemaal toegewijd hart.
Toen deed hij weer een paar onbehoorlijke
dingen en verdween bij de eerste de beste
gelegenheid nog sneller en geluidloozer van
mijn schoot naar het donkere plekje diep m
mijn leeren jas. We lieten hem er zitten en
ik geloof dat hij er sliep.
's Nachts at hij een miniem klein beetje
van de koolblaren.
En 's morgens liet hij zich zonder veel ver
zet pakken en bleef gedwee ineengedoken
zitten op mijn schoot. Hij weigerde alleen
absoluut aan de koolblaren te nippen, die ik
hem voorhield en negeerde ze zelfs volko
men. Nadat een onverwachte hobbel in den
weg ons plotseling had doen deinen op onze
zetels, werd hij weer onrustig, verdween er
gens op den bodem van den auto en bleef
den verderen dag zoo onhandelbaar dat wp
het ten slotte maar opgaven en hem lieten.
Den vierden en den vijfden dag maakte
hij het uitstekend, had zich blijkbaar aan
zijn aanwezigheid in de auto gewend, snuf
felde links, snuffelde rechts, at. vrat zelfs,
maar bleef buien van nerveusheid houden,
waarin hij plotseling verdween naar donkere
hoekjes en daar, schichtig uitkijkend met een
loerend bruin oog, terwijl zijn ooren plat
achterover gestreken op zijn rug lagen, ang
stig op wacht ging liggen. Aan ons gewend
was hij overigens zeker helaas konden we
niet in zijn dierenziel kijken en zien of hij
aan ons gehecht was. Het omgekeerde was
zeker wel zoo. We waren op een allermalste
manier aan ons konijn gaan hechten, kib
belden erom en verteederden er ons geza
menlijk over met een innigheid die voor bui
tenstaanders waarschijnlijk iets lachwek
kends had. Wat kan er toch de oorzaak van
zijn dat menschen zoo plotseling alle warm
te van hun hart aan een tamelijk weerspan
nig dier wegschenken? Is het de charme, die
nu eenmaal uitgaat van elk dier, omdat het
een zuiver brokje natuur is, voor menschen
die het soms als een gemis en vaker nog als
een tekortkoming voelen, dat ze het niet
zijn?
Op den zesden dag leek het dier werkelijk
heelemaal aan ons gewend. Het verborg zich
niet meer voor ons, het vluchtte niet meer
in donkere hoekjes, het bleef rustig liggen
als we uitstapten en lag er nog, als we weer
instapten. Niettemin bleven we zorg dragen
dat het niet ontsnappen kon, hoewel we niet
geloofden dat het dat nog doen zou. Nadat-
we dan ook den zesden keer dien dag het
portier openden om in te stappen, bleef ik
even op de treeplank staan om een plaid op
te rapen, die gevallen was. Er schoot iets
zachts langs mijn beenen, iets bruins. Een
kreet! Terwijl ik mij omdraaide begon ik het
al te begrijpen
Tien meter van ons af, in het gras, zat het
konijn, met zijn rug naar ons toe. Zijn ooren
stonden rechtop in de lucht, zijn heele hou
ding verried spanning, ik voelde bijna, hoe
hij verrukt snoof, ik zag zijn snorharen tril
len, ik wist, hoe zijn glanzende, zachte brui
ne oogen verrukt uitstaarden over de velden
„Pak hem!" zei een stem.
Ik bewoog niet. Die het gezegd had even
min. Maar de woorden brachten het konijn
tot actie, en hij sprong op en rende weg, met
groote, lange sprongen, terwijl de witte on
derkant van zijn staartje gestadig op en
neer wipte.
We keken het wippende staartje na, zoo
lang mogelijk. Maar het verdween bijna da
delijk, met een laatsten, langen, hoogen
vreugdesprong, achter een bosje.
BINNENLAND
HET BALLON-ONGELUK.
DE DEITSCIIElt GAUMNITZ OVERLEDEN.
In het R. K. Ziekenhuis aan het West
einde te 's-Gravenhage is. 28 jaren oud, over
leden de Duitscheu O. F. Gaumnitz, die Zon
dagmiddag bij het dalen van een luchtbal
lon te 'Kwintsheul door een plotselingen
schok van een hoogte van ongeveer 8 meter
uit de ballonmand werd geslingerd en dien
tengevolge ernstig werd gewond.
Naar het Handelsblad verneemt was de
moeder van den ballonvaarder uit Duitsch-
land nog naar Den Haag gekomen, doch zij
heeft haar zoon niet meer bij kennis aange
troffen.
DE „P. C. HOOFT".
TE PERNIS AANGEKOATEN.
De Tel. verneemt uit Rotterdam
Donderdagmiddag om half drie is het
wrak van de „P. C. Hooft" veilig en wel
in de haven van de N.V. Simons Scheeps-
slooperij binnengekomen. Voorloopig zal het
schip daar blijven liggen, ten einde het
zooals bekend ter bezichtiging van 't publiek
te stellen.
Het Persbureau Vaz Dias verneemt nader
uit Pernis
Tc omstreeks half drie is de P. C. Hooft
verschenen voor de haven van Pernis. bege
leid door de Óooton van den Rijkshavendienst
van Rotterdam. Waarschijnlijk door een mis
verstand is de boot de haven voorbij ge
varen cn kwam even aan den grond te zitten
Het schip was spoedig weer vrij en is toen
teruggesleept naar de richting Vlaardingen,
in afwachting van stilwater, Omstreeks half
vijf is de P. C. Hooft de haven van Pernis
binnengeloopen. Op de Simons scheeps-
slooperij waren aanwezig het college van
B. en W. met den gemeente-secretaris, ge
meente-architect en den gemeente-ontvan
ger.
Bij een bespreking tusschen het gemeente
bestuur 011 don heer Simons heeft deze laat
ste medegedeeld, dat hij ongeveer veertien
dagen het schip ter bezichtiging openstelt
voor het publiek. De geheele opbrengst zal
worden afgestaan: een deel daarvan is be
stemd voor het Nationaal Crisis Comité en
een ander gedeelte voor plaatselijke crisis-
c.omité's te Amsterdam. Rotterdam en Pernis.
Hiertoe zal een comité worden gevormd,
waaraan zullen worden toegevoegd twee
vooraanstaande Amsterdammers en twee
vooraanstaande Rotterdammers.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
a GO Cts. per regel.
GEHEELE FAMILIE LEED AAN INDIGESTIE
„Nu weer pleizier van ons eten".
Een moeder van vier kinderen schrijft ons:
„Ik zelf en mijn vier kinderen hadden alle
voortdurend last van rugpijn, maagzuur en
andere gevolgen van een slechte spijsverte
ring. Wat ik ook at, ik kreeg steeds maag
pijn. Maar sinds we nu Kruschen Salts ge
bruiken ide afgeloopen drie maandenj kun
nen wij alles eten en hebben alle veel meer
pleizier van ons voedsel. We hebben nu geen
van alle een spoor van maagzuur of pijn
meer. Ik vind het een schitterend middel,
zonder eenige hinderlijke uitwerking. Wat we
ook zouden moeten missen, we zouden nooit
meer buiten Kruschen willen."
(Mevr.) M. K.
Kruschen Salts neutraliseert spoedig het
maagzuur, ontneemt het alle kwellende
eigenschappen en verwijdert het zachtjes en
volkomen uit het lichaam. D<> dagelij ksche
kleine dosis Kruschen is een zachte, natuur
lijke aansporing voor maag, lever, nieren en
ingewanden om weer naar behooren te func-
tionneeren en voorkomt daardoor dat het
schadelijke maagzuur zich ooit weer kan
ophoopen. Dan zult U geen last meer hebben
na Uw maaltijden. Kruschen Salts maakt en
houdt U inwendig rein. Verfrischt en ver
sterkt het bloed, van alle onzuiverheden be
vrijd, stroomt naar elk deel van uw lichaam.
Er zullen geen klachten meer zijn, geen pij
nen meer. Maagzuur behoort dan tot het
verleden en is slechts geworden tot een on
aangename herinnering. U zult zich wonder
lijk energiek en flink voelen; zoo gezond en
opgewekt als U zich bij mogelijkheid maar
voelen kunt.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar
bij alle Apothekers en Drogisten a f 0.90 en
f 1,60 per flacon. Stralende gezondheid voor
één cent per dag.
DE BEGROOTING VAN
„ONDERWIJS".
DE MEMORIE VAN ANTWOORD.
De minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, mr. J. Terpstra, heeft thans
de Memorie van Antwoord uitgebracht op het
Voorloopig Verslag der Tweede Kamer over
de begrooting van zijn departement voor 1933
en zegt daarin o.m.:
Van inkrimping van het lager nijverheids
onderwijs voor jongens is geen sprake. In
tegendeel zijn juist in de laatste jaren, met
name voor een aantal ambachtsscholen en
scholen voor bijzondere doeleinden, nieuwe
ruime gebouwen of belangrijke uitbreidingen
van gebouwen en verbeteringen van de in
richting en de outillage tot stand gekomen,
terwijl andere plannen nog in uitvoering of
in voorbereiding zijn.
Met de beschouwing, dat de minister op de
begrootingsafdeeling voor kunsten en weten
schappen nog meer had kunnen bezuinigen
voor orkesten, instellingen als openbare lees
zalen, enz. te laten verdwijnen, kan hij niet
instemmen.
In de bezwaren, door sommige leden aan
gevoerd tegen den nieuw vastgestelden mi
nimum leeftijd kan de minister niet deelen.
1-Iet is juist, dat de strekking was om in het
geheele land één minimum-leeftijd van toe
lating voor de openbare en voor de bijzondere
lagere scholen vast- te stellen, welke leeftijd
voor beide soorten van scholen plaatselijk
wel kon worden verhoogd, maar niet ver
laagd, zoodat oneerlijke concurrentie werd
voorkomen. De minister kan echter niet toe
geven, dat genoemd wetsartikel aan de Kroon
niet de bevoegdheid zou geven in den een
maal bepaalden leeftijd wijziging aan te
brengen.
Dat aan een aantal leerkrachten ontslag
zal moeten worden gegeven is juist; hierin
is een aanmerkelijke besparing op 's Rijks
uitgaven gelegen, maar de minister acht het
niet vrij van overdrijving daaruit te beslui
ten, dat de klasse-indeeling op de lagere scho
len jaren achtereen zou worden ontwricht.
Ten einde clit te voorkomen, is anders dan
in 1924 de verhooging op slechts zes maan
den gesteld, en wordt zij bovendien met een
tusschentijd van een jaar in twee étappes
ingevoerd.
De minister heeft er zich rekenschap van
gegeven, dat de wijziging van het koninklijk
besluit ook voor de bewaarscholen gevolgen
heeft. Het moet aan de gemeentebesturen en
de besturen der bijzondere bewaarscholen
worden overgelaten, of en op welke wijze zij
zich bij den maatregel zullen aanpassen.
In antwoord op de vraag van verscheidene
leden, of de minister door het verhoogen van
den toelatings'ieeftijd voor de lagere school
ook nog andere voordeden hoopte te berei
ken dan alleen bezuiniging, wijst hij er op.
dat het z.i. uit paedagogisch oogpunt in den
regel geen nadeel is. dat een kind wat later
naar de lagere school gaat.
Den minister is een goed middel tot beper
king van het aantal studenten, zonder dat
ten aanzien van velen, die dan uitgesloten
zouden worden een onbillijkheid wordt be
gaan, niet bekend.
Het instellen van een speciaal toelatings
examen tot de universiteit, af te leggen na
het met gunstig gevolg afgelegd eindexamen
gymnasium of hoogere burgerschool, een
denkbeeld in het Voorloopig Verslag naar vo
ren gebracht, zou een selectie te weeg bren
gen, welke niet aan haar doel ten volle zou
kunnen beantwoorden.
Of er rijks-hoogere-burgerscholen kunnen
worden opgeheven en, zoo ja, welke, zal de
minister nagaan. Daarbij zal niet uitsluitend
zijn te letten op het getal leerlingen der
scholen, doch ook op de grootte van den
kring, waaruit de naburige scholen haar leer
lingen zullen moeten betrekken.
Het stichten van nieuwe gebouwen voor
scholen voor voorbereidend hooger en mid
delbaar onderwijs wordt onder de bestaande
omstandigheden als regel achterwege gela
ten.
Voorstellen tot een wettelijke regeling ter
bescherming van natuurschoon worden tot
betere tijden aangehouden.
Voor dc in 1933 te Milaan te houden inter
nationale kunsttentoonstelling, waarvoor de
Nederlandsche regeering wel officieel Is uit-
genoodigd. is deelneming van ons land in
voorbereiding.
VERSCH BROOD BIJ HET ONTBIJT.
Het Ned. Corr. Bureau verzoekt te melden
In verband met de mededeelingen, ons
verstrekt door den heer Louis Snapper, voor
zitter van het comité voor versch brood aan
het ontbijt, naar aanleiding van diens on
derhoud met den directeur-generaal van den
arbeid, dr. ir. A. H. W. Hacke. verzoekt
de heer Hacke mede te deelen, dat hij zich
in het geheel niet heeft uitgelaten over de
quaestie of versch brood bij het ontbijt als
een volksbelang moet worden beschouwd. Op
een hem ter zake gestelde vraag heeft hij ge
weigerd te antwoorden.
JUBILEUM ALG. NED. POLITIEBOND.
Donderdag was het veertig jaar geleden
dat de afdeeling Noord-Holland van den Alg.
Ned. Politiebond werd opgericht en vóór vijf
jaar de afdeeling Amsterdam.
Beide afdeelingen vierden gezamenlijk
feest.
In Kras werd een zeer druk bezochte
receptie gehouden. Er waren o.m. bloem
stukken van de afdeelingen Den Haag. Bloe-
m e n d a a 1, H a a r 1 em. Mijnstreek en
Maastricht. Groningen. Zand voort en
Drente.
Zeer velen kwamen de besturen geluk-
wenschen.
Des avonds was er een feestelijke bijeen
komst in Kras onder leiding van den voor
zitter der afdeeling Noord-Holland den heer
C. N. Kemper.
NATURALISATIE.
EEN ANDERE REGELING?
De minister van Justitie, mr dr. J. Donner,
schrijft in de memorie van antwoord op het
voorloopig verslag der Eerste Kamer over
eenige naturalisatie-ontwerpen
Naturalisatie bij koninklijk besluit zou den
grooten, in hoofdzaak preventieven. waarborg
derven, welke onder alle tijdsomstandigheden
en met iedere regeering gelegen is in onver
korte controle door de Staten-Generaal. Het
moge zijn, dat de Grondwet sinds de laatste
herziening het voorschrift, dat naturalisatie
alleen bij de wet verleend werd. niet langer
onvoorwaardelijk heeft gehandhaafd, doch
thans ook ruimte laat voor 'n andere behan
deling, daarmede heeft de behandeling, gelijk
die thans door de Staten-Generaal geschiedt,
ook vanwege de daarbij geboden gelegenheid
tot het nemen van steekproeven en vanwege
de openbaarheid der behandeling hare
waarde niet verloren.
Intusschen is de minister bereid een andere
regeling in nadere overweging te nemen, in
dien aan beide zijden der Staten-Generaal
afdoende zou bliiken. dat de Kamers oo haar
prerogatief in dezen verder geen verderen
prijs stelden.
Aan de tot naturalisatie strekkende ont
werpen van wet gaat steeds vooral een be
hoorlijk onderzoek naar de omstandigheden
van verzoekers. Ook nan den aard der drijf
veer tot het natural'/liever zoek wordt dooi
de regeering de noodige aandacht geschon
ken.
RADIO-PROGRAMMA
ZATERDAG 17 DECEMBER.
HILVERSUM 296 M.
VARA. 8.00 Gramofoonmuziek.
VPRO 10.00 Morgenwijding.
VARA. 10.15 Uitzending voor de arbeiders i
de contenubedrijven. VARA-kleïn orkest .o.l:
Paul Duchant. 12.01 De Notenkrakers o.!,
Daaf Wins. 2.00 Verzorging van den zeilde
2.15 Gramofoonmuziek. 3.00 G. Ph. Selmai
De vooruitgang der Ned. Speeltui'nbewegin
sedert Maart 1931. 3.15 VARA Mandoline
ensemble o.l.v. Joh. B. Kok. 3.50 der huis
muziek. Samenwerking tusschen huiskann
en studio o.l.v. Piet Tiggers. Piano muzie
uit het verleden cn heden. 4.30 Ontwape
ningskwartiertje door Paul Kies. 4.50 De Nc
tenkrakers o.l.v. Daaf Wins met zang va
Leo Fuld. 5.10 Mr. P. J. Mijksener: een hali
eeuw ANWB. 5.20 De Notenkrakers o.l.v. Da;
Wins; zang van Leo Fuld; 5.40 Literair cve:
zicht door A. M. de Jong. 6.01 Groningse
uurtje, m.m.v. mevr. M. Riddering—Schere
zang en J. H. Riddering, causerie. 6.40 Gra
mofoonmuziek. 7.00 Uitzending voor he
platteland. Mr. J. E. Duys: De nood in hs
tuinbouwbedrijf. 7.30 Gramofoonmuziek. 7.
Toespraak door A. de Vries. 7.50 Gramofooi
muziek. 7.55 Herhalen S.O.S. berichten. 8.C
De Dorpsbarbier. 8.15 VARA-orkest o.l.v Hu;
de Groot, m.m.v. Elize de Haas. zang. 9j
Uitzending voor de Centrale Bond van Tram
portarbenders. Visschersuurtje. Joh. Joi
orgel. VARA-tooneel oi.v. W. van Cappel'e
met Esther de Boer van Rijk. 9.45 Orgelsp
door Joh. Jong. 10.45 Vaz Dias. Varia. 10.
De Flierefluiters o.l.v. Hugo de Groot. 11.!
Gramofoonmuziek. 12.00 Sluiting.
HUIZEN, 1875 M.
KRO 8.00 Morgenconcert. 10.00 Gramofoo
11.30 Godsdienstig halfuurtje door Pastoi
L. II. Perquïn. 1200 Het KRO-orkest o,l.v. Mi
rinus van het Woud. 1.45 Verzorging van d<
zender. 2.00 Halfuurtje coor de rijpere jeu;
P. Fouweïs: Handenarbeid. 2.30 Kinderuurtj
4.000rgelconcert. 5.00 Gramofoonmuziek. 5.
Esperantonieuws door P. Heilker. 5.45 I
R.K. Muziekvereeniging St. Canisïus te Ni
gen. 6.20 Journalistiek weekoverzicht do<
Paul de Waart. 6.40 Vervolg concert. 7.10 Ki
tholiek Volles Universiteit. Handel en Econ<
mie (II) Prof. J. Cobbenhagen. 7.45 Spor
praatje van de R.KF.. 8.00 De KRO-boys o.l.
Piet Lustenhouwer spelen genre en schlagei
muziek. 9.00 Persbureau Vaz Dias. 9.15,
KRO-boys. 9.45 Microfoonvertelsel, door E
Iloornik. 10.00 De KRO-bo3's. 10.30 Conce:
door het harmoniecorps ..De Geniemuziek
12.00 Sluiting.
BRUSSEL 509 M.
12.20 Gramofoonmuziek. 1.30 Concert o.l.j
P. Leemans. 7.20 Gramofoonmuziek. 8 sj
Concert door Franz André. 9.00 Vervolg coi
eert. 9.50 Idem. 10.30 Concert o.l.v M;
Alexys uit Ancienne Belgique.
KALUNDBORG 1153 M,
11.20 Strijkorkest van restaurant Wivex o.l.j
A. Bendix. 1.50 Gramofoonmuziek. 1.50 Gra
mofoonmuziek 2.50 Het Omroeporkest o.l.j
Emil Reesen. 8.10 Dansmuziek. 9.50 Idera
10.35 Idem door de Band van National Scaj
o.l.v. Kai Julian. j
BERLIJN 419 M.
7.20 Weladigheidsavond. „Berlin singt". 9.5
Dansmuziek door de Ring Gathé kapel. 10.2
Vervolg „Berlin Singt"
HAMBURG 372 M.
12.35 Gramofoonmuziek. 1.30 Idem. 3.50 Con
eert door het Noragorkest o.l.v. Horst Plates
6.50 Pianorecital. 7.20 Operamuziek. 9.3
Dansmuziek uit Berlijn. 10.20 Operettemuzie]
uit Berlijn.
KoNlGRWUSTERHAUSEN' 1625 M.
1.20 Gramofoonmuziek. 3.50 Concert ui
Hamburg. 10.10 Programma van Berlijn.
LANGENBERG 472 M.
12.20 Concert o.l.v. Eysoldt. 2.05 Gramofoor
muziek. 4.20 Vesperconcert door bet Keulse
a capella koor voor mannen. 9.50 Programm
van Berlijn. 11.50 Meister des Jazz. Gramc
foonplaten.
PAVENTRY 1554 M.
12.20 Concert door het Schotsche studio
orkest o.l.v. Guy Daines. 1.50 Concert doe
het Commodore-Grand Orkest o.l.v. J. Mus
cant. 3.50 Concert. 7.50 Concert door he
Ipswich Mannenkoor. 8.20 Concert. 11.05 Am
brose en zijn orkest in het May fair Hotel.
PMl MS EIFFEL 1446 M.
7.50 Radiotooneel.
PAR1JS-R "*DIO 1725 M.
12.20 Populair concert door het Omroeporke:
4.10 Dansmuziek door het Omroeporkest. 7.2
Lamoureux Concert. 9.50 Gramofoonmuziek
MILAAN 331 M.
6.50 Gramofoonmuziek. 7.20 Idem. 9.20 Popu
lari concert.
ROME. 441 M.
7.20 Gramofoonmuziek. 8.05 Concert Spaan
sche muziek. 9.05 „La Vida Breve". Opera i:
twee bedrijven van Manuel de Falla.
WE EN EN 517 M.
4.55 Populair concert door het Louis Seidl
Orkest. 6.25 Vocaal concert, door de Ween
sche Mannenzangvereeniging. 9.50 Dansmu
ziek.
Onze dagelijksche Kindervertelling.
DE AVONTUREN VAN ROMMELZAK EN HOBSELTJ
Hij was woedend op Rommelzak en balde
zijn vuist tegen hem. „Als jij niet gauw zorgt,
dat de kiespijn, die ik van die verschrikkelijke
koek van jou heb gekregen, over is, zal ik jou
breken, jij magere sprinkhaan." „Nou. nou.'
zei Rommelzak onnoozel, die inwendig toch
moest lachen, „een beetje minder drukte is
ook goed."
Hij trok nu een haar uit de staart van Hob-
beltje en zou deze om de kies binden en hem
dan zoo trekken. Maar pas had hij zijn vinger
in dien verschrikkelijk grooten mond gestoken
om den draad vast te leggen, of daar ging me
die hooischuur dicht en de vinger van Rommel
zak zat er tusschen. „Au, au," gilde hij, „laat
los." Geen denken aan, hoor, de vinger bleef
.gevangen.
Eindelijk trok hij zóó hard. dat hij van c
tafel van zijn stalletje afviel en met een ge
weldige smak op den grond terecht kwam. N
schrok Rommelzak wakker en wreef eens flin
zijn oogen uit. Hij keek naar zijn vinger, maa
daar was niets aan te zien en pijn had hij oo
niet. Het drong nu tot hem door ,dat het ee
droom was.