BRIEVEN VAN EEN CONTROLEUR B.B. HET HAARLEMSCHE STADSBEELD. UIT DE WERELD VAN DE FILM. Hoe het eens was. Hoe het geworden is. De Ced. Oude Gracht in 1919. DE FILM „MATA-HARI". Hoewel in de vele boeken, die over het leven van Mata-Hari geschreven zijn, zeer uiteenloopende feiten en opinies naar voren gebracht worden, beschouwt men haar alge meen als een van de meest interessante en tragische figuren uit den Grooten Oorlog. In de film Mata-Hari is geen enkel der boeken gevolgd, doch men heeft slechts de voor naamste feiten uit de twee laatste jaren van haar leven als leiddraad gebruikt. Alvorens met de opnemingen te beginnen, liet de regisseur George Fitzmaurice van elke scène een teekening maken, waarop duidelijk de achtergrond, de plaats van de spelers, de belichting en de plaats van de camera's te zien waren. In totaal werden hiervoor bijna drie honderd teekeningen gemaakt. Het is ge bleken, dat dit nieuwe systeem zoowel voor de artisten als voor de technici van zeer veel gemak was. De film speelt in Parijs en voor de opne mingen werden de interieurs van een Parijsch casino, het Russische gezantschap, een hos pitaal, een rechtzaal en de St. Lazare gevan genis zoo nauwkeurig mogelijk gecopieerd. Ook ziet men een vliegtuig, zooals dit gedu rende den oorlog gebruikt werd, op het vlieg veld Le Bourget landen. Als een eigenaardige bijzonderheid ver melden wij, dat Mata-Hari de vijftiende Garbo-film is, die opgenomen werd door den cameraman William Daniels. Toen Greta Garbo ruim zes jaar geleden naar Amerika kwam, maakte Daniels de proef-opnemingen van haar en op haar verzoek heeft hij bij vrijwel al haar films de fotografische leiding gehad. Slechts haar film „Liefdeszegepraal" werd door een anderen cameraman opge- DE DANSEN VAN MATA HARI Door George Fitzmaurice. Als Mata Harl danste vergaten haar toe schouwers alles. De geheele wereld onderging de betoovering die van haar uitging, en haar bijzondere, exotische schoonheid. De mannen lagen aan haar voeten, dach ten niet. meer aan zichzelf en vergaten hun eer en hun vaderland voor deze gevaarlijke vrouw, die beschouwd wordt als de intel ligentste spionne gedurende den wereldoor log. Metro-Goldwyn-Mayer belastte mij met de regie van de film Mata Hari, waarin Greta Garbo de titelrol vervult. In het eerst had zij er bezwaar tegen een danseres uit te beel den. Zij vertelde mij dat reeds in de school van het Koninklijk Theater te Kopenhagen, de danslessen haar grootste moeilijkheden waren. Ik lachte haar uit, hoewel haar twijfel mij een weinig onzeker maakte. Toen ik haar het manuscript gaf, bladerde zij dit vluchtig door doch plotseling scheen het haar interesse op te wekken en was zij zoo verdiept in het lezen dat zij mijn vraag, wat zij van de film dacht, niet beantwoordde. Toen ik haar later ln den middag bezocht, vond ik haar omgeven door een stapel boeken en tijdschriften. Ik nam een boek op: „Het leven van Mata Hari, en vervolgens: „De dansen van Mata Hari" en zoo ging het ver der. Verschillende boeken, beschouwingen over het proces, oude dagbladen met critlc- ken over dansavonden. Kortom alle lectuur die in Hollywood over Mata Hari te vinden was. En het is haast niet te gelooven, hoe veel menschen door het lot van Mata Hari tot schrijven geïnspireerd zijn. Ook ik ging meelezen en hoe meer ik do verschillende opinies leerde kennen, des te beter kon ik mij inleven in dc gevoelens en (de persoon van Mata Hari. Ik had haar nooit zien dansen en toch kon ik mij precies voor stellen, haar houding, haar glimlach en de manier, waarop zij zich in gezelschap wist te bewegen. „Ik kan mij voorstellen dat Mata Hari de menschen verachtte", merkte Greta Garbo onverwachts op. Zij had de armen over elkaar geslagen en scheen diep in gedachten ver zonken. „En ik begrijp ook, dat zij zoo zeer in haar eenige groote liefde voor den jongen Russischen luitenant opging, dat zij zijn leven met het hare kocht". Wij lazen verder over haar dansen. Mata Hari was geen danseres in de eigenlijke be- teekenis van het woord. Wat zij danste waren dc oeroude ceremoniën van de Bajadères, die zich met rhytmische bewegingen voor hun Goden bogen. Het was het ritueel der In dische tempeldansen, die in hun vormen on telbaar en altijd nieuw zijn. Het motief voor dezen dans wordt niet aangegeven door de muziek, die door het steeds herhaalde rhythme bijna eentonig te noemen is, doch deze dans komt uit het hart van de danseres, die met het verder gaan van het gebed in extase raakt. Ik keek Greta Garbo aan. Ik was niet on gerust meer over haar vertolking van Mata Hari. Zij zou deze vrouw kunnen begrijpen, en voor een kunstenares beteekent begrij pen hetzelfde als inleven in de persoonlijk heid en uitbeelden van de gevoelens. WIE MARLENE DIETRICH EIGENLIJK IS. Door iemand die haar kent. Iedereen kent Mariene Dietrich de film ster, die rollen speelt als Shanghai Lily, als cabaret-artiste, als spionne maar weinigen kennen de echte Mariene, zooals ik haar ken schrijft in Tit Bits een vriendin van haar. Deze mysterieuze schaduw vrouw van het witte doek doorleefde een tijd, romantischer dan welk verhaal ook op celluloid vastgelegd, een periode van een vertroetelde en bescherm de jeugd, van gebroken eerzucht. Het is. een verhaal van een onervaren meisje, dat vecht voor een levensbestaan in het na-oorlogsche Berlijn, van een leven dat van de gewone alledaagschheid opklom tot verblindend ster zijn, tot een roem, alleen geëvenaard door die van Greta Garbo. Haar vader was officier in het Pruisische leger, haar moeder de dochter van een bekend Berlijnsch juwelier. Het regiment van haar vader verwisselde telkens van standplaats en Mariene kreeg even dikwijls andere scholen. De lessen vond ze vervelend, ze snakte naar een wat levendiger leven, dat ze vond in mu ziek en ze werd een bekwaam violiste. Het voortdurend verhuizen had geen enke len invloed op de strenge tucht thuis. School, muzieklèssen, wandelingen onder leiding van een chaperone, bepaalde uurtjes om te spelen dat was het dagelijksche programma. Wat een verschil met haar rollen nu! De gedesillusioneerde cabaretière van De blauwe Engel, de spionne in Onteerd, haar rol in Marokko! Marlene's vader sneuvelde in 1918 aan het Russische front. De familie trachtte zich in Berlijn door het leven te slaan, doch de stad was door de woelingen te gevaarlijk voor kin deren, zoodat Mariene naar een internaat ge zonden werd. Bij haar terugkomst in 1921 wist zc haar moeder te overreden haar naar de muziekschool te sturen. Doch haar lang ge koesterde wensch om violiste te worden kwam tot een wreed einde, doordat zc een kwaal aan haar linkerpols kreeg. Mariene was ontroostbaar, en rusteloos zocht ze, onbevredigd, naar wat anders. Ze besloot aan het tooneel te gaan. Waarom heeft ze me nooit kunnen zeggen, want ze voelde er nooit voor. Haar plan verwekte een storm van verontwaardiging, doch Mariene won het ten slotte op voorwaarde, dat ze van haar fami lienaam (von Losh) afstand deed. Ze kwam als leerling op Max Reinhart's school en kreeg al gauw een onbeduidend rolletje, waarmee haar salaris in overeenstemming was. Ze zocht bijverdiensten, die ze vond als figurant bii de film. Maar succes had ze niet. Haar blond haar Mariene Dietrich met haar dochtertje. Rudolf Sieber. DE CED. OUDE GRACHT. Deze vergelijking zullen zeer vele Haarlem mers nog kunnen controleeren. De meeste herinneren zich nog de gebouwen en huizen die aan de Ged. Oude Gracht, Zijlstraat en Raaks stonden, die moesten afgebroken worden om het terrein vrij te krijgen waarop in 1919 begonnen werd het nieuwe Postkan toor te bouwen. Aan de Raaks stond het gebouw van de Kweekschool voor Onder wijzeressen, aan de Ged. Oude Gracht en de Zijlstraat het gebouw van' de Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen. en blauwe oogen kwamen op het doek slecht uit. En zeker zou ze haar filmloopbaan weer onmiddellijk afgebroken hebben als een jong Oostenrijksch hulp-regisseur haar niet had aangemoedigd. Die man was Rudolph Sieber. Hij slaagde er in haar een klein rolle tje te geven in de film De Liefdes tragedie. Mariene voelde zich diep ontmoedigd, doch bleef op aan dringen van Sieber bij de film. Zij werden groote vrienden. Beiden waren droomers en idealisten, zij merk ten, dat zij de zelf de levensideeën hadden en spoedig veranderde hun vriendschap in liefde. In 1924 trouwden zij. Een jaar later accepteerde ze een contract voor 6 maanden bij een tooneel- gezelschap in Weenen. Kort na haar terug keer werd haar baby geboren. Dit veranderde haar leven volkomen. Ze werd mevrouw Mariene Sieber, huisvrouw en moeder. Haar droomen een ster te worden verbleekten volkomen. Toch vierde ze een groote triomf in een operette en het door haar gezongen lied kwam zelfs op de gramo- foonplaat. Maar ze was nu ook een leven dige persoonlijkheid vol liefde voor man en kind. Het moederschap had haar veranderd. Op een goeden avond trad ze op in een theater, toen regisseur Josef von Sternberg, ten einde raad bij zijn zoeken naar de tegen speelster van Jannings in De Blauwe Engel, binnentrad om haar eens te zien. Van ontel bare Duitsche actrices had hij proefopne- mingen laten maken, doch geen harer beviel hem. Toen het doek voor het laatst zakte storm de hij het tooneel op. „U bent juist het type waarvoor ik heel Duitschland heb afgezocht U hebt blond haar blauwe wat gesluier de oogen U is een groot actrice geknipt voor de rol Mariene schrok. Als hij maar even naar een van haar films zou kijken, zou hij zien, dat al de door hem genoemde eigenschappen on herkenbaar veranderd waren op het doek. Ze vertelde dit, doch von Sternberg lachte. Hij verzekerde haar, dat het chromo-foto-proces wonderen verrichten kon. In De blauwe Engel legde Mariene voor het eerst haar geheele hart in een filmrol. Het succes was zóó groot, dat de Paramount haar een lang contract aanbood. Mariene werd be roemd. Maar hoevelen van de duizenden, die haar zagen flirten met de schooljqngens en met den leeraar, wisten, dat achter het lichtzinni ge uiterlijk van deze film-sirene een hart was verborgen, stralend van moederliefde? STUDIO SNUFJES. George Davis, de Metro-acteur, die Mata- Hari in Parijs gekend heeft en ook enkele malen met de Javaansche danseres in het zelfde programma optrad, zegt. dat er een groote gelijkenis tusschen Greta Garbo en Mata-Hari bestaat. „Het is verwonderlijk, hoe Miss Garbo me aan Mata-Hari doet denken", merkte hij op gedurende de verfilming van de dansscènes, „ze is slanker, maar haar houding en expres sie komen zoo overeen, dat ze makkelijk haar plaats op het tooneel had kunnen innemen, zonder dat het publiek de verwisseling ge merkt zou hebben. „Het costuum, dat miss Garbo in de dans scène draagt, is een zuiver copie van dat wat Mata-Hari steeds droeg bij haar ritueele In dische dansen. Zelfs de kleur-nuances komen overeen" C. Henry Gordon, die in de film „Mata Hari" de rol van chef van den Franschen contra-spionnagcdlenst vervult, heeft een lang durig contract met Metro afgesloten. Gordon werd geboren in New York en ontving zijn opvoeding in Duitschland en Engeland. Hij was eenigen tijd verbonden aan den geheimen dienst van de Vereenigde Staten. In den tijd van de eerste sprekende films kwam hij naar Hollywood en vervulde enkele kleine rollen in verschillende films. Zijn spel in „Mata Hari" met Greta Garbo en Ramon Novarro echter vestigde dc aandacht op hem. Voor de opnemingen van hospitaal-scènes in de film „Mata Hari" werd door bemidde ling van Amerikaansche vereenigingen van oorlogsinvaliden een groot aantal oudstrijders geëngageerd. Gedurende de opnemingen wa ren voortdurend gediplomeerde verpleegsters aanwezig. De oudstrijders beschouwden over het algemeen dit werk als een vacantie en in de film-hospitalen ontmoetten vele oude kameraden elkaar, die elkander sinds jaren uit het oog verloren hadden. Bij een onlangs uitgeschreven prijsvraag door de Silver Screen, een Amerikaansch film weekblad, kreeg Joan Crawford den eersten prijs >een gouden medaille) uitgeloofd voor het mooiste meisje in Hollywood. De expeditie onderleiding van W. S, van Dyke, die in liet, hooge Noorden opnemingen maakt voor de film Eskimo, heeft bij het graven van een put goud ontdekt. Een Noor- sche goudzoeker, die dc expeditie als gids ver gezelt, constateerde, dat hier waarschijnlijk een rijke ader gevonden was. Alle leden van de expedtitie hebben een claim afgepaald en laten registreeren in Nome. Als Warner Baxter's telefoon ongeveer elk kwartier belt, laat hij zijn nummer ver anderen. De filmmaatschappijen houden ide tele foonnummers hunner stars zoo geheim mo gelijk en toch worden dc nummers op onver klaarbare wijze bekend. Nu vinden wij daar het Postkantoor. Tochten en bezoeken. Hoewel het nog ruim een week duurt voor dat er weer een boot van hier vertrekt, zal ik toch maar vast met schrijven beginnen. Niet dat er zooveel te vertellen valt (want het is hier al net als overal: nogal slapjes) maar straks vertrek ik op een buitenlandsche reis, namelijk naar Bima, waar ik van Don derdag tot Zondag moet zijn (ik ga over land en kom met de K. P. M. terug) om o.a. met den Directeur van Onderwijs over onder- wijsbezuinigingen te confereeren, daar we hier ook hevig aan het bezuinigen zijn. Ik was zoo juist nog even aan boord van de Koepangboot, om een paar bekende fami lies die van Bima kwamen, het beste te wen- scherii allemaal stakkerds die om de een of andere ziekte van een der hunnen het ge west moesten verlaten. Dat verlaten is door gaans zoo erg niet, maar de redenen zijn wel treurig en dan loof je je goede gezondheid, die, vooral door het op tournee gaan en dik wijls ontbering lijden op allerlei gebied, tot heden dat alles zoo goed heeft doorstaan. Want al zijn overal, ook in het binnenland, de toestanden op hygiënisch en medisch ge bied al veel beter geworden, je hoort toch nog van zooveel ellendigs, waardoor b.v. de saamhoorigheid van een gezin wordt bedreigd omdat de vrouw of de kinderen niet tegen het klimaat kunnen en dan, of naar Java, of naar Holland terug moeten. De vorige week had ik het druk met Kara- patan (Rechtspreken). Het gaat je heusch wel eens vervelen, al die stomme Soembawa- reezen te verhooren gn te veroordeelen, zoo dat je geen tijd overhoudt om eens een uur tje ontspanning te nemen. Er zijn natuurlijk wel eens typische gevallen bij die je ook amu seeren, Die houd ik dan in miyi dagboek apart. Ik zal er als ik eens wat meer tijd heb, een aparten brief van maken en naar Hol land sturen. Ik kon deze week, niettegenstaande de drukte, toch de verzoeking niet weerstaan om even met mijn paardje Djawang naar het raceterrein te gaan voor een ritje; gisteren middag zijn we zelfs met paardenpolo bezig geweest, een leuk spel, al moeten we het nog heelemaal leeren. Het is alleen bar vermoeiend maar dat is goed voor de slanke lijn. Ik zit nu alweer aan boord van de K. P. M. op de terugreis, heb net gesoupeerd met de geschikte luidjes die aan boord waren en zal nu nog wat van de dagen op Bima vertellen. Ik ging dan Donderdags, na eerst nog ijverig op kantoor gewerkt te hebben, met Cap, Datock Ranga, mijn specialen vriend en grappenmaker, en nog een paar volgelingen, met de auto naar Karoenggo. Den volgenden morgen waagden we ,den overtocht naar Kempo, die, met water zoo vlak als een spie gel, zeer goed slaagde. We waren daar tegen half negen en kropen met ons zessen plus een massa barang, in een vijf persoons auto die ons na een kort bezoek aan den 78-jarigen en meer dan kindsehen Sultan van Dompo tegen half elf in de buurt van Bima bracht, waar wc de reis afbraken, want er was be richt dat er een K. N. I. L. M.-toestel zou landen op het vliegveld waar we stopten. Na een half uur wachten kwam „tout Bima" en even daarna het vliegtuig. Wij er op af, en erin zaten o.a. Nieuwenhuizen en Groeneveld- Meijer, twee grootheden in de Indische vlieg wereld. De ontmoeting met Nieuwenhuizen was bar moppig. Zijn uitroep toen hij me zag staan, was: „Bij elke eerste landing op een ander eiland, sta jij voor mijn neus", wat ook uitkomt, want in 1922 was hij voor het eerst op Pontianak en gaf hij mij de luchtdoop, in 1928 waren hij en ik aanwezig bij de eerste landing op Pakan Baroe en nu weer hier in 1932 waren we samen op Bima. Na de ont moeting togen we huiswaarts. Ik logeerde in het paviljoentje van den Assistent-Resident, 's Middags weer naar het vliegveld, waar ik uit oude connectie een rondvluchtje mee maakte. 's Avonds op officieel bezoek bij den Sultan van Bima,waar mijn vriend, de Sultan van Soembawaook logeert omdat zijn vrouw, dochter van den Sultan van Bima, er al een poosje ziek ligt. Ik had het genoegen de zie ke Sultana op haar ziekbed te bezoeken, een eer waar heel Bima afgunstig op is. Den volgenden morgen maakte ik met ..tout Bima", alle Europeanen en ook de deftige In landers, per 7 auto's, totaal 31 zielen, een mooien autotocht naar Sape. Vandaar gingen we per prauw naar een eilandje, waar we schildpadden in het wild zagen. Toen weer terug naar Sape waar we ons te goed deden aan een zware rijsttafel en daarna aan het bridgen sloegen, tot we om 4 uur huiswaarts gingen, om 6 uur aankwamen, mandieden, aten en zaten te gezelschen tot 2 uur in den vroegen morgen. Den volgenden dag nog al lerlei dienstzaken afgedaan, koffers gepakt en nu zit ik alweer aan boord op weg naar huis. Maar niet voor lang, want over een paar dagen moet ik weer voor een week de bos- schen in, voornamelijk om een van de nieu welingen dat deel van het vak te leeren. Dat het druk is geweest in de afgeloopen maand, kan u blijken uit het feit, dat ik volgens mijn dagboek 16 dagen ben uit geweest, waarbij ik 940 K M. por auto en 270 K.M. te paard heb afgelegd. Me dunkt dat is nogal welletjes. Thuiskomende klauterden we direct even op onze paar dj es om de eerste prestaties van de nieuwe stafmuziek te hooren, Dat is een instelling van den Cap. Hij kocht instrumen ten en stichtte een muziekbrigade die in het vervolg eiken Zaterdagavond een concert in de Kotta zal geven, dus weer een nieuw ele ment op de plaats. Met de races van straks en het bezoek van een Maleisch theater, gaan we dus goede tijden tegemoet. Ik moet nu eerst weer wat ijverig op kantoor werken, wat niet meevalt, daar het den laatsten tijd beest achtig warm is, wat je extra merkt als je een dag of zes in de „kou" hebt gezeten. Ik had ook nog een faillissements vendutie te hou den bij een Chinees, een kleine toko, volge propt met minder welriekende Inlanders. Brrr: ik stikte haast af en toe. Gelukkig moest ik den volgenden morgen onverwacht te paard naar Sekenkang om een nieuw wegtracé te zoeken. We hadden goede paar den. Het was wel warm, maar 't was toch een fijne rit. We gingen nog naar zee, waar we genoten van een prachtig uitzicht. Den vol genden dag, in een rit waar je anders twee dagen over doet, naar Loenjoek, 56 K.M. te paard. In de buurt rondgereden voor het na gaan en regelen van irrigatiewerken, daar na kasinspectie bij den Demong en toen te paard weer naar Lenag Lomak, 28 K.M., een eenzaam bivak, waar we tot bridge a deux overgingen. Den volgenden dag weer 28 K.M. te paard naar Lenang goear (ik had drie paarden, kon dus steeds wisselen) en vandaar per auto naar huis. Het was een heele rit geweest, 130 K.M. in twee en een halven dag. VAN REUZEN EN DWERGEN. MENSCHEN VAN 18 DUIM EN 273 c.M. In het moderne Europa behooren lieden, die 2 M. lang zijn tot de zeer groote men- schenJUlen die hun haardos meer dan 2.20 M. boven den grond dragen moeten als reuzen worden beschouwd. Een lengte van 250 c.M. behoort tot de zeldzaamheden. Bekende reuzen uit vroegere dagen waren de portier van koning Jacobus I van Enge land Walter Passus, die een lengte van 2.34 M. had en Maximiliaan Muller, een statig heer van 2.55 M., die op zijn vijf en vijftigste jaar nog groeide. Ze zijn overtroffen door den beroemden Patrick O'Brien, die op zijn 38ste jaar 2,63 M. hoog was. Dikwerf vond hij er een genoegen in zijn pijp aan een lantaarn paal aan te steken. De grootste van deze lieeren was wel de Oostenrijker Franz Winkelmeier, die 2.73 M. bereikte, maar buitengewoon mager was. Hij stierf 4 September 1887 te JDonden in den ouderdom van 24 jaar. De grootste vrouw, die ooit op aarde heeft geleefd, was Maria Wedde, die in 1866 te Benkendorf bij Halle aan de Saaie was geboren en in 1885 te Pa rijs stierf. Ze droeg haar hoofd 2.65 M. hoog. Veelbelovend was de in 1880 geboren reuzen- jongen Karl Ullrich. Toen hij vijftien jaar was, had hij al een lengte van 2.50. Toen groeide hij evenwel niet verder. Hij stierf op zeven tien jarigen leeftijd. Zijn ledematen waren zoo groot dat door een ring welke hij aan zijn middelvinger droeg een gulden kon. Onder de zeer kleine menschen had men ook tal van beroemdheden. Aan menig hof werden dwergen tot vermaak gehouden. Vooral in den tijd der Renaissance. Vier en dertig misvormde dwergen wachtten bij een feestmaal den aartsbisschop Vitalli in 't jaar 1556 op. Peter de Groote hield veel van deze kleine menschen en van hen hield nog meer zijn zuster, grootvorstin Nathalie. Te Moskou had men voor de dwergen een volle dige hofhouding ingericht en ze werden uit alle deelen van de wereld hierheen gelokt, om ze in prachtige gewaden te klceden en in een gouden equipage rond te rijden. Ieder huwelijk tusschen LilipuLters werd te Moskou schitterend gevierd. Jeffrey Hudson, die 18 duim groot was. werd door koning Karei van Engeland tot baron verheven. Hij was zoo dapper en rid derlijk als een groot mensch. Toen hij eens door een normaal opgegrociden kerel werd beleedigd, schoot hij hem in een duel neer. Niet zoo gelukkig als Sir Jeffrey was de dwerg John Worrenburgh. Toen hij reeds beroemd was. wilde hij. zooals Saltarino ver telt, van Rotterdam naar Londen terugkee- ren. 1-Iij logeerde in een doos en die doos was aan de zorgen van een bewaker toever trouwd. Deze gleed uit toen hij op- het punt stond zich naar het schip te begeven. Hij viel in het water en met hem de doos, waar de kleine John een naar hij meende veilige rustplaats had gevonden. Het gelukte wel den bewaker te redden, maar de dwerg kwam in zijn doos ellendig om het leven. Ofschoon de dwergen in het alge meen ook geen hoogen leeftijd bereiken, zijn er ook onder hen, die zeer oud worden. Een hunner was graaf Jozef Borowolfzki een buitengewoon kleine kerel, die 98 jaar )ud werd. De vrouwelijke dwerg Elisabeth Wal- son, die iets langer was dan 70 cM., werd 150 jaar oud.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 14