BRIEVEN VAN EEN CONTROLEUR B.B.
HET HAARLEMSCHE STADSBEELD.
UIT DE WERELD VAN
DE FILM.
Hoe het eens was.
Hoe het geworden is.
De Ced. Oude Gracht in 1919.
DE FILM „MATA-HARI".
Hoewel in de vele boeken, die over het
leven van Mata-Hari geschreven zijn, zeer
uiteenloopende feiten en opinies naar voren
gebracht worden, beschouwt men haar alge
meen als een van de meest interessante en
tragische figuren uit den Grooten Oorlog. In
de film Mata-Hari is geen enkel der boeken
gevolgd, doch men heeft slechts de voor
naamste feiten uit de twee laatste jaren van
haar leven als leiddraad gebruikt.
Alvorens met de opnemingen te beginnen,
liet de regisseur George Fitzmaurice van elke
scène een teekening maken, waarop duidelijk
de achtergrond, de plaats van de spelers, de
belichting en de plaats van de camera's te
zien waren. In totaal werden hiervoor bijna
drie honderd teekeningen gemaakt. Het is ge
bleken, dat dit nieuwe systeem zoowel voor
de artisten als voor de technici van zeer veel
gemak was.
De film speelt in Parijs en voor de opne
mingen werden de interieurs van een Parijsch
casino, het Russische gezantschap, een hos
pitaal, een rechtzaal en de St. Lazare gevan
genis zoo nauwkeurig mogelijk gecopieerd.
Ook ziet men een vliegtuig, zooals dit gedu
rende den oorlog gebruikt werd, op het vlieg
veld Le Bourget landen.
Als een eigenaardige bijzonderheid ver
melden wij, dat Mata-Hari de vijftiende
Garbo-film is, die opgenomen werd door den
cameraman William Daniels. Toen Greta
Garbo ruim zes jaar geleden naar Amerika
kwam, maakte Daniels de proef-opnemingen
van haar en op haar verzoek heeft hij bij
vrijwel al haar films de fotografische leiding
gehad. Slechts haar film „Liefdeszegepraal"
werd door een anderen cameraman opge-
DE DANSEN VAN MATA HARI
Door George Fitzmaurice.
Als Mata Harl danste vergaten haar toe
schouwers alles. De geheele wereld onderging
de betoovering die van haar uitging, en haar
bijzondere, exotische schoonheid.
De mannen lagen aan haar voeten, dach
ten niet. meer aan zichzelf en vergaten hun
eer en hun vaderland voor deze gevaarlijke
vrouw, die beschouwd wordt als de intel
ligentste spionne gedurende den wereldoor
log.
Metro-Goldwyn-Mayer belastte mij met de
regie van de film Mata Hari, waarin Greta
Garbo de titelrol vervult. In het eerst had
zij er bezwaar tegen een danseres uit te beel
den. Zij vertelde mij dat reeds in de school
van het Koninklijk Theater te Kopenhagen,
de danslessen haar grootste moeilijkheden
waren.
Ik lachte haar uit, hoewel haar twijfel mij
een weinig onzeker maakte. Toen ik haar het
manuscript gaf, bladerde zij dit vluchtig door
doch plotseling scheen het haar interesse op
te wekken en was zij zoo verdiept in het lezen
dat zij mijn vraag, wat zij van de film dacht,
niet beantwoordde.
Toen ik haar later ln den middag bezocht,
vond ik haar omgeven door een stapel boeken
en tijdschriften. Ik nam een boek op: „Het
leven van Mata Hari, en vervolgens: „De
dansen van Mata Hari" en zoo ging het ver
der. Verschillende boeken, beschouwingen
over het proces, oude dagbladen met critlc-
ken over dansavonden. Kortom alle lectuur
die in Hollywood over Mata Hari te vinden
was. En het is haast niet te gelooven, hoe
veel menschen door het lot van Mata Hari
tot schrijven geïnspireerd zijn.
Ook ik ging meelezen en hoe meer ik do
verschillende opinies leerde kennen, des te
beter kon ik mij inleven in dc gevoelens en
(de persoon van Mata Hari. Ik had haar nooit
zien dansen en toch kon ik mij precies voor
stellen, haar houding, haar glimlach en de
manier, waarop zij zich in gezelschap wist
te bewegen.
„Ik kan mij voorstellen dat Mata Hari de
menschen verachtte", merkte Greta Garbo
onverwachts op. Zij had de armen over elkaar
geslagen en scheen diep in gedachten ver
zonken. „En ik begrijp ook, dat zij zoo zeer
in haar eenige groote liefde voor den jongen
Russischen luitenant opging, dat zij zijn leven
met het hare kocht".
Wij lazen verder over haar dansen. Mata
Hari was geen danseres in de eigenlijke be-
teekenis van het woord. Wat zij danste waren
dc oeroude ceremoniën van de Bajadères,
die zich met rhytmische bewegingen voor hun
Goden bogen. Het was het ritueel der In
dische tempeldansen, die in hun vormen on
telbaar en altijd nieuw zijn.
Het motief voor dezen dans wordt niet
aangegeven door de muziek, die door het
steeds herhaalde rhythme bijna eentonig
te noemen is, doch deze dans komt uit het
hart van de danseres, die met het verder
gaan van het gebed in extase raakt.
Ik keek Greta Garbo aan. Ik was niet on
gerust meer over haar vertolking van Mata
Hari. Zij zou deze vrouw kunnen begrijpen,
en voor een kunstenares beteekent begrij
pen hetzelfde als inleven in de persoonlijk
heid en uitbeelden van de gevoelens.
WIE MARLENE DIETRICH
EIGENLIJK IS.
Door iemand die haar kent.
Iedereen kent Mariene Dietrich de film
ster, die rollen speelt als Shanghai Lily, als
cabaret-artiste, als spionne maar weinigen
kennen de echte Mariene, zooals ik haar ken
schrijft in Tit Bits een vriendin van haar.
Deze mysterieuze schaduw vrouw van het
witte doek doorleefde een tijd, romantischer
dan welk verhaal ook op celluloid vastgelegd,
een periode van een vertroetelde en bescherm
de jeugd, van gebroken eerzucht. Het is. een
verhaal van een onervaren meisje, dat vecht
voor een levensbestaan in het na-oorlogsche
Berlijn, van een leven dat van de gewone
alledaagschheid opklom tot verblindend ster
zijn, tot een roem, alleen geëvenaard door die
van Greta Garbo.
Haar vader was officier in het Pruisische
leger, haar moeder de dochter van een bekend
Berlijnsch juwelier. Het regiment van haar
vader verwisselde telkens van standplaats en
Mariene kreeg even dikwijls andere scholen.
De lessen vond ze vervelend, ze snakte naar
een wat levendiger leven, dat ze vond in mu
ziek en ze werd een bekwaam violiste.
Het voortdurend verhuizen had geen enke
len invloed op de strenge tucht thuis. School,
muzieklèssen, wandelingen onder leiding van
een chaperone, bepaalde uurtjes om te spelen
dat was het dagelijksche programma.
Wat een verschil met haar rollen nu! De
gedesillusioneerde cabaretière van De blauwe
Engel, de spionne in Onteerd, haar rol in
Marokko!
Marlene's vader sneuvelde in 1918 aan het
Russische front. De familie trachtte zich in
Berlijn door het leven te slaan, doch de stad
was door de woelingen te gevaarlijk voor kin
deren, zoodat Mariene naar een internaat ge
zonden werd. Bij haar terugkomst in 1921 wist
zc haar moeder te overreden haar naar de
muziekschool te sturen. Doch haar lang ge
koesterde wensch om violiste te worden kwam
tot een wreed einde, doordat zc een kwaal
aan haar linkerpols kreeg.
Mariene was ontroostbaar, en rusteloos zocht
ze, onbevredigd, naar wat anders. Ze besloot
aan het tooneel te gaan. Waarom heeft ze
me nooit kunnen zeggen, want ze voelde er
nooit voor. Haar plan verwekte een storm van
verontwaardiging, doch Mariene won het ten
slotte op voorwaarde, dat ze van haar fami
lienaam (von Losh) afstand deed. Ze kwam
als leerling op Max Reinhart's school en kreeg
al gauw een onbeduidend rolletje, waarmee
haar salaris in overeenstemming was. Ze
zocht bijverdiensten, die ze vond als figurant
bii de film.
Maar succes had ze niet. Haar blond haar
Mariene Dietrich met haar dochtertje.
Rudolf Sieber.
DE CED. OUDE GRACHT.
Deze vergelijking zullen zeer vele Haarlem
mers nog kunnen controleeren. De meeste
herinneren zich nog de gebouwen en huizen
die aan de Ged. Oude Gracht, Zijlstraat en
Raaks stonden, die moesten afgebroken
worden om het terrein vrij te krijgen waarop
in 1919 begonnen werd het nieuwe Postkan
toor te bouwen. Aan de Raaks stond het
gebouw van de Kweekschool voor Onder
wijzeressen, aan de Ged. Oude Gracht en de
Zijlstraat het gebouw van' de Maatschappij
Tot Nut van 't Algemeen.
en blauwe oogen kwamen op het doek slecht
uit. En zeker zou ze haar filmloopbaan weer
onmiddellijk afgebroken hebben als een jong
Oostenrijksch hulp-regisseur haar niet had
aangemoedigd. Die man was Rudolph Sieber.
Hij slaagde er in
haar een klein rolle
tje te geven in de
film De Liefdes
tragedie. Mariene
voelde zich diep
ontmoedigd, doch
bleef op aan
dringen van Sieber
bij de film. Zij
werden groote
vrienden. Beiden
waren droomers en
idealisten, zij merk
ten, dat zij de zelf
de levensideeën
hadden en spoedig
veranderde hun vriendschap in liefde. In 1924
trouwden zij. Een jaar later accepteerde ze
een contract voor 6 maanden bij een tooneel-
gezelschap in Weenen. Kort na haar terug
keer werd haar baby geboren.
Dit veranderde haar leven volkomen. Ze
werd mevrouw Mariene Sieber, huisvrouw en
moeder. Haar droomen een ster te worden
verbleekten volkomen. Toch vierde ze een
groote triomf in een operette en het door
haar gezongen lied kwam zelfs op de gramo-
foonplaat. Maar ze was nu ook een leven
dige persoonlijkheid vol liefde voor man en
kind. Het moederschap had haar veranderd.
Op een goeden avond trad ze op in een
theater, toen regisseur Josef von Sternberg,
ten einde raad bij zijn zoeken naar de tegen
speelster van Jannings in De Blauwe Engel,
binnentrad om haar eens te zien. Van ontel
bare Duitsche actrices had hij proefopne-
mingen laten maken, doch geen harer beviel
hem.
Toen het doek voor het laatst zakte storm
de hij het tooneel op. „U bent juist het type
waarvoor ik heel Duitschland heb afgezocht
U hebt blond haar blauwe wat gesluier
de oogen U is een groot actrice geknipt
voor de rol
Mariene schrok. Als hij maar even naar een
van haar films zou kijken, zou hij zien, dat
al de door hem genoemde eigenschappen on
herkenbaar veranderd waren op het doek. Ze
vertelde dit, doch von Sternberg lachte. Hij
verzekerde haar, dat het chromo-foto-proces
wonderen verrichten kon.
In De blauwe Engel legde Mariene voor het
eerst haar geheele hart in een filmrol. Het
succes was zóó groot, dat de Paramount haar
een lang contract aanbood. Mariene werd be
roemd.
Maar hoevelen van de duizenden, die haar
zagen flirten met de schooljqngens en met
den leeraar, wisten, dat achter het lichtzinni
ge uiterlijk van deze film-sirene een hart was
verborgen, stralend van moederliefde?
STUDIO SNUFJES.
George Davis, de Metro-acteur, die Mata-
Hari in Parijs gekend heeft en ook enkele
malen met de Javaansche danseres in het
zelfde programma optrad, zegt. dat er een
groote gelijkenis tusschen Greta Garbo en
Mata-Hari bestaat.
„Het is verwonderlijk, hoe Miss Garbo me
aan Mata-Hari doet denken", merkte hij op
gedurende de verfilming van de dansscènes,
„ze is slanker, maar haar houding en expres
sie komen zoo overeen, dat ze makkelijk haar
plaats op het tooneel had kunnen innemen,
zonder dat het publiek de verwisseling ge
merkt zou hebben.
„Het costuum, dat miss Garbo in de dans
scène draagt, is een zuiver copie van dat wat
Mata-Hari steeds droeg bij haar ritueele In
dische dansen. Zelfs de kleur-nuances komen
overeen"
C. Henry Gordon, die in de film „Mata
Hari" de rol van chef van den Franschen
contra-spionnagcdlenst vervult, heeft een lang
durig contract met Metro afgesloten. Gordon
werd geboren in New York en ontving zijn
opvoeding in Duitschland en Engeland. Hij
was eenigen tijd verbonden aan den geheimen
dienst van de Vereenigde Staten. In den tijd
van de eerste sprekende films kwam hij naar
Hollywood en vervulde enkele kleine rollen
in verschillende films. Zijn spel in „Mata
Hari" met Greta Garbo en Ramon Novarro
echter vestigde dc aandacht op hem.
Voor de opnemingen van hospitaal-scènes
in de film „Mata Hari" werd door bemidde
ling van Amerikaansche vereenigingen van
oorlogsinvaliden een groot aantal oudstrijders
geëngageerd. Gedurende de opnemingen wa
ren voortdurend gediplomeerde verpleegsters
aanwezig. De oudstrijders beschouwden over
het algemeen dit werk als een vacantie en
in de film-hospitalen ontmoetten vele oude
kameraden elkaar, die elkander sinds jaren
uit het oog verloren hadden.
Bij een onlangs uitgeschreven prijsvraag
door de Silver Screen, een Amerikaansch film
weekblad, kreeg Joan Crawford den eersten
prijs >een gouden medaille) uitgeloofd voor
het mooiste meisje in Hollywood.
De expeditie onderleiding van W. S, van
Dyke, die in liet, hooge Noorden opnemingen
maakt voor de film Eskimo, heeft bij het
graven van een put goud ontdekt. Een Noor-
sche goudzoeker, die dc expeditie als gids ver
gezelt, constateerde, dat hier waarschijnlijk
een rijke ader gevonden was. Alle leden van
de expedtitie hebben een claim afgepaald en
laten registreeren in Nome.
Als Warner Baxter's telefoon ongeveer elk
kwartier belt, laat hij zijn nummer ver
anderen.
De filmmaatschappijen houden ide tele
foonnummers hunner stars zoo geheim mo
gelijk en toch worden dc nummers op onver
klaarbare wijze bekend.
Nu vinden wij daar het Postkantoor.
Tochten en bezoeken.
Hoewel het nog ruim een week duurt voor
dat er weer een boot van hier vertrekt, zal
ik toch maar vast met schrijven beginnen.
Niet dat er zooveel te vertellen valt (want
het is hier al net als overal: nogal slapjes)
maar straks vertrek ik op een buitenlandsche
reis, namelijk naar Bima, waar ik van Don
derdag tot Zondag moet zijn (ik ga over
land en kom met de K. P. M. terug) om o.a.
met den Directeur van Onderwijs over onder-
wijsbezuinigingen te confereeren, daar we
hier ook hevig aan het bezuinigen zijn.
Ik was zoo juist nog even aan boord van
de Koepangboot, om een paar bekende fami
lies die van Bima kwamen, het beste te wen-
scherii allemaal stakkerds die om de een of
andere ziekte van een der hunnen het ge
west moesten verlaten. Dat verlaten is door
gaans zoo erg niet, maar de redenen zijn wel
treurig en dan loof je je goede gezondheid,
die, vooral door het op tournee gaan en dik
wijls ontbering lijden op allerlei gebied, tot
heden dat alles zoo goed heeft doorstaan.
Want al zijn overal, ook in het binnenland,
de toestanden op hygiënisch en medisch ge
bied al veel beter geworden, je hoort toch
nog van zooveel ellendigs, waardoor b.v. de
saamhoorigheid van een gezin wordt bedreigd
omdat de vrouw of de kinderen niet tegen
het klimaat kunnen en dan, of naar Java, of
naar Holland terug moeten.
De vorige week had ik het druk met Kara-
patan (Rechtspreken). Het gaat je heusch
wel eens vervelen, al die stomme Soembawa-
reezen te verhooren gn te veroordeelen, zoo
dat je geen tijd overhoudt om eens een uur
tje ontspanning te nemen. Er zijn natuurlijk
wel eens typische gevallen bij die je ook amu
seeren, Die houd ik dan in miyi dagboek
apart. Ik zal er als ik eens wat meer tijd heb,
een aparten brief van maken en naar Hol
land sturen.
Ik kon deze week, niettegenstaande de
drukte, toch de verzoeking niet weerstaan
om even met mijn paardje Djawang naar het
raceterrein te gaan voor een ritje; gisteren
middag zijn we zelfs met paardenpolo bezig
geweest, een leuk spel, al moeten we het nog
heelemaal leeren. Het is alleen bar vermoeiend
maar dat is goed voor de slanke lijn.
Ik zit nu alweer aan boord van de K.
P. M. op de terugreis, heb net gesoupeerd
met de geschikte luidjes die aan boord waren
en zal nu nog wat van de dagen op Bima
vertellen.
Ik ging dan Donderdags, na eerst nog
ijverig op kantoor gewerkt te hebben, met
Cap, Datock Ranga, mijn specialen vriend en
grappenmaker, en nog een paar volgelingen,
met de auto naar Karoenggo. Den volgenden
morgen waagden we ,den overtocht naar
Kempo, die, met water zoo vlak als een spie
gel, zeer goed slaagde. We waren daar tegen
half negen en kropen met ons zessen plus
een massa barang, in een vijf persoons auto
die ons na een kort bezoek aan den 78-jarigen
en meer dan kindsehen Sultan van Dompo
tegen half elf in de buurt van Bima bracht,
waar wc de reis afbraken, want er was be
richt dat er een K. N. I. L. M.-toestel zou
landen op het vliegveld waar we stopten. Na
een half uur wachten kwam „tout Bima" en
even daarna het vliegtuig. Wij er op af, en
erin zaten o.a. Nieuwenhuizen en Groeneveld-
Meijer, twee grootheden in de Indische vlieg
wereld. De ontmoeting met Nieuwenhuizen
was bar moppig. Zijn uitroep toen hij me zag
staan, was: „Bij elke eerste landing op een
ander eiland, sta jij voor mijn neus", wat ook
uitkomt, want in 1922 was hij voor het eerst
op Pontianak en gaf hij mij de luchtdoop, in
1928 waren hij en ik aanwezig bij de eerste
landing op Pakan Baroe en nu weer hier in
1932 waren we samen op Bima. Na de ont
moeting togen we huiswaarts. Ik logeerde in
het paviljoentje van den Assistent-Resident,
's Middags weer naar het vliegveld, waar ik
uit oude connectie een rondvluchtje mee
maakte.
's Avonds op officieel bezoek bij den Sultan
van Bima,waar mijn vriend, de Sultan van
Soembawaook logeert omdat zijn vrouw,
dochter van den Sultan van Bima, er al een
poosje ziek ligt. Ik had het genoegen de zie
ke Sultana op haar ziekbed te bezoeken, een
eer waar heel Bima afgunstig op is.
Den volgenden morgen maakte ik met ..tout
Bima", alle Europeanen en ook de deftige In
landers, per 7 auto's, totaal 31 zielen, een
mooien autotocht naar Sape. Vandaar gingen
we per prauw naar een eilandje, waar we
schildpadden in het wild zagen. Toen weer
terug naar Sape waar we ons te goed deden
aan een zware rijsttafel en daarna aan het
bridgen sloegen, tot we om 4 uur huiswaarts
gingen, om 6 uur aankwamen, mandieden,
aten en zaten te gezelschen tot 2 uur in den
vroegen morgen. Den volgenden dag nog al
lerlei dienstzaken afgedaan, koffers gepakt
en nu zit ik alweer aan boord op weg naar
huis.
Maar niet voor lang, want over een paar
dagen moet ik weer voor een week de bos-
schen in, voornamelijk om een van de nieu
welingen dat deel van het vak te leeren. Dat
het druk is geweest in de afgeloopen maand,
kan u blijken uit het feit, dat ik volgens mijn
dagboek 16 dagen ben uit geweest, waarbij ik
940 K M. por auto en 270 K.M. te paard heb
afgelegd. Me dunkt dat is nogal welletjes.
Thuiskomende klauterden we direct even
op onze paar dj es om de eerste prestaties van
de nieuwe stafmuziek te hooren, Dat is een
instelling van den Cap. Hij kocht instrumen
ten en stichtte een muziekbrigade die in het
vervolg eiken Zaterdagavond een concert in
de Kotta zal geven, dus weer een nieuw ele
ment op de plaats. Met de races van straks
en het bezoek van een Maleisch theater, gaan
we dus goede tijden tegemoet. Ik moet nu
eerst weer wat ijverig op kantoor werken, wat
niet meevalt, daar het den laatsten tijd beest
achtig warm is, wat je extra merkt als je een
dag of zes in de „kou" hebt gezeten. Ik had
ook nog een faillissements vendutie te hou
den bij een Chinees, een kleine toko, volge
propt met minder welriekende Inlanders.
Brrr: ik stikte haast af en toe. Gelukkig
moest ik den volgenden morgen onverwacht
te paard naar Sekenkang om een nieuw
wegtracé te zoeken. We hadden goede paar
den. Het was wel warm, maar 't was toch een
fijne rit. We gingen nog naar zee, waar we
genoten van een prachtig uitzicht. Den vol
genden dag, in een rit waar je anders twee
dagen over doet, naar Loenjoek, 56 K.M. te
paard. In de buurt rondgereden voor het na
gaan en regelen van irrigatiewerken, daar
na kasinspectie bij den Demong en toen te
paard weer naar Lenag Lomak, 28 K.M., een
eenzaam bivak, waar we tot bridge a deux
overgingen. Den volgenden dag weer 28 K.M.
te paard naar Lenang goear (ik had drie
paarden, kon dus steeds wisselen) en vandaar
per auto naar huis. Het was een heele rit
geweest, 130 K.M. in twee en een halven
dag.
VAN REUZEN EN DWERGEN.
MENSCHEN VAN 18 DUIM EN 273 c.M.
In het moderne Europa behooren lieden,
die 2 M. lang zijn tot de zeer groote men-
schenJUlen die hun haardos meer dan 2.20
M. boven den grond dragen moeten als reuzen
worden beschouwd. Een lengte van 250 c.M.
behoort tot de zeldzaamheden.
Bekende reuzen uit vroegere dagen waren
de portier van koning Jacobus I van Enge
land Walter Passus, die een lengte van 2.34
M. had en Maximiliaan Muller, een statig
heer van 2.55 M., die op zijn vijf en vijftigste
jaar nog groeide. Ze zijn overtroffen door
den beroemden Patrick O'Brien, die op zijn
38ste jaar 2,63 M. hoog was. Dikwerf vond hij
er een genoegen in zijn pijp aan een lantaarn
paal aan te steken.
De grootste van deze lieeren was wel de
Oostenrijker Franz Winkelmeier, die 2.73 M.
bereikte, maar buitengewoon mager was. Hij
stierf 4 September 1887 te JDonden in den
ouderdom van 24 jaar. De grootste vrouw, die
ooit op aarde heeft geleefd, was Maria
Wedde, die in 1866 te Benkendorf bij Halle
aan de Saaie was geboren en in 1885 te Pa
rijs stierf. Ze droeg haar hoofd 2.65 M. hoog.
Veelbelovend was de in 1880 geboren reuzen-
jongen Karl Ullrich. Toen hij vijftien jaar
was, had hij al een lengte van 2.50. Toen
groeide hij evenwel niet verder. Hij stierf op
zeven tien jarigen leeftijd. Zijn ledematen
waren zoo groot dat door een ring welke hij
aan zijn middelvinger droeg een gulden kon.
Onder de zeer kleine menschen had men
ook tal van beroemdheden. Aan menig hof
werden dwergen tot vermaak gehouden.
Vooral in den tijd der Renaissance. Vier en
dertig misvormde dwergen wachtten bij
een feestmaal den aartsbisschop Vitalli in 't
jaar 1556 op. Peter de Groote hield veel van
deze kleine menschen en van hen hield nog
meer zijn zuster, grootvorstin Nathalie. Te
Moskou had men voor de dwergen een volle
dige hofhouding ingericht en ze werden uit
alle deelen van de wereld hierheen gelokt, om
ze in prachtige gewaden te klceden en in
een gouden equipage rond te rijden. Ieder
huwelijk tusschen LilipuLters werd te Moskou
schitterend gevierd.
Jeffrey Hudson, die 18 duim groot was.
werd door koning Karei van Engeland tot
baron verheven. Hij was zoo dapper en rid
derlijk als een groot mensch. Toen hij eens
door een normaal opgegrociden kerel werd
beleedigd, schoot hij hem in een duel neer.
Niet zoo gelukkig als Sir Jeffrey was de
dwerg John Worrenburgh. Toen hij reeds
beroemd was. wilde hij. zooals Saltarino ver
telt, van Rotterdam naar Londen terugkee-
ren. 1-Iij logeerde in een doos en die doos was
aan de zorgen van een bewaker toever
trouwd. Deze gleed uit toen hij op- het
punt stond zich naar het schip te begeven.
Hij viel in het water en met hem de doos,
waar de kleine John een naar hij meende
veilige rustplaats had gevonden. Het gelukte
wel den bewaker te redden, maar de dwerg
kwam in zijn doos ellendig om het leven.
Ofschoon de dwergen in het alge
meen ook geen hoogen leeftijd bereiken, zijn
er ook onder hen, die zeer oud worden.
Een hunner was graaf Jozef Borowolfzki een
buitengewoon kleine kerel, die 98 jaar )ud
werd. De vrouwelijke dwerg Elisabeth Wal-
son, die iets langer was dan 70 cM., werd
150 jaar oud.