Toen het volle maan was... DE NIEUWSTE 00STENR1JKSCHE WINTERSPORT- EEN JEUGDIGE DEELNEMER aan het nationaal Engelsch schaaktoumool te Lon- ZEGELS, deu de ló-Jarige Coókc, in actie. VOOR DE ELECTRIFICATIE VAN DE SPOORLIJN ROTTERDAM - DORDRECHT zullen de spoorbanen te Rotterdam vernieuwd en verzwaard worden. Vooral de spoorbrug gen in dc Maasstad zullen onderhanden ge nomen worden EEN FELLE BRAND heeft de opslagplaatsen van de Boeren bond te Heeze geheel verwoest. De ruïne na den oraud. DE HEER J. J. ROOVERS. gemeente-secretaris van Am sterdam, Tieeft wegens ver- gevorderden leeftijd ontslag aangevraagd. DE NIEUWE GASHOUDER TE HEEMSTEDE is Dinsdag officieel in gebruik gesteld. De vlag wordt geheschen. DE SCHILDERIJEN VAN H. M. DE KONINGIN welke gaar Indic verscheept worden zijn Dinsdag te Rotterdam aan boord gebracht van het b.s. "Indrapocra". DE GULLE LACH WERKT AANSTEKELIJK. Blijf in zulk gezelschap nu maar eens ernstig FEUILLETON Naar het Engelsch van JEFFERY FARNOL. I 23 „De meubels!" riep Anthea en stampte van kwaadheid met haar voet op den grond. „Die akelige meubels! Heeft u meneer Cassilis ver teld, waarvoor u die meubels gekocht heb, meneer Bellew?" „Ja.... neen.... zoover waren we nog niet gekomen"'. Anthea wierp hem een woedenden blik toe en het leek wel of zij haar neus optrok. „Mijnheer Bellew heeft mijn meubels ge kocht omdat hij plan heeft zich te vestigen ihij denkt binnenkort te trouwen.,. „Als de maan vol is", knikte Bellew. ..Trouwen!" riep de heer Cassilis. Zijn wenkbrauwen scheidden zich als bij toover- slag. „O, zóó „Ik ben op weg naar het hop-land, mijn heer Cassilis; heeft u zin zoover mee te gaan?" Anthea keerde met deze woorden Bellew den rug toe en toen ze aan Cassilis' zijde wegliep, zag Bellew op diens gelaat een uitdrukking die sterk aan zegepraal deed denken en zijn houding was zóó aanmati gend, en zegevierend, dat de toeschouwers een zeer pijnlijk moment doormaakten. „Waarom kijk je zoo kwaad, oom Por?" „Ik denk! neef". „Nou, ik moet ook vreeselijk denken", zei öe kleine jongen met zwaar gefronst voor hoofd. En zoo bleven ze een tijdje naast, glkaar zitten denken. „Weet Je wel zeker, dat Je tante Anthea nooit gezegd hebt, dat je met haar gaat trou wen?" zei de jongen opeens. ..Heel zeker, kameraad". „Hoe kan ze dan weten, dat je daarvoor al die meubels hebt gekocht?" „Met haar.... trouwen? Meubels?" „Ja, als de maan vol is, zei je". ,Jk weet het waarachtig niet, Por. Ik denk dat ze het geraden heeft''. ,,'t Moet wel", zei de jongen nadenkend. „Ze is vreeselijk slim om iets te raden! Maar weet je...." „Ja?" „Ze keek meneer Cassilis zoo raar aan. Ik heb haar nog nooit zoo naar hem zien kij ken. Net of ze vreeselijk blij was, dat ze hem zagZou 't niet beter zijn Por, om maar niet op de volle maan te wachten? Als ik jou was, zou ik maardadelijk met haar trou wen. van middag al". „Dat lijkt mij geen kwaad idee", zei Bellew den jongen op zijn schouder kloppend. „Ik zal het haar voorstellen bij de eerst voorko mende gelegenheid, neef". Maar de gelegenheid kwam niet dien mid dag niet, en den volgenden dag niet en den daaropvolgenden dag niet, want het leek wel of Anthea bij den naderenden hop-pluk geen oogenblik vrijen tijd had. Ten gevolge waarvan Bellew vele pijpen rookte en bij het voorbij snellen der da gen zijn ziel in lijdzaamheid trachtte te bezitten, hetgeen een prachtige levensregel is in alle omstandigheden behalve de liefde. HOOFDSTUK XIX. Dat van een zeer merkwaardig onderhoud vertelt. De dagen die volgden zagen Anthea druk ln de weer buitenshuis en tante Priscilla bin nenshuis, den kleinen Por druk bezig met zijn lees en schrijflessen en Bellew menig maal alleen tn de huiskamer met zijn pijp en zijn gedachten en geen ander mensche- lijk gezelschap dan den edelman in de oude lijst boven den grooten gebeeldhouwden schoorsteen. Een joviaal metgezel, die edelman. Hij glimlachte van de krullende veder op zijn breedgeranden hoed tot de blinkende sporen aan zijn hielen. Zijn snor krulde vroolijk, en zij nmooie grijze oogen schitterden van in wendige pret. En hij leek zoo wereldwijs, zoo zeker van zichzelf, zoo vol ervaring in men- schelijke (en wat meer zegt) vrouwelijke za ken! Hij moest wel veel ervaring hebben van hun maniertjes en coquetterieën, want hij was een ijverig bestudeerder geweest van Vrouwelijke Grilligheid, ten tijde dat de „vroolijke monarch" over Engeland heersch- te. En het werd een gewoonte van Bellew om zoo nu en dan een praatje te maken met dezen ..preux chevalier" over den „stand van zaken", die inderdaad niet zeer gunstig was. Bellew: „Neen, waarde heer, ik moet je na drukkelijk zeggen, dat ik het niet met je eens ben. 't Is waar dat u heel wat meer ondervin ding heeft in dat soort dingen, dan ik, maar bedenk hoe lang dat geleden was. De Cavalier: "valt hem in de rede);!! Bellew: „Ik kan 't niet helpen, maar ik blijf van meening met u verschillen. De vrouwen van thans zijn niet dezelfden als van vroeger tijd. Ten minste, als ik mij her inner, wat ik gelezen heb, van uw tijd en van het hof van koning Karei dan dunkt mij van niet. En zelfs als zij nog net zoo wa ren, zij leven en doen anders en moeten bij gevolg ook anders e het hof worden gemaakt. De methoden van uw tijd zouden tegenwoordig niet veel succes hebben. Ik ge loof eerder het tegendeel". De Cavalier: (schudt nadrukkelijk zijn hoofd en meesmuilt!!) Bellew: „Nu ik durf wel een weddenschap met je aangaan. Kom uit Je lijst, trekt al dat fluweel met kant uit en een gewone broek en jas aan. Zet je pruik af en een gewone pet op en probeer dan je geluk eens met een meisje van de 20ste eeuw. Al je galanterie en vleierij zou zonder uitwerking blijven. Je zoudt uitgelachen worden, waarde heer". De Cavalier: (Schudt zijn lokken)!!! Bellew: De „sterke hand" zeg je? Hm! De geschiedenis meldt, dat Willem de Veroveraar zijn uitverkorene het hof maakte met behulp van een knuppel of een strijdbijl of zoo iets en dat zij hem er des te liever om had. Dat. is heel natuurlijk en begrijpelijk, want zij leefden in de dagen van knuppel en strijdbijl. Maar de tijden zijn veranderd volgens mijn meening. Je zoudt met een strijdbijl niet veel meer bereiken tegenwoordig. Ik geloof dat het motto van „de hond, de vrouw en de noteboom" niet meer opgaat. De Cavalier: (Fronst zijn wenkbrauwen en schudt ernstig het hoofd). Bellew: „Zoo! Je wilt me niet gelooven? Nou. dat is omdat je zelf óók niet meer op gaat neen meneer, je gaat in dezen tijd ook niet meer op, met je degen en je pruik en je lange laarzen. Noem een voorbeeld. Stel dat ik je om raad vroeg, in mijn geval. Je hebt genoeg van ons gezien om te weten hoe de zaken staan tusschen Anthea en mij. Haar heb je zelfs van kindsbeen af gekend. Me dunkt je moet haar beter kennen en begrijpen dan ik zelf. Ik moet je eerlijk be kennen, dat ze mijn begrip soms te boven gaat. Maar waar gij haar zoo goed kent zeg me eens wat gij zoudt doen in mijn ge val". De Cavalier: (Glimlacht zeer beteekenls vol)!!! Bellew: „Kom! kom! Onzin! En net wat ik verwachtte. Haar schaken! Nee meneer. We leven niet meer in uw ouden tijd, toen het „neen" van een jonge dame in den regel ,.ja" beteekende en toen het gewoonte was, dat een minnaar zijn aangebedene vóór op zijn zadel zette en er met haar van door ging. Deze tijden hebben dat alles veranderd (helaas misschien), uw tfid was een tijd van meer kracht en avontuur. Uw raad ls ken schetsend, maar natuurlijk, onopvolgbaar, «helaas misschien) Stel Je voor! Haar schaken Na deze woorden zuchtte Bellew, keerde zich om, stak zijn pijp, die uitgegaan was, weer aan, en „begroef" zich in een courant. HOOFDSTUK XX. Over leugens en schepen en den derden vinger van de rechterhand. Bellew zat verdiept in de courant. In huis was het doodstil, want de kleine Por zat te worstelen* met de tafels van vermenigvuldi ging en met Iets dat hij „Aadriskunde" noem de. Anthea was naar het veld, zooals ge woonlijk en tante Priscilla was druk in de keuken. Slechts een enkele maal werd de stilte verbroken door het rammelen van sleutels of eetgerei of het tip-tip van tante Priscilla's stokje. Daarom moest Bellew de courant wel le zen al was het voor hem ook het laatste middel van gedachtenafleiding. En terwijl zijn blik met matige belangstelling over de bladzijden gleed, zag hij plotseling een lang bericht, dat met de volgende woorden begon: „Hedenmorgen werd in de Kerk van den Heiligen Gregorlus op het Hannover Plein, door den bisschop van het huwelijk inge zegend van Silvia Cecilia Marchmont en den Hertog van Ryde". Daaronder volgde een lang verslag van de plechtigheid, waarbij het Hof vertegenwoor digd was geweest. Toeh Bellew het halverwege had doorge lezen gaapte hij hij gaapte en hij laché er om. (Wordt vemolgfK,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 9