emL VOOR DE VROUW DE SLANKE LIJN. ABR. MEIJER DE MAN DE VROUW HAARLEM'S DACBLAD VRIJDAC 13 JANUARI 1933 Toen de slanke lijn op het toppunt van zijn macht was, toen er honger geleden werd door dwaze vrouwtjes om toch maar die vurig be geerde slankheid te verkrijgen, toen er dan ook werkelijk zeer slanke „meisjes" te voor schijn kwamen die echter allerlei schoonheids middeltjes te hulp moesten roepen om de holle wangen en de naaldsche spitsheid van het heele toetje te maskeeren toen waren de dikkerdjes in beklag. Hoe moesten zij confectiejaponnetjes vinden, die haar pas ten, nu de mode op een dergelijke slanke lijn was ingesteld. Of hoe moesten zij, zelfs wan neer zij alles op maat lieten maken, ook maar eenigszins in de termen vallen om te kunnen meedoen aan alles wat moderne, overslanke klcedage was? Maar daar kwam het verheugende bericht: de slanke lijn heeft afgedaan, weg met hon gerlijden, sinaasappel- en citroenkuren, sla- en waterdiëet, we mogen weer wat omvang rijker zijn. Zoover zijn we dan nu, maar wie wil bewe ren, dat de dikkerdjes er nu beter afkomen? We zijn er op uit om onze schouders te ver- breeden, kapjes, strookjes, strepen, ruiten, pofmouwen maar onze heupen moeten smal zijn. Elke rok sluit nauw om de heupen: de dunne wollen stofjes, de vermenging van zijde met wol, dit alles is daarvoor uitermate geschikt, en de voorspelling dat we binnen afzienbaren tijd terug zullen gaan naar de kokerrokken klinkt lang niet onwaarschijn lijk. Maar waar blijft nu de verbetering van de mode voor de dikkerdjes? Voor haar geen verbreeding van de schouders, geen kapjes, geen strookjes, geen dwarse of schuine stre pen, hoogstens desnoods verticale, maar dat geeft de mode niet aan: ook vooral geen rui ten en zeker geen pofmouwen, want dit brengt de rondheid van haar figuur nog meer naar voren. Dan dus wél nauw om de helpen, maar de stakker heeft immers geen slanke heupen, hoe kan ze dan de nauwe kokertjes aan krij gen! Het hoopvolle vooruitzicht dat met het verdwijnen van de slanke lijn een beter tijd perk voor de corpulente dames zou aanbre ken, is dus ook al weer een illusie gebleken de mode is nu eenmaal voor de slanken bedoeld, en zelfs de jurkjes met de stijve, wijduitstaande rokken kunnen alleen door de slanke dennetjes gedragen worden, omdat het lijfje zeer nauwsluitend is. en het jurkje zelf de lichte, elegante gang van een slank persoontje vraagt. ONS WEKELIJKSCH KNIPPATROON. Kinderen van drie tot zes jaar zijn in een moeilijken leeftijd gekomen om er altijd de juiste kleertjes voor te vinden en zeker als het meisjes betreft. Daarom brengen we nu eens een jurkje en een manteltje voor meis jes van dien leeftijd. Het jurkje (3590) is van wijnrood fluweel, het kraagje is van geel georgette. Ook de knoopjes zijn in die tint gehouden. Bij een stofbreedte van 70 c.M. hebben we ongeveer 2.80 Meter fluweel noodig. Het manteltje (J. 6085) is van lichtkleurige stof (bijv. teddy- bear), het heeft breede revers en een smal ceintuurtje, Benoodigde stof bij een breedte van 130 c.M.. ongeveer 1.40 Meter. De prijs voor deze patroontjes is 0.50 per stuk. Ze kunnen worden aangevraagd bij de „Afd. knippatronen" van de Uitgeversmij. „De Mijlpaal", postbox 175, Amsterdam. Het be drag kan worden overgemaakt in postzegels, per postwissel, of per postgiro 41632. De lezeressen worden vriendelijk verzocht, bij bestelling, naast het nummer van het pa troon. ook den leeftijd en de borstwijdte op te geven van het kind, waarvoor het patroon bestemd is. INGEZONUIN MED I'D El,LING EN a GO Cts. per regel. Waaruit dus blijkt, dat de gelederen der dikkerdjes een eigen mode noodig hebben. Laten wij allereerst voorop stellen, dat er in veel gevallen wel wat aan dat erg dik zijn is te doen: minder snoepen, minder onnoodig rusten en daarmee een verhoogde activiteit en eenvoudig eten met vermijding van veel zoet en veel vet, zou al wonderen kunnen doen bij menige dame, die zich bitter over haar corpulentie beklaagt. Met goed zittend ondergoed is ook nog heel wat te bereiken, hoewel een te nauw corset om maar slank te schijnen, terwijl de arme draagster, slavin van de mode, zich nooit hee lemaal behagelijk voelt, natuurlijk uit den booze is. Maar wanneer zij dan zoover is, dat zij aan bovenkleeding toe is, gaat zij op de volgende dingen speciaal letten: geen verbreeding van de schouders, geen strooken of pofmouwen, geen ruiten of streepen. Wel een verticale lijn in de japon die van boven tot onder aan toe doorloopt. Geen smal nauw ceintuurtje, maar een gedecideerde ceintuur in de stof van de japon, die bovendien niet nauw het middel omsluit. Is de draagster behept met een zeer ruime taillemaat, dan moet de cein tuur heelemaal vervallen. Plat geplïsseerde revers voorop de taille, van boven naar beneden, of gladde revers, die naar onderen toe breeder worden kunnen heel goed staan, ook listig aangebrachte strooken in klokmodel op de blouse doen het heel goed, maar geen ruime strooken, die verbreeden, of uitstaande plissee's. De rok valt zoo nauw mogelijk, maar moet zich naar onderen toe verwijderen, omdat anders de draagster licht topzwaar schijnt. Bij dit alles behooren nauwe mouwen, des noods van onderen met kappen, een lange ketting of een korte ketting met hanger, ze ker echter geen' nauwsluitende, of een van dikke kralen. Een hoedje met een rand, maar geen rond dopje, een mantel met een langen kraag, geen kort schoudercape'je, donkere kousen en schoenen, geen pumps alles moet er op gericht zijn om de lengte te accentueeren tegenover de breedte, maar vooral niet op zichtig, want dan is het effect weg. Het dikkerdje dat zich hierop toelegt, kan er zeer modern en zeer smaakvol uitzien en het verhoogt haar gevoel van eigenwaarde,, iets waarvan veel vrouwen dóór hun kleeding behoefte hebben. E. E. J.—P. HET NIEUWE KAPSEL. Na lange en zwaarwichtige discussies zijn de haarkunstenaars het eindelijk eens ge- •worden over de vraag, welke coiffure de mo derne vrouw in de eerstvolgende maanden zal dragen. De besprekingen waren moeilijk en langdurig, maar het resultaat van die gedachtenwisseling mag er dan ook zijn! De nieuwe coiffure wijkt in vele opzichten af van de bestaande. Allereerst moeten we blond zijn, om er aanspraak op te kunnen maken, de moderne haarkleur te bezitten. Wie bru nette is of erger nog, zwart, heeft dit sei zoen geen kans. Blond in alle .variaties en schakeeringen, dat is het wachtwoord. Al léén platina-blond heeft afgedaan en mag zich nergens meer vertoonen. Het eenig mo gelijke in dit seizoen is parelmoer-blond, dat is een kleurenmengeling van lichtblond-rose- zilver. Daar we met de mode reeds lang in de grijze oudheid vertoeven, is het verklaarbaar en begrijpelijk, dat we zoo langzaam aan ook dc zilveren pruiken uit de late middeleeuwen weer eens uit het stof halen. Alles is mogelijk en misschien beleven we het nog wel, dat de typiste anno 1934 met een Rococo-coiffure achter de m'odernc schrijf machine zit, en met verlangen aan het uur denkt, dat de kantoortijd voorbij zal zijn en EKI DE KOMISCHE FILM.. Hoewel het vreemd klinkt, is het waar: de komische film, de remplacant „op het witte doek" van de welhaast verdwenen klucht op het werkelijke tooneel, is een bron van meeningsverschillen tusschen de beide sexes, en daar die meeningsverschillen niet aan de film liggen, maar aan het onloochen baar feit dat mannen mannen en vrouwen vrouwen zijn, zal die toestand ook wel blij ven bestaan, zoolang de komische film blijft bestaan. En daar de komische film wel zal blijven bestaan, zelfs al mochten Harold Lloyd. Buster Keaton. Stan Laurel en Oliver Hardy, Watt en y? Watt allen tegelijk uit de studio's verdwijnen, zoolang er mannen be staan, draaien we vrijwel in een kringetje rond, en zal dus dit punt van discussie tus schen mannen en vrouwen voorloopig wel niet uit de wereld zijn. Want daar waar me neer en mevrouw samen naar een komische film gaan, daar is het verloop van de zaak gewoonlijk het volgende: Meneer heeft, gezien, dat er een film is. die hij zien wil. Mevrouw heeft de aankondi gingen ook gezien, en meteen met een zucht geconcludeerd, dat er „van de week niets goeds is." Meneer uit den wensch om den eer sten den besten avond naar de bioscoop te gaan. Mevrouw, verwonderd, vraagt naar wel ke. Meneer deelt even verwonderd mee dat hij natuurlijk die film van Harold Lloyd of Buster Keaton of wie het zijn mag, zien wil. Mevrouw kijkt hem nog een beetje verbaasder aan, maar zij is een verstandige vrouw, en het is een uitzondering dat niet zij zegt naai de bioscoop tc willen en pas op den laatster, avond meneer ertoe krijgt mee tc gaan: en zij geeft hem gewillig zijn zin. Onderweg is ze zich kan gaan trainen voor den volgenden zwemwedstrijd. Ook de vorm van het nieuwe kapsel heeft zich geweldig gewijzigd. Onze lokken zullen niet meer los tot in den nek hangen, maar worden op het achterhoofd omgelegd. Met veel list en overleg worden de lokjes om het hoofd gedraaid en dat zal nèt zoo lang du ren, tot zelfs het kortste pagekopje een knotje krijgt. De sierkammetjes en speldjes, die zoo lang onnoodig en dus in de verdruk king waren, komen weer vrij brutaal om den hoek kijken. Onwillekeurig worden we aan den ouden tijd herinnerd, als we het nieuw ste kapsel zien. Het achterhoofd is volkomen glad en opgekamd en de haarovervloed vindt een plaatsje boven op het hoofd, precies zooals we dat nog wel op oude familieportret ten kunnen bewonderen. Vandaag zal ik de recepten geven van een gemakkelijk en vlug te bereiden voorgerechtje voor de koffietafel of het middagmaal: van gesmoorde koolraap, die veel minder bekend is dan de gestoofde koolraap in een dikke saus; en van gevulde mandarijnen. Champignonbroodjes (4 personen): 1 blikje champignons, 20 gram boter. 2 eieren, zout. peper, nootmuskaat, ongeveer 10 stukjes ge bakken brood of geroosterd brood (met boter besmeerd), enkele takjes peterselie. Laat de boter in een pannetje smelten, Snijd de champignons in vieren; klop de eie ren los, vermeng ze met het champignonnat, de champignons, wat zout, peper en nootmus kaat; giet alles bij de gesmolten boter in het pannetje. Laat het mengsel onder goed roeren op een zacht vuurtje stollen en bedek de sneetjes gebakken brood of toast ermee. Schik de broodjes netjes op een schotel en garneer deze met takjes frissche peterselie. Gesmoorde koolraap (4 personen): 1 kool raap, 4u gr. boter. 1 theelepel zout, 1 theele pel suiker, wat geraspte nootmuskaat. Snijd de koolraap in vingerdikke plakken, schil ze dik en snijd ze in gelijke reepies; wasch ze en zet ze op met een bodempje wa ter, het zout, en de helft van de boter. Laat ze op een zacht vuur worden, schud ze af en toe om en voeg water toe als dit noodig is, echter zooveel dat de groente tegelijk gaai en droog is (ongeveer 1 uur). Voeg tenslotte de suiker en de rest v"an de boter toe en strooi op de schaal wat geraspte nootmuskaat over de groente. Gevulde mandarijnen: 6 mandarijnen, 2 sinaasappelen, 1 citroen. 100 gr. suiker. 3 blaadjes witte gelatine, 1 blaadje roode gela tine, 2 d.L. slagroom. 2 eiwitten. Snijd van de mandarijnen de kapjes af en bewaar deze. I-Iol de mandarijnen uit, zeef het sap van de sinaasappelen, de citroen en de mandarijnen door een paardeharen zeef. Verwarm een gedeelte van het sap, los eerst de in koud water geweekte blaadjes gelatine en daarna de suiker erin op. Klop de. helft van de room en de eiwitten afzonderlijk stijf, voeg ze bij elkaar en giet onder goed kloppen het afgekoelde sap erbij. Vul met deze „bava rois" de mandarijnenschillen en zet ze op een koele plaats om koud en stijf te woi'den. Klop de rest van de room stijf, vermeng ze met wat basterdsuiker, spuit op elke mandarijn een dikken rand slagroom en zet het kapje erop. waarin bij wijze van steeltje een reepje ange- lique of sucade is gestoken. C. F. De meesten van ons hebben tegenwoordig geen tijd meer, om meermalen per dag een ander jurkje aan te trekken en het is ook niet elegant, omer altijd zoo elegant uit te zien. Een jurkje uit wollen stof. goed en persoonlijk gekozen, aardig bewerkt en van een mooie kwaliteit jersey, met een smaak volle halsgarneering, misschien zelfs in twee kleuren, voldoet zoowel in het beroep als bij een bezoek, voor week-end-uitstapjes zoowel als voor alledag. LENTE IN DEN BLOEMENBAK. In Januari denken we gewoonlijk nog niet aan de lente en toch moesten we dat wel doen en eens gaan neuzen, hoe het er met de bloembakken op het balkon en in den tuin uitziet. De vriendelijk-bloeiende na- jaarsbloemen zijn er natuurlijk allang uitge nomen en overwinteren nu in den kelder op een ander beschut plekje. De bakken maken een armzaligen indruk, zijn half met aarde gevuld of bezet met wat spichtige denne- takjes. Slechts weinig menschen kunnen zich de luxe permitteeren, om ook in den winter mooie bakken op het balkon te hebben, door er kleine dennetjes of Erica in te planten. Het ziet er wel heel aardig uit, maargoed koop is het niet! Bovendien heeft het nog een ander na deel. Meestal verliezen de denneplantjes reeds in Februari hun naalden, ze zien er dan alles behalve welvarend uit en strooien de weinig oogelijke, verdorde naalden over het balkon. De Ericaplant.ies zijn dikwijls niet zonder schade door de vorstperiode gekomen en zijn dan niet meer frisch groen, maar bruin eii onaanzienlijk. Wie dus afstand wil doen van deze wintersche balkonversiering, zal goed doen. door nu reeds maatregelen te treffen voor het voorjaar. De in de bakken aanwezige aarde wordt nauwkeurig van plantenresten en andere on gerechtigheden gezuiverd en met versche, goede aarde aangevuld. En met het oog op nog te verwachten vorst leggen we er, tame lijk diep, bloembollen in. Hyacinthen, crocus- jes, tulpen, narcissen en Maartbekertjes, alles kunnen we er voor gebru'kcn. De oppervlakte van den bloembak wordt voorzichtigheids- Als tegenhanger voor de soms wel wat ge dekte stoffen, brengen de fabrikanten den laatsten tijd veel helle, lichtende tinten, éie bijzonder aardig doen. Vooral aan jumpers, vesten e.d. geven die kleuren een levendige stemming, die uitstekend past bij de sport- kleeding en bij de schaats- en ski-uitrusting. Want voor de sportieve modelletjes, de grof- dradige, gebreide costuumpjes, vestjes en pullovers, geldt een nieuwe mode met een nieuwen smaak. halve met wat dennetakjes, of anders een jutezak, afgedekt. Zoo komen de bloembollen zonder gevaar door de rest van den Winter en ontwikkelen bij de eerste voorjaarsdagen een ware bloemenschat. NOG EENS: WOLLEN WANTEN Omdat wollen wanten speciaal op de fiets zooveel warmer zijn dan handschoenen, zul len ze dan ook op de fiets wel het meest slijten. Om die slijtage tenmin ste voor de helft te ondervangen, is 't nuttig, de wanten zóó te breien, dat men ze verwisse len kan: de lin- kerwant ook dx-aag baar te maken aan de rechterhand en omgekeei-d. Het verschil met het vorige model '.it alleeix in de duim, die er hier anders aanzit, nl. opzij, inplaats van aan den bin nenkant. De maten zijn weer ruim genomen en ïxxen begint ook weer met de boord, die niet erg wijd is, (dit is natuurlijk gemakkelijk te veranderen). Men breit op drie pennen, steeds recht; ter hoogte van de pols maakt men 1 c.M. hooge ribbels. Daarna meerdert men voor de ruim twee steken in elke toei-, steeds op dezelfde plaats, zoodat tusschen de beide meerderingen steeds meer steken komen. Men hei-haalt dit meerderen tot men vijf c.M. hoogcr is gekomen. Dan rijgt men de gemeerderde steken op een draadje en breit het oorspronkelijke aantal steken ver der, tot het minderen van de want begint; om de andere toer vier steken in één toer (aan vóór- en achterkant elk twee tot men een breedte van drie c.M. overhoudt). Men heeft de want nu zoover als op de tee- kening tc zien is: het stippellijntje geeft de op een draad geregen steken van de duim aan. Die neemt men nu op drie pennen en breit de duim op de vereischte lengte, waar na men mindert, als in de want zelf. Zorg er voor dat het afhechtseitje loodrecht komt te staan op het vlak van de liggende want. Ter variatie kan men in de kap van óe wanten een gekleurde rand breien. Als ae wanten bijv. donkerblauw of rood zijn, neemt men wit als tweede kleur en breit het simpele patroontje, dat de teekening aangeeft, en dat men zoover kan uitbrei den, als men wil. Men breit dan met de twee kluwens, achter elke blauwe of roode steek loopt dus een witte draad langs en omgekeerd. MIES BLOMSMA, WEEKNIEUWS CR. HOUTSTRAAT 16, HAARLEM Nergens dan hij Ah r a m M e ij e r worden eenvoudige, doch elegante dames-japonnen van goede kwaliteit zoo goedkoop opgeruimd. Even als de japonnen verkoopt Ah ram Meijer in Januari tailormade dames- rokken en plissée-rokken tegen veel lagere dan inkoopprijzen. Werkelijke koopjes en Ahram-Meijer- kwaliteit. Groote Houtstraat 16. Alleen in Januari. meneer zeer opgewekt en mevrouw kijkt hem aan, en denkt verteederd aan den jongen, die hij was, toen zij hem leerde kennen. Zoodra de hoofdschotel van het programma wordt opgedragen en de komiek het eerst zijn ko misch of uitgestreken, al naar de gelegenheid het eischt, aangelaat laat zien, barst meneer in lachen uit, en de heele rest van den avond lang, terwijl volgens mevrouw op het doek de eexxe zinnelooze dwaasheid na de andere ge beurt, heeft hij het te kwaad met een gewel dige fou rire, zoodat mevrouw zich hoe langer hoe gegeneerder gaat voelen om dien man van haar, die als een klein kind zit te lachen om een stuk of wat zoutelooze aardig heden: zelfs onder het naar huis wandelen heeft meneer nog zoon napret en haalt met zoo'n vuur alle vertoonde aardigheden nog eens op, dat hij zijn vrouws stugheid niet op merkt en haar op „En weet je xiog hoe's vergast, tot zij eindelijk, murw, uitvalt en een opmerking maakt over zijn kinderachtigheid. Meneer denkt bij zichzelf, dat vrouwen geen gevoel voor humor hebben, maar hij is een verstandige man, en zegt het niet. Niettemin is de houding van mevrouw geen gevolg van gebrek aan gevoel voor humor, maar wel van het algemeen vrouwelijk gebrek aan gevoel voor het komische. De vrouw ap precieert den humor in een film, zij appre cieert de satire in een film, maar het zuiver komische gaat aan haar voorbij en zij vindt het kinderachtig, desnoods een beetje be lachelijk. De vrouwelijke natuur, gecompli ceerder en minder primitief dan de mannelij ke, heeft minder gauw een lach over voor een situatie, die alleen maar mal is. en de komi sche film is niets dan een aaneenschakeling van dergelijke situaties, die er alleen maar op gemaakt is om doodeenvoudig den mensch aan het lachen te maken, zonder dat er rekening is gehouden met het feit, dat de vrouwelijke hersens evexx snel werken als dc prikkel op haar lachspieren: zoodat zij nel bijtijds haar lach in kan houden, bedenken dat ze een film ziet die misschien overdre ven en in allen gevalle opzettelijk is. en zich verbazen over haar man, die dat alles blijk baar niet door heeft en zoo'n verschrikkelijke pret heeft. Want de komische film wordt nog steeds gemaakt volgens het oude recept van de oor spronkelijke „gag" de gooi en smijtfilm, waar in schuimtaarten, kalkemmei-s en onverwach te gaten in den grond een nóg voornamere rol speelden dan de hoofdrol, die vrijwel niets anders deed dan zich dwars door die ziellooze bijrollen heen een weg banen naar het eind van de film. waar gewoonlijk de vrouwelijke hoofdrol lonkend stond te wachten en hem met „de" kus beloonde. De manier waarop een Amerikaansche ruzie zich ontwikkelt be ginnend met het met koel overleg en groote kalmte kapot gooien van het horloge van den éénen ruzieschopper, waarop vervolgens in steeds stijgende lijn alle bezittingen der be langhebbenden eraan gaan. tot zelfs het huis niet meer op zijn plaats staat, en alles culmi neert in de vlucht der beiden, plotseling verleend door het nadei-end' gevaar in den vorm van een politie-agent was een twee de hoogst populair onderdeel, speciaal van de Amerikaansche komische film en hoewel op het oogenblik de schuimtaarten en kalk- emmers een beetje ouderwetsch beginneix te worden, zijn het attributen, die typisch zijn voor de komische film, waarvan op het oogenblik Harold Lloyd, Stan Laurel en Oli ver Hardy de meest populaire vervaardigers zijn. Buster Keaton, de man die nooit lacht en het Deensche tweetal Watt en y> Watt schijnen alreeds onder te zijn gegaan in lxeL nog niet opgeloste probleem der komische tal kie, waarmee zelfs het vrijwel volmaakte twee tal Laurel Hardy overhoop ligt en waarmee ook Charlie Chaplin, al hoort hij lang niet tot de zuivere komieken, al eenige jaren lang schijnt te worstelen zonder tot een bevredi gend resultaat te komen, want in zijn films blijft een komisch element, vei-mengd met een flinke dosis gevoeligheid, waar noodig senti mentaliteit. altijd overheerschen. De zeer verschillende houding van den man en de vrouw tegenover de komische film is in allen gevalle een probleem, waai'mee de voor standers van en de geloovers in de gelijk stelling zich nog zullen hebben bezig te hou den. Als de gelijkstelling werkelijk een te ver wezenlijken ideaah?) was. zouden of de vrou wen er zin voor het komische bij moeten krijgen of de mannen zouden er wat van af moeten staan. Een accoordje sluiten mis schien: geef mij wat van jou, dan krijg jij wat van mij. Maar men vergeve het me: ik geloof er niet in. En ik vrees dat wij vrouwen, de goeden niet te na gespi-oken, in het algemeen op di' Tebied te kort schieten: we hebben weinig bar weinig gevoel voor het zuiver komische. WILLY VAN DER TAK

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 10