De parelvisscherij op Ceylon.
BIOSCOOP.
den steen los en schiet als een pijl naar de
oppervlakte, waar hij eenigen tijd blijft en
tevens zijn mand geledigd wordt. Is de duiker
genoegzaam uitgerust, aan begeeft hij zich
opnieuw naar beneden. De duikers werken
in paren. Raakt een duiker vermoeid, dan
wordt hij door zijn partner afgelost. El
kander geregeld aflossend, wordt het vis-
schen tot des middags voortgezet, waarna
alle booten naar het strand terugkeeren.
De beste duikers komen van de Perzische
golf en zijn Arabieren. De gemiddelde tijd,
clat een duiker onder water blijft is 60 tot
70 seconden. De Arabieren sluiten bij het-
duiken hun neus af door middel van een
neusknip; de inboorlingen van Ceylon stop
pen hun neus met katoen of was toe, of
sluiten deze met vinger en duim af. Het
duiken is een inspannende en vermoeiende
arbeid. Bovendien is het zeer gevaarlijk. Het
is toch vele malen gebeurd dat een duiker
gedurende zijn werkzaamheden door een of
ander in het water levend ondier werd aan
gevallen en gedood. De moeilijkste zaak bij
de paarlvischerij is deze, dat lang niet alle
oesters welke aan de oppervlakte van het
water worden gebracht, paarlen bevatten en
dat men van buiten ook niet over het in
wendige kan oordeelen, hoewel de duikers
zeer veel waarde hechten aan bijzondere ken-
teekenen. Wanneer een schelp vele paarlen
bevat, ziet deze er van buiten gewoonlijk
zeer ongelijk uit. Het dier bezit in zijn schaal
van 910 cM. lange sluitspieren en laat zich
dus niet gemakkelijk van binnen zien. Na den
dood van het dier valt dus eerst met zeker
heid uit te maken, wat men gevangen of
gekocht heeft.
Zoodra het middag is keert de geheel-e
visschersvloot naar het strand terug, het
geen meestal in race-tempo gebeurt, daar het
spreekwoord: „Wie het eerst komt, het eerst
maalt" hier ook van toepassing is.
Wanneer de booten zijn geland, dragen
de duikers de oesters welke aan boord reeds
in zakken zijn verpakt op hun hoofd naar het
strand en ontvangen het hun toekomende
gedeelte. De duikers en bootbemanningen
kunnen vrij over hun aandeel beschikken,
terwijl het hun is toegestaan, dit buiten den
afslag te verkoopen.
Bij de aankomst aan het strand worden
de booten reeds opgewacht door de koop
lieden, aangezien de bootbemanningen en
duikers de hun toegewezen oesters zoo spoe
dig mogelijk in geld trachten om te zetten.
Bij dezen handel gaat het levendig toe,
terwijl ieder goed toezien moet, dat hij niet
bedrogen wordt. De duikers verkoopen hun
oesters gewoonlijk bij kleine kwanturns te
gelijk.
In het jaar 1925 ontvingen zij bij het
begin van het seizoen meer dan een rupee
(pl.m. f 0.80) per oester.
De oesters, die voor het gouvennemerzijn
bestemd worden in Pearl Town publiek ver
kocht. De verkoop der oesters geschiedt in
partijen van 1000 stuks tegelijk.
Voordat de verkoop en het bieden begint,
houdt de gouvernementsafslager een flesch
in de hoogte, waarin zich een aantal paarlen
bevindt. Hij deelt aan de koopers, die ron-
om hem geschaard zijn, mede, dat het aantal
paarlen, hetwelk zich in de flesch bevindt,
het product is van 1000 schelpen en een
waarde van zooveel geld vertegenwoordigt.
Deze paarlen dienen tevens als monster en
bovendien is het een bewijs, dat de paarl-
banken productief zijn.
Het verkoopen der paarlen geschiedt in
3 verschillende talen, waarbij ook gebruik
wordt gemaakt van tolken.
Zoodra de handel is afgeloopen worden de
gekochte oesters door de kooplieden naar hun
z.g. „kottu's" gebracht. Een „kottu" is een
geheel afgesloten ruimte, waarvan de wan
den van bamboe-matten zijn vervaardigd.
Nadat de schelpen gewasschen zijn, worden
ze in de kottu op den grond uitgespreid.
Door de brandende zonnestralen, die aan
gezien het dak ontbreekt in de kottu
binnendringen, gaan de schelpen van zelf
open, terwijl het vleesch van de oesters tot
verrotting overgaat. De ondragelijke stank,
die hierdoor ontstaat verpest de geheele om
geving. Deze rottende massa is reeds na
eenige uren geheel bedekt met blauwe vlie
gen en wormen die zich aan dit kostelijk
maal te goed doen en het vleesch van de
oesters totaal verorberen.
Wanneer het rottingsproces, dat ongeveer
12 a 14 dagen duurt, is afgeloopen, doet men
deze stinkende substantie in bakken gevuld
met water. Dit wordt nu door koelies gewas
schen, terwijl het vuil, dat hierdoor boven
komt drijven, geregeld verwijderd wordt.
Bij het wasschen wordt scherp toezicht ge
houden. terwijl de koelies, die hiermede be
last zijn, gedurende de werkzaamheden hun
handen onder water moeten houden. Dit
laatste is een maatregel om het stelen van
paarlen zooveel mogelijk te voorkomen.
Ontdekt een koelie een schelp, waaraan
zich een uitwas bevindt, dan waarschuwt
hij een man, die deze schelpen in een mand
verzamelt. Is het wasschen afgeloopen dan
wordt het water verwijderd, terwijl het overi
ge, bestaande uit steentjes, zand, stukken van
schelpen, zorgvuldig bijeen wordt gegaard en
in een zak gedaan. Deze zak wordt opge
hangen waardoor het water, dat zich nog
tusschen dit afval bevindt, kan uitdruipen.
Den volgenden dag wordt dit afval nadat
het gedroogd is herhaaldelijk gezeefd en on
derzocht, ten einde te voorkomen, dat ook
maar het kleinste pareltje verloren gaat.
De paarlvisscherij en handel is een zeer
riskant bedrijf en wordt als 's wereld groot
ste gokkerij beschouwd.
Behalve, dat de meeste oesters, welke aan
de oppervlakte worden gebracht, geen paar
len bevatten en de kooplieden dus „op hoop
van zegen koopen", komt de grootste risico
echter op rekening van de pachters.
Het gebeurt toch meermalen, dat de oesters
gedurende het vischseizoen plotseling va.n
de banken verdwijnen, welke dan onproduc
tief worden. Even plotseling als ze ver
dwijnen, keeren ze weer terug. Waar
heen zij zich begeven en vanwaar zij terug
keeren, valt niet met zekerheid te zeggen.
Men veronderstelt echter, dat zij zich ge
durende een dergelijke periode naar de West
kust van Voor-Indië begeven. Dit verschijn
sel heeft zich reeds van 1680 af tot heden
op ongeregelde tijden herhaald. Bovendien
zijn er perioden geweest dat er in 20 jaren
niet gevischt kon worden.
De pachters der paarlbanken, die hun
pachtsom waarvoor gecontracteerd wordt,
moeten betalen, hebben dit risico te aan-
aanvaarden. Dat hierdoor meermalen groote
kapitalen worden verspeeld, behoeft geen
nader betoog.
Een voordeelig oogstjaar was 1905. In dat
jaar was de totale opbrengst voor het Cey-
lonsche-gouvernement ongeveer 250.000.
Gedurende dit seizoen werden er 49.378.616
oesters aan de oppervlakte gebracht.
In het jaar 1929 werd bij een van de Zuid-
zee-eilanden een oester gevonden, die een
zwarte paarl bevatte, welke onmiddellijk
door een Chineesche paarlhandelaar voor
110.000 fr. werd gekocht.
IJ muiden-Oost.
D. KRUÏJFF.
{Nadruk verboden).
HAARLEM'S DACBLAD ZATERDAG 11 FEBRUARI 1933
ZESDE BLAD.
Oneetbare oesters met surprises.
Pearl Town, de infernationale
bamboe-stad.
Evenals dit in meerdere zeeën het geval
i3, wordt in den Indischen Oceaan aan den
Noord-Westkust van het eiland Ceijlon een
soort oesters (mosselen) aangetroffen, waar
van het vleesch in tegenstelling met dat
van onze Zeeuwsche oesters een delica
tesse voor de fijnproevers oneetbaar is.
Meerdere van deze schelpdieren zonderen
echter in hun vleesch een zelfstandigheid af,
die als „echte paarlen" reeds een lievelings
sieraad der Grieksche, Indische cn Romein-
sche vrouwen was en heden ten dagen nog
zeer gewild eh bovendien ondanks de
concurrentie van de z.g. „gecultiveerde paar
len", die tegenwoordig in Japan worden ge
kweekt nogal kostbaar zijn.
In vroeger jaren was de zucht om zich
ment laat het oogsten in eigen beheer ver
richten. In het laatste geval maakt het gou
vernement een overeenkomst met de duikers.
Van alle oesters, die aan de oppervlakte
worden gebracht, is 2/3 gedeelte voor het
gouvernement bestemd, terwijl de bemannin
gen der visschersbooten en de duikers, te
zamen 1/3 ontvangen.
Nadat de pacht- en arbeidscontracten zijn
afgesloten en aan ieder de plaats is aange
wezen. waar hij met een bepaald aantal
vaartuigen en duikers visschen mag. begeven
de bootbemanningen, duikers en andere be
langhebbenden zich met hun vaartuigen
naar de golf van Manaar, alwaar zij op de
kust van Marichchukkadi, hun tijdelijke ver
blijven opslaan.
Op dit lage kustgedeelte, dat op den ach
tergrond door de wildernis begrensd wordt,
verrijst in één dag een volslagen stad, Pearl
Town (Paarlstad) genaamd.
Pearl Town heeft lange straten, terwijl
de zich daarin bevindende hutten van bam-
Arabische paarlduikers, die gebruik.
met paarlen te kunnen tooien, tot een bijna
ongelooflijke hoogte gestegen. Rijke lieden
verspeelde hiermede millioenen en meerdere
malen hun geheele vermogen. Ze werden niet
bij enkele stuks, doch bij vele tegelijk gedra
gen, zooals tegenwoordig nog het geval ls.
Over het ontstaan der paarlen in de oesters
zijn reeds vele eeuwen allerlei veronderstel
lingen gemaakt en theorieën over verkon
digd. Dat zij echter niet tot het wezen van
de oesters behooren is thans algemeen be
kend. De aanwezigheid van paarlen in een
oester moet als een ziekte worden beschouwd
Deze meening werd eveneens reeds in vroeger
jaren door vele geleerden gedeeld. Men is
ook nog langen tijd in de veronderstelling
geweest, dat de paarlen de stof waren van
toevallige verwondingen, zooals steken van
boorwormen, enz. Een paarl heeft haar ont
staan echter te danken aan een klein vreemd
lichaam zooals een steentje,, zandkorrel of
ander voorwerpje dat op een of andere
wijze binnen de oesterschelp komt en zich
vast zet. Rond dit voorwerp groeit een huidje
en daar zich hierom geleidelijk nieuwe huid
jes blijven vormen, ontstaat na verloop van
8 a 10 jaren, een paarl. Er worden dikwijls
oesters gevonden waarin zich echter meer
parels bevinden. Oesters met 7 a 8 paarlen
zijn eveneens geen zeldzaamheid.
De paarlbanken van Ceylon die ten Noord
westen van dit eiland in de golf van Manaar
zijn gelegen, hebben van Noord tot Zuid ge
rekend een langte van ongeveer 15 mijlen
(pl.m. 28 K.M.) en liggen op een diepte van
6 a 8 vadem (11 tot 14 1/2 M.)
De paarlbedden zijn het eigendom van het
Ceylonsche-gouvernement en worden hier
door onderhouden.
De gouvernements-ambtenaren, die met
het toezicht over de banken zijn belast, be
palen tevens wanneer de vischerij een aan
vang zal nemen. Het vischseizoen begint ge
woonlijk in het begin van Februari en eindigt
meestal den len April, Dit laatste houdt
nauw verband met de omstreeks dien tijd
doorkomende moesson (storm en regentijd)
die het duiken naar paarlen levensgevaarlijk
of geheel onmogelijk maakt-.
Het oogsten der paarlen geschiedt op
tweeërlei wijze. De paarlbanken worden aan
een maatschappij verpacht of het gouvernc-
maken van een neusknip.
boe en matten worden vervaardigd. eMerdere
van deze hutten worden tot toko (winkel)
ingericht, alwaar kleeren, huishoudelijke ar
tikelen, levensmiddelen, dranken, enz. ver
krijgbaar zijn.
Bovendien is er een hospitaal, een post
kantoor en een politiebureau. Ter voorkoming
van epidemïën is er tevens een zeer goed
georganiseerde, uitstekend ingerichte gezond
heidsdienst.
Daar Pearl Town gedurende het visch
seizoen door duizenden personen be
staande uit pachters, schippers, duikers,
kooplieden, makelaars, nieuwsgierige toe
schouwers enoneerlijke lieden be
woond wordt, is er een groote politiemacht,
aanwezig.
Eenige dagen na afloop der visscherij is
deze kuststrook weer geheel verlaten.
Ten einde op de plaatsen waar gevischt
moet worden tijdig aanwezig te zijn, begeven
de bootbemanningen en duikers zich met hun
vaartuigen reeds des nachts of in den vroe
gen morgen naar de paarlbanken, aangezien
deze 3 mijlen van de kust verwijderd zijn.
Het vischen (duiken) begint des morgens te
half acht en eindigt om 12 uur des mid
dags. wanneer het sein door middel van een
kanonschot wordt gegeven.
De duikers begeven zich ongekleed te water
Rondom hun schouders of om hun middel
hebben zij een gordel, waaraan een mand
is bevestigd, welke dient voor het verza
melen der oesters, die op de banken worden
gevonden.
Elke duiker heeft een attendant en een
steen van genoegzame zwaarte, die hij bij het
neerdalen onder de voeten neemt.
Deze steen is bevestigd aan een touw,
dat zorgvuldig is vastgemaakt en zoodanig
aan het dek is opgeschoten, dat het vrij en
vlug kan uitloopen.
Wanneer alles in orde is neemt de duiker
den steen onder de voeten, haalt de longen
vol lucht, sluit neus en ooren af en daalt
vervolgens snel naar beneden'. Zoodra hij
op een diepte van 60 a 70 voet de paarl
banken heeft bereikt, verzamelt hij zoo snel
mogelijk met beide handen de oesters die
hij maar bereiken kan en vult hiermede zijn
mand. Voelt hij, dat hij het onder water
niet langer kan uithouden, dan laat hij
Spel van Wind en Water. Een fraaie foto icit dc film Wind en Water, een Amcrikaanscü.
10 M, jacht voorstellend.
De deelnemers aan. dc Paarlvisscherij,
Rembrandt Theacr.
LUXOR-THEATER.
Dc gele kaart.
In De gele kaart (The Yellow Ticket' kan
men Lionel Barrymore weer bewonderen in
een rol die hem
prachtig ligt, dit
maal als chef van de
militaire politie in
Petersburg, in het
voor-oorlogsche Rus
land. Een waardig
tegenspeelster heeft
hij in Elina Landi.
Gisteren hebben we
uitvoerige beschou
wingen over dit
uiterst spannende
filmwerk gegeven,
zoodat we volstaan
Lionel Barrymore! met. <Laar"
naar te verwijzen.
Het voorprogramma is uitstekend en afwis
selend. Een sportfilmpje, zwemmen en voor
namelijk duiken behandelend, geeft fraaie
opnemingen van Amerikaansche kampioe
nen. waarbij het langzaam werkend apparaat
de bewegingen duidelijk laat volgen. Vervol
gens komen belangwekkende kijkjes in Ame
rikaansche gevangenissen. Charlie Ohase, als
cow-boy, is zeer vermakelijk in een dubbelrol,
waarna Flip de Kikker in een geestig geluids-
teekenfilmpje allerlei avonturen beleeft in
een hondenkennel.
In het Orion Profilti journaal treden twee
harmonicaspelers op, die bedriegelijk een rij
denden trein nabootsen.
Voorts ziet men de vele rivier-overgangen
met in aanbouw zijnde bruggen en is er voor
dierenliefhebbers een alleraardigst gedeelte
opgenomen.
CINEMA PALACE
Jenny Jugo en Max Hansen in
„Geen Geldtoch Liefde".
Max Hansen heeft in „Geen geldtoch
Liefde" de rol van een goedmoedige vage
bond. De lauwe humor, die dat ras eigen is,
is ook in groote mate zijn deel. Met zijn
vriend Jacob „opereeren" zij bij voorkeur op
plaatsen, waar honden in bewaring worden
gegeven. De een haalt den hond dan weg en
de ander brengt de verloren lievelingen bij
hun bedroefde eigenar(ess)en terug natuur
lijk tegen een belooning. Het zaakje floreert
werkelijk! Ze verdienen er aardig wat mee,
en ze behoeven zich niet al te erg te ver
moeien. Totdat ze tegen de lamp loopen. Juist
als Max weer een „verloren" hondje bij de
vrouw heeft teruggebracht en er een behoor
lijke fooi voor heeft ontvangen klampt een
agent, die het heele verloop gezien heeft,
hem aan en verzoekt hem mee te gaan naar
't politiebureau. Op zeer listige wijze weet
vriend Jacob hem uit de handen van den
agent te bevrijden. Max neemt de beeneni en
rent en rent, wat hij kan. De agent en een
confrater zitten hem op de hielen. Een aan
staand kelderraam moet hem redding geven.
Hij springt naar binnen in een naar hij denkt,
leege kamer. Vlug smijt hij zijn jas uit en
stapt in het bed, dat daar staat, tot schrik
van een jong meisje dat plotseling uit haar
slaap wordt opgeschrikt. Juist als hij wil uit
leggen. wat er eigenlijk gebeurd is, wordt er
op de deur gebonsd en een agent verschijnt
en vraagt aan het meisje, Ilse, of hier een
man door het raam naar binnen is gekomen.
Even een aarzelingmaar dan zegt ze,
dat er niemand is binnengekomen en dat
deze jonge man, die vervaarlijk ligt te snor
ken en te brommen haar vriend is. De agent
gelooft haar en maakt rechtsomkeer, maar
de kamerverhuurster verschijnt en zegt Ilse'
de huur op, diep verontwaardigd over haar
twee weken achter zijn met de huur en
vooral over den „vriend". Ilse gaat met haar
„vriend" mee naar zijn huis, ze weet niet,
waar anders heen te gaan. Ze bezit geen
cent, dus ze kan nergens terecht. Maxjes
angst voor agenten is oorzaak, dat hij haar
iets belooft, wat hij zelf niet weet. Midden
in een zware redevoering van haar tegen
hem op straat, ziet hij plots een agent ver
schijnen. hij verdwijnt als een haas achter,
een openstaande deur en als het terrein weer
veilig is en hij weer te voorschijn durft ko
men, hoort hij juist Ise, die van zijn verdwij
nen niets gemerkt heeft, vragen of hij heft
haar belooft. Max vindt het maar het ge
makkelijkst om „ja" te zeggen.
Hij kan toch niet aan zijn noodlot ontko
men, hij wordt toch nog opgepikt voor een
paar dagen en Ilse wacht op hem. Als hij na
die dagen terugkomt, vallen ze elkaar ziels
gelukkig in de armen.
In het Lunapark is een schoonheidswed
strijd en daar wordt Ilse gekozen tot schoon
heidskoningin. Ilse is gelukkig, maar Max
niet, want van de feesten, waar zij de hoofd
persoon is, wordt hij uitgesloten. Hij komt
diep ongelukkig 's nachts thuis en vindt daar
tot zijn verrassing en verrukking zijn Ilse,
die het feest ter hare eere stilletjes verlaten
heeft om bij Max te zijn en te blijven.
Max Hansen is een allergezelligste stroeve
vagebond en Jenny Jugo is een waardige
partner voor hem. Het is een aardige amu
sementsfilm.
No. 5 van het programma „Ufabommen"
voldoet van het filmische bij programma het
meest.
De twee Joanny's, die, alléén met hun han
den, de grappigste schaduwbeelden vormen,
ook gekleurd, had een hartelijk applaus in
ontvangst te nemen. Het is een mooi num
mer.
SCHOUWBURGNIEUWS.
Het is de Directie van den Schouwburg
Jansweg gelukt met het Gezelschap Saalborn
een overeenkomst af te sluiten voor het ge
ven van een opvoering van het nieuwe succes
blijspel „Het Joodsche Bruidje", met den heer
Louis Saalborn in de hoofdrol. De eerste
voorstelling zal plaats vinden op Vrijdag 17
Februari.
Scampolo.
Ditmaal moet de film wijken voor de mu
ziek. De groote gebeurteis, dat Dajos Bela
met zijn wereldberoemd orkest voor de eer
ste maal in Nederland een bioscoopprogram
ma opluistert, zal deze week aan het Rem
brandt Theater een bijzondere aantrekkings
kracht verleenen.
Begrijpelijkerwijze onthoud ik mij van alles
wat op een poging zou lijken om als leek mij
te bewegen op het terrein van onzen mu-
ziek-redacteur. Slechts als een onbevoegd
liefhebber van buitengewone gebeurtenissen
en opgewekte muziek kan ik hier uiting ge
ven aan mijn gemoed. En dan moet ik zeg
gen, dat er een meesleepende bekoring uit
gaat van dit god gedisciplineerde strijkje,
dat met gloed en virtuositeit het in zwang
zijnde repertoire ten gehoore brengt. Na
ouderwetsche beroemdheden als Sousa de
marschkoning en St-rauss de walskoning kan
de koning van de moderne „band" thans met
hetzelfde recht zijn triomftocht houden. En
hij doet dit in hetzelfde kader van circus
achtige praal als zijn voorgangers.
Een schitterend achterdoek, waar, omge
ven door muzieknoten als emblemen van de
kunst, e enresachtige ster zijn stralen uit
schiet en daartegen de deftig gerokte fi
guren, één voor één tijdens hun solo-partijen
door schijn wei-pers in 't zonnetje gezet, en
als primus inter pares de groote man zelf, die
het heele gezelschap met het voorbeeld van
zijn vitaliteit inspireert, het levert een
feeslelijken aanblik op.
Het publiek was enthousiast, en Dajos Bela
dankte beminnelijk voor de beschaafde ova
ties en voor den lauwerkrans, die de heer
Bakker hem overhandigde.
'Polygoon, actueel als altijd, leidt dezen bij -
zonderen avond toepasselijk in met een ge
filmd strijkje vooraf, de Americaan Red Hals
of zooiets (ik ben den juisten naam kwijt
van dit internationale damesgezelschap, dat
op het oogenblik in het Carlton-hotel musi
ceert).
De hoofdfilm sluit voortreffelijk bij dit
muzikale festijn aan. Scampolo of De kleine
Zwerfster, is onder den titel Overschotje als
tooneelstuk reeds overbekend. De U. F. A.
heeft onder leiding van den regisseur A. Po-
tok een geluidsfilm naar dit blijspel van Da-
rio Nicodemi laten vervaardigen. Het is een
aardige amusementsfilm zonder eenige pre
tentie geworden, met gedeelten welke wat
hun artistieke hoedanigheden betreft, bo
ven het peil van het gemiddelde staan.
Dolly Haas is het lieftallige loopmeisje,
dat in een buiten gebruik gestelde publieke
telefooncel haar nachtverblijf houdt en, door
de vriendelijkheid van meneer Maximilian
(Carl Ludwig Diehl) uit het pension Royal
getroffen, dezen met de aanhankelijkheid
van een hondje het leven veraangenaamt.
Zelfs kan zij haar protgé door een bij onge
luk opgevangen telefoongesprek tot een rijk
man maken, nadat zij hem eerst reeds door
een vindingrijke methode aan den arbeid
heeft gezet. Haar geduldige trouw wordt
tenslotte beloond, wanneer Maximilian haar
in het vliegtuig hijscht, waar ze nog juist op
tijd zijn wasch aflevert, en haar hierdoor
ontkaapt aan den goeden sul van een kellner
die haar onzelfzuchtig bemint en tevreden
is met de manchetknoopen, welke hij ter her
innering aan haar mag blijven dragen.
Deze Gabriel, wordt door den acteur Paul
Hörbiger belichaamd.
Een der aardigste brokstukken uit de film
is het uitstapje van Gabriel met het meisje
naar de kermesse d'été, waar hij, met een
zaligen dronk over zich, in de verschillende
wild in 't rond tollende inrichtingen van
vermaak achtereenvolgens al zijn van de
pensiongasten gegapte gala-kleedingstukken
verliest.
Het zal een vroolijke week worden in Rem
brandt!
H. G. CANNEGIETER.
"Wind en Water.
Dr. Manfred Curry, de winnaar van bijna
1000 prijzen voor zeilen, heeft zoowel het
manuscript van deze groote en grootsche
zeilfilm geschreven als de regie er over ge
voerd. Hij heeft niet alleen den leek een uit
stekenden kijk gegeven op den wind en de
zeilsport, doch verrast ook den geroutineerd-
sten zeiler met nieuwe, onvermoede geheimen
op het gebied der aerodynamiek en wedstrijd
tactiek. Hij toont ons de zeilschepen van
vroeger, vrachtbooten en visschersschuiten,
hij gunt ons kijkjes in het rijk der vogels,
wier vleugelbouw den grondslag legt voor de
ontwikkeling der moderne race-booten. Alba
trossen, meeuwen en andere lucht„zeilers"
doen zien, dat hun vleugels groote overeen
stemming toonen met de zeilen.
De luchtstroomen worden getoond, en vele
(15) boottypen, van liet kleine zeiljacht tot
de groote Engelsehe schoeners toe.
In het volgende deel wordt de leek bekend
gemaakt met de voorwaartsche beweging van
de boot en den stand der zeilen. Trucopne
mingen hebben ook hier de lucht, en wind-
afwijkingen zichtbaar gemaakt.
Het volgende gedeelte ..De hoogekunst van
het zeilen" geeft een beeld van de moderne
Regatta-taktiek van Manfred Curry. Allerlei
manoeuvres worden uitgevoerd. En tenslotte
zien we wedstrijden, stormen, strandingen.
Fraaie fotografie is te bewonderen.
Het is een bizonder interessante film. die
voor leeken als voor deskundigen uiterst be
langwekkend is. Men verzuime dan ook vooral
niet, deze film, die Zondagmorgen in het
Rembrandttheater wordt vertoond, te gaan
zien. Ir. J. C. van Hoolwerff zal de film toe
lichten.