Achter de schermen van het Variété. DE CHINEESCHE MUUR. H.D. VERTELLING. De impresario aan het woord. Theo Bouwmeester. Er zijn weinig variétés meer in Nederland. Het is en blijft de beste manier, om een nieuwe onderneming te beginnen bij het be gin. De wereld staat soms op zijn kop en het kan vaak zijn charme hebben om een roman te beginnen bij het einde en vervolgens van daar, gesterkt en getroost door het besef, dat alles onherroepelijk in orde komt en ,,zij" el kaar krijgen, terug te keeren naar het begin maar in het algemeen is die manier van te werk gaan toch niet de juiste. Het begin heet niet voor niets begin en dus begint men er mee. Het zelfde kan opgemerkt worden van het einde. Zoodat wij. toen in onze breinen eenmaal het plan gerijpt was om eens te kijken ach ter de schermen van het variété v dus in de kleedka- &W mers of desnoods T V" in de artistenpen- sions begrepen, dat ten slotte noch die kleedkamers, noch die artisten- b pensions, en even- J v min dc andere kant* I van de medaille: het optreden in variété of bioscoop het begin was dat wij moesten heb ben. Dat begin is in de meeste ge vallen het theaterbureau of wel den impres- sario. en minder vaak de artisten-beurs, waar in plaats van aandeelen en effecten danspa ren en harmonicavirtuozen en „acrobatische wonder trio's" verkwanseld worden aan den meest biedende, en waarvan er in Holland drie zijn. Uit den aard der zaak komen daar de eersterangsnummers niet, tenzij ze in dat leven van ups and downs toevallig net bezig zijn aan een down, geen contracten hebben en dus hun geluk maar eens beproeven bij de mindere goden. De meeste variéténummers krijgen hun engagementen door middel van den impressario, die de bestellingen van de directeuren ontvangt en de orders uitvoert uit voorraad, zij het voorraad-op-papier, be staande uit een aantal foto's en een 'stuk of wat korte mededeelingen betreffende elk nummer. De impressario echter engageert nooit een nummer zonder het eerst zelf te hebben zien werken: hij reist ervoor naar de plaats, waar het optreedt, zij het Cirque d'Hiver in Parijs, Scala of Wintergarten in Berlijn, Alcazar in Hamburg, Palais d'Eté ii Brussel, en keurt het grondig op honderd on ontbeerlijke kleinigheden. Ik vermoed, dat het een niet genoeg te waardeeren gunstig toeva! is, dat men een impressario thuis treft en dat het geen toeval meer. maar slechts gunst is als hij er ook nog in toestemt om eenige uren van zijn kostelijken Zondag ter beschikking van twee lastige krantenmenschen te stellen: reden waarom wij den heer Bouwmeester, die dit alles deed, niet dankbaar genoeg kunnen zijn. De gemiddelde variétégroep. zegt de heer Bouwmeester, verdient en het is een mate ria" istisch begin, maar het is toch maar de kwestie waar veel, zoo niet alles om draait van vijftig tot honderd gulden per dag. Hier bij dient in aanmerking te worden genomen, dat daarvan ten eerste dikwijls een vrij groot aantal menschen moet leven, en dat er ten tweede alle onkosten van betaald moeten wor den. van pension ai', tot reiskosten toe en die zijn dikwijls niet gering, want hoewel er nummers zijn, die met 5 K.G. bagage reizen, er zijn er meer met vijftig, er zijn er ook met 5U0, er zijn er zelfs met 5000. Bovendien, aan dat optreden van misschien vijf of tien minu ten ieder nummer weet tot op de seconde af, hoeveel tijd het noodig heeft: zes minuten, zeven en een hall', acht, acht en een half zit gewoonlijk het werk van tien of twintig jaren vast. lederen dag wordt er opnieuw aan gewerkt, wordt het tot nog grootere perfectie entrain en even groote zorgvuldigheid, zin of geen zin. stemming of geen stemming, op voert? Het is niet de bedoèling dat men hem tweemaal ziet: hij is een variéténummer en dat moet men nooit tweemaal zien. tenzij het zijn programma gewijzigd heeft. Grock's film is zijn groote fout geweest en op het oogen- blik is hij zijn geld kwijt en kan weer opnieuw beginnen „Grock", zegt de teekenaar, „is geloof ik de eenige variétéartist, die doctor honoris caura van een universiteit is, ja waarachtig! van Budapest. Omdat hij een psycholoog bij uit nemendheid moet zijn. En ik heb ook eens gehoord. „Dat kan best", zegt de heer Bouwmeester. „Dat is hij natuurlijk. Iedere opbouwer van een variéténummer moet psycholoog zijn, doctor honoris causa of niet-....'' „En ik heb ook eens gehoord", zegt de tee kenaar, „dat er ergens in Engeland een pro fessor in de wiskunde is, die trucs voor alle goochelaars in de wereld uitdenkt, en ik weet ook van „Dat kan ook best", zegt de heer Bouwmees ter. „Een goocheltruc is meer dan één wis- kundevraagstuk; hij is zoowat tien of twintig wis- en natuurkundige vraagstukken door el kaar, en alles behalve alleen verlakkerij en vingervlugheid. Hoewel je er zonder dat na tuurlijk niet komt „En ik weet ook van een goochelaar", zegt de .teekenaar onverstoorbaar, „of liever van een ouden Engelschen heer, uitgedroogd, zon der familie, geen vrouw, geen kinderen, min stens tachtig, en die liet iedere maand een goochelaar bij zich optreden. Dan zat hij moe derziel in zijn eentje in een groote zaal. met plaids om zich heen in een makkelijken stoel, en boven die plaids uit stak dat gerimpelde gezicht van hem. waar nooit een lachje op kwam. Bij geen enkelen truc en bij geen en kele grap. Altijd maar in de plooi. En die arme goochelaars bestierven het op het laatst van narigheid". Hij zakt in zijn stoel terug en lacht, merkbaar opgelucht, nu hij zijn drie verhalen kwijt is. „Stilte in den engelenbak!" zeg ik streng. „Het woord is aan meneer Bouwmeester". „Het is anders", zegt de heer Bouwmeester, „op het oogenblik, zooals voor alles ten slotte, een slechte tijd voor het variété. Maar boven doen heeft het niet meer de interesse van De drie Fratellini. opgevoerd, wordt ieder detail vervolmaakt en ondert-usschen wordt er bovendien al weer gedacht gewikt en gewogen over het volgend nummer, dat misschien pas over jaren en ja ren rijp zal zijn om te worden uitgebracht. Iedere stap, ieder beweginkje is berekend en heeft een doel; niets wordt er aan het toeval overgelaten, want het toeval is in een vak als dit uit den booze, of men nu acrobaat, goo chelaar, danspaar of humorist is. Men be- grijpe dit niet verkeerd: het toeval is van het allergrootste belang bij het samenstellen van elk nummer, want in heel wat gevallen heeft juist het toeval gezorgd voor een geniale vondst, die het jarenlang „deed". Maar als het dan zijn diensten heeft gedaan, dan dankt men het af met een buiging en een be tuiging van dank. en houdt het verder zorg vuldig buiten de deur. Een nummer als bij voorbeeld dat van Grock is van het begin tot het einde met geraffineerd vernuft en onein dig geduld uitgedacht en nu kan men hem er wel een verwijt van maken dat hij „altijd hetzelfde" is. maar is het niet een heel groote kunst, dat hij zelf ..altijd datzelfde" iederen avond v er opnieuw met even groot De man, die uit niets konijnen te voorschijn goochelt. het publiek, die het vroeger had en dat is een verschijnsel, dat uitsluitend Nederlandsch is en dat zijn oorzaak Joost-mag-weten-waar vindt. Vroeger had men alleen aan variétés in Amsterdam Flora. Carré en Rembrandt, de kleineren, zooals Noggerath, niet meegere kend. En nu? In Rotterdam brandde eenigen tijd geleden het eenige dat overbleef af. De bioscopen zijn een geweldige concurrentie, al geven ze bijna allemaal een variéténummer, maar dat stelt de menschen van het vak toch niet schadeloos voor het verdwijnen van de echte Variétés, waar nummer na nummer optrad. Vroeger, ja, vroeger, in den tijd van Frits van Haarlem, dat was de bloeitijd van het Variété! Hij was zoo populair, dat zelfs nu nog eens in het jaar alle belangstellenden opgeroepen worden en dan worden er op zijn graf hij ligt in Duitschland begraven bloemen gelegd als hulde aan den grootslen aller impressario's. Uit dien goeien ouwen tijd zijn bijvoorbeeld nog de beroemde Emil en Camilo Schwarz, die dezer dagen in Bres- lau hun vijftigjarig let wel, vijftig jarig! jubileum vierden, en die indertijd de eersten waren, die het roemruchte nummer „De ge broken Spiegel" lanceerden. Navolgers heb ben ze sindsdien genoeg gehad, maar het idee- dat hadden zij. en het. ondanks alle naaperi het beste opvoeren, dat deden zij ook. Het idee is ten slotte alles en er loopen steeds veel nummers rond. die er heel wat voor over zouden hebben, als iemand hun eens een goed nieuw „idee" aan de hand kon doen. Alleen al het vinden van een nieuw entrée kan ja ren van hoofdbreken kosten. Pas nog Ik voél de anecdotes aankomen en nestel mijzelven nog een beetje makkelijker in mijn stoel. „Pas nog had ik hier deze juffrouw: de da me met de vier stemmen: sopraan, alt, tenor en bas. Haar entree deugde niet. Ze stond ge woon op het tooneel, en ze zong. Alt. Toen weer hetzelfde. Sopraan. Nog eens hetzelfde. Bas. Dat is natuurlijk allemaal heel aardig en amusant, maar erg verrassend is het niet. als je zoo van het begin af aan weet, dat je een dame met vier stemmen te wachten bent. Er is meer van te maken, en toen hebben we er dit op verzonnen: we lieten haar in een hoek van het tooneel staan, en maakten het don ker. Ze zingt: bas. Prachtig, denkt iedereen, daar in dien hoek staat een meneer, en die meneer heeft een bas en met die bas zingt ie. Maar nu gaat het licht langzaam, heel lang zaam aan er komt twijfel: is dat wel een man? Nee. het is geen man! Ja. het is toch wel een man! Op het laatst blijkt het werke lijk een dame te zijn! Dat zijn van die kleine trucjes, en als je die als publiek voor je neus gezet krijgt, dan denk je er niet verder over na en accepteex*t het allemaal of het heel gewoon is, maar elk nummer, al is het maar vijf of zes minuten, bestaat uit tientallen van zulke trucs. De Fratellini, de drie clowns bij voorbeeld, die zijn ongelooflijk in het uitden ken van zulke dingen: die hebben iedere veertien dagen een ander programma. Dan heb je bijvoorbeeld Noni. ook één van de be kende. die het hem levert om in zijn eentje zoowat tien nummers te vertegenwoordigen, en dat is geen kleinigheid, want zoo'n num mer wordt tegenwoordig weer in sneltrein tempo opgevoerd: de ééne truc na de andere geen oogenblik van rust, dus geen enkele kans tot verslapping van de aandacht van het publiek. Die Noni dan. dien heb ik eens in Scala in Berlijn gezien: die werkte tien minuten en dan keek hij eens eventjes op zijn horloge, en zei tegen het publiek: „Wollen sie noch etwas?" Gebrul van ja natuurlijk. En dóór ging hij. Na tien minuten weer horloge en blik nam- het publiek: „Noch etwas?" En zoo soms een uur. of meer dan een uur door. Ik verzeker u, dat beteekent een maximale inspanning. De meeste nummers zijn na tien minuten al doodmoe en aan het eind van hun krachten. En dan heb je bijvoorbeeld nog zoo'n beroemd stel clowns: de Baruzio's, die hier minder bekend zijn. Weet u, dat bijna alle clowns altijd met zijn drieën werken, en dat ze alle drie een speciale rol te spelen heb ben. en dat de rolverdeeling bijna altijd de zelfde is? Je hebt ten eerste den clown, den zuiveren clown, met het witte gezicht en de zwarte oogen en den rooden neustop en oor lelletjes. Ten tweede August de Domme, die alles verkeerd begrijpt en alles verkeerd doet. En ten derde de „heer", die chic wil doen en zich aanstelt „Ik vind", zegt op dit oogenblik de teeke naar klagelijk, „alles wat u vertelt erg aar dig. Maar ik weet dat allemaal wel zoowat. Die trucs en kunstjes, die lukken en vlot van stapel loopen, kan ik iederen dag, als ik wil. in elke bioscoop, in elk variété zien. Ik wou liever weten wat ze doen. als ze mislukken en verhalen hooren over mislukkende trucs". „Die zijn anders lang niet allemaal grappig" zegt de heer Bouwmeester, „want elke acro baat speelt ten slotte met zijn leven, en elke kleinigheid luistert zoo nauw en er hangt zoo veel van afEn bovendien tenzij het iets heel ergs is, merkt het publiek het niet eens, als een truc mislukt .Watüü" zegt de teekenaar ten hoogste verbaasd en gaat rechtop zitten. „Welnee neem nu bijvoorbeeld een goo chelaar. Je kent het bekende trucje, waarmee ze meestal beginnen: een paar maal met hun stukje ergens op tikken om te laten zien dat het echt is dat is in werkelijkheid ook al weer een onderdeel van de truc: dan verber gen ze dien stok in een rol papier, goochelen een beetje, en verfrommelen papier en al tot een prop, terwijl de stok uit hun vestjeszak komt. In werkelijkheid zit er, als ze begin nen, al een stok in hun rol, en gaat het heel anders, dan het 't publiek toeschijnt. Ik was er eens bij tegenwoordig dat de goochelaar bij het begin te veel zwaaide met de rol papier, zoodat de stok er uit en door de lucht vloog! Truc verder natuurlijk onmogelijk! Maar wat dan nog? Het publiek weet niet wat de man van plan was hij ging zelf natuurlijk on middellijk met iets anders door, en niemand wist, of die vliegende stok er nu eigenlijk bij hoorde of niet.... „Jammer", zegt de teekenaar meewarig, „heel jammer „U bent", zeg ik tegen den heer Bouwmees ter, „nu toch zoo bezig met klappen uit de school. U kunt me van een obcessie bevrijden die me al lang dwars zit. U kent die mop wel. waarbij er een kast op het tooneel komt?" „Ja zeker", zegt de heer Bouwmeester. „En dan wordt die aan alle kanten ver toond. Ze heeft deuren aan den voorkant, maar verder is ze potdicht. Nietwaar?" „Ja", klinkt op zeer bereidwilligen toon. zoodat ik verheugd verder ga. „En dan gaat er een meneer in en hij neemt bijvoorbeeld een ei mee". „Zeker, zeker"'. „En dan komt er een juffrouw uit met een kip „Die hebben zich natuurlijk verkleed", weet de leekenaar dadelijk. „Nee", zeg ik in mijn \èiek geschoten, „zoo stom ben ik niet. Want de meneer komt ook opeens weer aanwandelen uit de zaal of zoo". „Precies", zegt de heer Bouwmeester mij bijvallend. „En hoe..?" zeg ik. brandend van nieuws gierigheid. „Hum!" zegt de heer Bouwmeester. „Kijkt u nu eens: dit was een schoone middag, een aangename middag, een prettige middag. La ten we hem niet bederven. Wilt u een kopje thee? Welnu dan De thee is bijzonder lekker - de impressario echter zwijgt als het graf, als impressario ten minste. Zoodat het einde, hoewel het eindigt bij het einde, niet overeenkomt met het einde van een roman, waarmee men dan ook echter maar al te vaak begint en waarbij „hij" en „zij" elkaar zonder mankeeren plegen te krij gen. Ik en de truc kregen elkaar niet. WILLY VAN DER TAK Volmaakt bouwwerk uit de derde eeuw voor Christu*. De wrijving tusschen China en Japan heeft weer eens de aandacht gevestigd op het reus achtige bouwwerk, dat zich als een geweldige slang slingert over rotsen en bergen of neer- duikt in de diepste dalen, bijna 3000 kilo meter lang en met een hoogte, varieerend tusschen de zes en negen motor. We bedoelen hier de groote Chineesche Muur. die aan den voet bijna overal zeven en een halve meter en aan de bovenzijde vier en een halve meter breed is, zoodat vijf ruiters gemakkelijk naast elkander kunnen rijden. In Europeesche af metingen kan men zich de lengte het beste voorstellen van Schotland tot aan de Darda- nellen of van de Krim tot aan de Noordelijke IJszee. De muur werd gebouw door keizer Cli'in Chih Huang Ti in de derde eeuw vóór onze jaartelling. Deze vorst wilde, dat met hem alles een aanvang zou nemen: de oude boe ken deed hij verbranden, de geleerden zond hij naar het hiernamaals bij hun voorvade ren en al het werk van zijn voorgangers deed hij neerhalen. Doch opbouwen deed hij even eens. want de overlevering stelt op zijn naam meer dan honderd paleizen in dc verschil lende steden van het rijk; dat In de hoofd stad heeft meer dan duizend zalen en ver trekken. Toen hij besloot den grooten Chineeschen Muur te laten bouwen, stelde hij zich hier mee twee doeleinden voor oogen: op de eerste plaats de lastige Mongoolsche benden in het Noorden buiten zijn gebied te houden, en op de tweede plaats, personen binnen dc grenzen van China, misdadigers, krijgsgevan genen en hen. die staatsgevaarlijk geacht moesten worden, aan passende bezigheden te helpen. Een millioen arbeiders moest bij dit bouwwerk de steenen aansleepen en velen kwamen daarbij om het leven. Hun lijken werden eenvoudig als vulling van de fundeering gebruikt. De Chineesche Muur is dan ook de langste bégraafplaats ter aarde. Er bestond een voorspelling, dat de muur niet voltooid zou kunnen worden, alvorens 10.000 menschen geofferd waren. Deze eisch van de hoogere machten scheen zelfs een man als keizer Ch'in Chih wat al te gulzig, en hij besloot de goden om don tuin te leiden door een armen slaaf te offeren, die. onge lukkigerwijze zijn naam schreef met dezelfde twee letterteekens. als die. waaruit het woord tienduizend bestond. En zoo was dus dc pro fetie in vervulling gegaan. Ofschoon de muur reeds ln de derde eeuw vóór Christus werd gebouwd, wordt hij merk waardigerwijze niet genoemd door Marco Polo, den Venetlaanschen ontdekkingsreizi ger. die in dc 13de eeuw China bezocht. Waar schijnlijk is de reden hiervan te zoeken in het feit. dat dc Mongoolsche dynastie, welke toen regeerde, het niet wcnschclijk vond, de aandacht van den reiziger te vestigen op een bouwwerk, dat moest dienen om haar stam- genooten buiten de grenzen te houden. Moderne ingenieurs hebben verklaard, dat. wanneer de muur tegenwoordig zou moeten worden gebouwd, de eenige verbetering mis schien zou zijn de meer menschelijke wijze, waarop de arbeiders thans behandeld wor den. Het eigenlijke werk zou men zelfs met onze technische hulpmiddelen niet kunnen verbeteren. Hot. is eenvoudig volmaakt. De steenen zijn overal gelijkmatig: zelfs midden in de woestijn zijn dc blokken even glad en sluiten even nauwkeurig in hun voegen, alsof ze hadden moeten dienen voor den gevel van het keizerlijk paleis te Peking of elders. Op regelmatige afstanden zijn wachttorens aangebracht. Door middel van vuursignalen werden seinen en berichten vau toren tot toren doorgegeven, en binnen enkele uren kon men in dc hoofdstad weten, wanneer er gens in Midden-Azie een aanval op het rijk werd voorbereid. In het tijdperk van 118 tot 608 n. Chr. werd de muur zeven maal verbeterd en met uitzon dering van de Mongoolsche dynastie, zorgden de Chineesche keizers er steeds angstwek kend voor. dat dit niet genoeg te waardeeren verdedigingswerk in goeden staat bleef. Doch toen in het midden der 17de eeuw de Mand- sjoe-dynastie den ouden Ming-keizer ver drong. had de muur zijn beteekenis verloren en daar. waar vroeger lO.OOOdcn soldaten op wacht stonden, heerschte de eenzaamheid, die slechts nu en dan door reizende karava nen werd verbroken. De Chineesche muur Is thans ln verval, doch nog altijd sluit men op sommige plaat sen bij zonsondergang dc poort on de echte Chinees beschouwt dit historischp bouwwerk met eerbied. De kalk mengt hij in zijn medi cijnen en ze is een geneesmiddel voor alle mogelijke kwalen. Geen Chinees zal zich np zijn plaats voelen buiten den muur en mocht het ongeluk willen, dat hij erbuiten komt te sterven, binnen den muur wil hij rusten. Nog altijd ploegen de boeren daar aan China's Noordgrens van het Westen naar het Oosten, zooals men dat sinds onheuglijke tij den heeft gedaan, want men was overtuigd, dat de voren een beletsel vormden voor bin nendringende veroveraars. W. S. HET LAWAAI VAN DE WATER KRAAN. Wij allen weten, hoeveel lawaai de water leiding kan maken. Als uw buurman zijn kraan openzet, kunt u het meestal duidelijk hooren. En daarbij zwijgen wij nog van het knarsen, piepen en gillen dat het in actie zijn van sommige kranen verraadt. Dit geluid wordt intusschen niet gevormd in het buizennet. De schuld ligt bij het ven tiel van de waterkraan dat nog altijd dezelf de constructie van vroeger heeft. Daar door het ouderwetsche ventiel een belangrijke hoeveelheid energie wordt omgezet, gedeelte lijk in geluid en gedeeltelijk in beweging en warmte, is het ontstaan van het lawaai ge makkelijk te begrijpen. Thans heeft men" een ventiel geconstrueerd dat aan dit euvel een einde maakt. Dit ven tiel veroorzaakt geen hinderlijke geluiden, daar het is vervaardigd volgens de beginse len van de moderne stroomingslecr. De nieu we constructie maakt het bovendien mogelijk dat de stroomsnelheid wordt verhoogd tot vijftig meter per seconde. Het ventiel kan ook in oude leidingen worden aangebracht. Wel verkrijgt men in dat geval geen volkomen ge- ruischloozc waterleiding, maar het lawaai Bal-masqué. Ex- heerschte stemming in de gezellige en intieme zalen van het feestgebouw. Tapijten en kleeden waren langs de wanden gedra peerd met enkele vlaggen er tusschen. guir landes verbonden *de lichtkronen en hingen van de galerijen neer en breede. veel kleurige strooken papier golfden van de zoldering om laag. Hier en daar braken palmen en dennen de strakke lijnen van het gebouw, in de hoeken, onder langs het tooneel. bij de trappen. Over al waren lampions opgehangen, die voor een feeërieke verlichting zorgdragen. Twee or kesten, in het groen van palmen verscholen, lieten om beurten en zonder ophouden hun heerlijke dansmuziek hooren, verlokkende tango's, meeslecpcnae walsen, pittige fox trots. En op den ruimen dansvloer bewogen zich de feestgangers in fantastische cotuums: als Mexicanen, Sheiks en haremdames, Pier rettes en clowns, boerinnen en matrozen en Tirolers. Dansend, en als het looporkest in actie kwam, hossend en juichend soms. Want het was bal-masqué. het feest van dolle uit bundigheid en uitgelaten vroolijkheid. Die over de voor de wereld zoo koele Noorderlin gen komen tegelijk met de carnavalspakjes en besehermende maskers. Bal-masqué! Slap tegen een deurpost geleund stond Kees zwijgend te midden van de algemeene vreug de, als Pinda-Chinees. Zijn handen had-ie in z'n zakken en z'n lippen waren samenge perst in een misnoegden trek. Lusteloos zwier ven z'n oogen. half verborgen achter het masker, door de zaal. tot ze telkens met een booze uitdrukking op een bepaald punt ge richt bleven; op een allerliefst Volendam- mertje, dat in de sterke armen van een ste- vigen agent door de deinende menigte zwier de. Eenzaam en verlaten voelde hij zich. Een vurige Spaanschc. die heup-wiegend langs hem kwam met een waaier voor het gelaat, die alleen de donkere oogen vrijliet, vermocht hem zelfs niet tot vroolijkcr stemming bren gen. Misselijke boel. overdacht Kees. misselijke boel! Daar had-ie met dat leuke meisje ken nis gemaakt, had er prettig mee gedanst en wel een half uur genoegelijk mee zitten bab belen. zelfs had ze al eenige toenadering ge toond bij gefluisterde complimentenen daar was die agent er bij gekomen, die in eens de idylle wreed verstoord had en hem Kees het Volendammertje, z ij n Voiendam- mertje had afgesnoept! Nou keek ze hem zelfs niet meer aan. „Gij hebt tegenslag gehad", zong hem de stem van een Zigeunerin in de ooren. „Uw vertrouwen ls geschokt door een onvriende lijke bejegening. Doch de vergelding is nabij en u zal gerechtigheid geschieden". Gerechtigheid! Kees lachte smadelijk: daar had-ie nou wat aan! Dan trok ie zijn lippen weer opéén. De politieman passeerde hem weer. Vervelende vent! Nou ja. zijn uniform zat mooi en hij zag or veel flinker en voel aantrekkelijker voor de meisjes uit dan hij zelf in z'n versleten jasje en afgetrapte broek. Stom ook om zoo'n goor pakje aan te doen. Nooit zou 't hem meer overkomen, nooit meer, dat gaf hij op 'n briefje. Waarom was ie ook niet gegaan alsalsja. als Gustav Fröhllch ln zoo'n smetteloos chauf- feursunlform uit de film „Ich will nicht wis ser.. wer du bist?" Daar had je ze weer. Och. och. wat deed die agent verliefd! 'n Kunst voor een agent om een Pinda-Chinees dwars te zitten. Wat 'n durf. wat 'n dappere kerel! Bah! Met een bruuske beweging wendde Kees zich om. slenterde dan naar de champagne- bar. Gedempt drongen de tonen der muziek en het geroes uit de zaal door tot den ver smaden Chinees, die ln het verste hoekje, ai- leen. vergetelheid trachtte te vinden voor zijn pnile liefdessmart in een koelen dronk. Het werden vele. zeer vele koele dronken. En de schuimende koelheid van het vocht prikkelde Kees tot verhitte opgewondenheid. Wat verbeeldde die agent zich wel. hè? Dacht ie soms. dat hij zich maar zoo zijn gezelschap zou laten ontrooven? Niks. die wist wel be ter en daarom vertoonde hij zich ook niet, daarom was ie den heelcn avond uit zijn buurt gebleven; hij durfde niet. En Kees mokte hierover voort en blies daar mee zijn wilde gevoelens tot onwezenlijk groo te proporties op. Toen de allerlaatste dans zijn einde had genomen en het sluitingsuur gekomen was, verliet. Kees de bar en strompelde naar de vestiaire. Daar zag hij zijn Volendammertje, maar waar was haar begeleider? Waar was die? O. hij had hem zeker zien aankomen, was bang geworden voor de wraak van den Chinees en naar buiten gevlucht. Maar ont- loopen zou hij 'm niet.... Jawel, daar zag-ic 'm bij den uitgang van den tum al. ln 't don kere gedeelte, opdat Kees'm maar niet op zou merken. Ha. dan had ie mlsgerekend! „Zóó! Jij wou je verstoppen, hè? En cr dan tusschen uit knijpen!" schreeuwde Kees 'm toe. ..Maar dat zal je niet lukken, vader. Eerst mij den avond verpesten en 'm dan smeren! Nee. jongetje, de vergelding is nabij. Hier! Hier heb Je wat!" Meteen kreeg de agent 'n flinken opstop per. En toen En toen werd Kees volgens dc regelen der kunst opgebracht naar het politiebureau. Want de man. wien Kees don stomp gegeven had was niet dc agent, die hem zijn Volen dammertje had afgetroggeld. Het was een echte agent. A. J. C. VI. GLAS OP DE AUTOWEGEN! Bij het aanleggen van autowegen in Tsje- cho-Slowakije heeft men onlangs proeven genomen met het gebruik van glasstof als be standdeel van beton. Gemengd met cement werd het glasstof op het nog vochtige beton aangebracht. Daarna volgde een verzadiging met waterglas. Gedurende verscheidene maanden werden dc wegdeden, waarop de proef was genomen, onderzocht op slijtage en draagvermogen. Daarbij bleek deze samenstelling belangrijk beter te voldoen dan andere bouwmaterialen, vooral wat betreft weerstandsvermogen. Een .voordeel Ls bovendien, dat het mengsel van glasstof en cement zich snél met het be ton verbindt. Zelfs door zeer zware vracht auto's kan de zoo behandelde weg reeds na drie. vaak na twee dagen bereden worden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1933 | | pagina 15